Ons Recht juni 2009

Page 1

ONS RECHT

113DE JAARGANG NUMMER 6 JUNI 2009

© foto: PHotonEWS

maandblad van de landelijke bediendencentrale · nationaal verbond voor kaderpersoneel

¬ ALERiS, PHiLiPS LiGHTiNG EN DAF ¬ JONGE ALLOCHTONEN EN WERK ¬ WERELDVLuCHTELiNGENDAG OP 20 JuNi ¬ SCHOOLVERLATERS EN JOBSTuDENTEN

CRISISMAATREGELEN tiJdeliJKheid is belAnGRiJK


inhoud

Ons Recht 3 Sociale toets mag niet ontbreken Werkgevers zijn niet altijd even consequent.

15 carrefour-verhaal, the saga continues Juridische strijd gaat voort.

4 crisismaatregelen kunnen uiterlijk tot midden 2010

15 In de marge

Alles doen om misbruiken te vermijden.

5 overname scarlet door belgacom roept veel vragen op

Veel bedrijven uit de industrie zijn aan het herstructureren. LBC-NVK’ers vertellen over de situatie bij Aleris, Philips Lighting en DAF. ·  p. 6

Personeel voelt zich onheus behandeld.

6 lbc-nvk zet zich schrap bij aleris, philips lighting en daf Een geluk dat er sterke bonden zijn.

7 “een vast contract is als de lotto winnen” Veel werkloosheid onder jonge allochtonen.

8 steeds meer betaalproblemen bij artsbezoek Dokter mag niet nog duurder worden. Het Steunpunt Tewerkstelling in Mechelen helpt jonge allochtonen om aan de bak te komen. Geen simpele opdracht. ·  p. 7

9 Arbeids-Gericht 10 textielsector zet stap vooruit ondanks crisis Eervol akkoord.

10 akkoord voor één jaar in kleding en confectie Afspraken over voltijds brugpensioen zijn verlengd.

11 werknemers massaal op straat Mensen moeten op de eerste plaats komen. Op 20 juni is het Wereldvluchtelingendag. “Als je duizenden kilometers van huis wegvlucht, is dat een weldoordachte beslissing “, zegt Jérôme Mavakala uit Congo. ·  p. 12

11 drogisterijgroep DI maakt het bont

16 tips voor schoolverlaters Wat moet je allemaal doen?

17 de rechten van de jobstudent Je kan 46 dagen werken zonder RSZ te moeten betalen.

18 patiëntenmobiliteit dreigt medisch toerisme aan te zwengelen Gezondheidszorg is niet alleen economisch verhaal.

19 experimenten met kinderopvang houden gevaren in Vlaamse overheid houdt vast aan ‘proeftuinen’.

19 Inbox 20 Film 21 Boek 22 De lezer schrijft 22 Uitbetaling vakbondspremie 22 Indexaanpassingen 23 Achterklap 24 Vanmol

Plannen om 200 werknemers op straat te zetten.

12 jérôme mavakala: “Ik hou niet graag mijn hand op” Een treffend voorbeeld van integratie.

13 jean de Dieu Ilunga: “Congolezen moeten land zelf veranderen” Samenwerking met vakbond CSC in Katanga.

14 Over de grenzen Wat moeten schoolverlaters doen om in orde te zijn? En wat zijn de rechten van jobstudenten.? Ons Recht informeert. ·  p. 16-17

2 ons recht | 113de jaargang | JUNI 2009

Als bijlage bij deze editie van Ons Recht vindt u in het midden een handige juridische infogids. Om bij te houden!


standpunt Ferre Wyckmans · aLGemeen secretarIs

© foto: BELGA

Een crisisperiode is een uitgelezen moment voor analisten, rekenaars allerhande en sociale kuitenbijters. Die zien dan hun kans schoon om even alle remmen los te gooien. De verenigde werkgevers in België, Vlaanderen, Wallonië en Brussel mikken volop hun pijlen op de overheid en haar uitgaven. Maar tegelijkertijd staan bankiers, autobouwers en diamantairs met grijpgrage handen klaar om overheidsgeld binnen te rijven. Consequentheid is toch zo’n schone deugd.

sociale toets mag niet ontbreken D

e Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) is één van de internationale economische scherpslijpers. Het gebeurt maar zelden dat deze in Parijs gevestigde organisatie ons op één of ander manier dienstig is. Het rotsvaste geloof in het vrijemarktmodel en de daaraan gekoppelde scrupuleus budgettaire financiële politiek laat weinig ruimte voor de sociale dimensie. Dat mocht nog maar eens blijken bij recente pogingen om de Belgische overheid ‘een handje te helpen’. De automatische loonindexering is voor deze club een regelrechte gruwel. En elk rapport over België zet die ‘schande’ graag in de verf. Dat die indexering de koopkracht overeind helpt te houden, ontgaat de OESO. De Belgische overheid krijgt een pluim omdat ze zo snel inspeelde op de bankencrisis. Qua omvang waren de steunmaatregelen inderdaad ongezien. En ook de snelheid van het overheidsoptreden was verbazend hoog. Zou de OESO dezelfde waardering hebben uitgedrukt voor maatregelen die niet de banken maar de uitkeringstrekkers of de laagste lonen ten goede zouden zijn gekomen?

pensioenleeftijd Na het woordje van lof is de OESO in zijn rapport gul met vermanende vingers. België moet dringend de wettelijke pensioenleeftijd verhogen, vindt de organisatie. Alsof er ook maar één job bijkomt als we morgen verkondigen dat iedereen tot 66 of 67 jaar moet werken. Het onmiddellijke gevolg zal niet zijn dat er meer mensen aan de slag gaan. Wel zullen werknemers geen 45 maar 46 of 47 jaar moeten werken om een volledig pensioen te krijgen. Wie onder die lat blijft, zal met minder genoegen moeten nemen. Weten de dames en heren van de OESO dan niet dat de wettelijke pensioenen in België, gemeten naar Europese maatstaven, betrekkelijk laag zijn? De OESO heeft ook ideeën over de vennootschapsbelasting. Die moet volgens het rapport naar omlaag. Tegelijkertijd dient een reeks ‘overbodige’ aftrekken afgeschaft. Ook hier kijken de analisten niet verder dan hun fiscale cijferneus lang is. Het theoretische belastingtarief bedraagt 33,99 procent, tegenover een Europees gemiddelde van 26 procent. Maar het daadwerkelijke tarief

ligt in België veel lager en haalt amper dat Europese gemiddelde. Precies omdat er zoveel aftrekmogelijkheden bestaan. Hoorden we de OESO-experts al iets zeggen over het lamentabele werk dat minister Didier Reynders (Financiën) aflevert op het vlak van inning en controle? Stilte alom.

hogere btw Een derde aanbeveling gaat over de verhoging van de inkomsten uit btw. Met die aanbeveling verzeilen we bij het verhaal van de lagere Belgische btw op voedingsartikelen. Nu is uitgerekend voeding een basisproduct. En basisproducten happen bij laagverdieners een relatief groter stuk uit het maandbudget. Als de btw op voeding wordt opgetrokken, is dat een zware klap voor mensen met bescheiden inkomens. Wat onrechtvaardig zou zijn. Toegegeven, sociale rechtvaardigheid is niet meteen een grote bekommernis voor de jongens en meisjes van de OESO. Ook de fiscale aftrek voor hypotheekleningen dient aangepakt. Als het aan de OESO ligt, mag nog alleen de intrest worden afgetrokken. Over fiscale aftrekbaarheid kan je een grote boom opzetten. Maar de huisvestingspolitiek in België is wel sterk gericht op een eigen woning verwerven. Die politiek volstaat niet. Er is net zo goed nood aan een sociale huurpolitiek. De vraag kan worden gesteld of de hypotheekaftrek verlagen echt sociaal is. Lagere inkomenstrekkers kunnen op basis hiervan inderdaad ‘koop’-sparen. Als dat niet meer kan, zullen alleen diegenen met de hoogste inkomens nog huizen kunnen kopen. Qua kort-door-de-bocht-redenering kan dit tellen. Merkwaardig is het toch dat de vakbonden in ons land bijna de enigen zijn die naast economische beschouwingen aandacht eisen voor sociale bekommernissen. Werknemersorganisaties houden de sociale vinger aan de pols. Ze krijgen hiervoor minder media-aandacht dan je zou mogen verwachten. De geboorte van een babyolifantje in de Antwerpse Zoo oogstte meer persaandacht dan de 50.000 leden en militanten van vakbonden die enkele dagen voordien in Brussel een schreeuw om sociale aandacht lieten. Onze opdracht blijft dus onverkort van kracht: de ware verdedigers van de werknemers zijn. n

De vakbonden zijn bijna de enigen die ook aandacht eisen voor sociale bekommernissen.

JUnI 2009 | 113de jaargang | ons recht 3


Crisismaatregelen kunnen uiterlijk tot midden 2010 Bonden vinden tijdelijk karakter erg belangrijk

Ferre Wyckmans

De werkgevers droomden ervan op een drafje economische werkloosheid voor bedienden in te voeren. Voor de vakbonden een onaanvaardbare ambitie. De werkgevers liepen veel te hard van stapel. Bovendien probeerden ze op slinkse wijze slechts één stukje van de verschillen tussen arbeiders en bedienden aan te pakken. Uiteraard moest dat alleen in hun kraam passen. Redelijk kon je de houding van de werkgevers niet noemen. Gevolg: de federale regering trok het dossier naar zich toe.

O

f het nu om de werkgevers gaat of om de regering, voor de vakbonden geldt telkens hetzelfde uitgangspunt. De economische crisis mag leiden tot creatieve oplossingen die inspelen op de omstandigheden, maar het moet gaan om een geheel van maatregelen die duidelijk van tijdelijke aard zijn. Zoveel mogelijk jobs redden en de inkomens van werkne4 ons recht | 113de jaargang | JUNI 2009

mers beschermen, dat primeert voor de bonden. Niet de opbrengsten voor werkgevers en de kosten voor werknemers of de staatskas. De regering kwam op 30 april voor de pinnen met een trio van maatregelen. Samen met de confederaties deden de bediendebonden al het mogelijke om de tijdelijkheid van de maatregelen te beklemtonen. Crisismaatregelen moeten uitzonderlijk zijn. De bonden wilden vermijden dat de crisismaatregelen een obstakel zouden vormen voor het latere, globale debat over de harmonisering van de statuten van arbeiders en bedienden. Wat was het resultaat? Drie maatregelen die in beginsel alleen tot eind 2009 van toepassing zijn. In uiterste nood en na gunstig advies kunnen die maatregelen nog wel worden verlengd tot midden 2010. Ons Recht zet ze op een rijtje.

wordt aangevuld met een tijdelijke regeling. Zo is het pad geëffend voor overeenkomsten die gedurende een bepaalde periode collectief de arbeidsduur inkrimpen met één vierde of één vijfde. De werkgever bespaart zo op loonkosten en krijgt meer korting op de socialezekerheidsbijdragen. Als de arbeidsduurvermindering wordt gecombineerd met een vierdaagse werkweek, wordt de korting nog groter. Belangrijk is verder dat de werknemers een compensatie voor loonverlies horen te krijgen. Die compensatie vertegenwoordigt driekwart van het bedrag dat de korting op de socialezekerheidsbijdragen oplevert. Tijdens de periode van collectieve arbeidsduurvermindering worden de personeelsleden nog altijd als voltijdse werknemers beschouwd. Dat is van belang voor de sociale zekerheid en bij een eventueel ontslag.

Arbeidsduurvermindering

Economische moeilijkheden

De bestaande regeling rond collectieve arbeidsduurvermindering, vastgelegd bij cao,

De twee andere regelingen zijn alleen toepasbaar als de onderneming daadwerkelijk met

De LBC-NVK zal er alles aan doen om misbruiken te vermijden en ervoor te zorgen dat crisismaatregelen alleen worden toegepast op basis van daadwerkelijk overleg.


crisis economische moeilijkheden wordt geconfronteerd. Het bedrijf moet die moeilijkheden kunnen aantonen. Ofwel moet er sprake zijn van minstens 20 procent omzet- of productieverlies ten opzichte van hetzelfde kwartaal in 2008. Ofwel zag het bedrijf zich gedwongen minstens 20 procent tijdelijke arbeid voor arbeiders in te voeren. Het is ook mogelijk dat bedrijven veel bestellingen kwijtspelen en daardoor in aanmerking komen voor de regelingen. Maar voor die laatste mogelijkheid is het nog wachten op een koninklijk besluit. Voor de diverse regelingen moet een welbepaalde procedure worden gevolgd. Na de publicatie van de wet in het Belgisch Staatsblad hebben de sectoren nog één week de tijd om de invoering van de crisismaatregelen via een sector-cao te regelen. Daarna komen de bedrijven aan zet. In bedrijven met een vakbondsafvaardiging is het mogelijk een bedrijfs-cao te sluiten binnen de twee weken nadat de afvaardiging met de vraag daarnaar werd geconfronteerd. Als het binnen die termijn niet lukt, kan de werkgever een ‘ondernemingsplan’ opstellen. In bedrijven zonder vakbondsafvaardiging is werken met een ondernemingsplan meteen mogelijk. Elk ondernemingsplan moet aan een federale commissie worden voorgelegd. Het moet aantoonbaar zijn dat het plan het mogelijk maakt om ontslagen te voorkomen. In het plan moeten dus zeker maatregelen zitten om jobs te behouden.

Tijdskrediet en schorsing Hoe zien de twee bruikbare scenario’s er dan verder uit? Enerzijds is er sprake van een ‘crisistijdskrediet’, anders van een ‘crisisschorsing’. Het crisistijdskrediet komt neer op een vermindering van het arbeidsvolume. Een halvering van het arbeidsvolume of een inkrimping tot een viervijfde job. Bij een halvering van het werkvolume keert de RVA een maandelijkse vergoeding van 442,57 euro uit. Voor een inkrimping tot een viervijfde job bedraagt de maandelijkse aanvullende vergoeding 118,82 euro voor wie jonger is dan 50 jaar en 248,08 euro voor vijftigplussers. De crisisschorsing is een schorsing van de arbeidsovereenkomst. Zo’n schorsing kan volledig of gedeeltelijk zijn. In het laatste geval werk je maar twee dagen per week. Een complete schorsing kan gedurende maximaal 16 weken per jaar. Een gedeeltelijke schorsing is gedurende hoogstens 26 weken per jaar mogelijk. Het is ook mogelijk een combinatie te hebben; twee weken gedeeltelijke schorsing stemmen dan overeen met één week volledige schorsing. Tijdens de schorsingsperiode krijgen bedienden een ‘crisisuitkering’. Die wordt berekend zoals de uitkering bij economische werkloosheid voor arbeiders. Afhankelijk van de gezinstoestand bedraagt de uitkering 75 of 70 procent van het brutoloon, maar dat loon is wel begrensd tot 2.204,46 euro per maand.

Looncompensatie Zowel de sector- of bedrijfs-cao als het ondernemingsplan moet zorgen voor een bijkomende looncompensatie, die de werkgever betaalt. Als er voor arbeiders al zo’n supplement bestaat, moet die aanvulling ook zeker voor bedienden gelden. Bestaat er voor arbeiders geen aanvullende looncompensatie? Dan moet die er toch komen voor bedienden. Uitgangspunt voor de bonden is dat zo’n compensatie dan ook geldt voor arbeiders. Een systeem van crisisschorsing kan alleen worden ingevoerd als de betrokken bedienden alle inhaalrust voor overuren opnamen. Verder moeten de uren zijn gerecupereerd die mogelijk in het kader van een flexibel uurroos-

ter al teveel werden gepresteerd in vergelijking met de normale gemiddelde arbeidsduur. Een aantal belangrijke details rond deze crisismaatregelen valt nog te regelen. Bij het ter perse gaan is er nog niet op alle punten volledige duidelijkheid. De LBC-NVK zal er alles aan doen om misbruiken te vermijden en ervoor te zorgen dat crisismaatregelen alleen worden toegepast op basis van daadwerkelijk overleg. Het liefst van al wil de vakbond dit doen op het niveau van de sectoren. In géén geval mogen de werkgevers in de komende maanden alleen uitmaken wat er met bedienden en kaderleden zal gebeuren. n

Overname Scarlet door Belgacom roept veel vragen op Helft werknemers dreigt job te verliezen

Robert Veekman

De telecomgroep Belgacom kreeg eind 2008 het groene licht om haar kleine concurrent Scarlet in te lijven. In de telecomsector deed de deal veel stof opwaaien. Belgacom, nog altijd een onderneming naar publiek recht, neemt een dominante positie op de markt in. Volgens diverse waarnemers is de groep er alleen op uit de positie en het marktaandeel van concurrenten als Mobistar, Base, KPN en Telenet te ondergraven.

D

e Raad voor de Mededinging besliste dat Belgacom Scarlet onder strikte voorwaarden mocht overnemen. Voor de vakbonden is de belangrijkste vraag wat er met de werknemers van Scarlet gebeurt. Al snel kwam de aap uit de mouw. Belgacom wilde de helft van het Scarlet-personeel de laan uitsturen. De algemeen directeur van Belgacom, Didier Bellens, baseerde zich op de opgelegde voorwaarden om de drastische reorganisatie bij Scarlet te verantwoorden. Belgacom werd verplicht om het netwerk van Scarlet binnen de 18 maanden door te verkopen aan bedrijven die niets met de overnemer te maken hebben. “Hierdoor kunnen we een groot aantal men-

sen van Scarlet niet in dienst houden”, verklaarde Belgacom. Uit gesprekken tussen vakbondsvertegenwoordigers en de voorzitter van de Raad voor de Mededinging bleek dat Belgacom een loopje nam met de waarheid. Volgens de Raad moest Belgacom er alles aan doen om het personeel van Scarlet te motiveren en het netwerk in goede staat te houden zodat een verkoop effectief kon plaatsvinden.

Tandje bij Dat was voor de vakorganisaties het signaal om een tandje bij te steken. Het was duidelijk dat andere acties en nog meer mobilisatie nodig waren. Het personeel op de been krijgen was niet zo moeilijk. De werknemers voelden zich zeer onheus behandeld door hun vroegere grootste concurrent. De juristen van Belgacom kwamen met mogelijke sociale plannen die voor vakbondsbegrippen ongezien waren. Vergeleken met andere recente bedrijfsakkoorden in de regio Brussel was het oorspronkelijke voorstel van Belgacom een belediging voor het sociaal overleg. De bonden dreigden met een eerste stakingsdag. Uiteindelijk zwichtte de directie en kwam er een beginselakkoord tot stand. Bij het ter perse gaan zijn de slotonderhandelingen nog volop aan de gang. De bonden willen zo vlug mogelijk een fatsoenlijk sociaal plan aan de werknemers van Scarlet voorleggen. n JUNI 2009 | 113de jaargang | ons recht 5


© foto: photonews

industrie

LBC-NVK zet zich schrap bij Aleris, Philips Lighting en DAF “Een geluk dat er nog sterke vakbonden bestaan”

Denis Bouwen

Heel wat bedrijven uit de industrie reorganiseren dat het een lieve lust is. “Een geluk dat er in ons land nog sterke vakbonden bestaan”, bedenkt Erik Van den Heede, nationaal secretaris voor de industrie bij de LBC-NVK. “Anders zouden de gevolgen voor de werknemers nog dramatischer zijn.” Ons Recht peilt naar de situatie bij Aleris Aluminum, Philips Lighting en DAF Westerlo.

“I

k adviseer onze militanten zo dicht mogelijk bij de mensen te staan”, vertelt Van den Heede. “De LBC-NVK doet al het mogelijke om de effecten van saneringen te verzachten. We moeten onze achterban goed informeren en genoeg overleg plegen. En over zoveel mogelijk plannen collectief onderhandelen. Het is belangrijk om voorwaarden te koppelen aan maatregelen die directies willen nemen.” Bij het aluminiumbedrijf Aleris (Duffel) nam de economische werkloosheid bij de arbeiders toe. Tijdelijke contracten werden niet verlengd. De bedienden kregen de vraag zoveel mogelijk verlofdagen op te nemen. En ook om

onbetaalde verlofdagen of vooruitgeschoven dagen arbeidsvermindering van 2009 te pakken. De directie schafte zelfs de warme maaltijden af om te besparen. “In ons bedrijf werd in de voorbije jaren ruim 100 miljoen euro geïnvesteerd”, zegt LBC-NVK-militant Herman Verlinden. “Maar dat geld moest de fabriek zelf opbrengen.” Op 21 januari 2009 kondigde de directie aan 75 bediendenjobs te willen opofferen. “Wij drongen niet aan op arbeidsherverdeling, want die maatregel zou volgens de directie geen enkele baan redden.” In de loop van het voorjaar liet het Amerikaanse moederbedrijf van Aleris zich tegen zijn schuldeisers beschermen. Aleris Europa kreeg 180 miljoen dollar verse kredieten. “Midden april kregen we van Roeland Baan, de baas van Aleris Europa, de boodschap dat er in Duffel 770 werknemers weg moesten: 530 arbeiders en 240 bedienden, met inbegrip van de 75 bedienden waarover het in januari ging. Een halvering van het personeel. Door diverse ingrepen kan het uiteindelijke banenverlies wel wat lager uitvallen.”

Solidair Veel arbeiders zijn diverse dagen per week economisch werkloos. “De bedienden willen ook inspanningen doen en zo het signaal geven dat de arbeiders niet alleen de

6 ons recht | 113de jaargang | JUNI 2009

gevolgen van de crisis moeten dragen”, luidt het. “Door de recente crisismaatregelen van de regering wordt het voor de werkgevers nog gemakkelijker om ook de bedienden te laten inleveren.” De motivatie onder de werknemers is ver te zoeken. Verlinden hoopt tegen eind juni een beter zicht te hebben op het sociaal plan. “Laten we zo vlug mogelijk een ééngemaakt statuut voor arbeiders en bedienden verwezenlijken. Nu hebben sommige werknemers het gevoel dat zij alleen voor de crisis betalen.” Bij de cabine- en assenfabriek van DAF in Westerlo smeedde de directie plannen om 874 jobs te schrappen. “Ons aanvoelen is dat het aantal jobverliezen nog kan zakken als het bedrijf andere besparingsmaatregelen vindt”, zegt Guido Helsen van de LBC-NVK. “De directie wil genoeg personeel in dienst houden om paraat te staan tegen het moment dat de economie weer aantrekt.”

Westerlo De arbeiders bij DAF Westerlo werken nog minstens twee dagen per week. De bedienden bleken bereid om drie maanden lang 80 procent te werken, met gebruik van de ‘Vlaamse overbruggingspremie’. Het management in Westerlo zag een deal met de bedienden wel zitten, maar het hoofdkwartier in Eindhoven zette zijn voet dwars. “In Westerlo praten

we nu toch opnieuw over het idee om alle bedienden een half jaar lang 80 procent te laten presteren. Die termijn zou met een half jaar kunnen worden verlengd. We denken ook na over een regeling om mensen al vanaf 58 jaar met brugpensioen te laten gaan.” DAF Trucks sloot 2008 af met recordresultaten. Vreemd dus dat de onderneming zo zwaar snoeit. “De directie houdt vol dat de crisis in onze sector enkele jaren kan aanslepen”, aldus Helsen.

Aderlating Ook bij Philips Lighting in Turnhout zijn het lastige tijden. “Onze directie wil 279 arbeiders en 210 bedienden en kaderleden laten afvloeien. Een forse aderlating”, stelt Paul Bax van de LBC-NVK. “Ondanks de frustraties onder de werknemers verliepen de gesprekken met de directie in een goede sfeer. Bij de bedienden en kaderleden keurde 85,5 procent het sociaal plan goed. Voor de werknemers die hun werk verliezen blijft het een zware dobber. Het wordt zaak om hen zo goed mogelijk te begeleiden.” De bonden deden aan Philips Lighting het voorstel om jobs te redden dankzij arbeidsherverdeling. Maar de directie weigerde. “De werknemers kunnen wel vrijwillig vertrekken, met 52 op brugpensioen gaan of vanaf 50 kiezen voor halftijds tijdskrediet met een bijpassing van het bedrijf.” n


werk

“Een vast contract is als de lotto winnen”

Steunpunt Tewerkstelling Mechelen helpt jonge allochtonen op weg “We proberen de jongeren met positieve verhalen en voorbeelden te overtuigen dat het nuttig is om te solliciteren. Om een job te vinden, moet je 200 brieven schrijven, vertel ik ze altijd.” Mohamed Ouamari: “Ze moeten bezig blijven: studeren, werk zoeken of een eigen zaak beginnen. Ik geef de jongeren deze raad mee: hou je ziel bezig, voordat je ziel jou bezig houdt.” Hellen Larbi:

De crisis slaat ongenadig hard toe bij jongeren. Vooral jonge allochtonen zien hun kansen op werk als sneeuw voor de zon verdwijnen. Allochtonen werken vooral als uitzendkracht of met een tijdelijk contract. Zulke jobs sneuvelen nu als eerste. De werkloosheid onder allochtonen is erg groot en groeit nog. Vast werk vinden is voor heel wat allochtonen schier onmogelijk. Het Steunpunt Tewerkstelling Mechelen probeert samen met deze doelgroep het pad te effenen voor een betere toekomst. Ons Recht sprak met Hellen Larbi en Mohamed Ouamari. O n s R ec h t: Allochtone jongeren vinden moeilijk een job, laat staan vast werk. Waar botsen deze jongeren tegenaan? Mohamed Ouamari: “De clichés zijn soms waar: jonge allochtonen worden onder andere gediscrimineerd op grond van hun naam, huidskleur en nationaliteit. Dat leidt tot ergernis en een gebrek aan wilskracht om naar werk te blijven zoeken.” H e l l e n Lar b i : “Tegelijkertijd staat deze groep zeer wantrouwig tegenover de buitenwereld. Het gaat om maatschappelijk kwetsbare jongeren. Continu afgewezen worden geeft ze het gevoel dat de maatschappij tegen hen is en dat ze niks goed doen. Hun omgeving versterkt dat beeld: ‘Mijn neef spreekt goed Nederlands, maar vindt toch geen werk’, ‘mijn broer studeerde hard, heeft een goed diploma, maar krijgt geen werk’. Als ze dan solliciteren en ook uit de boot vallen, wordt dit gevoel alleen maar versterkt.” Toch willen allochtone jongeren graag een job. Ze weten niet

Doorstroom

© foto: DANIËL RYS

© foto: photonews

Monique Braam

Hellen Larbi: “Continu afgewezen worden geeft jonge allochtonen het gevoel dat de maatschappij tegen hen is en dat ze niks goed doen.” (naast haar Mohamed Ouamari). altijd waar ze moeten beginnen en krijgen bij het Steunpunt Tewerkstelling hulp en begeleiding. Het Steunpunt ontstond uit het Jeugdhuis. En dat lijkt een belangrijke troef. Hellen Larbi: “Omdat we groeiden uit het Jeugdhuis, trekken we een jonger publiek aan. Vooral jongeren tot 25 jaar. Als jongeren na hun opleiding problemen ondervinden om aan de bak te komen, stappen ze sneller over de drempel van het Steunpunt. We proberen ook zo dicht mogelijk bij hun leefwereld te blijven.”

Hou je ziel bezig voordat je ziel jou bezig houdt. Mohamed Ouamari: “Vertrouwen betekent alles. Deze groep praat niet graag over de problemen. School en werk zijn nogal taboe.

Ontmoetingen en ontspanning zijn de beste manieren om met hen contacten te leggen. Via het Jeugdhuis binden we ze aan ons en zo ontwikkelen ze zich verder. Wij noemen dat het ‘meet, connect, grow’-principe.”

VDAB Hoe begeleiden jullie de allochtone jongeren? H e l l e n Lar b i : “Onze jobclub staat open voor iedereen. De klemtoon ligt op sollicitatietraining. We werken daarbij heel nauw samen met de VDAB en proberen de jongeren zo te begeleiden dat ze een baan vinden.” Mohamed Ouamari: “De jongste tijd praat ik veel met de jongeren over het idee om met een eigen zaak te starten. We lieten hier bijvoorbeeld een jonge allochtoon zijn verhaal doen. Iemand die met succes een pizzeria uitbouwde. Dat verhaal maakte indruk.” Ons Recht:

Ons Recht: Zijn er succesverhalen? Of is de realiteit toch anders? Hellen Larbi: “Als allochtonen al werk vinden, gaat het meestal om tijdelijke contracten of uitzendbanen. En met de huidige crisis verminderde het jobaanbod aanzienlijk. Daarnaast komen jongeren in aanmerking voor tewerkstellingsmaatregelen die de doorstroom naar een volwaardige job moeten bevorderen. Denk aan een startbaanovereenkomst of een IBOcontract (individuele beroepsopleiding, nvdr). Het is schrijnend te moeten constateren dat er van die doorstroom vaak niets in huis komt. Na zes maanden of een jaar staan de jongeren weer op straat. Een startbaan of IBO-contract geeft jongeren veel hoop. Niet is zo erg als na een aantal maanden weer met lege handen op straat te staan. Dat is voor die jongeren heel moeilijk en het leidt uiteraard tot veel frustraties.” M o h am e d O uamar i : “Een vast contract is als de lotto winnen. Als je wint, trakteer je je hele familie op een etentje. Maar helaas gebeurt zoiets erg weinig. Zelfs bij allochtonen uit mijn vriendenkring die een hogere opleiding volgen krijgen er maar weinig een vast contract. Een pasklare oplossing voor het probleem heb ik niet. Maar we moeten in ieder geval het wantrouwen omzetten in vertrouwen. Vertrouwen in de bevoegde diensten, in zichzelf en in elkaar.” n De website van het Mechelse Jeugdhuis vind je op www.rojm.be.

JUNI 2009 | 113de jaargang | ons recht 7


GEZONDHEIDSZORG Jan Deceunynck

Almaar meer mensen kunnen de dokter niet meer betalen. Uit cijfers blijkt dat tussen februari 2008 en februari 2009 veel meer mensen aan hun huisarts vroegen om alleen het remgeld te moeten betalen. Die zogenaamde ‘derdebetalersregeling’ bestaat al langer. Maar sinds vorig jaar zit het gebruik ervan duidelijk in de lift.

B

ij het ziekenfonds CM zien ze de trend ook. “Kleine risico’s kunnen grote risico’s worden”, legt nationaal secretaris Tom Joos uit. “Een bedrag van 22 euro voor een doktersbezoek of 27 euro voor een huisbezoek lijkt niet veel. Maar voor chronisch zieken of mensen met een laag inkomen kan dat toch een behoorlijke drempel zijn.”

Derde betaler Hoe werkt die derdebetalersregeling? Normaal betaal je de dokter zijn volledige honorarium, en krijg je nadien een deel terug van je ziekenfonds. Maar mensen in financiële nood moeten enkel het remgeld betalen. De arts krijgt dan van het ziekenfonds de rest van zijn ereloon.” “De regeling heeft niet alleen maar voordelen. De patiënt moet er zelf altijd om vragen, toch een gênante drempel. Vervelend is ook dat de arts de toepassing van de regeling kan weigeren. De derdebetalersregeling toepassen betekent meer administratief werk voor de dokter. En hij moet langer op zijn geld wachten.” Ons Recht: Tom Joos:

Ons Recht:

Waarom wordt de regeling niet altijd

toegepast? “Een belangrijke reden is dat de dokters niet altijd te vinden zijn voor deze regeling, al merken we op dit punt nu wat verandering. De regeling is ook niet veralgemeend omdat de wetgever vindt dat mensen best mogen weten dat medische zorgen flink wat kosten aan de gemeenschap. De CM deelt die mening. De kostprijs van de gezondheidszorg mag best zichtbaar zijn.” “Door de regeling niet algemeen toe te passen, wordt mogelijke overconsumptie ook afgeremd. Als het ziekenfonds – lees de overheid – alles zou betalen, zouden artsen zonder al te veel scrupules extra kosten kunnen maken. Het zou de patiënt toch niks kosten.” “Voor sommige medische zorgen wordt de derdebetalersregeling wel altijd gebruikt. In het ziekenhuis betaalt de patiënt alleen het remgeld. De rest regelt het ziekenfonds. Ook bij de apotheker betaal je enkel het remgeld voor geneesmiddelen die werden voorgeschreven.”

Tom Joos:

8 ons recht | 113de jaargang | JUNI 2009

Steeds meer betaalproblemen bij artsbezoek “De dokter moet echt niet nog duurder worden.”

Crisis Is de groeiende vraag naar de derdebetalersregeling te wijten aan de crisis? Of liggen de oorzaken dieper? Tom Joos: “Dat is niet helemaal duidelijk. We zien alleen in onze statistieken dat de regeling vaker wordt gebruikt. De crisis zal er ongetwijfeld mee te maken hebben. Maar ook voordien zagen we dat steeds meer mensen moeite hadden om de kosten te betalen. De crisis zal die trend niet ombuigen.” “We merkten ook dat 80 procent van de attesten voor terugbetaling die we ontvangen alleen in de omslag zit. Mensen sturen ze blijkbaar meteen op na het bezoek aan de arts. Ze willen of kunnen dus niet lang wachten op hun terugbetaling.” Ons Recht:

Is ziek zijn te duur in België? “De dokter mag niet nog duurder worden. De Belgische ziekteverzekering dekt heel wat kosten maar in vergelijking met sommige buurlanden zijn we met een eigen bijdrage van 25 tot 30 procent van de kosten maar een middenmoter. En het eigen aandeel van de patiënt groeit nog altijd, waarbij de maximumfactuur niet alles opvangt.” “Aan de andere kant groeit het Belgische budget voor de ziekteverzekering nog altijd. De voorbije jaren nam het jaarlijks toe met 4,5

Ons Recht: Tom Joos:

procent bovenop de inflatie. Het is dus niet zo dat er bespaard wordt in de ziekteverzekering. Maar de totale kosten van de medische prestaties stijgen nog sterker. En het valt te vrezen dat het budget volgend jaar met minder dan 4,5 procent boven de inflatie zal mogen groeien.” “Mogelijk zal dus het eigen aandeel in de kosten nog verder stijgen. Aanvullende verzekeringen vangen dat deels op. Maar helaas zijn die dikwijls te duur voor mensen met de laagste inkomens.” Ons Recht: Moeten we de derdebetalersregeling uitbreiden of verbeteren? Tom Joos: “Dat zal niet alle problemen met de betaalbaarheid van de ziekteverzekering oplossen. Maar het kan wel de drempel naar de huisarts verlagen. Wij pleiten ervoor dat de regeling voor patiënten een recht wordt in plaats van een gunst. Het remgeld volstaat als rem tegen de overconsumptie. Zeker voor mensen met financiële problemen.” “De CM vindt wel dat de huisarts een belangrijke rol vervult in de gezondheidszorg. Het is beter dat mensen hun gezondheid goed laten volgen door hun vaste huisarts dan dat ze na 40 jaar op een operatietafel terechtkomen. Een regelmatig contact met de arts kan de betaalbaarheid van ons systeem alleen maar ten goede komen.” n


arbeids-gericht marc weyns

Een flink deel van de geschillen die gevoerd worden voor de arbeidsgerechten, heeft te maken met het ontslag om dringende reden. Hierna doen we een greep uit de recente rechtspraak. Toch moet daarbij een kanttekening gemaakt worden. Het is – gelukkig – eerder uitzonderlijk dat een einde wordt gemaakt aan de arbeidsovereenkomst om dringende reden. De veelheid aan betwistingen over de dringende reden geeft dus geen juist algemeen beeld van de normale arbeidsverhoudingen.

Schaduwen van een werknemer Een werkgever twijfelt eraan of een van zijn werknemers wel zijn hele arbeidstijd besteedt aan het werk. Hij vindt er niet beter op dan de werknemer te laten schaduwen. Het arbeidshof in Bergen was op 22 mei 2007 echter van mening dat de werkgever daarmee veel te ver ging. Een werkgever heeft natuurlijk het recht om na te gaan of werknemers hun contract correct uitvoeren; daartoe mogen echter geen buitensporige maatregelen worden getroffen. In dit geval is het privéleven van de werknemer geschonden. Het doel dat de werkgever nastreefde was op zich weliswaar wettig, maar de opdracht om de werknemer te laten schaduwen stond buiten elke redelijke proportie. De bekentenis die de werknemer aflegde nadat hij werd geconfronteerd met het verslag van het schaduwen, is ongeldig omdat ze afgedwongen werd met een onwettig bewijsmiddel.

Ruchtbaarheid geven aan een ontslag is onrechtmatig Een werkneemster wordt ontslagen wegens dringende reden en zij betwist haar ontslag. De werkgever trekt zich daar niets van aan en stuurt naar de klanten van het bedrijf een brief waarin hij meedeelt dat de werkneemster ontslagen werd en dat daarbij een dringende reden in het spel was. Het arbeidshof in Brussel oordeelde op 22 april 2008 dat de werkgever onvoorzichtig te werk was gegaan en een fout had gemaakt door de klanten een brief te sturen. Het ontslag bleef overeind, maar de werkgever moest een extra schadevergoeding betalen aan de gedupeerde werkneemster.

Een werknemer die zichzelf voordelen verschaft, gaat zwaar in de fout Een werknemer zorgde voor het onderhoud van de gebouwen van de werkgever, de telefonie en een vloot van 140 bedrijfsauto’s. Hij moest onderhandelen met de leveranciers en de beste voorstellen aan de directie voorleggen. Bij de garage waar hij de bedrijfsauto’s kocht, dwong hij de gratis levering af van een auto voor zijn

dochter. Toen de werkgever daarvan – door een dom toeval – op de hoogte geraakte, werd de arbeidsovereenkomst beëindigd wegens dringende reden. De werknemer vocht zijn ontslag tevergeefs aan bij de arbeidsrechtbank en het arbeidshof. Het arbeidshof in Brussel besliste op 10 oktober 2008 dat de werkgever heel terecht had gehandeld.

Ontslag om dringende reden en aansprakelijkheid voor schade Een vrachtwagenchauffeur raakt betrokken bij een verkeersongeval en de politie stelt vast dat hij de toegelaten alcoholgrens lichtjes overschreed. De werkgever ontslaat de chauffeur meteen wegens dringende reden. Een tijd later stuurt de werkgever de factuur voor het herstel van de schade aan de vrachtwagen. De werknemer weigert die te betalen. De werknemer laat het daar niet bij zitten en trekt met de zaak naar de arbeidsrechter. Uiteindelijk wordt de knoop doorgehakt met een arrest van het arbeidshof in Bergen van 20 oktober 2008. De rechter maakt een onderscheid tussen het ontslag om dringende reden en de aansprakelijkheid van de werknemer voor de schade die hij veroorzaakte. Een dringende reden veronder-

stelt een ernstige tekortkoming die de professionele samenwerking onmiddellijk en definitief onmogelijk maakt. De werknemer is alleen aansprakelijk voor de schade die hij veroorzaakt als die het gevolg is van bedrog, een zware fout of een frequent terugkerende lichte fout. De chauffeur ging in de fout en werd daarvoor ontslagen wegens dringende reden. Rekening houdend met het hoge arbeidsritme, zijn vermoeidheid en zijn gebrek aan ervaring, is de fout echter geen zware fout die tot gevolg heeft dat hij aansprakelijk zou zijn.

Controle van dienstverplaatsingen met een routeplanner Een nieuwe directeur voert strikte regels in voor werknemers die over hun externe opdrachten voortaan wekelijks een nauwgezet rapport moeten inleveren. Hij zet de puntjes op de i en controleert alles tot in de kleinste details. Hij ontdekt daarbij dat een van de handelsvertegenwoordigers iets meer kilometers aan dienstverplaatsingen aangaf dan hij volgens een routeplanner of een GPS hoefde af te leggen indien hij de kortste weg volgde. De directeur vermoedt bedrog en wil de werknemer ontslaan wegens dringende reden. Het arbeidshof volgt die zienswijze niet in zijn arrest van 14 augustus 2008: het loutere feit dat uit een softwareprogramma blijkt dat een kortere weg kon worden gevolgd, bewijst niet dat de werknemer fraudeerde door iets meer kilometers aan te geven. De werkgever had moeten bewijzen dat de werknemer in werkelijkheid minder kilometers aflegde dan in zijn rapport stond. n

JUNI 2009 | 113de jaargang | ons recht 9


sector-cao’s

Textielsector Akkoord voor één zet stap vooruit jaar in kleding ondanks crisis en confectie De sectorale onderhandelingen voor de bedienden in de textielsector verliepen onder een slecht gesternte. Door de economische recessie en de financiële crisis zijn er in de sector veel verhalen van faillissementen, sluitingen en herstructureringen. Weinig ondernemingen blijven gespaard van onheil.

D

e bedienden moesten de onderhandelingen alleen klaren in de textielsector. Twee jaar geleden sloten de arbeidersbonden in de textiel al een akkoord af voor een periode van vier jaar. De arbeiders moesten 1 procent van hun index inleveren en kregen in ruil maaltijdcheques (in 2009 +0,9 euro en in 2010 +0,8 euro). De crisis slaat wild om zich heen. Toch konden de bediendenbonden een eervol akkoord bereiken met de werkgevers. De militanten vonden de overeenkomst eerbaar. Er was geen overdreven enthousiasme. Maar toch zetten de militanten met de nodige nuchterheid en realiteitszin het licht op groen. Een kleine meerderheid besliste het ontwerpakkoord om te zetten in collectieve arbeidsovereenkomsten. Wat konden we in de wacht slepen? Om te beginnen de afspraak dat er niet aan de index wordt geraakt. Gesprekken over de koopkracht verschuiven naar begin volgend jaar. Begin 2010 zullen de sociale partners de economische toestand opnieuw beoordelen. Alle afspraken van vroeger wor-

den op zijn minst verlengd. Bijvoorbeeld de afspraken over brugpensioen, halftijds brugpensioen, de tewerkstellingsverbintenis, risicogroepen, vorming en Vlaamse aanmoedigingspremies. Er is ook een akkoord over de omschakeling van leeftijdsbarema’s naar ervaringsbarema’s. In dat akkoord gaat veel aandacht naar de nodige gelijkstellingen, zoals ziekte, tijdskrediet, thematische verloven, opleiding en werkloosheid. Op belangrijke principiële punten scoorden de bediendenbonden. Zo is er nu een cao fietsvergoeding voor onbepaalde tijd (een vergoeding van 0,20 euro per km en geen beperkingen op het aantal kilometers. Vijftigplussers krijgen recht op halftijds tijdskrediet. De 5 procent-drempel voor tijdskrediet kan voortaan worden uitgebreid; eventueel zelfs tot 100 procent als de werkgever hiermee instemt. En voor wie het openbaar vervoer gebruikt, stijgt de bijdrage van de werkgever tot 80 procent, wat belangrijk is voor de derdebetalersregeling. De regeling van het anciënniteitsverlof wordt gevoelig beter. En de vakbondspremie klimt in 2010 naar 120 euro. De werkgevers krijgen de aanbeveling om het opleidingsprogramma van ons opleidingscentrum – Cobot Bedienden – aan alle bedienden door te spelen. Vele actieve militanten zetten zich in. Heel wat leden toonden zich betrokken, bijvoorbeeld door de enquêtes die ze invulden. Op die manier lukte het opnieuw een kleine maar niet onbelangrijke stap vooruit te zetten. Om poëtisch te eindigen: “Kleine waterdruppels kunnen rotsen doen kantelen”. n

10 ons recht | 113de jaargang | JUNI 2009

Marnix Sandrap

In het paritair comité 215 (kleding en confectie) werd voor de bedienden op 12 mei een akkoord voor een periode van één jaar ondertekend. Op zich wat ongebruikelijk, maar zo sluiten de afspraken beter aan bij het driejarenakkoord voor de arbeiders. De cao geldt voor alle bedrijven die het RSZ-kengetal 038 dragen. Het gaat om de groothandel in kleding, confectie-activiteiten gericht op de autosector en de eigenlijke confectie-industrie. Er werden afspraken gemaakt over een beperkt aantal voordelen. De bedienden zullen per gewerkte dag een maaltijdcheque ter waarde van 2 euro krijgen. De persoonlijke bijdrage voor de bediende bedraagt 1,09 euro, terwijl de werkgever 0,91 euro in het zakje doet. Zo wordt op jaarbasis

het bedrag van 125 euro gehaald, zoals afgesproken in het interprofessioneel akkoord 2009-2010. In sommige kledingbedrijven hadden de bedienden al een maaltijdcheque. Daar is het mogelijk de werkgeversbijdrage op te trekken of bij cao een andere verhoging van de koopkracht te regelen. Niet ‘bij toetredingsakte’, zoals in het akkoord 2007-2008 stond. De afspraken over voltijds brugpensioen worden verlengd tot 30 juni 2011, zoals de bonden vroegen. De regeling voor halftijds brugpensioen is verlengd tot eind 2009. Over enkele weken beginnen de onderhandelingen over een nieuw akkoord voor 2010. Tijdens die onderhandelingen zullen de vakbonden vooral aandringen op aanvullende verhogingen van de koopkracht, een betere cao over vervoerskosten, meer anciënniteitsverlof en een verhoging van de vakbondspremie. De bonden hopen dit akkoord tegen november rond te krijgen. n

© foto: belga

Gino Dupont

Deel-cao’s in scheikunde In de scheikunde werd al op 1 april een sectorakkoord afgesloten, zoals Ons Recht in zijn meinummer berichtte. Het paritair comité van de scheikunde sloot op 12 mei nog een reeks deel-cao’s af. Die deel-cao’s gaan over de minimumbarema’s en maandweddes, vervoer, proefperiodes voor uitzendkrachten, brugpensioen en andere thema’s. Lees er meer over op www.lbc-nvk.be.


actie

Werknemers massaal op straat De vakbonden in Europa hielden in Madrid, Brussel, Praag en Berlijn grote demonstraties in het teken van de strijd tegen de crisis. Op vrijdag 15 mei trokken 50.000 leden en militanten van de vakbonden door de straten van Brussel. De LBC-NVK en het ACV waren uiteraard uitdrukkelijk aanwezig. Samen met de collega’s uit de rest van Europa zeggen het ACV, het ABVV en het ACLVB dat mensen op de eerste plaats moeten komen, ook in crisistijd. Het zijn niet de werknemers en de uitkeringstrekkers die moeten opdraaien voor de crisis. Het Europees Vakverbond (EVV) en de bonden uit de diverse EUlidstaten vragen een Europa waarin sociale noden primeren op economische motieven. Het klimaat en het leefmilieu zijn belangrijker dan winstbejag. En de economie weegt zwaarder dan de financiën. De financiële markten moeten aan de leiband worden gelegd. Europa moet ook fiscale dumping bestrijden en belastingfraude aanpakken. De sociale kant van Europa komt veel te weinig uit de verf. De bonden eisen verder een ‘groene groei’ en ‘groene’ jobs.

Drogisterijgroep DI maakt het bont Directie stelt onaanvaardbare eisen

De bekende drogisterijketen DI is sinds twee jaar in handen van de Nationale Portefeuille Maatschappij (NPM) van Albert Frère en de investeringsmaatschappij Ackermans & van Haaren. NPM en Ackermans & van Haaren kochten de keten van de warenhuisgroep Delhaize. Twee jaar lang lieten de nieuwe

eigenaars de winkels verloederen. Nu willen de aandeelhouders pas nieuwe investeringen doen als er jobs sneuvelen en als de werknemers inleveren. Het management van DI gaat er met de grove borstel door. DI wil 200 werknemers op straat zetten en 34 winkels opdoeken. De meeste te sluiten winkels liggen in Vlaanderen, vooral dan in de provincies Antwer-

pen en Oost-Vlaanderen. Geen wonder dat er op 22 mei gestaakt werd bij de DI-winkels. De vakbonden drongen aan op sociale maatregelen zoals brugpensioen, tijdskrediet en regelingen voor vrijwillige vertrekkers. Zo wilden ze gedwongen ontslagen vermijden. Maar de directie bleef Oostindisch doof voor de vakbondseisen. Ze eiste zelfs dat de overblijvers loon zouden inleveren en nog flexibeler zouden werken.

DI wil de vierdaagse werkweek, de barema’s van Delhaize en een reeks premies afschaffen. De directie wil ook nieuwe onderhandelingen over alle cao’s die dateren van na de verkoop door Delhaize. Het contrast tussen de steenrijke Albert Frère en het DI-personeel kan moeilijk nog pijnlijker zijn. Frère heeft een geschat vermogen van meer dan 1 miljard euro. Een verkoopster bij DI verdient netto dikwijls minder dan 1.500 euro. n

JUNI 2009 | 113de jaargang | ons recht 11


nieuwkomers

Jérôme Mavakala: “Ik hou niet graag mijn hand op” Congolese vluchteling droomt van eigen zaak

Denis Bouwen

Over vluchtelingen circuleren veel vooroordelen. Vluchtelingen willen alleen maar ontsnappen aan de miserie en hier aan de vetpotten zitten, beweren sommigen. “Als je duizenden kilometers van huis weg vlucht, is dat een weldoordachte beslissing”, reageert Jérôme Mavakala, die met zijn vrouw en drie kinderen in Heusden-Zolder woont. Jérôme droomt ervan een eigen zaak open te doen. “Mijn hand ophouden bij het OCMW is zeker niet wat ik wil.”

O

© foto: daniël rys

ns Recht praatte met Jérôme Mavakala in het vooruitzicht van Wereldvluchtelingendag (op 20 juni). Mavakala is afkomstig

uit Kinshasa (DR Congo). In 2000 vluchtte hij met zijn vrouw naar België en belandde hij in Limburg. “Soms organiseert het Limburgs Platform Vluchtelingen op Wereldvluchtelingendag activiteiten. En dan doe ik daaraan mee. Mensen denken al gauw dat vluchtelingen alleen maar naar hier komen om een mooi leventje te kunnen leiden. Maar de waarheid is genuanceerder.” Het onderscheid maken tussen politieke en economische vluchtelingen is niet altijd simpel. “Economische problemen in een land hangen soms nauw samen met de politieke situatie. Neem nu Congo: als de politieke toestand daar beter zou zijn, zouden de economische omstandigheden ook wel verbeteren.” De relaties tussen België en Congo bekoelden in 2008 aanzienlijk nadat onze minister van Buitenlandse Zaken, Karel De Gucht, onverbloemde kritiek had geleverd op de corruptie, de houding van de Congolese elite en het gebrek aan goed bestuur. “De Gucht had het misschien omfloerster moeten zeggen. Maar fundamenteel had hij wel gelijk.”

Jonge Vlamingen 12 ons recht | 113de jaargang | JUNI 2009

Jérôme is één van de oprichters van Les Amis du Congo. “Met die vzw geven we voordrachten op scholen. We moedigen de inte-

resse voor Congo aan en organiseren culturele activiteiten. Ik heb niet het gevoel dat de Vlamingen Congo de rug toekeren. Sommige jongeren reageren eerst terughoudend, maar raken daarna toch enthousiast voor Congo. Ik denk aan een jonge Vlaming die ik ken en die met een eigen vereniging projecten opzette in Kananga (West-Kasai).” Congo vergeten kan en wil Jérôme niet. “Met Les Amis du Congo gaven we al gastronomische avonden zodat we naaimachines konden kopen voor jonge meisjes in Kinshasa. Met hulp van een Belgische priester stuurden we t-shirts, kousen en andere kleding naar Congo. Op het ‘Plateau de Bateke’ kochten we een lap grond om de plaatselijke bevolking betere landbouwmethodes aan te leren. Een project dat steun kreeg van de stad Hasselt en de provincie Limburg.” Samen met zijn vrouw heeft Jérôme drie kinderen. Alle kinderen zijn hier geboren. De twee dochters zijn 6 en 8 jaar oud, het zoontje is nog geen half jaar. Maar de familie heeft nog geen verblijfspapieren. “Wie geen papieren heeft, lijkt niet te bestaan en geen rechten te hebben. Je mag ook geen werk zoeken.”

Pastoor Enkele jaren geleden moest de familie Mavakala haar OCMWwoning verlaten. “We hadden

wat schamele centen gespaard om een studio’tje te zoeken. Maar toen de pastoor van onze situatie hoorde, bood hij ons aan om mee in de pastorij te komen wonen. De pastoor gaf ons meteen een huissleutel. Wat die man voor ons deed en doet, kunnen we nooit vergeten. Hij werd trouwens de peetvader van ons zoontje.” Als gezin met schoolgaande kinderen zullen de Mavakala’s dit jaar wellicht eindelijk aan papieren geraken. Omdat de bevoegde minister een kleine opening maakte. “We lijken aan alle voorwaarden te voldoen om te worden geregulariseerd. Een grote opluchting, want jarenlang in onzekerheid leven knaagt serieus aan je. Onze kinderen snappen niet waarom zij veel dingen moeten missen die andere kinderen wel hebben.” Jérôme is niet blind voor de situatie van vele andere sanspapiers die nog op een oplossing wachten. “We leven ook mee met andere mensen zonder papieren. Zo kennen we een Angolees koppel dat al zes jaar in België woont maar geen regularisatie kan krijgen omdat het aan één van de voorwaarden niet voldoet.”

Goed geïntegreerd “Als geïntegreerd zijn het enige criterium zou zijn, zou ik al lang de Belgische nationaliteit hebben gekregen”, lacht de Congolees. “Mijn vrouw en ik leerden Nederlands en onze dochters gaan hier naar school. Bijna zes jaar lang deden we vrijwilligerswerk in een kringloopwinkel. We deden mee aan activiteiten van het lokale OCMW. Ondanks de problemen met mijn papieren behaalde ik in Brussel een diploma marketing. En mijn vrouw volgde een opleiding restaurant-traiteur bij Syntra. Als we eindelijk onze papieren krijgen, willen we graag een eigen zaak opendoen.” n


internationaal beestige omstandigheden naar ertsen te graven en zo te kunnen overleven. “Er zijn zeldzame uitzonderingen. Bij een mijnbouwbedrijf als Tenke Fungurume Mining (TFM) worden de werknemers fatsoenlijk gekleed en betaald. Daar kan je spreken van waardig werk. En bij First Quantum bouwen we samen met onze Zambiaanse collega’s het vakbondswerk uit.” De Belgisch-Congolese Forrestgroep is voor het CSC niet zo’n goed model. “Die groep heeft te veel vat op de politici”, vindt Ilunga. “Forrest tracht het werk van de bonden te bemoeilijken. Maar gelukkig hebben wij sterke vakbondskernen.” Gécamines, het bekende mijnbouwbedrijf in staatshanden, is nog maar een schaduw van wat het ooit was. “Topman Paul For-

Denis Bouwen

Vakbondswerk doen in Congo, ga er maar aan staan. Jean de Dieu Ilunga is één van de sterkhouders van de vakbond CSC in de provincie Katanga. “Vakbondsmensen hebben toch best wat macht in Congo”, zegt Ilunga. “Of ik nog geloof dat Congo ten goede zal veranderen? Ik moet wel, want de situatie is al triest genoeg. De meeste Congolezen leven nog altijd in armoede. Veel mensen sterven als vliegen. We moeten ons land in eerste instantie zelf veranderen. Wie zal het anders doen?”

Jean de Dieu Ilunga: “Congolezen moeten land zelf veranderen” Secretaris bouwt vakbond CSC in Katanga uit

J

ean de Dieu Ilunga is de interprofessioneel provinciaal secretaris van de Confédération Syndicale du Congo (CSC) in Katanga. De CSC werkt al zo’n elf jaar lang samen met ACV-Kempen. In het kader van de campagne rond waardig werk was Ilunga in mei in België. “We zijn erg dankbaar voor ons partnership met het ACV”, vertelt de Congolese vakbondsman. “De Belgen steunden ons dikwijls op moeilijke momenten.” In het najaar van 2008 reisden LBC-NVK’ers en andere ACV’ers naar Katanga om er een stukje van de sociale verkiezingen mee te maken. Het ACV investeert ook in een project voor fietsherstellers in de stad Lubumbashi. “Het gaat om mensen die in de informele sector werken. We willen hun werkomstandigheden verbeteren en ze betrekken bij de werking van onze vakbond.” Ilunga herinnert zich hoe de economische omstandigheden in Congo sinds de jaren 1990 aan-

zienlijk verslechterden. De val van het Mobuturegime (1997) kon daar weinig aan veranderen. De huidige Congolese president Joseph Kabila beloofde ‘vijf chantiers’ te lanceren om het land herop te bouwen. “Maar de bevolking ziet dat de machthebbers hun beloftes voor een groot deel niet nakomen.” Ontzettend veel Congolezen zitten zonder werk. Wie geluk heeft, verdient wat schamele inkomsten met een informele job. “Amper 15 procent van de bevolking is werkzaam in de formele economie. Het gemiddelde loon van wie werk heeft schommelt rond de 100 dollar.”

Chinezen In 2007 stegen de prijzen van koper en kobalt zo sterk dat de interesse voor de mijnbouw, vooral dan in Katanga, exponentieel toenam. Veel Aziaten, vooral Chinezen, stortten zich gretig op de Katangese mijnen. “We werden overspoeld door Chinezen, zakenlui zonder

syndicale cultuur met wie het moeilijk onderhandelen is.” De boom in de Katangese mijnbouw bleef niet duren. “In het najaar van 2008 begonnen de ertsprijzen weer te zakken. Veel mijnbouwbedrijven sloten hun deuren, heel wat Aziaten dropen weer af. Recent zagen we weer een licht herstel van de prijzen. We hopen maar dat sommige bedrijven opnieuw gaan draaien.” China legde miljardenkredieten op tafel en bood Congo aan om wegen te herstellen en scholen en ziekenhuizen te bouwen. In ruil verlangden de Chinezen belangen in de mijnbouw. “We zijn bang dat ze vooral eigen werkvolk zullen gebruiken om de infrastructuurprojecten uit te voeren en dat ze onze grondstoffen zullen plunderen.”

Waardig werk Van waardig werk is in grote delen van de Katangese mijnbouw geen sprake. Veel kinderen en adolescenten worden ‘creuseur’ om in

tin wil 13.000 werknemers van Gécamines laten afvloeien. Vers kapitaal zagen we nog niet op tafel komen voor de onderneming. Toch blijven we hopen op een come-back.” De nieuwe prent ‘Katanga Business’ geeft volgens Ilunga een goed beeld van de realiteit in Katanga. “George Forrest, Paul Fortin en gouverneur Moïse Katumbi worden in die film wel wat veel bewierookt. Congolese intellectuelen, vakbondsmensen of journalisten komen weinig of niet aan het woord.” Veel werkgevers in Congo zien serieuze vakbonden liever gaan dan komen. Telecombedrijven als Zain (Celtel), Vodacom en CCT bijvoorbeeld werken liever met huisvakbonden. Maar voor een echte sociale dialoog heb je representatieve vakbonden nodig die kunnen onderhandelen en discussiëren met bedrijven en politici. “Bonden die nationaal goed gestructureerd zijn en ook internationaal netwerken.” n

JUNI 2009 | 113de jaargang | ons recht 13


OveR de gRenzen bemiddeling bij michelin in thailand

annIck aerts

migranten in Zuid-korea In Zuid-Korea werken naar schatting 400.000 migranten. Ze worden zwaar uitgebuit in hun werk. En ze lijden onder het harde immigratiebeleid van de overheid. Door een maatregel uit 2004 kunnen migranten niet langer dan drie jaar bij eenzelfde werkgever werken. De Koreaanse vakbond MTU zet zich in voor deze migranten. MTU werd in 2005 opgericht om te vechten tegen discriminatie, misbruiken op de werkvloer en de aanpak van de autoriteiten. In datzelfde jaar deden ze een aanvraag bij het Ministerie van Werk om erkend te worden als sociale partner. Het ministerie wees de aanvraag af. Migranten hebben geen recht op een eigen, erkende vakbond of op collectieve onderhandelingen, klonk het. In februari 2007 besliste het Hooggerechtshof in Seoel dat de overheid MTU moest erkennen. Het ministerie van Werk tekende beroep aan. De zaak is nog in behandeling. De politie treedt hardhandig op tegen migranten. Buitenlandse werknemers, zelfs leiders van MTU, worden soms aangehouden. Sommige van hen worden het land uitgezet. Met de steun van nationale en internationale vakbonden trok MTU naar de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) om een eind te maken aan de repressie. Eind april concludeerde het bestuursorgaan van de IAO dat alle migrantenwerknemers het recht hebben om zonder angst voor vervolging lid te worden van een vakbond. Ze moeten er dus ook één kunnen oprichten. Er moet een eind komen aan het arresteren en deporteren van vakbondsleiders, luidde het.

hyundai motor in India Op 20 april begonnen 1.300 werknemers van Hyundai Motor India in Chennai met een staking van onbepaalde duur. De directie weigerde te onderhandelen met

de vakbond HMEIU. Ze wilde wel graag een akkoord afsluiten met een ondernemingsraad waarvan de leden door het management werden aangeduid. Drie verzoeningsrondes met de bevoegde overheidsdienst haalden niets uit. In de Hyundai-vestiging werken 3.000 werknemers die in een kwetsbare positie verkeren. Het bedrijf neemt al lang een loopje met de regels. Recent ontsloeg het 600 mensen met een tijdelijk contract die al vier jaar in dienst waren. Werknemers die op het punt stonden een vast contract te krijgen. Leden en leiders van de vakbond werden geconfronteerd met onrechtmatige ontslagen, sancties en bedreigingen. De vakbond HMEIU wil worden erkend. Ze wil het recht om cao’s af te sluiten, een gelijke behandeling van alle werknemers en de herindienstneming van de ontslagen werknemers. Op 6 mei escaleerde het conflict toen 900 betogers werden gearresteerd. De internationale metaalvakbond IMF was verontwaardigd en hield demonstraties voor het hoofdkwartier van Hyundai in Zuid-Korea. In India gingen sommige Hyundai-werknemers zelfs in hongerstaking. Nadat de werkgever bereid was in te gaan op een aantal eisen, hielden de acties op. Werknemers die staakten, zouden geen sanctie oplopen. HMEIU en het bedrijf onderhandelen nu onder het toezicht van de regionale overheidsdienst voor tewerkstelling. Meer informatie vind je op www.imfmetal.org

Waardig werk in Guatemala Guatemala is na Columbia één van de gevaarlijkste landen in

14 ons recht | 113de jaargang | JUnI 2009

de wereld voor vakbondsleiders. In 2008 werden er elf vakbondsleiders vermoord, in 2007 kwamen er negen om het leven. Guatemala is een land met verpletterend veel armoede, een enorme informele economie, slechte arbeidsomstandigheden in de ‘maquilas’ en discriminatie op grond van herkomst. De werknemers zijn kwetsbaar en moeten constant knokken op de arbeidsmarkt. Vakbondswerk is in zo’n land niet vanzelfsprekend. Guatemala heeft wel de vrijheid van vereniging, maar aansluiten bij een vakbond is niet makkelijk. Maar twee procent van de werknemers is lid van een bond. Vakbondsleiders en –militanten hebben af te rekenen met geweld, repressie en intimidatie. Er zijn ook wettelijke obstakels die vakbonden het leven zuur maken. Alberto Ramirez is een Guatemalteekse vakbondsleider bij CGTG, een partner van ACV en Wereldsolidariteit. Ramirez ondervindt geregeld hoe gevaarlijk het is om vakbondswerk te doen, maar is toch resoluut in zijn engagement. Meer repressie zal volgens hem alleen maar leiden tot nog meer verzet. Solidariteit uit een land als België is belangrijk om te tonen dat de Guatemalteekse vakbonden er niet alleen voor staan. Meer hierover lees je op www.wereldsolidariteit.be. Wil je jouw steun geven aan de vrijheid van vereniging in Guatemala en andere delen van de wereld? Ondersteun de campagne waardig werk van de Belgische vakbonden en ngo’s, die mikt op het Verbond van Belgische ondernemingen (VBO). Werkgevers moeten de vrijheid van vereniging in al hun vestigingen respecteren. En ook bij leveranciers en onderaannemers. Onderteken de petitie op www.waardigwerk.be.

Een maandenlang dispuut tussen Michelin Thailand en de Thaise chemievakbond PCFT werd eind april met gunstig resultaat beslecht. Het conf lict speelde zich af in één van de Thaise vestigingen. De zaak raakte opgelost na bemiddeling door de overheid en een sterke interventie van de internationale chemievakbond ICEM, de Franse vakbond CFDT en de Europese ondernemingsraad. Het conflict brak uit toen het management zonder overleg 13 procent loonsverlies oplegde. De Thaise vakbond PCFT reageerde met een petitie en de eis dat het management over de maatregel zou onderhandelen. Michelin Thailand zette de werknemers fors onder druk om de petitie niet te tekenen. Van de 1.500 werknemers weigerden er 380 te zwichten voor die druk. Als straf kregen ze 35 procent minder loon. Uiteindelijk besloot Michelin zelfs de ‘opstandige’ werknemers niet langer in het bedrijf binnen te laten. Een overheidsbemiddelaar trachtte het conflict te ontmijnen. Tijdens die bemiddelingsronde stelde de vakbond voor de 13 procent loonverlies te accepteren op voorwaarde dat een vorig jaar beloofde bonus nog zou worden uitbetaald. Michelin Thailand stemde uiteindelijk in met dit compromis. Werknemers die hun job niet terugwillen, krijgen de wettelijk voorziene opzegvergoeding. Het bedrijf ziet af van verdere gerechtelijke stappen tegen de stakers. De actie van de vakbond had dus toch succes. Dat was zeker mee te danken aan de steun van andere Thaise Michelin-vestigingen en werknemers van Goodyear en Bridgestone. De internationale vakbondssteun bleek ook erg nuttig. Meer informatie vind je op www.icem.org


in de maRge

standvastigheid WF

carrefour-verhaal, the saga continues peter tIerens

De herfst van 2008 was warmer dan normaal. Althans bij de distributiegroep Carrefour. Het is genoegzaam bekend dat vakbonden en werknemers ‘not amused’ waren met de poging van Carrefour om een nieuwe winkel in Brugge onder te brengen in een aanzienlijk goedkoper paritair comité. Pogingen om te overleggen draaiden nergens op uit. Uiteindelijk mondde het conflict uit in een golf van bedrijfsblokkades over het hele land. Dankzij die acties kon na lange tijd dan toch een akkoord worden bereikt. Maar daarmee was het verhaal nog lang niet rond. Carrefour en zijn advocatenroedel probeerden zoveel mogelijk de vakbondsacties te dwarsbomen. Dat zette veel kwaad bloed bij de actievoerders. Via

eenzijdige, zuiver preventieve procedures en een vertekende beeldvorming kregen zij op vele plaatsen beschikkingen van de rechtbank waarbij zowat alle actievormen werden verboden op straffe van torenhoge dwangsommen. Politie en deurwaarders maakten dankbaar gebruik van die beschikkingen om, desnoods manu militari, de acties botweg te breken. Keren we even een eeuw terug in de tijd? Dat vroegen de LBC-NVK en de andere vakbonden zich ook af. De bonden wilden niet zomaar het hoofd buigen. Ze zagen zich gedwongen om de rechterlijke ‘actieverboden’ eveneens via gerechtelijke weg aan te vechten. De rechtbanken van Veurne, Bergen en Charleroi gaven de bonden al gelijk. Een mooie opsteker, zonder twijfel. Maar de juridische strijd is nog lang niet gestreden. Er lopen nog beroepsprocedures. En ook daarna staan weer nieuwe procedures te wachten. Snelheid is niet meteen de sterkste kant van het gerecht. Hopelijk is wijsheid dat wel. n

De partijwissels van Dirk Vijnck, van LDD – hij kwam al van open VLD – naar open VLD en terug naar LDD, was één van de weinig fraaie taferelen die ons recent geserveerd werden. nu ja, geserveerd, we hadden er niet om gevraagd en de man stond niet aangevinkt in de rubriek ‘politieke hoogvliegers, dus interessant’. Vijnck stond zelfs niet genoteerd in de rubriek ‘politici die we zouden moeten kennen’. Dat hoeft niet als referentie te worden gezien. Maar op menige nieuwsredactie waren ze maar wat blij dat de digitale archivering in een nanoseconde de link kon leggen met deze plots begeerde illustere onbekende. Met de tergend flauwe commentaar ‘dat hij toch niets onwettelijks had gedaan’ kwam open VLD-voorzitter Bart Somers die eerste avond nog makkelijk weg bij de radiojournaliste van dienst. De journaliste werd er wel even sprakeloos van. Een voorzitter die zelf zijn eerste sporen verdiende bij een andere partij, kijkt natuurlijk wat minder nauw dan ‘diehards’ die sinds jaar en dag bij een partij zijn. Stel dat we een lijstje zouden samenstellen met partijwisselaars die nu in het federale parlement en de regionale parlementen zitten. Dat lijstje zou net iets korter uitvallen dan het lijstje van kandidaten die naar stemmen hengelen en toch hun zitje niet innemen. Bart tommelein, de lijsttrekker van open VLD in West-Vlaanderen, vond het kiezersbedrog om op een lijst te staan en bij een eventuele verkiezing niet te zetelen. tommelein zou ‘geen kiezersbedrog plegen’. Alleen, hij vergat er bij te zeggen dat hij juist verzaakte aan het mandaat dat hij in juni 2007 had gekregen voor het federale parlement. In principe voor vier jaar. Langer dan twee jaar is een eeuwigheid in de politiek. In de voetbal- en de wielersport wisselen ze van ploeg volgens bepaalde regels en binnen termijnen die voor iedereen gelden. Die afspraken moeten de competitievervalsing wat binnen de perken houden. Maar die ethiek doet het niet zo goed in het politieke spel. En laten we wel wezen, de sportwissels van toppers gaan over serieuze bedragen, niet over een mogelijke verkiesbare plaats. Al dient gezegd dat er transfers waren die resulteerden in bijna één jaar bankzitten. Het is ook waar dat je in de sport net zo goed koekoeksjongen aantreft. Voetbalspelers een tijdlang uitbesteden aan andere teams is al lang niet meer ongewoon. ook in de wielersport is het fenomeen bekend: een renner wordt voor de duur van een rittenwedstrijd aan een andere ploeg uitgeleend. Al doet die term onterecht vermoeden dat er geen geld boven of onder de toog wordt geschoven. Misschien kan deze aanpak nog een politieke variant opleveren. Eerst kom je op een lijst om voor een of andere partij te worden verkozen. na de verkiezingen keer je terug naar je oorspronkelijke lijst. Een uitzendkracht die stemmen moet trekken, zeg maar. om het met Bart Somers te zeggen… daar is toch niets onwettelijks aan.

JUnI 2009 | 113de jaargang | ons recht 15


na de schooltijd Ivo Verreyt

Op 30 juni gaat voor veel jongeren voor de laatste keer de schoolbel. Wat moet je doen om in orde te zijn? Kan je als schoolverlater meteen werkloosheidsgeld krijgen? Is er nog kinderbijslag? Hoeveel bedraagt de wachtuitkering? Allemaal vragen waarmee schoolverlaters en hun ouders kunnen worstelen.

Tips voor schoolverlaters Wat moet je allemaal doen?

Naar de VDAB Jezelf als werkzoekende inschrijven bij de VDAB is erg belangrijk als je aanspraak wil kunnen maken op wachtuit­keringen en andere begeleidingsmaatregelen. Het recht op wachtuitkeringen van de RVA start na een wachttijd van 155 dagen (voor –18-jarigen), 233 dagen (tussen 18 en 26jaar) of 310 dagen (+26jaar na 30 april 2008). Na de wachttijd mag je nog geen 30 jaar oud zijn. Wie bij de VDAB ingeschreven is, kan ook een beroep doen op de jobclub, jobservice, arbeids- en beroepsbemiddeling, KISS en WIS. Inschrijven doe je ten laatste op donderdag 9 juli 2009. Als je jonger bent dan 18 jaar op 1 juli 2009; de wachttijd loopt dan vanaf 1 juli. Als je op 1 juli 2009 18 jaar of ouder bent, moet dit uiterlijk op vrijdag 7 augustus 2009 gebeuren. De wachttijd start dan op 1 augustus. Als je jezelf later inschrijft, start de wachttijd pas op de datum van inschrijving. Maar dan krijg je de wachtuitkeringen later. Jongeren die er tijdens het schooljaar de brui aan geven, schrijven zich best meteen in als werkzoekende bij de VDAB. Inschrijven bij de VDAB kan via www.vdab.be. Het kan ook via een computer of een consulent in de werkwinkel. Meer informatie lees je op www.acv-online.be, waar je lid kan worden van het ACV (gratis voor studenten en schoolverlaters). Op de site staat de interessante brochure ‘De Gids - infobrochure voor schoolverlaters en werkende jongeren/2009’.

Naar het ziekenfonds Zolang de wachttijd loopt en voor

zover je nog niet aan het werk bent, blijf je voor de ziekteverze­ kering ten laste van je ouders. Inschrijven bij het ziekenfonds doe je wanneer je begint te werken of zodra je wachtuitkeringen krijgt. Inschrijven bij de Christelijke Mutualiteiten kan via www.cm.be.

Werken in de wachttijd Werken in de wachttijd kan perfect. Maar er zit een addertje onder het gras. Bij schoolverlaters die in juli, augustus of september werken als jobstudent wordt de wachttijd verlengd met de duur van de tewerkstel­ling als jobstudent (maximum 1 maand). Als er tijdens de tewerkstelling als jobstudent een volledige RSZ-bijdrage van 13,07 procent betaald wordt, telt dat wel mee voor het berekenen van de wachttijd en wordt die dus niet verlengd.

Kinderbijslag Wat gebeurt er met de kinderbijslag als je als schoolverlater na de laatste schooldag in juli, augustus of september begint te werken? Als je bent ingeschreven als werkzoekende, is er voor die maanden ook recht op kinderbijslag als het inkomen maximaal 480,47 euro bruto bedraagt. In de wachttijd is er recht op kinderbijslag tot het

16 ons recht | 113de jaargang | JUNI 2009

eind ervan. Werk je nog als jobstudent, dan hou je het recht op kinderbijslag tijdens de laatste zomervakantie als je niet meer dan 240 uren werkt. Als de wachttijd werd verlengd omdat er als jobstudent werd gewerkt, dan wordt de kinderbijslag doorbetaald. Zodra je een wachtuitkering krijgt, vervalt het recht op kinderbijslag.

Uitkeringen Na de wachttijd kan je als schoolverlater aanspraak maken op wachtuitkeringen. Om werkloos-

heidsgeld te krijgen, moet je – afhankelijk van je leeftijd – een periode van tewerkstelling kunnen bewijzen. Verder moet je ingeschreven zijn als werkzoekende en moet je de wachttijd achter de rug hebben. Binnen de 8 dagen na de wachttijd moet je opnieuw bij de VDAB langs gaan. Je krijgt dan een inschrijvingsstempel. Tegelijk moet je een werkloosheidsdossier laten opstellen. Hiervoor kan je bij het ACV-dienstencentrum terecht. Wie recht heeft op wachtuitkeringen, moet altijd een blauwe controlekaart (c3A) invullen en bij zich hebben tot het eind van de maand. Je moet die kaart kunnen voorleggen wanneer een RVAcontroleur ze vraagt. n Meer weten? Kijk op www.acv-online. be of spring ’s binnen jij het plaatselijke ACV-dienstencentrum.

Wachtuitkeringen vanaf 1 januari 2009 Wachtuitkeringen Per dag Per maand (van 26 dagen) Gezinshoofd

37,02 euro

962,52 euro

Alleenstaande volgens leeftijd : - vanaf 21 jaar - vanaf 18 tot en met 20 jaar - jonger dan 18 jaar

27,38 euro 16,53 euro 10,52 euro

711,88 euro 429,78 euro 273,52 euro

Samenwonende “gewoon regime” - vanaf 18 jaar - jonger dan 18 jaar

14,38 euro 9,02 euro

373,88 euro 234,52 euro

“Bevoorrechte” samenwonende (als de werkloze en zijn partner uitsluitend vervangingsinkomens ontvangen) - vanaf 18 jaar 15,34 euro 398,84 euro - jonger dan 18 jaar 9,54 euro 248,04 euro


vakantiejobs

De rechten van de jobstudent Studeren en werken

Ivo Verreyt

Een heleboel jongeren wil graag aan de slag als jobstudent. Een student mag per kalenderjaar 46 dagen werken zonder RSZ te moeten betalen: 23 dagen in de periode juli-september en nog eens 23 dagen in de rest van het jaar. Ons Recht informeert. Studenten die werken, moeten een schriftelijk arbeidscontract krijgen. De overheid wil zo zwartwerk, willekeur en uitbuiting tegengaan.

Uitzendwerk Nogal wat studenten vinden in de zomer werk via een uitzendkantoor. Bij een uitzendkantoor krijgen studenten vaak weekcontracten. Hun werkzekerheid is dan minder groot. De student moet altijd uitkijken dat zijn rechten worden nageleefd. Een studentencontract is van bepaalde duur. Het loopt automatisch af aan het eind van de afgesproken termijn. Maar je kan een studentenovereenkomst ook opzeggen terwijl ze nog loopt. De student kan zijn opzegging geven met een termijn van 1 of 3 kalenderdagen. In een studentencontract kan ook een proeftijd staan van 7 tot 14 kalenderdagen. Tijdens de eerste week kan het contract niet worden stopgezet.

Hoeveel verdien je? Als student-werknemer verdien je hetzelfde loon als andere werknemers die hetzelfde werk doen. Studenten die minstens één maand werken, hebben minstens recht op het gewaarborgd minimum maandinkomen.

Verminderde socialezekerheidsbijdrage Op het loon van de student worden werknemers- en werkgevers-

bijdragen voor de sociale zekerheid betaald. De werknemersbijdrage wordt afgehouden van het brutoloon en bedraagt 13,07 procent. De werkgeversbijdrage (meestal ergens tussen 35 en 40 procent) moet bovenop het loon betaald worden. In ruil heeft de student recht op vakantiegeld. Op het loon van een student die in juli, augustus en september niet meer dan 23 werkdagen werkt, zijn geen afhoudingen voor de RSZ verschuldigd. Dat is één van de belangrijkste verklaringen voor het succes van studentenwerk in de vakantiemaanden. De student zelf krijgt wat meer nettoloon mààr heeft geen recht op vakantiegeld. Buiten de maanden juli, augustus en september mogen studenten nog eens 23 dagen per kalenderjaar werken. Op momenten dat ze niet op school moeten zijn. In totaal mag een student dus 46 da-

gen per kalenderjaar werken zonder dat RSZ verschuldigd is.

Wat met de belastingen? Op het loon van de student moet de werkgever de bedrijfsvoorheffing inhouden. Bij werkstudenten moet geen bedrijfsvoorheffing worden ingehouden als aan bepaalde voorwaarden is voldaan. Als er wel bedrijfsvoorheffing wordt ingehouden, stelt de werkgever een belastingfiche 281.10 op waarmee de student zijn inkomsten moet aangeven aan de personenbelasting. Een student die nog tot het gezin van zijn ouders behoort, blijft alleen fiscaal ten laste van zijn ouders als zijn inkomen een bepaalde grens niet overschrijdt. Een student moet zelf geen belastingen betalen als zijn inkomsten in het jaar 2009 maximaal 6.690 euro belastbaar bedragen.

Minimumlonen per maand en per uur (in 38-urenweek vanaf 1 januari 2009) Leeftijd Maandloon Uurloon (in een 38-urenweek) 21 jaar of ouder 1.387,49 euro 8,4261 euro 20 (94% van de 21-jarigen) 1.304,24 euro 7,9205 euro 19 (88%) 1.220,99 euro 7,4149 euro 18 (82%) 1.137,74 euro 6,9094 euro 17 (76%) 1.054,49 euro 6,4038 euro 16 jaar of ouder (70%) 971,24 euro 5,8982 euro Deze minima zijn niet van toepassing op studenten die géén maand werken.

Kinderbijslag Studenten die tijdens het schooljaar werken met een gewoon arbeidscontract, blijven recht geven op kinderbijslag als ze niet meer dan 79 uur per maand presteren. Als studenten tijdens het jaar met een specifieke studentenovereenkomst (contract van bepaalde duur van minder dan zes maanden) werken, blijft het recht op kinderbijslag gelden. Als ze alleen werken in de schoolvakanties, geldt het recht op kinderbijslag net zo goed. Een schat aan informatie vind je op www.studentenwerk.be en www. acv-online.be. De ACV-jongeren maakten de brochure ‘Lonend studentenwerk’. Je kan de jongerenwerking e-mailen via jongeren@acv-csc.be. n

Tips voor slimmeriken 1. Werk niet in het zwart. 2. Je hebt dezelfde rechten en plichten als een werknemer in vast dienstverband. 3. Jobstudenten houden best goed hun gewerkte dagen en uren bij. Eis minstens één rustdag per week. 4. Verwittig je werkgever als je niet op tijd op je werk kan zijn. 5. Zorg ervoor dat je bij het onthaal de nodige informatie en gepaste werkkledij krijgt. Weiger gevaarlijk of ongezond werk. 6. Informeer je goed over de inhoud van je job. 7. Zoek een job die je zelf tof vindt. 8. Zorg dat je ingeschreven wordt in het personeelsregister. 9. Wil je vroegtijdig je contract stopzetten? Wil de baas je ontslaan? Neem dan contact op met het ACV, de LBC-NVK of de ACV-jongeren. 10. Vraag een bewijs van uitbetaling van je loon.

JUNI 2009 | 113de jaargang | ons recht 17


gezondheidszorg

Patiëntenmobiliteit dreigt medisch toerisme aan te zwengelen

© foto: daniël rys

Nood aan rechtvaardige en solidair gefinancierde gezondheidszorg

Nancy Pauwels en Olivier Remy

Met de nieuwe Europese ‘Patiëntenrichtlijn’ zullen patiënten zelf kunnen kiezen of ze gezondheidszorg in een andere EU-lidstaat willen krijgen. Alle veranderingen aan de regels in de gezondheidszorg en sociale diensten zijn belangrijk voor de LBC-NVK. Precies omdat daar zoveel mensen werken en het over zoiets belangrijks als gezondheid gaat.

D

e geplande Patiëntenrichtlijn bekijkt de gezondheidszorg vooral door een economische bril, een reden tot ongerustheid. Het ontwerp van Patiëntenrichtlijn wil het vrije verkeer van patiënten in de EU vergemakkelijken om de concurrentie te stimuleren. In de hoop dat de kwaliteit van de gezondheidszorg zo zal verbeteren. Kwaliteitsvol werk, een billijke beloning van de werknemers en kwalitatieve zorg voor iedereen verdienen minstens even veel aandacht te krijgen als de economische kant van het verhaal.

Het Europees Parlement keurde de richtlijn in een eerste lezing goed. Na de Europese verkiezingen van 7 juni kunnen de ministers uit de lidstaten nog de tekst aanpassen. De richtlijn gaat overigens niet over mensen die op reis zijn en verzorging in het buitenland nodig hebben. Daarvoor is er al een regeling. Volgens de Patiëntenrichtlijn wordt het de regel dat patiënten voor ambulante zorg én ziekenhuiszorg in een ander EU-land vooraf geen toestemming nodig hebben om terugbetaling te krijgen. Zo’n toestemming is alleen vereist als de financiering van de sociale zekerheid ernstig onder druk zou komen. Lidstaten kunnen vrijwillig een ‘systeem met voorafgaande toestemming’ toepassen in ruil voor tariefzekerheid. De patiënt moet dan enkel de meerkostprijs voor het land van aansluiting ter plaatse voorschieten. Zo dreigt de richtlijn vooral medisch toerisme van rijke patiënten aan te moedigen. De richtlijn bevestigt bepaalde Europese rechtspraak die medische activiteiten beschouwt als een economische activiteit in ruil voor een economische tegenprestatie. Als een ziekenfonds vooraf

18 ons recht | 113de jaargang | JUNI 2009

zijn akkoord moet geven om een patiënt in het buitenland te laten opnemen, geldt dat als ‘een belemmering van de vrije markt’, luidt de redenering. Maar de voorafgaande toestemming van het ziekenfonds is juist een waarborg voor de kwaliteit en de blijvende betaalbaarheid van de gezondheidszorg.

‘Exportproduct’ De Belgische gezondheidszorg is erg goed. Elke lidstaat moet de mogelijkheid behouden om zijn gezondheidszorg nog behoorlijk te plannen, organiseren en financieren. Alleen zo kan het systeem degelijk en betaalbaar blijven. Voor spelers die zorghotels voor buitenlandse patiënten promoten is de Patiëntenrichtlijn een extra duwtje in de rug. Voor sommige werkgevers wordt gezondheidszorg een ‘exportproduct’. Ongebruikte capaciteit in ziekenhuizen zien zij als een kans om winst te maken of sommige troeven uit te buiten. Daardoor zal het tekort aan personeel in de zorg nog toenemen en de al hoge werkdruk nog stijgen. Op 1 juli 2009 wordt een ‘observatorium voor patiëntenmobiliteit’ opgericht, maar dat is niet ge-

noeg. Lidstaten met lange wachtlijsten proberen al langer hun problemen te verminderen door contracten met Belgische instellingen te sluiten en Belgisch personeel aan te trekken. Zo wordt het probleem geëxporteerd. Qua organisatie, financiering en aanbod in de gezondheidszorg zijn er grote verschillen tussen de lidstaten. Europa zou moeten ijveren voor extra financiële middelen voor de gezondheidszorg in alle lidstaten. Een zo groot mogelijke kwaliteit en toegankelijkheid moet de maatstaf zijn.

Meer liberalisering De omstreden Patiëntenrichtlijn dreigt de gezondheidszorg nog meer te liberaliseren. Medisch toerisme maakt de toegang tot de gezondheidszorg alleen maar ongelijker. De Patiëntenrichtlijn mikt op een harmonisering binnen de Europese Interne Markt, niet op een gezondheidszorg die toegankelijk, betaalbaar en solidair gefinancierd is. Naast sociale diensten is een goede gezondheidszorg essentieel om een Europees sociaal model te ontwikkelen. De gezondheidszorg en sociale diensten zijn belangrijke middelen om armoede en ongelijkheid te bevechten. Ze horen voorrang te krijgen op de toepassing van de regels van de Interne Markt en de concurrentie. Voor de LBC-NVK komt de sociale doelstelling van de gezondheidszorg op de eerste plaats. Een gezondheidszorg met twee snelheden – waarbij de rijkste patiënten de beste service krijgen – zou een kwalijke evolutie zijn. Het is aan de regeringen van de lidstaten, ook de Belgische, om de richtlijn bij te sturen zodat de diverse landen een kwalitatieve, solidaire en toegankelijke zorg kunnen uitbouwen. n


experimenten met kinderopvang houden gevaren in LBC-nVK procedeert tegen ‘proeftuinen’

FatIha DahmanI

Dienstencheques en zorg gaan niet samen. Een standpunt dat de LBC-NVK al langer verkondigt. De Vlaamse regering effende het pad voor experimenten met dienstencheques in de kinderopvang. Volgens de LBC-NVK zijn er gegronde redenen om die experimenten tegen te houden. Een procedure in kort geding bleek onvermijdelijk.

E

ven een duik in het verleden. In 2004 maakte de toenmalige Vlaamse minister van Welzijn met een decreet het gebruik van dienstencheques in de kinderopvang mogelijk. De LBC-NVK aanvaardde de maatregel alleen omdat er strikte kwaliteitsvoorwaarden aan zouden worden gekoppeld. De kwaliteitsvoorwaarden werden opgenomen in een uitvoeringsbesluit van 16 mei 2007. Het aantal dienstencheques zou wor-

den beperkt. Alleen erkende voorzieningen konden kinderopvang aanbieden. Die voorzieningen gaven een garantie voor de kwaliteit van de verstrekte kinderopvang en voor de loon- en arbeidsvoorwaarden. Wat bleek anno 2008? Anders dan de Vlaamse overheid verwachtte, werden de dienstencheques in de kinderopvang geen groot succes. Desondanks wilde de Vlaamse regering met alle mogelijke middelen toch een succesverhaal maken van de cheques in de kinderopvang. Op 18 december 2008 nam de regering een besluit dat een kruis zette over de voorwaarden uit het uitvoeringsbesluit van mei 2007. Er kwamen ‘proeftuinen’ in Mechelen, Tienen, Ronse en Kortrijk. Die proeftuinen mochten naar hartenlust experimenteren met dienstencheques in de kinderopvang. Op basis van die experimenten wil de overheid uitmaken welke nieuwe wetgeving nodig is.

illegaliteit De Vlaamse overheid waagde zich in de illegaliteit door het uitvoeringsbesluit op te heffen en proef-

tuinen op te richten. Ook de overheid moet de wetten naleven. Volgens het decreet uit 2004 moeten namelijk erkenningsvoorwaarden worden bepaald. Dat druist regelrecht in tegen de proeftuinen die ‘carte blanche’ krijgen. Er is geen wettelijk kader voor de proeftuinen. Het ontbreekt er aan kwaliteitscriteria voor de kinderopvang. En er is ook geen zekerheid over de loon- en arbeidsvoorwaarden van mensen die in de proeftuinen zullen werken. Voor de LBC-NVK zat er maar één ding op, actie ondernemen. De vakbond stelde de Vlaamse overheid en de proeftuin in Tienen in gebreke. De overheid zette de experimenten met de proeftuinen gewoon voort. Daarom spande de LBC-NVK een procedure in kort geding aan. Op donderdag 3 september wordt de zaak gepleit in Leuven. Met de kinderen en het personeel in de kinderopvang valt niet te experimenteren. Voor de LBC-NVK moet de kwaliteit in de kinderopvang altijd op de eerste plaats komen. En dat moet ook blijken uit de rechtsregels. n

inb x monIqUe braam

fiscale nieuwtjes download belastinggids 2009 Vakbondsleden kunnen de Belastinggids 2009 van de LBC-NVK downloaden op www.lbc-nvk.be. Een lijvig en betrouwbaar boek dat je helpt om je jaarlijkse aangifte voor de personenbelasting in te vullen en dat een antwoord geeft op praktische vragen. De Gids is opgebouwd volgens een alfabetische trefwoordenlijst waarin je alle fiscale begrippen kan terugvinden die je als werknemer nodig hebt om je aangifte in te vullen. Daarnaast geeft de Gids ruim 30 voorbeelden en schema’s die uitgebreide berekeningssimulaties bevatten. Ook vind je er een voorbeeld van het aangifteformulier. Tot slot bevat het boek de recente schalen van de bedrijfsvoorheffing. Kortom, onmisbare info als je je aangifte wilt invullen. Wel eerst inloggen en/of registreren!

bereken belastingen online Via www.lbc-nvk.be kan je ook in 2009 weer online je belastingen berekenen. Hiervoor werken we samen met het ACV, dat op zijn beurt in zee ging met DVV (Taxweb). Om de toepassing te gebruiken heb je minstens Internet Explorer 5 (of Netscape 4.7 of Firefox 1.5) en de Flashplayer 7 (gratis te downloaden op www.adobe.com) of hoger nodig.

zin in meer?

© foto: DAnIËL RYS

Belastingnieuwtjes vind je ook in de belastingkrant 2009 van het ACV. Wie zich bij het invullen van zijn belastingaangifte allerlei bedenkingen maakt over de zin en onzin van deze klus, vindt de ACV-brochure ‘Voor een rechtvaardige fiscaliteit’ waarschijnlijk ook interessante lectuur. Deze brochure kan je downloaden via www.lbc-nvk.be of www.acv-online.be En surf ook zeker even naar de ACV-website www.stopdefiscalefraude.be. Via die website kan je ons jouw idee rond de strijd tegen de belastingfraude bezorgen.

JUnI 2009 | 113de jaargang | ons recht 19


film

let’s make money karIn seberechts

Ik vertel u vast weinig nieuws wanneer ik zeg dat uw centjes niet netjes opgestapeld liggen in fatsoenlijk bestuurde banken, dat de rijkdom (of armoede) in de wereld allesbehalve keurig is verdeeld en dat u daarover – tenzij u ergens in de Forbes Top 100 vertoeft – ook nog eens weinig in de pap te brokken hebt. De Oostenrijker Erwin Wagenhofer pluisde in ‘We Feed the World’ (2005) uit waarom bijna een miljard mensen verhongert terwijl wij zowat 12 keer de wereldbevolking kunnen voeden. In zijn nieuwe documentaire onthult hij wat dat betreft ook geen geheimen. Maar ‘Let’s Make

Money’ zet wel één en ander op een rijtje.

D

e documentaire kwam er naar aanleiding van Wereldspaardag. Ze werd afgewerkt kort voor de financiële crisis losbarstte. Erwin Wagenhofer toert de globe rond en blijft plakken in delen van de wereld waar grondstoffen en arbeidskrachten goedkoop zijn, maar nog minder moeten kosten. De filmmaker passeert langs fijne eilanden met wind en waaibomen waar kapitaal in alle discretie kan aandikken. Hij houdt halt in steden die hun openbare hebben en houden verkwanselden aan godweet-wie. Wagenhofer doet, kortom, aanschouwelijk uit de doeken hoe soevereine staten hun zeggenschap, industrieën en publieke goed zonder veel poeha toeschoven aan patsers met dikke horloges en zelfbenoemde economi-

looking for eric karIn seberechts

In zijn nieuwste film dwaalt Ken Loach af van de bekende paden. Of liever: hij maakt meer omwegen dan anders. Het weze hem gegund. Op je 72ste ben je oud en verstandig genoeg om te doen en laten wat je wil.

L

oach begint klassiek. Eric Bishop, een postbediende uit Manchester, heeft na het vertrek van zijn tweede vrouw last van het leven én van de herrie die zijn twee stiefzonen veroorzaken. Erics maten doen hun best om hem op te beuren, maar met weinig succes. Wanneer de postman zich in zijn van voetbalmemorabilia bulkende kamer aan een jointje waagt, verzeilen we in een on-Loachiaanse dimensie. Ten tonele verschijnt namelijk monsieur Eric Cantona.

Lui-même. De heetgebakerde koning van Manchester United én van het aforisme ontpopt zich tot wijze raadgever. Hij woelt Erics knagende wroeging om het verlaten van zijn grote liefde Lily naar boven en krikt ’s mans verkommerde zelfrespect op. ’Looking for Eric’ is veruit de grilligste Loach in jaren. De ouderdomsdeken van het Britse sociaalrealisme, wiens versnipperd gefinancierde films meer en meer op Europese (inclusief Waalse) coöperatieven lijken, hield zich in zijn nieuwste volksminiatuur absoluut niet in. Loach laat zijn beklijvende realisme wat vieren ten voordele van flash-backs en fantasie, en maakt een stuk of wat atypische schwalbes. Om het bij voetbaljargon te houden. Het uitgebreide register van toonaarden zit de Britse realist niet overal als gegoten, de levenslessen zijn bijwijlen nogal vet aangezet en persoonlijk vind ik de lichtjes

20 ons recht | 113de jaargang | JUnI 2009

sche huurlingen die de wereld als wingewest zien. Al zal The Mont Pelerin Society, die dit scenario van groei en globalisme uitdokterde, hierover wellicht fraaier berichten. De filmmaker is een beheerste stilist, die elegant en geduldig filmt. Hij smeedt weidse vergezichten aan close-ups waarin mensen, van straatarm tot stinkend rijk, summier maar puntig hun zeg doen. In tegenstelling tot Michael Moore en andere filmers met vedetteallures cijfert de Oostenrijker zichzelf gracieus weg. Hij laat zijn beelden voor zich spreken.

Eén van die beelden wil ik u niet onthouden. Dat van de in dorre Spaanse omstreken neergepote villawijken en megahotels annex golfterreinen waarin geen levende ziel rondwaart. “Dit zijn beleggingen van pensioenfondsen meneer. Hier woont niemand. Geen Spanjaard die dit kan betalen”. Een hallucinant plaatje bij een globalistisch fata morgana dat vorig jaar, wonder boven wonder, verpulverde. Kijken wat we hieruit kunnen leren. Of juist niet. ‘Let’s Make Money’ is vanaf 24 juni 2009 te zien in de Belgische zalen.

Het mooiste katoen ter wereld: zwoegen in Afrika voor het westers gewin.

overacterende Steve Evets geen innemende protagonist. Maar Loach ontfermt zich weer heerlijk minzaam over mannen, (mooie) vrouwen, makkers en de smoezelige maatschappij. En de humor die daarbij de kop opsteekt is genadeloos aanstekelijk. De charismatische Eric Cantona stapt met verve en veel zelfrelativering over

zijn eigen gimmickgehalte. Zijn goals en voorzetten uit de voetbalannalen doen de rest. ‘Looking for Eric’ mag dan al niet het gaafste exemplaar uit Loachs rijke oeuvre wezen, dit humane hindernissenparcours doet hoe dan ook deugd. ‘Looking for Eric’ is vanaf 10 juni 2009 te zien in de Belgische bioscopen.

I am not a man, I am Cantona! Idool en epigoon minzaam verbroederd (Steve Evets en Eric Cantona).


bOek

Reizen met dochters Sam De Graeve

GUtenberG

Misschien is het omdat ik zelf een enig kind ben en enigszins oud geboren, maar ik verlangde nooit naar kinderen. De man wil de vrouw, zegt de filosoof, en de vrouw wil het kind, maar de vrouwen met wie ik was, hadden zelf al een nageslacht of bleven niet lang genoeg in de buurt om me tot het vaderschap te bekeren. Kinderen bleven dus voor mij altijd een beetje kinderachtig. Wanneer ze puber worden (een merkwaardige evolutie van vlinder tot rups), doen ze al helemààl niets meer aan hun public relations.

T

och staat de romantische notie ‘kind’ me niet helemaal tegen. Ik denk dan niet – hopelijk net zo min als u – aan de in zuurstokkleuren geverfde Macauley Culkins of de Annies uit de Hollywoodfilms, de kleffe nazaten van Shirley Temple. Maar wel aan de jongens en meisjes van stavast, met wie je al heel jong kan lachen en een goed gesprek kan voeren. De Tsjip van Willem Elsschot bijvoorbeeld leek me altijd al een leuk en leergierig kereltje, of die treurige jongen uit ‘Kes’, met zijn valk, of zelfs de verwende maar slimme Jean-Pierre Léaud uit ‘Les 400 Coups’ van François Truffaut. Een ideaal kind mag niet jengelen of zijn ouders tegen elkaar uitspelen om een onnozel computerspel te krijgen. Het moet van honden en van padden houden en, als het even kan, papa of mama inspireren tot het schrijven van een prachtig kinderboek, zoals de jonge Christopher Milne met ‘Winnie the Pooh’, of Karin, het dochtertje van Astrid Lindgren. Of zoals Lotte en Bente, de twee kleine kinderen van de Vlaamse journalist Sam De Graeve.

Als ik het goed bijhield, is Sam nog altijd de drijvende kracht achter de tv-quiz ‘De slimste mens ter wereld’, het bekende cijferkanon van Woestijnvis. Hij heeft een column in De Standaard, rukt inmiddels op naar de veertig en vatte enkele jaren geleden het plan op om met zijn dochter van vier een reis te maken naar het noorden van Spanje. Moeder Saskia bleef thuis met kind twee, papa en Lotte vertrokken al liftend naar Santiago de Compostela. De tocht leverde een charmant krantenartikel op, plus een jaloerse tweede dochter, die op haar beurt papa tien dagen lang alleen wilde hebben en dan liefst nog in het buitenland.

verveling in portugal En zo geschiedde. Sam pakte een notitieboekje in zijn rugzak, plus ‘In Europa’ van Geert Mak, boekte twee vliegtickets naar Portugal en belandde in een groot, mooi maar saai hotel aan het strand, op zeventig kilometer van Lissabon. Hier slaat de verveling toe. In Foz do Arelho blijkt niet veel meer te doen te zijn dan zandkastelen maken. Terwijl Bente zich ondanks alles prima amuseert, begint Sam in zijn eentje na te denken over dit boek en zijn eerste vijfendertig jaar. Hij was altijd al een tobber (“Altijd denken, en altijd denken over dat denken, een lantaarn in het hoofd die altijd brandt”) en op hun verlaten Portugese strandje, in de iele oktoberzon, zet hij de weldaden van zijn leven op een rij. Het zijn geen grote filosofieën die hem te binnen schieten en ‘Reizen met dochters’ had erbij gewonnen als De Graeve zoals tijdens zijn Spaanse reisje wat meer had meegemaakt, maar hij vertelt eerlijk en ontwapenend over zijn psoriasis, zijn ouders, zijn plezier in het schrijven (“Schriftjes volpennen is geen ode aan de nostalgie, het is een dam proberen op te werpen tegen de zinloosheid van het bestaan”), zijn rusteloosheid (“Ik

houd van het vertrouwde en ik haat het”), hoe blij hij is met het vaderschap (“Zou het altijd deugd doen om onomkeerbare beslissingen te nemen?”) en hoe goed hij het wel niet trof met Saskia, zijn vrouw, ‘de premier’ van hun gezin. In de vier liefste pagina’s van het boekje beschrijft hij hoe ze elkaar vonden, hoe ze samen de Gentse Feesten hadden ‘overwonnen’ en hoe hij, als een echte Woody Allen, liggend in het gras deodorant in haar keel spoot, terwijl hij dacht dat het een medicijn was.

geestig Het zal duidelijk zijn dat Sam De Graeve een geestig auteur is. Of misschien eerder nog een humorist, die zichzelf met de beste bedoelingen door het leven ziet struikelen en daar nog kan om lachen ook. Om die reden kon hij ook perfect de meligheid uit zijn boekje houden. Meligheid die niet zelden

opduikt wanneer ouders trots de unieke strapatsen van hun kinderen beschrijven. De Graeve citeert Lotte en Bente enkele keren, maar nergens worden hun uitlatingen klef of sentimenteel. En als hij vertelt hoe zijn dochtertjes in de Parijse metro vol vertrouwen bij een eenzame, dronken man gaan staan en die achteraf dankbaar blijft zwaaien tot ze uit het gezicht verdwenen zijn, ben ik er nogal gerust in dat hij als minister van Buitenlandse Zaken van zijn gezin altijd wel de juiste beleidsbeslissingen zal (helpen) nemen en ze met zwier voor ons zal beschrijven. n REIZEN MET DOCHTERS Sam De Graeve Uitgeverij Vrijdag 124 blz.

JUnI 2009 | 113de jaargang | ons recht 21


de lezer schrijft Lezersbrieven dienen te worden gestuurd aan: redactie Ons Recht Sudermanstraat 5 2000 Antwerpen lbc-nvk.persdienst@acv-csc.be Anonieme brieven worden niet gepubliceerd. Naam en adres van de steller moeten ons bekend zijn. De brieven worden in de regel gepubliceerd met vermelding van de initialen en de woonplaats van de schrijver, hoewel die op uitdrukkelijk verzoek kunnen worden weggelaten. De redactie behoudt zich het recht voor, te lange lezersbrieven eventueel in te korten zonder aan de essentie ervan te raken. De publicatie van lezersbrieven betekent niet dat de redactie in alle opzichten akkoord gaat met de inhoud ervan.

afscheid cartoonist l.f. - turnhout

In het meinummer van Ons Recht las en zag ik dat het blad afscheid nam van cartoonist Paul Verschaeren. Heel erg jammer. Deze cartoonist kon meesterlijk een heel complexe situatie in een erg simpele tekening weergeven. Hij was bovendien technisch een uitstekend tekenaar, met een vaste hand en een scherpe geest en een goede syntheticus. Een hele boom vertalen naar één blad. Ik hoop overigens dat u de auteur van de ‘Achterklap’ nog jaren aan zijn tekstverwerker vastketent. Wat de cartoonist met beelden kon, kan Paul Jacobs met taal. Grappig, snedig, soms hilarisch, altijd ‘to the point’, relativerend wanneer het moet, scherp wanneer het kan. En met een mooie, gevarieerde woordenschat en boeiende zinswendingen. Taal zoals ik ze graag gehanteerd zie. Telkens wanneer Ons Recht in de bus valt, lees ik eerst de wereldellende, in de wetenschap dat ieder artikel me blad vóór blad dichter bij het dessert brengt: de column en de cartoon op de Achterflap. Het dessert is, met het vertrek van Paul Verschaeren, voor mij gehalveerd. Ik hoop dat u me niet helemaal op dieet zet. Hartelijke, gemeende felicitaties aan Paul Verschaeren en Paul Jacobs. N.v.d.r. Het doet altijd plezier wanneer lezers lof hebben voor het werk van onze cartoonist en columnist. De redactie zag Paul Verschaeren met pijn in het hart vertrekken. Gelukkig namen twee nieuwe cartoonisten, Quirit en Erwin Vanmol, de fakkel over. Hopelijk zullen ook zij veel van onze lezers kunnen aanspreken en doen lachen. 22 ons recht | 113de jaargang | JUNI 2009

uitbetaling vakbondspremie Metaal Dit jaar wordt in de metaalsector een vakbondspremie uitbetaald van 80 euro. De uitbetalingsperiode loopt tot 31 juli. De premie wordt betaald aan de gesyndiceerde bedienden en kaderleden die in 2008 werkten in de metaalsector (paritair comité 209). Onder het paritair comité 209 vallen alle metaalbedrijven met een productieactiviteit in België en de studiebureaus die voor die ondernemingen werken. Het gaat niet om garages, carrosseriebedrijven, de metaalhandel of de erkende controleinstellingen. Om recht te hebben op de premie moet de bediende of het kaderlid in 2008 ten minste een maand effectief gewerkt hebben in een metaalbedrijf en lid zijn van de LBC-NVK sinds ten minste 1 oktober 2008. Ook moet de bediende aangesloten zijn bij een vakbond op het moment van uitbetaling. Werkloze bedienden en bruggepensioneerden hebben nog recht op deze vakbondspremie wanneer zij in 2008 nog minstens 1 maand werkten en effectief prestaties leverden in een metaalbedrijf (en aan de voorwaarden qua lidmaatschap wie in 2008 in volledige loopbaanonderbreking/tijdskrediet ging of in 2008 langdurig ziek werd. De uitbetaling gebeurt via overschrijving op de individuele bankrekening. Bedienden en kaderleden tewerkgesteld in de metaalsector en aangesloten bij de LBCNVK kregen onlangs een formulier. Gelieve dit ingevuld

terug te bezorgen aan je vakbondsafgevaardigde of aan het gewestelijke LBC-NVKsecretariaat van je woonplaats. Wie geen formulier kreeg, kan contact opnemen met zijn LBCNVK-secretariaat.

Distributie De vakbondspremie in de distributie komt eraan. Je hebt recht op een premie als je aangesloten was bij een vakbond vóór 1 januari 2009 en als je op 15 juni 2009 in dienst bent bij een werkgever van de paritaire comités 202, 311 of 312 (of met brugpensioen bent en de wettelijke pensioenleeftijd nog niet bereikte). Voldoe je aan deze voorwaarden, dan heb je recht op een vakbondspremie van 128 euro. De premie bedraagt 64 euro voor wie een beperkte vakbondsbijdrage betaalt. Wie op 15 juni 2009 met volledige loopbaanonderbreking is, krijgt de premie niet. Bezorg het premieattest samen met je loonfiche van de maand mei zo vlug mogelijk aan je vakbondsafgevaardigde of aan het plaatselijke LBC-NVK-secretariaat. De premie wordt tussen 15 juni en 30 september overgeschreven naar je rekeningnummer. Hoe sneller je je attest doorspeelt, des te vlugger wordt de premie uitgekeerd.

Spaarbanken Tussen 1 mei en 30 juni wordt in de sector van de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie (PC 308) aan de gesyndiceerde bedienden een vakbondspremie van 30 euro uitbetaald. Om recht te hebben op de premie moet je ten min-

ste zes opeenvolgende maanden van 2007 lid geweest zijn van de LBC-NVK en in orde zijn met de betaling van het lidgeld. Ook moet je ten minste zes maanden gewerkt hebben in de sector van de spaarbanken in 2007. (Brug-) gepensioneerden krijgen hun premie als zij minstens nog een maand effectief werkten in 2007. Wie op de premie recht heeft, ontvangt een attest. Dat attest moet je ondertekend terugsturen naar het plaatselijke LBCNVK-secretariaat.

Petroleumsector In de periode van 15 mei tot 15 juni wordt in de petroleumsector aan de gesyndiceerde bedienden de vakbondspremie uitbetaald. Die bedraagt 117 euro. Om recht te hebben op de premie moet je in 2008 ten minste één maand lang in dienst geweest zijn van een bedrijf uit de sector van de petroleumnijverheid en –handel (PC 211). Ook moet je op zijn minst sinds 1 april 2009 lid zijn van de LBCNVK en op het ogenblik van de uitbetaling in orde zijn met de betaling van de ledenbijdrage. De premie wordt overgeschreven naar de bankrekening van het lid. Alle begunstigden kregen een attest dat recht geeft op de premie. Dit attest moet ingevuld en ondertekend worden terugbezorgd aan de LBC-NVK-afgevaardigden in de onderneming of aan het plaatselijke LBCNVK-secretariaat.

indexaanpassingen vanaf februari 2009 216.00 Notarisbedienden 224.00 Non-ferro metalen 308.00 Maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie 309.00 Beursvennootschappen 310.00 Banken

vorige lonen x 1,0022 vorige lonen x 1,0232 vorige lonen x 0,9998 vorige lonen x 0,99982 vorige lonen x 0,9998


Ons Recht VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: Marc WEYNS

Sudermanstraat 5 • 2000 Antwerpen HOOFDREDACTEUR: Denis BOUWEN REDACTIESECRETARIS: Jan DECEUNYNCK VORMGEVING: Peer DE MAEYER DRUKKERIJ: Corelio Printing REDACTIE EN ADMINISTRATIE: Sudermanstraat 5- 2000 Antwerpen Tel. 03/220.87.11 • Fax 03/220.89.83 lbc-nvk.persdienst@acv-csc.be www.lbc-nvk.be

lbc-nvk-secRetaRiaten • 9300 aaLst, Hopmarkt 45 Tel. 053/73.45.20, Fax 03/220.88.01 lbc-nvk.aalst@acv-csc.be • 2000 antWerpen, Nationalestraat 111-113, Tel. 03/222.70.00, Fax 03/220.88.02 lbc-nvk.antwerpen@acv-csc.be • 8000 brUGGe, Oude Burg 17 Tel. 050/44.41.66, Fax 03/220.88.04 lbc-nvk.brugge@acv-csc.be • 1000 brUsseL, Pletinckxstraat 19 Tel. 02/557.86.40, Fax 03/220.88.05 lbc-nvk.brussel@acv-csc.be • 9200 DenDermonDe, Oude Vest 146 Tel. 052/25.95.60, Fax 03/220.88.19 lbc-nvk.dendermonde@acv-csc.be • 9000 Gent-eekLo-ZeLZate, Poel 7 Tel. 09/265.43.00, Fax 03/220.88.08 lbc-nvk.gent@acv-csc.be • 1500 haLLe, Vanden Eeckhoudtstraat 11 Tel. 02/557.86.70, Fax 03/220.88.06 lbc-nvk.halle@acv-csc.be • 3500 hasseLt, Mgr. Broekxplein 6 Tel. 011/29.09.61, Fax 03/220.88.09 lbc-nvk.hasselt@acv-csc.be • 8900 Ieper, St. Jacobsstraat 34 Tel. 059/34.26.40, Fax 03/220.88.10 lbc-nvk.ieper@acv-csc.be • 8500 kortrIJk, President Kennedypark 16D Tel. 056/23.55.61, Fax 03/220.88.12 lbc-nvk.kortrijk@acv-csc.be • 3000 LeUVen, L. Vanderkelenstraat 32 Tel. 016/21.94.30, Fax 03/220.88.13 lbc-nvk.leuven@acv-csc.be • 2800 mecheLen-rUpeL, Onder den Toren 5 Tel. 015/28.85.65, Fax 03/220.88.14 lbc-nvk.mechelen@acv-csc.be • 8400 oostenDe, Kan. dr. L. Colensstraat 7 Tel. 059/55.25.54, Fax 03/220.88.15 lbc-nvk.oostende@acv-csc.be • 9700 oUDenaarDe, Burgschelde 5 Tel. 053/73.45.25, Fax 03/220.88.03 lbc-nvk.oudenaarde@acv-csc.be • 8800 roeseLare, H. Horriestraat 31 Tel. 051/26.55.44, Fax 03/220.88.17 lbc-nvk.roeselare@acv-csc.be • 9100 sInt-nIkLaas, H. Heymanplein 7 Tel. 03/760.13.40, Fax 03/220.88.18 lbc-nvk.sint-niklaas@acv-csc.be • 2300 tUrnhoUt, Korte Begijnenstraat 20 Tel. 014/44.61.55, Fax 03/220.88.20 lbc-nvk.turnhout@acv-csc.be • 1800 VILVoorDe, Toekomststraat 17 Tel: 02/557.86.80, Fax: 03/220.88.07 lbc-nvk.vilvoorde@acv-csc.be aLGemeen secretarIaat 2000 antWerpen, Sudermanstraat 5 Tel. 03/220.87.11, Fax 03/220.89.83 e-mail: lbc-nvk@acv-csc.be www.lbc-nvk.be

spullenhulp WaLter

In de zomer moet ik bij Friedl’ op Radio 1 vertellen over vijf voorwerpen-met-een-verhaal. Eindelijk beroemd. Laat ik nu maar ’s eindelijk de rest van de spullen hier in de kamer grondig inventariseren en daarna wegmieteren in een kartonnen doos. De werkster doet elke week moeilijk over het stof en straks weet ik bij God niet meer waarom ik die dingen allemaal bewaarde. Want ik ben een bijhouder, daar valt niks aan te doen. Het leven waait als een zotte wind voorbij. Aan het eind van mijn leven wil ik graag tastbare bewijzen kunnen voorleggen dat ik volop aan die onzin meedeed. Daarom sleep ik als een hamster met een slecht geheugen van overal ‘memorabilia’ mee naar mijn hol. Op de boekenplanken liggen versteende appelsienen uit La Palma, kaartjes van restaurants waar ik me ongans at, glazen uit al lang gesloten cafés en een stuk gele zeep in de vorm van een citroen uit het winkeltje in Dublin waar James Joyce in 1901 zijn tandpasta kwam kopen. Ik hou hotelrekeningen bij, champagnekurken, theaterprogramma’s, alle brieven die ik ooit ontving, miniatuurhuisjes uit landen waar ik had willen wonen, een terracotta hand met twee opgestoken vingers tegen het boze oog en een pop met het opschrift

‘Caution: Red Hot Lover’ uit de tijd dat zo’n meisje dat nog niet eens bedoelde om mee te lachen. In een aparte doos liggen mijn stenen en mijn keien. Ik bezit een stuk steen van het Nietzschepad aan de Côte d’Azur, waaraan de filosoof misschien nog zijn teen stootte toen hij ‘Zarathustra’ bedacht. Op straffe van boete jatte ik een kiezel mee van het Forum, raapte ik een schijf zandsteen op in de Vallei van de Koningen en wrikte ik een brok rots los uit de muur van het kasteel van de Markies de Sade in Lacoste. Ik ben de eigenaar van gestolde lava van de Vesuvius, een klein rotsblok uit de Ardennen met het fossiel van een schelp en een kei van op het strand van Positano. Een Amerikaanse miljonair zat er een limoncello te drinken en toen ik hem vroeg waarom hij drie maanden lang door Italië reisde, zei hij ‘Because I can’. Net als in de film van ‘Amélie Poulain’ hield ik uit mijn kinderjaren een soldaatje en een plastic wielrenner bij. De ene heet generaal McArthur, de andere Darrigade. In een mausoleumvakje van mijn boekenkast liggen de rouwprentjes van mijn dierbaren, voorlopig nog veel vaders en moeders van vrienden, op veilige afstand, maar er is nog plaats. Er zijn dozen met eindeloos veel foto’s en honderden uitgescheurde krantenartikels steken in even zovele boeken. In een mok met

‘Nobody is perfeckt’ liggen reservesleutels van auto’s die al jaren zijn gesloopt. In kasten staan gezelschapsspellen die nooit meer worden gespeeld. De leukste vijf voorwerpen hou ik natuurlijk voor Friedl’, maar graag wil ik al even oefenen met een paar andere souvenirs. Zo is er de bronzen penis met vleugeltjes uit een souvenirkraam in Pompeï. Ik liep er door de ruïnes met mijn lief en toen ik haar kuste, begon een Italiaanse mevrouw enthousiast te applaudisseren. (Later, toen ze het uitmaakte omdat ik achter haar rug een ander zag, stuurde mijn liefste me een Chinese telmachine met rode kralen. Het ding staart me elke dag van boven op een kast verwijtend aan.) Ik zou nog mooi kunnen vertellen over een scarabee en over een koperen klikker zoals de Amerikaanse soldaten er één hadden bij de landing in Normandië, maar verdomd, wat staat die lelijke stenen vis daar voor het raam te doen? Hij is blauw en hangt op een schelp en ik weet nog goed dat ik hem als kind in Blankenberge aan mijn ma gaf, als cadeautje voor Moederdag. Onderin zit een gat waarin iemand gemakkelijk een papiertje met een geheime boodschap had kunnen verbergen. Ik keek net, maar er zit er geen in. Zo’n prop papier met hanige kinderletters uit de vorige eeuw, dàt was pas een voorwerp geweest.

JUnI 2009 | 113de jaargang | ons recht 23


?????


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.