• Zorg dat je het lekker warm hebt door geschikte kledij. Met verkleumde handen remmen gaat moeilijker. • Draag kleding met reflectorstrepen of draag een verlichting aan de arm. • Geef de voorkeur aan een muts boven een kap. Een muts geeft meer bewegingsvrijheid en een kap belemmert het zicht naar beide zijden. Draagt men een poncho, zorg er dan voor dat deze niet over de koplamp hangt. • Bij een val verkleint het dragen van een helm de kans op een hersenletsel in belangrijke mate.
Hebt u nog vragen over het veilig verkeer? Neem dan contact op met de interne preventiedienst of de arbeidsgeneesheer. PROVIKMO kan u onder meer bijstaan bij de opmaak en uitwerking van het intern verkeersplan.
11/2012
Kledij
Veilig rijden • Fiets steeds met de twee handen aan het stuur. Mobiel bellen mag uiteraard niet. • Wegmarkeringen kunnen bij nat weer erg glad zijn. Als je moet remmen aan een zebrapad, probeer dan zoveel mogelijk tussen de lijnen te rijden. • Vermijd hard remmen. Rijd wat rustiger dan normaal zodat u voldoende tijd heeft om goed uit te kijken en de anderen voldoende tijd hebben om u te zien. Let vooral op vóór bochten: minder op tijd je snelheid door uit te rollen. Neem de bochten rustiger dan normaal. • Indien het fietspad niet berijdbaar is, dan mag je op de rijbaan fietsen. Let op voor de sneeuw die aan de rand van de rijbaan ligt opgehoopt door het vrijmaken van het voetpad. Stap af wanneer je niet zeker bent van je zaak. • Vermijd grote verkeersdrukte. Kies de veiligste route, ook al is het een wat langer traject: apart fietspad, goede verlichting, ...
Intern verkeersplan Ook op het bedrijfsterrein dient het verkeer veilig te verlopen op winterdagen. Het intern verkeersplan beschrijft de maatregelen die daartoe genomen zijn. Is er voldoende verlichting? Wordt de sneeuw weggeruimd, ook op de voetpaden? Is er een strooiplan dat voldoende snel in actie treedt? Worden de bedrijfswagens tijdig uitgerust met winterbanden? Zijn de (banden van) heftrucks nog geschikt om in dergelijke omstandigheden buiten te rijden?
Hoofdkantoren Bataviastraat 11 - 2000 Antwerpen Tel. 03 204 70 60 - Fax 03 204 70 69 Dirk Martensstraat 26/1 - 8200 Brugge Tel. 050 47 47 47 - Fax 050 47 47 58 Lange Kruisstraat 7 - 9000 Gent Tel. 09 235 49 61 - Fax 09 235 49 62 Maastrichtersteenweg 254 - 3500 Hasselt Tel. 011 26 31 71 - Fax 011 25 48 95 Atealaan 65/3 - 2200 Herentals Tel. 014 84 94 90 - Fax 014 84 94 95 Rijksweg 9 - 2870 Puurs Tel. 03 886 03 56 - Fax 03 886 55 51 Ovenstraat 5 - 8800 Roeselare Tel. 051 26 06 00 - Fax 051 26 06 09 Maatschappelijke zetel Koningsstraat 75/3 - 1000 Brussel Tel. 02 250 00 57 - Fax 02 223 72 87 Andere kantoren Charleroi - Eupen - Luik - Namen
www.provikmo.be - info@provikmo.be
Veilig op weg in herfst en winter De weg van en naar het werk kan in de winter een echte lijdensweg worden. Zo’n 15% van alle arbeidsongevallen gebeuren op weg van of naar het werk. De glij- en valpartijen in de winter nemen daarvan een groot deel voor hun rekening. Bereid u daarom goed voor op de donkere herfst- en winterdagen.
Enkele risico’s
• Maak geen abrupte stuurbewegingen. • Wees extra voorzichtig op bruggen, op- en afritten van autosnelwegen en viaducten. • Oppassen vóór kruispunten. Vlak ervoor is het door het remmen meestal bijzonder glad. • Let op bij het binnenrijden van zijstraten. Vaak wordt daar nauwelijks gestrooid. • Opgelet voor zones in de schaduw: deze blijven langer glad bij dooiweer.
De zichtbaarheid is algemeen lager in de winter. IJsaanslag en condens kunnen de ruiten van de auto én dus het zicht van de bestuurder vertroebelen. Ook sterke regenval kan de zichtbaarheid behoorlijk doen teruglopen. Strooilicht, bijvoorbeeld door vuile koplampen, kan zorgen voor verblinding. Het wegdek wordt gladder door regen, sneeuw of ijs, wat het slipgevaar verhoogt. Wanneer de temperatuur rond het vriespunt schommelt, kunnen er zich rijm- en ijsplekken vormen. IJzel wordt meestal gevormd aan het einde van een vorstperiode omdat het aan de grond langer koud blijft. Fietsers en motorrijders zijn in het bijzonder gevoelig voor sterke windvlagen die hen van de rechte lijn wegblazen. De winterse toestanden leiden snel tot langere files die u het geduld doen verliezen en kunnen verleiden tot het nemen van onverantwoorde risico’s om toch op tijd te komen.
Met de wagen Is de auto winterklaar? Een wintercheck is niet overbodig.
Check vooraf • Kijk de ruitenwissers na. Is er voldoende antivries bij de ruitenwisservloeistof? • Controleer de verwarming en ontwaseming. • Maak de lichten regelmatig schoon (wekelijks).
Banden • Controleer regelmatig de bandendruk: een correcte bandenspanning beperkt het slipgevaar en vermindert de remafstand. • Winterbanden zorgen voor een betere wegvastheid bij temperaturen onder de 7°C. Leg de winterbanden in november op.
Vertrek
Te voet • Op dagen met sneeuw of ijzel gebeuren er een veelvoud aan valpartijen met vaak breuken tot gevolg. • Draag gepast schoeisel met goede antislipzolen, ook al is het maar om van de wagen tot de burelen te wandelen. • Ga niet lopen, om bijvoorbeeld bus of trein te halen. Kijk waar je je voeten zet. Sneeuw kan oneffenheden verbergen. • Vermijd het dragen van spullen die je uit balans kunnen brengen. • Wees voldoende zichtbaar. Draag reflecterende kleding, ook overdag.
• Vertrek vroeg genoeg bij winterweer zodat u zich niet opjaagt. • Vertrek pas wanneer de ruiten van de wagen volledig ijsvrij zijn en van binnen niet bewasemd zijn. Dek de avond voordien de voorruit af met een laken, deken of dik stuk karton. Indien mogelijk slaapt de wagen beter binnen. • Bij propere ruiten verdwijnt de damp sneller!
Rijden bij sneeuw en ijzel: pas uw rijstijl aan • Rijd langzamer en houd extra afstand. • Vertraag voldoende vóór een bocht. • Rijd in een hogere versnelling door vroeg te schakelen. • Anticipeer. Vermijd bruusk versnellen of remmen. Rem zoveel mogelijk op de motor.
Slippen: de juiste reflexen • Blijf kalm en ga NIET bruusk remmen. • Duw het ontkoppelingspedaal in en los het gaspedaal. • Stuur tegen. Kijk altijd naar de te volgen weg. Kijk zeker niet naar hindernissen want anders rijdt u ernaartoe. • Concentreer u op een punt in de verte. Probeer de controle over het voertuig te bewaren door naar dit punt in de verte te sturen.
Met de fiets Check vooraf • Kijk de fiets na, zorg dat deze in perfecte staat is: remblokjes, reflectoren, verlichting, ... • Door het vaak slechtere zicht is een goed werkende verlichting belangrijk. Dynamo’s beginnen vaak te slippen bij regen. Verkies een goed zichtbare LED-verlichting. Zo ben je ook als je stilstaat nog zichtbaar. Rijd ook overdag met verlichting. • Controleer het profiel van de banden en vervang deze indien het profiel te ondiep is. Bij sneeuw en ijzel mag de band iets zachter opgepompt zijn dan normaal zodat de grip op het wegdek verhoogt. • Zorg dat je snel en gemakkelijk met de voeten bij de grond kan. Zet het zadel iets lager dan normaal; het verhoogt uw stabiliteit. • Vervoer geen zware of onevenredig verdeelde bagage wanneer het glad is. Bij een val met een zware rugzak kom je vaak ongelukkig terecht. Verdeel de bagage over fietstassen aan de twee zijden. Zorg dat de fietstassen goed vast zitten en niet tussen de spaken kunnen waaien.