WATER.WAR - Cataloog by Leiedal

Scientists, entrepreneurs, artists and activists join forces on the biggest challenge of our time: water.

Budafabriek Kortrijk curator: Christophe De Jaeger

WATER.WAR. IEDER ZIJN BATTLE Zeven hoofdstukken, noem het battles, over de relatie tussen de mens en zijn meest noodzakelijke bron van leven, dat is de expo WATER.WAR. Aanleiding is de Leie. De rivier die door Kortrijk loopt en de laatste twintig jaar een grondige metamorfose onderging. Niets lijkt nog op de ongerepte natuurlijke scènes van de Belgische impressionist Emile Claus of andere schilders uit de Latemse School. Zij toonden de Leie in haar natuurlijke landschap, gespaard van industrie en in beton geklonken aanlegkades. Vandaag is de Leie een economische ader die doorgang moet bieden aan schepen tot 4.500 ton. De druk op het omringende landschap stijgt. Bebouwing, industrie en landbouw hebben eveneens een grote impact op het beschikbare grondwater. Op diverse plekken in Vlaanderen zakte de waterspiegel tot 140 meter ten opzichte van het natuurlijke peil. Dit heeft ook consequenties voor de waterlagen in Noord-Frankrijk. Voor water blijft Schengen overeind.

WATER.WAR. À CHACUN SON COMBAT

WATER.WAR. EVERYONE’S BATTLE.

Sept chapitres, ou combats, sur la relation entre l’homme et sa source de vie la plus essentielle, voilà ce dont se compose l’exposition WATER.WAR. Le point de départ est la Lys, la rivière qui coule à travers Courtrai et qui a subi une métamorphose profonde au cours des quinze dernières années. Plus rien ne ressemble aux scènes de nature sauvage de l’impressionniste belge Émile Claus ou d’autres peintres de l’École de Laethem-Saint-Martin. Ils ont représenté la Lys dans son paysage naturel, encore dépourvu d’industrie et d’embarcadères coulés dans le béton. Aujourd’hui, la Lys est une artère économique offrant un passage à des bateaux allant jusqu’à 4 500 tonnes. La pression sur le paysage environnant s’accroît. Construction, industrie et agriculture exercent à leur tour un impact considérable sur les nappes phréatiques. En divers lieux de Flandre, le niveau d’eau a perdu 140 mètres par rapport à son niveau naturel. Ce qui a également une incidence sur les nappes d’eau souterraines du nord de la France. L’eau se moque des entraves imposées à l’espace Schengen.

Seven chapters, call it battles, about the relationship between man and his most indispensable source of life, this is the exhibition WATER.WAR. The immediate cause is the Lys, the river that runs through Kortrijk and has undergone a radical metamorphosis in the last fifteen years. It’s nothing like the unspoilt scenery of the Belgian impressionist Emile Claus or other painters of the Latem School. They showed the Lys in its natural landscape spared from industry and concrete landing quays. Today the Lys is an economic artery that has to give passage to ships up to 4500 tons. The pressure on the surrounding landscape is increasing. Building, industry and agriculture also have a great impact on the available groundwater. In various places in Flanders the water level dropped to 140 meters compared to the natural level. This also has consequences for the water layers in the North of France. For water Schengen still stands. Water is an issue of global importance.

De waterproblematiek is er een van wereldformaat. Nadenken over water kan niet zonder de impact van multinationals als Nestlé en Maersk of organisaties als de Wereldbank te belichten. “Als we de wereld willen ordenen, dan moet dit op wereldschaal”, stelt orbanist en utopist Luc Deleu. In de komende decennia worden door droogte, overstromingen en stormen minimaal 250 miljoen klimaatvluchtelingen verwacht. “Do we have the courage to face the reality of our time?”, met die vraag opent de Amerikaanse fotograaf Chris Jordan de tentoonstelling. Fraai zijn zijn beelden niet: albatrosjongen vergiftigd door plastic op een afgelegen eiland, 3000 kilometer van een vast continent. Op het recente World Economic Forum in Davos was de boodschap duidelijk: “Het plasticverbruik is zo vervuilend dat er tegen 2050 meer afval zal drijven dan vis zal zwemmen.” En toch is WATER.WAR geen expo vol doemscenario’s. Budafabriek zet geëngageerde

La problématique de l’eau est mondiale. Réfléchir à des solutions pour l’eau ne peut pas se faire sans mettre en lumière l’impact de sociétés multinationales comme Nestlé ou Maerk, ou des organisations comme la Banque mondiale. « Si nous voulons ordonner le monde, il faut le faire à l’échelle mondiale », explique l’orbaniste et utopiste Luc Deleu. Dans les décennies à venir, on estime que les sécheresses, inondations, tempêtes et autres intempéries extrêmes entraîneront le déplacement d’au moins 250 millions de réfugiés climatiques. « Avons-nous le courage de faire face à la réalité de notre temps ? », se demande le photographe étatsunien Chris Jordan en préambule de son exposition. Ce qu’il nous montre est loin d’être idyllique : de jeunes albatros empoisonnés par du plastique sur une île perdue, à 3 000 kilomètres de la terre ferme. Lors du récent Forum économique mondial de Davos, le message était clair : « L’usage du plastique est si polluant qu’en 2050, il y aura plus de déchets plastiques que de poissons dans les océans. » Néanmoins, WATER.WAR n’est pas une exposition sous forme de scénario catastrophe. La Budafabriek met en regard des entreprises et des jeunes pousses engagées, des artistes critiques, des ONG de terrain, des militants politiques, des citoyens actifs et des chercheurs passionnés. Chacun mène

Thinking about water is impossible without discussing the impact of multinationals such as Nestlé and Maersk or organisations like the World Bank. “If we want to order the world, it has to be done on a worldwide scale”, says orbanist and utopian Luc Deleu. In the next decennia a minimum of 250 million climate refugees are to be expected because of drought, floods and storms. “Do we have the courage to face the reality of our time ?”, with this question the American photographer Chris Jordan opens the exhibition. His images are anything but pretty : the young of albatross poisoned by plastic on a faraway island, 3000 kilometres away from solid continent. At the recent World Economic Forum in Davos the message was clear : “The use of plastic is so polluting that by 2050 more waste will be floating than fish will be swimming.” And yet WATER.WAR is no exhibition full of doom scenarios. Buda Factory puts committed start-ups and enterprises, critical artists, hands-on NGO’s, political activists, active citizens and researchers with a passion next to and opposite each other. Each wages his fight for a different world. Now they complete each other, then again they contradict each other. A durable water management must put all these players and perpectives around the table. While Shell is polluting the water of the Niger delta, the design studio Unfold is developing an open source water-filter for remote regions. Next to the installation The Symbiotic Machine by artist Ivan Henri-

startups en ondernemingen, kritische kunstenaars, hands-on ngo’s, politiek activisten, actieve burgers en onderzoekers met passie bij, naast en tegenover elkaar. Elk voert zijn strijd voor een andere wereld. Nu eens vullen zij elkaar aan, dan weer spreken zij elkaar tegen. Een duurzaam waterbeleid vereist het rond de tafel brengen van al deze spelers en perspectieven. Terwijl Shell het water in de Nigerdelta vervuilt, ontwikkelt de ontwerpstudio Unfold een open source waterfilter voor afgelegen gebieden. Naast de artistieke installatie The Symbiotic Machine van kunstenaar Ivan Henriques staat de Aquadrone die de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) ontwikkelde voor watermetingen. Het presenteren van onderzoek en industriële toepassingen is niet courant in de kunstwereld. Budafabriek doet het met overtuiging. De kunstenaar hoort thuis in het hart van het maatschappelijke debat. Dit is de plek waar hij zijn kritische rol voluit opneemt en zijn werk linkt aan problemen en uitdagingen die ieder van ons aanbelangen. Evenwaardig biedt Budafabriek ook een platform voor geëngageerde wetenschappers en ondernemers. Hun werk heeft een sterke impact op de wereld van morgen. Bedrijven als Nuresys die fosfaten uit het water recupereren of het GhEnToxLab dat onderzoek doet naar de impact van microplastics in de Noordzee, leveren belangrijk werk voor de toekomst van water in onze regio en ver daar buiten. De jonge kunstenaar Jo Caimo reisde door Vlaanderen en Nederland op zoek naar bedrijven die een interessant discours en praktijk ontwikkelen rond water.

son combat pour un monde différent. Parfois, ils sont complémentaires, d’autres fois ils se contredisent. Une gestion durable de l’eau requiert de réunir autour de la table tous ces acteurs et toutes les perspectives. Alors que Shell pollue dangereusement l’eau du delta du Niger, le studio de design Unfold développe un filtre à eau en code source ouvert pour des régions reculées. À côté de l’installation artistique The Symbiotic Machine d’Ivan Henriques se trouve l’Aqua Drone mis au point par l’Institut flamand de Recherche technologique (VITO) pour mesurer des données hydrographiques. La présentation de recherches et d’applications industrielles n’est pas courante dans le monde de l’art. La Budafabriek s’y prête avec conviction. L’artiste est à sa place au cœur du débat sociétal, où son rôle critique prend toute son ampleur et où il relie son œuvre aux problèmes et aux défis qui nous concernent tous. La Budafabriek offre en même temps une plateforme à des scientifiques et à des entrepreneurs engagés. Leur travail d’aujourd’hui aura un grand impact sur le monde de demain. Une

ques is the Aquadrone , developed by the Flemish Institute for Technological Research (VITO) for water measuring. The presentation of research and industrial applications is not often done in the artistic world. Buda Factory does so with conviction. The artist belongs in the heart of social debate. This is the place where he fully takes up his criticial role and links his work to problems and challenges that are important to each of us. Of equal value is the platform for committed scientists and entrepreneurs Buda Fabriek offers. Their work has a strong impact on the world of tomorrow. Companies like Nurysys that recycles phosphates from the water or the GhEnToxlab that researches the impact of microplastics in the North Sea make an important contribution to the future of water in our region and far out. The young artist Jo Caimo travelled through Flanders and The Netherlands in search of companies that develop an interesting theory and practice around water. The multidisciplinary exhibition WATER.WAR starts with one drop of water in the impressive entrance hall of the Buda Factory. Artist Honoré

De transdisciplinaire tentoonstelling WATER.WAR start met één druppel water in de imposante inkomhal van de Budafabriek. Kunstenaar Honoré d’O plaatst je voor je verantwoordelijkheid. De toekomst van water wordt bepaald door wereldleiders, maar evenzeer door de burger die dagelijks de kraan opendraait. Ieder zijn battle. Christophe De Jaeger, curator Franky Devos, directeur kunstencentrum BUDA / opdrachthouder Budafabriek

d’O confronts you with your responsibility. The future of water is determined by world leaders but as much by the citizen who opens the tap every day. Everyone’s battle.

entreprise comme Nurysys qui parvient à récupérer des phosphates dans les eaux usées ou le GhEnToxlab qui effectue des recherches sur les répercussions du microplastique dans la Mer du Nord fournissent une contribution importante à l’avenir de l’eau dans notre région, et bien au-delà. Le jeune artiste Jo Caimo a sillonné la Flandre et les Pays-Bas en quête d’entreprises ayant élaboré un discours et une pratique intéressante autour de l’eau.

Christophe De Jaeger, curator Franky Devos, director Arts Centre BUDA / assignment holder of Budafabriek

L’exposition transdisciplinaire WATER.WAR commence par une goutte d’eau dans l’imposant hall d’entrée de la Budafabriek. L’artiste Honoré d’O place d’emblée le visiteur face à sa responsabilité. Si l’avenir de l’eau est déterminé par les leaders mondiaux, il l’est tout autant par les citoyens qui ouvrent quotidiennement le robinet. À chacun son combat.

Christophe De Jaeger, commissaire de l’exposition Franky Devos, directeur du centre d’art BUDA / chargé de mission de la Budafabriek

JO CAIMO (BE) Jo Caimo is een Belgisch beeldend kunstenaar, componist, muzikant, radiomaker en uitvinder van overbodige voorwerpen en instrumenten. Zijn werk balanceert tussen performance, muziek, product design, installaties en de digitale wereld. Hij infiltreert in WATER.WAR met kleine interventies en reisde door Vlaanderen en Nederland op zoek naar bedrijven die een interessant discours en praktijk ontwikkeling rond water. Zijn roadtrip levert tekeningen op van VITO, Pollet Water Group, Coca-Cola, Deltares, GhEnToxlab, NuReSys en Sioen Industries.

www.jocaimo.blogspot.com

Le Belge Jo Caimo est artiste plasticien, compositeur, musicien, producteur d’émissions radiophoniques, et inventeur d’objets et d’instruments superflus. Son œuvre oscille entre performance, musique, design, installation et univers numérique. Il s’infiltre dans WATER.WAR par de petites interventions et des dessins, fruits de son expédition à travers la Flandre et les Pays-Bas en quête d’entreprises ayant élaboré un discours et une pratique intéressante autour de l’eau, comme VITO, Pollet Water Group, Coca-Cola, Deltares, GhEnToxlab, NuReSys et Sioen Industries.

Jo Caimo is a Belgian visual artist, composer, musician, radio producer and inventor of superfluous objects and instruments. His work balances between performance, music, product design, installations and the digital world. He infiltrates WATER.WAR with small interventions and travelled through Flanders and the Netherlands in search of companies that develop an interesting theory and practice around water. His road trip yields drawings by VITO, Pollet Water Group, Coca-Cola, Deltares, GhEnToxlab, NuReSys and Sioen Indutries.

1. “ Do we have the courage to face the reality of our time?”

CHRIS JORDAN

pollution

VERVUILING Zowel de chemische als de biologische kwaliteit van de Vlaamse oppervlaktewateren gaat er gevoelig op vooruit. Alle indicatoren evolueren gunstig, met uitzondering van de nitraten. Steeds meer vissoorten komen terug. Zelfs in de Leie, van oudsher de meest vervuilde rivier van Vlaanderen, zwemt er opnieuw snoekbaars. Toch is het nog slecht gesteld met de waterkwaliteit in Vlaanderen. Slechts op 14% van de meetplaatsen wordt de waterkwaliteit als ‘aanvaardbaar’ of ‘niet verontreinigd’ bestempeld. Bovendien zijn de waterbodems in veel rivieren sterk vervuild. De ongunstige situatie heeft veel te maken met het gebrek aan middelen en visie voor waterzuivering in de jaren ‘70 en ’80. Waar in Vlaanderen twintig jaar geleden minder dan een derde van het rioolwater gezuiverd werd, gaat nu meer dan 80% van het afvalwater richting zuiveringsinstallatie. Wat de vervuiling van zeeën en oceanen betreft, kijken we wereldwijd aan tegen een gigantische uitdaging: Plastic Soup. De boodschap op het World Economic Forum van Davos was duidelijk: “Het plasticverbruik is zo vervuilend dat er tegen 2050 meer afval dan vis zal zwemmen in de oceaan.” De watercrisis staat dan ook op nummer één in “The Global Risks of Highest Concern for the

LA POLLUTION

POLLUTION

La qualité des eaux de surface en Flandre (B) connaît une nette amélioration : en dehors des nitrates, tous les indicateurs biologiques et chimiques évoluent dans le bon sens : de plus en plus d’espèces de poissons reviennent, et même la Lys – depuis toujours la rivière la plus polluée de toute la Flandre – héberge à nouveau des sandres. Ceci dit, seulement 14% des prélèvements sont classés « acceptables » ou « non pollués ». Et les fonds des cours d’eau sont souvent fortement pollués.

Both the chemical and the biological quality of the Flemish surface waters have improved significantly. All indicators have trended positively, except for nitrates. A growing number of fish species have returned. Zander has even reappeared in the river Leie, the most polluted river in Flanders. However, water quality in Flanders is still low. Water quality is deemed ‘acceptable’ or ‘non-polluted’ in only 14% of the monitoring stations. Moreover, many riverbeds remain highly polluted. The unfavourable situation is strongly correlated with the lack of resources and vision for water treatment in the 1970s and 1980s. While less than one third of sewage was treated in Flanders two decades ago, over 80% of wastewater now passes through a treatment plant.

Cette situation est la conséquence de l’absence de vision et de moyens d’épuration pendant les années 70 et 80. Il y a vingt ans, moins d’un tiers des eaux usées étaient traitées. Aujourd’hui, les stations d’épuration traitent plus de 80% des eaux résiduaires.

As far as marine pollution is concerned, we are facing a huge challenge worldwide: plastic soup. The World Economic Forum’s report on plastics was clear: “Without significant action, there may be more plastic than fish in the ocean, by weight, by 2050.” The water crisis therefore ranks number one in “The Global Risks of Highest Concern for the next 10 years, Davos, 2016” and precedes climate-change adaptation,

Les océans souffrent de la soupe de plastique. Le récent Forum économique mondial de Davos a lancé un message très clair : d’ici 2050, la mer comptera plus de déchets en plastique que de poissons. La crise de l’eau se trouve au sommet de la liste - dressée à Davos en 2016- des principales préoccupations pour les 10 ans à venir, devant l’adaptation au changement

next 10 years, Davos, 2016”, vóór klimaatadaptatie, extreme weersomstandigheden, voedselcrisis en sociale instabiliteit. Zo wordt water, lang louter de bezorgdheid van activisten, ingenieurs en NGO’s, een dringende politieke kwestie met ernstige gevolgen voor economie en volksgezondheid. Oceanen beslaan 72% van het aardoppervlak en zijn onze belangrijkste zuurstofleveranciers. Voor meer dan de helft van de wereldbevolking is de oceaan de voornaamste voedselbron. De toenemende plastic vervuiling van oceanen en zeeën - ook van binnenwateren! - is uitgegroeid tot een onbeheersbare milieuramp. Facts: • Jaarlijks wordt wereldwijd 260 miljoen ton plastic geproduceerd. De productie stijgt met 8% per jaar. • De laatste 10 jaar is er meer plastic geproduceerd dan in de hele 20ste eeuw. • De helft van al het geproduceerde plastic is voor eenmalig gebruik en wordt onmiddellijk weggegooid. • Kleding van plastic (fleece, nylon, acryl, polyester) laat plastic vezels los bij het wassen. Deze zijn zo klein dat ze zuiveringsinstallaties passeren. • Wereldwijd worden meer dan 1 miljoen plastic tasjes per minuut gebruikt. Deze hebben een gemiddelde levensverwachting van 15 minuten.

extreme weather events, food crises and social instability. So water, which has long been the concern of activists, engineers and NGOs, is now a pressing political issue with serious consequences for the economy and public health.

climatique, les conditions météorologiques extrêmes, la crise de la nourriture et l’instabilité sociale. L’eau, qui préoccupe depuis longtemps activistes, ingénieurs et ONG, devient ainsi une question politique urgente avec des répercussions importantes sur l’économie et la santé publique.

Oceans cover 72% of the earth’s surface and are our principal oxygen suppliers. The ocean is the main source of food for over half of the world’s population. Increasing plastic pollution of the oceans and seas, but also of the inland waters, has become an uncontrollable environmental disaster.

Les océans recouvrant plus de 72% de la superficie de la planète sont notre principale source d’oxygène mais aussi la principale source de nourriture pour plus de la moitié de la population mondiale. Les déchets en plastique sont devenus une catastrophe écologique incontrôlable, polluant toujours plus océans, mers et eaux intérieures.

Facts: • Throughout the world, 260 million tonnes of plastic are produced annually. Production has increased by 8% a year. • More plastic has been produced in the last decade than in the entire 20th century. • Half of all plastic produced is for single use and is discarded immediately. • Plastic clothes (fleece, nylon, acrylic, polyester) release plastic fibres every time they are washed. These are so small they pass through water treatment plants. • Over 1 million plastic bags are used per minute globally. These have an average useful life of 15 minutes.

RÉALITÉS: • 260 millions de tonnes de plastique sont produites chaque année. + 8% par an. • La quantité de plastique produite depuis 10 ans est plus importante que la quantité produite durant tout le 20ème siècle. • 50% du plastique produit est destiné à un usage unique (immédiatement jeté). • Les fibres qui se détachent des vêtements en « laine » polaire, nylon, acrylique et polyester lors du lavage sont si petites que les stations d’épuration ne peuvent pas les filtrer.

• Sommige verzorgingsproducten zijn voor 10% gevuld met microplastics en spoelen bij gebruik door het doucheputje weg. • Mogelijk schadelijke chemicaliën – zoals stabilisatoren, weekmakers en kleurstoffen – worden bij de productie van plastic toegevoegd. Het risico van veel van deze stoffen is niet of onvoldoende getest. • Slechts een klein aandeel van het plastic wordt gerecycleerd. Dieren die in of van de zee leven, zelfs het kleine zoöplankton, zien plastic afval en microplastics voor voedsel aan. Ze consumeren het en brengen zo giftig afval in onze voedselketen binnen. Dit kan onze gezondheid ernstig schaden. • Wanneer dieren plastic eten, kan dat leiden tot capaciteitsreductie van het darmkanaal, waardoor het minder goed echt voedsel verwerkt. • Consumptie van plastic leidt tot een verhoogde activiteit van het immuunsysteem. Het lichaam reageert met ontstekingsreacties. • Plastics trekken als een soort spons persistente gifstoffen aan. Hoe langer plastic in het water ligt, des te giftiger het wordt door die sponswerking. Een belangrijke wetenschappelijke vraag is of toxische stoffen bij dieren die plastic eten, zich ook kunnen ophopen in hun weefsel, en zo in de voedselketen terecht komen. De mens staat bovenaan de voedselketen. • De allerkleinste plastics kunnen celwanden passeren en in theorie migreren van het maag-darmstelsel naar het lichaamsweefsel van mens en dier.

• Some personal care products contain 10% microplastics and get washed down the drain when used. • Possibly harmful chemicals such as stabilisers, plasticisers and colouring agents are added to plastic during production. The risk of many of these substances has not been sufficiently tested. • Only a tiny fraction of plastic is recycled.

• Chaque minute, plus d’un million de sachets plastiques sont utilisés pour une durée moyenne de 15 minutes. • Certains produits de soin contiennent 10% de microplastique, qui disparait dans la douche. • La production de certains types de plastique requiert des additifs – stabilisants, plastifiants, colorants – dont les risques ne sont pas (suffisamment) connus. • Seule une petite partie du plastique est recyclée.

Marine and coastal animals, even minute zooplankton, mistake plastic waste and microplastics for food. They consume it and thus introduce toxic waste into the food chain. This may cause serious harm to our health.

Les animaux marins dont le zooplancton minuscule, confondent déchets et microplastique avec la nourriture. Des déchets toxiques entrent alors dans la chaîne alimentaire, devenant source de grand risque pour la santé humaine.

• If animals eat plastic, this may result in a capacity reduction of their intestinal tract and in less efficient digestion of real food. • Consumption of plastic leads to increased activity of the immune system. The body produces inflammatory reactions. • Plastics soak up persistent toxins like a sponge. The longer plastic is in the water, the more toxic it becomes because of this sponge effect. An important scientific question is whether toxins can accumulate in the tissues of animals that eat plastic, and thus end up in the

• La consommation de plastique peut limiter la capacité du système intestinal des animaux, qui auront plus de mal à digérer la vraie nourriture. • La consommation de plastique active le système immunitaire. Le corps réagit par une réaction inflammatoire. • Les plastiques absorbent des agents toxiques persistants, comme une éponge. Un morceau de plastique qui se trouve dans l’eau depuis longtemps sera donc très toxique. La science ne sait

• Ftalaten worden als weekmakers gebruikt voor plastic. Onderzoek levert aanwijzingen op dat ftalaatweekmakers de hormoonhuishouding van mens en dier verstoren en kankerverwekkende eigenschappen hebben. Als gevolg van wind en de rotatie van de aarde zijn oceanen voortdurend in beweging. Er zijn vijf grote roterende zeestromingen – gyres - een soort reusachtige draaikolken waarin het drijfvuil langzaam naar het midden wordt gezogen: North Pacific Gyre, South Pacific Gyre, Indian Ocean Gyre, North Atlantic Gyre en South Atlantic Gyre. In alle vijf is sprake van een verhoogde concentratie van plastic afval. Zo wordt voor de North Atlantic Gyre 20.328 stukjes plastic per vierkante kilometer gerapporteerd tot 334.271 stukjes per vierkante kilometer in de North Pacific Gyre. Het overgrote deel betreft microplastics. Deze zijn kleiner dan 5 mm. De Amerikaanse oceanograaf Curtis Ebbesmeyer vergelijkt de omvang van de North Pacific Gyre met twee keer de Amerikaanse staat Texas of de oppervlakte van Frankrijk en Spanje samen. www.plasticsoupfoundation.org

— Gerda Flo programmaregisseur klimaatstad Kortrijk

food chain. Man is at the top of the food chain. • The smallest plastic particles can pass through the cell walls and, in theory, migrate from the digestive system to the body tissues of humans and animals. • Phthalates are used as plasticisers and added to plastics. Research has indicated that phthalate plasticisers affect hormone levels in humans and animals, and have carcinogenic properties.

pas encore si les agents toxiques avalés par des animaux peuvent s’accumuler dans l’organisme de ceux-ci, pour ainsi arriver dans notre assiette. Certains microplastiques sont assez petits pour traverser les membranes cellulaires. En théorie, ils pourraient donc passer de l’appareil gastro-intestinal au tissu corporel animal et humain. • Les phtalates, utilisés pour le plastique, pourraient selon certains chercheurs troubler l’équilibre hormonal du corps humain et animal et provoquer le cancer.

As a result of wind and the earth’s rotation, the oceans are always in motion. There are five major ocean gyres or circular ocean currents which gradually gather floating debris: the North Pacific Gyre, the South Pacific Gyre, the Indian Ocean Gyre, the North Atlantic Gyre and the South Atlantic Gyre. High concentrations of plastic waste are found in all five gyres. For instance, 20,328 plastic pieces per square kilometre are reported in the North Atlantic Gyre and 334,271 plastic pieces per square kilometre in the North Pacific Gyre. The vast majority of these pieces are microplastics which are smaller than 5 mm.

La rotation de la terre et les vents font que les océans sont toujours en mouvement. Les cinq principaux courants marins – appelés gyres – forment d’énormes tourbillons qui accumulent lentement les détritus flottants en leur centre. Les Gyres du Pacifique nord, du Pacifique sud, de l’Océan indien, de l’Atlantique nord et de l’Atlantique sud se caractérisent par une concentration de plastique élevée, allant de 20.328 morceaux de plastique par km² pour l’Atlantique nord à 334.271 morceaux par km² pour le Pacifique nord. Il s’agit pour la plupart de microplastiques, dont la taille est inférieure à 5 mm.

According to American oceanographer Curtis Ebbesmeyer, the so-called Great Pacific garbage patch is twice the size of Texas, or as big as France and Spain put together.

Selon l’océanographe américain Curtis Ebbesmeyer, la taille du Gyre du Pacifique nord est comparable à la superficie additionnée de la France et de l’Espagne, ou bien deux fois la superficie de l’Etat du Texas. 17

Pinar Yoldas (TR)

An Ecosystem of Excess 2014 — www.pinaryoldas.info

De Turkse neurowetenschapper Pinar Yoldas woont en werk als kunstenaar en onderzoeker in Durham, North Carolina (US). Geïnspireerd door de ontdekking van kolonies nieuwe planten en dieren op de oppervlakte van plastic afval in de oceanen, ontwerpt ze speculatieve organismen die plastic opsporen en verteren of schadelijke stoffen uit plastic halen. Deze hoopvolle, utopische ontwerpen gaan in tegen het ecologische doemdenken. Yoldas gaat uit van de kracht van de natuur om zich alsmaar aan te passen aan veranderende omstandigheden.

Pinar Yoldas est une neuroscientifique turque qui réside à Durham, en Caroline du Nord (US), où elle travaille en tant qu’artiste et scientifique. Inspirée par les colonies de faune et de flore nouvelles découvertes sur la surface des déchets en plastique qui flottent dans les océans, elle imagine des organismes hypothétiques, capables de détecter ou de digérer le plastique, ou d’en éliminer les substances nocives. Elle veut que ces organismes utopiques soient porteurs d’espoir, pour contrecarrer l’attitude catastrophique face aux problèmes écologiques. Yoldas met en exergue la capacité de la nature 18 à s’adapter encore et encore aux circonstances qui changent.

Turkish neuroscientist Pinar Yoldas lives and works as an artist and researcher in Durham, North Carolina (US). Inspired by the discovery of new plants and animals colonising the surface of ocean plastic debris, she designs speculative organisms that perceive and digest plastic particles or remove pollutants from plastic. These hopeful utopian designs counter environmental doom mongering. Ms Yoldas starts from the principle of nature’s ability to constantly adapt to ever-changing circumstances.

Chris Jordan (US)

Midway: Message From The Gyre 2009-current — www.chrisjordan.com

Chris Jordan, CF000313, from the series Midway: Message from the Gyre.

Fotograaf, filmmaker en milieuactivist Chris Jordan (US) toont de gevolgen van massaconsumptie en ongecontroleerde industriële groei. Het kleine eilandengroepje Midway, halfweg tussen Californië en Japan, ligt op drieduizend kilometer van elk vast continent, maar vlakbij een door plastic zwaar vervuilde plek in de Pacific Ocean. Dit is een fatale broedplaats voor albatrossen. Zij verzamelen alles wat op voedsel gelijkt en geven dit aan hun kuikens. Door het dieet van menselijke rommel sterven de albatrossen door uithongering, verstikking of vergiftiging.

Le photographe, réalisateur et défenseur de l’environnement Chris Jordan montre quelles sont les conséquences de la consommation de masse et de la croissance industrielle illimitée. L’archipel de Midway se situe entre la Californie et le Japon, à trois mille kilomètres de chaque continent, mais près d’un endroit sévèrement pollué par le plastique dans l’Océan Pacifique. Pour les albatros, c’est un site de nidification mortel: les parents albatros rassemblent tout ce qui ressemble à de la nourriture pour le donner à leur poussin. Les petits albatros ainsi nourris de nos détritus meurent 19alors de faim, d’étouffement ou d’intoxication.

Photographer, filmmaker and environmentalist Chris Jordan (US) shows the consequences of mass consumption and runaway industrial growth. Midway Atoll is a small cluster of islands located halfway between California and Japan, at three thousand kilometres from North America and Asia, near the Great Pacific Garbage Patch. This is a fatal nesting site for albatrosses. They collect anything that looks like food and give it to their chicks. Due to the diet of marine debris, albatrosses die as a result of starvation, suffocation or poisoning.

The Ocean Cleanup Array. Pictured is the center of the V, including the collection station © The Ocean Cleanup Erwin Zwart / The Ocean Cleanup

Boyan Slat (NL)

The Ocean Cleanup — www.boyanslat.com

Boyan Slat is een Nederlandse uitvinder en ondernemer. Hij werkt aan innovatieve oplossingen om plastic afval op te ruimen uit oceanen. In 2012 ontwierp hij een drijvende installatie die in de vorm van een V in zee wordt geplaatst. Door de stroming concentreert het afval zich, waarna schepen het ophalen. In 2016 komt er een proefopstelling voor de kust van Scheveningen (NL) en nabij het Japanse eiland Tsushima. In 2020 plaatst The Ocean Cleanup in de Grote Oceaan tussen Californië en Hawaï een plasticvanger van 100 kilometer lang. Slat wil daarmee de helft van de plastic soup in dat deel van de oceaan opruimen.

Le Néerlandais Boyan Slat est inventeur et entrepreneur. Il travaille à des solutions pour débarrasser les océans de ses déchets plastiques. En 2012, il a conçu une installation flottante en forme de V pour recueillir les déchets que les courants concentrent vers un même point. Ensuite, des bateaux viendraient les retirer de l’eau. En 2016, deux essais auront lieu: un au large de Scheveningen aux Pays-Bas, et l’autre au large de l’île Tsushima, au Japon. En 2020, The Ocean Cleanup lancera un attrape-plastique d’une longueur de 1 000 km dans l’océan Pacifique. Slat espère ainsi dégager des océans la moitié de la « soupe de plastique » qui les pollue.

Boyan Slat is a Dutch inventor and entrepreneur. He works on innovative solutions to remove plastic waste from oceans. In 2012 he designed a floating installation that is placed into the sea in the form of a V. Due to the current, the waste concentrates, after which it is picked up by ships. In 2016 there will be an experimental setup on the Scheveningen coast (NL) and near the Japanese island of Tsushima. In 2020 The Ocean Cleanup will place a plastic catcher of 100 km in the Pacific between California and Hawai. With this, Slat wants to clean up half of the plastic soup in that part of the ocean.

Ivan Henriques (BR) Symbiotic Machine 2014

— www.ivanhenriques.com

Ivan Henriques est un artiste et scientifique né au Brésil. Il vit et travaille à La Haye (NL). Toujours en quête Ivan Henriques is een d’innovation technoloBraziliaans kunstenaar gique, il se laisse avant en wetenschapper. Hij tout inspirer par la leeft en werkt in Den nature. En collaboration Haag (NL). Voor zijn avec des scientifiques zoektocht naar techde l’Université Libre nologische innovatie, d’Amsterdam, il a invenhaalt hij inspiratie uit té la Symbiotic Machine de natuur. Samen met (2014). Ce prototype de wetenschappers van machine biologique inde Vrije Universiteit dépendante produit de Amsterdam ontwierp l’énergie en exploitant hij Symbiotic Machine la photosynthèse d’or(2014). Dit prototype ganismes. La machine voor een zelfstandige fonctionne très bien biomachine haalt zijn dans des lacs, canaux, energie uit de fotosynrivières et mers. Elle élithese van organismen. mine les algues nocives De machine werkt qui se trouvent dans optimaal in meren, l’eau et se comporte de kanalen, rivieren en in plus en plus comme un zee. Ze zuivert het water être vivant. van schadelijke algen en gedraagt zich geleidelijk zelf als een levend wezen.

Artist and scientist Ivan Henriques was born in Brazil. He lives and works in The Hague (NL). He draws inspiration from nature in his search for technological innovation. Together with scientists from Vrije Universiteit Amsterdam, he designed the Symbiotic Machine (2014). This prototype for an autonomous bio-machine harvests energy from photosynthetic organisms, and functions optimally in lakes, canals, rivers and seas. It removes harmful algae from the water and gradually begins to behave like a living organism.

UGent (BE) GhEnToxlab

— www.ecotox.ugent.be

Het Laboratorium voor Environmental Toxicology van de Gentse Universiteit (BE) bestudeert de toxische effecten van natuurlijke en synthetische stoffen op organismen, waaronder de aanwezigheid van microplastics in de Noordzee. Op het zachte weefsel van schaalen schelpdieren werden heel wat microplastics gevonden. Deze komen in het voedsel terecht en dus bij de consument die jaarlijks tot 11.000 partikels microplastics kan opnemen. De aanwezigheid van mariene microplastics in schaalen schelpdieren kan een bedreiging vormen voor de voedselveiligheid, maar dit is nog niet bewezen.

Le Laboratoire de Toxicologie environnementale de l’Université de Gand (BE) étudie les effets toxiques de matières naturelles et synthétiques sur les organismes, dont la présence de microplastique dans la Mer du Nord. On retrouve beaucoup de particules de plastique sur les tissus mous des crustacés et des coquillages. Celles-ci se retrouvent ainsi dans la chaîne alimentaire et le consommateur ingurgite jusqu’à 11 000 microparticules de plastique par an. La présence de microplastique marin dans les crustacés et les coquillages peut constituer une menace pour la sécurité alimentaire, mais ce n’est pas encore prouvé.

The Ghent University Laboratory for Environmental Toxicology (GhEnToxLab) aims to advance the understanding of ecotoxicological problems in order to improve environmentally relevant ecological risk assessment and support sustainable development. Among other things the lab researches the presence of microplastics in the marine environment (North Sea). Microplastics were recovered from the soft tissues of bivalves. As a result, the annual dietary exposure for European shellfish consumers can amount to 11,000 microplastics. The presence of marine microplastics in seafood could pose a threat to food safety, although this is not yet proven.

Berndnaut Smilde Nimbus D'Aspremont, 2012 digital c-type print

Berndnaut Smilde (NL) Nimbus d’Aspremont — www.berndnaut.nl

Berndnaut Smilde is een Nederlandse beeldende kunstenaar. In de Nimbus series maakt hij wolken in diverse indoor locaties, van koolmijnen tot kathedralen. Nimbuswolken brengen neerslag. Ze hangen laag, hebben een donkere kleur ten gevolge van de waterdruppel en een groot volume. Smildes wolken tonen een voorbijgaand moment van aanwezigheid in de specifieke locaties. Ze verwijzen zowel naar de fysieke staat van de locatie als naar een moment van openbaring dat hoop en kwetsbaarheid, dreiging en ontlading verbeeldt. Smilde is vooral geïnteresseerd in het tijdelijke aspect van het werk. Het bestaat slechts voor een paar seconden vooraleer het uit elkaar valt. Wat overblijft is de foto.

Berndnaut Smilde est un artiste néerlandais. Pour ses séries Nimbus il crée des nuages à l’intérieur de différents endroits tels des mines de charbon ou des cathédrales. Les nuages nimbus sont chargés de pluie. Ils volent bas, ils sont grands, et les gouttes d’eau qu’ils contiennent leur donnent une couleur foncée. Les nuages de Smilde instaurent une présence passagère aux endroits choisis. Ils font référence autant à l’état physique de l’endroit en question qu’à l’instant de révélation, qui incarne l’espoir et la vulnérabilité, la menace et la décharge. Smilde s’intéresse surtout à l’aspect temporaire de l’œuvre, qui n’existe que pendant quelques secondes avant de disparaître. Après, il reste la photo.

Within the scope of the Nimbus series, Dutch visual artist Berndnaut Smilde creates clouds in various indoor locations, ranging from coal mines to cathedrals. Nimbus clouds are low-level clouds that produce precipitation; their dark colour is the result of water droplets and their large volume. Smilde’s clouds show a fleeting moment of presence in the specific locations. They refer to the location’s physical condition as well as to a moment of revelation, representing hope and vulnerability, threat and release. Smilde is mainly interested in the transitory aspect of his work. It only exists for a few seconds before falling apart. What remains is the photograph.

NuReSys (BE)

Fosforwinning uit Afvalwater Extracting phosphorus from waste water — www.nuresys.be

Het Waregemse bedrijf NuReSys (Nutrient Recovery Sytems) ontwikkelde een revolutionaire technologie die met behulp van een kristallisatieproces fosfor in een zuivere vorm uit afvalwater recupereert. Fosfor is noodzakelijk om wereldwijd de toenemende voedselvoorziening te garanderen. De voorraad fosforerts is evenwel beperkt en zal binnen afzienbare tijd uitgeput zijn. Daarenboven bevindt 90% van alle reserves zich in vijf landen (vooral VS, China en Marokko), wat aanleiding zal geven tot geopolitieke onzekerheid. Door fosfor uit alternatieve stromen te herwinnen, levert het bedrijf een positieve en substantiële bijdrage aan deze mondiale uitdaging.

L’entreprise basée à Waregem (BE) NuReSys (Nutrient Recovery Sytems) a développé une technologie révolutionnaire qui récupère du phosphore sous forme pure des eaux usées, à l’aide d’un processus de cristallisation. Le phosphore est indispensable pour assurer l’approvisionnement alimentaire mondial croissant. Les réserves de minerai de phosphore sont limitées et seront bientôt épuisées. Qui plus est, 90 % de toutes les réserves se situent dans cinq pays (surtout les États-Unis, la Chine et le Maroc), ce qui donnera lieu à des tensions géopolitiques. En récupérant du phosphore de sources alternatives, l’entreprise fournit une contribution positive et substantielle à ce défi planétaire.

The Waregem company NuReSys (Nutrient Recovery Systems) has developed a revolutionary technology which recycles pure phosphorus from waste water by means of a crystalization process. Phosphorus is necessary to guarantee the increasing food supply worldwide. However, the stock of phosphorus ore is limited and will be exhausted within the not too distant future. What’s more, 90% of all reserves is to be found in five countries (especially VS, China and Morocco) which will give rise to geopolitical insecurity. By recycling phosphorus from alternative currents, the company makes a positive and substantial contribution to this global challenge.

De Braziliaanse wetenschapper en kunstenaar Ivan Henriques werkte voor Water.War in samenwerking met een team wetenschappers verbonden aan LabMET, Faculteit Bio-Ingenieurswetenschappen Universiteit Gent, aan een drijvende mobiele robot-structuur die energie haalt en opslaat uit microbiële brandstofcellen, ofwel MFC’s (Microbial Fuel Cells). Deze cellen kunnen organische producten in afvalwater afbreken en tegelijkertijd elektriciteit produceren. Doordat deze energie gemaakt wordt van organische vervuiling leidt dit tegelijk ook tot de remediatie. De gewonnen energie wordt vervolgens gebruikt om de robot-structuur in beweging te brengen en de vervuilde omgeving waarin de robot zich bevindt te zuiveren met behulp van waterzuiverende planten die geïntegreerd zijn in de structuur. De ontwikkeling van dit prototype is een onderdeel van het onderzoek dat Henriques voert naar hybride vormen tussen levende organismen en machines.

Ivan Henriques (BR)

Caravel (work in progress) — www.ivanhenriques.com

Pour l’expo Water.War, le savant et artiste brésilien Ivan Henriques a travaillé avec une équipe de scientifiques liée aux LabMET (Faculté de bio-ingénierie de l’Université de Gand) à une structure robotisée flottante capable d’extraire et de stocker de l’énergie de cellules microbiennes de combustibles, ou MCF (Microbial Fuel Cells). Ces cellules peuvent décomposer des produits organiques dans les eaux usées et produire simultanément de l’électricité. Cette production d’énergie à partir de pollution organique est en même temps une remédiation. L’énergie gagnée sert ensuite à actionner la structure robotique qui assainit l’environnement pollué dans lequel on la place, notamment à l’aide de plantes, intégrées à la structure, qui épurent l’eau. Le développement de ce prototype constitue un élément de la recherche de formes hybrides, entre organismes vivants et machines, que mène Henriques.

In collaboration with the scientists of LabMET, Faculty of Bio-Engineering at the University of Ghent, artist and scientist Ivan Henriques developed a floating mobile robot-structure which harvests and stores it’s energy from Microbial Fuel Cells. Microbial Fuel Cells, or MFC’s, are devices that use bacteria in waste water as the catalyst to oxidise organic matter and generate electricity. The energy harvested from the MFC’s is applied to move the robotic structure and at the same time to clean the polluted environment with the help of water-purifying plants integrated in the structure. This project reflects on the relationship between the environment and sustainability, and the increasing pollution of rivers, bays and ponds around the globe. The development of this prototype is part of the evolution of bio-machines previously built by artist Ivan Henriques, which are hybrid forms between living organisms and machines creating an evolutionary vector between machines and nature.

Commissioned by Gluon and Budafabriek and developed in collaboration with: UGhent-LabMET - Prof. Dr. Ir. Korneel Rabaey, Dr. Ramon Ganigué, Dr. Jan B. A. Arends, Way Cern Khor & Xu Zhang, UGhent-R2T, Mechanical Engineering Lab CEFET-RJ Prof. Leydervan Xavier, electrical engineer Andjela Tomic and the Mechanical Lab from the Technological University of Rio de Janeiro.

Samuel Nelson Bernier (CA) Project RE_

— www.project-re.blogspot.be

Samuel Nelson Bernier Samuel Nelson Bernier a fait des études de studeerde productontdéveloppement de wikkeling in Montreal produits à Montréal (CA) (CA) en Parijs (FR). Hij et à Paris (FR). Il s’intébestudeert doe-het-zelf resse aux communautés gemeenschappen en de bricoleurs autodihun capaciteit om lokale dactes et à leur capacité objecten te reproducede reproduire localeren in andere landen. Dit ment des objets dans experiment is gebaseerd d’autres pays. Cette op open-source-principes expérience est fondée en op het succesvolle busi- sur les principes open nessmodel van Instructa- source et sur le modèle bles, een internationale économique à succès DIY-gemeenschap. Met des Instructables, une Project RE_ ontwikkelt hij communauté internatio3D-geprinte deksels die nale de bricoleurs. Avec hij klemt of schroeft op Project RE_, il crée des standaard potten, blikjes couvercles imprimés en flessen waardoor hij qu’il cale ou visse sur veertien nieuwe voordes pots, cannettes et werpen kan creëren: een bouteilles standards. vogelhuis, spaarpot, gieter, Ce procédé lui permet zandloper, fruitpers … de fabriquer quatorze Plastic afval uit oceanen nouveaux objets: un kan worden verwerkt in nichoir, une tirelire, un filamenten of grondstoffen arrosoir, un sablier, un voor 3D-printers en krijgt presse-fruits,… Les zo een nieuwe functie. déchets de plastique Upcycling als nieuwe ste- qui foisonnent dans les delijke esthetiek. océans peuvent être

convertis en filaments ou en matière première pour imprimantes 3D et ainsi adopter une nouvelle fonction.

Samuel Nelson Bernier studied product design in Montreal (CA) and Paris (FR). He examined do-it-yourself communities and their capacity to reproduce locally objects designed in other countries. This experiment is based on the open source principles and on the successful business model of Instructables, an international DIY community. With Project RE_ he developed 3D printed lids that can be screwed or clipped onto standard jars, cans and bottles, transforming them into fourteen new objects: a nest box, a piggy bank, a watering can, an hourglass, a lemon squeezer … Upcycling as a new urban aesthetic.

Beyond Food and Design © Kristof Vrancken

Jan Geboers (BE) Micro Cloud

— www.jangeboers.be

Le designer belge Jan Geboers cherche de nouvelles applications pour les nuages. À coup De Belgische designer Jan Geboers zoekt naar d’essais et d’erreurs, il crée un environnement nieuwe toepassingen unique dans lequel des voor wolken. Door trial and error creëert hij een particules d’eau sont unieke omgeving waarin enfermées entre des couches d’air, donnant waterdeeltjes worden lieu à un micronuage. ingesloten tussen Geboers considère luchtlagen. Daardoor ontstaat een microwolk. cette œuvre comme une Geboers ziet dit werk als pépinière d’idées pour een ideeënkwekerij voor la recherche de microparticules. Peut-on, par het onderzoek naar miexemple, faire intervenir cropartikels. Kan men bijvoorbeeld wolken in- des nuages comme schakelen als luchtfilter filtres à air contre les particules fines ? Les tegen fijn stof? Wolken nuages se forment en vormen zich immers effet quand de la vapeur wanneer waterdamp d’eau se condense sur condenseert op micro stofdeeltjes in de lucht. des microparticules. Dans un premier temps, De kleine druppeltjes les petites gouttes blijven aanvankelijk flottent (nuage), mais zweven (wolk), maar à mesure qu’elles deworden zwaarder en viennent plus lourdes, vallen samen met elles tombent avec les de stofdeeltjes neer particules (pluie). (regen).

The Belgian designer Jan Geboers is looking for new applications for clouds. By trial and error he creates a unique environment in which water particles are enclosed between layers of air, thus originating a micro cloud. Geboers sees this work as a breeding station of ideas for his investigation into micro particles. Is it possible, for instance, to utilize clouds as an air filter against fine dust ? Clouds indeed form when vapour condenses on micro dust particles in the air. At first the droplets keep floating (cloud) but they become heavier and fall together with the dust particles (rain).

Pollet Water Group (BE) Make Water Count

— www.polletwatergroup.com

L’eau, c’est la vie. L’eau est essentielle à la croissance. Depuis plus de 40 ans, l’eau est la Water is leven. Water raison d’être du Pollet betekent groei. Al meer Water Group, dont la dan vier decennia legt mission consiste à Pollet Water Group zich améliorer la qualité de toe op water. Het is hun vie, le confort des entremissie om uw levensprises et l’efficacité des kwaliteit te verbeteren, processus industriels industriële processen à travers un réseau de te optimaliseren en uw sociétés spécialisées dagdagelijks comfort te en traitement d’eau. Les verhogen dankzij gespesolutions offertes procialiseerde waterbehantègent les habitations deling. Dat doen ze via et les entreprises de hun wereldwijd netwerk remplacements coûteux van eigen bedrijven. Hun dus aux effets néfastes oplossingen vermijde l’eau dure. Les techden waterschade en nologies permettent beschermen uw huis de convertir l’eau de en uw onderneming. mer en eau potable. Le Hun technologieën savoir-faire contribue maken het mogelijk om même à accroître zeewater om te zetten autant que possible la in drinkwater. Zo draagt qualité de vie de pahun knowhow bij tot tients dialysés. À partir het optimaliseren van du siège principal à de levenskwaliteit van Waregem (BE), le Pollet nierdialysepatiënten. Water Group fournit à la Met hoofdkwartier in fois des composants et Waregem (BE), levert des solutions complètes Pollet Water Group à travers l’Europe, zowel componenten als l’Afrique et le Moyenvolledige oplossingen in Orient. En collaboration heel Europa, Afrika en avec ses partenaires et het Midden-Oosten. ses clients, l’entreprise 30 s’engage à faire valoir l’eau.

Water is life. Water is growth. Over four decades, Pollet Water Group has been thinking water. It’s our mission to improve the quality of life, the comfort of doing business and the efficiency of industrial processes through a network of specialized water treatment companies. Our solutions prevent your home and business from costly replacements due to the damaging effects of water. Our technologies make it possible to turn seawater into drinking water. Our know-how even contributes to achieve the best possible quality of life of dialysis patients. With head quarters in Waregem (Belgium), Pollet Water Group supplies both components and complete solutions throughout Europe, Africa and the Middle East. Together with our partners and customers, we are committed to make water count.

Vito (BE)

Aqua Drone — www.vito.be

VITO (Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek) is een Europese onafhankelijke onderzoeksorganisatie op het gebied van cleantech en duurzame ontwikkeling. Voor onderzoek van kust- en binnenwateren ontwikkelden ze de Aqua Drone, een onbemand sensorplatform. Deze geavanceerde technologie laat VITO toe om meetgegevens te verkrijgen uit ondiepe en moeilijk bereikbare plaatsen. De Aqua Drone krijgt zijn opdrachten draadloos doorgestuurd en vaart de route autonoom via gps. De verkregen informatie biedt ondersteuning aan een ruime doelgroep van drinkwater- en waterzuiveringsmaatschappijen, de chemische industrie, baggerbedrijven, havenbeheerders, 31 onderzoekscentra en overheidsdiensten.

VITO est une organisation de recherche européenne indépendante dans le VITO is a European domaine des technoindependent research logies propres et du and technology organdéveloppement durable. isation in the areas of Pour examiner les eaux cleantech and sustaincôtières et intérieures, able development. To VITO a développé l’Aqua monitor coastal and Drone, une plateforme de inland waters they capteurs pouvant foncdeveloped Aqua Drone, tionner sans équipage. an unmanned sensor Cette technologie permet platform. This advanced d’obtenir des données de technology enables mensuration provenant VITO to gather measured’endroits peu profonds ment data from shallow et difficiles d’accès. Les and hard-to-reach missions de l’Aqua Drone areas. The Aqua Drone lui sont envoyées par is remotely controlled communication sans fil, and follows its route après quoi celui-ci se autonomously by means met en route tout seul, of GPS. The informaguidé par le système GPS. tion obtained provides Les données obtenues support to a broad sont destinées à un target group of water public assez vaste, parmi companies and water lequel des compagnies treatment companies, d’eau potable, l’industrie the chemical industry, chimique, des entreprises dredging companies, de dragage, des gesport authorities, tionnaires de ports, des research centres and centres de recherche ainsi public services. que des services de l’administration publique.

Leeroy New (PH) Polyp Immersive Aqua-Space

— www.leeroynew.com www.kortrijk.be/stedenband

Leeroy New is een Filipijnse kunstenaar, beeldhouwer en modeontwerper. Hij is gefascineerd door mythologie, film en monsters uit Japanse animatiefilms en games. Voor Water.War maakt hij met verzameld plastic restmateriaal een massief onderwaterlandschap. Hij luidt de alarmbel. De Filipijnen zijn met hun 34.500 kilometer kustlijn bijzonder gevoelig voor maritieme vervuiling door plastic en voor de gevolgen van de klimaatopwarming. Zo verwacht de stad Cebu, waarmee Kortrijk een stedenband heeft, een verviervoudiging van de watervraag tegen 2050. Door het onttrekken van grondwater, treedt er nu al verzilting van de watervoorraden op. I.s.m. Kapow vzw.

Leeroy New est un artiste sculpteur et créateur de mode des Philippines. Il est fasciné par la mythologie, le film, et les monstres qui apparaissent dans les dessins animés et jeux vidéo japonais. Pour Water.War, il a créé un paysage sous-marin massif avec des restes de plastique, et lance ainsi un cri d’alarme: avec ses 34.500 kilomètres de côtes, les Philippines sont extrêmement vulnérables à la pollution de la mer par le plastique, ainsi qu’aux conséquences du réchauffement climatique. La ville de Cebu, jumelée à Kortrijk (Courtrai) par exemple, s’attend à ce que la demande en eau augmente de 400% d’ici 2050. À cause du pompage des eaux souterraines, les réserves d’eau sont déjà en train de se saliniser. En coopération avec Kapow asbl.

Leeroy New is a Philippine artist, sculptor and fashion designer. He is fascinated by mythology, film and monsters from Japanese animations and games. For Water.War he collected plastic waste to create a massive underwater landscape. He raises the alarm, since the Philippines with their 34,500 kilometres of coastline are particularly vulnerable to marine plastic pollution and the consequences of global warming. Cebu City, twinned with the city of Kortrijk, expects water demand to quadruple by 2050, for instance. Groundwater extraction is already resulting in the salinisation of water supplies. In collaboration with Kapow vzw.

De Regenwaterdouche

— Ook innovatieve ondernemers zoeken continu naar energievriendelijke waterbesparende oplossingen. De Groep Van Marcke is een Belgisch familiebedrijf dat in 1929 werd opgericht in Kortrijk. Het voert commerciële activiteiten in België, Frankrijk, Luxemburg, Zwitserland, de Verenigde Staten en Malta. In 2009 richtte Van Marcke Big Blue op, een uniek expertisecentrum dat alle haalbare ecologische oplossingen voor warmte en water samenbrengt. Er zijn al heel wat waterbesparende kranen op de markt en het gebruik van regenwater voor toiletten, wasmachine en buitenkraantjes is ingeburgerd. Recent maakt een UV-filter het ook mogelijk een douche of bad te nemen met gefilterd regenwater. Deze lamp wordt geïnstalleerd na de regenwaterpomp en biedt bescherming tegen micro-organismen. — www.vanmarcke.com EN/FR — p. XX

A L’HEURE ACTUELLE © UV Oceana, distribué par Van Marcke La douche à l’eau de pluie

— Certains entrepreneurs innovants sont toujours en quête de solutions qui permettent de réduire notre consommation en eau et en énergie. Le groupe Van Marcke est une entreprise familiale belge, fondée à Kortrijk (Courtrai) en 1929, présente sur les marchés en Belgique, France, Suisse, au Grand-Duché du Luxembourg, aux États-Unis et à Malte. En 2009, Van Marcke a créé Big Blue, un centre d’expertise unique qui réunit toutes les solutions écologiques faisables sur le plan de la chaleur et de l’eau. C’est ainsi que plusieurs robinets à faible consommation en eau ont pu être lancés, tandis qu’il est de plus en plus commun d’utiliser l’eau de pluie pour les chasses d’eau, les lave-linge et les robinets extérieurs. Le filtre UV constitue une évolution récente, sous forme d’une lampe intégrée après la pompe à eau de pluie, qui permet de prendre un bain ou une douche avec de l’eau de pluie filtrée. — www.vanmarcke.com

HERE AND NOW © UV Oceana, distributed by Van Marcke The rain water shower

— Innovative entrepreneurs are continuously looking for energy-friendly water-saving solutions. Van Marcke Group is a Belgian family business established in Kortrijk in 1929. It engages in commercial activities in Belgium, France, Luxembourg, Switzerland, the United States and Malta. In 2009, Van Marcke founded Big Blue, a unique expertise centre bringing together all feasible ecological heating and water solutions. Numerous water-saving taps are available on the market, and the use of rain water for toilets, washing machines and outdoor taps has become well established. Recently, a UV filter has made it possible to take a shower or have a bath with filtered rain water. This lamp is installed after the rain water pump and provides protection against micro-organisms. — www.vanmarcke.com

2. “ Wasser ist ein lebensmittel, so wie jedes andere lebensmittel sollte das einen marktwert haben.” PETER BRABECK, CEO NESTLÉ

COMMERCIALISation

COMMERCIALISERING BELANG VAN WATER ALS VESTIGINGS- EN PRODUCTIEFACTOR Water speelt een essentiële rol binnen de Vlaamse economie. Landbouwbedrijven gebruiken het als drinkwater voor het vee en voor de irrigatie van gewassen. De chemische industrie, elektriciteitscentrales, raffinaderijen en staalbedrijven hebben nood aan koelwater. De voedingsindustrie, halfgeleiderindustrie en andere technologische industrietakken kunnen zonder kwalitatief hoogwaardig water niet bestaan in Vlaanderen. De Vlaamse economie creëert toegevoegde waarde dankzij dit water en draagt zo bij aan de welvaart van onze maatschappij. De studie “Socio-economisch belang van water in Vlaanderen” (2013) identificeert sectoren die economisch en qua tewerkstelling belangrijk zijn voor Vlaanderen maar die gevoelig zijn voor een mogelijke stijging van de waterkosten. Deze studie toont aan dat 15 waterintensieve sectoren (o.a. drinkwatersector, landbouw, voeding, chemie, textiel …) bijna 20% van de totale tewerkstelling genereren. Zowel de kwaliteit als de beschikbaarheid van zoet water staan evenwel onder druk en leggen op hun beurt druk op de kostprijs en bijgevolg de competi-

COMMERCIALISATION

IMPORTANCE DE L’EAU COMME FACTEUR DÉCISIONNEL POUR LE CHOIX DES LIEUX D’ÉTABLISSEMENT ET DE PRODUCTION En Flandre, l’eau est un facteur économique important. Les entreprises agricoles ont besoin d’eau pour abreuver le bétail et irriguer les cultures. L’industrie chimique, les centrales électriques, les raffineries et la sidérurgie ont besoin d’eau de refroidissement, tandis que l’industrie alimentaire, la production de semi-conducteurs et d’autres activités de pointe ne pourraient tout simplement pas exister en Flandre s’il n’y avait pas d’eau. L’eau permet à la Flandre de créer de la valeur ajoutée, et apporte donc la prospérité.

THE IMPORTANCE OF WATER AS A LOCATION AND PRODUCTION FACTOR Water plays an essential role within the Flemish economy. Farms use it as drinking water for cattle and for the irrigation of crops. The chemical industry, power stations, refineries and the steel industry need cooling-water, while the food industry, the semiconductor industry and other cutting-edge industries would not exist in Flanders without high-quality water. Water enables Flanders to create added value, and thus contributes to the prosperity of our society. The study “Socio-economic importance of water in Flanders” (2013) sought to identify the most important sectors for the Flemish economy ; a potential rise in water costs in these sectors would impact the region’s entire economic system. This study also demonstrates that almost 20 percent of total employment is generated by 15 water-intensive sectors (such as drinking water production, agriculture, food production, chemistry, textile industry, ...)

L’étude Importance socio-économique de l’eau en Flandre (2013) a cherché à identifier les secteurs importants pour l’économie de la Flandre. Une augmentation des frais liés à l’eau pour ces secteurs-clé se ferait sentir dans tout le système économique de la région. Cette même étude a aussi démontré que 15 secteurs spécialement friands en eau génèrent à eux seuls presque 20% des emplois.

However, the reduced availability and quality of freshwater generates a rise in cost prices, which in turn has an effect on

La pression exercée par la disponibilité réduite et la baisse de la qualité de l’eau

tiviteit van de bedrijven. Door de schaarste stijgt het politiek en economisch belang van water. Voorbeelden hiervan zijn het publieke debat over de recent gestegen waterfactuur in Vlaanderen en de commotie over uitspraken van Peter Brabeck, gewezen CEO van Nestlé die vraagtekens plaatst bij de erkenning van de toegang tot water als mensenrecht. Hij benadert water eerder als een levensmiddel met een marktwaarde. Volgens de methode gehanteerd door OESO en het Europees Milieuagentschap, bedraagt de waterbeschikbaarheid in Vlaanderen en Brussel slechts 1.700 m³ per inwoner. Dat is minder dan de helft van het Europese gemiddelde (3.930 m³) en niet ver boven de grens van 1.000 m³ die de Verenigde Naties als een ernstig watertekort beschouwen. Slechts enkele OESO-landen waaronder Korea, Italië en Tsjechië beschikken over nog minder water per inwoner. Zelfs in Spanje, Portugal en Griekenland is de waterbeschikbaarheid per inwoner groter dan in Vlaanderen en Brussel. De belangrijkste oorzaken van deze lage waterbeschikbaarheid zijn: • Het beperkte aantal grote rivieren die Vlaanderen binnenstromen. • De toenemende verharding. Door de dichte bebouwing en vele verharde wegen stroomt het water sneller weg naar de riolering, waardoor het via waterlopen snel naar zee stroomt en dus niet in de bodem terechtkomt om de

the companies’ competitiveness. The water shortage heightens the political and economic importance of water. Two striking examples : the recent public debate about the rise of the water bill in Flanders and the commotion caused by the words of Peter Braback, the ex-CEO of Nestlé who put into question the access to water as a fundamental human right and said he rather saw water as a food product with market value.

douce se traduit par l’augmentation des coûts, ce qui peut mettre en danger la position concurrentielle des entreprises. Plus l’eau devient rare, plus elle a de l’importance sur le plan politique. Des exemples sont le récent débat public sur l’augmentation de la facture d’eau en Flandre, ou encore l’agitation provoquée par les propos de Peter Braback, ancien CEO de Nestlé, qui a mis en question l’accès à l’eau comme droit fondamental, disant qu’il préférait considérer l’eau comme une denrée nutritive avec une valeur marchande.

According to the calculation method used by OESO and the European Environment Agency, the quantity of water available per inhabitant in Flanders and Brussels is only 1700 m³. This is less than half of the European average (3930 m³) and not much higher than the limit of 1000 m³ considered as a serious water shortage by the United Nations. Only a few OESO countries such as Korea, Italy and the Czech Republic have less water per inhabitant. Even Spain, Portugal and Greece have higher numbers than Flanders and Brussels.

Selon la méthode de calcul utilisée par l’OCDE et l’Agence européenne pour l’environnement, la quantité d’eau disponible par habitant en Flandre et à Bruxelles n’est que de 1.700m³. C’est moins de la moitié de la moyenne européenne (3.930 m³) et frôle la limite des 1.000m³, que l’ONU utilise pour caractériser une situation de pénurie. Seuls quelques pays de l’OCDE dont la Corée, l’Italie et la République Tchèque disposent encore moins d’eau par habitant. Même les Espagnols, les Portugais et les Grecs devancent les habitants de la Flandre et de Bruxelles ! Les causes principales de cette réalité sont les suivantes:

The main causes of this low water availability are: • The limited number of large rivers flowing through Flanders. • The dense urban development and increasing paving make water flow quick-

• Peu de grands cours d’eau traversent la

grondwaterreserves aan te vullen. Dit grondwater is nochtans een belangrijke waterbron voor de industrie en voor de productie van leidingwater. 50% van ons leidingwater komt uit grondwater, de andere 50% uit oppervlaktewater. • De hoge bevolkingsdichtheid (474 inw./km²). Het beschikbare water moet over een groot aantal inwoners verdeeld worden. Hoewel de waterbeschikbaarheid wordt uitgedrukt per inwoner (omwille van de internationale vergelijkbaarheid) gaat het wel degelijk om water dat beschikbaar is voor alle sectoren: huishoudens, industrie, energieproductie, landbouw, scheepvaart, natuur … Ook wereldwijd neemt de druk op de watervoorraden toe. In een business-as-usual scenario zal de globale vraag naar water de beschikbare bronnen met 40% overschrijden in 2030. Dit zal bijkomende gevolgen hebben voor de materialen en producten met een grote ‘watervoetafdruk’ die Vlaanderen nodig heeft en invoert om de productie en export op peil te houden. Vandaag is Vlaanderen gekend om zijn intensieve landbouw, is het de grootste Europese producent van diepvriesgroenten (25% van het Europese aanbod) en huisvest het in de haven van Antwerpen één van de grootste chemische clusters wereldwijd (naast Houston, Singapore en Dubai). Dit zijn stuk voor stuk

er into the sewage system and to the sea via watercourses. As a result, the water no longer percolates into the soil to replenish the groundwater reserves. Groundwater is an important water source for the industry and for the production of tap water. Indeed, 50% of our tap water comes from groundwater, the other 50% from surface water. • The high population density (474 inhabitants/km²) calls for water distribution between a large number of inhabitants. Although the water availability is expressed per inhabitant (to enable international comparability) it encompasses all sectors which need water to function: households, industry, energy production, agriculture, shipping, nature, etc.

Flandre. • L’urbanisation et l’imperméabilisation élevées des sols font que l’eau coule plus vite dans les canalisations, pour rejoindre la mer. Elle ne s’infiltre donc plus dans le sol pour remplir les nappes phréatiques. Ces nappes souterraines constituent une source d’eau importante pour l’industrie et pour la production d’eau potable. La moitié de l’eau de distribution est produite à partir de réserves souterraines, l’autre moitié provient des eaux de surface. • La grande densité de population (474 hab/km²) nécessite une répartition de l’eau entre un grand nombre d’habitants. Même si la disponibilité est exprimée par habitant (afin de pouvoir être comparée à l’échelle internationale), il s’agit bien de la quantité d’eau disponible pour tous les secteurs confondus: les particuliers, l’industrie, la production d’énergie, l’agriculture, le transport maritime, l’environnement, …

The pressure on water reserves is also increasing globally. In a business-as-usual scenario, the global water demand will exceed the available supplies by 40% in 2030. This will have additional consequences for the materials and products with a big ‘water footprint’ which Flanders needs to maintain the production and export levels of the Flemish economy.

A l’échelle mondiale aussi, les ressources hydriques sont sous pression. En continuant au rythme actuel, la demande mondiale en eau dépassera l’offre de 40% en 2030. Cela aura des conséquences importantes pour les matériaux et produits avec une grande ‘empreinte hydrique’ dont la Flandre a besoin pour assurer la producti-

Today, Flanders is known for its intensive agriculture; it is the largest European producer of frozen vegetables (25% of the European supply of frozen vegetables is pro-

activiteiten die sterk afhankelijk zijn van de beschikbaarheid van voldoende bruikbaar water. Vlaanderen beschikt al over belangrijke knowhow inzake beleid en geavanceerde watertechnologieën. Hieruit kunnen we op twee manieren kansen puren: enerzijds door via een goed beheerd eigen watersysteem de risico’s en kosten voor de eigen bevolking en bedrijven onder controle te houden, anderzijds door in te spelen op de internationale vraag naar kennis en expertise. De Vlaamse onderzoeken en de ontwikkeling van milieutechnologie op het vlak van water behoren tot de internationale top en zijn wereldwijd verspreid. Ook de leveranciers van watertechnologie genieten een belangrijke, internationale betekenis. De toenemende nood aan maatwerk dat tegelijkertijd aan meerdere vragen en functies tegemoetkomt, biedt perspectieven om ook op dat vlak expertise te ontwikkelen en (internationaal) te valoriseren. www.vlakwa.be Ontdek tot 26 juni 2016 op het fietsparcours langs interessante waterprojecten van gemeenten en bedrijven in de regio Kortrijk.

Dirk Halet, strategisch coördinator Vlaams Kenniscentrum Water (VLAKWA)

duced in Flanders) and it is home to one of the largest chemical clusters worldwide thanks to the Port of Antwerp, on par with Houston, Singapore and Dubai. Every single one of these activities depends on the availability of good quality water.

on et l’exportation de l’économie. La Flandre est connue pour son agriculture intensive avec une production de légumes surgelés importante (25% des légumes surgelés sur le marché européen sont produits en Flandre) et abrite, dans le port d’Anvers, un site d’excellence pour le secteur chimique digne de ceux d’Houston, de Singapore et de Dubaï. Mais ces activités dépendent de la disponibilité de l’eau.

Flanders has already built up considerable know-how concerning policy and advanced water technologies. We can use this to create opportunities in two ways: on the one hand, to control the risks and costs for the Flemish population and companies through a properly managed water system and on the other hand to highlight the Flemish expertise and knowledge on the international market.

Sur le plan de la politique hydrique et des technologies de pointe, la Flandre dispose déjà de beaucoup de savoir-faire. Cela constitue un double atout : d’une part, elle pourra freiner la hausse des coûts par un bon système de gestion de l’eau, et d’autre part, elle pourra valoriser son expertise sur le marché international.

Flanders (B) is at the forefront of the reaserch and development of environmental technologies concerning water on a worldwide scale. Moreover, the suppliers of water technologies are of great international importance. The increasing need for custom-made goods responding to several demands and functions at the same time offers perspectives to develop and (internationally) enhance the Flemish expertise in this area as well.

La Flandre se trouve à la pointe de la recherche et du développement de technologies environnementales liées à l’eau. Elle est reconnue mondialement pour ses efforts. Les technologies de l’eau jouent un rôle toujours plus prépondérant sur le plan international. De plus en plus de régions ont besoin de solutions sur mesure, réconciliant plusieurs demandes. Cela offre des perspectives pour celui qui arrivera à développer un savoir-faire en la matière et à le valoriser auprès de ses partenaires.

The Yes Man (US)

Shell: We Are Sorry 2010 — www.theyesmen.org

The Yes Men is een Amerikaanse groep politiek activisten. Ze werkt aan identiteitscorrectie door zich voor te doen als invloedrijke personen van belangrijke organisaties of bedrijven zoals de Wereldhandelsorganisatie, McDonald’s en ExxonMobil. De groep ontwerpt nepwebsites, die lijken op de sites die ze wil parodiëren. Vervolgens accepteert ze uitnodigingen die ze op deze sites ontvangt, om te spreken op conferenties en in televisieprogramma’s. In Shell: We are Sorry, verontschuldigt de “woordvoerder” van Shell zich op een persconferentie in Den Haag (NL) voor de toxische verontreiniging van rivieren, visgronden en akkers die de oliewinning van Shell veroorzaakt in de Nigerdelta (NG).

The Yes Men un groupe d’activistes politiques américains. Leur activité principale est de corriger les identités. Pour cela, ils prétendent être des personnes haut placées dans des organisations ou entreprises importantes, telles McDonald’s et ExxonMobil. Ils créent de faux sites web, qui ressemblent aux vrais sites qu’ils parodient. Ensuite, ils acceptent les invitations qui leur sont adressées à travers ces faux sites, pour participer en tant qu’orateurs à des conférences ou des programmes télévisés. Dans Shell: We are Sorry, le “porte-parole” de Shell s’excuse publiquement, pour la pollution toxique des rivières et des champs causée par les activités d’extraction dans le Delta du Niger (NG).

The Yes Men are an American political activist duo. They impersonate influential figures from important organisations and corporations such as the World Trade Organisation, McDonald’s and ExxonMobil, a practice that they call “identity correction”. They design fake websites that look like the sites they are parodying. They then accept invitations they receive on these sites to give speeches at conferences and on television shows. In Shell: We are Sorry, the Shell “spokesperson” apologises at a press conference in The Hague (NL) for the toxic pollution of rivers, fishing grounds and farmland caused by Shell’s oil production in the Niger Delta (NG).

Coca Cola Services NV (BE) EKOCENTER

— www.cocacolabelgium.be

Coca-Cola Services is onderdeel van The Coca-Cola Company (TCCC), wereldwijd actief in de sector van de niet-alcoholische dranken. The Coca-Cola Company en haar filialen zijn eigenaar van de merken, verzorgen de consumentenmarketing en verkopen basisconcentraten aan de bottelaars. Tussen 2007 en 2020 willen ze hun watervoetafdruk in hun hele waardeketen verkleinen, een duurzaam waterbeheer in alle activiteiten voeren en de toon zetten op het vlak van efficiënt watergebruik. Hun waterbeleid bestaat uit 4 pijlers: waterverbruik verminderen, water zuiveren en hergebruiken, waterbronnen beschermen en water teruggeven aan de natuur.

Coca-Cola Services fait partie de The Coca-Cola Company (TCCC), mondialement actif dans le secteur des boisson non alcoolisées. The Coca-Cola Company et ses filiales sont propriètaires des marques, assurent le marketing consommateur et vendent les concentrés aux sociétés d’embouteillage. Entre 2007 et 2020, ils veulent réduire leurs empreinte hydrique dans toute leur chaîne de valeur, implémenter une gestion durable de l’eau dans ses activités et montrer l’exemple en termes d’utilisation efficace de l’eau. Leur stratégie de gestion durable de l’eau repose sur 4 principes clés : Réduire l’utilisation d’eau, épurer et réutiliser l’eau, protéger les zones de captage d’eau, réstituer l’eau utiliser à l’environement.

Coca-Cola Services is part of the Coca-Cola Company. Between 2007 and 2020 Coca-Cola wants to reduce its ‘water footprint’ in their complete values chain, pursue a durable water management in all activities and take the lead in the field of efficient use of water. EKOCENTER concentrates on communities that have no access to such basic needs as drinkable water. It’s an “off-the-grid”, modularly designed kiosk that functions as a market place and stimulates local communities in their economic and social development by offering safe drinking-water, solar energy and wireless internet. Coca-Cola has installed EKOCENTERS in Kenya, Tanzania, Rwanda, Ethiopia, Ghana and Vietnam. They are run by local women.

3. “ Whisky is for sipping, water is for war.”

MARK TWAIN

worldwide

WATER IN DE WERELD Water kleurt onze planeet blauw. 97,5% van alle water op de aarde is zout water, amper 2,5% is zoet water. Hiervan is het overgrote deel als ijs opgeslagen of bevindt het zich op plaatsen van waaruit het oppompen niet evident is. Van alle water op de blauwe planeet is bijgevolg slechts 0,26% toegankelijk zoet water dat geschikt is voor consumptie voor de mens en zijn leefmilieu. Het weinige beschikbare zoet water, is ook nog eens sterk ongelijk verdeeld in de wereld. In het Amazonegebied of in Canada bijvoorbeeld liggen zoetwatervoorraden die het honderdvoudige zijn van de voorraden waarover China of het Midden Oosten kunnen beschikken. Ook de neerslaghoeveelheden verschillen sterk van regio tot regio. De klimaatopwarming zet deze verschillen nog meer onder druk. De vraag naar water neemt sterk toe. Zowat 55% van de wereldbevolking leeft in stedelijke agglomeraties. Investeringen in waterinfrastructuur gebeuren dan ook meestal in of rond steden. In rurale gebieden, waar boeren zich uitputten in een overlevingseconomie, wordt te weinig geïnvesteerd in waterleidingen. 70% van het gebruikte zoet water gaat naar de landbouw terwijl de industrie wereldwijd 20% naar zich toetrekt. Gezinnen en kleine familiale ondernemin-

L’EAU DANS LE MONDE

WORLDWIDE

La surface de notre Terre, la planète bleue, est couverte à 70% par de l’eau (97,5% salée et 2,5% douce). L’eau est stockée en majeure partie sous forme de glace ou bien se trouve à des endroits qui rendent son exploitation difficile. Par conséquent, seul 0,26% de toute l’eau sur la planète bleue est à la fois de l’eau douce et facilement accessible, et donc utilisable pour l’homme et son environnement. En outre, cette petite quantité d’eau douce est répartie inégalement : les réserves d’eau douce de l’Amazonie ou du Canada sont cent fois plus importantes que celles dont disposent la Chine ou le Moyen-Orient. Et la pluviosité diffère aussi fortement d’un lieu à un autre ; ce phénomène s’est d’ailleurs accentué ces dernières années à cause du changement climatique.

Water is what gives our planet its blue colour. 97.5% of all water on earth is salt water. Only 2.5% is fresh water. The vast majority of fresh water is stored as ice or as groundwater in places it cannot be easily pumped up from. Of all the water on our blue planet, only 0.26% is easily accessible fresh water which can be used effectively by humans and their environment. Furthermore, the limited amount of fresh water available is unevenly distributed throughout the world. The fresh water resources of the Amazon basin or Canada, for instance, are a hundred times larger than those of China or the Middle East. Precipitation levels vary globally as well. In recent years, global warming has put additional pressure on the irregular rainfall. Water demand is increasing significantly. About 55% of the world’s population lives in cities and towns. As a result, investments in water infrastructure are mostly concentrated in cities and towns. In rural areas, where farmers scratch a living in a subsistence economy, too little is invested in drinking water pipes.

La demande en eau, quant à elle, connaît une forte hausse. Environ 55% de la population mondiale vivent dans une agglomération urbaine. Les investissements d’amélioration de l’infrastructure d’approvisionnement en eau se concentrent donc le plus souvent sur les besoins des villes, tandis que les milieux ruraux, où les agriculteurs tentent de survivre au prix d’un travail acharné, n’ont pas toujours la

Agriculture receives 70% of all fresh water used, while the industry consumes 20%

gen verbruiken zo’n 10% van het zoet water. De behoefte aan drinkbaar water neemt tweemaal sneller toe dan de bevolkingsgroei. Hoe meer monden gevoed moeten worden, hoe meer zoet water de landbouwsector zich wil toe-eigenen. Maar ook steeds meer huishoudens willen aangesloten worden op een waterleiding en niet met één kraantje. Het gebruik van water zal tussen nu en 2025 met 40% toenemen. Als we niet zuiniger met onze watervoorraden omspringen, dan spreken we binnen 30 à 40 jaar al 80% van onze bereikbare waterreserves aan. De voorbije 25 jaar kregen 2,6 miljard mensen directe toegang tot drinkwater. In 1990 had 24% van de wereldbevolking geen toegang tot zuiver drinkwater. Dat aandeel is nu gedaald tot 9% waarmee subdoel 7 van de Millenniumdoelstelling (minder dan 12% in 2015) ruimschoots is behaald. Dit is niet het geval als het gaat om ‘sanitaire voorzieningen’ (ook een onderdeel van MDG 7). Zo hadden de Verenigde Naties er met het MDG-programma 2000-2015 op gerekend dat het percentage mensen zonder toegang tot sanering en hygiëne moest dalen van 46% (referentiejaar 1990) naar 23% (2015). In 2015 bedroeg het reële cijfer 32%. Dit betekent dat dagelijks meer dan 3.000 kinderen onder de vijf jaar sterven aan watergebonden ziektes zoals diarree.

worldwide. Households and small family businesses use approximately 10% of all fresh water. The drinking water demand is growing twice as fast as the world’s population. The more mouths have to be fed, the more fresh water is used by farming. But households increasingly want to be connected to a water supply and not just with one tap. Water consumption will increase by 40% between now and 2025. If we do not conserve our water resources, we will already use 80% of our available water reserves within 30 or 40 years.

chance de voir arriver des conduites d’eau potable. L’agriculture accapare 70% de la quantité totale d’eau douce utilisée, l’industrie 20%, et les particuliers et les petites entreprises familiales environ 10%. Mais la demande en eau potable augmente deux fois plus vite que l’accroissement de la population. Plus il y aura de bouches à nourrir, plus la soif du secteur agricole deviendra grande. Et de plus en plus de ménages désirent être raccordés au réseau d’eau potable. D’ici à 2025, l’utilisation en eau connaîtra un accroissement de 40%. Si nous ne préservons pas mieux nos réserves, nous exploiterons 80% de celles-ci dans 30 à 40 ans.

Over the past 25 years, 2.6 billion people have been given direct access to drinking water. The proportion of the world’s population without access to clean drinking water has decreased from 24% to 9% since 1990. So Target 7C of the Millennium Development Goals (less than 12% in 2015) has been surpassed.

Au cours des 25 dernières années, 2,6 milliards de personnes ont bénéficié de systèmes d’accès à l’eau potable. Actuellement, 9% de la population mondiale restent privés d’accès à l’eau potable contre 24% en 1990. La cible 7 de l’Objectif du millénaire pour le développement (OMD-moins de 12% en 2015) est donc largement atteinte.

This is not the case as far as sanitation is concerned (also part of Target 7C). In the 2000-2015 MDG programme, the United Nations had stated that the percentage of people without access to basic sanitation had to decrease from 46% (reference year 1990) to 23% (2015). The actual percentage in 2015 was 32%. This means that over 3,000 children under the age of five die every day as a result of waterborne

Mais les ‘installations sanitaires’ (qui font également partie de l’OMD 7) restent problématiques : 32% de la population mondiale (au lieu des 23% maximum dé-

De Verenigde Naties lanceerden in september 2015 in New York de Duurzame Ontwikkelingsdoelen. Daarmee willen ze tegen 2030 zowel de toegang tot veilig en betaalbaar drinkbaar water als de toegang tot degelijke sanering en hygiëne voor iedereen waar ook ter wereld bewerkstelligen. Elk jaar op 22 maart is het Wereldwaterdag. Sinds 1993 wordt dan één aspect van de mondiale waterproblematiek (vrouwen, ontwikkeling, cultuur, energie) in de schijnwerpers gezet. Op die manier willen de VN niet alleen aandacht vragen voor de enorme impact die water heeft maar ook stilstaan bij uitdagingen zoals het recycleren en het zuiveren van afvalwater. Voor 2016 is “water en jobs” het hoofdthema. Hoe investeren in een samenleving waar meer aandacht is voor watergerelateerde jobs die duurzaam zijn en geen roofbouw plegen op mens en/of milieu? De klimaatopwarming, waarvan de effecten het meest zichtbaar zijn via de watercyclus (geen water, te veel water, felle regenbuien, zware stormen…), dwingt ons om koolstofarmer te produceren en te leven om zo minder broeikasgassen de lucht in te jagen. Hoe dragen we er toe bij dat de minder gegoeden ver weg of dichtbij niet de rekening (blijven) betalen van een al te verkwistende levenswijze? Zo kunnen we bijvoorbeeld zelf direct minder water gebruiken door slechts kort te douchen in plaats van te zweren bij een groot ligbad. Verder moeten we ons frequenter en systematischer afvragen hoeveel water er nodig was om een product te “maken” dat we willen kopen. Zo

finis les Nations Unies pour 2015) restent privés d’accès à un service d’assainissement et à l’hygiène de base. Ils étaient 46% en 1990, l’année de référence. Cela signifie que chaque jour, plus de 3.000 enfants âgés de moins de cinq ans meurent à cause d’une maladie liée à l’eau (diarrhée ou des filles cessent d’aller à l’école parce qu’il n’y a pas de toilettes convenables assurant un minimum d’intimité).

diseases such as diarrhoea and that girls drop out of school for lack of adequate toilets and privacy.

Avec les Objectifs de développement durables adoptés en septembre 2015 à New York, les Nations Unies visent l’accès réel à l’eau potable saine et abordable mais aussi au service d’assainissement et à l’hygiène de base d’ici 2030, pour toute personne, partout dans le monde.

World Water Day is celebrated annually on March 22. Since 1993, one aspect of the global water challenge (women, development, culture, energy) has been highlighted every year. This way, the UN not only wishes to call attention to the huge impact water has, but also to reflect on challenges such as the recycling and treatment of waste water. “Water and Jobs” is the theme for 2016. How to invest in a society which pays more attention to sustainable water-related jobs that do not over-exploit man and/or the environment? The effects of global warming are most visible in the water cycle (no water, too much water, extreme rainfall, severe storms …) and force us to decarbonise our economy and lifestyles so as to emit fewer greenhouse gases. How can we make sure the less well-off abroad or at home do not (continue to) pay the bill of our wasteful lifestyle? For instance, we can reduce

With the Sustainable Development Goals adopted in New York in September 2015, the United Nations aim to ensure anyone anywhere in the world has access to safe and affordable drinking water and to basic sanitation by 2030.

Célébrée chaque 22 mars, la Journée mondiale de l’eau est dédiée depuis 1993 à un aspect particulier de la problématique mondiale de l’eau : les femmes, le développement, la culture, l’énergie. L’ONU cherche ainsi à attirer l’attention sur l’énorme importance de l’eau, mais aussi sur les défis à relever, tels le recyclage ou l’épuration des eaux résiduaires. « L’eau et l’emploi » est le thème de l’année 2016. Comment faire en sorte que la société soit portée davantage sur des emplois durables liés à l’eau, sans pour autant abuser de l’homme ou de l’environ-

worden we ons bewust van ons indirect watergedrag. Behoedzamer en zorgvuldiger met de grondstof ‘water’ omgaan is nu de uitdaging als we een waterveiliger toekomst willen. www.protos.ngo Johan Verstraete, hoofd mondiale vorming Protos

our direct water consumption by taking short showers instead of having baths. In addition, we have to ask ourselves more frequently and systematically how much water is needed to make the product we intend to buy. This way, we become aware of our indirect water consumption.

nement ? Le réchauffement climatique, dont les conséquences sont clairement visibles dans le cycle de l’eau – manque ou excès d’eau, pluies torrentielles, tempêtes dévastatrices,… - nous oblige à devenir une société à faibles émissions de carbone et de gaz à effet de serre. Comment faire pour que les personnes défavorisées d’ici et d’ailleurs n’aient pas à payer (encore) les frais d’un mode de vie caractérisé par le gaspillage ? Prendre une douche rapide plutôt que de plonger dans un grand bain, prendre l’habitude de nous demander fréquemment et systématiquement quelle quantité d’eau a nécessité la fabrication du produit que nous désirons acheter, … sont des choses simples pour réduire notre propre consommation et prendre conscience de notre consommation indirecte en eau.

The challenge now is to manage and conserve our water resources if we wish water security in the future.

Mieux prendre soin de la ressource ‘eau’ est le défi que nous avons à relever si nous voulons être certains de ne pas manquer d’eau à l’avenir.

Open Source 3D Printed Ceramic Waterfilter by Unfold OS WaterBoiler by OpenStructures (with elements by Jesse Howard, Thomas

Dagelijks sterven meer dan 3.000 kinderen onder de vijf jaar aan watergebonden ziektes zoals diarree. Het zoeken naar goedkope Lommée, Fabio Lorefice and methode om water te zuiUnfold) veren gebaseerd op lokale Pictures © Intrastructures materialen is dan ook een gigantische uitdaging. Lowtech en low-cost keramische waterfilters van de Belgische ontwerpstudio Unfold, in 2002 opgericht door Claire Warnier en Dries Verbruggen, kunnen een oplossing bieden voor dit probleem. De Open Structures Water Boiler is ontworpen door Jesse Howard in samenwerking met Thomas Lommée. Unfold installeerde daarop hun 3D-geprinte waterfilter in een door midden gescheven Unfold (BE) glazen fles. Het bevat ook OS Open Source Waterfilter compatibele onderdelen ontworpen door Fabio Lorefice. 2012 Dit prototype werd gemaakt — in opdracht van OpenStrucwww.unfold.be tures voor de 2012 Istanbul Design Biënnale.

Chaque jour, plus de 3 000 enfants de moins de cinq ans meurent des suites de maladies liées à l’eau, comme la diarrhée. La recherche d’une méthode bon marché d’épuration d’eau, basée sur des matériaux locaux, représente donc un défi gigantesque. Les filtres en céramique de basse technologie et à bas coûts du studio belge de design Unfold, fondé en 2002 par Claire Warnier et Dries Verbruggen, peuvent offrir une solution à ce problème. Sur l’Open Structures Water Boiler conçu par Jesse Howard et Thomas Lommée, Unfold a installé un filtre à eau, imprimé en 3D et posé dans une bouteille coupée en deux. L’ensemble comporte également des éléments compatibles à code source ouvert (OS) conçus par Fabio Lorefice. Ce prototype a été réalisé à la demande d’OpenStructures pour la Biennale du Design d’Istanbul de 2012.

Every day more than 3000 children below the age of 5 die of water-bound diseases like diarrhoea. Therefore, the search for cheap methods to purify the water based on local materials is a gigantic challenge. Low-tech and low-cost ceramic water-filters of the Belgian design studio Unfold, established in 2002 by Claire Warnier and Dries Verbruggen,can offer a solution to this problem. The Open Structures Water Boiler was designed by Jesse Howard in cooperation with Thomas Lommée. Unfold installed its 3D-printed water-filter on it in a glass bottle cut in half. It also contains OS compatible parts designed by Fabio Lorefice. This prototype was made under the authority of OpenStructures for the 2012 Istanbul Biennale.

Theresa Dankovich (US) The Drinkable Book — www.foliawater.com

Voor haar PhD in scheikunde aan de McGill Universiteit van Montreal (CA) ontwikkelde Theresa Dankovich The Drinkable Book, een filterboek. Elke pagina is geïmpregneerd met onder meer nanodeeltjes zilvernitraat, waardoor het bescherming biedt tegen ziekmakende bacteriën. Met één pagina kan 100 liter water gefilterd worden. Het is milieuvriendelijk en door zijn lage kostprijs (minder dan € 0,01 per blad) is het een adequaat middel tegen biologische verontreiniging van drinkwater. Na succesvolle tests in Ghana, Haïti en Kenia worden de filters technisch verder op punt gezet.

Pour sa thèse de doctorat en chimie à l’université McGill de Montréal (CA), Theresa Dankovich a développé le Drinkable Book, un livre-filtre. Ce livre, dont chaque page est imprégnée entre autres de nanoparticules de nitrate d’argent, protège contre les bactéries pathogènes. Une page permet de filtrer 100 litres de liquide. Le livre est un moyen qui respecte l’environnement, et qui pourrait devenir, grâce à son coût modéré (moins de € 0,01 par page), une arme adéquate pour lutter contre la pollution biologique de l’eau potable. Après des essais concluants au Ghana, à Haïti et au Kenya, les filtres sont à présent mis au point techniquement.

For her PhD in Chemistry at McGill University in Montreal (CA), Theresa Dankovich developed The Drinkable Book, a water filter and an instruction manual. Each page is impregnated with silver nanoparticles and provides protection against pathogenic bacteria. One sheet of paper can filter 100 litres of water. It is environmentally friendly and thanks to its low cost price (under € 0.01 per sheet) it is an effective barrier against biological contamination of drinking water. After successful trials in Ghana, Haiti and Kenya, the filters are technically perfected.

Lucy + Jorge Orta, OrtaWater - MIU Mobile Reservoir, 2007, Courtesy of the Artists. Photo © Bertrand Huet

Studio Orta (FR)

OrtaWater - M.I.U. Mobile Reservoir — www.studio-orta.com

De Britse Lucy Orta en de Argentijn Jorge Orta werken vanuit hun Parijse studio aan een collaboratieve praktijk die zich richt op sociale en ecologische vraagstukken. Ze maakten ruim 25 installaties rond water. De M.I.U. Mobile Reservoir uit 2005-2007 is een prototype voor een mobiele interventie eenheid voor waterzuivering en –distributie. Het beklemtoont het belang van de kostbare vloeistof en suggereert poëtische mogelijkheden voor het duurzaam verzamelen en distribueren van water in de toekomst. Het werk van de Studio Orta wordt gekenmerkt door een intense en spannende samenwerking met NGO’s over de hele wereld.

La Britannique Lucy Orta et l’Argentin Jorge Orta travaillent à partir de leur atelier parisien à une pratique collaborative qui se penche sur des questions sociales et écologiques. Ils ont réalisé quelque 25 installations autour de l’eau. La M.I.U. Mobile Reservoir de 2005-2007 est un prototype d’unité d’intervention mobile pour l’épuration et la distribution de l’eau. Elle souligne l’importance de ce liquide précieux et suggère des possibilités poétiques pour la collecte et la distribution durables de l’eau à l’avenir. L’œuvre du Studio Orta se caractérise par une collaboration intense et passionnante avec des ONG tout autour de la planète.

From their Paris studio the British Lucy Orta and the Argentinian Jorge Orta work on a collaborative practice which focuses on social and ecological problems. They have produced over 25 underwater installations. The M.I.U. Mobile Reservoir from 2005-2007 is a prototype for a mobile intervention unit for water purification and distribution. It emphasizes the importance of the precious fluid and suggests poetic possibilities for a durable collection and distribution of water in the future. The work of Studio Orta is characterized by an intense and exciting cooperation with NGO’s all over the world.

UN Water

World Water Day â&#x20AC;&#x201D; www.unwater.org /worldwaterday

Ann Grymonprez Aman Iman

— Ann Grymonprez de Courtrai a séjourné à plusieurs reprises dans la ville nigérienne de Terazart. “Lors de mon dernier séjour, des femmes m’ont souvent demandé si je pouvais alléger leur tâche quotidienne d’aller chercher de l’eau au puits, à l’orée du village. Après de multiples concertations avec les femmes et l’élaboration d’un budget, j’ai décidé de construire un puits avec des sous récoltés auprès d’amis. Grâce à une volonté indéfectible et un engagement total de la population locale, nous avons réussi ensemble à creuser un puits, à installer une nouvelle pompe et à construire un bassin. Ensuite, les femmes ont décrété que chaque famille qui vient s’approvisionner en eau doit payer une petite contribution pour cofinancer l’achat du carburant et de l’huile de moteur pour la pompe. Une personne est en charge de l’assistance technique, une femme collecte les contributions et une autre entretient le bassin. Aman Iman: l’eau fait vivre!” — Indigo.niger@gmail.com facebook: indigo.niger

Ann Grymonprez Aman Iman

— Ann Grymonprez from Kortrijk has stayed in the Nigerien town of Terazart several times. “During my last stay, the women repeatedly asked me if I could lighten their daily task of fetching water from the well at the edge of the village. After a lot of consultation with the women and a calculation of the costs I decided to build a well with the money friends had collected. Thanks to the immense will and the commitment of the local population we succeeded in digging a pit together, installing a new pump and building a basin. When the work was done, the women decided that each family that fetches water also has to pay a small contribution for the purchase of petrol and oil for the pump. Somebody is responsible for the technical support and another one keeps the basin clean. Aman Iman: water gives life!” — Indigo.niger@gmail.com facebook: indigo.niger

4. “ It’s all about migration, about escape, about hope. About all the stuff that drives people to leave, to move, to find something betterand different.”

HANS SCHABUS

TRANSPORT

WATERTRANSPORT 1.393 km aan bevaarbare waterwegen doorkruisen in Vlaanderen 182 steden en gemeenten. 80% van de Vlaamse bedrijven bevindt zich op minder dan tien kilometer van een waterweg. Door de evolutie van het spoor- en wegennetwerk raken de steeds meer vervuilde waterwegen enkele decennia geleden in onbruik. Watertransport blijkt minder flexibel voor het dynamischer wordende speelveld van de economie. Vandaag online besteld, morgen thuis geleverd. Dat is wat we verwachten. Aan wegtransport hangt echter een serieus prijskaartje. De CO2-uitstoot verandert het klimaat, er vallen jaarlijks meer dan 700 verkeersdoden in ons land en het wegennet slibt dicht. Betrouwbare reistijden en een kleinere uitstoot zijn belangrijke argumenten voor de overstap naar duurzamer en betrouwbaarder transport over het water. De uitstoot van watertransport per tonkilometer (vervoer van 1 ton goederen over 1 kilometer) is twee derde lager dan bij wegvervoer. Transport over water duurt dan wel langer, maar de lading komt gegarandeerd op het afgesproken tijdstip aan.

TRANSPORT FLUVIAL

WATER TRANSPORT

En Flandre (B), 182 villes sont traversées par 1 393 km de voies navigables. 80% des entreprises flamandes se situent à moins de dix kilomètres d’une de ces voies.

In Flanders (B), 1.393 km of navigable waterways cover 182 cities and municipalities. 80% of Flemish companies are situated less than ten kilometres from a waterway.

L’évolution des réseaux ferroviaire et routier et la pollution croissante des voies navigables ont généré le délaissement de celles-ci depuis des décennies. Et le transport fluvial s’avère moins flexible face à une économie toujours plus dynamique : à ce jour, nous nous attendons à recevoir demain ce que nous commandons en ligne aujourd’hui. Mais les transports routiers engendrent un certain coût humain, environnemental et logistique: émissions de CO2 affectant le climat, plus de 700 personnes meurent sur les routes belges chaque année, le réseau routier quasi saturé génèrent des retards.

Due to the evolution of the rail and road network, the ever more polluted waterways became obsolete a few decades ago. In an increasingly dynamic economical context, water transport appears to be less flexible. Ordered online today, delivered at home tomorrow - this is what we expect. However, road transport carries a hefty price tag: CO2 emissions affect the climate, there are more than 700 road accident fatalities every year in Belgium and the road network turns overcrowded. Water transport proves to be more sustainable and reliable. It generates twothirds less CO2 emissions per tonne-kilometre (transport of 1 tonne of goods over a distance of 1 kilometre) than road transport. Transport by water may take more time, but the load is guaranteed to arrive at the agreed time.

Le transport sur l’eau s’avère plus durable et plus fiable pour la durée des trajets. Le taux d’émissions de CO2 liées au transport fluvial par tonne-kilomètre est inférieur de deux tiers à celui du transport routier. Le transport sur l’eau, même s’il dure plus longtemps, est ponctuel. Le transport sur l’eau est meilleur marché si l’entreprise s’organise en conséquence.

If the company does organize itself accordingly, transport by water is also cheaper : on average, transporting one

Mits een aangepaste bedrijfsorganisatie, is transport over water ook goedkoper. Eén ton goederen over het water vervoeren kost gemiddeld € 4 à € 9 minder dan over de weg. Een containerschip kan tot 250 vrachtwagens van de weg halen, goed voor 4.500 ton goederen. Met duwbakvaart waarbij vier bakken aan elkaar gekoppeld worden, loopt dit op tot 660 vrachtwagens. De 1.263 Vlaamse binnenvaartschepen vervoeren jaarlijks 63 miljoen ton goederen. Dat zijn 671.000 containereenheden (TEU)/jaar, waardoor 930.000 vrachtwagenritten vermeden worden. Het transport over water kent evenzeer uitdagingen. De problematiek van lege containers is daar één van: een kwart van alle vervoerde containers over de weg is leeg, de gemiddelde vullingsgraad is maar 57%. Dit is bij watertransport niet anders. Het aantal geïmporteerde goederen over het water is groter dan de export. Veel lege containers blijven achter in de binnenhavens. De logistieke sector ijvert al jaren voor het gebruik van de grey box: een universele container voor alle transportbedrijven. Een tweede uitdaging ligt in de aanpassing van scheepstypes en scheepsgroottes om andersoortige ladingen te kunnen transporteren. De bouwsector vertegenwoordigt het grootste deel van het totale vervoerde volume in België,

tonne of goods by water costs €4, compared to €9 by road. Moreover, a container ship can take up to 250 lorries off the road, equivalent to 4,500 tonnes of goods. This number can even rise up to 660 lorries if the ship is supported by push-towing with four barges lashed together. Every year, the 1,263 Flemish inland vessels transport 63 million tonnes of goods - the equivalent of 671,000 container units (TEU)/year avoiding 930,000 lorry journeys.

Transporter une tonne de marchandises par voies fluviales coûte en moyenne entre 4 et 9€ de moins que par la route. Un transconteneur transportant 4 500 tonnes de marchandises, permet de retirer 250 camions des routes. Avec un pousseur placé derrière quatre barges, il est même possible de retirer jusqu’à 660 camions des routes. Les 1 263 bateaux fluviaux flamands transportent chaque année 63 millions de tonnes de marchandises, soit 671 000 conteneurs (TEU)/an ; ce qui permet d’éviter 930 000 trajets de poids lourds.

Certain challenges still remain. Empty containers are one of them: 1/4 of all containers transported by road are empty, the filling ratio being only 57%. The same goes for water transport, since there are more goods imported by water than exported and many empty containers stay behind in inland ports. The logistics sector has been calling for the use of the grey box for years: a universal container for all transport companies.

Le transport sur l’eau apporte également son lot de défis : en effet, un quart de tous les conteneurs transportés sur les routes sont vides, et le taux de remplissage moyen n’atteint que 57%. Il en va de même pour le transport fluvial car le nombre d’importations par voies navigables est supérieur au nombre d’exportations. De nombreux conteneurs vides restent dans les ports intérieurs. Le secteur logistique réclame depuis des années déjà l’utilisation de la « grey box », un conteneur universel.

A second challenge lies in adapting the vessel types and sizes to enable the transport of other types of loads. The construction sector accounts for the main part of the total transported volume in Belgium (around 25%), but container transport is the fastest-growing sector : it increased sevenfold between 1998 and 2014. Now the aim is to have other goods and smaller

Un deuxième défi consiste à adapter le type et la taille des bateaux pour pouvoir transporter divers chargements. Le secteur de la construction représente la plus grosse partie du volume de transport

ongeveer 25%, maar containertransport is de sterkste groeier. Tussen 1998 en 2014 is het aantal over het water vervoerde containers verzevenvoudigd. Nu nog andere goederen en kleinere ladingen over het water getransporteerd krijgen. Vaak hebben bedrijven onvoldoende lading om een container te vullen of er zijn er geen kranen aanwezig op nabijgelegen kades. Recent is een nieuw type boot gelanceerd die palletten vervoert. Deze worden met kleine heftrucks in- en uitgeladen. Een derde aanpassing is het gabariet van de waterweg zelf: een diepere en bredere bedding, hogere bruggen en grotere sluizen. Binnen het project Seine-Schelde dat Parijs met het Vlaamse waternetwerk wil verbinden, zijn deze aanpassingen op de Gentse kanalen, Leie, Schelde en Dender volop aan de gang. De Leiedoortocht in Kortrijk is er een mooi voorbeeld van. Ook Frankrijk voorziet tientallen kilometers nieuwe kanalen om hierop aan te sluiten. Seine-Schelde beoogt een alternatief voor de vaarroute van Parijs naar Vlaanderen via de zeehavens. Voor dit traject worden goederen nu nog overgeladen op zeeschepen in Le Havre of Duinkerke om tot Zeebrugge of Antwerpen te varen. Dat zijn veel handelingen voor een korte zeepassage. Rotterdam en Antwerpen behoren tot de grootste havens van Europa, maar

loads transported by water, since companies often have insufficient loads to fill a container or there are no cranes available on nearby docks. Recently, a new type of boat that transports pallets has been launched, unabling loading and unloading with small forklift trucks.

total en Belgique, soit environ 25%, mais le transport de conteneurs connait la plus grande croissance. Entre 1998 et 2014, le nombre de conteneurs transportés sur l’eau a été multiplié par sept. Souvent, les conteneurs ne sont pas pleins ou aucune grue n’est présente sur les quais voisins. Un nouveau type de bateau est utilisé depuis peu pour transporter des palettes, dont le chargement et le déchargement est assuré à l’aide de petits chariots élévateurs.

A third adaptation is the profile of the waterway itself: a deeper and wider channel, higher bridges and larger locks. As part of the Seine-Scheldt project that wants to connect Paris to the Flemish water network notably, the adaptations to the Ghent canals, the Leie, the Scheldt and the Dender are well under way. The Kortrijk Leie Passage is a fine example of this project. In France, a few dozen kilometres of new canals will be dug to make the connection.

Une troisième adaptation concerne le gabarit de la voie navigable elle-même : un lit plus profond et plus large, des ponts plus hauts et des écluses plus grandes. Dans le cadre du projet Seine-Escaut qui permettra de relier Paris au réseau fluvial flamand notamment, ces adaptations sont effectuées sur les canaux gantois, la Lys, l’Escaut et la Dendre. Le projet de recalibrage de la traversée de la Lys à Courtrai en est un bel exemple. La France prévoit également la création de dizaines de kilomètres de nouveaux canaux pour établir cette liaison. Le Canal Seine-Escaut proposera une alternative à la route fluviale reliant Paris à la Flandre via les ports maritimes. Aujourd’hui encore, pour ce trajet, les marchandises sont transbordées dans les ports du Havre ou de Dunkerque sur des

The aim of the Seine-Scheldt project is to provide an alternative for the shipping route from Paris to Flanders (B) through seaports. The existing route has goods transhipped to deep-sea vessels in Le Havre or Dunkirk to travel to Zeebrugge or Antwerp ; many operations have to be carried out for such a short sea crossing. If Rotterdam and Antwerp are among Europe’s largest ports, they can in no way be compared to their Chinese equivalents of

zijn nog geenszins te vergelijken met hun grote broers in China. De havens van Shanghai, Shenzen of Hongkong verwerken tot 33,6 miljoen containers per jaar. Het grootste containerschip ter wereld is 400 m lang en 60 m breed en kan ruim 19.000 containers vervoeren. Om de haven van Antwerpen open te stellen voor steeds groter wordende containerschepen, wordt de Westerschelde intensief uitgebaggerd. Er komen nieuwe dokken op de linkeroever en sluizencomplexen worden groter. Deze ingrepen hebben een negatieve impact op het milieu. Regelgeving legt hiervoor compensaties vast, maar veelal leidt dit tot lang aanslepende impasses. De constante vernieuwing van de scheepsvloot levert ook imposante afvalbergen op. De ‘shipbreaking’-sites bevinden zich voornamelijk in India en Bangladesh. Daar raken wekelijks arbeiders al dan niet dodelijk gewond bij arbeidsongevallen of door contact met toxische stoffen. Transport van goederen over water kan dan wel een gunstig rapport voorleggen, het bewustzijn groeit dat kleinerschaliger en lokale productie de beste keuze is voor een echt duurzame samenleving. Isabelle Putseys, programmaregisseur Blauw-Groen Netwerk, Intercommunale Leiedal

Shanghai, Shenzen or Hong Kong, which handle up to 33.6 million containers a year. The world’s largest container ship has a length of 400 m and a width of 60 m and can transport over 19,000 containers.

bateaux naviguant jusqu’à Zeebruges ou Anvers, ce qui représente beaucoup d’opérations pour une courte traversée en mer. Rotterdam et Anvers, parmi les plus importants d’Europe, ne sont nullement comparables aux ports chinois de Shanghai, Shenzhen ou de Hong Kong qui traitent jusqu’à 33,6 millions de conteneurs par an. Le plus grand porte-conteneurs du monde, long de 400 m et large de 60 m, peut transporter plus de 19 000 conteneurs.

To open up the port of Antwerp to ever larger container ships, the Western Scheldt is currently dredged intensively. New docks will be built on the left bank and the lock complexes will become larger. However, these operations have a negative impact on the environment. Legislation provides for compensations in this respect, but this often leads to lengthy procedures. The constant renewal of the vessel fleet also causes huge amounts of waste. Furthermore, in India and Bangladesh, where the ship-breaking sites are mainly situated workers are injured - sometimes killed - every week in occupational accidents or due to contact with toxic substances.

Le dragage –en cours- du chenal de l’Escaut occidental permettra au port d’Anvers d’accueillir des porte-conteneurs de plus en plus grands. De nouveaux docks naitront du fleuve et les complexes d’écluses s’agrandiront. Tout ceci aura un impact négatif sur l’environnement. Si les règlementations prévoient des compensations pour cela, les procédures trainent néanmoins en longueur. La modernisation de la navigation fluviale entraîne également d’immenses montagnes de déchets. Les sites de démolition navale se situent principalement en Inde et au Bangladesh où, des travailleurs sont blessés -voire tués- ou en contact avec des substances toxiques. Bien que le transport de marchandises sur l’eau présente de nombreux avantages, une production locale et à plus petite échelle constitue le meilleur choix pour une société réellement durable.

While transport of goods by water may present several benefits, there is a growing awareness that smaller and local production is the best choice for a truly sustainable society.

“It all happens under the waterline. If you haven’t got it done there, it doesn’t much matter what you do to the topside.” (Clark Mills) En 1947, l’Américain Clark Mills a conçu et construit un bateau simple et pas cher. In 1947 ontwierp en bouwde L’Optimist s’est révélé le bade Amerikaan Clark Mills een eenvoudige, goedkope boot. De teau idéal pour initier les apprentis skippers à gérer l’imOptimist bleek een ideale initipact des éléments naturels. atieboot voor zeilers die leren Le bateau peut être construit omgaan met de impact van de par une seule personne, avec natuurelementen. De boot kan des moyens restreints. À met beperkte middelen door l’instar des meubles à monter één persoon gebouwd worden. Net als bij de kratmeubelen van soi-même de Gerrit Rietveld, Gerrit Rietveld werden de plan- Mills a diffusé les plans de construction, ce qui consonen voor de bouw vrijgegeven. Dit versterkt zijn symboolwaar- lide la valeur symbolique d’un vaisseau offrant liberté et de als vaartuig naar vrijheid en autonomie. autonomie. Kunstenaar Stefaan Dheedene L’artiste Stefaan Dheedene Stefaan Dheedene (BE)is vooral geïnteresseerd in deze s’intéresse surtout à cette Half An Optimist mentale constructie, waarbij de construction mentale dont 2016 le nom, Optimist, recèle une naamgeving Optimist een belofte of een potentieel inhoudt. promesse ou un potentiel. — Il a construit son bateau à www.stefaandheedene.comHij bouwde zijn boot op schaal ½: een halve optimist, de even- l’échelle 1:2, un semi-Optituele kanteling naar teleurstel- mist, l’éventuel basculement vers la déception. Ainsi, le ling. Zo wordt de kleinste boot nog verkleind tot een object van plus petit bateau est encore réduit et devient un objet kijken en dromen dat zich blijft 64 d’observation et de rêves qui verhouden tot een concrete en se rapporte à une dimension menselijke maat. humaine concrète.

In 1947 the American Clark Mills designed and built a simple cheap boat. The Optimist proved to be an ideal initiation boat for sailors who are learning to deal with the impact of the elements. The boat can be built by one person with limited means. Just like for the crate furniture of Gerrit Rietveld, the construction plans were released. This strengthens its symbolic value as a vessel towards freedom and autonomy. Artist Stefaan Dheedene is especially interested in this mental construction whose name Optimist implies a promise or a potential. He built his boat on a ½ scale : half an optimist, the potential toppling to disappointment. This way the smallest boat is made even smaller into an object of looking and dreaming that keeps relating to a concrete and human measure.

Luc Deleu (BE) Landforms 2016

— www.topoffice.to

L’architecte, urbaniste et orbaniste Luc Deleu a fondé en 1970 le T.O.P. Office, une structure qui interroge le rôle de l’architecture et de l’améDe Belgische architect en nagement du territoire stadsplanner Luc Deleu urbain dans une société richtte in 1970 T.O.P. Office unifiée. Le projet Orban op, waarmee hij vragen stelde Space traite de l’espace over de rol van architectuur public à échelle monen stedelijk design in een diale. L’objectif ultime eengemaakte samenleving. de cette étude est la Het project Orban Space création d’un modèle behandelt de publieke grandeur nature de ruimte op mondiale schaal. projet universel pour Einddoel van deze studie l’espace public global, is het scheppen van een tenant compte de facschaalloos model met een teurs aussi bien locaux universeel ontwerp voor de que globaux. C’est pour globale publieke ruimte. cela que le T.O.P. Office Zo’n ontwerp moet rekening a d’abord cartographié houden met zowel lokale als tous les paysages globale factoren. Daarom différents (montagnes, bracht T.O.P. Office eerst alle mers, plaines, collines) verschillende landvormen et les divers moyens de (bergen, zeeën, vlakten, transport. Landforms heuvels) en de meest diverse (2015-2016) est une transportmiddelen in kaart. maquette autonome qui Landforms (2015-2016) is een visualise ces différents autonome maquette die deze paysages : le point de landvormen visualiseert: hét départ pour enfin poustartpunt om eindelijk de 65 voir ordonner le monde. wereld te kunnen ordenen.

In 1970 the Belgian architect and city planner Luc Deleu established T.O.P. Office to ask questions about the role of architecture and urban design in a unified community. The project Orban space deals with public space worldwide. The ultimate purpose of this study is the creation of a scale-less model with a universal design for the global public space. Such a design has to account of both local and global factors. That’s why T.O.P. Office first charted all the different landforms (mountains, seas, plains, hills) and the most diverse means of transport. Landforms (2015-2016) is an autonomous scale-model that visualises these landforms : thé starting-point to finally be able to order the world.

Unknown Fields Division Rare Earthenware

— www.unknownfieldsdivision. com

Unknown Fields Division, opgericht door designer Liam Young (AU) en architect en kunstenaar Kate Davies (UK), is een nomadische onderzoekstudio die op expeditie trekt naar de uiteinden van de aarde om te getuigen over alternatieve communities, bizarre landschappen en industriële ecologie. Hun film Rare Earthenware, gemaakt in samenwerking met fotograaf Toby Smith (UK), legt verborgen transportroutes bloot in de wereldwijde productieketen van goederen. De film brengt ons langs imposante containerschepen, havens en mastodontfabrieken tot aan de oevers van een radioactief meer in Mongolië. De set keramische traditionele Mingvazen werden ambachtelijk vervaardigd met modder afkomstig uit dat meer. Elke vaas is gemaakt uit de hoeveelheid giftig afval dat vrijkomt bij de productie van een smartphone, een laptop en een auto66 batterij.

L’atelier de recherche nomade Unknown Fields Division, fondé par le designer Liam Young (AU) et l’architecte et artiste Kate Davies (UK), effectue des expéditions aux confins de la terre pour témoigner de communautés alternatives, de paysages bizarres et d’écologie industrielle. Leur film Rare Earthenware, réalisé avec le photographe Toby Smith (UK), dévoile des routes de transport de la chaîne mondiale de production de biens de consommation. Le film suit d’imposants porte-conteneurs, montre des ports et des fabriques démesurées et nous emmène jusqu’aux rives d’un lac radioactif en Mongolie. La série de vases Ming traditionnels a été confectionnée artisanalement avec de la terre prélevée dans ce lac. Chaque vase est donc constitué d’une quantité de déchets toxiques qui se dégagent de la fabrication de smartphones, d’ordinateurs portables, ou de batteries d’automobiles.

Unknown fields disivion, set up by designer Liam Young (AU) and artist Kate Davies (UK) is a nomadic research studio that goes on an expedition to the extremities of the earth to testify about alternative communities, bizarre landscapes and industrial ecology. Their film Rare earthenware, made in cooperation with photographer Toby Smith (UK) reveals hidden transport routes in the worldwide production chain of goods. The film takes us along impressive container ships, ports and mastodon factories to the banks of a radioactive lake in Mongolia. The set of ceramic traditional Ming vases was made according to traditional methods with mud from this lake. Each vase was made from the amount of poisonous waste that is released when producing a smartphone, a laptop and a car battery.

Shipbreaking #49, Chittagong, Bangladesh 2001

Edward Burtynsky (1955) is een Canadese fotograaf en beeldend kunstenaar. Hij maakt grootformaat foto’s van industriële landschappen, die ingrijpend veranderen door menselijke activiteiten. De serie Shipbreaking (2000-2001) brengt de sloop in beeld van olietankers op stranden in Bangladesh. Blootvoets, zonder oogbescherming en onbewust van de schadelijke invloeden van asbest, ontmantelen werknemers gigantische schepen. Landen in het zuiden knappen het vuile werk op voor de rijkere industrielanden in het noorden. Burtynski betrekt de kijker in de contradicties van het laat-kapitalistische systeem: schoonheid en vervuiling, orde en chaos, medeplichtigheid en hulpeloosheid.

Edward Burtynsky (CA) Shipbreaking

— www.edwardburtynsky.com

Edward Burtynsky (° 1955) est un photographe et artiste plasticien canadien. Il réalise des tirages photographiques de très grand format représentant des paysages industriels que l’activité humaine a transformés en profondeur. La série Shipbreaking (2000-2001) met en image la démolition navale de pétroliers au Bangladesh. Pieds nus, sans protection oculaire et sans information concernant les effets toxiques de l’amiante, des ouvriers démantèlent ces navires gigantesques. Les riches pays industrialisés du Nord refilent le sale travail aux pays pauvres du Sud. Burtynsky associe le spectateur aux paradoxes du capitalisme tardif : beauté et pollution, ordre et chaos, complicité et impuissance.

Edward Burtynsky (1955) is a Canadian photographer and visual artist. He makes giant size pictures of industrial landscapes that change radically through human activity. The series Shipbreaking (2000-2001) pictures the breaking of oil tankers on beaches in Bangladesh. Barefoot, without eye protection and unaware of the damaging influences of asbestos, the workers dismantle gigantic ships. Southern countries do the dirty work for the richer industrial countries in the North. Burtynsky involves the spectator in the contradictions of the late capitalist system : beauty and pollution, order and chaos, complicity and helplessness.

Luc Deleu (BE) Mobile Medium University 1972

— www.topoffice.to

Mobile Medium University (1972) was het eerste sleutelproject van T.O.P. office. Het idee bestond erin om drie kleurrijk geschilderde vliegdekschepen (het is de periode van de Vietnam oorlog) om te bouwen tot rondvarende universiteitsgebouwen. Gezien twee derden van het aardoppervlak uit water bestaat, neemt dit voorstel ook de druk op het land weg. Het vliegdekschip Entreprise stond model voor deze droom. Het is vandaag uit de vaart genomen. Om overheden en kandidaat investeerders te overtuigen, maakte Deleu enkele reizen met een kleiner zeilschip. Hieruit volgen meer concrete voorstellen voor mogelijke routes voor Mobile Medium University: Academical Eastbound Tour 2015 – 2016, Academical Westbound Tour 70 2016 - 2017 en Eurasian Academical Tour 2017-2018.

Mobile Medium University (1972) était le premier projet phare du T.O.P. Office. L’idée consistait à transformer trois porte-avions (cela se déroule pendant la guerre du Vietnam) repeints aux couleurs vives en bâtiments universitaires flottants. Le porte-avions Entreprise était le modèle de ce rêve. Aujourd’hui, il est retiré de la navigation. Pour convaincre des gouvernements et des candidats investisseurs, Deleu a effectué quelques voyages sur un voilier plus petit. Il s’en est suivi des propositions concrètes de possibles routes à emprunter par la Mobile Medium University : Academical Eastbound Tour 2015-2016, Academical Westbound Tour 2016-2017 et Eurasian Academical Tour 20172018.

Mobile Medium University (1972) was the first key project of T.O.P. Office. The idea was to convert three brightly-coloured aircraft carriers (it is the period of the Vietnam war) into travelling university buildings. As two thirds of the surface of the earth consists of water, this proposal also takes the pressure off the land. The aircraft carrier Entreprise served as a model for this dream. Today it is out of service. To convince authorities and candidate investors, Deleu has made a few trips with a smaller sailing craft. This has led to more concrete proposals for potential routes for Mobile Medium University. : Academical Eastbound Tour 2015-2016, Academical Westbound Tour 2016-2017 and Eurasian Academical Tour 2017-2018.

Hans Vandekerckhove, The MAERSK Experience 2, 142x190, O/C, 2016

Hans Vandekerckhove (BE) The MAERSK Experience 2016

— www.hansvandekerckhove.be

Triple E schepen van MAERSK, de grootste rederij te wereld, beroemen zich op schaalvergroting en efficiëntie. Zij maken deel uit van een ingenieus economisch netwerk van havens, rederijen, terminals en douanedepots. Op verloren zondagen bezoekt kunstenaar Hans Vanderkerckhove het Verdronken Land van Saeftinghe aan de Westerschelde in Zeeland. Zware containerschepen glijden er traag door een landschap van geulen en schorren, tussen hoogriet en laagwei en fragiele broedplekken. Deze Maersk Experience draagt bij tot de spirituele beleving van een apocalyptisch landschap tussen natuur en industrie, tussen het vrije spel van de Westenwind en de drukke geluiden van de gigantische haven aan het einder.

Les navires triples E de MAERSK, le plus grand armateur du monde, se prévalent d’accroissement d’échelle et d’efficacité. Ils font partie d’un ingénieux réseau économique de ports, d’armateurs, de terminaux et de dépôts de douane. Les dimanches perdus, l’artiste Hans Vandekerckhove visite le navire Verdronken Land van Saeftinghe (Terre noyée de Saeftinghe) amarré dans l’Escaut occidental en Zélande. D’immenses porte-conteneurs glissent lentement à travers le paysage de chenaux et de lais, entre les hauts roseaux, les basses prairies et les fragiles lieux d’incubation. Cette expérience « maersque » contribue au vécu spirituel d’un paysage apocalyptique entre nature et industrie, entre le libre jeu du vent d’ouest et le tumulte du port gigantesque à l’horizon.

Triple E ships of MAERSK, the largest shipping company in the world, take pride in expansion and efficiency. They are part of an ingenious economic network of harbours, shipping companies, terminals and customs depots. On odd Sundays artist Hans Vandekerckhove visits the Flooded land of Saeftinghe on the western Scheldt in Zeeland. Here, huge container ships slowly glide through a landscape of channels and salt marshes, between “hoogriet en laagwei” and fragile breeding places. This Maersk experience contributes to the spiritual perception of an apocalyptic landscape between nature and industry, between the free play of the west wind and the busy sounds of the gigantic port on the horizon.

Kanaal Bossuit - Kortrijk Mogelijke oplossing 1

Mogelijke oplossing 2

Leie

Mogelijke oplossing 3

Leie

Schelde

Buda

Schelde

Buda

Sluizen= Bottleneck

Nieuwe sluis

Gent Gent Kortrijk

he lde

Leie

Bossuit

Schelde

Kortrijk

Cambrai

Bossuit

Le Havre Se

ine

CompiĂ¨gne

Winst: 3 uur + 3 sluizen + bedrijfszekerheid

Parijs

500km

1TON

333km

100km

6,6km

1200 TON

40 treinwagons Bron: binnenvaart.be - Waterwegen en Zeekanaal SEDIVAL

imo

60 vrachtwagens

Kanaal Bossuit-Kortrijk

— Het kanaal Bossuit-Kortrijk fungeert op vandaag als insteekdok vanuit de Schelde richting de Leie. In Kortrijk verhinderen drie beschermde sluizen een volwaardige verbinding met de Leie. De realisatie van deze missing link is voor de economische ontwikkeling van Zuid-West-Vlaanderen belangrijk. De verbinding biedt kansen voor meer watergebonden bedrijvigheid langs het kanaal en zorgt voor bedrijfszekerheid voor de aanwezige bedrijven. Met het project Seine-Schelde realiseert Europa een binnenvaartverbinding tussen het Seine- en het Scheldebekken. Tussen Compiègne en Cambrai wordt een nieuw kanaal gegraven. Die verbetering van het waterwegennet in Noord-Frankrijk moet leiden tot een verdubbeling van het vervoer over water in Frankrijk en tot een verviervoudiging op de Noordzee-as. De transportkosten zouden acht miljard euro lager liggen en de milieuvoordelen zorgen voor twee miljard besparingen. Aan Belgische zijde wordt de Leie uitgebouwd tot een Europese hoofdvaartas, bevaarbaar voor schepen tot 4.500 ton. Studies wijzen op het economisch potentieel van de verbreding van het kanaal Bossuit-Kortrijk op het grondgebied van Kortrijk. De Vlaamse regering neemt dit op als prioritair infrastructuurproject. Om een antwoord te bieden op het probleem van de drie beschermde sluizen liggen momenteel nog twee varianten voor de verbreding voor: de rechtdoorvariant op het kanaal of een bypass. De eerste voorstudie en het projectplan van Waterwegen & Zeekanaal worden verwacht tegen juli 2017. — EN/FR — p. XX

A L’HEURE ACTUELLE Canal Bossuit-Kortrijk

— Aujourd’hui, le canal Bossuit-Kortrijk devrait permettre le lien entre l’Escaut et la Lys. Sauf que trois écluses classées, au niveau de Kortrijk(Courtrai), empêchent une liaison économiquement viable avec la Lys. Adapter la liaison donnerait l’opportunité d’augmenter l’activité le long du canal et assurerait la pérennité des entreprises existantes. La modification de ce lien est donc importante pour le développement économique du sud de la Flandre occidentale. Côté belge, la Lys deviendra l’un des principaux axes de navigation européens, sur lequel des bateaux de 4 500 tonnes pourront naviguer. Des études soulignent le potentiel économique de l’élargissement du canal Bossuit-Kortrijk sur le territoire courtraisien. Le Gouvernement flamand fait de ce projet d’infrastructure une priorité. Il existe actuellement deux possibilités d’élargissement qui offrent une solution au problème des trois écluses classées à Kortrijk : le prolongement du canal en ligne droite ou le contournement. La première étude préliminaire et le plan du projet de Waterwegen & Zeekanaal (autorité flamande de gestion des voies navigables) sont attendus pour juillet 2017. Avec le projet Seine-Escaut, l’Europe crée une liaison de navigation intérieure entre le bassin de la Seine et celui de l’Escaut. Un nouveau canal est creusé entre Compiègne et Cambrai. Cette amélioration du réseau navigable au nord de la France devrait permettre de doubler le transport sur l’eau en France et de quadrupler celui sur l’axe de la mer du Nord. Les frais de transport diminueraient de huit milliards d’euros et les avantages pour l’environnement atteindraient une économie de deux milliards d’euros.

HERE AND NOW Bossuit-Kortrijk Canal

— The Bossuit-Kortrijk Canal (which currently functions as a harbour basin) should link the river Scheldt and the river Leie, but three protected locks in Kortrijk prevent a full connection with the Leie. The realisation of this missing link is important for the economic development of South West Flanders : it will offer opportunities for more water-bound activity along the canal and will ensure operational safety for the existing companies. With the Seine-Scheldt project, Europe connects the Seine to the Scheldt basin for inland navigation. A new canal will be dug between Compiègne and Cambrai. This waterway network improvement in Northern France should double the transport by water in France and lead to a fourfold increase on the North Sea axis. The transport costs should decrease by €8 billion and the environmental benefits should provide €2 billion in savings. In Belgium, the Leie will be expanded into a European main shipping route, navigable for vessels up to 4,500 tonnes. Studies show the economic potential of widening the Bossuit-Kortrijk Canal on the territory of Courtrai, and the Flemish government has included this as a priority infrastructure project. To solve the problem of the three protected locks, two alternatives are put forward for the widening: either lengthening the Leie in a sraight line or building a bypass. The first preliminary study and the project plan of Waterwegen & Zeekanaal are expected by July 2017.

5. “ Er was eens een druppel die oefende om in het water de vorm van een fontein te zwemmen.” HONORÉ d’O

landscapes and infrastructures

LANDSCHAPPEN EN INFRASTRUCTUUR Water was ooit de belangrijkste vormgever van onze landschappen. Van bron tot monding werden onze landschappen gedicteerd door het aanwezige waterregime. Opborrelend, infiltrerend, afstromend of overstromend, de vele verschijnselen van water komen voor in een variatie van landschappen: brongebieden, valleigebieden, infiltratiezones, winterbeddingen, delta’s ... Vandaag zijn onze landschappen gevormd door wegen en andere harde infrastructuren. De rivier is van nature een dynamisch gegeven. Haar loop varieert over de tijd, ze zwelt na regenval en krimpt na drogere periodes. Steden maken van oudsher gebruik van deze vitale troeven: het verval van de rivier zorgt voor energie, haar vruchtbare oevers voor voedsel. De waterloop is een transportas, het stromende water zuivert de stad. De manipulaties die nodig bleken om nog intensiever gebruik te maken van de troeven van de rivier zoals kaaien, sluizen, stuwen, watermolens, bypasses en rechttrekkingen veranderen het karakter van de rivier. De natuurlijke, wilde rivier is in een keurslijf gestopt. Vandaag zijn er in het Vlaamse waterlopennetwerk nog maar weinig natuurlijke waterlandschappen over. Afgesneden meanders liggen er verloren bij en beken verloren de ruimte om te meanderen.

PAYSAGES ET

LANDSCAPES AND

INFRASTRUCTURE

Autrefois l’eau façonnait nos paysages, aujourd’hui, ce sont les infrastructures routières et autres. Les rivières coulaient de leur source jusqu’à l’embouchure et composaient une grande variété de paysages : zones de sources, vallées, zones d’infiltration, lits d’hiver, deltas, etc.

Water once was what shaped our landscapes; today it is roads and other hard infrastructures. Rivers were flowing from their spring down to the mouth, creating a wide variety of landscapes: source areas, valley areas, infiltration zones, winter bed, deltas, etc. Rivers are dynamic by nature; their flow varies over time and according to the weather.<0} Cities traditionally used this dynamic asset: the river’s flow creates energy, fertile banks for culture; it is also a transport route and a way to purify the city, etc.

Depuis toujours, fleuves et rivières sont des éléments dynamiques : leur cours change avec le temps et en fonction des conditions météorologiques. Ce dynamisme a d’ailleurs grandement contribué à l’essor de certaines villes : les débits génèrent de l’énergie, une bonne terre de rives à cultiver, permettent de se déplacer, de nettoyer,…

In order to benefit from the assets of rivers, quays, locks, weirs, water mills, bypasses and canalisations had to be built and changed the rivers’ nature. The natural, wild river has been tamed. Today there are few natural landscapes left in the Flemish (B) network of watercourses. Cut-off meanders are forlorn and brooks have lost the space to meander.

Pour en profiter pleinement, il a fallu construire des quais, des écluses, des barrages, des moulins à eau et des canaux secondaires voire rectifier le cours. La rivière sauvage a ainsi été domestiquée. Aujourd’hui, la Flandre (B) ne compte que très peu de paysages aquatiques naturels. Les méandres supprimés n’intéressent plus personne, et les ruisseaux n’ont plus le droit de modifier leur cours.

On the other hand, the construction of water infrastructure showed stunning pieces of engineering that are not only effective

De bouw van waterinfrastructuur spreidt anderzijds staaltjes ingenieursbouwkunst tentoon die niet alleen performant maar ook mooi kunnen zijn. Irrigatienetwerken die het droge land bevloeien, dammetjes die weiden onder water zetten, bruggen, kaaien en sluizen die kwaliteitsvolle openbare plekken creëren aan of op het water. De recente Leiedoortocht in Kortrijk is daar een goed voorbeeld van. Infrastructurele projecten moeten gecompenseerd worden door natuurinrichtingen langs het water. Het project Seine-Schelde verloopt idealiter hand in hand met het project Rivierherstel Leie, maar dit botst op tegenstrijdige belangen. Met het verdwijnen van natuurlijke waterlandschappen verdwijnen ook hun ecologische voordelen. Vegetatie op een zachte natuurlijke oever houdt het water vast terwijl betonnen wanden het versneld afvoeren. De meanderende bedding biedt een variatie van ruimten waarbij verschillende soorten planten en dieren een geschikte plek vinden, een rechtgetrokken kanaal biedt slechts een homogene habitat aan. Natuurlijke overstromingsgebieden en de winterbedding van een rivier leveren een zeer vruchtbare bodem op, een bevaarbare rivier is gecontroleerd door sluizen en zal nog nauwelijks de winterbedding

but also beautiful. Irrigation networks irrigating dry land, weirs flooding fields, bridges, quays and locks creating pleasant public spaces near or on the water. The recent Kortrijk Leie passage illustrates this perfectly.

L’infrastructure ainsi construite n’est pas seulement ingénieuse mais parfois aussi très esthétique. Les systèmes d’irrigation, les petits barrages, les ponts, quais et écluses peuvent ainsi devenir des lieux publics de qualité au bord de l’eau. Le passage de la Lys à Kortrijk (Courtrai) en est un bon exemple.

Infrastructural projects have to be compensated by natural areas alongside the water. The Seine-Scheldt project should go hand in hand with the river restoration project of the river Leie, but this runs into conflicting interests.

Les projets d’infrastructures doivent être compensés par des aménagements écologiques le long de l’eau. L’idée était de voir émerger des synergies intéressantes entre le projet Seine-Escaut et le projet de remise en état de la Lys… Mais c’était sans tenir compte de certains intérêts contraires.

As natural water landscapes disappear, their ecological advantages disappear with them. Vegetation on a soft natural bank retains water while concrete walls drain water faster. The meandering bed offers a range of spaces providing a habitat for different types of plants and animals, whereas a straightened canal can only offer a homogeneous habitat. The river’s natural flood plains and winter bed have a very fertile soil, whereas a navigable river is controlled by sluices and will barely use its winter bed, losing its fertility. The extra open space in the valley was soon taken up by housing projects and industry.

Lorsque des paysages aquatiques naturels disparaissent, leurs atouts écologiques disparaissent tout autant. Les berges verdoyantes retiennent l’eau, contrairement aux berges bétonnées. Un grand nombre de méandres offre une grande variété d’habitats à la faune et la flore, contrairement à un canal, tout droit offrant un seul espace monotone. Les champs d’inondation naturelle et le lit d’hiver d’une rivière ont un sol particulièrement fertile ; fertilité qui disparaît cependant lorsque la rivière domestiquée par des écluses ne les utilise plus. L’es-

This ongoing building and increasing asphalting of the surface take away the

aanspreken. Resultaat hiervan is dat het land kan verbouwd worden tot tegen de rivier. De vrijgekomen open ruimte in de vallei is ingenomen door bouwland, woonprojecten en industrie. De voortschrijdende bebouwing en toenemende verharding van de oppervlakte beperken de mogelijkheden voor waterinfiltratie, - berging en –buffering. Dit heeft grote gevolgen voor onze waterhuishouding. Het grondwaterpeil zakt en kritieke waterstanden en overstromingsgevaar nemen toe. In 1988 was 11,7% van de totale oppervlakte in Vlaanderen bebouwd. In 2011 was dat al bijna 20%. Wetenschappers waarschuwen dat, indien de bebouwingstrend zich doorzet, tegen 2025 bijna 30% van Vlaanderen verhard zal zijn. Dit zou de jaarlijkse afvoer van oppervlaktewater verhogen met zo’n 20%. Rivieren zullen dergelijke piekafvoeren niet meer kunnen slikken. Vanuit het ruimtelijk beleid zijn maatregelen opgelegd (o.a. de watertoets) om het effect van de verharding te beperken, maar nog te weinig wordt actief gezocht naar ruimte voor water. Dat kan zowel op publiek als privaat domein, in natuurgebied of op bedrijventerreinen. Nog veel te weinig zien geïntegreerde projecten het daglicht. Het kan gaan om ruimte voor water in speelparken, op marktpleinen, bufferzones bij bedrijven, infrastructurele restruimtes, kelders van parkeergarages …

opportunities for water infiltration, storage and buffering. This has major consequences for our hydrological regime. The groundwater level decreases and critical water levels and flood risks increase. In 1988, 11.7% of the total surface area in Flanders was built on. In 2011, this amounted to nearly 20%. Scientists warn that if the building trend continues, approximately 30% of Flanders will be built on in 2025. This would increase the annual drainage of surface water by 20%. In case of heavy rainfall, rivers would not be able to cope with the overflow.

pace ainsi ‘libéré’ a vite été utilisé pour l’aménagement de quartiers résidentiels ou des zones d’activité industrielle. A cause de la politique de construction et de l’imperméabilisation des sols que celle-ci entraîne, l’eau a de plus en plus de mal à s’infiltrer pour rejoindre les réserves souterraines. Ceci génère de graves conséquences pour nos ressources hydriques : le niveau des nappes phréatiques baisse, tandis que les crues et inondations deviennent plus fréquentes. En 1988, 11,7% de la superficie de la Flandre étaient édifiés. En 2011, c’est presque 20%. Les experts sonnent l’alarme : à ce rythme, en 2025, près de 30% du sol flamand seront imperméabilisés, ce qui augmenterait de 20% la quantité d’eau de surface à évacuer. Lors de périodes de forte pluie, les rivières ne pourront pas absorber le trop plein.

The spatial planning policy imposes measures (including water assessment) to limit the effect of paving, but an active search to provide space for water is still not sufficiently undertaken. This is possible both on public and private land, in natural areas or at industrial sites. Too few projects fully integrate water issues. Yet somes places, such as playing areas, market squares, buffer areas at companies, infrastructural residual spaces, underground car parks, etc. would benefit from it.

Les politiques d’aménagement prennent bien des mesures (p.ex. l’étude d’incidence sur l’eau appelée Watertoets) visant à réduire l’effet de l’imperméabilisation du sol, mais il faudrait aussi se mettre en quête d’endroits où l’eau est bienvenue. Ces endroits peuvent être des zones publiques ou privées, des espaces naturels ou dans des zones d’entreprises. Très peu de projets intègrent la problématique de

In sum, water should be higher on the agenda and there is a need for effective investments in public space, which would push the local economy and development.

Kortom, water moet hoger op de agenda komen te staan en er is nood aan doeltreffende investeringen in de openbare ruimte. Dat biedt enorm veel mogelijkheden voor economie en streekontwikkeling. De rivieren verbinden de belangrijkste handelsroutes door heel West-Europa met elkaar. Steden oriënteren zich op de rivier en bouwen havens, bruggen en andere waterinfrastructuur. Ze creëren ook ruimtes met sterke toeristische en stedenbouwkundige kwaliteiten. Zo wordt er werk gemaakt van een ambitieus blauwgroen netwerk voor de Eurometropool Lille- Kortrijk-Tournai. Dit geheel van rivieren, kanalen en groenstructuren vormt de ruggengraat voor de ruimtelijke ontwikkeling van de grensoverschrijdende regio. Het blauwgroen netwerk verbindt de open ruimtes met elkaar en met de stad. Het plan gebruikt ‘water’ als hefboom om de omgevingskwaliteit voor de inwoners en bezoekers van de Eurometropool te verhogen en om de streekidentiteit te versterken. Isabelle Putseys, programmaregisseur Blauw-Groen Netwerk, Intercommunale Leiedal

Bedrijven en gemeenten leveren meerdere inspanningen om duurzaam om te gaan met water. Ontdek hun initiatieven in de regio op www.waterwar.be/waterinderegio.

l’eau à part entière. Pourtant un apport en eau serait envisageable dans des jardins pour enfants, sur des places publiques, dans des zones tampon sur des terrains d’entreprises, dans des caves de parkings souterrains, etc.

Rivers link trade routes throughout Western Europe. Cities are oriented towards the rivers and build ports, bridges and other water infrastructure. They also create spaces with strong points in terms of tourism and urban design.

L’eau mérite donc toute notre attention, et nécessite des investissements efficaces dans l’espace public, qui constitueront des opportunités pour l’économie locale. Les rivières font la liaison entre les grandes routes commerciales à travers toute l’Europe occidentale. Les villes profitent des rivières et construisent des ports, des ponts et d’autres infrastructures, et créent des espaces présentant des atouts autant touristiques qu’urbanistiques.

It is with this in mind that a great deal of work is put into the ambitious BLUE SPACE for the Lille-Kortrijk-Tournai Eurometropolis. It aims to establish rivers, canals and green structures as the backbone for the cross-border region’s spatial development. it will link open spaces to each other and to the cities. The plan uses water as a motor to increase the environmental quality for the Eurometropolis’s inhabitants and visitors while strengthening the regional identity.

C’est dans cette optique qu’est actuellement développé l’ESPACE BLEU dans l’Eurométropole Lille-Kortrijk-Tournai. Rivières, canaux et zones vertes serviront de fil conducteur pour l’urbanisme dans le territoire transfrontalier. Il reliera les espaces publics entre eux et aux villes. L’élément ‘eau’ servira ainsi de levier pour améliorer la qualité environnementale pour les habitants et visiteurs de l’Eurométropole, tout en renforçant l’identité de ce territoire.

Dam #6, Three Gorges Dam Project, Yangtze River, China 2005

Edward Burtynsky (CA) Three Gorges Dam

— www.edwardburtynsky.com

De reeks Three Gorges Dam (2002-2005) van de Canadese fotograaf Edward Burtynsky toont de impact van de Chinese Drieklovendam op mens en natuur. De bouw, waarbij de Wereldbank betrokken was, veroorzaakte internationale controverse. De opgewekte elektriciteit vervangt jaarlijks miljoenen tonnen steenkool en draagt bij aan een grotere rijstoogst. Tegelijkertijd werd het de grootste ‘vredevolle’ evacuatie uit de geschiedenis. 1,3 miljoen mensen werden geherlocaliseerd. Vruchtbare landbouwgrond en culturele en historische steden verdwenen onder water. Milieuorganisaties zoals het WWF wijzen op de nefaste ecologische impact van de dam.

La série Three Gorges Dam (2002-2005) du photographe canadien Edward Burtynsky montre l’impact sur la nature du barrage des Trois-Gorges en Chine. Sa construction, à laquelle était associée la Banque mondiale, a suscité des controverses internationales. L’énergie produite remplace annuellement des millions de tonnes de charbon et contribue à augmenter les récoltes de riz. Parallèlement, la construction de ce barrage a entraîné la plus grande évacuation « pacifique » de population de l’Histoire : 1,3 million de personnes ont été relocalisées. Des terres agricoles et des sites culturels, archéologiques et historiques ont été engloutis par les eaux. Des organisations environnementales comme le WWF ont dénoncé l’impact écologique néfaste du barrage.

The series Three Gorges Dam (2002-2005) by the Canadian photographer Edward Burtynsky shows the impact of the Chinese Three Gorges Dam on man and nature. The construction, in which the World Bank was involved, caused international controversy. The generated electricity annually replaces millions of tons of coal and contributes to a larger rice harvest. At the same time, it became the greatest ‘peaceful’ evacuation in history. 1,3 million people were relocated. Fertile farming land and cultural and historic cities disappeared under the water. Environmental organisations such as WWF point out the pernicious ecological impact of the dam.

Charles Lim Yi Yong (SG) SEA STATE 6: phase 1 2015 — www.seastate.sg

Initié en 2005 par l’artiste et ancien champion olympique de voile, le Singapourien Charles Lim Yi Yong, SEA STATE est un projet en neuf phases qui inverse la perception de ce qui SEA STATE is een project in appartient à la mer et negen delen, in 2005 geïnià la terre, à Singapour. tieerd door de Singaporese Lim Yi Yong examine les kunstenaar en voormalig contours biophysiques, Olympisch zeiler Charles politiques et physiques Lim Yi Yong, waarin hij de de cette cité-État de perceptie van wat tot de zee l’Asie du Sud-Est. Fonen wat tot het land behoort dée par le commerce in Singapore omkeert. maritime colonial et Lim Yi Yong onderzoekt de moderne, Singapour biofysische, politieke en se situe au centre du fysieke contouren van deze débat sur l’exploitaZuidoost-Aziatische stadtion des ressources, le staat. Ontstaan door kolochangement climatique niale en moderne maritieme et la souveraineté terhandel, bevindt Singapore ritoriale. Dans la vidéo, zich in het centrum van Lim Yi Young promène het debat over zowel het le spectateur le long gebruik van hulpbronnen, de la Jurong Rock Grot, klimaatverandering als la première cavité roterritoriale soevereiniteit. In cheuse pour le stockage zijn video neemt hij de kijker de pétrole. La construcmee langs de Jurong Rock tion récente de cette Grot in Singapore, een reinfrastructure soutercent gecreëerde massieve raine massive a pour ondergrondse infrastrucobjectif de soutenir les tuur voor olie en brandstof activités commerciales opslag, gebouwd om de de l’industrie pétrolière commerciële activiteiten dans la région. van de olie-industrie in de Cette œuvre a représenregio te ondersteunen. 81 té Singapour à la BienMet dit werk vertegenwoor- nale de Venise 2015. digde hij Singapore op de Biënnale van Venetië 2015.

SEA STATE is a project in nine parts, initiated in 2005 by artist and former Olympic sailor Charles Lim Yi Yong with the premise of inverting perceptions of sea and land on the island of Singapore. It explores the biophysical, political and psychic contours of the Southeast Asian city-state, through the visible and invisible lenses of the sea. Created by maritime trade, both colonial and modern, the tiny island nation has found itself at the intersection of pressing global debates around resource use, climate change and territorial sovereignty. In the single-channel video SEA STATE 6: phase 1 (2015), Lim takes the viewer down the Jurong Rock Caverns in Singapore, a recently-launched, massive underground infrastructure for oil and fuel storage, built to support the commercial operations of oil traders, petrochemical ventures and manufacturing industries in the area.

Niklas Goldbach (DE) The World 2012

— www.niklasgoldbach.de

Niklas Goldbach studeerde sociologie en fotografie aan de universiteit van Bielefeld (DE). Hij woont en werkt in Berlijn. The World is een 13 minuten durende video uit 2012, gefilmd op een kunstmatige archipel van diverse kleine eilandjes aangelegd in de ruwe vorm van een wereldkaart, vier kilometer uit de kust van Dubai (AE). De film verwijst naar de Duitse Romantiek, waarbij de nietige mens in relatie tot de almachtige natuur wordt geplaatst. Alleen, deze eilanden zijn het resultaat van het grootste baggerproject ooit in de wereld en bijgevolg een menselijke ingreep op de natuur. Vandaag verdwijnen de eilanden terug onder water, de tragedie van het landschap.

Niklas Goldbach a étudié la sociologie à l’Université de Bielefeld (DE). Il vit et travaille à Berlin. The World est une vidéo de 13 minutes, filmée sur un archipel artificiel composé de diverses petites îles disposées selon un schéma approximatif de planisphère, à quatre kilomètres de la côte de Dubai (AE). Le film fait référence au romantisme allemand qui mettait en regard l’être humain insignifiant et la nature omnipotente. Sauf que ces îles sont le résultat du plus grand projet de dragage jamais entrepris dans le monde, et donc d’une intervention humaine sur la nature. Aujourd’hui, les îles s’enfoncent à nouveau dans l’eau ; la tragédie du paysage.

Niklas Goldback studied sociology and photography at Bielefeld university. (DE) He lives and works in Berlin. The World is a 13 minutes’ video from 2012, filmed on an artificial archipelago of various small islands laid out in the rough form of a map of the world, 4 kilometres from the coast of Dubai (AE). The film refers to German Romanticism, in which the insignificant human being is confronted with the almighty nature. But these islands are the result of the greatest dredging project in the world ever, and consequently a human intervention in nature. Today the islands are disappearing again under the water, the tragedy of the landscape.

Hans Schabus Film Stills Western DVCam, 10min57sec, colour, sound, 4:3 Camera and editing: Robert Schabus Sound: Hannes Böck Assistance: Hannes Böck, Gerald Freimuth Mastering: PKM Mario Kreutzer’

Hans Schabus Western 2002

In de film Western (2002) navigeert de Oostenrijkse kunstenaar Hans Schabus in een zelfgebouwde boot door de riolen van zijn geboortestad Wenen, een enkele reis door een sinister labyrint. Sindsdien vaart zijn boot de Forlorn, een houten Optimist, naar verschillende locaties, zich afvragend of de immigrant er een warme ontvangst zal krijgen. Hij reisde eerst naar een mistig New York, voor velen de toegangspoort tot het beloofde land. In 2009 voer de Forlorn Rotterdam binnen. Het kleine bootje met een eenzame man aan het roer, staat in schril contrast met de overweldigende haveninfrastructuur. Zo maakt Schabus een reeks over migreren, ontsnappen en hopen, over alles wat mensen ertoe aanzet om te vertrekken en op zoek te gaan naar het andere, het betere.

Dans le film Western (2002), l’artiste autrichien Hans Schabus navigue dans les égouts de sa ville natale, Vienne. Un aller simple à travers un labyrinthe sinistre. Depuis, il navigue dans son Optimist en bois, le Forlorn, vers différents lieux pour voir si l’immigrant y recevra un accueil chaleureux. Il s’est d’abord rendu dans les brumes de New York, que beaucoup considèrent comme la porte d’entrée de la Terre promise. En 2009, le Forlorn l’a mené à Rotterdam. Le petit bateau avec un homme seul à la barre contraste vivement avec l’infrastructure portuaire colossale. Ainsi Schabus crée une série sur la migration, la fuite et l’espoir, sur tout ce qui incite les gens à quitter leur lieu de vie en quête d’un avenir meilleur et différent.

The project of the ‘arrival photographs’ by the Austrian artist Hans Schabus started with Western (2002), a film in which we see Schabus navigating through the sewers of his native Vienna in the selfbuilt boat. It is a one-way trip through a sinister labyrinth, a dark and obscure underground world. Since then, the Forlorn (a wooden-hulled optimist) has travelled to many different locations, always wondering if the migrant would receive a warm or hostile reception. First to a very foggy New York, a city which evoked a more radiant promised land for those many immigrants who arrived there by sea. In 2009 the Forlorn entered the Port of Rotterdam. The simple boat with a lonely man at the helm stands in stark contrast to the overwhelming manifestation of modern sea trade.

Honoré d’O (BE) Holy Molycule 2016

« Il était une fois une goutte qui voulait aller nager. Par habitude, elle se mouvait toujours Er was eens een druppel de façon discrète. Elle die wou gaan zwemmen. était pourtant savante : les légendes racontent Uit gewoonte bewoog des histoires de héros hij steeds onopvallend, et leurs exploits, les maar hij had gestumythes relatent des deerd: legenden verrécits de créatures tellen de verhalen van helden en heldendaden, surhumaines et de divinités. Après ses études mythes vertellen de verhalen van wezens en supérieures, elle avait goden. In die goden, die du mal à encore croire eerst niet bestonden en en ces dieux qui d’abord n’existaient pas et dan al met uitsterven bedreigd werden, kon hij étaient ensuite aussitôt menacés de disparaître. na zijn hogere studies Néanmoins, l’idée que nog moeilijk geloven. chaque cours d’eau, Toch vond hij het idee que ce soit une mer, un dat elke waterloop, océan, une rivière, un zij het een zee, een fleuve ou une source, oceaan, een rivier of een bron, een eigen god ait son propre dieu lui semblait inspirante. had, inspirerend. Hij oefende om in het water Elle s’exerçait à nager de vorm van een fontein dans l’eau en adoptant la forme d’une fontaine. te zwemmen. Toen dat Et quand cela lui réussit lukte nodigde hij iederfinalement, elle invita een uit. tout le monde. » Kunstenaar Honoré d’O creeert in Water.War met bijeengesprokkelde Dans le cadre de Water. War, l’artiste Honoré materialen installaties d’O crée, à partir de over de schoonheid, de matériaux glanés, des poëzie en de schaarste installations référant van water. Dagboekà la beauté, à la poésie noten. et à la pénurie de l’eau. Notes de journaux intimes.

Once upon a time there was a drop who wanted to go swimming. By sheer habit he always moved inconspicuously, but he had studied : legends tell the stories of heroes and heroic deeds, myths tell the stories of creatures and gods. In these gods, who didn’t exist at first, and who were already threatened with extinction then, he could hardly believe after his higher studies. Yet he thought that the idea that every watercourse, be it a sea, an ocean, a river or a source had its own god, was inspiring. He practised to swim the shape of a fountain in the water. When he succeeded, he invited everyone. Artist Honoré d’O creates installations about beauty, poetry and the scarcity of water with gathered materials. Diary notes.

Getijmodel benedenrivieren, 2 oktober 1970 © Deltares

Deltares (NL) — www.deltares.nl

Deltares is een onafhankelijk, toegepast kennisinstituut op het gebied van water en ondergrond, gevestigd in Delft (NL) en Utrecht (NL). Deltares richt zich voornamelijk op delta’s, kustregio’s en riviergebieden. In Delft bouwt het bedrijf gigantische schaalmodellen om de effecten van water of extreme weeromstandigheden op infrastructuur te bestuderen. Zo construeerde Deltares een miniatuur zeesluis om de krachten op schepen in de nieuwe sluis van IJmuiden en de uitwisseling van zouten zoetwater te onderzoeken. In hun Atlantic Basin, bouwde Deltares dan weer een miniatuur voor de toekomstige stormkering die Venetië (IT) tegen toenemend overstromingsgevaar moet beschermen. Water.War toont historisch en hedendaags beeldmateriaal van hun onderzoek.

Deltares est un institut indépendant de connaissance appliquée dans le domaine de l’eau et du sous-sol, établi à Delft (NL) et à Utrecht (NL). Deltares se penche surtout sur les deltas, les régions côtières et les zones fluviales. À Delft, l’entreprise construit des maquettes géantes pour étudier les effets de l’eau ou de conditions climatiques extrêmes sur les infrastructures. Ainsi, Deltares a construit une écluse en miniature pour examiner les forces exercées sur les bateaux et les échanges d’eau douce et d’eau de mer dans la nouvelle écluse d’Ijmuiden. Dans son Atlantic Basin, Deltares a conçu une nouvelle maquette pour les futurs barrages anti-tempêtes qui devraient protéger Venise des risques croissants d’inondation. Water.War présente du matériel visuel contemporain et historique de leur recherche.

Deltares is an independent applied knowledge institute in the field of water and subsoil situated in Delft (NL) and Utrecht (NL). Deltares mainly focuses on deltas, coastal and river regions. In Delft, the company builds gigantic scale models to study the effects of water and extreme weather circumstances on infrastructure. For example : Deltares constructed a miniature sea lock to investigate the forces on ships in the new lock of Ijmuiden and the exchange of saltwater and freshwater. In their Atlantic Basin, Deltares built a miniature of the future storm barrier that is to protect Venice (IT) against the increasing danger of flooding. Water.War shows historical and contemporary visual material of their investigation.

Testbassin met schaalmodel zeesluis Ijmuiden (NL) ÂŠ Deltares

Rivierherstel Leie

— Om dienst te doen als een kanaal voor meer en groter vrachtvervoer wordt de Leie verdiept. Negatieve gevolgen voor de natuur blijven niet uit: het grondwaterniveau zakt en de waterbergingscapaciteit van de vallei vermindert. Drainagewerken voor intensievere landbouw zorgen voor een versnelde afvoer van regenwater en verdroging van de Leievallei. Industrieterreinen en appartementen aan de waterkant rukken op ten nadele van wat ooit een open rivierlandschap was. Met de lancering van het Seine-Scheldeproject, dat twee van Europa’s sterkste industriële regio’s verbindt met een vaarweg voor container- en duwvaartschepen tot 4.400 ton, zou er een keerpunt komen in deze evolutie. De Vlaamse Regering besliste in 2006 om tegelijk 500 hectare natuurgebied te herstellen in de Leievallei. Daarmee werd ook invulling gegeven aan de Europese wetgeving - de ‘Kaderrichtlijn Water’ – die oplegt om de rivieren in Europa zo goed mogelijk in hun natuurlijke toestand te herstellen. Oude Leiemeanders zouden worden aangesloten op het Leiekanaal om migratie en voortplanting van vissen opnieuw mogelijk te maken. In de vallei tussen Wervik en Deinze resten een tiental gebieden waar natuurherstel kan gerealiseerd worden en waar natte bloemrijke hooilanden kunnen ontstaan. Typische planten en vogels zoals ooievaars en kieviten zouden hier opnieuw hun stek kunnen vinden. Vlinders en bijen zouden weer floreren in hun specifieke biotopen. Landbouwers kunnen meehelpen met het beheer van de hooilanden en aan extensieve veeteelt doen. De meeste van deze tien projectgebieden hebben de bestemming ‘Natuurgebied’ op het gewestplan. Tien jaar na deze regeringsbeslissing is echter nog niets gerealiseerd. De Vlaamse Regering wil nu het project van 500 naar 300 ha terugbrengen. Een petitie voor meer natuur langs de Leie leverde in 2015 ruim 15.000 handtekeningen op. Rivierherstel is niet alleen een natuurproject maar ook een klimaatproject. De klimaatverandering vergroot de kans op overstromingen en waterschaarste en zet de biodiversiteit onder druk. Om hieraan het hoofd te bieden, hebben we nood aan grotere en intern verbonden natuurgebieden. — www.natuurkoepel.be www.seineschelde.be EN/FR — p. XX

LE PROJET A L’HEURE ACTUELLE Remise En État de la Lys

— La Lys a été creusée davantage afin de pouvoir permettre le transport de fret. Les conséquences écologiques se sont manifestées sans tarder : le niveau des nappes phréatiques baisse et la capacité de stockage de la vallée diminue. Suite aux travaux de drainage, nécessaires pour l’agriculture intensive, l’eau de pluie s’évacue encore plus vite et la vallée de la Lys s’assèche progressivement. Des zones d’activité économique et des appartements ont été aménagés au bord de l’eau, là où, jadis, la rivière était seule à régner. Le lancement du projet Seine-Escaut, qui vise à relier deux des régions industrielles les mieux développées en Europe à une voie navigable pour porte-conteneurs, barges et chalands jusqu’à 4400 tonnes, devrait mettre un terme à cette situation. Parallèlement, le gouvernement flamand avait décidé en 2006 de réhabiliter 500 ha d’espaces naturels dans la vallée de la Lys – obéissant ainsi à la Directive-cadre sur l’eau, qui vise à remettre les rivières d’Europe dans leur état naturel. Les anciens méandres de la Lys devaient ainsi être connectés au canal de la Lys afin de permettre la migration et la reproduction de poissons. Il reste, dans la vallée entre Wervik et Deinze, une dizaine d’endroits où des travaux de réhabilitation peuvent engendrer des prairies humides très fleuries. Des plantes et oiseaux typiques (cigognes, vanneaux huppés) reviendraient y vivre, et les papillons et abeilles retrouveraient leur biotope naturel. Les agriculteurs pourraient contribuer au succès du projet en passant à l’élevage extensif. Les endroits concernés sont d’ailleurs tous classés « zone naturelle » sur le schéma d’aménagement du territoire. Malgré cela, dix ans plus tard, rien n’a été concrétisé, et le gouvernement ne parle plus que de réhabiliter 300 ha. Une pétition lancée en 2015 qui demandait davantage de zones vertes le long de la Lys a obtenu plus de 15.000 signatures. En plus d’être un projet environnemental, la réhabilitation d’une rivière est aussi un projet climatique : avec le changement du climat, nous serons confrontés plus fréquemment à des inondations et à des moments de pénurie d’eau, et notre biodiversité se retrouvera sous pression. Pour pouvoir y faire face, nous avons besoin de zones naturelles plus grandes et connectées entre elles. — www.natuurkoepel.be www.seineschelde.be

PROJECT HERE AND NOW Restoration Of The River Leie

— The Leie has been deepened to allow even more freight traffic. This, of course, has a negative impact on nature: the groundwater level decreases and the water storage capacity of the valley lessens. Drainage works for more intensive agriculture result in a quick drainage of rainwater and drying out of the Leie valley. Industrial areas and high-rise flats along the waterside have been built to the detriment of what used to be an open river landscape. The launch of the Seine-Scheldt project, connecting two of Europe’s strongest industrial regions by means of a waterway for container and pusher boats of up to 4400 tonnes, should mark a turning point in this evolution. In 2006, the Flemish government decided to restore 500 hectares of natural area at once in the Leie valley, thus implementing the European legislation – ‘Water Directive’ – which imposes the best possible restoration of rivers in Europe to their natural condition. Old Leie meanders were to be connected to the Leie canal to make fish migration and breeding possible again. In the valley between Wervik and Deinze, there are about ten areas where environmental restoration can take place and where wet flowery meadowland can arise. Typical plants and birds such as storks and lapwings could once more find their niche here. Butterflies and bees could once more flourish in their specific habitats. Farmers could help to maintain the meadows and practise extensive livestock farming. Most of these project areas are even designated ‘Nature Areas’ in the zoning plan. However, ten years after this government decision, nothing has been done, and the Flemish government now wants to reduce the project from 500 to 300 ha. A petition for more nature along the Leie generated more than 15,000 signatures in 2015. Indeed, river restoration is not only a project for nature but also for the climate. Climate change increases the risk of flooding and water scarcity, and is putting pressure on biodiversity. In order to face this situation, we need larger and connected nature areas. — www.natuurkoepel.be www.seineschelde.be

Blauwe ruimte in de eurometropool

— De Eurometropool Lille, Kortrijk, Tournai (3550 km², 2,1 miljoen inwoners) omvat delen van twee landen en van drie regio’s. Eeuwen lang ontwikkelde dit gebied zich als een samenhangend landschappelijk, stedelijk en economisch netwerk, met rivieren en kanalen als ruggengraat. Het forum Blauwe Ruimte met politici, ambtenaren, burgers en experten pikt de draad van die gedeelde geschiedenis terug op. Deze regio kent een zeer verspreide bebouwing, met veel dorpen en stadskernen. Dit is een zwakte ten opzichte van aantrekkelijke steden in de wijde omgeving als Parijs, Londen, Brussel en Amsterdam. Blauwe Ruimte is een ambitieus toekomstproject dat de beschikbare ruimte via concrete initiatieven en transformaties op nieuwe manieren weet te benutten en te organiseren, gebaseerd op het vaste grid van rivieren en kanalen. Water als fundament voor de toekomstige ontwikkeling van deze grensoverschrijdende metropool. — www.eurometropolis.eu EN/FR — p. XX

LE PROJET A L’HEURE ACTUELLE Blue space in the Eurometropolis

— The Eurometropolis Lille, Kortrijk, Tournai (3550 km², 2.1 million inhabitants) contains parts of two countries and three regions. For centuries this area has developed as a coherent scenic, urban and economic network, with rivers and canals for backbone. The forum Blue Space with politicians, civil servants, citizens and experts picks up the thread of this shared history. This area has a very high building density, with a lot of villages and city centres. This is a weakness with respect to attractive cities in the wide environs such as Paris, London, Brussels and Amsterdam. Blue Space is an ambitious project for the future that wants to utilize and organize the available space in new ways through concrete initiatives and transformations based on the fixed grid of rivers and canals. Water as a foundation for the future development of this cross-border metropolis. — www.eurometropolis.eu 96

PROJECT HERE AND NOW Blue space in the Eurometropolis

6. “ My fake plants died because I did not pretend to water them.”

MITCH HEDBERG

Food and energy

WATER, VOEDING EN ENERGIE De wereldbevolking neemt toe, net als de levensstandaard. Tegen 2030 zijn we met 8,5 miljard mensen, tegen 2050 zelfs met 9,7 miljard, waarvan meer dan 75% in een stad zal wonen. Dit zet een grote druk op onze basisvoorzieningen als water, voedsel en energie. Klimaatwijziging maar ook vervuiling door menselijke activiteiten bedreigen de waterbevoorrading. De algemene vraag naar water neemt tegen 2050 met 55% toe. Zonder ingrijpen zullen 1,4 miljard mensen geen toegang hebben tot basis sanitair en veilig drinkwater. De vraag naar voedsel verdubbelt de volgende 40 à 50 jaar. Daarvoor moet de productie met 2% per jaar groeien en is 10% meer landbouwgrond nodig. Maar halen we die productiegroei met wat we aan water en kennis hebben? Moeilijk, zeker als je weet dat door de stijging van de levensstandaard het dieet eiwitrijker zal worden. We gaan massaal meer vlees eten. Als iedereen evenveel vlees zou eten als nu in de Verenigde Staten het geval is, zo’n 310 gram per persoon per dag (pppd), redden we het absoluut niet. Zakken we naar ongeveer 130 gram pppd, dan kan dat nog lukken. Een Belg eet vandaag gemiddeld 270 gram vlees per dag, een Chinees 170 gram per dag.

L’EAU, LA NOURRITURE

WATER, FOOD

ET L’ÉNERGIE

AND ENERGY

La population mondiale ne cesse d’augmenter tout comme son niveau de vie. En 2030, la terre comptera 8,5 milliards d’habitants, et en 2050, 9,7 milliards dont 75% vivront dans une ville. Cela représente un sérieux défi pour nos commodités de base comme l’eau, la nourriture et l’énergie.

The world’s population is growing and our standard of living is rising. By 2030, there will be 8.5 billion people; by 2050, this figure will have increased to 9.7 billion, over 75% of which will live in a city or town. This puts immense pressure on basic services such as water, food and energy supply.

L’approvisionnement en eau est menacé par le changement climatique mais aussi par la pollution liée aux activités humaines. La demande mondiale en eau va croître de 55% d’ici à 2050. 1,4 milliards de personnes risquent de se voir privées de l’accès à l’eau potable et à des installations sanitaires de base si nous ne prenons pas les mesures qui s’imposent.

Climate change but also pollution caused by human activities threaten our water resources. The overall water demand will increase by 55% by 2050. Without any intervention, 1.4 billion people will not have access to basic sanitation and safe drinking water. The demand for food will double in the coming 40 to 50 years. This requires a production increase of 2% a year and a 10% increase of the total agricultural area. But will we achieve this growth with the available water resources and knowledge? This will be difficult, especially if you consider that the diet of most people will become richer in protein thanks to the rise in the standards of living. A growing number of people will eat more and more meat. If everyone consumes the same amount of

La demande en nourriture va doubler au cours des 40 à 50 prochaines années. La production doit alors grimper de 2% par an, soit 10% de terre arable supplémentaire. Mais est-ce réalisable avec l’eau et le savoir-faire dont nous disposons ? Pas si sûr quand on sait qu’un niveau de vie supérieur se traduit par une consommation plus élevée de protéines : si tout le monde avait la consommation de viande

Door de groei van de wereldeconomie stijgt de vraag naar energie tegen 2050 wereldwijd met 80%. De groeilanden zijn de grootste energiegebruikers en blijven nog lang afhankelijk van fossiele brandstoffen, waarbij ze wel stelselmatig bruinkool vervangen door gas. Het gaat onder meer om de zogenaamde BRICS (Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika) en de MINT (Mexico, Indonesië, Nigeria en Turkije). Water, energie en voedsel zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Water wordt gebruikt voor de extractie, winning, verwerking, raffinage van fossiele brandstoffen, voor de productie van biobrandstoffen en voor het opwekken van elektriciteit (waterkrachtcentrales, golfenergie ...). De waterintensiteit varieert in de energiesector. Olie- en gasproductie vereisen veel minder water dan de productie van olie uit teerzand of uit biobrandstoffen. Het gebruik van biobrandstoffen vraagt een zorgvuldige afweging, gezien het gebruikte water dan niet meer inzetbaar is voor de productie van voeding. Energie is nodig voor het oppompen, de distributie en het zuiveren van water. De energie-intensiteit om toegang te hebben tot verschillende bronnen van water verschilt sterk. Zo vergt het veel minder energie om grondwater of oppervlaktewater op te pompen dan om afvalwater te hergebruiken of zeewater

meat as people in the United States, about 310 grams per person per day (pppd), we will not succeed at all. It might be possible if we reduce our meat consumption to approximately 130 grams pppd. The average Belgian eats 270 grams of meat a day, the average Chinese 170 grams a day.

d’un habitant des Etats-Unis (310g / jour en moyenne), la situation serait intenable. Avec une consommation d’environ 130g par personne/jour, on y arriverait tout juste. Actuellement, un Belge en consomme quotidiennement 270g, un Chinois 170g. La croissance économique mondiale fera grimper la demande en énergie de 80% d’ici 2050. Les pays émergents très énergivores dépendront encore longtemps des combustibles fossiles – bien que le lignite soit systématiquement remplacé par le gaz. Il s’agit notamment des BRICS (Brésil, Russie, Inde, Chine et Afrique du Sud) et des MINT (Mexique, Indonésie, Nigéria et Turquie).

Due to the growth of the world economy, global energy demand will rise by 80% by 2050. The emerging economies are the major energy consumers and will continue to be dependent on fossil fuels for a long time, although they will systematically replace brown coal with gas. These economies include the BRICS countries (Brazil, Russia, India, China and South Africa) and MINT countries (Mexico, Indonesia, Nigeria and Turkey).

Il est impossible de séparer les problématiques de l’eau, de l’énergie et de la nourriture. L’eau est nécessaire pour l’extraction, la transformation, le raffinage des combustibles fossiles, pour la production de biocarburants et pour générer de l’électricité (centrales hydroélectriques, énergie marémotrice). Cependant, la consommation en eau dépend du type d’énergie en question : ainsi, l’extraction de pétrole ou de gaz requiert une quantité d’eau bien inférieure à la production de pétrole à partir de sables bitumineux, ou à la production de biocarburants. Il faut donc attentivement peser le pour et le

Water, energy and food are inextricably linked. Water is used for the extraction, production, processing and refining of fossil fuels, for biofuel production and for the generation of electricity (hydropower plants, wave energy, etc.). The water intensity varies in the energy sector. Oil and gas production require far less water than extracting oil from tar sands or from biofuels. The use of biofuels requires careful consideration, since the water used in the process can no longer be used to grow food.

te ontzilten. Irrigatie is energie-intensiever dan door regen gevoede landbouw en druppelirrigatie is nog energie-intensiever omdat water onder een hogere druk moet worden gezet. Voedselproductie is veruit de grootste consument van de mondiale zoetwatervoorziening. Wereldwijd is de landbouw verantwoordelijk voor een gemiddelde van 70% van de zoetwaterconsumptie door de mens, in sommige landen stijgt dit zelfs tot 80% of 90%. Daarnaast wordt in totaal 30% van de opgewekte energie gebruikt voor de gemechaniseerde productie, verwerking en bereiding van voedsel. Stijgende energieprijzen leiden meteen tot stijgende voedselprijzen. De sterke linken die er bestaan tussen water, energie en voeding hebben tot gevolg dat inspanningen op het niveau van waterbevoorrading een impact zullen hebben op energie, respectievelijk voedselvoorziening en vice versa. De uitdagingen op het gebied van water, energie en voeding dienen bijgevolg in samenhang aangepakt te worden. Waterzuivering biedt in deze kansen voor hergebruik van water, de productie van biomassa/voeding en de terugwinning van grondstoffen en energie. Afvalwater wordt dan ook niet langer als afvalproduct beschouwd, maar als een bron van duurzame energie, grondstoffen en schoon water.

contre avant d’utiliser des biocarburants, car l’eau utilisée pour les fabriquer ne pourra pas être récupérée pour produire de la nourriture.

Energy is needed to pump up, distribute and purify water. The energy intensity to obtain access to different sources of water varies greatly. For instance, a lot less energy is required to pump up groundwater or surface water than to reuse waste water or to desalinate seawater. Irrigation is more energy intensive than rainfed agriculture, and drip irrigation is even more energy intensive as water has to be put under higher pressure.

L’énergie est nécessaire pour le pompage, la distribution et l’assainissement de l’eau. L’intensité énergétique dépend directement de la source d’où provient l’eau : il faut bien moins d’énergie pour pomper l’eau des nappes souterraines ou l’eau de surface que pour réutiliser des eaux usagées ou pour désaliniser l’eau de mer. L’agriculture à irrigation demande davantage d’énergie – surtout dans un système de goutte à goutte, pour lequel l’eau doit être mise sous haute pression – que celle qui a recours à l’eau de pluie.

Food production is by far the world’s largest freshwater consumer. On average, agriculture accounts for 70% of human freshwater consumption worldwide; in some countries this can be as high as 80% or 90%. Additionally, a total of 30% of generated energy is used for the mechanised production, processing and preparation of food. Rising energy prices immediately result in rising food prices.

La production de nourriture est de loin l’activité la plus consommatrice en eau douce. 70% de la consommation humaine en eau douce sont destinés à l’agriculture dans le monde; dans certains pays, ce chiffre atteint même 80% voire 90%. En outre, 30% de l’énergie produite sont utilisés pour la production mécanisée, la transformation et la préparation de la nourriture. Quand le prix de l’énergie augmente, les prix des denrées alimentaires suivent aussitôt.

As a consequence of the strong link between water, energy and food, efforts with regard to water supply will have an impact on energy and food production, and vice versa. The challenges in the field of water, energy and food therefore have to be addressed in conjunction. In this regard, water treatment provides opportunities for water reuse, the produc-

L’eau, l’énergie et la nourriture sont donc

100

De rioolwaterzuiveringen maken elke dag miljoenen liters rioolwater schoon. Zo schoon dat je er in kunt zwemmen en vissen. In de rioolwaterzuiveringen wordt tevens energie gerecupereerd uit het afvalwater onder de vorm van biogas. Ons afvalwater zit daarnaast ook vol schaarse en waardevolle grondstoffen. Van de grondstoffen die uit afvalwater gewonnen worden, kunnen diverse producten zoals papier, bioplastics, bouwstoffen voor asfalt (alginaat) en kunstmest worden gemaakt. Maar er is meer! Ook de micro-organismen (bacteriën, algen) die het afvalwater zuiveren vormen een waardevolle bron van eiwitten.

Dirk Halet, strategisch coördinator Vlaams Kenniscentrum Water (VLAKWA)

tion of biomass / food and the recovery of raw materials and energy. Wastewater is therefore no longer considered as a waste product but as a source of sustainable energy, raw materials and clean water.

intimement liés. Des efforts sur le plan de l’approvisionnement en eau auront donc des conséquences sur les plans énergétique et nutritionnel, et vice versa. Les défis liés à l’eau, à la nourriture et à l’énergie doivent donc être relevés en même temps. Dans cette optique, l’épuration des eaux (chaque jour des millions de litres d’eau) offre des perspectives pour la réutilisation d’eau, la production de biomasse ou de nourriture, et la récupération de matériaux de base et d’énergie. Les eaux usagées ne sont plus considérées comme des déchets, mais comme source d’énergie durable, de matières premières et d’eau propre. Les systèmes d’épuration récupèrent l’énergie de ces eaux résiduelles sous la forme de biogaz. De plus, ces eaux usées recèlent de matières premières rares et précieuses, qui peuvent servir, après récupération, à la production de papier, de bioplastiques, de substances pour l’asphalte (alginate) et d’engrais chimique. Et plus encore : les micro-organismes (bactéries, algues) qui purifient les eaux usagées constituent une source précieuse de protéines.

Millions of litres of sewage are treated and purified on a daily basis. The treated water is so clean it is safe to bathe and fish in. In sewage treatment plants, energy is also recovered from the wastewater in the form of biogas. In addition, our wastewater is rich in scarce and valuable raw materials. Various products such as paper, bioplastics, basic materials for asphalt (alginate) and artificial fertiliser can be made from the raw materials that can be recovered from wastewater. However, there’s more. The micro-organisms (bacteria, algae) that purify the wastewater also constitute a valuable source of protein.

101

Lynn Hershman Leeson (US)

The Infinity Engine — www.lynnhershman.com

L’artiste et cinéaste états-unienne Lynn Hershman Leeson est acclamée dans le monde entier pour son De Amerikaanse kunstenaar usage révolutionnaire en filmmaker Lynn Hershman des nouvelles technoloLeeson wordt internationaal gies. The Infinity Engine geprezen voor haar baanbreexplore la manipulation kende gebruik van nieuwe de l’ADN et la protechnologieën. In The Infinity duction d’organismes Engine, verkent Hershman transgéniques. Comme Leeson de manipulatie van exemple, Hershman DNA en de productie van Leeson utilise des poistransgene organismen. sons-zèbres transgéAls voorbeeld gebruikt ze niques qui s’illuminent transgene Zebravissen, die dans l’obscurité. Un oplichten in het donker. Een organisme transgénique transgeen organisme is een est un organisme au organisme dat een vreemd patrimoine génétique gen, afkomstig van een ander duquel on a ajouté un soort organisme in zijn erfelijk gène provenant d’une materiaal draagt. autre espèce. In een virtueel aquarium zijn Dans un aquarium een aantal zebravissen te virtuel, on peut zien, omgeven door behang voir quelques poismet foto’s van diverse soorten sons-zèbres sur fond de genetisch gemodificeerde papier peint composé planten en organismen. de photos de diverses Daarmee levert zij het tastespèces de plantes et bare bewijs dat genetisch d’organismes génégemodificeerde organismen tiquement modifiés. (GGO’s) tot ons dagelijks leven Elle nous livre ainsi la behoren. preuve tangible que les OGM font désormais 102 partie de notre quotidien.

The American artist and filmmaker Lynn Hershman Leeson has been internationally acclaimed for her pioneering use of new technologies. In The Infinity Engine, Hershman Leeson also explores the manipulation of DNA and the production of transgenic organisms, exemplified by living transgenic zebrafish that glow in the dark. A number of zebrafish are presented in a virtual aquarium, which is surrounded by wallpaper with images of all kinds of genetically modified plants and organisms. The vast number of examples of transgenic plants and animals depicted are palpable evidence that genetically modified organisms (GMOs) now belong to our daily life and have also become an integral part of the art world.

Wake and Sea, 2015, from Fish-Work

Corey Arnold (US) Fish-work

— www.coreyfishes.com

Corey Arnold est un pêcheur et photographe américain. Pêcheur en Corey Arnold is een Alaska depuis 1995, il a Amerikaanse visser en notamment passé sept fotograaf. Sinds 1995 hivers à pêcher le crabe werkt hij als visser in dans la mer de Béring Alaska, waarvan zeven – emploi classé parmi winters in de krabbenvangst op de Beringzee. les plus dangereux au monde à cause du froid, Vrieskou, de opeendes nuits blanches volging van slapeloze nachten en onvoorspel- qui se suivent et des bare stormen maken dit tempêtes imprévisibles. Dans Fish-Work, l’œuvre tot een van de meest de sa vie, il documente gevaarlijke jobs ter la vie des pêcheurs wereld. Fish-Work, zijn levenswerk, is een con- commerciaux en mer par une série de photos tinue fotoreeks waarin illimitée. Quand il n’est hij het leven van compas en mer, il vit dans merciële vissers op zee documenteert. Met be- une usine de conserves langstelling volgt Arnold de saumon abandonnée. Corey Arnold suit de hoe het Amerikaanse près l’entreprise étatsbedrijf AquaBounty Technologies genetisch unienne AquaBounty gemanipuleerde zalm op Technologies qui a mis sur le marché des saude markt bracht. Wordt mons génétiquement natuurlijke visvangst modifiés. La pêche hierdoor overbodig? naturelle va-t-elle ainsi devenir superflue ?

103

American photographer Corey Arnold has worked as a fisherman in Alaska since 1995, and was a crew member aboard a crab boat on the Bering Sea for seven winters. The freezing cold, the succession of sleepless nights and unpredictable storms make this one of the most dangerous jobs in the world. Fish-Work, his life’s work, is a continuous photo series documenting the life of commercial fishermen at sea. Back on land, he lives in an abandoned salmon cannery. Arnold follows with great interest how the American company AquaBounty Technologies marketed genetically manipulated salmon. Will this make natural fishing superfluous?

Dan Rees, Snacks, 2015. Courtesy of the artist and Tanya Leighton, Berlin

Dan Rees (UK) Snacks/Tri Tin

De Britse kunstenaar Dan Rees woont en werkt in Berlijn. Hij toont twee werken die de verschillen in eetculturen tussen het Oosten en het Westen etaleren. Zeewier als bron van vitaminen en mineralen in voedsel is nog niet ingeburgerd, maar wordt een product van de toekomst. De stapel Tri Tin bevat 500 dozen Seagrapes, de eerste grote voorraad zeewier die vervoerd werd van Azië naar Europa. De serie Snacks toont hoe de verpakking van dit toekomstproduct op de markt aangepast wordt aan consumententrends.

104

L’artiste britannique Dan Rees vit et travaille à Berlin. Il présente deux œuvres qui mettent en lumière la différence de cultures nutritionnelles entre l’Orient et l’Occident. La consommation d’algues marines comme source de vitamines et de minéraux n’est pas encore enracinée, mais celles-ci deviennent un aliment d’avenir. Les 500 boîtes de Tri Tin contiennent du « caviar vert » (Caulerpa Lentillifera), le premier stock important d’algues marines transporté d’Asie en Europe. La série Snacks montre la façon dont le marché adapte le conditionnement de ce produit d’avenir aux nouvelles tendances de consommation.

The British artist Dan Rees lives and works in Berlin. He shows two works that exhibit the differences in gastronomic cultures between East and West. Seaweed as a source of vitamins and minerals in food has not yet become established but will be a product of the future. The stack Tri Tin contains 500 boxes of Seagrapes, the first large stock of seaweed that was transported from Asia to Europe. The Snacks series shows how the packing of this product of the future is adapted to consumer trends on the market.

Thomas Feuerstein, NYMPHAE (Manna Sculpture), 2016. Courtesy Gallery Elisabeth & Klaus Thoman Innsbruck/ Vienna

Thomas Feuerstein (AT) NYMPHAE (Manna Sculpture)

— www.thomasfeuerstein.net

Mediakunstenaar Thomas Feuerstein studeerde kunstgeschiedenis en filosofie aan de universiteit van Innsbruck (AT). Hij opereert op het grensgebied tussen natuur, kunst en wetenschap. Zijn werken functioneren als laboratoriumexperimenten waarin hij realiteit en fictie verweeft. Nymphae ziet er dan wel uit als een hybride of futuristische kamerplant en een lamp, het vertelt bovenal het verhaal van een kunstenaar die zelf instaat voor zijn voedsel en pigment produceert waarmee hij schildert. Tegelijkertijd haalt zijn installatie koolstofdioxide uit de atmosfeer en zuivert het water.

105

L’artiste médiatique Thomas Feuerstein a étudié l’histoire de l’art et la philosophie à l’université d’Innsbruck (AT). Il opère à l’endroit où la nature, l’art et la science se rejoignent. Ses œuvres fonctionnent comme des expériences de laboratoire dans lesquelles il mélange la réalité et la fiction. Même si Nymphae ressemble en même temps à une plante d’intérieur hybride ou futuriste et à une lampe, elle raconte avant tout l’histoire d’un artiste qui cultive lui-même sa nourriture et produit lui-même le pigment dont il a besoin pour pouvoir peindre. Et en plus, son installation filtre le dioxyde de carbone de l’atmosphère et purifie l’eau.

Media artist Thomas Feuerstein studied art history and philosophy at the University of Innsbruck (AT). He operates on the borderline between nature, art and science. His works function as laboratory experiments in which reality and fiction are interwoven. Nymphae may look like a hybrid between a futuristic houseplant and a lamp, but above all it tells the story of an artist who grows his own food and produces the pigment with which he paints. At the same time, his installation removes carbon dioxide from the atmosphere and purifies water.

In opdracht van de stad Genk (BE) ontwikkelden de Nederlandse designers Mats Horbach en Anne Ligtenberg toekomstscenario’s die vertrekken vanuit het industriële verleden van de stad, in het bijzonder de viskwekerijen. Ze tonen een toekomst waarin Genk niet wacht tot bedrijven er zich vestigen, maar waarin de stad proactief zelf nieuwe industriële activiteiten ontwikkelt. In de Middeleeuwen bouwden inwoners van Genk visvijvers in het natuurgebied De Maten. Daarin werd voldoende vis gekweekt voor de lokale consumptie. Op vandaag wordt het warme water uit de koeltorens van de energiecentrale van Langerlo gebruikt om koikarpers te kweken.

Anne Ligtenberg & Mats Horbach

Assembling Initiatives — www.ateliermats.nl www.anneligtenberg.nl

106

À la demande de la ville de Genk (BE), les designers néerlandais Mats Horbach et Anne Ligtenberg ont élaboré des scénarios d’avenir partant du passé industriel de la ville, et en particulier de sa tradition de pisciculture. Ils présentent une vision d’avenir dans laquelle Genk n’attend pas que des entreprises viennent s’installer sur place, mais développe de manière proactive de nouvelles activités industrielles. Au Moyen- ge, les habitants de Genk ont construit des viviers dans le parc naturel De Maten, où ils élevaient assez de poisson pour la consommation locale. À ce jour, l’eau chaude de la tour de refroidissement de la centrale électrique de Langerlo sert à cultiver des carpes Koï.

For the city of Genk Dutch designers Mats Horbach and Anne Ligtenberg have created future scenario’s in keeping with the traditions of Genk’s industry and especially its fish farm culture. The playful scenarios are produced on an assembly line. They show a future in which Genk doesn’t wait for a new industry to move into the area, but one in which Genk pro-actively creates new industries themselves. In the Middle Ages the people of Genk build fish ponds in the Maten to grow fish for consumption to provide enough food for the people in the area. Nowadays, even the warm water from the cooling towers of the energy plant of Langerlo is used to grow koi carp.

107

108

Sioen Industries (BE) AT~SEA

— www.sioen.com

Sioen Industries NV is een gediversifieerde beursgenoteerde groep, met een uitgebreid portfolio aan activiteiten en producten: spinnen, weven en coaten van technisch textiel, confectie van kledij, productie van fijnchemicaliën. Het bedrijf participeerde in het door de Europese Unie mee gefinancierde AT~SEA consortium, dat de ontwikkeling van geavanceerd technisch textiel onderzoekt om in de Europese open wateren zeewier (macroalgen) te kweken.

109

Sioen Industries NV est un groupe coté en bourse, diversifié, qui offre une gamme étendue d’activités et de produits : filage, tissage et revêtement de textiles techniques, confection de vêtements, production de chimie fine. L’entreprise participe au consortium AT~SEA, partiellement financé par l’UE, qui étudie le développement de textile de haute technologie pour la culture d’algues marines (macro-algues) dans les eaux européennes.

Sioen Industries NV is an innovative Belgian company that has an extensive portfolio of products and activities: spinning, weaving and coating, manufacturing of garments, production of fine chemicals and processing of technical textiles. The company took part in the AT~SEA consortium funding by the European Commission that researches the development of advanced technical textiles to cultivate seaweed (macroalgae) in European open seas.

Gyula Bodonyi (HU) Algaebulb

De Hongaarse industrieel productdesigner Gyula Bodonyi ontwierp de AlgaeBulb, een levend ecosysteem dat, net als kamerplanten, de luchtkwaliteit in gesloten ruimtes verbetert. Zijn prototype bestaat uit twee delen. Het onderste deel is een kleine luchtdoorlatende tank gevuld met algen. Het bovenste deel bevat een led-lamp en een kleine pomp die lucht door de algenkolonie stuwt en zo zuurstof produceert. De AlgaeBulb is nog niet klaar voor commerciële doeleinden, maar draagt bij aan geavanceerd onderzoek naar nieuwe toepassingen voor het gebruik van algen.

Le concepteur de produits industriels hongrois Gyula Bodonyi a inventé l’AlgaeBulb, un écosystème vivant qui améliore la qualité de l’air dans des espaces fermés, comme les plantes d’intérieur. Son prototype est composé de deux parties. La partie du bas est un petit réservoir perméable à l’air rempli d’algues. La partie du haut comporte une lampe à LED et une petite pompe qui propulse l’air à travers la colonie d’algues pour ainsi produire de l’oxygène. L’AlgaeBulb n’est pas encore prête pour l’utilisation commerciale, mais contribue déjà aux efforts de recherche avancée pour trouver de nouvelles façons d’utiliser les algues.

110

Hungarian industrial product designer Gyula Bodonyi designed the AlgaeBulb, a living ecosystem which, just like houseplants, improves the indoor air quality. The prototype consists of two compartments. The bottom compartment is a small air-permeable container filled with algae. The top compartment contains a LED and a small pump that forces air through the algal colony so that it produces oxygen. The AlgaeBulb is not yet ready for commercialisation, but contributes to advanced research into new applications for the use of algae.

Eandis (BE)

Warmtenetten — www.eandis.be

Een warmtenet is een energieconcept om restwarmte van een fabriek of verbrandingsoven, of aardwarmte van diep onder de grond, te gebruiken voor de centrale opwarming van water. Een netwerk van goed geïsoleerde ondergrondse leidingen brengt dat water tot in woningen en bedrijven voor verwarming en sanitair warm water. Energie die anders verloren gaat, wordt zo op een duurzame manier hergebruikt. In Kuurne en Harelbeke legt Eandis meer dan zes kilometer nieuw warmtenet aan. De restwarmte van de afvalverbrandingsoven van intercommunale Imog zorgt zo voor verwarming en warm water in bijna 700 nieuwe gezinswoningen. Dit is goed voor een CO2-reductie van 917 ton per jaar.

Un réseau de chaleur est un concept énergétique permettant d’utiliser la chaleur résiduelle d’une usine ou d’un incinérateur ou la chaleur géothermique pour réchauffer de l’eau à un endroit central. Un réseau de conduites souterraines extrêmement bien isolées amène cette eau jusque dans les habitations privées ou les entreprises, pour pourvoir aux besoins de chauffage et d’eau chaude sanitaire. Le réseau récupère ainsi de l’énergie qui sinon se perdrait, et la réutilise durablement. A Kuurne et Harelbeke, Eandis installe actuellement un nouveau réseau de chaleur d’une longueur de plus de six kilomètres. La chaleur résiduelle de l’incinérateur de l’intercommunale Imog pourvoira aux besoins en eau de chauffage et eau chaude sanitaire de presque 700 nouvelles habitations. Cela équivaut à une réduction de CO2 de 917 tonnes par an.

111

A heating network is the energy concept of using waste heat from factories or incinerators, or geothermal energy from deep underground to heat water centrally. A network of well-insulated underground pipes brings the water to houses and businesses for heating and sanitary hot water. This way, energy that would otherwise be lost is reused in a sustainable manner. Eandis has constructed a new heating network of over six kilometres in Kuurne and Harelbeke. The waste heat from the incineration plant of intermunicipal association Imog now provides heating and hot water to nearly 700 new family homes. This amount to a CO2 emission reduction of 917 tonnes a year.

112

PTI . HOWEST . UGENT . AQUA4C . URBANCROPS . VINK . AQUATIC NATURE Aquacultuur Kreeften

— Drie kennisinstellingen (PTI Kortrijk, Howest en UGent) en vier bedrijven (Aqua4C, Urbancrops, Vink en Aquatic Nature) voeren onderzoek naar de meest optimale ritmes voor het kweken van kreeften in aquacultuur. De groei van kreeften wordt sterk beïnvloed door de daglichtcyclus en de maanlichtcyclus. Kreeften groeien enkel wanneer ze vervellen. Dat proces gebeurt in de natuur bij nieuwe maan. Een speciaal gestuurde led-verlichting kan dit proces versnellen. Het creëert optimale kweekomstandigheden: een lange dag met een beperkte daglichtintensiteit en tijdens de nacht wordt de natuurlijke maancyclus gevolgd. Red Claw rivierkreeften kunnen op een volledig vegetarisch dieet gekweekt worden. Het kweekwater wordt gebruikt om met een periodiek eb en vloed systeem sla te kweken onder een geoptimaliseerde led-verlichting. Een gesimuleerd rietveld verwijdert het overschot aan nutriënten. — www.pti.be - www.howest.be - www.ugent.be - www.omegabaars.be - www.urbancrops.be www.vink.be - www.aquatic-nature.be EN/FR — p. XX

113

LE PROJET A L’HEURE ACTUELLE PTI . HOWEST . UGENT . AQUA4C . URBANCROPS . VINK . AQUATIC NATURE Ecrevisses d’Aquaculture

— Trois centres du savoir (PTI Kortrijk, Howest et UGent) et quatre entreprises (Aqua4C, Urbancrops, Vink et Aquatic Nature) tentent de découvrir ensemble le rythme qui convient le mieux à l’élevage d’écrevisses en aquaculture. La croissance des écrevisses est fortement influencée par le cycle de la lumière du jour et du clair de lune. Les écrevisses ne poussent que lorsqu’elles muent – ce qui, dans la nature, n’arrive qu’à la nouvelle lune. Une illumination spéciale à l’aide de lampes à LED peut accélérer ce processus. Cela crée des conditions d’élevage optimales: de longues journées à faible luminosité, et des nuits qui suivent le cycle lunaire naturel. Les écrevisses de rivière Red Claw peuvent être élevées avec une nourriture purement végétale. L’eau d’élevage est utilisée pour faire pousser de la salade à travers un système de marées périodiques sous une illumination à LED optimalisée. Une roselière simulée élimine les nutriments excédentaires. — www.pti.be - www.howest. be - www.ugent.be - www.omegabaars.be - www.urbancrops. be - www.vink.be - www.aquatic-nature.be

PROJECT HERE AND NOW PTI . HOWEST . UGENT . AQUA4C . URBANCROPS . VINK . AQUATIC NATURE Crayfish Aquaculture

— Three knowledge institutions (PTI Kortrijk, Howest and UGent) and four companies (Aqua4C, Urbancrops, Vink and Aquatic Nature) conduct research into the optimum processes for breeding crayfish in aquaculture. The growth of crayfish is strongly influenced by the daylight cycle and the moonlight cycle. Crayfish only grow when they moult. In the wild, this process occurs at new moon. Specially controlled LED lighting can speed up this process. It creates optimum growing conditions: long days with limited daylight intensity, while the natural moon cycle is followed at night. Red claw crayfish can be raised on a fully vegetarian diet. The water in which the crayfish are farmed is used to grow lettuce by means of a periodic irrigation system under optimised LED lighting. A constructed wetland removes excess nutrients. — www.pti.be - www.howest. be - www.ugent.be - www.omegabaars.be - www.urbancrops. be - www.vink.be - www.aquatic-nature.be 114

7. “ The underlying question that sits at the core of my exploration is: to what degree can we shape water before it begins to shape us.”

EDWARD BURTYNSKY

climate change

115

KLIMAATVERANDERING Water is in gevaar. Onze watervoorraden slinken. Tegelijkertijd kunnen riolen en rivieren de hevige regenbuien niet meer aan. Het lijken twee uitersten, maar deze problematieken zijn nauw verwant. Hoe komt dat? De voornaamste reden ligt bij de ruimtelijke ordening van de vorige eeuw. België heeft met haar betonneringsdrift 18,3% van het grondoppervlak volgebouwd. Dit percentage stijgt alleen maar. De vele verharding zorgt ervoor dat er minder water insijpelt in de bodem, dat het water sneller afstroomt en zich verzamelt op plaatsen waar het niet gewenst is. Plekken die vroeger tot de winterbedding van ons rivierenstelsel behoorden, zijn intussen bebouwd en rivieren en beken zijn rechtgetrokken, ingekokerd of verlegd. Veel van het van nature overstroombare gebied is ingenomen. De winterbedding waar het afstromende water normaal wordt vastgehouden door begroeiing op de oevers, poelen en andere landschapselementen, is veelal vervangen door rioleringsbuizen en ondergrondse bekkens. Het water is aan ons zicht onttrokken. Vaak weten we niet eens meer of we ons in een vallei bevinden of niet.

LE CHANGEMENT

CLIMATE CHANGE

CLIMATIQUE

Water is in danger. Our water supplies are steadily decreasing. At the same time, sewers and rivers cannot cope with heavy rainfall anymore. These problems seem to be two extremes, but they are in fact closely related. Why is that?

L’eau est en danger. Nos réserves en eau diminuent. En même temps, les canalisations et les rivières ont du mal à avaler toute l’eau lors de grandes averses. Deux réalités à première vue tout à fait opposées. Pourtant, elles sont intimement liées. Pourquoi ?

The main reason lies with our country’s spatial planning during the last century. Due to Belgium’s love for concrete, 18.3% of the surface area is now built on and hardened, and this percentage keeps rising. Paving results in less water seeping into the groundwater, quicker drainage of water and thus more water stagnating where it is not wanted.

La cause principale est la politique d’urbanisation du siècle dernier. Amoureuse du béton, la Belgique a imperméabilisé pas moins de 18,3% de sa superficie, et ce pourcentage ne cesse de croître. Depuis, l’eau à plus de mal à s’infiltrer dans le sous-sol pour rejoindre les nappes phréatiques, et s’écoule plus rapidement pour s’accumuler à des endroits où elle n’est pas désirée.

Much of the natural floodplains have been taken up. Places that used to belong to the winter bed of our river system have been built on, and rivers and brooks have been straightened, piped or moved. The winter bed that normally retains the water running downstream thanks to the vegetation of the banks, pools and other landscape features, has been replaced by sewage pipes and underground basins. Water has been hidden from our view. Often we do not even know whether we find ourselves in a valley or not.

L’homme a rectifié les courbes des rivières, des cours d’eau ont été enfouis ou déplacés. Des édifices ont été construits là où jadis, des rivières avaient leur lit en hiver. Bon nombre de zones d’inondation naturelles sont occupées. Le lit d’hiver – qui servait de réservoir pour l’eau en attendant qu’elle puisse s’écouler – avec ses rives verdoyantes, ses mares et autres éléments paysagers, a été rem-

116

Door de klimaatverandering mogen we ons aan minder maar hevigere buien verwachten. Er zal meer neerslag in een kortere periode moeten afgevoerd worden bovenop de versnelde afstroom door de hoge mate van verharding in Vlaanderen. Beide factoren samen kunnen veel hinder en schade veroorzaken door overstromingen. Onze rioolstelsels zijn niet berekend op dergelijke volumes en laten het vandaag al vaak afweten. Ook de rivieren kunnen dit extra volume water niet langer probleemloos afvoeren. De jarenlange inperking van hun natuurlijke loop, de indamming, de verharding van de oevers en inbuizen van zijlopen leiden tot een beperking van hun capaciteit. Ook de zeespiegel stijgt door het smelten van de ijskappen in de poolgebieden. Het peil van de Noordzee dreigt door de klimaatverandering tegen 2100 met meer dan een meter te stijgen. Om het kustlandschap te beschermen, moeten drastische keuzes worden gemaakt. De mogelijkheid om de Westkust met de steden De Panne, Koksijde, Veurne, Nieuwpoort en Middelkerke onder te laten lopen, is één van de vier scenario’s in de studie ‘Metropolitaan Kustlandschap 2100’. Let wel: het gaat om de meest extreme en minst waarschijnlijke optie.

Due to climate change we can expect fewer but heavier rain showers. More rainfall will then have to be discharged in a shorter period, and on top of that, water runs faster due to paved surfaces. Together this can cause a great deal of hindrance and damage because of flooding sewers, since our sewage networks are not built to cope with such volumes and may fail.

placé par des canalisations d’évacuation et des bassins souterrains. La plupart du temps, nous ne savons plus si nous nous trouvons ou non dans une vallée. Les averses deviendront moins fréquentes mais plus intenses. Il faudra donc évacuer davantage d’eau en moins de temps. A cela s’ajoute un écoulement déjà accéléré à cause des surfaces imperméabilisées. Cumulés, ces éléments peuvent causer beaucoup de nuisances et de grands dégâts lorsque les canalisations débordent, d’autant que nos réseaux d’égouts peinent déjà à jouer leur rôle face à de tels volumes.

Rivers cannot take this extra volume of water either, for their flow has been restricted, they have been dammed, their banks have been paved and their tributaries piped. As a result, their capacity has been reduced and there is a greater risk of floods.

Les rivières n’arrivent pas non plus à absorber le surcroît de volume, parce que les modifications de leur cours, les barrages, les rives bétonnées et la canalisation des affluents ont fortement réduit leur capacité d’évacuation de l’eau.

Moreover, sea levels are rising because of the melting ice caps in the polar areas. Due to climate change, the North Sea could rise by more than one meter by 2100. To protect the coastal landscape, radical choices will have to be made. The possibility to have the west coast – with the cities of De Panne, Koksijde, Veurne, Nieuwpoort and Middelkerke – submerged is one of the four scenarios in the study ‘Metropolitaan Kustlandschap 2100’ (Metropolitan Coastal Landscape 2100).Note: this is the most extreme and least likely option.

En outre, le niveau de la Mer du Nord pourrait monter de plus d’un mètre d’ici 2100, au regard notamment de la fonte des calottes glaciaires de l’Arctique et de l’Antarctique. Pour protéger le paysage côtier, des décisions radicales s’imposent. Un des quatre scénarios envisagés dans l’étude Metropolitaan Kustlandschap 2100 (Paysage métropolitain de la côte

117

In tegenstelling tot de laaggelegen polders en de regio Brugge, zal de zeespiegelstijging geen directe impact hebben op Zuid-West-Vlaanderen. Wél kan de stijging invloed hebben op de afvoer van de rivieren. Als er stormvloed is op zee, komt het waterniveau zo hoog te staan dat er lange tijd geen mogelijkheid is om water uit de rivieren af te voeren. Wanneer de storm tegelijkertijd zorgt voor hevige regenbuien landinwaarts, kunnen de zijbeken geen water afvoeren naar de rivier. De bebouwing is tijdens de vorige eeuw verspreid over het landschap gerealiseerd, vaak in de winterbedding van deze beken, zonder rekening te houden met mogelijke overstromingen. Met alle gevolgen vandien. Experts voorspellen in de toekomst minder maar hevigere buien, waardoor het hemelwater de tijd niet krijgt om in de bodem te dringen. Door de afgenomen capaciteit van de grondwaterlagen gelden al strenge regels voor het oppompen van grondwater. Finaal zal er minder neerslag vallen in onze contreien. Landbouwers en ondernemers ervaren nu al de waterschaarste. De grondwatervoorraden zijn danig gezakt en het water kan niet snel genoeg aangevuld worden om te voldoen aan het tempo dat het opgepompt wordt. Het is ook niet eenvoudig om grondwatervoorraden aan te vullen of water te laten infiltreren naar de juiste grondwaterlaag. Wanneer we bijvoorbeeld in Zuid-West-Vlaanderen grondwater oppompen, wordt een watervoorraad aangesproken die zich uitstrekt onder Noord-Frankrijk. Kortom, door de klimaatverandering zullen

In contrast to the low-lying polders region and the region of Bruges, the sea level rise will not have a direct impact on South West Flanders. However, the rise can have an impact on the discharge of rivers. In the event of a storm tide at sea, the water level could rise so high that it would be impossible to discharge water from the rivers for a long time. If the storm also caused heavy showers inland, the tributaries would not be able to discharge water into the river. The buildings that were spread all over the landscape during the last century were often constructed in the winter bed of these brooks without regard for areas prone to flooding.

2100) serait de laisser inonder la Côte Ouest avec les villes de La Panne, Koksijde, Furnes, Nieuport et Middelkerke. Mais attention : il s’agit là du scénario le plus extrême et le moins probable. Le côté sud de la province de Flandre occidentale, contrairement à la terre de basse altitude de la région des polders et à la région de Bruges, ne sera pas directement affecté. Mais la hausse du niveau de la mer aura des conséquences pour la capacité d’écoulement des rivières : ainsi, une violente tempête pourrait entraîner une hausse importante du niveau de l’eau, suite à quoi les rivières ne pourront pas se jeter à la mer pendant un certain temps. Si la tempête est accompagnée de fortes pluies à l’intérieur du pays, les affluents ne pourront pas se jeter dans la rivière. Les édifices érigés çà et là dans le paysage au cours du siècle passé se trouvent souvent dans le lit d’hiver de ces affluents et ruisseaux, sans que personne n’ait tenu compte de la zone d’expansion de crue de ces derniers.

Because of the reduction in the amount of aquifers, strict rules have been imposed for groundwater extraction. The changing climate will require even more efforts. It will lead to heavier and shorter showers which means that in the end there will be less rainfall. Right now, farmers and entrepreneurs are already experiencing drought: groundwater reserves have decreased and cannot be restocked at the same rate they are being extracted. Moreover, it is not easy to restock groundwater reserves by having water infiltrate the right aquifer. But the groundwater extracted in South West Flanders, for example, comes from a water supply exisiting

La diminution des nappes phréatiques a entraîné l’instauration de règles strictes pour le pompage des eaux souterraines. Avec le changement du climat, il faudra redoubler d’efforts, car des averses plus intenses et moins fréquentes signifient

118

alle sectoren hun inspanningen nog moeten opschroeven. De klimaatverandering is een feit en het zal nog veel bijkomende inspanningen vergen om zowel droogte als ernstige implicaties te vermijden. De verandering is onomkeerbaar, maar mogelijk te beperken. Wetenschappers, water-, landen andere bouwkundig ingenieurs aan intussen op zoek naar adaptieve woonvormen, landbouwtechnieken, infrastructurele aanpassingen … om ons landschap beter aan te passen aan het veranderende klimaat.

— Isabelle Putseys, programmaregisseur Blauw-Groen Netwerk, Intercommunale Leiedal

below northern France.

qu’il y aura moins d’eau de pluie. Déjà aujourd’hui, agriculteurs et entrepreneurs ressentent la sécheresse : les réserves d’eau douce ont baissé et il est impossible de les alimenter à la même allure que le pompage. Par ailleurs, la ré-alimentation est un exercice fort difficile : il faut guider l’eau pour qu’elle s’infiltre dans la nappe phréatique visée. Mais l’eau pompée dans le sud de la province de Flandre Occidentale, par exemple, vient d’une réserve qui s’étend sous le Nord de la France.

Climate change is a fact and we will have to put in a greater effort to avoid both drought and damage to our community. The change is irreversible, but we can try to limit it. Scientists, hydraulic, agricultural and other structural engineers are looking for adaptive forms of housing, farming techniques, infrastructural adjustments, etc. to adapt our landscape to the changing climate.

Le changement climatique est un fait et des efforts supplémentaires seront nécessaires pour éviter la sécheresse et les dommages à la communauté. Le changement est irréversible, mais il n’est peutêtre pas trop tard pour l’endiguer. Scientifiques, ingénieurs hydrauliques, agricoles et de construction conçoivent des formes de logements adaptables, des nouvelles techniques agricoles, des modifications d’infrastructures afin de préparer notre paysage aux changements du climat.

119

Johansons Voldemars (LV) Aero Torrents 2007

â&#x20AC;&#x201D; www.johansons.info

Het werk van Johansons Voldemars combineert zijn interesses voor het visuele, klank en wetenschap. Hij maakt experimentele projecten die een synthese zijn van kunst, wetenschap en technologie om diverse verschijnselen te onderzoeken en de ervaring weer te geven via omgevingen die samengesteld zijn uit de visuele, akoestische en ruimtelijke structuren. De Aero Torrents installatie (2007) is een sculptuur in de vorm van een golf die geprojecteerd wordt op het wateroppervlak door geluidsvibratie afgeleid uit meteorologische gegevens die verworven werden gedurende extreme stormen in het recent verleden van Europa. De combinatie van drie materialen : lucht, water en geluid simuleert een chaotisch ecosysteem waarbij de opgenomen windintensiteit en de richtingspatronen overgedragen worden door klankgolven. Klimaat wordt beschreven als een chaotisch systeem dat beschreven kan worden door het gebruik van niet-lineaire dynamica en vreemde attractoren maar geen enkel computersysteem, hoe vernuftig ook, is tot nog toe in staat geweest om het weer op lange termijn te voorspellen en te interpreteren. Stormen en winden zijn almaar heviger geworden de laatste jaren, en dat wijst op een klimaatverandering. Een van de meer opmerkelijke uitingen van verandering is het toenemend aantal en de steeds grotere schaal van natuurrampen en stormen die verwoesting aanrichten over de hele wereld elk jaar.

120

L’œuvre de Voldermārs Johansons conjugue l’intérêt qu’il porte au visuel, au son et à la science. Il crée des projets expérimentaux qui synthétisent l’art, la science et la technologie afin d’explorer divers phénomènes et il illustre l’expérience par le biais d’assemblages de structures visuelles, acoustiques et spatiales. L’installation Aero Torrents (2007) est une sculpture en forme de vague projetée sur une surface d’eau par vibration sonore, dérivée de données météorologiques recueillies ces dernières années en Europe lors de tempêtes extrêmement violentes. La combinaison de trois matériaux – air, eau et son – stimule un écosystème chaotique dans lequel les schémas d’intensité et d’orientation des vents enregistrés sont transférés par ondes sonores. Pour décrire le climat comme un système chaotique, on peut faire usage d’une dynamique non linéaire et d’attracteurs étranges ; cependant aucun dispositif informatique, si performant soit-il, n’a jusqu’à présent pu prédire et interpréter des conditions météorologiques à long terme. Les tempêtes et les vents sont devenus plus intenses au cours des dernières années, indiquant un changement climatique. L’une des manifestations les plus notables de ce changement est le nombre et l’ampleur accrus des catastrophes naturelles dévastatrices qui sévissent chaque année, dans le monde entier.

The work of Voldemārs Johansons merges his interests in visuality, sound and science. He creates experimental projects that synthesize art, science and technology to explore diverse phenomena and represent the experience through environments assembled from the visual, acoustic and spatial structures. The installation Aero Torrents (2007) is a waveform sculpture projected on the surface of water by sonic vibration, derived from meteorological data acquired during extreme storms of recent years in Europe. The combination of three materials: air, water and sound simulates a chaotic ecosystem where recorded wind intensity and direction patterns are transferred by waves of sound. Climate is described as a chaotic system that can be described by employing non-linear dynamics and strange attractors; yet no computing device, however capable, has so far been able to predict and interpret long-term weather conditions. Storms and winds have grown stronger over the past years, indicating climate change. One of the more noticeable manifestations of change is the increasing number and scale of natural disasters and storms that wreak devastation all over the world every year.

121

Johansons Voldemars (LV) Thirst 2015

— www.johansons.info

Thirst is een audiovisuele illustratie van de Atlantische oceaan gedurende een hevige storm. De documentatie van het visueel en geluidsexpressief zeelandschap werd gemaakt in de Faeroereilanden als de registratie van een hevige storm met klankopname en in één enkele onversneden shot. Het werd opgenomen vanop een rots op de kust zodat de camerahoek samenvalt met een menselijk gezichtspunt. De audiovisuele installatie nodigt je uit het landschap van onrustige wateren, wind, regen en lawaai binnen te treden en het te bekijken en beluisteren vanop afstand, wat onmogelijk zou zijn in de natuurlijke omstandigheden wanneer bewondering vervangen wordt door angst.

THIRST est une documentation audiovisuelle de l’océan Atlantique pendant une tempête. Cette marine expressive, tant sur le plan visuel que sonore, produite aux îles Féroé, se compose d’un plan séquence ininterrompu d’une violente tempête et de son enregistrement audio. Filmée à partir d’un rocher en bord de mer, de la terre ferme donc, le point de vue de la caméra correspond à une perspective humaine. L’installation audiovisuelle invite à entrer dans le paysage d’eaux troublées, de vent, de pluie et de rugissements, à l’observer et à l’écouter à distance, ce qui est impossible dans des circonstances naturelles, quand la peur supplante le ravissement.

122

THIRST is an audiovisual documentation of Atlantic ocean during a strong storm. The documentation of the visually and sonically expressive marine landscape was produced in the Faroe Islands as single-shot uncut registration of violent storm with a sound recording. It was shot from the position on the firm rock of the coast, so that the camera view coincides with a human point of view. The audio-visual installation invites to enter the landscape of troubled waters, wind, rain and noise and to observe and listen to it from a distance, the action impossible in the natural circumstances when admiration is replaced with fear.

De installatie Fluctus van kunstenaar Jonas Vansteenkiste toont een bevreemdende verstilling van een landschap en een huis midden een overstroming. Bij stilstand lijkt het wateroppervlak op een spiegel. Bij regen stroomt de tafel over. We zien het moment na de ramp en voor het herstel; het moment van eenzaamheid en onmacht. Vansteenkiste liet zich inspireren door foto’s van door dijken ommuurde huizen in Amerikaanse overstromingsgebieden. De poëtische verschijning van een overstroomd landschap refereert naar de stijgende waterspiegel en nakend onheil.

L’installation Fluctus de l’artiste Jonas Vansteenkiste présente un étrange paysage inerte : une table sur laquelle émerge une maison au milieu d’une zone inondée. Stagnante, la surface de l’eau ressemble à un miroir. Lorsqu’il pleut, la table déborde. On voit alors le moment après la catastrophe et avant le rétablissement ; le moment de solitude et d’impuissance. Vansteenkiste s’est inspiré de photos de maisons ceintes par des digues dans des zones inondables aux ÉtatsUnis. L’apparition poétique d’un paysage immergé fait référence à l’augmentation du niveau de l’eau et aux calamités imminentes.

The installation Fluctus by artist Jonas Vansteenkiste shows a strange tranquillity of a landscape and a house in the middle of a flood. Standing still, the surface of the water is like a mirror. When it rains the table is flooded. We see the moment after the disaster and before the recovery ; the moment of loneliness and powerlessness. Vansteenkiste lets himself be inspired by pictures of houses walled in by dikes in American flooding zones. The poetic apparition of a flooded landscape refers to the mounting water level and imminent catastrophe.

Jonas Vansteenkiste (BE) Fluctus

— www.jonasvansteenkiste.blogspot.be

123

124

Actieve burgers bouwen 100 nieuwe tegeltuinen

— De temperatuur in de stad ligt hoger dan in het omliggende landelijk gebied. Het temperatuurverschil kan oplopen tot 4°C en is ’s nachts het hoogst. De belangrijkste oorzaken van dit hitte-eilandeffect zijn de absorptie van zonlicht door de in de stad aanwezige donkere materialen, de vrijgekomen warmte uit airconditioning, vervoer en industrie en de relatief lage windsnelheden in de stad. Bouwkundige maatregelen en meer groen in de stad verminderen dit. Zo zorgen groendaken voor een vertraagde hemelwaterafvoer en minder verhitting wanneer de zon er loodrecht op straalt. Ook groene plekjes, hoe klein ook, geven verkoeling en zorgen ervoor dat water niet afstroomt maar in de bodem dringt. Enkele tegels uit het trottoir halen en er een klimplant in plaatsen maakt een verschil. Actieve burgers in Kortrijk grijpen Water.War aan om in drie maanden tijd honderd nieuwe tegeltuinen aan te leggen. Dat doen ze samen met de buren in een collectief avontuur. Welkom in je Groene Straat! — www.groenestraat.be EN/FR — p. XX

125

LE PROJET A L’HEURE ACTUELLE Des citoyens actifs aménagent 100 nouveaux jardins de trottoir

— La température en milieu urbain est plus élevée que dans la campagne environnante. La différence de température, plus grande durant la nuit, peut atteindre jusqu’à 4°C. Les causes principales de ces îlots de chaleur urbains sont l’absorption de lumière solaire par les matériaux sombres présents dans les villes, la chaleur qui se dégage de la climatisation, du transport et de l’industrie et la vitesse réduite du vent. Des mesures architectoniques et plus de verdure dans les villes réduisent cet effet. Ainsi, les toits verts ralentissent l’écoulement des eaux de pluie et limitent le réchauffement quand le soleil est au zénith. Des coins de verdure, si petits soient-ils, rafraîchissent et permettent à l’eau de ne pas s’écouler en vain, mais de pénétrer dans le sol. Retirer quelques pavés du trottoir et y planter une plante grimpante fait une différence. Des Courtraisiens actifs saisissent Water.War pour aménager 100 nouveaux jardins de trottoir. Ils le font en partenariat avec le voisinage, dans le cadre d’une aventure collective. Bienvenue dans votre rue Verte! — www.groenestraat.be

PROJECT HERE AND NOW Active citizens build 100 new tile gardens

— The temperature in the city is higher than in the surrounding rural area. This difference can amount to 4° C and is highest at night. The most important causes of this ‘heat-island’ effect are the absorption of sunlight by the dark materials in the city, the warmth released from air conditioning, transport and industry and the relatively low wind speed in the city. Architectural measures and more green in the city reduce this. Green roofs f.i. slow down the drainage of rainwater and reduce the heat when the sun radiates on top of them. Also green spots, however small, provide cooling and prevent the water from streaming away so that it can penetrate into the soil. Removing a few tiles from the pavement and putting in a climbing plant makes a difference. Active citizens in Kortrijk take advantage of Water.War to lay out 100 new tile gardens in a period of three months. They do this together with their neighbours in a collective adventure. Welcome to your Green Street! — www.groenestraat.be

Water.War Organisatie —

Subsidiënten, Partners, Sponsors —

127

COLOFON

Water.War Expo — Curator Christophe De Jaeger (Gluon) Projectleiding Franky Devos Assistent Curator Ilse Raps, Ramona Vangansbeke Projectteam Roos Desmet, Gerda Flo, Joost Fonteyne, Dirk Halet, Matthieu Marisse, Tine Mayeur, Isabelle Putseys, Nils Vanantwerpen, Stijn Van Dierdonck, Lise Van Tendeloo Communicatie en publiekswerking Hannah Maddens, Sarah Verzele Projectmedewerker Larissa Viaene Productieleiding Dimitri Kerckhof, Hans Vandenberghe, Jan Vandenbussche Grafische Vormgeving Charles Bleuzé (Ars Grafica) Gidsen Liliane Basyn, Sarah Bordon-Soens, Jonathan Cant, Lieve Debaillie, Delphine Denaghel, Sam Deroo, Liselotte Desimpelaere, Els Germonpré, Emma Joye, Nele Monserez, Beatrice Ramboux, Maïté Van Houtte, Annemie Verlinden, Sarah Vermeirsch, Eddy Vanyzere

Water.War Catalogus — Auteurs Christophe De Jaeger, Franky Devos, Gerda Flo, Dirk Halet, Isabelle Putseys, Ilse Raps, Ramona Vangansbeke, Johan Verstraete Eindredactie Franky Devos, Jeroen Vanthournout Coördinatie Sarah Verzele Grafische Vormgeving Charles Bleuzé (Ars Grafica), Giovanni Maes Druk Sint-Joris Verantwoordelijke uitgever AGB Buda Kortrijk, Grote Markt 54, 8500 Kortrijk

www.waterwar.be Every effort has been made to trace copyright holders and to obtain their permission for the use of copyright material. The publisher apologizes for any errors or omissions in the above list and would be grateful if notified of any corrections that should be incorporated in future reprints or editions of this book.

128

129

130