6 minute read

Vers talent | Fran Van Coppenolle

Vers talent

FRAN VAN COPPENOLLE

Advertisement

Foto: Seppe Elewaut In een loods op een grote boerderij, midden de uitgestrekte velden van WestVlaanderen, valt er tussen de tractoren en mestvorken iets anders op. De kleurrijke sculpturen van Fran Van Coppenolle vormen er een uitbundige aanwezigheid. Tussen akkers en weilanden vond Fran hier de plek om snel, veel en groots te werken, weg van de stad. Welkom op Ludwigshaven.

Fran: ‘Ludwigshaven, dat is mijn ankerpunt. De plek is vernoemd naar mijn papa Ludwig. Hij woont en werkt hier. Dit is zijn haven. Mijn lief heeft hier ook zijn atelier, in een schuur iets verder op het domein. Ik maakte een Instagramaccount van onze werkplek. Zo kan ik hier blijven werken en moet ik niet naar een stad om mensen te vertellen wat we hier precies doen. Ik kan mijn werkplek met foto’s en video’s kaderen’.

Ik volgde een Master Beeldhouwkunst aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen. Mijn werkplek was daar veel te klein. Corona zorgde in dat opzicht voor een positieve wending. Ik trok naar huis en werkte daar verder. Ik haalde alle rommel uit de loods, de tractoren kregen een andere plek, en ik installeerde mijn atelier hier. Eindelijk kon ik groot gaan werken. Op het einde van het academiejaar nam ik al mijn nieuwe werken van hier mee en dropte ze op de Graduation Show in Antwerpen. Zo is mijn werk op korte tijd enorm geëvolueerd.

Ik heb nood aan fysiek werk dat me echt uitput. Stilzitten is niets voor mij. Uren op een stoel in een klaslokaal, daar werd ik echt ongelukkig van. Na de middelbare school trok ik naar KASK in Gent, met een erg romantisch beeld van het kunstenaarschap in mijn hoofd. De prachtige werkruimtes op de Bijlokesite versterkten die kijk. Nu, vier jaar later, ben ik die romantische kijk wel wat verloren. Ik besef dat het kunstenaarschap vooral een manier is om in het leven te staan. Ik focus me op het poëtische van objecten, handelingen of manieren. Daar haal ik veel voldoening uit. Met dezelfde ingesteldheid waarmee ik een moestuin aanleg, maak ik een sculptuur.

Het is voor mij erg belangrijk dat ik ruimtelijk werk kan maken, iets waarbij je snel resultaat ziet. Een beetje zoals bij de afwas doen (lacht). Als een sculptuur er is, kan je er niet omheen, die is zo aanwezig. Dat spreekt me enorm aan. Het is zo fijn om bij aankomst in de loods meteen een overzicht te zien van waar ik mee bezig ben. Mijn beelden zijn als een driedimensionaal dagboek. Ik leef volgens het principe dat alles komt zoals het moet komen: mensen, tentoonstellingen, materiaal waar ik mee werk. Ik gebruik veel restmateriaal. Zo werk ik nu aan een sculptuur met planken die in verstek zijn gezaagd om een dak te maken. Het mooie rode randje aan de binnenkant viel me meteen op. Een ander werk maakte ik met wegversperringsmateriaal, dat ik aan elkaar niette. Het is interessant om het op die manier anoniem te maken. Maar ik wil geen verhaal vertellen met mijn materiaalkeuze. Het gaat mij meer om de esthetica, de kleuren en de vormen. Ik heb graag dat je als kijker in een werk eerst een logisch geheel ziet, om pas later te ontdekken dat er een bedovertrek in verwerkt zit (lacht).

Naaien, lassen, houtbewerken, lijmen, metaal buigen, vilten, ik doe het allemaal. De technieken die ik toepas, hangen af van wat het materiaal nodig heeft. Als ik stukken plastiek wil verbinden, dan ga ik op zoek naar de mooiste manier en vraag ik me af of ik een duidelijke of subtiele verbinding wil. Afhankelijk daarvan ga ik dan bijvoorbeeld naaien met een opvallende kleur, of het materiaal versmelten. Zo werk ik ook met verf: soms schilder ik de sculptuur voor de helft, soms helemaal. Zo wil ik de balans tussen onaf en design fris houden. Ik probeer te tekenen in 3D en focus op de kleuren en de spanning. Het schetsmatige is enorm belangrijk. Mijn werk zit eigenlijk vol foutjes. Als je goed kijkt, zie je het ene foutje na het andere.’

Foto: Seppe Elewaut

Foto: Seppe Elewaut

Foto: Tom Van Hee

Foto: Tom Van Hee ‘Symmetrie is sterk aanwezig is in mijn werk, waardoor mijn sculpturen functionele objecten lijken. Met symmetrie kan je levendigheid en functionaliteit suggereren. Net zoals een bloem, plant of gereedschap ook vaak symmetrisch zijn. Ik misleid de kijker graag door hiermee te spelen en schijnsymmetrie in mijn sculpturen te stoppen. Ik naai een stuk stof niet of verf maar één kant van een object. Ik wil iets heel gedefinieerd maken, zodat het lijkt alsof mijn sculpturen een lichaam hebben, waar spanning op zit: organismes die gegroeid zijn vanuit een kern. Alsof er een DNA was dat hen dicteerde. Vorm, textuur, kleur, volume en leegheid gedragen zich met een eigen anatomie.’

‘Ik heb veel gekeken naar het werk van oude meesters, zoals Calder, El Lissitzky, Arp, Picasso, Miro – naar wie ik mijn hond heb vernoemd. Ook architectuur interesseert me. En natuurlijk beïnvloedt ook de locatie van mijn atelier mijn werk. In een stad zou ik dit soort werk helemaal niet maken. Ik kan er niet goed creëren. Er is in een stad al zo veel te zien, wat moet ik daar nog aan toevoegen? Een stad is één en al sculptuur. Doordat ik hier in een uitgestrekte omgeving leef, kan ik veel ruimte in mijn sculpturen stoppen. Hier in Ludwigshaven heb ik echt het gevoel dat ik een meerwaarde ben. Hier oogst ik mijn beelden. Soms zie ik mezelf als een kunstboer, ik ben aan het zaaien en oogst kleurrijke bloemen: mijn sculpturen. (lacht)’

‘De laatste jaren ben ik veel zekerder geworden over mijn werk. Tentoonstellingen opzetten en werk verkopen hielpen daarbij. Door ervaring op te doen bij het exposeren, ben ik beter geworden in een compositie maken in de ruimte. Ik maak bewuster een verbinding tussen mijn beelden. Ik gebruik ook meer fotografie en film om beslissingen te nemen over vormen. Door het filmen zie ik vormelijke aspecten anders. Met fotografie creëer ik een afstand tot vorm en kleur, waardoor ik een volgende stap beter kan inschatten.’

‘Het is zo fijn om bij aankomst in de loods meteen een overzicht te zien van waar ik mee bezig ben. Mijn beelden zijn als een driemensionaal dagboek.’

Foto: Tom Van Hee

‘Ik werk graag met galeries samen. Ik heb op die manier veel warme en interessante mensen leren kennen. Toch verbind ik me bewust niet met één galerie, omdat ik de stroom aan verbindingen niet wil kwijtraken. Ik heb al een fundering in Ludwigshaven. Het is mijn droom om van deze plek een residentieplaats te maken voor kunstenaars. Ik wil niet dat het een commune wordt, maar wel een vrijhaven voor mensen die aanmeren wanneer ze willen.’

Ondertussen vliegen er twee ganzen over Ludwigshaven, zij aan zij, met hun brede vleugels klapwiekend. Hun silhouetten glijden over de grond. ‘Daarmee heb ik weer een vorm in mijn hoofd. Zo gaat dat dus’, lacht Fran terwijl ze terug wandelt naar haar loods, met hond Miro in haar kielzog.

Tekst: Magalie Lagae

Foto: Tom Van Hee Fran Van Coppenolle stelt tentoon: van 30 januari tot 13 maart 2022 bij Galerie Transit in Mechelen.

Foto: Tom Van Hee

FRAN VAN COPPENOLLE °1998 Woont en werkt in Ludwigshaven. Studeerde Beeldhouwkunst aan KASK Gent en de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten Antwerpen.

This article is from: