Nieuwsbrief 8

Page 1

InhoudMuzes nieuwsbrief 8 1 2

FEBRUARI 2007

Voorwoord Muziek

Voorwoord

I Muziekonderwijs in Nederland 2007 (1)

Jos Herfs

8

Beeld

I Educatief aanbod in de Vlaamse en Brusselse musea voor moderne kunst. Een overzicht

Katrien Vermeulen

12 13

Dag van de Schoolmuziek Nascholingen

I M.O. - 24/5/2007

13

Wietze Minne Ondervoorzitter Muzes vzw

Nieuws van Muzes vzw

I Nascholing muziek I verslag algemene vergadering

14

Lied

I Mijn spijkerbroek

Kurt Bikkembergs

15

Prikbord

I dirigentencursus I regionale nascholingsinitiatieven I nascholingsinitiatieven in Nederland

Muzes vzw Mechelsesteenweg 22 3000 Leuven T. 016/22 99 86 F. 070/42 70 63 info@muzes.be www.muzes.be eindredactie: Liesbeth Segers liesbeth.segers@muzes.be lay-out: Stefaan Vermeulen

B

este collega’s,

“Openheid” in het onderwijs, ongetwijfeld het hot item in de gesprekken over onderwijs sinds De Standaard de verslagen van de doorlichtingcommissie publiceerde. De discussie over de wenselijkheid van het op deze manier openbaar maken van verslagen - die eigenlijk voor intern gebruik zijn en zelfkritiek zouden moeten stimuleren - gaan we hier niet over doen, ze is in verschillende media al uitvoerig gevoerd. Het lijkt me interessant na te denken over hoe een vakvereniging kan bijdragen tot een grotere openheid. Een juist begrepen streven naar openheid en (kritische) maatschappijgerichtheid is immers ongetwijfeld voorwaarde voor een gezond onderwijs. Ook voor de leraar artistieke (muzikale, plastische, esthetische,…) vorming moet dit een blijvend aandachtspunt zijn. Door zijn specifieke positie (vaak alleen in een school, een buitenbeentje), is het gevaar niet denkbeeldig dat deze leraar geïsoleerd geraakt en op termijn aan openheid verliest. Daartegenover staat dat artistieke vakken zeker heel wat mogelijkheden bieden om continu nieuwe openheid binnen de schoolmuren te brengen. Openheid krijg je als mens en dus ook als leraar door voortdurende dialoog met anderen en door confrontatie met nieuwe ideeën, met nieuwe ervaringen. Hier ligt volgens mij een blijvende uitdaging voor onze vakvereniging, leraren artistieke vorming blijven samenbrengen en aanzetten tot dialoog en tot uitwisseling. Ik hoop dat we daar met deze nieuwsbrief, maar ook met onze regionale werkgroepen, nascholingen en binnenkort ook de dag van de schoolmuziek, enigszins in slagen.

Het lijkt me interessant na te denken over hoe een vakvereniging kan bijdragen tot een grotere openheid.

Andere suggesties zijn steeds welkom, ook wij zullen op termijn onze openheid slechts kunnen behouden door voortdurende dialoog…

Dag van de Schoolmuziek 2007 heeft een website! www.muzes.be/dagvandeschoolmuziek meer info? Zie p. 12!

nieuwsbrief 8 -februari 2007 1


Muziek Muziekonderwijs in Nederland

2007 (1) Jos Herfs Muziekpedagoog (NL)

In dit artikel voor de nieuwsbrief van Muzes zal ik enkele actuele ontwikkelingen en trends beschrijven in het onderwijs in Nederland. Het gaat mij om de wat grotere en algemene lijnen en daarnaast, meer in detail, de ontwikkelingen die van betekenis zijn voor het muziekonderwijs. Verder zal ik gedurende het artikel een serie internetlinks geven, zodat desgewenst de belangstellende of nieuwsgierig geworden lezer zelfstandig zijn of haar weg kan vervolgen. In 2006 was het in en rondom het onderwijs in Nederland over het algemeen onrustig. Ik moet onmiddellijk aantekenen dat de balans nogal wisselt, het beeld is bepaald niet eenduidig. Er zijn positieve en negatieve tendensen, nieuwe kansen, maar tegelijk ook grote gevaren. Zo is enerzijds binnen scholen, en dan vooral die in het VO (voortgezet onderwijs1) duidelijk sprake van een positieve trend: scholen professionaliseren zich en vernieuwen hun organisatie, onderwijsinhoud en didactische benadering, doorgaans in goed overleg met ouders, leerlingen en het onderwijsteam. Daardoor krijgen scholen een eigen profiel en worden ze sterker en onafhankelijker van de onderwijskundige waan van de dag of van die van de overheid. Ten behoeve van het muziekonderwijs zijn in 2006 enkele nieuwe leer- en werkboeken op de markt gebracht, ook voor 2007 staan nieuwe uitgaven gepland. Op internet biedt Digischool een vaklokaal voor leerlingen en docenten (www.digischool.nl) en een goedbezochte community voor muziekdocenten, enkele keren per jaar verschijnt een nieuwsbrief. Een groep deskundige muziekdocenten zit in de adviesraad. Anderzijds echter is ook sprake van onzekerheid, onbehagen en

regressie. Vernieuwingen op het gebied van het leren worden met cynisme bejegend. Onder leraren en ouders leeft sterk het gevoel dat het niet goed gaat met het Nederlandse onderwijs, dat leerlingen en studenten steeds minder feitenkennis bezitten, of dat de kennis van de Nederlandse taal (bijvoorbeeld spelling en formulering) te wensen overlaat. De publieke opinie is van mening dat het niveau van de leraren daalt. De waardering van ouders voor het onderwijs gaat sinds 2000 elk jaar verder omlaag, meldt het ministerie van Onderwijs en Wetenschap.

In 2006 was het in en rondom het onderwijs in Nederland over het algemeen onrustig.

Zorgen In 2006 klinken in de Nederlandse media kritische en overwegend pessimistische tonen met betrekking tot het onderwijs. ‘Jonge docenten verlaten gedesillusioneerd het onderwijs’, meldt de grootste onderwijsvakbond. Belangrijke maatschappelijke instanties luiden de noodklok. De Raad voor Werk en Inkomen, het Innovatieplatform en de HBO-raad (vereniging van instellingen voor hoger beroepsonderwijs) waarschuwen voor een welvaartbedreigend kennistekort. Het Sociaal en Cultureel Planbureau (www.scp.nl) signaleert achteruitgang in kwaliteit van docenten. Het Centraal Planbureau (www.cpb.nl) schetst een lerarentekort van 10 procent vanaf 2010. Het publieksvertrouwen in het onderwijsbeleid van de overheid is constant laag. Dat is niet zo verwonderlijk. De drie grote stelselwijzigingen in het voortgezet onderwijs die aan het onderwijs zijn opgelegd (de Basisvorming2, de Tweede Fase/Studiehuis3 en het VMBO4) gelden als grotendeels mislukt, onder

1 In Vlaanderen: secundair onderwijs 2 Eerste 2 à 3 jaar in het Nederlands voortgezet onderwijs. 3 Aanpassingen die nodig zijn om een nieuwe manier van leren mogelijk te maken: vb mediatheken, PC-lokalen en studienissen. Ingezet om de aansluiting tussen voortgezet onderwijs en hoger onderwijs te vergemakkelijken. 4 Vmbo is het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs in Nederland, aansluitend op de lagere school. Het duurt 4 jaar. Vroeger sprak men over mavo. In Nederland bestaan ook havo en vwo. Havo is het hoger algemeen voortgezet onderwijs en duurt 5 jaar, vwo is het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs en duurt 6 jaar.

nieuwsbrief 8 -februari 2007 2


Muziek andere vanwege de paniekerige sturing vanuit het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de starre en complexe regelgeving en het gebrek aan draagvlak bij docenten. Een andere steen des aanstoots is de schaalvergroting: scholen worden steeds groter en steeds meer scholen komen onder één bestuurlijke bedrijfsvoering. Het gevolg hiervan is dat de energie vooral besteed wordt aan bestuurlijke processen en de stroomlijning van systemen. Dat gaat naar het gevoel van velen dikwijls ten koste van aandacht en zorg voor de individuele leerling of docent. Voor ouders valt er door de schaalvergroting in het VO steeds minder te kiezen. De categoriale gymnasia profiteren als kleine scholen met een succes belovend schooltype van dit verschijnsel: het aantal gymnasiasten stijgt al jaren aanzienlijk en er is de laatste tijd flink bijgebouwd. Het voordeel heeft echter ook een heel opvallend nadeel: ongeveer de helft van de eindexamenkandidaten behaalde in 2006 voor het centraal examen Latijn (dat niet gemakkelijker of moeilijker was dan in andere jaren) een onvoldoende. Een teken aan de wand. In het de lerarenopleidingen in het hoger pedagogisch onderwijs blijkt steeds minder plaats voor vakonderwijs. Er is gaandeweg meer aandacht ontstaan voor de algemene leraarscompetenties en breed omschreven, vakoverstijgende competenties. Deze zijn minder voor overdracht van het vak van belang, en meer bedoeld voor het leven gedurende en na de schoolperiode, voor de persoonlijkheidsvorming en voor het maatschappelijk functioneren. Daarmee is niets mis, maar het gevolg van dat alles is wel, dat in het eerste studiejaar van de lerarenopleiding voor het basisonderwijs bijvoorbeeld op jaarbasis slechts

20-40 uur contacttijd beschikbaar is voor muziekdidactiek en praktische oefening. Het onbehagen in het onderwijs is momenteel zo groot dat de politiek het punt serieus heeft opgenomen. Bij de parlementsverkiezingen van november 2006 stond onderwijs prominent in de partijprogramma’s. Alle politieke partijen trekken minimaal een miljard euro uit om het onderwijs te verbeteren. De schoolboeken in het voortgezet onderwijs worden voor ouders gratis (tja, Nederland

Een andere steen des aanstoots is de schaalvergroting: scholen worden steeds groter en steeds meer scholen komen onder één bestuurlijke bedrijfsvoering.

blijft wel Nederland) en er komen versneld meer ‘brede basisscholen’, waar naschoolse opvang en andere activiteiten in de school zelf plaatsvinden. De schaalvergroting in het VO en beroepsonderwijs wordt afgeremd en er komt een degelijk actieplan om het voortijdig schoolverlaten tegen te gaan. In 2005 bijvoorbeeld verlieten 57.000 leerlingen zonder diploma het onderwijs. Met dit hoge cijfer verkeert Nederland nogal dubieus aan de top van de Europese ranglijst van schooluitval. Voor meer informatie hierover: zie www.voortijdigschoolverlaten.nl/

nieuwsbrief 8 -februari 2007 3


Muziek Daalt het niveau? Enige voorzichtigheid bij al deze somberheid is overigens wel op zijn plaats. Het onbehagen is nogal algemeen van aard en de situatie verschilt per school of regio. Zo zijn de problemen in de verstedelijkte gebieden, vooral in de Vier Grote Steden (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) groter en anders dan die in de meer regionale gebieden. Het is bovendien onmogelijk om aan de hand van betrouwbare cijfers iets in detail te zeggen over de vraag hoe het ervoor staat met de kennis en vaardigheid in het Nederlandse onderwijs. Dat is op zich natuurlijk ook wel droevig. Deelonderzoeken in opdracht van Nederlandse hogescholen wijzen vooral op problemen bij wiskunde en Nederlandse taal. De juridische opleidingen aan de universiteiten klagen over schrijfvaardigheid, leesvaardigheid, argumentatie en spelling. De Onderwijsraad, een belangrijk adviesorgaan in Nederland, maant echter tot kalmte. In december 2006 bracht de raad opverzoek van de minister van OCW5 een verkenning uit met aanbevelingen over de noodzakelijke versteviging van de kennis in het onderwijs. De raad vindt dat er, gelet op de ambities van het Nederlandse onderwijs om een toppositie te verwerven in de kenniseconomie, veel meer moet worden geïnvesteerd in kennis. Dat wel, maar hoe, dat moet per vakdomein worden bekeken. De PISA onderzoeken van de OECD vullen databases met een immense hoeveelheid aan cijfers over de prestaties van leerlingen en de factoren die daarbij van invloed zijn. Voor onderzoeksbeluste en datahongerige onderwijskundigen zoals ik, vormen deze cijfers een reis door Luilekkerland. Het Nederlandse basis- en voortgezet onderwijs is volgens de OECD in vergelijking met andere landen, van behoorlijke kwaliteit. De Nederlandse vijftienjarigen scoren internationaal goed, maar dat zegt betrekkelijk weinig, want de toetsopgaven zijn niet erg moeilijk. De belangrijkste trend voor de komende jaren lijkt mij een heroriëntatie op het belang van een goed

gedocumenteerde en meer systematische kennisbasis. Met jaloezie kijkt het Nederlands onderwijs op dat terrein naar Vlaanderen. De voorgestelde opzet voor een geschiedeniscanon, de Canon van Nederland, is overwegend met enthousiasme ontvangen. Zie http://entoen.nu/ De Volkrant, naar eigen zeggen de grootste kwaliteitskrant in Nederland (dagelijkse oplage 300.000 exemplaren) gaat een jaar lang wekelijks in de zaterdagbijlage een invalshoek uit de bèta-canon prominent belichten. De trend is dat elk kennisdomein van enige betekenis een canon formuleert, dus moet er ook een kunst- & cultuurcanon komen. Het schoolvak muziek heeft een recentelijk bijgesteld, wendbaar eindexamenprogramma. Geen vaste lijst van werken, maar een mix van praktijk en nuttige theorie. Voor CKV26, dat vanaf september 2007 ‘Kunst’ gaat heten, geldt dat eveneens. Ik kom daarop later nog terug. Het merkwaardige is dat de somberheid of het onbehagen weinig relatie lijkt te hebben met het muziekonderwijs, of breder gezien, met de kunstvakken. Het aantal deelnemers in het VO aan de examens in de kunstvakken stijgt nog steeds. Vrijwel elke school in Nederland biedt een of meer kunstvakken aan als mogelijk examenvak. Het gaat ook goed met de opleidingen voor muziekdocent. De instroom is gestegen en het overleg tussen de opleidingen is nieuw leven ingeblazen. Een grote stap voorwaarts is de mogelijkheid sinds september 2006 om na de vierjarige bacheloropleiding tot docent muziek daarna nog een erkende en gesubsidieerde studie te volgen in de vorm van een interdisciplinaire masteropleiding kunsteducatie. Deze is toegankelijk voor docenten muziek, dans, drama en beeldende kunst en vormgeving. Deze opleiding wordt al op vier plaatsen aangeboden (Zwolle, Amsterdam, Rotterdam, Tilburg) en duurt in voltijd 1 jaar, of in deeltijd twee jaar. De opleiding in Groningen start in 2007. De masteropleiding is een antwoord op het overvolle curriculum in de bacheloropleiding maar tegelijk ook een ingrijpende vernieuwing. Ook op de masteropleiding kunsteducatie kom ik later terug.

Het merkwaardige is dat de somberheid of het onbehagen weinig relatie lijkt te hebben met het muziekonderwijs, of breder gezien, met de kunstvakken.

5 OCW: onderwijs, cultuur en wetenschap. 6 Culturele en kunstzinnige vorming in de bovenbouw van havo en vwo.

nieuwsbrief 8 -februari 2007 4


Muziek Hoe staat het Nederlandse muziekonderwijs er feitelijk voor? PISA beperkt zich tot de kennisdomeinen die sociaaleconomisch relevant worden geacht. PISA levert geen uitsluitsel over muziek- of kunstonderwijs. In Nederland zelf bestaat er helaas ook betrekkelijk weinig informatie over de opbrengst van ons m u z i e ko n d e r w i j s. Voor zover ik weet, in Vlaanderen ook niet. Jammer, want het is goed mogelijk gebleken om muzikale leerresultaten in termen van kennis, vaardigheden, gedrag, ontwikkeling of opvattingen te meten en te waarderen, zoals het Cito heeft aangetoond in het Periodiek Peilingsonderzoek Primair onderwijs (PPON). Daaruit bleek overigens ook, hoe ernstig het is gesteld met het muziekonderwijs in de basisschool en bij het vervolgonderzoek dat er sprake is van voortschrijdende achteruitgang. Op grond van harde cijfers kan men dus weinig conclusies trekken met betrekking tot de kwaliteit van het Nederlandse muziekonderwijs, of tot de eventuele ontwikkelingsrichting daarvan. Welke veranderingen treden op, in welke opzichten boeken we vooruitgang, in welke signaleren we achteruitgang? Dat de situatie van het muziekonderwijs in de basisschool en de pedagogische hogescholen buitengewoon zorgelijk is, wordt breed erkend. De Proposo projecten, een inmiddels afgesloten reeks door de overheid gefinancierde samenwerkingsprojecten van de Nederlandse conservatoria en de lerarenopleidingen basisonderwijs hebben geleid tot diverse belangrijke initiatieven ter verbetering van het muziekonderwijs, onder andere de uitgave van een handboek en een aantrekkelijke, post-hbo cursus muziekonderwijs voor afgestudeerde leraren basisonderwijs die worden geschoold tot vakspecialist.

Primair onderwijs Ruim 1,6 miljoen kinderen volgen in Nederland basisonderwijs dat wordt aangeboden op circa 8000 basisscholen. Als het goed is, komen 1,6 miljoen kinderen in aanraking met muziekonderwijs. In het schooljaar 2005-2006 is een nieuwe generatie kerndoelen voor het basisonderwijs van kracht geworden, vanaf 2006 gelden die ook voor de kleuters. Kerndoelen beschrijven, zoals bekend, wat scholen hun leerlingen moeten proberen te leren en wat de leerlingen van het onderwijs dienen op te steken. De kerndoelen voor muziek zijn samen met die van andere kunsten (beeldende kunst, taal/drama/spel, dans/beweging enz.) en die van ‘cultureel erfgoed’ ondergebracht binnen één kunstzinnig leerdomein met de naam Kunstzinnige Oriëntatie. Het voert te ver om op deze plaats in detail daarop in te gaan. Op de website www.cultuurplein.nl staat echter heel veel informatie over dit onderwerp.

In Nederland zelf bestaat er helaas ook betrekkelijk weinig informatie over de opbrengst van ons muziekonderwijs.

nieuwsbrief 8 -februari 2007 5


Muziek De wel heel globaal zuinig geformuleerde kerndoelen voor Kunstzinnige Oriëntatie (zie in het kader) gaan ervan uit dat de kunstzinnige leer- en ontwikkelingsactiviteiten op de eerste plaats een belangrijke specifieke bijdrage leveren aan de ontwikkeling van kinderen. De kinderen van de basisschool gaan (in hun leefwereld) binnen en buiten de school kennismaken met betekenisvolle aspecten van kunst en cultuur en idem met aspecten van cultureel erfgoed. Ze verwerven daarnaast ook enige kennis van de hedendaagse kunstzinnige en culturele diversiteit. Ze leren zich open te stellen, aldus de kerndoelen, en zichzelf te uiten met kunstzinnige middelen. Kunstzinnige oriëntatie moet ook bijdragen aan de waardering van leerlingen voor culturele en kunstzinnige uitingen in hun leefomgeving. J De leerlingen leren beelden, taal, muziek, spel en beweging te gebruiken om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om ermee te communiceren. J De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren. J De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.

een leraar voor het uitvoeren van een dergelijk programma geen vakcompetenties nodig heeft, als leerlingen eraan meedoen, is dat voldoende. De Nederlandse overheid wil met dit uitgeklede pakket kerndoelen de ‘keuzevrijheid van de school’ garanderen. De kerndoelen beschrijven slechts het verplichte minimumniveau en moeten daarom in elk geval haalbaar zijn. Bij de kunstvakken komt dit streven naar een verplicht minimum neer op deelname (meedoen, beleven en communicatie), meningsvorming en kennismaking met cultureel erfgoed. Scholen zijn geheel vrij hoe ze de Kunstzinnige Oriëntatie vormgeven. Hoewel er basisscholen zijn die muzikaal gezien, nauwelijks verder komen dan af en toe een liedje zingen bij de verjaardag van een kind, of meezingen met een cd, zijn er gelukkig ook talloze basisscholen die vol enthousiasme structuur aanbrengen in het muziekonderwijs (soms samen met de plaatselijke muziekschool) en dikwijls een weergaloze ervaring weten te maken van cultuureducatie. Een aantal scholen is daarvoor onlangs beloond met de Cultuur Primair prijs.

Het project Cultuur en School Met deze aanwijzingen moeten de basisscholen en schoolboekenuitgevers het de komende jaren doen. De kritiek vanuit de vakwereld van de kunsten is hevig, vanuit de basisscholen en de lerarenopleiding voor het basisonderwijs komen minder kritische tonen, want de opstellers hebben vooral gekeken naar haalbaarheid. De kritiek uit de vakwereld komt erop neer dat de disciplines muziek of muziekonderwijs niet bij name worden genoemd, evenmin als beeldende (plastische) vorming, drama/spel of dans/beweging. De kunstzinnige middelen of gebieden lijken uitwisselbaar, er is een grote mate van vrijheid, of zo men wilt: vrijblijvendheid. Kennelijk is er ook geen dwingende noodzaak tot opbouw van een heldere leerlijn met kennisniveaus en vaardigheden. De vrijblijvendheid maakt dat het resultaat bij voorbaat onmeetbaar is, en de kwaliteit onvergelijkbaar met die van andere scholen. Cynici stellen zelfs, dat

Een belangrijke stimulans voor kunst- en cultuur in de scholen is het samenwerkingsproject Cultuur en School dat sinds 1999 loopt. De landelijke overheid draagt de cultuureducatie een warm hart toe. Het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur werkt in dit project samen met gemeenten en provincies, culturele instellingen en onderwijsorganisaties. De website www.cultuurplein.nl wordt druk bezocht. Cultuur en School wil leerlingen vertrouwd maken met kunst en cultureel erfgoed. Door meer onderwijs met en over cultuur te geven, leren scholieren de waarde van kunst en cultuur kennen. Dat verruimt het inzicht en activeert creatieve talenten. Cultuur en School richt zich niet alleen op de basisschool maar ook het voortgezet onderwijs en het mbo (middelbaar beroepsonderwijs). De partners in Cultuur en School willen meer leerlingen in contact brengen met theater, museum, muziek en literatuur. Cijfers wijzen

Een belangrijke stimulans voor kunst- en cultuur in de scholen is het samenwerkingsproject Cultuur en School dat sinds 1999 loopt.

nieuwsbrief 8 -februari 2007 6


Muziek uit dat de bezoekersaantallen stijgen bij culturele instellingen, theaters en musea. Kunstzinnige vorming wordt gezien als belangrijk onderdeel van de cultuureducatie, maar ook andere kennisgebieden (geschiedenis/aardrijkskunde, economie, biologie enz. spelen daarin een rol). Welke vakdisciplines en activiteiten daarin een plaats krijgen, en hoe groot die ruimte is, mag de school zelf bepalen. In september 2006 kwam de minister van OCW met een voortgangsrapportage over het project Cultuur en School. Het project blijkt een groot succes. Voor de overheid is kunst en cultuur een essentiële bindende factor in de samenleving, kunst en cultuur zijn van alle tijden en van alle mensen. Het onderwijs zorgt voor ontsluiting van basiskennis over kunst en cultuur, de school benut kunst en cultuur als onderdeel van de leeromgeving. Cultuur brengt mensen bij elkaar en kan verschillen overbruggen, draagt bij aan sociale cohesie. De school wordt in dat perspectief opgevat als de belangrijkste culturele instelling van het land, de basisschool staat aan het begin van de ‘culturele loopbaan’ van het kind. Alle kinderen worden daarbij bereikt. Basisscholen kunnen per leerling jaarlijks een bedrag van 10,90 euro krijgen op voorwaarde dat de school de cultuureducatie verankert in het onderwijsplan. Ongeveer 80% van de basisscholen maakt in 20062007 gebruik van deze stimuleringsregeling en werkt structureel samen met een culturele instelling, muziekschool, steunfunctie of andere kunstaanbieder. Deze instellingen zorgen voor het culturele aanbod in of rondom de school, de basisschool betaalt dat uit de speciale rijkssubsidie. Daarmee is een belangrijke markt voor ondernemende cultuuraanbieders gecreëerd. De school is de opdrachtgever en

bepaalt in het schoolwerkplan hoe en wanneer de kinderen gedurende hun schoolloopbaan in aanraking komen met bijvoorbeeld kunstenaars in de school, een museum bezoeken en/of meewerken aan een voorstelling of een of meer kunstprojecten. De school bouwt de culturele activiteiten op binnen het leer- en vormingsaanbod en bereidt de leerlingen erop voor, dikwijls ondersteund door de kunstinstellingen. Dan is het de beurt aan de echte kunstenaars om de kinderen te inspireren en hen te laten delen in hun artistieke fascinatie voor het onbekende. Kunst & Cultuur voor kids is sterk in opkomst, zoals blijkt uit de groei van het aanbod in didactisch en muzikaal spannende educatieve concerten. In veel basisscholen compenseert Cultuur en School ten dele de nood, te weten het gebrek aan onderwijstijd en de beperkte deskundigheid van leerkrachten. Expertise en vaardigheid die de school niet heeft, worden binnengehaald en andersom: de school trekt de maatschappij in en bezoekt de plaatsen (dichtbij de school) waar de kunst leeft en bloeit: theaters, danspodia, kerken en musea, werkplaatsen. Kunsteducatie wordt gaandeweg een gezamenlijke verantwoording van de professionele cultuursector en de school. Dat is winst! Scholen raken gewend aan ‘outsourcing’. De keerzijde is dat ‘systematische’ muziekmethodes en curricula in de kast blijven liggen, muziekonderwijs wordt gefragmentariseerd aangeboden en dat alles verdwijnt in het niet in vergelijking met de muzikale overkill vanuit de media. Het enthousiasme echter dat is losgemaakt door Cultuur & School en door Proposo7 leidt ertoe dat de samenwerkingsgedachte ook op locaal niveau wortel schiet en dat nieuwe en interessante initiatieven worden ontwikkeld, bijvoorbeeld ‘musicerend leren’ (via instrumentaal onderwijs) of bredeschoolprojecten. Zie bijvoorbeeld www.bredeschool.nl. (wordt vervolgd)

De school wordt in dat perspectief opgevat als de belangrijkste culturele instelling van het land

Jos Herfs is muziekpedagoog en werkt als docent, ontwikkelaar, coach, onderzoeker, consultant en bestuurder. Hij publiceert geregeld over beleidsontwikkelingen in de kunsteducatie. Reacties op dit artikel kunt u zenden aan jjherfs@gmail.com

7 Proposo: Projecten Primair Onderwijs en Speciaal Onderwijs.

www.cadans-online.b

e

41949 adv_banner cadans 02.indd 1

18-01-2007 16:28:40

nieuwsbrief 8 -februari 2007 7


Beeld

Educatief aanbod in de Vlaamse en Brusselse musea voor moderne kunst

Een overzicht Katrien Vermeulen freelance journaliste

S.M.A.K (Gent) “vertrekken vanuit de kunst” Het Stedelijk Museum voor Actuele Kunst in Gent biedt een hele reeks verschillende educatieve programma’s aan. Daarbij wordt er een onderscheid gemaakt tussen de ‘polkadots’ van 4 tot 12 jaar, de ‘pixels’ van 12 tot 18 jaar, en de 'parels' vanaf 18 jaar. Een apart programma voor deeltijds onderwijs is er niet. Leraars kunnen ter voorbereiding van het museumbezoek werken met de zogenaamde ‘kijkwijzer’, een lespakket dat dieper ingaat op de vraag ‘hoe kijk je naar actuele kunst’, aan de hand van thema’s als kleur of compositie. Het pakket is vooral bedoeld voor het secundair onderwijs. Voor de allerkleinsten is er de zogenaamde ‘kleuterkoffer’, te gebruiken voor of na een museumbezoek, boordevol spelletjes, puzzels, poppenkast... rond actuele kunst. Bij het museumbezoek zelf wordt er wel rekening gehouden met het leerplan, maar bovenal wil men hier vertrekken vanuit de kunst, meer bepaald vanuit de kunstwerken die in het museum opgesteld staan. Interessant is dat het museum ook ateliers aanbiedt, waarbij leerlingen na een frisse rondleiding zelf mogen experimenteren met uiteenlopende materialen. Info: S.M.A.K., Citadelpark, 9000 Gent. Tel. 09 221 17 03.

Op dit moment lopen er maar liefst 6 verschillende tentoonstellingen, onder meer van Agnès Thurnauer, die met haar ‘bien faite, mal faite, pas faite’ vorm geeft aan de vraag waarom er tot de 20ste eeuw

alleen maar mannelijke kunstenaars geweest zijn. De educatieve programma’s variëren in prijs van €50 per gids (parcours van 1,5 uur, max. 20 kinderen per gids) tot €125 per gids (parcours en aansluitend atelier met verschillende media, duur: 3,5 uur, max. 15 jongeren per gids). Het volledige aanbod en alle info vind je op www.smak.be (klik op publiekswerking). Contactpersoon educatief programma: Esther Ooms, tel.: 09 240 76 64 (ma-vr 10u -12u en 14u tot 17u), e-mail: reservaties.smak@gent.be.

Z33 (Hasselt) “Rondleiding op maat” De gidsenploeg van Z33 wordt per tentoonstelling klaargestoomd om ook leerlingen een aangepaste rondleiding te bieden onder de noemer Zap33. Tot 13 jaar is een aanvullende workshop mogelijk. Bij elke expo wordt er ook een lesmap samengesteld, gebaseerd op het leerplan en de eindtermen. De lesmap wordt gratis bezorgd aan de leerkracht, en kan dienen om het bezoek voor te bereiden, of te evalueren achteraf. Binnenkort zal de lesmap ook te downloaden zijn via de website van Z33. De vakken die tijdens het educatief programma aan bod komen, verschillen van tentoonstelling tot tentoonstelling. Zo kan een meer technische expo uiterst interessant zijn voor de lessen fysica of chemie. Z33 wil bovenal op maat werken, en een kortere of langere rondleiding is altijd bespreekbaar. Voor scholen die weinig tijd hebben, maar toch een leidraad willen voor de tentoonstelling, is er de ZapFlap, een kijkwijzer waarmee kids op eigen houtje een tocht doorheen de expo kunnen maken. Nog niet alle info over het edu-

nieuwsbrief 8 -februari 2007 8


Beeld catief programma is beschikbaar op de site, maar daar wordt aan gewerkt. Info: Z33, Zuivelmarkt 33, 3500 Hasselt. Tel. 011 29 59 60.

werkinstrument dat ter voorbereiding of evaluatie van onverschillig welk museumbezoek gebruikt kan worden.

Nog tot 22 april loopt de expo Suspended Moment, waar helaas geen educatief programma voor beschikbaar is. Een educatieve rondleiding duurt ongeveer 1 uur, en kost €20 (max. 20 personen), workshop: €20 (max. 20 personen).

Info: MuHKA, Leuvenstraat 32, 2000 Antwerpen. Tel. 03 260

Meer info vind je op www.z33.be onder de noemer

www.muhka.be/film.

‘educatie’. Nog niet alle info is beschikbaar op de website.

Prijs: €5 pp (rondleiding van 1,5 uur); €7 pp (rondleiding

Contactpersoon: Kaat van Looken.

van 2,5 uur), kleuters: €3 pp. Film: €5 pp (30 tot 100 deel-

99 99. MuHKA_media (voor het luik film), Waalsekaai 47, 2000 Antwerpen. Tel. 03 242 93 47.

Nog tot 25 februari loopt de tentoonstelling “Projection Project’, rond het begrip projectie. Meer info vind je op www.muhka.be/ontvangt en

nemers); €4 (>100 deelnemers)

MuHKA (Antwerpen) “Interactief” Het educatieve aanbod van het MuHKA bestaat uit twee luiken, namelijk beeld en film. ‘Beeld’ omvat rondleidingen voor kleuters, lager onderwijs, secundair onderwijs en hoger onderwijs. De rondleidingen zijn gebaseerd op de eindtermen en zijn overeenkomstig het leerplan. Dankzij een interactieve aanpak komen diverse vakken aan bod. Zo kan de gids bij het bespreken van de compositie een link leggen met wiskunde, of aan de hand van een dramaopdracht bewegingsleer integreren. Het luik Film is bedoeld voor het secundair onderwijs, waarbij kleine en grote films aan bod komen, telkens met een inleidende situering over een bepaald thema. Er is geen specifiek educatief werkpakket beschikbaar, maar MuHKA ontwikkelde wel de ‘Blikopener’, een

Klankvlagen is een totaalpakket muzikale opvoeding voor de creatieve leerkracht. Het is vooral een doe-reeks, waaraan zowel de muzikaal als de niet-muzikaal geschoolde

Koninklijke Musea voor Schone Kunsten (Brussel) “Uit de praktijk gegroeid” De Koninklijke Musea voor Schone Kunsten bieden een uitgebreid aanbod rondleidingen voor basis- en secundair onderwijs. Sinds kort zijn er enkele vereenvoudigingen en vernieuwingen binnen het aanbod. Zo werden de programma’s ‘Hak op de tak’ en ‘Hoe werkt een kunstmuseum’ samengevoegd tot één rondleiding, waarbij de gids op het moment zelf het programma aanpast aan de leeftijd. Uit de praktijk bleek immers dat jonge kinderen net zo goed met vragen zitten over het museum zelf. De gidsen kunnen daar nu perfect op inspelen.Vrij nieuw is de rondleiding ‘vrij bewegen’, waarbij bekeken wordt hoe de kunstenaars doorheen de eeuwen omgaan met beweging, beweging suggereren of letterlijk gebruiken in hun werk. Voor het secundair onderwijs is er één grote rondleiding voorzien waarbij vier aspecten centraal staan, met name het museum, kijken, betekenis, en de schoonheidsidealen doorheen de tijd. Het leerplan wordt niet als eerste uitgangspunt genomen, maar het is voor een stuk wel geïntegreerd. Bovenal legt men hier de nadruk op ‘kijken naar kunst’, waarbij ook vooral de leraar zelf bepaalt hoe specifiek de rondleiding zal worden. In de brochure worden ook tips gegeven om het bezoek met

Uitgeverij Wolters Plantyn Motstraat 32 - 2800 MECHELEN telefoon: 015 36 36 36 fax: 015 36 36 37 Bezoek onze website: www.woltersplantyn.be

leerling heel wat plezier beleeft.

nieuwsbrief 8 -februari 2007 9


Beeld andere activiteiten te combineren, bijvoorbeeld een uitstapje naar het MuziekInstrumentenMuseum of de Koninklijke Bibliotheek van België. Info: Koninklijke Musea voor Schone Kunsten, ingang: Regentschapsstraat 3, 1000 Brussel. Tel. 02 508 34 50.

Er zijn op dit moment geen tijdelijke tentoonstellingen. Meer info vind je op www.fine-arts-museum.be (klik op activiteiten). De folder op de site dateert van 2003, en is dus niet up-to-date. De nieuwe folder zal binnenkort op de site geplaatst worden, en is op verzoek verkrijgbaar. Contactpersoon: Marleen Piryns en Marianne Knop Prijs: Basisonderwijs: €35 per gids (max. 15 leerlingen), plus toegangstickets (€1 per ll, begeleider gratis).

tentoontstellingen gemaakt. Per tentoonstelling is er altijd een educatief dossier beschikbaar waarmee je als leerkracht kan anticiperen op het bezoek. De dossiers bevatten ook creatieve opdrachten voor de klas. Voor het secundair behoort ook een klassiek concert tot de mogelijkheden, waarbij een inleiding voorzien is die de jongeren spelenderwijs voorbereidt. Ook op vlak van theater, muziek, literatuur... zijn er boeiende initiatieven. Alle info is terug te vinden en te downloaden op de site. Qua informatie via de website is Bozar top, maar helaas bleek het moeilijker om telefonisch iemand te pakken te krijgen. Het telefoonnummer op de website bleef onbeantwoord, via het reservatiebureau kregen we een ander nummer waar ook niemand te bereiken was...

Bozar Studios (Brussel) “Voor elk wat wils”

Info: Bozar Studios in Het Paleis voor Schone Kunsten,

Bozar Studios heeft een waaier aan mogelijkheden voor scholen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen basisonderwijs en secundair, en ook maatwerk is mogelijk. De mogelijkheid bestaat om speciale projecten aan te vragen voor groepen uit technisch, beroeps of bijzonder onderwijs. Interessant is dat er ook dagprogramma’s bestaan, waarbij de klas een volledige dag in het museum doorbrengt, met een boeiende rondleiding en tal van activiteiten. Verder wordt het parcours op maat van de lopende

Nog tot 21 februari loopt de tentoonstelling ‘India. Eeuwige energie.’ Vanaf 16 februari tot 6 mei kan je naar ‘China. Het verboden rijk.’, waarbij schilder Luc Tuymans kunst vanuit China en onze contreien vergelijkt, over een periode van vijf eeuwen. De educatieve programma’s variëren in prijs van €50 per gids (rondleiding van 1,5 uur, max. 15 lln), tot €200 per dag (volledige dag in het museum, max 30 lln). Concert: €5 per leerling (inleiding + concert, max 300 lln, gratis trein vanaf 20 leerlingen).

Ravensteinstraat 23, 1000 Brussel. Tel. 02 507 84 44.

Alle info vind je op www.bozar.be (klik op studios). Ook de educatieve dossiers zijn hier te downloaden. Reservatienummer: 070 344 577.

PMMK (Oostende) “Met aperitiefje” In het PMMK is er aan de ene kant het jeugdatelier voor kinderen van 6 tot 12 jaar, aan de andere kant een speurtocht voor jongeren vanaf 14 jaar. Het jeugdatelier biedt kinderen een interactieve rondleiding met vragen, opdrachten en een creatief atelier. Op vraag zijn er ateliers voor specifieke doelgroepen mogelijk. De speurtocht voor jongeren, onder de noemer ‘De kunst ontmaskerd’ gaat dieper in op een aantal hoogtepunten in de moderne en hedendaagse kunst. De speurtocht is enkel voor de vaste collectie, en gebeurt aan de hand van een gratis werkpakket. Ook gewone rondleidingen rond een bepaald

nieuwsbrief 8 -februari 2007 10


Beeld thema of een specifieke stijlperiode zijn mogelijk. Het museum stelt gratis een uitgebreide lesmap voor de leerkracht ter beschikking, rond verschillende thema’s. Verder zijn er aan een milde prijs educatieve publicaties te verkrijgen, zowel voor de vaste collectie als de tijdelijke tentoonstellingen. Deze publicaties zijn een leidraad voor de leerkracht, en bevatten vragen en opdrachten die gebruikt kunnen worden tijdens een bezoek. De info via de website van het PMMK is gelukkig uitgebreid, want ook hier bleek het moeilijk de verantwoordelijke te pakken te krijgen. Ook interessant: de zogenaamde Kunstzapper op de site, die wordt voorgesteld als een aperitiefje op het museumbezoek. Je kan een aantal kunstwerken aanklikken, met daarbij een summiere uitleg op maat van kinderen. Info: PMMK, Romestraat 11, 8400 Oostende. Tel. 059 50 81 18.

Prijzen: jeugdatelier: 1,25 per kind (duur: 2 uur, max. 20 kinderen), rondleidingen: €50 plus toegangstickets (1,5 uur, max 20 kinderen of jongeren), speurtocht ‘De kunst ontmaskerd’: gratis pakket, enkel toegangstickets betalen. Alle info vind je op www.pmmk.be (klik op publiekswerking). Contactpersoon: Inne Gheeraert.

Algemene opmerkingen: - Veel van de musea bieden korting of zelfs gratis bezoek aan scholen uit de stad zelf. Dat is onder meer zo voor het PMMK en Bozar. - Ook kortingen voor openbaar vervoer - bijvoorbeeld combitickets museum-trein - worden vaak aangeboden. - Alle musea tonen zich erg flexibel op vlak van de educatieve programma's. In overleg zijn er altijd aanpassingen of zelfs volledige rondleidingen op maat mogelijk.

Nog tot 25 februari lopen twee expo’s: ‘Gijs Bakker & Jewelry’, en ‘Ensor en de avant-gardes aan zee’. Vanaf 25 maart kun je gaan kijken naar werk van Bernardi Roig.

SWINGEND NAAR HET MUSEUM Museumbezoek weer hip maken, het is een nobel streven. Amusee Vous is een collectief van ‘jongeren en jonge mensen’, dat andere jongeren wil verleiden tot meer museumbezoek. Met hun rock-’n-roll aanpak prikkelen ze de nieuwsgierigheid, en sporen ze iedereen met succes aan om te genieten van een dagje museum. Een van hun wapenfeiten was de Rock Werchter polsbandactie, waarbij jongeren met hun polsbandje van Rock Werchter een hele zomer lang gratis toegang hadden tot 48 musea. Amusee Vous werkt ook projecten op maat uit, en vormt op die manier de perfecte link tussen jonge mensen en kunst. Meer info: www.amuseevous.be

nieuwsbrief 8 -februari 2007 11


Dag van de Schoolmuziek:‘In dialoog’ aflevering 3

Zaterdag 17 november 2007 – Leuven Thomas De Baets coördinator Dag van de Schoolmuziek 2007

Zoals beloofd in de vorige aflevering van deze rubriek, stel ik u voor aan een internationale gast. Enkele weken geleden ging Frits Evelein in op onze vraag. Frits kennen we van de VLS (Vereniging Leraren Schoolmuziek), onze collega’s in Nederland. Hij studeerde schoolmuziek en muziekwetenschap (Universiteit van Utrecht – specialisatie kunstbeleid en management). In 2005 is hij gepromoveerd in de sociale wetenschappen. Na een loopbaan van 16 jaar in het voortgezet onderwijs (het middelbaar onderwijs in Vlaanderen) werkt hij momenteel aan de Universiteit van Utrecht en aan het Rotterdams Conservatorium in de afdeling Docent Muziek. Hij publiceert veel in vakbladen en is betrokken bij de organisatie van studiedagen voor muziekleraren. In het voorjaar van 2007 verschijnt een boek over coöperatief leren in muziek in het basisonderwijs, in het najaar volgt een deel voor het voortgezet onderwijs. In zijn workshop op de Dag van de Schoolmuziek zal hij het over dit ‘coöperatief leren’ in muziek hebben. Coöperatief leren in muziek stimuleert leerlingen om actief en taakgericht samen te werFrits Evelein ken. De betrokkenheid en motivatie nemen daarbij toe. In zijn workshop zullen enkele voorbeelden aan bod komen en worden de principes besproken. We zijn erg enthousiast dat Frits onze internationale gast is en kijken uit naar de samenwerking. Ondertussen werd ook het ‘team Dag van de Schoolmuziek’ samengesteld: we kunnen rekenen op Wendy Pacco, Sarah Pauwels, Loes Vandewalle en Toon Goedemé. Zij zullen de organisatie van het initiatief mee ondersteunen en uiteraard tot een goed einde brengen. Ook onze ‘festivalsite’ is af: www.muzes.be/dagvandeschoolmuziek. Deze website zal tot juni 2007 ‘under construction’ zijn: stilaan zal hierop het programma duidelijk worden. Ook kan je jezelf (en collega’s) inschrijven om de laatste nieuwtjes over dit evenement via e-mail te ontvangen. We melden ook het fijne nieuws dat het Vlaams Ministerie van Cultuur, Jeugd, Sport en Media beslist heeft om de Dag van de Schoolmuziek financieel te ondersteunen. Een hart onder de riem van elke MUZES-medewerker, en hopelijk ook van onze 350 leden! Tot in aflevering 4! Contactgegevens: dagvandeschoolmuziek@muzes.be

Bezoek onze website!

www.muzes.be/dagvandeschoolmuziek

nieuwsbrief 8 -februari 2007 12


Nascholingen

Noteer alvast in uw agenda VOLGENDE NASCHOLING MUZES voor M.O.-leerkrachten: donderdag 24 mei 2007 te Sint-Joris-Winge.

eerste regionale vakvergadering M.O. regio Turnhout thema B(L)OEIENDE RITMES dinsdag 6 maart 2007 Kardinaal van Roey-instituut Mgr. Donchelei 7 2290 Vorselaar 19:00-21:00 Contact: sara.cauwenberghs@muzes.be

Nieuws van Muzes vzw Verslag Algemene Vergadering Op maandag 15 januari 2007 hield de vzw Muzes, zoals voorgeschreven in de statuten, haar jaarlijkse Algemene Vergadering (AV) op de maatschappelijke zetel te Leuven. De boekhouding van 2006 en begroting voor het boekjaar 2007 werden unaniem goedgekeurd. Ann Casier en Koen Van Meel werden door het huidige bestuur voorgedragen als lid van de AV en ook dit werd unaniem aanvaard. De AV neemt nota van het ontslag van Katrien Van Stappen als penningmeester in alle beleidsorganen. Thomas De Baets volgt haar op in de AV, An Segers in het bestuur. An is een nieuw gezicht bij Muzes, we verwelkomen haar graag en wensen haar

veel moed en creativiteit in haar functie. We willen ook graag Katrien bedanken voor haar inzet en we mogen gerust zijn dat zij actief blijft als medewerker van Muzes. De AV is nu als volgt samengesteld: Ann Casier, Sara Cauwenberghs, Thomas De Baets (secretaris-penningmeester), Ingrid Heremans, Jos Maes (voorzitter), Rein Meus, Wietze Minne (ondervoorzitter) en Koen Van Meel. Ook de bezetting van het bestuur is nu enigszins veranderd: Jos Maes, voorzitter, jos.maes@muzes.be Wietze Minne, ondervoorzitter, wietze.minne@muzes.be Thomas De Baets, secretaris, thomas.debaets@muzes.be An Segers, penningmeester, an.segers@muzes.be

nieuwsbrief 8 -februari 2007 13


Lied

Copyright Euprint ed., B-3001 Heverlee D/2006/6045/026 - 7 - All rights reserved. www.euprint.be

nieuwsbrief 8 -februari 2007 14


Prikbord Wetteren, vrijdag 6 april 2007 Studiedag voor dirigenten van kinder- en jeugdkoren Op de jaarlijkse studiedag in het kader van de Koordagen voor kinderen komen twee actuele thema's aan bod: Het startend koor Repertoirevernieuwing Docent: Marleen Annemans Doelgroep: leerkrachten samenzang, lager onderwijs, jeugdmuziekateliers, studenten muziekpedagogie, kinder- en jeugdkoordirigenten, e.a. belangstellenden, zowel beginnende dirigenten als gevorderden. Datum: vrijdag 6 april, aanmelden 9.15u – einde 17u Plaats: Instituut Mariagaard, Oosterzelesteenweg 80, Wetteren (E40 Gent-Brussel, afrit Wetteren) Prijs: €20 (leden Koor & Stem), €25 (anderen), cursusmateriaal en middagmaal inbegrepen. Inschrijven kan tot uiterlijk 25/3. Meer info: www.koorenstem.be – vorming? dirigentenopleidingen of mail naar zetelgent@koorenstem.be

REGIONALE NASCHOLINGSINITIATIEVEN In organisatie van de vakbegeleiders Diepenbeek, 23-maart-2007: Impulsdag voor de schoolmuziek Nascholing rond elektronisch leerplatform, actueel liedmateriaal en het bouwen van muziekinstrumenten. Doelgroep: leraren M.O. bisdom Hasselt Docenten: Thomas De Baets Rosita & Herman Dewit Francine Drijkoningen Datum: vrijdag 23 maart 2007, 9.00u-16.00u Plaats: KHLim Diepenbeek Meer info: francine.drijkoningen@pandora.be Diksmuide, 26-maart-2007: Dag van de muziek Nascholing rond wereldmuziek, volksmuziek en muzische vorming in de les M.O. Doelgroep: leraren M.O. bisdom Brugge Docenten: Bart Stouten Yves Bondue Mieke Syryn Maarten Decombel Datum: maandag 26 maart 2007, 9.00u-16.00u Plaats: 4AD Diksmuide Meer info: www.eekhoutcentrum.be. Gent, 27-maart-2007: Dag van de muzikale opvoeding Nascholing rond boomwhackers, bodypercussion en filmmuziek. Doelgroep: leraren M.O., leraren expressie bsidom Gent Docenten: Geert Simoen Sophie Monheim Jan Bracke Datum: dinsdag 27 maart 2007, 9.00u-16.00u Plaats: Pedic Gent Meer info: teresa.vanboxtael@vsko.be

nieuwsbrief 8 -februari 2007 15


Prikbord Nascholingsinitiatieven in Nederland De Gehrels Vereniging nodigt u uit om op 17 maart 2007 haar landelijke studiedag bij te wonen in de Christelijke Hogeschool der Kunsten, het ArtEZ conservatorium aan de Stadsmuur 88 te Zwolle. Deze studiedag hebben wij samengesteld voor iedereen met affiniteit voor muziek met kinderen van 0 tot en met 12 jaar (in samenwerking met de Stichting Zingenderwijs en Muziek op Schoot). Voor de invulling van de 6 paralelle (3*2) workshops hebben wij contact gezocht met expert op het gebied van muziek in de vroeg- en voorschoolse educatie, het primair en speciaal onderwijs. Het programma ziet er als volgt uit: 10.00 Ontvangst 10.30 Inzingen

o.l.v. Frans Haverkort en Lieuwe Noordam

11.00 Workshopronde 1 a. Muziek op schoot Alexander Bauwens - Poppen op schoot b. Zingenderwijs Wilma ten Wolde met de Zingende Basisschool c. Moet je doen De auteurs geven een toelichting op de nieuwe binnenkort te verschijnen uitgave 12.00 Lunchbuffet 13.30 Workshopronde 2 (met een theepauze) a. Muziek op schoot Alexander Bauwens - Op basis van beweging b. Zingenderwijs Marcel van Os, vocaal en instrumentaal musiceren in de Vrije School c. Muziek maken Leo Aussems, songwriting voor de basisschool 16.00 Afsluiting

Wij verlangen van u een bijdrage voor deze studiedag van €32,50 (niet-leden betalen €50,-)

Voor meer informatie en het uitgebreide programma:www.gehrelsmuziekeducatie.nl. Voor aanvullende informatie kunt u contact opnemen met Betty Mol, Mozartlaan 492, 2555 KX Den Haag, 070 - 3973204.

NOG STEEDS VERKRIJGBAAR! Verzameling van de artikelen gepubliceerd in onze digitale nieuwsbrief. Erik Schrooten, Luistervoorbeelden voor de les M.O. - De artistieke ontwikkelingsniveaus van Parsons. Mark Reybrouck, Muziek als vormingsmiddel - Enkele inzichten vanuit de wetenschap. Rein Meus, Van horen naar luisteren - De muzikale parameters als handleiding voor het luisteren. Frits Evelein & Hans van Hennip, De magie van ritme – pulservaring en verassende ritmes. Paul Timmermans, Er is hoop! – Impulsen voor een attractief muziekonderwijs. Jo Stijnen, Kolb in het muzieklokaal. Bestelnummer: D/2006/10.927/1 Prijs: € 8,30 De verkoop van onze uitgaven wordt uitbesteed aan Euprint. Bestellen doe je via J e-mail: info@euprint.be J telefoon: 016.40.40.49 Muzes jaarboek 2005-2006

nieuwsbrief 8 -februari 2007 16


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.