28 november 2013 37ste Jaargang • nr. 11
‘Lekker trappen op het gaspedaal’ Pagina 11
Juristen in spe zweten op dictee. Extra lastig: ‘éminences grease’
Hoe de hype rond een Afrikaanse afslankcactus de plant bijna fataal wordt
Het studentenleven van vijftig jaar geleden. ‘Ik plakte mijn ramen af’
Pagina 3
Pagina 7
Pagina 9
Geneeskunde moet genezen Auteur strijdt tegen misleiding ‘De geneeskunde is ziek’, aldus de Britse schrijver-epidemioloog Ben Goldacre in zijn boek Bad Pharma. Maandag krijgen Leidse geneeskundestudenten les van hem. DOOR BART BRAUN Wie wel eens een joint heeft gerookt, of zelfs maar aanwezig was bij een groepje blowers, kent de bijbehorende vreetkick. Als je van wiet honger krijgt, kun je dan ook een anti-marihuana maken die juist de eetlust remt? Dat was de gedachte achter Rimonabant, een afslankmiddel dat in 2006 op de Europese markt werd toegelaten. Misschien kent u ook wel het verschijnsel dat blowers vrolijker en tevredener worden van hun jointje. Al snel bleek dat Rimonabant ook op dat vlak als een soort anti-wiet werkte: gebruikers werden vaker depressief, of kregen zelfmoordneigingen. In 2009 moest het middel weer uit de schappen van het Europese Geneesmiddelenbureau. In 2007 wilde een groep wetenschappers een overzichtsartikel schrijven over Rimonabant, waarin ze alle onderzoeken op een rijtje gingen zetten. Daar hadden ze dat van die zelfmoorden al kunnen oppikken. Tenminste: als ze al die onderzoeken ook daadwerkelijk hadden gekregen. Gunstige resultaten stonden namelijk al wel in de vakpers, maar trials waarvan de uitkomst de fabrikant minder beviel, hoeven niet openbaar gemaakt te worden. De Europese toezichthouder had ze wel, maar hield ze bij zich om de commerciële belangen van de fabrikant niet te schaden. De beste schatting is dat de farmaceutische industrie ongeveer de helft van alle klinische medicijnonderzoeken publiceert in wetenschappelijke bladen, schrijft arts en epidemioloog Ben Goldacre in zijn boek Bad Pharma.
De andere helft dus niet. ‘Als ik de helft van de data mag achterhouden bij het opgooien van een muntje, kan ik jou wijsmaken dat ik een munt met twee koppen heb’, vat hij het samen. ‘Dat vinden we onacceptabel bij het bepalen van wie er bij een potje biljarten als eerste mag stoten. Maar in de medicijnenwereld is het de norm.’ Zelfs als de resultaten wel openbaar zijn, is kritisch lezen geboden. Bad Pharma staat vol met voorbeelden van vieze trucs. Medicijnen die worden vergeleken met een placebo, in plaats van met een pil die al beschikbaar is. Of, als je ze wel met de concurrent vergelijkt, net iets te veel of te weinig daarvan voorschrijven, zodat jouw middel er beter uitkomt. En uiteraard test je je middelen op een speciaal geselecteerde groep proefpersonen, die niet per se de latere patiëntenpopulatie weerspiegelt. Je moet goed in de materie zitten om te zien dat zoiets is gebeurd. In Leiden leren epidemiologen Bob Siegerink en Astrid van Hylckama Vlieg hun studenten kritisch naar onderzoeken te kijken. Eerder zetten ze hen aan het werk om de literatuurverwijzingen in medicijnenadvertenties te controleren. Zo bleek dat van de 307 referenties naar een randomized control trial er 128 niet beschikbaar waren via wetenschappelijke databanken. De studenten namen uiteindelijk 158 studies onder de loep. Iets meer dan de helft bleek goed te zijn uitgevoerd. Maar een kwart daarvan had niet het effect gevonden dat in de advertentie werd geclaimd. Het verslag dat erover verscheen in het Netherlands Journal of Medicine, komt voor in Goldacres boek. Dit jaar kregen Siegerinks studenten Bad Pharma te lezen, maandag krijgen ze een Skype-college van Goldacre, inclusief weerwoord van iemand van de farmaceutische in-
Doornroosje, maar dan opengesneden Anatomische modellen waren niet alleen om van te leren maar golden ook als pronkstukken, zo blijkt uit de tentoonstelling Amazing Models in Museum Boerhaave. Actrice Georgina Verbaan poseerde voor het bijbehorende affiche als anatomisch verantwoorde Doornroosje. Zie pagina 11. Foto Koen Hauser dustrie. Siegerink: ‘Dokter zijn gaat verder dan alleen het behandelen van één patiënt. Onze beroepsgroep heeft een bijzondere positie in de samenleving; mensen leggen letterlijk hun leven in je handen. Naast je arts-patiëntrelatie heb je ook te maken met de wetenschap, beleidsmakers en de farmaceutische industrie. Aankomende artsen moeten daarvan bewust worden en goed op de hoogte zijn van de ontwikkelingen in hun veld. Dit boek sloeg de spijker op zijn kop. Alleen de titel is wat ongelukkig: de farmaceutische industrie is niet één groot conglomeraat van onwillenden, maar die nuance brengt Goldacre zelf ook aan. Ook toezichthouders, vakbladen, artsen en patiëntengroepen krijgen ervan langs.’ Bad Pharma kreeg vrijwel universele lof in de pers. De farmaceuti-
sche industrie reageerde kritischer: ja, in het verleden was er wel eens wat misgegaan, maar tegenwoordig gaat het veel beter, was de teneur. ‘Niet waar’, mailt Goldacre. ‘Misschien proberen ze voor afleiding of vertraging te zorgen. We kunnen de meest eenvoudige stukjes informatie niet achterhalen, zoals of en hoeveel de industrie aan artsen en onderzoekers betaalt. Nog belangrijker is dat we geen toegang krijgen tot de onderzoeken over de medicijnen die we vandaag gebruiken. Ja, de industrie belooft dat ze toekomstige trials beschikbaar zal maken, maar dan duurt het dus een generatie voor de geneeskunde beter wordt. We gebruiken nu immers de medicijnen die de afgelopen vijf tot twintig jaar op de markt zijn gekomen – dat is het tijdperk waarvoor we toegankelijke resultaten nodig hebben.’
Goldacre: ‘Er is een wereldwijde campagne gestart om toegang tot klinisch onderzoek mogelijk te maken op www.alltrials.net. Meer dan 400 organisaties, waaronder patiëntengroeperingen, artsenverenigingen en subsidieverstrekkers werken mee. De ergste voorbeelden van denialism zijn aangepakt, maar zolang we geen toegang tot de resultaten hebben, doet weinig anders er echt toe. ‘Evidence based medicine is belangrijk. We hebben een coherente informatie-architectuur nodig om eerlijke tests te doen, de resultaten daarvan toegankelijk en begrijpelijk te maken. En we moeten deze hoogwaardige informatie naar artsen en patiënten zien te krijgen, zodat ze hun beslissingen op basis daarvan kunnen maken. Op dit moment falen we in elke stap.’
LITERAIR TALENT OPGELET! WIN € 250 MET MARE-KERSTVERHALENWEDSTRIJD Ook dit jaar weer: de Mare-kerstverhalenwedstrijd! Schrijf een verhaal van tussen de 1500 en 2000 woorden en win €250, €75 of €50. Oproep van auteurs en juryleden Christiaan Weijts en Arjen van Veelen: verras ons. Mail uiterlijk 12 december naar: redactie@mare.leidenuniv.nl Deelname alleen voor Leidse studenten.
Bandirah Pagina 12
2 Mare · 28 november 2013 Geen commentaar
Versier een Door marleen van weSel‘Oh,
Colofon Redactie-adres Pieterskerkhof 6 2311 SR Leiden Telefoon 071–527 7272 Website mareonline.nl E-mail redactie@mare.leidenuniv.nl
you are from Croatia/Hungary/Belgium/Italy/France/Switzerland’, giechelden mijn vriendinnen en ik geregeld op zwoele vakantieavonden buiten de landsgrenzen. ‘I’ve never kissed someone from Croatia/Hungary/ Belgium/Italy/France/Switzerland.’ Ik weet niet of dat een goede openingszin was, of dat de heren gewoon gewillig waren. Het land in kwestie konden we daarna altijd afvinken. Het kan dus sowieso geen kwaad om ‘m te onthouden. Als het aan Jet Bussemaker ligt, moeten we namelijk onze charmes in de strijd gooien om internationale studenten na hun studie op de Nederlandse arbeidsmarkt te houden. Make it in the Netherlands! Zo heet het complete actieplan dat de minister van Onderwijs deze week presenteerde. Zeventig procent van de uitwisselingsstudenten zou na het voltooien van een studie gerust in Nederland willen blijven, maar bij slechts 27 procent komt het er daadwerkelijk van. En hoewel uitwisselingsstudenten jaarlijks 100 miljoen euro per jaar kosten, leveren ze nog veel méér op als ze blijven. Voor de 43 procent die momenteel afdruipt, gooit Bussemaker er om te beginnen voorlichtingswebsites over studiebeurzen en carrièremogelijkheden tegenaan. Maar, zei de minister bij de presentatie: ‘Het beste is het als ze verliefd worden. Dan blijven ze wel.’ Kijk, Leidse studenten, daar kunnen we wat mee. Zoals J.F. Kennedy minstens vijftig jaar geleden al zei: ‘Ask not what your country can do for you, ask what you can do for your country.’ Op naar de internationale studentenwoensdagavonden in Einstein, dus! Want hoewel Augustinus vorige week het goede voorbeeld gaf, door een biercantus te organiseren met The International Student Network of Leiden
buitenlander (ISN), vormen de wel- en niet-Nederlandse studenten twee nogal gescheiden werelden. Het begint al met een aparte introductieweek waarna een studententijd in aparte studentenhuizen en grotendeels bij aparte verenigingen volgt, voor de nooit echt samengekomen wegen zich weer scheiden. Best jammer. Ook Bussemaker wil dat bezweren. Met taalcursussen Nederlands en buddystudenten wil ze de internationale studenten wortelen in de cultuur. Breaking the bubble, noemt ze dat. Dit is het stappenplan: deze vrijdagavond organiseert ISN een cocktailparty. In het kader van Movember, dus laat je scheerapparaat nog even liggen – of plak een nepsnor op, en frunnik de bovenste knoopjes van je blouse nog snel even open. Vuur de beste, niet al te moeilijke openingszinnen (want in het Nederlands) op je toekomstige exotische geliefde af en dan… Ja, en dan? Geen idee. De Kroatische t/m Zwitserse schonen op vakantie hebben na een kusje uiteindelijk hoogst zelden het binnenzeil van onze koepeltentjes gezien, laat staan dat ik kaas gegeten heb van hoe je zo iemand aan je bindt voor de écht lange termijn. Een geruststelling dat zoiets voor minister Bussemaker ook een uitdaging is. Zelfs zie ik hooguit zonnige visioenen voor me waarin onze studiegeliefden ons (eveneens hoogopgeleid) uiteindelijk romantisch meevoeren op een vlucht naar hun land van herkomst. Die kans is namelijk net zo groot. We can make it anywhere, immers, na zo’n mooie opleiding in Nederland. Dat zou van het actieplan pas een mooie zeepbel maken.
De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000 Hoofdredactie
Column
Frank Provoost frank.provoost@mare.leidenuniv.nl Redactie
Vincent Bongers vbongers@mare.leidenuniv.nl Bart Braun bbraun@mare.leidenuniv.nl Marleen van Wesel h.g.van.wesel@mare.leidenuniv.nl Sybren Eppinga (stagiair) sybreneppinga@gmail.com Medewerkers
Emma Anbeek van der Meijden • Robbert van der Linde • Talitha Dehaene • Petra Meijer • Marc van Oostendorp • Benjamin Sprecher Fotografie Taco van der Eb • Marc de Haan Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nl Basisontwerp Roeland Segaar, Zabriski Communicatie Art direction en vormgeving Marijke Hoogendoorn, richgirl-design.com • Marcel van den Berg Drukwerk Rodi Rotatiedruk, Broek op Langedijk Advertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45 Redactieraad
Prof. dr. J.C. de Jong (voorzitter) • prof. dr. A.J.W. van der Does • drs. B. Funnekotter • dr. H. Heestermans • L. ten Hove • D. Jacobs • prof. dr. J.J.M. van Holsteyn • Prof. dr. F. Israel • mr. F.E. Jensma • E. Kastelein • S. Kerkhof • E. Merkx • C. Regoor • prof. dr. N.J. Schrijver • R. van Wijk • C. van der Woude Jaarabonnementen
Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuisgestuurd krijgen door €35 over te maken op bankrekening 1032.57.950 ten name van Universiteit Leiden (o.v.v. Mare en SAP-nummer 6200900100) en vervolgens een bevestigingsmail met daarin hun adres te sturen naar redactie@mare.leidenuniv.nl. Studenten betalen €25. Ter controle graag in de bevestigingsmail ook het studentnummer vermelden. Adreswijzigingen
Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn. ISSN 0166-3690
‘Eh, leuk’ In het Klein Auditorium werd ik vijfentwintig jaar geleden onderzoeker. Ik weet de lichtinval nog van het moment dat het gebeurde, ik voel nog wie er links van me zat – ze is tegenwoordig uitgever –, en wie rechts – hij heeft sinds midden jaren negentig zijn eigen tekstbureau. Professor Van Bree stond achter het katheder. Hij had een ringbaardje, hij droeg een tweed jasje, hij keek de zaal in, en sprak: ‘Dit is, om het met een populair woord te zeggen, eh, leuk.’ De precieze inhoud van wat hij zei, was nog niet eens het belangrijkste. Want toen is het gebeurd. Ineens begreep ik dat de man die daar stond zijn leven gewijd had aan de wetenschap, in zijn geval aan de geschiedenis van het Nederlands, en dat dit voor hem niet zomaar een beroep was, iets waar hij overdag zijn centjes mee verdiende om zich dan ‘s avonds te kunnen vermeien bij een aflevering van Dr. Who, maar dat zijn leven en zijn fascinatie volledig voor de taal bij hem samenvielen. En daar in die collegebankjes, met links de toekomstige uitgever en rechts de tekstschrijver in spe, besloot ik dat ik dat ook wilde. Niet het ringbaardje misschien, en ook niet het aarzelen om leuk te zeggen, en zelfs misschien niet de geschiedenis van het Nederlands – maar een leven lang proberen om iets meer te weten te komen. Ik neem aan dat veel al mijn medestudenten die middag de uitspraak vergeten zijn, maar hopelijk hebben zij hun eigen momenten gehad. Ze zijn de wereld in getrokken, maar hebben hopelijk begrepen wat dat is, kennis. Je hebt voor een universiteit natuurlijk niet veel meer nodig dan professor Van Bree en een katheder. Alle toppublicaties, Europese subsidies, studierendementscijfers, internationale rankings,
accreditaties en andere targets volgen vanzelf wanneer je maar genoeg mensen in contact brengt met mensen die helemaal geen beroep hebben, maar voorleven hoe je het onmogelijke moet willen: weten hoe alles in elkaar zit. Dat is vervelend voor de managers, want er valt weinig aan te meten. De momenten vallen niet op een voorspelbare manier op te roepen, en ze zijn ook niet eindeloos te herhalen door ze te filmen en op het internet te plaatsen. De student en de professor, de leraar en de leerling, moeten er samen voor in dezelfde ruimte zijn. Ze moeten aanwezig zijn, zichzelf op het spel zetten, het gevaar lopen dat ze ineens iets stoms zeggen, zodat ze meer geconcentreerd zijn. Voelen dat kennis en wetenschap geen dingen zijn die je kunt vastpakken. Dat je er je hele leven naar moet trachten, en dat dit een zinvol leven is. Ik weet ook wel dat dit grote woorden zijn, maar de universiteit is nu eenmaal geen suikerklontjesfabriek, maar een plaats waar mensen hopelijk de richting voor hun leven vinden, bijvoorbeeld in het Klein Auditorium. Gelukkig loopt Cor van Bree, hoewel hij al een tijdje met pensioen is, nog steeds rond in Leiden, en zie je hem zelfs nog over het Rapenburg gaan, op weg naar een gastcollege. Gelukkig ziet hij er nog altijd uit zoals een professor eruit hoort te zien. Hij bezorgt zijn studenten vast nog af en toe zo’n moment en verandert daarmee hun leven. En hopelijk komt er nog regelmatig iemand tot het besef dat wetenschap, om het met een populair woord te zeggen, eh, leuk is. Marc van Oostendorp is hoogleraar fonologische microvariatie
28 november 2013 · Mare Mensen
071 -527 …
Waakhonden zonder visie
Griezels, zieken en misdadigers ‘Skype en Whatsapp liften mee op bestaande infrastructuren’,
Versnippering in het telecomrecht Onderzoeksinstituut eLaw@Leiden heeft twee nieuwe telecomprofs. ‘Het ontbreekt Europa aan visie.’ DOOR VINCENT BONGERS De twee bijzonder hoogleraren telecommunicatierecht komen beiden uit de praktijk. Serge Gijrath (1964) is partner bij CLegal, een Amsterdams advocatenkantoor dat onder andere is gespecialiseerd in telecommunicatierecht. Gera van Duijvenvoorde (1965) werkt als advocaat voor KPN. ‘Ik heb als medewerker van KPN steeds te maken met regulering’, zegt Van Duijvenvoorde. ‘Je kunt zelfs wel zeggen dat het tot de kern van het bedrijf hoort. Dan draait het niet alleen om de nationale en internationale markt maar ook om veiligheid en privacy. Het gaat ook om de reputatie van het bedrijf.’ Het werken bij een telecomgigant en onderzoeker zijn bij een univer-
siteit, bijt elkaar niet, zegt Van Duijvenvoorde. ‘Ik kan geheel onafhankelijk analyses maken en onderzoek doen. Ik heb ook met KPN hierover afspraken gemaakt.’ Gijrath: ‘Wij zijn onder andere allebei geïnteresseerd in vragen als: wie heeft er toegang tot netwerken? Kan de eindgebruiker kiezen uit alle aanbieders? En wie controleert dat?’ De introductie van steeds weer nieuwe diensten zorgen er voor dat de sector vaak verandert. ‘Skype en Whatsapp liften mee op al bestaande infrastructuren’, zegt Gijrath. ‘Skype verpakt je stem als data en verstuurt het via internet. Ze verdienen geld met reclame of proberen de gebruiker te laten overstappen op een betaalde dienst. Je kunt zeggen dat het handig is voor consumenten dat ze gratis kunnen bellen. Maar dat is één kant van het verhaal. De verminderde inkomsten, en dat gaat om grote bedragen,
leiden er ook toe voor dat er minder geïnvesteerd wordt in bijvoorbeeld glasvezelnetwerken of nieuwe diensten voor mobiele telefonie. Dat kan ook nadelig uitpakken.’ Van Duijvenvoorde: ‘De EU en nationale overheden moeten gaan bekijken wat er gereguleerd moet worden en wat niet. Wat betekent deze nieuwe dienstverlening? Het gaat natuurlijk niet alleen om geld. Privacy en veiligheid zijn ook van belang.’ Gijrath: ‘Omdat het allemaal zo snel gaat, moet de regulering steeds aangepast worden. Een dienst als Skype viel eerst niet onder de internetbeveiligingsprotocollen. Nu wel.’ Eurocommissaris Neelie Kroes is in ieder geval de strijd aangegaan met de telecomsector. Bellen en internet moeten goedkoper worden. Kroes wil zelfs een Europese waakhond die telecombedrijven in de gaten houdt. De Leidse hoogleraren
Frutti di Mare
zijn sceptisch. Gijrath: ‘Kijk eerst even naar de instanties die er al zijn en hoe die functioneren. Er zijn nu 28 verschillende waakhonden. Eén per lidstaat. Die hebben dan wel weer zitting in een overkoepelende organisatie die zetelt in Litouwen en waar een Nederlander voorzitter van is. Al die organisaties pakken regulering anders aan.’ ‘In Nederland heeft de Opta (inmiddels opgegaan in de Autoriteit Consument & Markt) KPN fel op de huid gezeten en boetes uitgedeeld. De Britse regelgevende autoriteit nam een andere houding aan en onderhandelde veel meer met British Telecom en andere partijen.’ Van Duijvenvoorde: ‘Het is nu allemaal veel te versnipperd. Het ontbreekt Europa aan één visie in over hoe de sector te reguleren. Die moet er eerst zijn. Dan pas kun je gaan nadenken over welke instantie krachtig kan handhaven.’
Foto Taco van der Eb
3
Universitair docent geschiedenis Anna Tijsseling geeft vrijdag een lezing over homoseksualiteit in de Tweede Wereldoorlog. Waar gaat u precies over spreken? ‘Over de strafvervolging van homoseksualiteit tijdens de bezettingstijd. In Nederland kan die periode niet worden afgedaan als een van vervolging. Integendeel. Maar voor homoseksuelen was het dagelijks leven net zo gecompliceerd en ingewikkeld als voor anderen. Een goed voorbeeld is een homofeest in Den Haag, een bal masqué.’
Wat gebeurde daar? ‘Een jongen vierde zijn 21e verjaardag. Voor de bezettingstijd was dat de leeftijd waarop je sekspartner niet meer vervolgd kon worden voor homoseksuele seks. Alleen het feest werd gemeld bij de politie door iemand die niet was uitgenodigd. Toen iedereen was gearresteerd hoorden de agenten echter dat de Sicherheitsdienst eraan kwam. Daarop hebben ze alle opgepakte mannen en vrouwen weer naar huis gestuurd. Zij beschermden de feestgangers dus tegen de Duitse bezetter.’ Wat zegt dat? ‘De mentaliteit van de politie was tijdens de bezetting niet echt veranderd als het ging om homoseksuelen. Zedendelicten hadden weinig prioriteit. En de angst om verraden te worden kwam dus ook voor in eigen subcultuur en niet alleen door hetero’s.’ Hoe stond de Nederlandse samenleving in die tijd tegenover homoseksuelen? ‘Net als voor en na de bezetting: negatief dus. Door de bank genomen werden homoseksuelen gezien als griezels, zieken of misdadigers.’ Hoe zat het eigenlijk met de lesbiennes, biseksuelen en transgenders in de Tweede Wereldoorlog? ‘Het ging de Duitsers meer om Nederlandse homomannen. Zij hadden een ruimere verordening ingevoerd om meer homoseksuelen te vervolgen. In het Derde Rijk zelf werden lesbiennes weggevoerd als “asocialen”, terwijl mannen als “homo” op transport gingen. Over een precies aantal is weinig duidelijk.’
Justitiabelen falen als een otter ‘Toch een mooie opkomst, voor zo’n geseling’, zegt officier van justitie Wouter Bos terwijl hij tevreden de Lorentzzaal in het KOG rondkijkt. Tientallen rechtenstudenten kijken hem nog zelfverzekerd aan. ‘En aangezien we meerdere malen benadrukt hebben dat je een spectaculaire prijs kunt winnen, kunnen we natuurlijk niet aankomen met een lullige zak pepernoten. De winnaar van het strafrechtelijk dictee krijgt niet alleen het boek Wordt vervolgd mee naar huis, maar mag ook een dag meelopen op het Openbaar Ministerie. En dan nu: het dictee. Ik ben geen Philip Freriks, maar ik ga mijn best doen.’ De studenten grijpen naar hun pen en beginnen meteen met schrijven als Bos de zin eerst eenmaal in het geheel voorleest. ‘Ons justitiabelen wordt doorgaans veel verweten, dat is tenslotte inherent aan ons metier, maar het verzinnen van moeilijke zinnen voor een juridisch dic-
DOOR PETRA MEIJER
tee is aan ons welbesteed. Enthousiast zijn we begonnen een prozaïsch stuk tekst in elkaar te flansen dat tevens een inkijkje geeft in de soms wondere wereld van het arrondissementsparket Den Haag.’ De studenten halen opgelucht adem, maar later zal blijken dat de woorden ‘welbesteed’, ‘prozaïsch’, ‘flansen’ en ‘arrondissementsparket’ toch flink wat fouten opleverden. ‘Dit was natuurlijk om in te komen’, zegt officier van justitie Mariëtte Bode, die samen met Bos uitgenodigd is om het dictee af te nemen en een lezing te geven over hun vakgebied. Tijd voor zin twee. ‘En wees niet bang, u zult dit jaar gevrijwaard blijven van obligate juridische dicteewoorden als exceptio non adimpleti contractus, litigieuze overeenkomsten en constitutum possessorium. Bij het Openbaar Ministerie doen we niet aan dat privaatrechtelijk geneuzel,
wij focussen ons op de kwestieuze handel en wandel van delinquenten.’ Gekreun in de zaal. Bode: ‘Wat? Gaat het te snel? Dat menen jullie niet.’ De studenten werpen elkaar wanhopige blikken toe en rollen met hun ogen. Er wordt gegiecheld en hier en daar wat afgekeken. ‘Ik faal als een otter’, fluistert iemand in de zaal. In een uiterste wanhoopspoging tekent een van de deelnemers protest aan. ‘Volgens mij is het tekst die een inkijkje geeft, geen tekst dat een inkijkje geeft.’ Maar al snel wordt duidelijk dat ‘dat’ het juiste betrekkelijk voornaamwoord is voor een stuk tekst en uitstel is niet langer mogelijk. Er volgen nog vijf lange zinnen en een hoop gezucht en gesteun. Na het dictee is van de eerdere zelfverzekerdheid weinig over. Terwijl Bos en Bode aan de hand van soms gruwelijke foto’s over de praktijk vertellen – ‘Wat zien we hier voor een
vlekken op het bed? Nee, het is geen spaghetti, er is iemand overgoten met zwavelzuur’ – gaat de organisatie boven in de zaal snel nakijken. ‘De meeste fouten zijn gemaakt bij “consciëntieuze”, “pro-Deoadvocaat”, “éminences grises”, “bagatellisering” en “heuse”’, zegt Ybo Buruma, raadsheer bij de Hoge Raad. Bestuurslid Lyanne Bontje kijkt een dictee na waarbij iemand het heeft over ‘in het o-tje nemen’ en over ‘éminences grease’. Uiteindelijk komen er twee winnaars uit de bus: beiden hebben dertien fouten. ‘Het meeste aantal fouten was 39’, vertelt Bontje. ‘Maar we hebben ook een fout uit het dictee gehaald.’ Karlijn Verhoeven is verbaasd dat ze gewonnen heeft: ‘Ik vind dertien fouten best veel.’ Tjalling Reijnders heeft wel een idee waarom hij gewonnen heeft. ‘Ik heb een slecht handschrift, daardoor hebben ze vast een aantal fouten gemist.’
Zaten er ook homoseksuelen in het verzet? ‘Willem Arondeus is een mooi voorbeeld. Hij nam deel aan de bomaanslag op het bevolkingsregister in Amsterdam. Voor homo’s was het misschien wel makkelijker om in het verzet te gaan. Zij moesten vaak hun leven al verbergen voor de buitenwereld.’ Was er al sprake van een gayscene? ‘Zeker, en die was heel levendig. In Nederland zag je het vooral in de kroegencultuur van Amsterdam en Den Haag. Zo liep het tijdens de oorlog slecht met de Haagse bars. Voor de uitbaters was het een overlevingsstrategie om er een homobar van te maken. Dat zorgde nog voor klandizie.’ SE Anna Tijsseling, Homosexuality during World War II, Leidsche Ganymedes Borrel (LGB) Faculteit Sociale Wetenschappen, 1A-09 Vrij 29 nov, 17.30 u.
4 Mare · 28 november 2013 Nieuws
Roeisucces Sebastiaan van Kints van Njord heeft zondag de tweede plaats gehaald bij de roeiwedstrijd ‘Hel van het Noorden’ in Groningen In de zes kilometer tellende achtervolgingsrace op het Eemskanaal eindigde hij in een tijd van 23.33,8 als tweede bij de lichte roeiers. ‘Een roeier van de gevestigde orde startte kort na mij. Het gat werd steeds groter tijdens de wedstrijd. Dus ik wist dat ik een goede tijd aan het neerzetten was’, aldus Van Kints. Als een soort tijdrit vertrok om de tien seconden een roeier. Hij bleef met zijn tijd zelfs verenigingsgenoot Stef Broenink met twee seconden voor. ‘Ik ben nog onder de 23. Zo’n kwalificatie heb ik niet eerder gehaald. Nu ben ik tweede geworden in het hele van lichte roeiers.’
Stapelkosten De wetenschapsfraude van psycholoog Diederik Stapel kostte zijn universiteiten meer dan een kwart miljoen. Onderzoeksjournalist Frank van Kolfschooten rekende het zaterdag voor in NRC Handelsblad. De universiteiten van Tilburg, Amsterdam en Groningen hebben allemaal meegewerkt aan een onderzoek waarin Stapels publicaties tegen het licht werden gehouden. De leden van die commissies kregen betaald of werden vrijgesteld van ander werk. In totaal zijn er achttien mensen in de weer geweest, inclusief secretaris en drie statistici. In totaal: 8000 uur werk, kosten 244.400 euro. Maar voor drie tientjes per uur kun je toch geen hoogleraar huren? Klopt: de gepensioneerde commissieleden deden hun werk gratis of voor weinig. Bovenop de personeelskosten komt nog zo’n twintig mille aan overig grut als persconferenties, het laten vertalen van onderzoeksrapporten. Niet meegerekend: alle tijd die bestuurders, tijdschriftredacties en de FIOD kwijt zijn geweest met puinruimen. Stapel kreeg voor zijn fraude ontslag, en een taakstraf van 120 uur.
Fietsen weg Bij het Beheer Pelikaanhof zijn deze week meldingen binnengekomen over fietsendiefstal. Volgens een bericht op de Facebookpagina gaat het voornamelijk om zwarte omafietsen. Bij navraag bij de Pelikaanhof gaat het om een onbekend aantal fietsen die zowel binnen als buiten de fietsenkelder zijn weggenomen. De elektrische deur van de kelder van het studentencomplex heeft sinds anderhalve maand technische problemen. Volgens Bastiaan Brozius, een van de bestuursleden van de Pelikaanhof, wordt er hard aan gewerkt. De planning is dat de problemen voor de kerst zijn verholpen. Studenten wordt aangeraden hun fiets goed op dubbel slot te zetten.
Top-subsidie Vier Leidse sterrenkundigen hebben een NWO-topsubsidie binnengehaald. NWO is een organisatie die belastinggeld verdeelt als onderzoeksbeurzen, en hun top-subsidies zijn bedoeld voor bèta-onderzoeksvoorstellen die ‘grensverleggend en risicovol’ zijn. Zo’n beurs bedraagt maximaal 750.000 euro. NWO kende vorige week negentien van die beurzen toe, waarvan er vier naar Leiden gingen. Xander Tielens, Michiel Hogerheijde en Ivo Labbé kregen er eentje, alsmede gastonderzoeker Jelle Kaastra.
Afstudeerprijzen De Koninklijke Hollandse Maatschappij der Wetenschappen heeft vier van haar zeven afstudeerprijzen uitgereikt aan Leidse scripties. Chemicus Rik Mom won met zijn scriptie over katalysatoren van nikkel. Natuurkundige Jelmer Wagenaar, kreeg de prijs voor een door hem ontwikkelde slimme magneet. Sterrenkundige Marijke Segers won met theoretisch werk over de massa van sterrenstelsels, en wiskundige Stéphanie van der Pas werd onderscheiden voor haar onderzoek naar statistische methodes om keuzes te maken.
‘Dit is een ambitieboete’ Moeten studenten meer betalen voor excellentie? Van minister Bussemaker van Onderwijs mogen universiteiten als experiment maximaal dubbel collegegeld (3.812 euro) vragen voor toptrajecten. Hoewel nog niet duidelijk is of Leiden meedoet, peilde Mare alvast de stemming. Karl Dittrich, voorzitter van de Vereniging van Universiteiten (VSNU): ‘We zijn voorstander van een hoger collegegeld voor excellentie. We hebben prestatieafspraken gemaakt met het ministerie. Hierin is ook vastgelegd dat meer studenten een excellentieprogramma kunnen volgen. Daar is wel geld voor nodig. We zien het ook meer als een tegemoetkoming aan de vraag van studenten. Een groep studenten wil graag meer uitdagend onderwijs en daar willen we in voorzien. ‘Ik vrees er helemaal niet voor dat een diploma van een “gewone” opleiding minder waard wordt. Dat zou pas een rol spelen als bijvoorbeeld een heel grote groep een excellent traject volgt, en een minderheid niet. Daarnaast telt niet alleen de bul. Studenten moeten zich op allerlei manieren onderscheiden. Heb je stage gelopen? Een studie in het buitenland of heb je in een bestuur gezeten? Werkgevers kijken naar het totaalpakket.’
Deze trajecten werden eerst gefinancierd uit de Siriuspot (subsidie gefinancierd uit aardgasbaten voor excellent onderwijs, red.). Dat geld is er nu niet meer. Dat mag de student nu zelf bekostigen. ‘Er dreigt tweedeling: studenten Euroshopper en studenten Albert Heijn Excellent. Studenten met minder geld kiezen minder snel voor een toptraject. De minister zegt dat universiteiten dat moeten opvangen. Wij verwachten dat dat gaat tegenvallen.’ Pieter Duisenberg, VVD-Kamerlid en woordvoerder Hoger Onderwijs: ‘Het experiment is wel overwogen. Het ministerie had al eerder met de universiteit prestatieafspraken gemaakt. Daarin is ook vastgelegd dat meer studenten excellent onderwijs volgen. Hoe meer,
hoe beter. Het is niet de bedoeling dat deze trajecten ten koste gaan van de reguliere opleidingen, dus is het verstandig om universiteiten de ruimte te geven om een hoger collegegeld te vragen. ‘En studenten kunnen een heel bewuste keuze maken om die te volgen. Het is een investering in jezelf. Ik denk niet dat het voor een tweedeling zorgt. Studenten die minder ruim in de financiën zitten, kunnen steun krijgen. Het is ook een experiment. We gaan kijken of het zo goed werkt.’ Renée van der Ploeg, bestuurslid van het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO): ‘De kwaliteit van excellentieprogramma’s moet ook na het wegvallen van Sirius hoog blijven. Het is jammer dat dit nu op het bord van de student is ge-
legd. Voor studenten met een kleine beurs komt een regeling, aldus Bussemaker. Dat is aan de universiteiten. Maar dat kan nog wel eens een probleem worden. Talent, ambitie en motivatie moeten een reden zijn om een topopleiding te volgen. Niet de portemonnee. ‘Er wordt steeds gewezen naar de profileringsfondsen van de universiteiten. Maar daaruit moet van alles worden betaald, dus straks is er geen geld meer om studenten te steunen die excellent onderwijs willen volgen. We vinden dat opleidingen de verhoging van collegegeld wel moeten verantwoorden. Daar staat niets over in de regeling van de minister. Straks wordt er bijvoorbeeld dubbel collegegeld gevraagd voor één extra lunch in het programma.’ Door Vincent Bongers
Eduard Schmidt, vice-voorzitter van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb): ‘Het is een heel slecht idee. De minister doet het voorkomen alsof het handreiking is aan studenten die excellent en uitdagend onderwijs willen, maar dat zou in het hoger onderwijs al standaard moeten zijn. Het is vreemd als je er meer voor moet betalen. Het is meer een ambitieboete. ‘Je ziet een verschuiving in de financiering van het onderwijs van de staatskas naar de portemonnee van de student. Bussemaker zegt dat er voor de excellentietrajecten meer geld nodig is voor tophoogleraren.
Zwakke studie Universiteit is financieel gezond sneller oplappen De universiteit is financieel gezond en dat blijft de komende jaren ook zo. Dat blijkt uit de begroting voor de periode 2014-2017. Voor dit jaar wordt er op een positief resultaat van 13,7 miljoen euro gerekend. Volgend jaar is er een plus van 10,6 miljoen begroot. Daarna blijft de universiteit zwarte cijfers schrijven. In 2015 wordt een positief resultaat verwacht van 7,4 miljoen euro. In 2016 is dat 2 miljoen en een jaar later stijgt dat weer naar 4 miljoen. De daling heeft onder meer te maken met de bekostiging van de bouw van het bètacomplex. De positieve resultaten zijn mede het gevolg van forse bezuinigingen die de laatste jaren zijn doorgevoerd. Zo leveren alle faculteiten en ondersteunende diensten al sinds 2012 flink in. De investeringen in huisvesting zorgen voor een negatieve kasstroom in de komende jaren. Maar de universiteit heeft voldoende geld om dit op te vangen. De behaalde positieve resultaten in de afgelopen jaren worden benut
om de in 2007 en 2008 gedaalde vermogenspositie aan te vullen. Verder investeert de universiteit veel geld in onderwijsvernieuwing. De faculteiten krijgen de komende vier jaar 6,45 miljoen euro om te voldoen aan de prestatieafspraken die zijn gemaakt met het ministerie van onderwijs. Het realiseren van de prestatieafspraken is uit financieel oogpunt uitermate belangrijk. Als er niet wordt voldaan aan de eisen van het ministerie krijgt de universiteit minder geld. De universiteit verwelkomde dit collegejaar een recordaantal eerstejaars. Rond de 5.200 studenten zijn ingestroomd in de diverse bachelor opleidingen. De universiteit vergrootte haar marktaandeel en krijgt daarom ook meer geld van het ministerie. Het totaal aantal studenten is uitgekomen op 23.000. In 2017 wordt het totaal aantal studenten op meer dan 25.000 ingeschat. In de begroting wordt er van uitgegaan dat de aanwas eerstejaars bachelors de komende jaren stabiliseert rond de 4800. VB
De Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) overschrijdt de termijn van hersteltrajecten van negatief beoordeelde opleidingen. Dat stelt de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) in een inventarisatie. De NVAO beoordeelt de kwaliteit van de opleidingen van het hoger onderwijs. Sinds 2011 kan een opleiding een ‘hersteltraject’ aangeboden krijgen om orde op zaken te stellen. Volgens de reglementen van de NVAO mag dit maximaal een jaar zijn als het gaat om een te laag ‘gerealiseerd eindniveau’. De waakhond schendt volgens de LSVb haar eigen regels. Eduard Schmidt, vice-voorzitter van de vakbond, vindt dat het hersteltraject niet te lang mag duren. ‘Een opleiding moet wel herstelbaar zijn. Anders kunnen er twijfels over het diploma bestaan.’ De woordvoerder van de NVAO: ‘De NVAO volgt de in de wet vastgestelde regels. Sommige resultaten hebben wij ook kunnen weerleggen.’
De LSVb heeft de afgelopen twee jaar naar 44 hersteltrajecten gekeken, waarvan 15 universitaire opleidingen. Schmidt wil dat de NVAO sneller ingrijpt. ‘De termijn van een jaar moet ingaan vanaf moment dat zij het herstelplan goedkeuren. Niet wanneer de accreditatie afloopt.’ De NVAO kan zich hier in vinden. ‘Studenten mogen wat het eindniveau betreft niet te lang in spanning zitten wanneer opleidingen de gelegenheid krijgen om verbeteringen door te voeren. Maar dat vraagt dan een wetswijziging’, licht de woordvoerder toe. In het onderzoek van de studentenvakbond waren 38 opleidingen afgekeurd omdat het eindniveau onvoldoende bleek. Hiervan duurde het hersteltraject van acht opleidingen langer dan een jaar. Dit jaar is de bachelor criminologie in Leiden als zwak beoordeeld door de NVAO. De master kreeg wel een positieve beoordeling. De opleiding heeft nu tot eind december 2014 de tijd om met een herstelplan te komen. SE
28 november 2013 · Mare 5 Nieuws
‘Rugbyers bonkten op de deur’ De rechtenfaculteit neemt veel grote tentamens af en de organisatie levert de nodige hoofdbrekens op. Het vervoer van tentamens en luidruchtig klagende rugbyers zorgen soms voor problemen. Docenten willen een beter systeem, maar hoe dat eruit moet zien is nog de vraag, zo bleek vorige week tijdens de faculteitsraad. Het vervoer van tentamens van en naar de zaal is een probleem als er honderden studenten moeten pennen. ‘Bij tentamens voor grote groepen krijg je de papieren niet meer onder de snelbinders mee’, zei docent bedrijfswetenschappen en raadslid René Orij. ‘Per afdeling is de logistiek anders geregeld. Ik heb zelfs wel eens met mijn tentamens in een taxi, gecharterd door burgerlijk recht, gezeten. Ik hoefde niet af te rekenen. Het lijkt mij in ieder geval een goed idee om dat beter te organiseren. Misschien is meer samenwerking tussen instituten en afdelingen mogelijk?’ Het faculteitsbestuur zag niet onmiddellijk een oplossing. ‘Het is een heel oud probleem’, zei portefeuillehouder bedrijfsvoering Kees Pafort. ‘Maar het is twijfelachtig of de faculteit of de instituten het moeten gaan regelen. Ik weet niet of het handig is om bijvoorbeeld het UFB in te zetten. Het lijkt me ook niet zinnig om een kleine facultaire auto met studentchauffeur aan te schaffen. Ik zie meer in oplossingen op ICT-terrein dan een faculteitsbreed bezorgsysteem.’ Rechten hoopt bijvoorbeeld gebruik te kunnen maken van de faciliteiten in het Van Steenisgebouw. Daar kunnen dan mogelijk vaker elektronische tentamens afgenomen worden. Een ander probleem is de planning van tentamens. Uitloop in het sportcentrum is bijvoorbeeld nauwelijks mogelijk. ‘Als je om vier uur klaar moet zijn, dan staat er al een rugbyteam op de deur te bonken omdat zij de zaal gehuurd hebben en willen trainen’, aldus Orij. ‘Terwijl een deel van de tentamens nog niet is opgehaald. Daar heb je soms wel een kwartier uitloop voor nodig.’ Personeelslid en universitair hoofddocent Europees recht Jorrit Rijpma: ‘We krijgen mailtjes waarin staat dat de tentamens om vier uur afgelopen moeten zijn. De zaal moet dan ook leeg. Bij tentamens voor driehonderd mensen, kost het ophalen heel veel tijd. Er zal dan ook daar waar mogelijk meer tijd moeten worden gereserveerd. Anders krijgen we te maken met boze rugbyers of boze turndames.’ Mogelijk kan Rechten de zaal een half uur langer huren per tentamen. Maar dat kost geld en het schema moet dat wel toelaten. En vroeger beginnen, bijvoorbeeld om half negen ’s ochtends, wordt vast niet prijs gesteld door de studenten. VB
Godsdienstwetenschappen gaat reorganiseren Vier van de acht professoren moeten vertrekken Het Leids Instituut voor Godsdienstwetenschappen gaat op de schop. Van de acht hoogleraren moeten er vier verdwijnen. Door Marleen van Wesel Het
instituut gaat binnenkort verder als een zogeheten center onder het Leiden Institute for Area Studies (LIAS) en zal het Leiden University Center for the Studie of Religion (LUCSoR) gaan heten. ‘We willen doorgaan met de expertise van godsdienstwetenschappen’, zegt decaan Wim van den Doel. ‘We willen het zelfs een nieuwe duw vooruit geven. Het is een dubbel verhaal, want de reorganisatie zal arbeidsplaatsen kosten. Maar het is geen sterfhuisconstructie.’ Studenten aan het instituut vinden de situatie lang niet zo dubbel. ‘Tijdens deze hele reorganisatie wordt niet aan de studenten gedacht, terwijl de situatie flinke gevolgen heeft voor het vervolg van onze opleidingen’, zegt Josine Heijnen, voorzitter van de studievereniging
van Godsdienstwetenschappen. Zij is vierdejaarsstudent godgeleerdheid en zocht contact met Van den Doel, samen met haar bestuurs- en studiegenoten Lieke van der Geest, Laura Hurkxkens en Meike Jacobs. Zij vrezen dat studenten die vakken volgen of scripties schrijven bij boventallige docenten straks in de problemen komen. Van den Doel: ‘Dat is te ingewikkeld voor Mare. We liggen op koers. In december krijgen de mensen die boventallig verklaard worden duidelijkheid. Pas na de definitieve boventalligheidsverklaring, zo rond februari, volgt een periode van tien maanden ontslagbescherming plus drie maanden opzegtermijn. Het kán voorkomen dat zij deze tijd fulltime besteden aan omscholing en geen tijd meer hebben voor colleges en scripties. Maar in de praktijk zullen ze zich daar vast wel mee bezighouden, omdat ze nog altijd een academische carrière nastreven.’ De decaan zegt de onvrede onder de studenten wel te begrijpen. ‘Sommigen zijn hier komen studeren
voor het specialisme van meneer of mevrouw Y. Wanneer die docent al tijdens die dertien maanden elders, bijvoorbeeld in Groningen, een nieuwe baan vindt, gaat bij ons de vlag uit. Het gebeurt vaker dat een docent vertrekt terwijl er nog scripties lopen. We kunnen dan wel kijken of een student nog zijn scriptie bij Y kan afmaken. We zoeken naar individuele oplossingen, maar daar zitten reële grenzen aan.’ Volgens Heijnen ligt het in de realiteit minder eenvoudig: ‘Groningen en Amsterdam hebben een compleet andere signatuur.’ Het concept-reorganisatieplan is in de faculteitsraad van 13 november in het besloten gedeelte besproken. Na een paar wijzigingen, ‘geen hoofdzaken’, volgens Van den Doel, stemde de personeelsgeleding op 18 november unaniem voor. Heijnen: ‘We vragen ons af hoe zorgvuldig het plan in zo’n korte tijd gewijzigd is.’ De studenten hebben 14 november een ‘Notie van Treurnis’ gestuurd. Heijnen: ‘Wij weten deze dingen via-via, maar onze do-
‘Behoud buitenlandse studenten’
Minister van Onderwijs Jet Bussemaker heeft samen met VSNUvoorzitter Karl Dittrich vrijdag het actieplan Make it in the Netherlands gepresenteerd. Hiermee wil zij meer internationale studenten in Nederland houden.
Tijdens de dies natalis vertaalt een tolk alle speeches in het Engels zodat buitenlandse studenten en medewerkers mee kunnen luisteren. Foto Marc de Haan
Geneeskunde schrapt verplichte 6,5 Vwo-scholieren die bij de overgang van de vijfde naar de zesde klas lager dan een 6,5 gemiddeld staan voor Nederlands, Engels en de wettelijke verplichte profielvakken, krijgen toch de kans om aan de selectieprocedure van de opleiding geneeskunde mee te doen. De opleiding wilde scholieren met lage cijfers eerst niet toelaten tot de nieuwe decentrale selectieprocedure. Zij konden nog wel een
centen weten nog veel minder. We zagen Van den Doel tijdens onze ontmoeting een week eerder nog “communicatie studenten” noteren, maar op onze notie hebben we nog niets gehoord.’ De decaan: ‘Die was dan ook aan de rector magnificus gericht.’ Binnenkort volgt het specifiekere concept-personeelsplan. Trouw schreef naar aanleiding van de reorganisatie dat de bachelor islamstudies gaat verdwijnen. ‘Die mensen hebben toch ook journalistiek gestudeerd?’ reageert Van den Doel. ‘Dat klopt dus niet. Sijbolt Noorda van de VU heeft ons over de reorganisatie geadviseerd. Hij raadde onder meer aan om islamstudies op te heffen als zelfstandige bacheloropleiding, maar de expertise te behouden voor de bijvakkers en voor geïnteresseerden van buitenaf. In het reorganisatieplan staat dat zijn advies voor ons de basis vormt, maar we nemen zeker niet alles van hem over. Daar is het misgegaan. Misschien blijft de opleiding gewoon bestaan, ik kan er niets over voorspellen.’
plek krijgen door loting. Aangezien slechts 130 van de rond 320 plaatsen door decentrale selectie worden toegewezen. Geneeskundecaan Pancras Hoogendoorn lichtte eerder in Mare de keuze voor een minimum cijfer toe: ‘We weten dat een bepaald gemiddelde nodig is om succesvol te zijn. Maar misschien wordt het na onderzoek wel een ander cijfer. Het is allemaal nieuw. Een 6,5 is een goed startpunt.’
De universiteitsraad dacht daar anders over, zo blijkt uit een adviesbrief aan het college van bestuur uit mei dit jaar. Als in de toekomst geneeskunde geheel decentraal gaat selecteren vallen er leerlingen met lage cijfers buiten de boot. En dat is niet wenselijk, aldus de raad. ‘Scholieren die met hun overgangsrapport tussen de 5,5 en 6,5 zitten, komen niet meer in aanmerking voor selectie en hebben zo geen toegang meer tot de studie. De raad
is van mening dat decentrale selectie een aanvullende methode is om studenten op andere gronden dan behaalde cijfers tot de studie toe te laten.’ Het college en het faculteitsbestuur hebben het advies opgevolgd en de cijfer-eis laten vallen. Het college wilde in eerste instantie het besluit voor een minimumcijfer pas herzien bij de komst van honderd procent decentrale selectie, maar is van gedachte veranderd. VB
Het aanbod van Engelstalig onderwijs trekt internationale studenten naar Nederland. De overheid wil hen al langer aan zich binden. ‘Het is heel belangrijk dat de internationale studenten hier blijven, want het mes snijdt dan aan alle kanten. Zij nemen hun kennis en netwerken mee. En we kunnen ze gebruiken in bijvoorbeeld de technieksector’, zegt de woordvoerder van de VSNU. Momenteel blijven te weinig internationale studenten hangen op de Nederlandse arbeidsmarkt. In potentie wil zeventig procent in Nederland blijven, maar uit cijfers blijkt dat zich tussen de 19 en 27 procent hier vestigt. In het actieplan staat dat ‘alles begint met taal’. Daarom krijgen de buitenlandse studenten een taalcursus aangeboden om het Nederlands onder de knie te krijgen. Maarten Derksen, bestuurslid van het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) is positief over het plan. ‘Het neemt de taalbarrières weg, waardoor het eenvoudiger is om te integreren.’ Daarnaast zet de minister in op promotie van studie en carrière. Dit moet internationale studenten bewust maken van het feit dat zij aan de slag kunnen op de Nederlandse arbeidsmarkt. Ook vraagt zij actie van studenten en studentenverenigingen. Met een buddyprogramma kunnen de internationale studenten wegwijs worden gemaakt in Nederland. ‘Het is geen verplichting voor studenten, maar het plan moet wel aan de man worden gebracht. Ook voor Nederlandse studenten kan het een verrijking zijn’, zegt Derksen. SE
6 Mare · 28 november 2013
Haal meer uit uw zorgverzekering via Universiteit Leiden Profiteer nu van een goede collectieve zorgverzekering met 10% korting op de basisverzekering en 15% korting op de aanvullende verzekering. Als u nu overstapt naar Zorg en Zekerheid ontvangt u daarbovenop nog eens 10% extra introductiekorting op de aanvullende verzekering. Bereken uw premie op: www.zorgenzekerheid.nl/universiteitleiden. * premie op basis van € 500,00 vrijwillig eigen risico en 10% korting
www.zorgenzekerheid.nl/universiteitleiden
U bent al verzekerd vanaf € 62,25*
28 november 2013 · Mare 7 Wetenschap
Bosjesmannen uit de Kalahariwoestijn ontdekten dat ze na het eten van Hoodia gordonii minder honger en dorst hadden.
Mensenschedels Het Turkana-bekken in Kenia is de vindplaats van een relatief groot aantal resten van de allereerste mensensoorten. Het meeste wat we weten over onze voorouders, weten we dankzij vondsten die daar zijn gedaan. De Leidse archeologe José Joordens is eerste auteur van een artikel in het Journal of Human Evolution dat nader ingaat op een deel van die vondsten. Met een combinatie van verschillende technieken konden de auteurs de leeftijd van de fossielen nauwkeurig dateren: de meesten blijken wat ouder te zijn dan tot nu toe werd gedacht. Een van de resten, een dijbeen, is daardoor zelfs gepromoveerd tot oudste stukje Homo erectus dat tot ooit gevonden is: het is bijna twee miljoen jaar oud. Als het tenminste van die soort is: Joordens en co zijn daar minder van overtuigd dan de mensen die dat bot gevonden hadden.
Lichttherapie
Afvalmythe uit de woestijn Zogenaamd wondermiddel met uitsterven bedreigd De eetlustremmende plant Hoodia gordonii zit inmiddels in zoveel afslankmiddelen dat hij moet worden beschermd. Leidse botanici werkten mee aan een DNA-test om de plant op te sporen. Door Bart Braun Het bestaan in woestijnen is keihard: overdag heet, ’s nachts koud en altijd gortdroog. Het schaarse leven dat er is, is taai en standvastig. Alles dat er kan overleven, heeft unieke trucs om met de tekorten aan water en eten om te gaan. De Bosjesmannen van de Kalahari- en de Namibwoestijn in zuidelijk Afrika leerden bijvoorbeeld al eeuwen geleden een nuttige toepassing van een plant die daar groeit. Hoodia gordonii is op het eerste gezicht een cactus, maar bij nadere bestudering familie van de maagdenpalm. Bosjesmannen eten ervan zodat ze minder honger en dorst hebben tijdens lange jachttochten. Een eetlustremmer, dus. Dat klinkt interessant, want de wereld buiten de Kalahari-woestijn kampt niet met schaarste, maar met overvloed. Tweederde van de Amerikanen is te dik, in Nederland ongeveer de helft van de mensen, en de rest van de wereld werkt hard om ons in te halen: China, India en zelfs Bangladesh zien een groeiend percentage dikkerds op hun straten. De wereld kan wel wat hulp gebruiken met afvallen, en dit plantje zag er veelbelovend uit. Pogingen om de werkzame stof
uit Hoodia na te maken strandden toen dat erg lastig bleek. Dus dook de plant zelf op in allerlei dubieuze afvalpreparaten. Die kregen al snel een slechte naam: hebzuchtige pillendraaiers namen het niet zo nauw met de botanie en stopten allerlei soorten onkruid bij elkaar. Vaak was het maar de vraag of er überhaupt de juiste plantensoort in zat. Tegenwoordig ligt het probleem precies andersom: nu is het juist een probleem als er wél Hoodia gordonii in je afslankpil zit. Er stonden wel genoeg van die planten in de Kalahari voor een paar kluitjes Bosjesmannen, maar niet voor miljoenen dikkerds. Gevolg: de plant is met uitsterven bedreigd. Het internationale CITES-verdrag, dat bijvoorbeeld ook het verhandelen van ivoor en pandaberen verbiedt, heeft hem opgenomen op haar lange lijst van beschermde soorten. Als de douane planten aantreft, worden die in beslag genomen. Het probleem is dat een douanier prima in staat is om een pandabeer te herkennen, maar dat het wat lastiger is bij fijngemalen plantendelen in een groezelig poedertje uit Afrika. Er bestond een chemische test die de werkzame stof aantoont, maar die sloeg ook alarm bij min of meer verwante plantensoorten. Een poging om een test te maken die specifiek H. gordonii-DNA kon bespeuren, faalde, omdat er maar weinig van dat DNA in de producten zit. Ook valt DNA langzaam maar zeker uit elkaar in kleine brokjes. Dat doet het al helemaal als het warm wordt, wat zomaar kan gebeuren in Afrika.
Biologe Barbara Gravendeel is expert in het werken met kleine hoeveelheden beschadigd DNA. In haar normale werk – voor zowel de universiteit, Naturalis als de Hogeschool Leiden – probeert ze oud plantenmateriaal op te sporen, bijvoorbeeld om te achterhalen wat een uitgestorven diersoort gegeten heeft. Werken met ancient DNA vereist toewijding, slim rekenwerk en flink wat extra hygiëne om te voorkomen dat onderzoekers per ongeluk toch met hun eigen erfelijk materiaal aan de slag gaan, maar in haar lab in het Van Steenis lukt het.
Er stonden genoeg planten voor een paar Bosjesmannen, niet voor miljoenen dikkerds Samen met de douane en haar student Gerard Gathier ontwikkelde ze een DNA-test die specifiek Hoodia gordonii kan aantonen. ‘Het voordeel is dat het ook werkt als de maker er jonge planten in stopt, die de werkzame stof nog niet aanmaken. De douane kan nu zelf in haar eigen DNA-lab aan de slag met onze test’, zegt de biologe. Helemaal perfect werkt de proef nog niet: ‘We hebben ook wel monsters getest waarin het DNA blijkbaar zo gedegenereerd was, dat niet uit te sluiten viel of er niet toch Hoodia inzit. Onze publicatie over de test, in het Journal of Forensic Sci-
Mensen met depressies kunnen er baat bij hebben om regelmatig in een felle lamp te staren. Je zou denken dat niets zo deprimerend is als de gedachte dat je hersenen zich door wat licht laten opvrolijken, maar dat valt dus reuze mee. Het is ook nog eens goedkoop en je hoeft er geen pillen voor in je lichaam te stoppen. Traditioneel krijgen vooral mensen met een winterdepressie een lichtbakbehandeling, maar de grote vraag is of het even goed werkt bij andere soorten depressies. Om eens voorzichtig met dat idee te spelen deden psychologen van de Universiteit Leiden en van GGZorganisatie Parnassia een proefje met 48 depressie-patiënten. Die splitsten ze op in twee groepen: een ‘melancholische’ groep die minder at, minder sliep en uitgedoofde stemmingen, en een andere groep met de wat atypischer tegenovergestelde symptomen. Ze kregen allemaal elke ochtend lichttherapie, beide groepen gingen erop vooruit en als er nou ook nog een controlegroep was geweest, had je kunnen zeggen of het één iets met het ander te maken heeft. In elk geval lijkt het erop dat de lampenaanpak geen onderscheid maakt tussen verschillende vormen van depressiviteit, concluderen de onderzoekers in het Journal of Affective Disorders.
Erecties ences, is vooral een methodologisch verhaal.’ De samenwerking met de douane is al langer aan de gang: eerder ontwikkelde Gravendeel al een methode om de medicinale slangenwortel uit India te vinden, of om te achterhalen of er geen verboden plantenresten in wierookstokjes zitten. ‘Normaal zijn ze erg terughoudend om de in beslag genomen goederen uit te lenen, maar met ons werken ze wel samen, onder meer omdat we de plantenverzameling van Naturalis als referentie kunnen gebruiken. In ruil krijgen zij dan dit soort methodes terug. Binnenkort gaan we samen met de douane aan de slag om diersoorten op grond van hun DNA te herkennen bij in beslag genomen partijen bushmeat.’ Overigens: dikkerds die niet zo malen om bedreigde plantjes, doen er nog steeds verstandig aan om van Hoodia-preparaten af te blijven. Dat een Bosjesman er een paar dagen efficiënter door kan jagen betekent niet per se dat hij – laat staan dat u - er op langere termijn dunner van wordt. Het betekent al helemaal niet dat die plant veilig is. Een Canadees onderzoek uit 2010 probeerde alle studies naar de afvalplant op een rijtje te zetten, maar stelde vast dat er geen deugdelijke studies naar effectiviteit en veiligheid te vinden zijn in openbare databanken. Een jaar later verscheen er eindelijk zo’n onderzoekje, gedaan door Unilever. Conclusie: het werkt niet, maar heeft wel milde bijwerkingen. Geen reden om een plant voor uit te roeien, kortom.
Erectieproblemen en hartklachten liggen dicht bij elkaar – niet voor niets was Viagra ooit bedoeld als hartmedicijn. De twee delen vooral gezamenlijke risicofactoren, zoals ouderdom en dichtslibbende aderen. In het American Heart Journal beschrijven de Leidse urologe Melianthe Nicolai en een groep cardiologen de resultaten van een enquête onder bijna driehonderd hartpatiënten. Meer dan de helft van de mannen die bij de cardioloog loopt, ervaart erectieproblemen. De meerderheid van hen (88 procent) vindt het prima om dat met de cardioloog te bespreken, de rest krijgt zijn informatie liever op een andere manier. Niet opvallend: meer dan een kwart van de mannen met erectieproblemen had wel eens een Viagra-achtig middel geslikt. Wel opvallend: slechts een minderheid had die pil via hun cardioloog, dus dat bespreken gaat misschien nog niet helemaal vanzelf. In elk geval zouden dokteren meer aandacht voor seksueel functioneren bij hartpatiënten moeten hebben, concluderen de auteurs.
8
Mare · 28 november 2013
Maretjes
De prijs voor een Maretje bedraagt €8,– per 30 woorden, opgegeven via redactie@mare.leidenuniv.nl uiterlijk t/m maandag 16.00 uur. Maretjes aangeboden voor commerciële doeleinden worden niet geplaatst, evenmin als Maretjes waarin zaken worden aangeboden die de waarde van 4.500 euro te boven gaan. Nieuwe begeleiders gezocht voor bijles/huiswerkbegeleiding Buurthuis Vogelvlucht Leiden-Zuid. Acht leerlingen basisonderwijs groep 7 en drie leerlingen groep 4 en 5 helpen met begrijpend lezen, spelling en rekenen. Zes leerlingen uit groep 6 hulp bij lezen, woordenschat en rekenen. Drie leerlingen met vergoeding van €5,- per les. Voortgezet onderwijs: één leerling MBO, rekenen en Engels. Leiden-Noord zoekt begeleiders voor 18 leerlingen basisonderwijs groep 4 t/m 7, waarvan
vijf met vergoeding. Voortgezet onderwijs, hulp voor: Irakese jongen, Engels, 2vmbo; Marokkaans meisje, Engels, brugklas mavo/havo. Iraaks meisje, Engels, 4vmbo. Marokkaanse jongen, Nederlands, studievaardigheid bij leervakken, 2havo. Marokkaans meisje, Nederlands, Engels, brugklas vmbohavo. Somalisch meisje, wiskunde, 3vmbo. Onderwijswinkel, Driftstraat 77, ma, wo en do, 15-17u. Tel: 071-5214526. E-mail: hdekoomen@owwleiden.nl. Garages te huur @ Marienpoelstraat te Leiden Per direct kunnen we u een ruime garage (2670x5500 mm) aanbieden voor € 94,06 per maand. De locaties zijn Marienpoelstraat 81 en 85. Geïnteresseerd? Bel telefoonnummer 071 527 5330 of mail naar housing@leidenuniv. nl
Leven van 25 euro
The Battle
Gezocht Mare zoekt studenten die de uitdaging aan durven: vijf dagen rondkomen van vijfentwintig euro! Ben jij een ultieme cheapo of zou een gemiddeld bijstandsgezin juist verbleken bij het zien van jouw dagelijkse bonnetjes? Laat ons weten waarom jij mee zou moeten doen en wie weet komen wij bij je langs. Wat heb jij er bij te winnen? Los van het geld dat je bespaard hebt, mag de winnaar met drie vrienden een avondje onbeperkt spareribs eten bij Eterij & Drinkerij Eigenwijs. Voor de deelnemers Omdat we the battle eerlijk willen laten verlopen hieronder de regels op een rijtje. Het is niet toegestaan om dingen te gebruiken die je al in huis had. Als je maandagochtend wat wilt ontbijten, zal je eerst naar de winkel moeten. Bewaar alle bonnetjes. Een deskundige jury beoordeelt jullie op creativiteit, culinaire kwaliteiten, doorzettingsvermogen, hoe gezond het is en natuurlijk op de centen. Eet je een week lang diepvrieshamburgers? Dat scoort hoog op doorzettingsvermogen en is goed voor de portemonnee. Ga je de Leidse vissers langs om een verse karper te scoren, biets je zonder uitnodiging bitterballen op constitutieborrels, verdiep je je in eetbare planten of vang je je eigen duif? Dan scoor je juist punten op creativiteit. Succes! Hoe meld ik me aan? Mail je motivatie naar redactie@mare.leidenuniv.nl o.v.v. € 25 en vermeld ook je leeftijd, studie en wat je normaal gesproken in een week uitgeeft.
Brief
Academische Agenda Prof.dr. P.P. van der Werf zal op vrijdag 29 november om 16:00 uur een oratie houden bij de benoeming tot hoogleraar bij de faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen met als leeropdracht Extragalactische Astrofysica. Mw. J.Y. Guan hoopt op maandag 2 december om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘NMR studies of protein-small molecule and protein-peptide interactions’. Promotor is Prof.dr. M. Ubbink. Dhr. F. Kara hoopt op dinsdag 3 december om 8.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Monitoring Alzheimer’s disease in transgenic mice with ultra high field magnetic resonance imaging’. Promotor is Prof.dr. H.J.M de Groot. Dhr. M. van der Schans hoopt op dinsdag 3 december om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Blowup in the Complex GinzburgLandau Equation’. Promotor is Prof.dr. A. Doelman. Mw. N. Yeniad Malkamak hoopt op dinsdag 3 december om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Self-regulation in ethnic minority children: Associations with academic performance and the transition to formal schooling’. Promotoren
zijn Prof.dr. J. Mesman en Prof. dr. M.H. van IJzendoorn. Dhr. A.A. van der Plas hoopt op dinsdag 3 december om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Complex regional pain syndrome related dystonia: exploratory metabolomics and therapeutic studies’. Promotor is Prof.dr. J.J. van Hilten. Dhr. A. el Barzouhi hoopt op dinsdag 3 december om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Paradigm Shift in MRI for Sciatica’. Promotor is Prof.dr. W.C. Peul. Mw. M.C.A. Boom hoopt op dinsdag 3 december om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Opioid therapy: A trade-off between opioid-analgesia and opioidinduced respiratory depression’. Promotor is Prof.dr. A. Dahan. Mw. G.J. Janssen hoopt op woensdag 4 december om 8.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘The heart of oxygenic phototsynthesis illuminated’. Promotor is Prof.dr. H.J.M de Groot. Dhr. Y. Huda hoopt op woensdag 4 december om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Contesting Sharia. State Law, Decentralization and Minangkabau Custom’. Promotor is
Prof.dr. L.P.H.M. Buskens. Dhr. E.A. Braat hoopt op woensdag 4 december om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Sentinel node procedure in colorectal carcinoma’. Promotoren zijn Prof.dr. R.A.E.M. Tollenaar en Prof.dr. T. Wiggers. Dhr. C. Barnier -Quer hoopt op woensdag 4 december om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Adjuvanted nanoparticulate seasonal influenza vaccines’. Promotor is Prof.dr. W. Jiskoot. Mw. A.R. de Jong hoopt op woensdag 4 december om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Development of synthetic procedures towards immunostimulating carbohydrates’. Promotor is Prof.dr. G.A. van der Marel. Mw. A.J. Verschoor hoopt op woensdag 4 december om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘The power of biotic ligand models: Site-specific impact of metals on aquatic communities’. Promotor is Prof.dr. G.R. de Snoo. Mw. S.S.A.A. Fagel hoopt op donderdag 5 december om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Childhood psychopathology and deve-
ADVERTENTIE
lopment of adult schizotypal symptoms’. Promotor zijn Prof. dr. H.Swaab en Prof.dr. H. van Engeland (UMC Utrecht). Dhr. J. Uzman hoopt op donderdag 5 december om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Rechtsgeleerdheid. De titel van het proefschrift is ‘Constitutionele remedies bij schending van grondrechten’. Promotor is Prof.mr. T. Barkhuysen. Dhr. W.J. Waterreus hoopt op donderdag 5 december om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Software developments in automated structure solution and crystallographic studies of the Sso10a2 and human C1 inhibitor protein’. Promotor is Prof.dr. J.P. Abrahams. Dhr. G. Yirga Abay hoopt op donderdag 5 december om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Ecology and conservation of spotted hyena in human dominated landscapes in northern Ethiopia’. Promotoren zijn Prof.dr. G.R. de Snoo en Prof.dr. H. Leirs (Univ. Antwerpen). Dhr. S.P. Skinner hoopt op donderdag 5 december om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Classical and paramagnetic NMR spectroscopy applied to different protein systems’. Promotor is Prof.dr. M. Ubbink.
ADVERTENTIE
Met grote droefheid hebben wij het bericht ontvangen van het overlijden van onze student geneeskunde
Myrthe van Stuijvenberg Myrthe studeerde vanaf 2009 Geneeskunde bij het LUMC. Zij blijft in onze herinnering als een sociale, betrokken, lieve en goede studente. Wij wensen haar vriend, familie en vrienden de kracht toe dit grote verlies te verwerken. Leiden, 26 november 2013 mede namens het College van Bestuur van de Universiteit Leiden De Raad van Bestuur, docenten en medewerkers van het Directoraat Onderwijs en Opleidingen van het Leids Universitair Medisch Centrum
ZIJ IS ALLES KWIJT! HELP NU! Syrische kinderen hebben uw hulp keihard nodig.
Doneer nu! Bel 0800 1747 of stort op giro 809.
Prof. dr. P.C.W. Hogendoorn Decaan
In deze rubriek kunnen lezers in maximaal 300 woorden reageren op artikelen in Mare. De redactie behoudt zich het recht voor bijdragen in te korten of te weigeren. Over weigering wordt niet gecorrespondeerd. Mail naar redactie@mare.leidenuniv.nl
Jongetjes die piemels tekenen Oegstgeest, een recentelijk ontdekt oord, een mooi dorpje aan de rand van Leiden waar slechts weinig studenten zich vestigen, heeft recentelijk kennisgemaakt met een intreden van studentenhuizen. The Mansion, een NSLhuis aan de Terweeweg tegenover het viersterrenrestaurant en tevens hotel ‘De Beukenhof’, bestaat sinds mei 2012. De Terweeweg, een straat vol pracht en praal met de vele luxe
auto’s die met hun luxueuze uitstraling slechts het neusje van de zalm zijn van een ongekende sfeer die rond deze straat hangt. Terweeweg, een straat waar, in een tijd van individualisering, buren ouderwets bij elkaar aanbellen als zij iets nodig hebben. Dat is een sfeer waar iedereen wel deel van wil zijn. En dan is het natuurlijk extra zuur als je net buiten de boot valt zoals onze SSR-vrienden die zich De Preneurs noemen, slechts in een bovenwoning wonen en in Mare 8 (‘Elk kratje heeft zijn eigen
verhaal’, 7 november) over ons zeiden: ‘We hebben recentelijk concurrenten van NSL ontdekt. Ze gaven een feestje met twee dj’s en een rookmachine, maar halverwege de avond was het bier al op. Toen we binnenkwamen met drank kwamen ze als aasgieren op ons af.’ De Terweeweg, een straat die gekend is om zijn buurtborrels, buurtfeesten en, jawel, de huisfeesten. Op 27 september 2013 vond voor de tweede keer het, inmiddels, jaarlijkse huisfeest plaats van The Mansion. Rond
half twee kwam er een stel jongens bij ons aan de deur. Ze stelden zich voor als ‘onze buren’ en wilden graag naar binnen. Wij keken verbaasd op. Wij kennen onze buren heel goed, maar hun gezichten kwamen ons niet bekend voor. Zijn zij uitgenodigd op de buurtborrels –en feesten? Waren zij aanwezig op de buren-BBQ? Nee, dat waren zij niet. Toen viel het kwartje: zij waren die studenten die tijdens hun huisfeest acht euro entree vroegen voor onbeperkt drank. Zij
zijn die jongetjes die op de daken van de Albert Heijn piemels tekenden en de dag erna uit bed werden getrokken door de politie en met een emmer sop en een spons op hun knieën de daken moesten schrobben. Zij zijn die zogenaamde buren die een zo hoog mogelijke muur bouwen van Euroshopper-kratjes in een wijk waar de mensen het merk Euroshopper niet eens kennen en vervolgens er niet aan denken dat een dergelijke muur kan omwaaien. Het feit dat wij onze ‘zoge-
naamde buren’ toegang verleende tot ons huisfeest (gratis) was een handeling uit medelijden: ‘Ach, laat die jongens ook eens een Jupiler proeven.’ We snappen dat onze ‘concurrenten’ tegen de schenen gaan schoppen van zij die het beter hebben dan zij, zo werkt dat nou eenmaal. Volgend jaar zal The Mansion weer een legendarisch huisfeest geven. En ook na dit akkefietje zijn onze mede-Oegstgeestenaren meer dan welkom. De bewoners van The Mansion
28 november 2013 · Mare
9
Achtergrond
De donkere kamer van Catena Het studentenleven van vijftig jaar geleden In het fotoboek Oud netvlies laten drie studievrienden het Leiden uit de jaren zestig zien: van studenten op solexen tot de veemarkt. ‘Op Catenafeesten ging het er heel avantgardistisch aan toe. Mensen fotografeerden elkaar, renden naar ons, waarop wij de foto’s ontwikkelden en vergrootten in de donkere kamer van Catena. Voor het einde van de avond hingen ze al aan de muur van de feestzaal.’ Rob Bouwman (1940) legde samen met zijn latere vrouw Maret Boerma (1942) en studievriend Gerrit Wolters (1941) zijn Leidse studententijd vast op de gevoelige plaat. In het fotoboek Oud netvlies verzamelden ze onlangs hun zwartwitfoto’s van het Academiegebouw, de Pieterskerk, de Burcht, de grachten en de bruggetjes. Maar ook: studenten op solexen, biervaten die per schuit door de grachten werden aangevoerd, Volkswagenbusjes en Citroën 2CV’s, tramlijnen door de hele stad en bij Molen de Valk een wekelijkse veemarkt met varkens, koeien, schapen en klompen. Bouwman kwam uit NederlandsIndië en Boerma bracht een deel van haar jeugd door in Italië. Ze leerden elkaar kennen op de middelbare school in Den Haag. Als studenten kwamen ze naar Leiden, waar ze Wolters tegenkwamen. ‘Een tikkeltje provinciaal, toen zeker’, beschrijft Boerma hun eerste indruk van de stad. ‘Er waren ook maar vier restaurants waar je als student terecht kon’, vult Bouwman aan. ‘Eentje met Hollandse hap, twee Chinese en één Indische, en verder de mensa van Catena, waar je voornamelijk enorme aardappels kreeg voorgeschoteld.’ Boerma: ‘Het was ook gezellig, maar die gezelligheid moest je vooral binnen je vereniging zoeken. De stad zelf was grauw en verkrot, met veel onbewoonbaar verklaarde huizen.’ Die zijn te zien in hun boek. Bouwman: ‘De grote sprongen kwamen pas eind jaren zeventig, begin tachtig, dankzij een goed doortimmerd plan van de gemeente. Intussen veranderde er al wel eens wat, zoals de trams die voortdurend door de Breestraat reden.’ ‘Een eindeloos gezeur’, vindt Boerma. ‘Al mis ik de blauwe tram door wel een beetje. Die bracht een mooie sfeer met zich mee.’ Bouwman legde ook zijn eerste Leidens Ontzet vast met zijn camera. ‘Van mijn hospita hoorde ik dat iedereen alle kwartjes en dubbeltjes opspaarde om in een keer uit te geven. Er liepen plotseling types door de stad die je normaal nooit zag.’
DOOR MARLEEN VAN WESEL
Boerma fotografeerde dan weer het uitzicht vanuit haar studentenkamer. ‘Die was op de bovenste etage van een meisjeshuis aan de Nieuwe Rijn. Aan alle kanten had ik ramen, die ik in de winter met plastic afplakte. Met een petroleumkacheltje was het nog steeds zó ontzettend koud. Studeren deed ik meestal maar in de UB. De huisbaas liet ons dan wel weer ongemoeid onze gang gaan. Bij mijn eerste hospita mocht ik geen herenbezoek na een bepaalde tijd.’ Bouwman werkte na zijn studie chemie bij Shell en Boerma, die rechten studeerde, ging aan de slag bij een notaris en later bij de dienst sociaal wetenschappelijk onderzoek van de Universiteit Leiden. Op een periode in Amerika na zijn ze altijd samen in Oegstgeest, Leiden of Leiderdorp blijven wonen. Met fotograferen zijn ze nooit gestopt. ‘Dat is toen onze gezamenlijke passie geworden en dat is het altijd gebleven’, vertelt Boerma. ‘Zeker nu we verre reizen maken. Naar China, Tanzania, Vietnam, Laos, Cambodja, Nieuw Zeeland, Zuid-Afrika… En dan vergeet ik er vast nog een paar. We komen telkens terug met duizenden foto’s.’ Voor volgend jaar staat Myanmar
in de planning. ‘Ook Leiden hebben we nog geregeld gefotografeerd. Maar we hebben geen volgende fotoboeken in de planning hoor.’ Oud netvlies was eigenlijk ook niet gepland. Bouwman: ‘Een paar jaar geleden kwam Gerrit langs met een cadeautje, zo’n Albelliboek vol foto’s. Naar aanleiding daarvan hebben we onze negatie-
ven overgedragen aan de beeldbank van de Historische Vereniging Oud Leiden.’ Van honderdvijftig foto’s met voornamelijk stadsgezichten maakten ze een nieuw Albelli-boek. Bouwman: ‘Alleen voor onszelf en de beeldbank hoor, die dingen kos-
ten al gauw vijftig euro per stuk. Er bleek echter een uitgever in het gezelschap te zitten die ons boek graag wilde uitgeven. Precies zó. De overige foto’s wilde hij niet eens zien.’ Veel studententafereeltjes die wel op deze pagina zijn te zien, kwamen daardoor juist niet in het boek terecht. Bouwman: ‘Als we het vooraf geweten hadden, hadden we Leiden misschien systematisch afgestroopt. Maar misschien hadden we dan met het badwater het kind weggegooid.
Nu is het een verzameling foto’s die niet verstoord wordt door beelden van mensen die je niet kent.’ Hij wijst op de typische auto’s op sommige stadsgezichten. ‘Normaal probeerde ik die altijd van de foto’s te weren, auto’s vond ik niet zo interessant. Maar voor de kenners is nu juist daaraan goed te zien dat die foto’s uit de jaren zestig komen.’ Zelf deelde hij in zijn studententijd de afgedankte auto van de groenteboer met een paar vrienden. ‘Die hadden we voor dertig gulden per man met z’n vijven overgenomen.’ Rob Bouwman, Maret Boerma en Gerrit Wolters, Oud netvlies. Leiden in de jaren ’60. Uitgeverij Ginkgo, 72 pgs. €15
10 Mare · 28 november 2013 English page
“There’s no them. Just us” The Canadian Cleveringa Professor is an ardent supporter of civic courage Historian Michael Ignatieff knows the difficulties facing academics who take up politics. On Tuesday, in his inaugural lecture as Cleveringa Chair, he called for civic courage. “I support interventions”, says Michael Ignatieff (66). “Particularly if it could end a war. Obviously, it’s important to form the broadest possible coalition before intervening. You can be as anti-American as you like, love them or hate them – it makes no difference, we still need them. It would inconceivable to form a coalition without the United States. My own country, Canada, and the Netherlands too for instance, are simply too weak to intervene on their own. Even the French in Mali needed technical and communication support from the Americans.” Ignatieff is a historian, novelist, failed politician and this year’s Cleveringa Chair in Leiden (see box). He is known for his ardent support of interventions: diplomatic and, if necessary, military. He argues that, even though interventions in global hotspots backfire all too often, we still can’t leave the inhabitants of war-ridden areas to fend for themselves. “Just look at former Yugoslavia: the slaughter in the Balkans has stopped. No one is being killed in Kosovo or Bosnia anymore and that’s all thanks to the efforts of President Clinton and the diplomat, Richard Holbrooke. They’d still be killing each other probably if the Americans hadn’t done something.” Initially, Ignatieff also supported the invasion of Iraq in 2003. “I will never be able to forget the images of Kurds in Halabja, murdered with Saddam’s poison gas in 1988. When a dictator is capable of doing that, I think the international community should intervene.” He talked extensively with Kurds
and Shiites and came to the conclusion that Saddam’s removal from power would be the only way they could live in freedom. “I supported Bush’s military intervention, but I changed my mind. It wasn’t the right way. Ah well, you learn from these
errors of judgment.” Regarding Syria, he has grown more cautious. “Assad is not the only party involved. We don’t know whom we should support. This situation isn’t easily solved with a military intervention so our only option
is to try and negotiate a cease-fire. If we can manage that, it would be a victory for human rights.” But that will only succeed if nothing fuels the flames. “The challenge is to stifle the flames with a blanket, or the killing will continue. Accordingly, we have to make a deal with Russia, Saudi Arabia and other major players to ensure that they stop supplying arms.” He thinks that there have been a few victories. “The destruction of chemical weapons in Syria, for example. Now we need to put a stop to the production of enriched nuclear material in Iran – without resorting to violence.” In his Cleveringa speech, Ignatieff calls for civic courage and the importance of confronting authorities with their behaviour, even if it is risky.” “Cleveringa was brave enough (see the box) to do it. He supported Meijers, not just because Meijers was a colleague, even a friend, and not just because he was a human being like Cleveringa. He supported him because Meijers was a fellow civilian. It is an important fact, certainly now that nationalism and extremism is on the rise in Europe. Both right-wing and left-wing populists are stirring up an ‘us and them’ mentality – exactly what we don’t need: There is no them. Just us.” Ignatieff chose not to remain in his comfortable position telling others how to do things without becoming involved. He took up politics and eventually became the leader of the Liberal Party, one of the largest parties in Canada. “At first, it was a great success, but eventually it all went pear-shaped. I was viciously attacked by my political opponents. I had worked abroad for thirty years and accomplished a lot but that was used against me. My enemies claimed I wasn’t a true Canadian. What I had to say didn’t matter, only whether I was suf-
Harold did his MA in Near Eastern Languages and Civilizations / Egyptology at the University of Chicago, where he went on to obtain the PhD degree with a thesis on the Pyramid Texts, in 2006. The same year, he was appointed University Lecturer in Egyptology at Leiden University, particularly for his expertise on the world’s oldest corpus of religious texts, the Pyramid Texts and Coffin Texts (c 2350-1900 BCE); and his experience, built up over five field seasons, as epigrapher in Luxor for the Epigraphic Survey of the University of Chicago since 2000. Once he was established in Leiden, Harold began an ambitious reworking of his dissertation. This led to the publication of a major, two-volume monograph with Brill in 2012, entitled The Organization of the Pyramid Texts: Typology and Disposition. This book has come to constitute the core of his published work, which further includes articles in leading journals and book chapters on the Pyramid Texts and on ritual practice. It proposes a major revision of the standard interpretations of the Texts, employing insights from linguistic anthropology to arrive at new groupings of the Texts, and new definitions of the motifs found in them. It is typical of Harold’s scholarship in the powerful conjunction of critical
attention to detail and incisive, theoretically informed research questions. He was proud to have obtained a grant to enable its Open Access publication. The Organization of the Pyramid Texts will remain essential to future scholarship in Egyptology and beyond. As a teacher, Harold helped shape the intellectual and academic development of many students at Leiden University, and at the University of Groningen, where he taught in 2010. His classes included work on hieroglyphic Middle Egyptian, the classical phase of the language, in addition to Egyptian religion and other topics. His intellectual scope, his academic rigor, and his sense of humor and penchant for the theatrical made him an effective and popular teacher. After his lecture series on Area Studies in the Leiden University BA program in International Studies in fall 2012, he was voted term’s best teacher by the students. At the Leiden University Institute for Area Studies, he intensively tutored several PhD students in Egyptology, and worked with different colleagues from the Schools of Middle-Eastern Studies and Asian Studies to build the PhD and Postdoc Seminar. In 2009, Harold organized a colloquium in Leiden on the most famous
literary text from ancient Egypt, the story of Sinuhe. His own talk was very much in character. It was part performance and part academic presentation, bringing in references to popular culture alongside theoretical considerations drawn from Egyptology and literary theory. His interests in various theoretical and methodological approaches and their application to Egyptology ranged far and wide, from discourse analysis, literary criticism, linguistic anthropology, and digital humanities, to modernity/ies and the construction of Western identity vis-à-vis the ancient world. As such, he made important contributions to the development of a local discourse on ‘new’ Area Studies, combining a high regard for the achievements of Oriental Studies with active engagement with critical theory after the linguistic turn. From late 2012 to summer 2013, Harold suffered from an illness that gravely disrupted his personal and professional life. When he began to recover, this was a tremendous relief to those around him. He went about getting back on track with characteristic determination and focus, and with a great deal of interpersonal acumen, including the occasional ‘grin-and-twinkle and now let’s move on’ reference to what had been a very
Professor Rudolph Cleveringa held an unusual speech on 26 November 1940.
BY Vincent Bongers
ficiently Canadian. I found that very strange and hard to live with. In that sense, I was very naive. It’s not easy for an academic to become a politician.” The 2011 elections ended in disaster: the Liberal Party lost a large number of seats and Ignatieff left politics. “Still, I’m glad I did it. You get to know every millimetre of the country, learn how the poor and the rich live. You get to visit hamlets north of the Arctic Circle and see how the original inhabitants of Canada live. That was really great.” He has no plans to return to politics. “Now I can concentrate on writing and teaching again, which is what I prefer to do. But I’d be happy to see more scientists move into politics - they could do a lot of good there.”
difficult period in his life. Harold had developed new research plans, and just taught his first classes again – of which he said in as many words that they had made him realize anew that being a teacher and being part of the academic community was an integral part of his identity. Together with two colleagues, he had just submitted the Sinuhe-colloquium volume for publication in 2014. He was scheduled to resume full teaching duties in Egyptology in the spring, and was looking forward to joining a group of colleagues also engaged in the teaching of Area Studies in various settings and on various levels. It is deeply tragic that fate cut Harold off from the decades of scholarship and community that lay ahead. Our thoughts are with his family and his friends, and his students and his colleagues. We will remember him for what he was: a true, inimitable presence.
Who was Cleveringa? Professor Rudolph Pabus Cleveringa (1894-1980), dean of the Law Faculty, held an unusual speech on 26 November 1940, the day he replaced his Jewish colleague Eduard Meijers (1880-1954). Meijers was to have held a lecture on civil law, but the Germans had denied Meijers and other Jewish staff access to the university and fired them. Cleveringa did not lecture but held a protest speech. The Sicherheitspolizei arrested the dean the day after his act of resistance and he was detained in the prison in Scheveningen, the infamous Oranjehotel, until the summer of 1941. Both he and Meijers survived the war, and in 1970, a Chair was established in his honour. A new Cleveringa Chair is appointed every year, and each one delivers a speech around 26 November. All over the world, professors and (former) students give lectures around this date.
In Memoriam Harold M Hays (1965-2013) It is with profound sadness that we have learned of the passing of our colleague and friend, Dr Harold M Hays. Harold passed away on Wednesday 20 November, in his sleep, as a result of heart failure.
Olaf Kaper, Professor of Egyptology, Leiden University Maghiel van Crevel, Academic Director, Leiden University Institute for Area Studies Correspondence: lias@hum.leidenuniv.nl
28 november 2013 · Mare 11 Cultuur
Agenda
Gestreken Radiohead
FILM
Violisten trappen op het gaspedaal Strijkkwartet Zapp4 speelt vrijdag in de Stadsgehoorzaal nummers van de Britse band Radiohead. ‘Ze hebben onze plaat gehoord, maar nog geen commentaar gegeven.’ Altviolist Oene van Geel, waarom juist Radiohead? ‘Het is veruit de interessantste Britse band van dit moment. Het is kwalitatief hoogstaande popmuziek. Ze hebben heel goede songstructuren, durven het avontuur aan te gaan en maken gebruik van allerlei elektronica. Dat levert spannende composities en voor ons is het leuk om uit te zoek hoe we die kunnen spelen. We spelen al een jaar of vijftien. Onze bezetting bestaat twee violen, altviool en cello. We spelen veel eigen stukken maar het leek ons interessant en leuk om nummers van een band te interpreteren. Wat is je eigen favoriet? ‘Paranoid android heeft veel afwisseling, is heel dynamisch. En er zit een gedeelte in waar de gitaren flink uithalen, dan kunnen wij ook het gaspedaal hard in drukken. Stevig rocken, dat is leuk om te doen. ‘Maar het is heel divers. Je hebt de spacy tranceachtige nummers als How to disappear completely. Dat
moet je dan ruimtelijke vertalen naar vier strijkers. We suck young blood heeft dan weer een hoog dramagehalte dat zich goed leent voor onze bezetting.’ Maken jullie gebruik van elektronica bij het optreden? ‘Nee. Het is puur akoestisch. Dus we moeten met de vier instrumenten lagen in de nummers aanbrengen.’ Staat er nog een band of muzikant op de interpretatielijst? ‘Nee. We richten ons nu weer op onze eigen nummers en op het samenwerken met andere muzikanten. Zo gaan we ook weer een nieuw project aan met Spinvis. Met hem hebben we al eerder gewerkt. ‘Voor een ander project werken we wel samen met de Noorse muzikant en producer Jan Bang. Hij samplet ons als we spelen en gaat dan ons geluid manipuleren. Ons tijdelijk vijfde lid vormt dan een geheel eigen strijkkwartet die ook nog het vermogen heeft om ons geluid te vertragen en te versnellen.’ Zapp4 heeft een plaat uitgebracht met de titel Radiohunter. Hoe zit dat? ‘Dat is een cd met door ons zelf gecomponeerde stukken. Het nummer Radiohunter is geïnspireerd
Zapp4, met rechtsboven altviolist Oene van Geel. Foto Merlijn Doomernik door Radiohead en door jazzmuzikant Herbie Hancock. Die heeft een heel bekende plaat gemaakt met de titel Head Hunters - vandaar de samentrekking.’ Heeft Radiohead gereageerd op jullie versies? ‘Onze cd is wel aan de band overhandigd na hun optreden in het
Ziggo Dome. Op de afterparty is die ook gedraaid. Ze hebben de plaat gehoord, maar we hebben nog geen commentaar gehad. Als ze bellen, springen we natuurlijk meteen op het vliegtuig.’ Zapp4, Radiohead Stadsgehoorzaal 29 november, € 20-25
Even wat anders dan Dokter Corrie Boerhaave pronkt met lichaamsdelen Anatomische modellen waren er behalve voor educatieve doeleinden ook om de dokter een plezier te gunnen, blijkt in museum Boerhaave. Door Marleen van Wesel Met weelde-
rig blond haar en een parelketting om haar ranke hals ligt het achttiende-eeuwse anatomische Venusmodel in een vitrine bij de ingang van de tentoonstelling Amazing Models in Museum Boerhaave. Als Doornroosje in het Sprookjesbos van de Efteling, maar dan naakt en met haar buik volledig opengesneden. ‘Deze dame is eigenlijk een gipsen kopie die we in China hebben laten maken. Het originele wasmodel ligt in Wenen en is te teer om te vervoeren’, verklapt museumconservator Bart Grob. In de meeste musea staan de anatomische opstellingen geordend per lichaamsdeel: hoofden bij hoofden, benen bij benen en longen bij longen. Museum Boerhaave pakt het anders aan, zegt Grob. ‘We laten de wasmodellen vooral zien als pronkstukken, soms zelfs in de originele vitrinekastjes.’ Een kast met kunstige ivoren modelletjes uit de zestiende eeuw onderschrijft dat. Het zijn piepkleine vrouwenlichamen met een afneembare buik. ‘Daar mochten echt geen studenten aanzitten. Deze dingen stonden in verzamelkabinetten en pronkkamers.’ Het schijnsel van een beamer vormt intussen vluchtig woorden als ‘eng’, ‘sensueel’, ‘vervreemdend’, ‘horny’ en ‘abject’ op de vloer; of op de kleding van museumbezoekers. ‘Het zijn de associaties die de modellen kunnen losmaken’, vertelt Grob. Ze hebben immers weinig weg van de stijve harken uit de hoek van een modern biologielokaal. Toch hadden veel exemplaren wel
degelijk een educatief of medisch doeleinde, zoals de doctor’s dolls. Op deze bevallig poserende lichamen konden vrouwen voor de dokter aanwijzen waar ze pijn hadden, zonder zichzelf te hoeven uitkleden. ‘Waarom deze modellen deels over sensualiteit en seksualiteit gaan weten we eigenlijk niet. Misschien om de dokter wat plezier te gunnen.’ Onderwijsmodellen van ontlede ogen waren ook niet louter bedoeld om de anatomie van een oog te laten zien. ‘Dat zie je aan de spijkertjes waarmee de onderdelen op hun plaats worden gehouden. Het leerde studenten vooral hoe ze zelf een preparaat moesten gereedmaken.’ Aan de zijkanten van de museumzaal staan vitrines waarvan de glazen mat zijn, op een enkel kijkgat na. Pas wanneer je er vlak voor staat, zie je bijvoorbeeld een levensgroot ontleed bekken van een man, met in het midden een flinke penis. Grob: ‘Leuk als er een groep brugklassers langsloopt. Dat negentiende-eeuwse onderwijs was nog eens wat anders dan Dokter Corrie.’ Dit model is van de Franse anatoom Louis Auzoux, die in 1828 in zijn geboortedorp een fabriek was begonnen in anatomische modellen van papier-maché. Dat vervormde niet door warmte of aanrakingen. Verderop staan wasmodellen die geen ontledingen, maar juist huidaandoeningen demonstreren. ‘Bijna vertederend’, noemt Grob een sereen babyhoofdje, de ogen
gesloten, met spruw rond het mondje. Eerder afschrikwekkend, maar evengoed knap gemaakt, zijn het babyhoofdje met ernstige schedelvergroeiingen en het volwassenenhoofd met syfilis. De huidaandoeningen bij deze hoofden, maar ook bij andere delen van het lichaam, worden omlijst door repen wit laken. Een mooi detail zijn de wassen vingers die net onder een stuk laken vandaan steken om een scrotum op te tillen, zodat genitale wratten en eczeem duidelijk zichtbaar zijn. ‘Daarmee werd begin twintigste eeuw letterlijk de boer opgegaan. In streken met veel analfabetisme dienden ze om mensen het belang van hygiëne duidelijk te maken. Dat was taboedoorbrekend, mensen gingen daardoor sneller naar de huisarts.’ Amazing Models Museum Boerhaave t/m 1 juni 2014 Gratis op vertoon van studentenkaart
TRIANON The Hunger Games: Catching Fire dagelijks 18.00 + 21.30 za. zo. + wo. 14.00 Het Diner dagelijks 19.00 + 21.30 za. zo. + wo. 14.30 De nieuwe wildernis dagelijks 19.00 za. zo. + wo. 14.30 The Counselor dagelijks 21.30 KIJKHUIS Elle s’en va dagelijks 18.30 + zo. 14.30 La grande bellezza dagelijks 21.00 + zo. 14.00 Oldboy dagelijks 19.30 + 21.30 LIDO Captain Phillips 12 jr. dagelijks 18.30 + 21.30 Gravity 3D dagelijks 19.00 + 21.30 Mannenharten dagelijks 18.45 + 21.30 za. + wo. 14.30 zo. 13.00 + 15.30 Thor: The Dark World 3D dagelijks 18.45 + 21.30 Feuten: Het feestje dagelijks 19.00 Carrie dagelijks 21.30
MUZIEK
QBUS Ti-An-Guis za 30 nov. 20.30 €12,50 DE TWEE SPIEGHELS Jeroen Vrolijk – Pianist series vr 29 nov. 21.00 Dimitri Elegheert quartet za 30 nov. 16.00 Skylab zo 1 dec. 16.00 Jamsessie o.l.v. Jeen Rabs ma 2 dec. 21.00 STADSGEHOORZAAL Zapp 4: Radiohead vr 29 nov. 20.15 vanaf €20 The Dutch Eagles vr 29 nov. 20.15 vanaf €17 Van Velzen: The rush of life za 30 nov. 20.15 vanaf €20,50 Solisten van Amsterdam Sinfonietta zo 1 dec. 11.30 vanaf €20 LOKHORSTKERK Concert Practicum Musicae do 28 nov 17.00, gratis toegang SCHELTEMA COMPLEX Glossy Jesus vr 29 nov. 20.30 €7,50 Movies that Matter: Kinshasa Kids ma 2 dec. 19.30 €4,50
T H E AT E R
THEATER INS BLAU Ann van den Broek: Ward/Ward do 28 nov. 20.30 €17 Hans Dulfer en Joke Tjalsma vr 29 nov. 20.30 €17,50 Via Berlin, `Slagwerk Den Haag en Ragazze Kwartet za 30 nov. 20.30 vanaf €20 Jens van Daele ma 2 dec. 20.30 €12,50 Nicole Beutler Company di 3 dec. 20.30 €16 LEIDSE SCHOUWBURG Umbilical Brothers do 28 nov. 20.15 vanaf €10 Kitty Courbois: Parels van Poezie zo 1 dec. 15.30 vanaf €10 Sjaak Bral: Vaarwel 2013! di 3 dec. 20.15 vanaf €10 RIJKSMUSEUM VAN OUDHEDEN Veenfabriek & Asko Schönberg: Hyllos vr 29 nov. 20.00 €25
DIVERSEN Model vrouw. Auzoux, 1892.
Foto Museum Boerhaave Leiden
DE NIEUWE ENERGIE Pecha Kucha-nacht do 28 nov. 20.00, gratis toegang LEIDS WEVERSHUIS Tentoonstelling Sinterklaaspapier t/m 8 december
12 Mare · 28 november 2013 Kamervragen
Bolwerkers
Fanatiek
Foto Taco van der Eb
‘Hier heb ik rust en ruimte’ Melissa de Visser (22), Nederlands Huis: Kramsvogelerf 22, Voorschoten Bewoner: 1 Kamer: 35 m2 Betaalt: €495 Voorschoten, hoe kom je daar terecht? ‘Eerst woonde ik bij een hospita in Katwijk. Dat was met vier studenten. Het was maar dertien vierkante meter en we moesten een keuken delen. Na tweeënhalf jaar op de wachtlijst van Woonzicht te hebben gestaan, kon ik deze studio in Voorschoten krijgen. Hier had ik alles voor mezelf.’ Heb je wel in Leiden gewoond? ‘Nee, ik heb een paar keer gehospiteerd. Maar dat was niets voor mij. Ik houd niet zo van een keuring voor een nieuwe huisgenoot. Ik wilde meer ruimte voor mezelf. Het is hier groot en lekker licht.’
Trekt het niet om in de stad te wonen? ‘Ik heb niet zoveel met de stad. Het heeft ook te maken waar ik ben opgegroeid. Ik heb in een nieuwbouwwijk in Enkhuizen gewoond. Dus ik houd van rust en ruimte. Die vind ik hier in Voorschoten. Ik woon maar een kilometertje van de Vlietlanden af. Je kunt daar wandelen en klimmen. Het is heel mooi daar.’ Er liggen ook hoepels op de vloer. Doe je daar wat mee? ‘Ik doe aan acrobatiek en hoepelen. Na een cursus bij het sportcentrum ben ik gaan kijken wat ik daar mee kon doen. Nu oefen ik iedere dag. Ik kan al met vijf hoepels tegelijk, maar wil ze meer onder controle krijgen.’ Want het gaat niet altijd goed? ‘Ik heb een keer een van die lampjes
boven de tafel stuk gegooid toen ik aan het hoepelen was. En de lamp aan het plafond heb ik ook een keer goed geraakt.’ En die grote bal, waar is die voor? ‘Die gebruik ik voor stretchoefeningen. Dat is goed voor je buikspieren. Het is een soort yoga. Dat is lekker om te doen. Je wordt er soepel van.’ En je gaat iedere keer met de fiets naar Leiden? ‘Ja, dat vind ik echt niet erg. Het is maar twintig minuten fietsen. In Katwijk was het nog dertig minuten. Binnendoor ben je er zo.’ Is het niet eenzaam? ‘Sommigen hebben het nodig om met het studentenhuis te eten en uit te gaan. Dat heb ik minder. Ik ben wel graag alleen.
‘Maar ik spreek ook dingen af met mensen in Leiden. Zij komen ook wel een hapje bij mij eten. En mijn oma woont nog in de stad. Zij komt ook bij mij langs.’ Mis je hier wel wat? ‘Het is hier heel fijn wonen. We hebben hier alle voorzieningen. Maar bij een volgend appartement zou ik een tuintje of balkonnetje willen. Dan kan ik zomers buiten zitten. Maar ik zie me hier niet snel vertrekken.’ Je hebt het over ‘we’. Het klinkt alsof Voorschoten je tweede huis is. ‘Ja dat voelt wel zo. Dat had ik na een jaar ook niet verwacht. Het is een mooie plek en een gezellig dorp. Ik woon hier met heel veel plezier.’ Door Sybren Eppinga
Weet je wat ik echt heerlijk vind aan Nederland? Vieren. Gewoon, dingen vieren. Omdat dat altijd veel fanatieker gebeurt. Of het nou om feestdagen, voetbal of troonswisselingen gaat, alles gaat steevast met méér gepaard: meer enthousiasme, meer overgave, meer vlaggetjes en meer bier. Zo ook dus Sinterklaas. Ik weet dat Nederlanders dat een oer-Hollands* familiefeest vinden en alles, maar even ter herinnering: de goedheilig man is er ook in Vlaamse versie. Alleen dan een dag later. In Vlaanderen werkt ie namelijk op zijn verjaardag, jawel. In het zwart*, ongetwijfeld. Laatst was ik toevallig aanwezig bij een intocht van Sinterklaas. En dat werd, zoals verwacht, een stuk uitbundiger gevierd dan in mijn vaderland. De basiselementen waren dezelfde, maar wat ik juist leuk vond was dat ook de verplichte veiligheidsmaatregelen helemaal in een Sinterklaasjasje waren gestoken. Zo werd de Sint voorgegaan door een heus politie-escort, inclusief Politie-Piet* aan het stuur en allemaal andere Pieten die uit de ramen zaten om snoepgoed te strooien. Verderop stond een ambulance, omringd door echte verplegers verkleed als Ambulance-Piet*. Het zit ‘m in de details, en ik vond het helemaal fantastisch. Ik had dan ook een paar foto’s genomen om achteraf op Facebook te plaatsen, om mijn native people* te informeren dat ook dit feest way beter gevierd werd in Nederland. Op het laatste moment werd ik echter ineens door twijfel overvallen. Alle mogelijke ‘Zwarte Piet is racistisch!’-comments* van Nederlandse vrienden trokken namelijk al bij voorbaat aan mijn netvlies voorbij. Shit. Ik wilde de foto’s wel graag posten, maar had geen zin in de ontwikkeling van (alweer) een hele virtuele discussie hierover. Mijn enige bedoeling was om mijn Vlaamse vrienden iets grappigs te laten zien. Dilemma. Uiteindelijk heb ik er dan maar een disclaimer bij geschreven. Om het allemaal goed uitgelegd te krijgen en zeker niemand tegen de schenen te schoppen had ik echter zoveel woorden nodig dat ie langer bleek dan het originele bericht. Zo ver is het dus al gekomen, dat Pieten-foto’s* disclaimers nodig hebben om verbale agressie te vermijden. Juist die eigenschap, dat fanatieke, die ik aan mijn Vlaamse vrienden wou laten zien bleek er dus uiteindelijk voor te zorgen dat ik dat bijna niet meer kon. Dus weet je wat ik echt vreselijk vind aan Nederland? Zeiken. Gewoon, over dingen zeiken. Omdat dat altijd veel fanatieker gebeurt. Of het nou om feestdagen, voetbal of troonswisselingen gaat, alles gaat steevast met méér gepaard: meer agressie, meer overgave, meer demonstraties en meer passief agressieve reacties op Facebook. Talitha Dehaene
* Disclaimer: op geen enkele manier als een (in)directe verwijzing naar de traditie van Zwarte Piet bedoeld, noch als een bevestiging of aanmoediging van deze al dan niet racistische praktijk. Gaarne geen boze lezersbrieven. Thanks.
Bandirah