Het kind en de grote verhalen (0681)

Page 1

Het kind en de grote verhalen Levensbeschouwelijk leren in het basisonderwijs

Samenstelling: Leendert-Jan Parlevliet Bas van den Berg Ton Zondervan


Inhoud Voorwoord Inleiding - Leendert-Jan Parlevliet Hoofdstuk 1 Leerkracht-ervaringen: zes manieren om kinderen zich een verhaal eigen te laten maken 1.1 Inleiding: Op zoek naar de deurtjes in een verhaal 1.2 Van afstand naar nabijheid - Donata Ruissen 1.3 Dagboeken en gesprekken over Bijbelverhalen in groep 8 - Bert Jeras 1.4 ‘Juf, is dit echte wol?’ Kleuters praten met elkaar over een Bijbelverhaal - Leonie Schrijver 1.5 Het gebruik van coöperatieve werkvormen in het godsdienstonderwijs - Mariella Verbeek 1.6 Kleuters herkennen hun eigen leven in een Bijbelverhaal - Alinda Roose 1.7 De verteltafel: jonge kinderen leren spelen met Bijbelverhalen - Mirjam Reijnierse Hoofdstuk 2: Zeven manieren om kinderen hun vragen te laten vinden 2.1 Inleiding: Alle onderwijs begint met een vraag 2.2 De school met die mooie verhalen: vragen stellen aan elkaar - Paul Constandse 2.3 ‘Juf, weet u nog een verhaal?’ - Lyanne Telusa 2.4 Levensbeschouwelijk gesprek met leerlingen over hun zelfbeeld - Els Boone 2.5 Stilteoefeningen - Jodie Vogel 2.6 De verhaalmuur: Bijbelverhalen, creativiteit en verbeeldingskracht - Sandra Elst 2.7 Nederlandse vrienden zijn op: over levensbeschouwelijk onderwijs, rolmodel en Interetnische vriendschappen - Youssef Ahrouch 2.8 Bibliodrama vraagt om vertrouwen in de kinderen - Nicole Janssen Hoofdstuk 3 Naar een hermeneutisch-communicatieve didactiek van levensbeschouwelijk onderwijs - Tamar Kopmels 3.1 Inleiding: Spelregels voor de Speelruimte van betekenis 3.2 Het didactisch ontwerp 3.3. Het ontwerpen van vragen 3.4 Fasen in vraagstelling 3.5 De manier van vragen stellen 3.6 Tot slot

4

6 8

16 16 28 36 40 42 45

50 50 56 61 65 68 70 73

78 79 81 84 85 85

Het kind en de grote verhalen ■ Levensbeschouwelijk leren in het basisonderwijs


Hoofdstuk 4: Verhalen als opmaat Leendert-Jan Parlevliet en Ton Zondervan 4.1 Brood - Leendert-Jan Parlevliet 4.2 Feest - Ton Zondervan 4.3 Angelo’s verjaardag - Leendert-Jan Parlevliet 4.4 Het kistje met het geheim - Leendert-Jan Parlevliet 4.5 Stijn en Sofie - Leendert-Jan Parlevliet Hoofdstuk 5: Beschouwingen 5.1 Inleiding: De ontwikkeling van een theoretisch kader 5.2 De ziel van de klas - Ton Zondervan 5.2.1 Inleiding: Een spannend avontuur 5.2.2 Van eenrichtingsverkeer naar communicatie 5.2.3 Levensbeschouwelijk leren 5.2.4 De rollen van de leraar 5.2.5 Nieuwe praktijken ontwikkelen 5.3 Speelruimte voor verwondering, verbeelding en dialoog Bas van den Berg 5.3.1 Betekenisvol leren rond bronnen van zin in een seculiere én veelvormig religieuze context 5.3.2 Pedagogische ontmoetingsruimte 5.3.3 De verwondering 5.3.4 Meerstemmige dialoog 5.3.5 Creatieve verbeelding 5.3.6 Het productieve denken van Kieran Egan 5.3.7 Verruiming van de speelruimte 5.3.8 Kansen voor leraren met lef 5.4 Verhalenderwijs - Leendert-Jan Parlevliet 5.4.1 De perspectieven voor openbaar en christelijk onderwijs 5.4.2 Van overdracht naar ieders inbreng 5.4.3 Rijke leeromgeving 5.4.4 Huidige obstakels bij de scholen zelf 5.4.5 Een samenhangend lesprogramma 5.4.6 Het op een open manier over God hebben 5.4.7 Een pracht van een school

Het kind en de grote verhalen ■ Levensbeschouwelijk leren in het basisonderwijs

86 88 90 92 93

96 96 96 97 103 107 110 112 112 112 114 117 118 120 122 123 124 124 124 127 127 128 130 131

5


Hoofdstuk 1

Leerkracht-ervaringen: zes manieren om kinderen zich een verhaal eigen te laten maken

1.1 Inleiding : Op zoek naar de deurtjes in een verhaal In het kader van dit project zijn er twee PLG’s aan de slag gegaan, die bestonden uit twee leraren en een aantal LIO’s. Elk van hen deed actieonderzoek in de eigen klas en ontwikkelde zo een vorm van godsdienstonderwijs of levensbeschouwelijk onderwijs die paste bij de verandering die in het project was ingezet. De bijdragen van de leden van een PLG zijn in deze bundel bij elkaar gezet. Er zijn ook vierdejaars Pabostudenten die zich met hun afstudeeronderzoek aansloten bij het project. De leden van de eerste PLG, waarvan de ervaringen zijn gebundeld in dit hoofdstuk, zochten naar de wijze waarop kinderen zich laten meenemen in verhalen en de wijze waarop kinderen zich verhalen toe-eigenen. De gezamenlijke onderzoeksvraag was: ‘Welke vorm maakt mijn godsdienstles zo dat kinderen zich in het verhaal kunnen inleven, op een manier waardoor zij belangrijke vragen uit het eigen leven leren stellen en een antwoord verkennen?’ De deelnemers waren allemaal leraren van christelijke scholen. Het ging in deze PLG om de volgende zaken. Kinderen moeten: - beeldtaal leren hanteren; - zich leren inleven; - leren om op verschillende manieren tegen teksten aan te kijken; - met elkaar praten over wat hen raakt. 1.2 Van afstand naar nabijheid Donata Ruissen werkt tien jaar in het basisonderwijs. Van 2001 tot 2007 gaf zij les op CBS de Talmaschool in Rotterdam, een school met voornamelijk allochtone leerlingen. Sinds 2007 werkt zij op CBS De Zevensprong in Krabbendijke.

Doel:

Donata wil kinderen met elkaar in gesprek brengen over levensvragen aan de hand van Bijbelverhalen. Tijdens het project volgde Donata ook een cursus Boeiend onderwijs. In de lesvoorbeelden komt dit regelmatig terug. En Donata ontdekte dat het project ‘Het kind en de grote verhalen’ en boeiend onderwijs goed op elkaar aansluiten.

Donata vertelt:

‘Mijn onderwijscarrière ben ik begonnen op de Talmaschool in Rotterdam, de meeste kinderen waren er moslim. In het begin vond ik het erg lastig om godsdienstonderwijs te geven. Door gesprekken met collega’s

16

Het kind en de grote verhalen ■ Levensbeschouwelijk leren in het basisonderwijs


kreeg ik een beeld van een manier waarop dit mogelijk is. Na het vertellen van een Bijbelverhaal probeerde ik er de boodschap uit te halen en een link te leggen naar het nu. Hierbij vertelde ik hoe ik hiermee omga en vroeg aan de kinderen hoe zij dat doen. Zo kwam ik met hen in gesprek. Door hun verhalen heb ik veel over de islam geleerd. Uitspraken van kinderen:

‘Juf, voor ons is Mohammed de belangrijkste profeet en voor u Jezus’. ‘Ik weet zeker dat T. op de zevende trap in de hemel komt, want hij doet nooit iets verkeerds.’ ’Juf, deze spiesjes van gebakken schapenvlees zijn voor u.’ (Offerfeest) In Krabbendijke moest ik er juist aan wennen om op een school te werken waar de meeste kinderen naar de kerk gaan. Daarnaast waren de gewoonten van de hervormde en gereformeerde kerk mij vrij onbekend. Hierdoor voelde ik me vaak onzeker. Er zit ook een aantal moslimkinderen op de Zevensprong. Ik merkte dat deze kinderen het erg fijn vinden dat ik al veel van hun geloof afweet en ik daar in de les ook aandacht aan besteed. Een bijzondere ervaring was het schoolkamp dat ik samen met mijn duo-collega begeleidde. Hij had een Bijbelstudie georganiseerd. Zowel de kerkgaande, nietkerkgaande en islamitische kinderen hadden veel vragen over het geloof. Ze gingen met elkaar in gesprek en vonden het fijn om ook van mij te horen hoe ik dingen ervaar. Ik vond het heel bijzonder op deze manier met de kinderen over levensvragen te praten. Vragen die kinderen stelden tijdens het schoolkamp:

‘Als ik naar de hemel ga, zie ik dan mijn oma weer?’ ‘Hoe oud ben je in de hemel?’ Op beide scholen heb ik veel steun ervaren door gesprekken met collega’s. Ik heb voorbeelden gekregen van hoe zij het godsdienstonderwijs vormgeven. En ik heb voor mezelf keuzes gemaakt. Doordat mijn eigen standpunten helder werden, kon ik op beide scholen in gesprek komen met de kinderen. Boeiende godsdienstlessen In het eerste onderzoeksjaar heb ik samen met drie leerkrachtonderzoekers kinderen uit de bovenbouw geïnterviewd. We hebben onderzocht hoe zij omgaan met verhalen. Ook heb ik lessen van twee leerkrachtonderzoekers bekeken.

Het kind en de grote verhalen ■ Levensbeschouwelijk leren in het basisonderwijs

17


Hoofdstuk 1

Leerkracht-ervaringen: zes manieren om kinderen zich een verhaal eigen te laten maken

Zelf ben ik in mijn groep 5 bezig geweest om inzichten van boeiend onderwijs toe te passen op mijn godsdienstlessen. Ik heb geprobeerd om tijdens het godsdienstonderwijs alle kinderen bij de les te betrekken. Een van de lessen die mij het meest is bijgebleven, is die rondom het verhaal ‘Simeon in de tempel’. Simeon was een rechtvaardig en vroom man. Hij zegende het kindje Jezus en zijn ouders. Simeon zag uit naar de tijd dat God aan Israël vertroosting zou schenken. Simeon nam het kind Jezus in zijn armen en begon God te loven. Naar aanleiding van dat verhaal heb ik met de kinderen een mindmap op het activboard gemaakt en kwam ik met hen in gesprek. We hadden het over het verhaal, maar ook over wat er binnen de verschillende overtuigingen wordt gedaan als er een baby wordt geboren. De moslimkinderen hebben dit op de Koranschool nagevraagd. voor baby zakje snoepjes

cadeau voor jezelf kraamvisite veel mensen

Simeon

kraamfeest

loofde God offer

cadeau jezelf baby geboren

Moskee

verhaal

2 duiven

Toewijding van Jezus in de tempel

kerk

doop baby doopnaam volwassen doop

Uitspraak van een niet-kerkgaande leerling:

‘Nu begrijp ik eindelijk waar de doopnaam vandaan komt’.

18

Het kind en de grote verhalen ■ Levensbeschouwelijk leren in het basisonderwijs


Coöperatieve werkvormen In het tweede onderzoeksjaar ben ik in mijn nieuwe klas verdergegaan met het ‘boeiender’ maken van de godsdienstlessen. Ik heb mezelf de volgende onderzoeksvraag gesteld: ‘Hoe kan ik op een christelijke school aan kinderen met verschillende levensovertuigingen boeiend godsdienstonderwijs geven, waarbij de kinderen met elkaar in gesprek komen over belangrijke levensvragen?’ Het bevalt mij goed mijn godsdienstlessen te starten met een coöperatieve werkvorm om in het verhaal te komen en een verbinding te leggen met de leefwereld van de kinderen. Ik stel een vraag, waar alle kinderen antwoord op kunnen geven. Zo ben ik bij het verhaal ‘Jezus zegent de kinderen’ begonnen met Tweepraat. Ik stelde de vraag: ‘Volwassenen hebben het vaak druk. Jouw ouders vast ook. Waar denk je aan als je ouders het druk hebben?’ In tweetallen gaven de kinderen antwoord op de vraag. Vervolgens gaf ik een aantal leerlingen de beurt om te vertellen waar zij het samen over hebben gehad. Reactie van een leerling:

‘Ik vertelde dat mijn vader voor zijn werk vaak naar Kapelle moet rijden en M. zei dat haar vader vaak naar Cadzand moet voor zijn werk.’

Verslag doen aan de juf

Na de coöperatieve werkvorm maak ik de koppeling naar het Bijbelverhaal. Ik probeer dit meestal te vertellen. Tijdens de voorbereiding lees ik het eerst voor mezelf uit de Bijbel en daarna uit de kinderbijbel. Ik schrijf de begin- en eindzin op en noteer de hoofdlijn van het verhaal in steekwoorden. Dit kost wel wat voorbereidingstijd, maar ik merk dat de kinderen meer meeleven als ik het verhaal aan ze vertel. Reactie van een leerling:

‘Ik vind een verhaal uit het hoofd beter, want dan zie ik het gezicht en hoor ik het beter.’

Het kind en de grote verhalen ■ Levensbeschouwelijk leren in het basisonderwijs

19


Hoofdstuk 1

Leerkracht-ervaringen: zes manieren om kinderen zich een verhaal eigen te laten maken

Verschillende verwerkingsvormen Naar aanleiding van het Bijbelverhaal heb ik verschillende verwerkingsvormen uitgeprobeerd uit het boek ‘Hersenwerk in de klas’ van Robin Fogarty. Onder andere het maken van een gedragspatroongrafiek (GPG), de relatiecirkel en de gebeurtenisketting. De kinderen moesten soms nog met de verwerkingsvormen leren werken, maar bij alle lessen waren ze actief bezig met het Bijbelverhaal. Voorbeeld van een gedragspatroongrafiek waarbij de kinderen zich inleefden in een persoon uit het Bijbelverhaal van de verloren zoon. De kinderen mochten zelf kiezen of ze een GPG van de oudste of jongste zoon of van de vader wilden maken.

Omdat zijn vader vertelt dat alles van hem is

Omdat hij niks kreeg en de jongste zoon wel

20

Ik ga niet feesten

Het kind en de grote verhalen ■ Levensbeschouwelijk leren in het basisonderwijs


Voorbeeld van een relatiecirkel

Blij gevoel kinderen

Verdrie g gevoel kinderen

Boosheid van de discipelen Begrip van de discipelen

Aandacht van Jezus - Boosheid van de discipelen ➜ Verdrietig gevoel kinderen De kinderen mogen niet bij Jezus komen. - Begrip van de discipelen ➜ blij gevoel kinderen De kinderen mogen nu wel bij Jezus komen. - Blij gevoel van de kinderen ➜ aandacht van Jezus Ze krijgen nu toch aandacht. - Boosheid van de discipelen ➜ aandacht van Jezus Doordat de discipelen boos werden, riep Jezus de kinderen bij zich. - Aandacht van Jezus ➜ begrip van de discipelen De discipelen begrijpen nu dat Jezus er voor volwassenen en kinderen is.

Het kind en de grote verhalen ■ Levensbeschouwelijk leren in het basisonderwijs

21


Hoe kun je in de wereld van nu levensbeschouwelijk onderwijs zodanig vormgeven dat leerlingen bij het onderwerp worden betrokken? En hoe zorg je ervoor dat de leerkracht niet alleen zijn kennis en kunde inzet, maar ook zijn betrokkenheid en authenticiteit? Het is een vraag die veel leerkrachten herkennen. Deze vraag werd de basis voor een groot onderzoek, uitgevoerd door docenten, studenten en leerkrachtonderzoekers van een groot aantal Zeeuwse basisscholen in samenwerking met een aantal hogescholen. De leerkrachtonderzoekers en LIO-stagiaires doen verslag van hun praktijkonderzoek en onderzoeksresultaten met beschrijvingen van de lessen. De inzet van werkvormen die nog niet eerder waren gebruikt voor de lessen godsdienst/levensbeschouwing en de aandacht voor de eigen inbreng van leerlingen waren een verrijking voor leerling ĂŠn leerkracht. Het theoretisch model achter het onderzoek is gaandeweg aangescherpt en uitgekristalliseerd. In het tweede deel van het boek wordt de theorie toegelicht en toegankelijk gemaakt. Dit boek is geschikt voor iedereen die het levensbeschouwelijke onderwijs een warm hart toedraagt en op zoek is naar mogelijkheden om dat onderwijs te vernieuwen of een nieuwe impuls te geven. Over de samenstellers: Leendert-Jan Parlevliet, Bas van den Berg en Ton Zondervan zijn lerarenopleiders op verschillende hogescholen. Zij hebben zich de vraag gesteld hoe het vak godsdienst/levensbeschouwing zich in onze geseculariseerde maar tegelijkertijd multireligieuze samenleving zal gaan ontwikkelen. En vooral hoe zij daar als opleiders een positieve bijdrage aan kunnen leveren. Het project is mede mogelijk gemaakt met financiĂŤle steun van een RAAK-subsidie.

Bestelnummer 0681 ISBN 978-90-5788-428-3

9 789057 884283


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.