Bachelorproef Modulair wonen

Page 1

Bachelorproef

Is modulair wonen voor iedereen?


Coverfoto: Johnson Creek WeeHouse Alchemy Architects

Foto: Marieke Vlerick


VOORWOORD Duurzaam, betaalbaar en flexibel. In de Verenigde Staten, Engeland of Nederland wonen ze al volop modulair. Het traditionele Vlaanderen hinkt met haar conventionele woonideeën achterop. Gezinsverdunning, vergrijzing en de bevolkingstoename stellen ons voor uitdagingen. Een verouderd woonpatrimonium komt daar nog eens bovenop.

INHOUD Infographic Modulair vs. Traditioneel 4 Toekomstig huis is modulair 7 De architect en zijn modulair huis

Modulair bouwen is zoals spelen met legoblokken. Het enige verschil is het gebruikte materiaal. Terwijl een speelgoedhuis van Lego bestaat uit de moeilijk uitspreekbare kunststofsoort acrylonitril-butadieenstyreen, kies je bij een modulair huis zelf de bouwstenen. Nog een groter voordeel is dat een modulaire woning in principe even veranderbaar is als constructies met eerdergenoemd speelgoed. De woning kan dus meegroeien met haar bewoners.

“Een zelfgebouwde, energiezuinige woning was altijd al het uitgangspunt” 13

Modulair wonen daagt ons uit om anders om te gaan met ruimte- en energiegebruik. Deze bachelorproef is gericht op iedereen, jong en oud, die bewust nadenkt over de impact van wonen. Elke leeftijd brengt immers andere uitdagingen en behoeften met zich mee. Door te praten met een unieke Vlaamse aanbieder, architecten, ruimtelijke planners en sociologen hoop ik jullie een integrale kijk te bieden op deze trend. De hamvraag van deze bachelorproef luidt: ‘Is modulair wonen voor iedereen?”

Langer thuis in modulaire woning 22

Marieke Vlerick

1 taal, 2 bouwculturen

Vlaanderen vs. Nederland 17

Levien (22) en Malvina (24) wonen in een containerdorp

“Ik merk echt niet dat ik in een container woon” 26


4


5


Foto boven (Johnson Creek) en onder (Barn) WeeHouse ontworpen door Alchemy Architects (Verenigde Staten)

6


TOEKOMSTIG HUIS IS MODULAIR

Betaalbaarheid, de beschikbare bouwgrond en nieuwe energiewetten stellen Vlaamse bouwers voor uitdagingen. Er is nood aan een andere visie op bouwen. Dynamische en modulaire woningen bieden een potentieel antwoord. Goed nieuws voor wie droomt van een eigen woning: er is nog plaats genoeg om te bouwen. Momenteel is er nog 16,5 procent grond woonoppervlak beschikbaar. Dat heeft de Vlaamse regering destijds bepaald in het bouwdecreet. Een halt aan doemdenkers, want in principe zou dit moeten volstaan om de bevolkingsgroei tot 2050 op te vangen. Het enige probleem? Ons beeld van hoe we moeten wonen. Het idee van de grote villa met een eigen oprit en omliggende tuin raakt voorbijgestreefd. We moeten met z’n allen anders nadenken over bouwen en wonen. Twee pijlers staan hierbij

centraal: compacter en energiezuiniger. Modulaire woningen kunnen hierop een antwoord bieden. Daarnaast hebben ze ook nog twee extra troeven: ze zijn betaalbaar en aanpasbaar. Is modulair het antwoord op onze veranderende behoeften en landschap?

“Doordat er bij ons weinig aanbieders zijn, denk ik dat dit nog niet klaar is voor de markt” Aerts Waar voor je geld

Een Vlaming betaalde in 2012 gemiddeld 232 073 euro voor een bestaande woning. Dat blijkt uit het grootschalig woononderzoek (GWO) van 2013. Het complete kostenplaatje voor een 7

nieuwbouwwoning daarentegen was gemiddeld 344 412 euro. Uit cijfers van de denktank Itinera blijkt dan weer dat een nieuwbouwwoning van 220 000 euro slechts haalbaar is voor één op vijf huishoudens in ons land. Tussen 2009 en 2013 koos slechts 25 procent van de Vlaamse bevolking voor een nieuwbouwwoning. Terwijl de vastgoedprijzen gestagneerd zijn, blijkt uit cijfers van de FOD Economie dat de prijs van bouwgrond in Vlaanderen in 2014 met zeven procent is toegenomen. Ook jongeren voelen de druk van een eigen woning. Hoewel ruim 66 procent van de jongeren hoopt op een eigen huis, zorgt de financiële haalbaarheid van deze wens bij 7 op 10 jongeren voor zorgen. Dat blijkt uit onderzoek van het kenniscentrum ILIV. Conclusie: een eigen huis is duur. Kunnen modulaire varianten de druk van de ketel halen?


Belgische aanbieders

Buildinx, onderdeel van de groep Terryn uit Moortslede, maakt woonmodules die tot 16 meter lang en drieënhalf meter breed kunnen zijn. Hiervoor maken ze gebruik van CLT-panelen. Dat zijn houten panelen van kruislings gelijmd gelammeerd hout. Hun units variëren van compacte modulaire huisjes tot complete appartementsblokken. BeSteel uit Aarschot probeert momenteel de markt te veroveren met BePods. Hun modulaire wooneenheden bestaan uit een stalen frame dat wordt afgewerkt met verschillende materialen zoals vezelcementplaten en pleister. De stalen woonunits komen in een basis- en luxeversie. Over het algemeen worden deze units vooral gebruikt als bijgebouw, los van de bestaande woning. Ze zijn populair als kantoorruimte, poolhouse of studio. Het Limburgse Skilpod is een van de meest spraakmakende aanbieders. Zij zijn de enigen die zich specifiek toeleggen op wonen. Hun woningen zijn zowel mobiel als permanent. Op de BIS-beurs presenteerden ze hun grootste woonmodule (48m2) van 4 meter op 12 meter. Skilpod maakt ook gebruik van kruislings gelaagd hout. Terwijl de afwerking binnenin bij de twee voorgaande aanbieders nog vooral ter plaatse gebeurt, komt een Skilpod inclusief met badkamer en keuken. De modules zijn naar hartelust combineerbaar.

“Ik verwacht dat modulair wonen en bouwen binnen vijf à tien jaar echt opkomt”, zegt Cosimo Menga van COWork architects. Menga heeft al verschillende modulaire ontwerpen gemaakt, meestal voor wedstrijden. “Mensen willen meer waar voor hun geld”, aldus Menga. “Elk jaar zie ik de gewone bouwprijzen stijgen. Bij een klassieke bouw ligt de bouwkost op ongeveer 1400 euro/m2”, zegt Menga. “Bij modulaire prefabsystemenen kan je gaan naar 1100 euro/m2.

“Deze trend, of beter gezegd evolutie, kan enkel vertraagd worden, maar tegenhouden is geen optie” Menga

Je kan dus al snel 20 procent besparen.” Dankzij een modulair bouwsysteem wordt de bouwtijd verkort en worden alle materialen efficiënt benut. Duurzaam Wonen en Bouwen (DuWoBo) onderzoekt met steun van de Vlaamse Overheid de mogelijkheden van modulaire woonunits. “De prijzen van de modulaire units lopen momenteel nog zeer hard uiteen”, zegt Jan Aerts, Community manager van DuWoBo. “Er zijn nog maar een beperkt aantal aanbieders in Vlaanderen. Daarom denk ik dat de concepten nog niet klaar zijn voor een brede intrede in de markt.” Menga beaamt dat. Door een gebrek aan cijfers blijft het gissen naar het aantal modulaire wooneenheden dat verspreid zijn in Vlaanderen. “Modulair wonen is nog geen schering en inslag”, 8

zegt Aerts. “Maar het kan zeker en vast een oplossing bieden voor de veranderende maatschappij.”

Dynamisch bouwen

“De trend zal zijn dat we kleiner en anders moeten bouwen”, zegt Menga. “De villabouw van de jaren ’60 en ’70 is niet meer betaalbaar. Die is trouwens ook niet interessant voor later.” Kleiner. Duurzamer. En bewuster. Het zijn veranderingen die onze maatschappij opdringt aan onze manier van wonen. België telt momenteel 11 209 044 inwoners. Dat blijkt uit cijfers van de Algemene Directie Statistiek. Maar volgens statistieken van de FOD Economie zou de bevolking tegen 2060 toenemen met 23 procent. Er is bovendien sprake van gezinsverdunning, d.w.z. steeds meer maar kleinere gezinnen. Gebouwen van de toekomst moeten aan strengere eisen voldoen dan die uit het verleden. De OVAM maakte daarom tussen 2014 en 2015 samen met VITO, VUB en KU Leuven een studie rond veranderingsgericht bouwen. Renovatie- en veranderingswerken om oude gebouwen aan te passen zijn duur en volstaan slechts tijdelijk. Een modulair huis daarentegen kan meegroeien met haar bewoners. “We krijgen veel jongeren over de vloer”, zegt Jan Vrijs van Skilpod. “Zij beginnen vaak met een module die de oppervlakte heeft van een klein appartement. Als ze later kinderen krijgen en willen uitbreiden, kan dat gemakkelijk door modules bij te plaatsen.” Onze conventionele bouwtechnieken zijn wereldwijd verantwoordelijk voor bijna 40 procent van het energieverbruik en de helft van het globale grondstoffenverbruik. Dat blijkt uit cijfers van United Nations Environment Programma (UNEP) uit 2004. De


studie van OVAM geeft aan dat herbruikbare bouwmaterialen in combinatie met veranderingsgerichte ontwerpkeuzes een belangrijk milieuvoordeel kunnen opleveren. Dynamisch bouwen is in die zin ook duurzaam. Dit past bij de ambitie van de Vlaamse Overheid voor meer materialenkringloop. Een modulaire woonmodule is aan het einde van haar gebruik namelijk geen afval. Ze kan worden aangepast of gedemonteerd en later opnieuw worden gebruikt.

Witte raven

Voorlopig zijn er slechts een handvol Vlaamse aanbieders van modulaire woonvormen. Op de BIS-beurs van oktober 2015, de grootste bouwbeurs van Vlaanderen, stelden voor het eerst drie bedrijven hun (micro-)modulaire units voor (zie kaderstuk). Vanaf 2021 moeten alle nieuwbouwwoningen in België bijna energieneutraal (BEN) zijn. Dat wil zeggen dat ze maximaal een E-peil van 30 mogen hebben. Modulaire aanbieders kijken daarom al vooruit en doen er alles aan om hun units zo energiezuinig en compact mogelijk te maken. Eén van de meest spraakmakende aanbieders is het Limburgse Skilpod. Hun grootste woonmodule (48m2) wordt gemaakt met kruislings gelaagd hout en bedraagt 4 meter op 12 meter. “Je moet ongeveer rekenen op 55 000 à 60 000 euro”, zegt Jan Vrijs van Skilpod. “En 5000 euro kraankosten om de module ter plaatsen.” De Skilpod is de enige modulaire unit die ook effectief toegespitst is op wonen. “We plaatsen vaak bijgebouwen bij bestaande woningen”, zegt Jan Vrijs. “Maar we doen evengoed complete nieuwbouwwoningen.” Momenteel plaatst Skilpod een modulaire nieuwbouwwoning in Ham. Het voordeel van modulaire

Foto’s boven en onder: Japhet Alvarez. Woning en ontwerp van Joseph Dupuis (Canada)

woonunits is dat ze combineerbaar zijn. Drie gecombineerde woonunits zijn goed voor een eengezinswoning van 144m2. In tegenstelling tot andere aanbieders legt Skilpod zich ook al toe op de energienormen van 2020. “Onze wooneenheden hebben al een E-peil van 30”, zegt Vrijs. “De drie gekoppelde modules in Ham hebben nog slechts een E-peil van 28.”

Iedereen modulair

Modulaire woningen zijn snel en betaalbaar. Ze worden op voorhand gebouwd in een atelier of fabriek en dan vervolgens geplaatst op locatie. “Twee maanden na het 9

verkrijgen van je bouwvergunning kan je huis er staan”, zegt Vrijs. Dat blijkt voorlopig een van de meest doorslaggevende factoren. “De meeste mensen hechten er niet zoveel belang aan of een nieuwbouwwoning modulair of traditioneel gebouwd is”, legt Vrijs uit. “Het gaat hen om het feit dat hun huis er snel staat.” Daarnaast is hun woning onmiddellijk gebruiksklaar, iets wat op een traditioneel huis niet direct van toepassing is. “De woning is al volledig afgewerkt als hij ons atelier verlaat en staat direct op jouw stuk grond”, zegt Vrijs. Het tweede aspect is de prijs. “Het is nog altijd goedkoper dan een traditionele ruwbouw. Als


laatste worden mensen vaak aangetrokken door het design.” Bij een modulaire woning moet je meestal rekening houden met drie dingen. De rechthoekige vorm, het platte dak en de moderne uitstraling. Dat blijkt voor veel Vlamingen echter een struikelblok. “Mijn collega en ik houden net van de apartheid die onze modules uitstralen. Dat verdoezelen met een bakstenen buitenlaag, past niet in ons concept”, zegt Vrijs. “België is het enige land met gevelstrips van baksteen op de markt. De Belg wil misschien wel een modulair huis maar meestal mag het er niet zo uitzien. Daarom hangen ze er een plakker over om dat te verdoezelen”, vertelt Menga. “Wie graag een fermette-stijl ziet, zal bij ons zijn gading niet vinden”, aldus Vrijs. Als je werkt met geprefabriceerde elementen ben je gedwongen tot standaardisering. Meestal hebben modulaire woonmodules een rechthoekige, containerachtige vorm. Dit komt doordat de modules verplaatsbaar moeten kunnen zijn. “In het buitenland zijn modulaire woningen niet altijd ideaal door de doorgedreven standaardisatie”, zegt Jan Vrijs. “Elk perceel is natuurlijk anders. Het daagt ons uit om ondanks bepaalde standaardiseringen flexibel te blijven”, zegt hij. “Modulaire woningen zijn ondertussen ook echt kwalitatief”, zegt Menga. “In de jaren ’60 had

het een slecht imago omwille van huizen maar er liggen zeker nog de minder kwalitatieve prefab- meer mogelijkheden”, zegt De huizen destijds.” Goignies. Hij verwijst naar grote bedrijven zoals Machiels Building Solutions of Sibomat van Bouwproces faciliteren De kans dat metselwerk definitief Matexi die een poging wagen met uit onze straten zal verdwijnen houtskeletbouw. Toch blijkt echt is nihil. Maar de trend modulair modulair bouwen tegenwoordig wonen is bijna onlosmakelijk nog niet weggelegd voor de klasverbonden met de toekomst. Snel sieke bouwfirma. Modulaire woonvormen hebben samen met andere alternatieven “Ook gewone bouwnog een lange weg af te leggen. firma’s hebben er baat “Zoals alle nieuwe dingen zal ook wonen een duwtje in de bij zo flexibel mogelijk modulair rug nodig hebben”, zegt Menga. “In te bouwen. Prefabricatie Scandinavië, Duitsland, Amerika wordt daardoor steeds maar ook Nederland gebeurt het echt al heel veel. Deze trend, of interessanter” beter gezegd evolutie, kan enkel De Goinies vertraagd worden, maar tegenhouden is geen optie.” Eenmaal alle mogelijkheden onderzocht zijn, kan er misschien een subsidie en efficiënt bouwen wordt steeds in het leven worden geroepen. Met belangrijker. Ook klassieke bouw- dat ene duwtje in de rug, verovert reuzen beseffen dat. “Iedereen, modulair wonen in de toekomst en dus ook de grote bouwfirma’s, misschien wel ook onze harten. probeert het bouwproces te faciliteren”, vertelt Gerrit De Goignies, communicatiedirecteur van de Vlaamse Confederatie Bouw. “Ook gewone bouwfirma’s hebben er baat bij zo flexibel mogelijk te bouwen. Prefabricatie wordt daardoor steeds interessanter”, vertelt De Goinies. De precieze invulling daarvan is wel heel verschillend. “Er bestaan al knexx-achtige 10


Foto’s in wijzerzin: transport Arado WeeHouse van Alchemy Architects (VS), interieur woonmodule Skilpod (BE), detail Barn Weehouse (VS), touch house Heikkinen-Komonen Architects (FIN), interieur Arado WeeHouse van Alchemy Architects, buitenkant Arado Weehouse van Alchemy Architects, interieur Barn WeeHouse Alchemy Architects, plaatsing Arado WeeHouse van Alchemy Architects met kraan

11


12


De architect en zijn modulair huis

“EEN ZELFGEBOUWDE, ENERGIEZUINIGE WONING WAS ALTIJD AL HET UITGANGSPUNT” Dynamisch, duurzaam en betaalbaar bouwen zijn de toekomst. Burgerlijk ingenieur-architect Toon Vermeir (28) probeert zowel in zijn privé als in zijn carrière voluit te gaan voor deze principes. Foto’s door Marieke Vlerick Vermeir studeerde in 2010 af aan de Universiteit van Gent. Na zijn studies bleef hij plakken in de studentenstad. “Vroeger woonde ik op een klein appartementje in Gent”, zegt Vermeir. Ondertussen woont hij samen met zijn vrouw en hun zoontje in een huis dat hij eigenhandig heeft gebouwd met modulaire bouwtechnieken. De inspiratie voor zijn woning haalde hij uit zijn thesis, de E-cube. “Ik geloof heel hard in het idee van zelf modulair bouwen”, zegt Toon Vermeir. “Maar ik vond het wel super moeilijk om mijn eigen huis te maken”, zegt hij al lachend. Het huis van Vermeir ligt verstopt achter andere huizen. Het enige wat verraadt dat er een woning ligt verscholen, is de brievenbus en het lange, smalle toegangspad naar het huis. “Oorspronkelijk stond hier een oude vervallen hoeve.” Omdat de grond helemaal ingesloten lag, hebben Vermeir en zijn vrouw de bouwgrond voor een prikje kunnen kopen. “Heel veel mensen waren verrast dat er hier op zo’n korte tijd een woning stond.”

Studentenproject als inspiratie

onderdelen gearriveerd waren, hebben we het met dezelfde Vermeir en drie medestudenten groep studenten binnen 48 uur burgerlijk ingenieur-architect opnieuw in elkaar gestoken.” werden in 2011 geselecteerd Vermeir glimlacht bij de herinom deel te nemen aan de pres- nering. tigieuze Amerikaanse wedstrijd ‘Solar Decathlon’. Het was de “Onze E-cube stond samen met bedoeling om Amerikanen via de andere projecten afkomstig uit wedstrijd kennis te laten maken de hele wereld opgesteld aan de met energiezuinige technieken. Mall, aan het Washington monuTijdens de wedstrijd werden er ment en het Capitool”, vertelt twintig energiezuinige woonconcepten gedurende twee “We hangen te vaak vast weken tentoongesteld en aan aan het typische beeld tien verschillende tests ondervan hoe een woning worpen. De E-cube was een Belgische primeur in zijn genre. eruit moet zien” “De E-cube was echt een studentenontwerp”, vertelt Vermeir. “Het was volledig toegespitst op de wedstrijd. Omdat wij uit hij. “In Amerika staat ‘energieBelgië kwamen, hadden wij het zuinig’ nog te vaak synoniem probleem dat de woning moest voor gigantische zonnepaneegetransporteerd worden naar linstallaties. Met onze E-cube Washington. Bij wijze van voor- wilden we tonen dat je veel meer bereiding hebben we de woning kan bereiken met doordacht in België eens in elkaar gestoken. isoleren en compact wonen.” De Na de demontage hebben we groep studenten wilde van meet alles in containers gestoken af aan zelf de woning bouwen. voor het transport. Eenmaal alle “We wilden bewijzen dat het mogelijk was om op korte tijd 13


een woning te bouwen met niet gespecialiseerde mensen, in ons geval gewone studenten. Hierdoor hadden we het idee opgevat om te werken met een bouwkit.” Het idee is gebaseerd op enkele basisprincipes. “Bij de E-cube, en later ook bij mijn eigen huis, hebben we gebruik gemaakt van modulaire elementen, gestandaardiseerde maatvoeringen en een minimale afwerking”, licht hij toe. “De montage op de werf is dus tegelijkertijd ook al de afwerking.” Het idee liet Vermeir na afloop van de wedstrijd en ontvangst van zijn diploma niet los.

niet mee kunnen evolueren met de tijd worden steeds minder interessant. We hangen te vaak vast aan het typische beeld van hoe een woning eruit moet zien.” Voor Vermeir is het uitzicht van een woning afhankelijk van de manier waarop ze gebouwd is. “Toen mijn vrouw en ik beslist hebben om ervoor te gaan, hebben we contact opgenomen met de partners van de E-cube. Nadat ik alle kinderziektes uit het studentenontwerp had weggefilterd, waren we klaar om eraan te beginnen.” Vermeir wilde een realistische maar duurzame eengezinswoning ontwerpen. Het uitgangspunt was een energiezuinige woning. Met haar Eigen huis “Sinds de uitwerking van dat E-peil van 50 voldoet de woning project heb ik zitten spelen met al aan de normen die gelden vanaf het idee om een gelijkaardige volgend jaar. “We hebben vooral woning voor mezelf te maken”, geïnvesteerd in passieve techzegt hij enthousiast. “Aanpasbaar nologieën”, zegt Vermeir. “Er is en modulair bouwen zal meer gelet op luchtdicht bouwen, veel en meer gebeuren. Huizen die isolatie, driedubbele beglazing,

optimale oriëntering en performant schrijnwerk (schrijnwerk dat heel weinig koude binnenlaat). Die dingen kan je niet meer aanpassen in de toekomst. Stel dat we later ons dak vol leggen met zonnepanelen, dan zakt ons E-peil naar 30. Voorlopig hebben we dat nog niet gedaan omdat we eerst wilden investeren in de basis.” Momenteel betaalt Vermeir maandelijks 60 euro aan elektriciteit. “Maar daar valt zowel elektriciteit onder als verwarming omdat wij verwarmen met een warmtepomp.”

Het huis van Vermeir is modulair opgebouwd uit houten multiplexplaten. Het grootste voordeel is de snelle bouwtijd. “Bij een klassieke bouw moet je geduld uitoefenen zodat alles goed gedroogd is, denk bijvoorbeeld aan de chape”, zegt Vermeir. “Als je bouwt met een modulair systeem kan je in principe dag na dag verder gaan. Dat kan niet bij een klassieke bouw.” De funderings- en grondwerken hebben

“Ik wilde bewijzen dat je ook gelukkig kan zijn in een kleinere woning”

14


samen met de uitwerking van het concept de meeste tijd in beslag genomen. “Maar in twee maanden tijd was onze woning instapklaar”, zegt Vermeir trots. “Afgelopen zomer in juli hebben we gebouwd en in september zijn we verhuisd. In tussentijd hebben aannemers onze deur platgelopen om alles in gereedheid te brengen. Ik moet wel toegeven dat we in het begin een klein beetje gekampeerd hebben.”

Compact

De grote ramen springen samen met het hout onmiddellijk in het oog als je binnenkomt. De vloer, de muren en ook het plafond bestaan uit hout. Het vormt een fraai geheel met de moderne structuur van het huis. “Momenteel wonen we nog heel erg klein”, zegt Vermeir. “Enerzijds uit budgettaire overwegingen, anderzijds omdat we wilden bewijzen dat het mogelijk was om een leuke maar compacte woning te hebben.” Het bewoonbaar oppervlak van het huis is momenteel 80 m2. Los van het huis staat een paviljoen met een oppervlakte van 30 m2. Dat paviljoen wordt in de toekomst een kantoor, gedeeld met een opslagruimte. Hoewel de bewoonbare oppervlakte beperkt is, voelt het huis erg ruim. “Het binnenvallende licht creëert een ruimtegevoel”, verklaart Vermeir. De benedenverdieping bestaat uit een grote ruimte en herbergt

de woonkamer, keuken en eetplaats. Op de bovenverdieping zijn er twee slaapkamers en een badkamer.

“Met dit soort bouwstijl spreek je een specifiek publiek aan”, zegt Vermeir. “Ik wilde bewijzen dat je ook gelukkig kan zijn in een kleinere woning. Het lijkt mij hypocriet om als architect dan zelf in een kast van een huis te wonen.” Dat het een modulair huis is, biedt opties voor de toekomst. “Het is de bedoeling om een extra woonmodule bij te bouwen als we later nog kinderen zouden krijgen.” Vermeir en zijn vrouw werden onlangs ouders van hun eerste kindje. “Modulaire huizen zijn er op gericht om dynamisch te zijn en veranderd te worden. In theorie kunnen we de hele zijwand van ons huis demonteren en opschuiven. Dan kunnen we verschillende elementen bijplaatsen om het volume te vergroten. Het enige nadeel is dat de wet niet aangepast is aan modulair en flexibel bouwen. Een vergunning met de optie op een latere woninguitbreiding is onmogelijk.” Vermeir vindt dat de overheid mensen moet stimuleren om compact en duurzaam te bouwen. “Duurzaamheid komt samen met de levens- en woonstijl. Mensen zouden daarom een basispakket energie moeten krijgen aan een betaalbare prijs. Eenmaal dat op is, moet je bijbetalen.” 15


Uniek concept

“Modulair wonen kan in principe voor iedereen”, zegt Vermeir. Hij is eigenlijk een beetje zijn eigen case-study: een jong gezin dat een betaalbaar dak boven het hoofd wilde. “Wij beschouwen onszelf helemaal niet als alternatievelingen. Mensen die bewust nadenken over energie-, ruimte- en grondgebruik zullen zich allicht sneller aangesproken voelen door deze woonvorm. Wonen op deze manier heeft beperkingen maar biedt ook mogelijkheden. Bij ons was het bijvoorbeeld minder evident om eender waar een stopcontact te installeren. Daarom moet je zoeken naar alternatieven voor wat je bij een standaardbouw vanzelfsprekend vindt.” “Het is verrijkend om ditzelfde concept steeds vanuit een ander perspectief te bekijken ”, zegt hij. “Ik heb al enorm veel geleerd. Ik heb de woning drie keer een evolutie weten doormaken. De eerste keer als student, afgelopen zomer als bouwheer en komende maanden als architect.” Vermeir bouwt momenteel een gelijkaardig huis in Lokeren. “Alle drie de projecten zijn gebaseerd op dezelfde basisprincipes, maar ze zijn heel erg verschillend. De E-cube was bijvoorbeeld een kubus over twee bouwlagen, dit is een balk over twee bouwlagen. De tussenvloeren zijn helemaal anders dan in de E-cube. In Lokeren gaat het om een gelijkvloerse woning.

“Mensen die bewust nadenken over energie-, ruimte- en grondgebruik zullen zich allicht sneller aangesproken voelen door deze woonvorm” Het is leuk om de basisprincipes en uitgangspunten te toetsen aan verschillende ontwerpen. Maar als ik nu mijn eigen huis opnieuw zou bouwen, het zou het er al anders uitzien”, zegt hij. “Ik vind het gemakkelijker om een ander huis te ontwerpen dan mijn eigen huis. Je bent objectiever voor een ander. Een derde om professionele keuzes eens bij af te toetsen was gemakkelijker geweest”, zegt Vermeir. “Voor ons is deze woning ideaal, mede door de ingesloten ligging. Oké, grote bouwreuzen moeten niet beginnen om massaal verkavelingsgebieden hiermee vol te zetten. Maar deze woonvorm biedt echt heel veel mogelijkheden voor mensen in de toekomst.”

16


1 taal, 2 bouwculturen

VLAANDEREN VS. NEDERLAND De trend modulair wonen kennen ze in Nederland al een tiental jaar. Hufterwoningen en volledige containerdorpen voor studenten zijn het bekendste resultaat. Een blik op onze verschillende zin voor innovatie en bouwcultuur. Foto’s: Zelfbouwwijken door Sonia Mangiapane

17


Je zou denken dat het Vlaams taaldecreet van 1973 ons enigszins dichter bij Nederland heeft gebracht. Het Nederlands mogen we dan delen, onze bouwcultuur is enorm verschillend. Het beleid, maar ook ons eigen karakter bepaalt onze ontvankelijkheid voor nieuwe woonvormen. Terwijl Nederlanders Studenten, asocialen en vluchtelingen Als Nederland kampt met tijdelijke huisvesting- innovatief bouwen en wonen omarmen, sukkelt de sproblemen zijn containers een geliefde oplossing. Vlaming nog steeds met mortel en truweel. Gaat Studenten maar ook asocialen en vluchtelingen de conservatieve Vlaming met de ontdekking van modulair wonen de vernieuwende Nederlander kunnen een container als woonst krijgen. achterna? En ook, hoe komt het dat ons ruimtelijk Sinds begin mei 2014 wordt er in Nederland gebruik landschap zo apart oogt ten opzichte van Nedergemaakt van containers om marginalen te huisvesten. land? Asociale gezinnen die structureel voor overlast zorgen in de samenleving worden dan (tijdelijk) gehuisvest Bange Belgen in een hufterwoning. De containers staan aan de rand Er is al veel (on)zin geschreven over de huizenhoge van de stad, ver weg van alles. De bewoners krijgen clichés tussen Vlamingen en Nederlanders. Zij zijn begeleiding om zich nadien opnieuw te kunnen schreeuwerig, gierig en lomp. Terwijl Vlamingen integreren in de maatschappij. Het idee komt over- geen lef hebben, preuts en wantrouwig zijn. gewaaid uit Denemarken. In Denemarken staat de Achter sommige clichés schuilt wel degelijk een hufterwoning bekend als Skaeve Huse. In Rotterdam bron van waarheid. Dat blijkt uit de theorie van staan er ondertussen al verschillende hufterwoningen. Hofstede. Hij vergelijkt groepen mensen op basis In Utrecht aan de Leidsche Rijn staan de studenten- van vier criteria. Het derde criterium van Hofstede verklaart waarom Vlamingen en Nederlanders containers en de hufterwoningen zelfs zij aan zij. zo anders kijken naar bouwen en wonen. Belgen In Amsterdam proberen ze sinds maart 2015 ook met zijn namelijk angsthazen. Dat blijkt namelijk uit containers een thuis te bieden aan vluchtelingen. De hun score (95/100) bij onzekerheidsvermijding. stad werkt samen met woningcorporaties nog een Terwijl Belgen vermijdend zijn, zoeken Nederconcreet idee uit. Het containerdorp zou een van de landers uitdagingen en risico’s zelf op. Nederoplossingen zijn voor 1370 vluchtelingen die een landers omarmen de trend modulair wonen dus verblijfsvergunning hebben gekregen. Het is wel gemakkelijker dan Belgen. Ze breken zelfs records! nog altijd niet duidelijk waar en wanneer het dorp er In 2016 zal Campus Uilenstede in Amstelveen na moet komen. Ondertussen gebruikt Nederland ook acht maanden bouwen het hoogste modulaire en permanente (!) gebouw van Nederland zijn. De containers om asielzoekers op te vangen. woontoren bestaat uit 233 modulaire studentenContainerwoningen worden in België nauwelijks woningen die zoals lego gestapeld worden over elf toegepast. De Universiteit van Gent heeft in 2009 lagen en deels over vijf lagen. ook met het idee gespeeld om studenten onderdak te bieden in containers. Uiteindelijk is daar weinig In Nederland is het aantal aanbieders van moduvan in huis gekomen. In 2008 werd ook de mogelijk- laire woonvormen ontelbaar. In Vlaanderen heid onderzocht om huurders waarvan de woning in daarentegen zijn ze te tellen op een hand. Toch penibele staat verkeerde, tijdelijk onderdak te bieden vinden Vlamingen die op zoek zijn naar iets betaalin een container. In Molenbeek zouden daarvoor al baar, uniek of flexibel steeds vaker de weg naar het kleine aantal Vlaamse aanbieders. Daarvan getuigt containers gebruikt worden. het groeiend aantal aanvragen bij het Limburgs modulaire bouwbedrijf Skilpod. Toch loopt het nog niet storm. “België is zeer behoudsgezind als het op wonen aankomt”, zegt Jan Vrijs van Skilpod. Terwijl Nederland en de rest van de wereld al meer 18


dan 15 jaar experimenteren met modulaire bouw- een historische context. Boelens is hoogleraar en technieken, ontdekt de Vlaming het nog maar net. directeur van de afdeling Ruimtelijke Planning aan “Een Belg is helemaal niet vooruitstrevend naar de UGent. Daarnaast is hij ook Bijzonder Hoognieuwe technieken. Ze hebben hun huis het liefst leraar Ruimtelijke Planning aan de universiteit van gewoon gemetst, zoals ze gewend zijn.” Vrijs en zijn Utrecht. Hij verhuisde in 1998 van Nederland naar collega Filip Timmermans hebben daarom eerst Antwerpen. overwogen om Skilpod te lanceren op de Nederlandse markt. “Maar als je wil slagen moet je eerst Luuk Boelens: “België en Nederland vertoonden onder je eigen kerktoren kunnen verkopen”, stelt voor de Eerste Wereldoorlog geen drastische Vrijs. Aanbieders van de alternatieve woonvorm verschillen. Na WO2 hebben ze zich allebei anders verwachten dat het aantal modulaire woningen ontwikkeld.” De bouwkundige verschillen tussen in Vlaanderen exponentieel zal toenemen. Het Nederland en Vlaanderen zijn zelfs zichtbaar voor Limburgse bedrijf Skilpod een leek. Vlaanderen werd drie jaar geleden wordt gekenmerkt door ‘In 2016 is het nieuwe hoogste, opgericht en is de eerste nevelsteden en lintbebouaanbieder van complete modulaire en permanente gebouw wing terwijl in Nederland modulaire woningen in woonwijken er allemaal van Nederland klaar’ Vlaanderen. “In de drie hetzelfde uitzien en netjes jaar dat we opgestart zijn gegroepeerd zijn. “Na hebben we veel energie WO2 was de woningnood en tijd gestoken in het technisch ontwikkelen van in Nederland veel groter dan in Vlaanderen. 20 dit verhaal. Als we de Belg overtuigd krijgen, dan procent van alle Nederlandse woningen lag in puin krijgen we iedere Europeaan overtuigd om met dit en nog eens 40 procent was ernstig beschadigd”, systeem te bouwen.” verklaart Boelens. Doordat Vlaanderen een jaar eerder bevrijd was dan Nederland is het gespaard Exotisch Vlaanderen gebleven van die laatste bombardementen. NederBelgen staan internationaal bekend om hun sier- land werd toen geleid door de socialisten. “De lijke kakafonie aan bouwstijlen. Daarvan getuigt gemeenschap stond voor hen centraal. De overheid ook het boek ‘Ugly Belgian Houses’ van Hannes heeft toen beslist om allemaal dezelfde huizen te Coudenys. Luuk Boelens verklaart de verschillen bouwen in wijken.” In Vlaanderen daarentegen was en gelijkenissen tussen België en Nederland vanuit de CVP aan de macht. Bij de katholieken geldt het 19


gezin als kernwaarde. “Hierdoor werden Vlamingen Zeeburgereiland en Steigereiland Noord), Almere aangemoedigd om zoveel mogelijk zelf hun huizen (het Homeruskwartier en de westkant van Almerete bouwen. Ze ontvingen zelfs een premie”, vertelt Stad) en Leiden (Nieuw Leyden) zijn nieuwe steden Boelens. Dat is al een verklaring voor het feit dat met zelfbouwwijken. Boelens stelt dat Nederland het Vlaamse landschap veel warriger is volge- hierdoor ook sneller mee is met nieuwe woonbouwd dan het vormen. “De NederNederlandse. Een landse overheid ‘In tegenstelling tot Vlaanderen, stimuandere verklaring stimuleert sinds leert de Nederlandse overheid nieuwe is de regelgeving. 1998 mensen om Boelens: “Nederland woonvormen, zoals modulaire en flexibele nieuwe woonprohad in 1956 al een jecten te bedenken”, huizen’ eerste ruimtelijk zegt Boelens. De structuurplan. Het overheid vormt dus eerste Vlaamse ruimtelijk structuurplan dateert de belangrijkste drijfveer voor de opkomst van pas uit 1997. Het was in grote mate afgekeken van nieuwe woonvormen, zoals modulaire en flexibele de vier voorgaande Nederlandse plannen.” Onder- huizen. In Vlaanderen moet het initiatief volledig tussen zijn de rollen omgedraaid. “In Nederland van de mensen zelf komen. Als we dus mee willen pleiten ze voor meer Belgische toestanden. Ze met de innovatieve Nederlanders, geeft de overwillen dat er minder regelgeving is en dat mensen heid best een duwtje in de rug. meer initiatief kunnen nemen.” In België hebben ze een inhaalbeweging gemaakt: overal zijn momenteel regeltjes voor. Dat maakt de keuze voor een flexibel en dynamisch huis moeilijker. Zelfbouwwijken Vlaanderen telt procentueel gezien meer huiseigenaren dan Nederland. Dit komt vooral door de naoorlogse periode waarbij Vlamingen gestimuleerd werden om zoveel mogelijk hun eigen huis te bouwen. “In Nederland maakt 45 procent van de woningen deel uit van de huurmarkt. Van die 45 procent is 40 procent deel van de sociale huurmarkt”, vertelt Boelens. In Vlaanderen is 80 procent koopwoning. Doordat hier veel meer mensen een eigen woning bezitten, is het moeilijker om nieuwe grootschalige projecten te beginnen. “Het kost veel meer moeite om in Vlaanderen een akkoord te bereiken met alle verschillende huiseigenaren. In Nederland is het grootste deel allemaal al in handen van de overheid.” Daardoor is het in Nederland ook gemakkelijker om grote projecten op te richten, zoals containerdorpen of complete nieuwe steden. In België bestaat er maar één new town, Louvainla-neuve. In Nederland zijn er verschillende nieuwe en kunstmatig ontworpen steden. Doordat de steden vanaf nul werden ontworpen, kregen sommige wijken het statuut ‘zelfbouw’. Nederlanders werden er voor het eerst aangemoedigd om zelf hun huis te ontwerpen. Een groot deel van de woningen werd er modulair gebouwd met behulp van zelfbouwpakketten. Amsterdam (het

20


21


LANGER THUIS IN MODULAIRE WONING

ik een studievriend bezochten in Leuven die net een niercrisis had gehad. Na het ziekenhuis had hij nog zeker een jaar lang intensieve verzorging nodig. Dat betekende dat die volwassen man terug naar zijn kleine jongenskamer moest verhuizen in zijn ouderlijk huis. Helemaal niet evident. Zo’n mobiele mantelzorgwoning laat toe dat hij bij zijn ouders woont, en toch zijn eigen privacy heeft. Daarom onderzoeken we deze mogelijkheid voor senioren. Wie Senioren worden het liefst oud in hun vertrouwde omgeving. De weet kan dit later model staan voor toenemende vergrijzing stelt het Vlaams woon- en zorgbeleid op de de omringende landen die met proef. Een modulaire mantelzorgwoning biedt ouderen een aange- dezelfde problematiek kampen.” past woonalternatief binnen hun vertrouwde omgeving. Binnenkort zullen er 3,8 miljoen De opkomende vergrijzing stelt niet afnemen. Limburgers Jan Vrijs zestigplussers zijn. Onderzoek Vlaanderen voor ongekende en Filip Timmermans geloven dat toont dat weinig ouderen bekend uitdagingen op vlak van zorg en mobiele en modulair gebouwde zijn met woonalternatieven. wonen. Midden maart haalde mantelzorgwoningen een van de Onbekend maakt onbemind. de media nationale scoops met oplossingen kan zijn. “Dit kan Denkt u dat dit woonconcept het idee van mobiele modulaire misschien zelf een exportpro- voldoende antwoord kan bieden? mantelzorgwoningen. Het onderduct worden”, zegt Jan Vrijs van Vrijs: “Uit onderzoek blijkt dat werp werd behandeld in kranSkilpod. Pascal De Decker, socio- mensen het best oud worden in hun tenartikelen, radioprogramma’s loog en stedenbouwkundige aan vertrouwde omgeving. Mensen die en televisiereportages. Er kwam de KU Leuven, is enorm pessi- nu iemand thuis willen opvangen, een storm aan reacties omdat mistisch over de vergrijzing. “Ik moeten dat doen binnen het het onderwerp niet overal even denk niet dat die woonmodules dè bestaande woonvolume. Dat wil genuanceerd aan bod kwam, oplossing zijn. Maar er is een grote zeggen dat ze hun woning helebijvoorbeeld in Het Nieuwsblad: verscheidenheid aan senioren, maal moeten verbouwen, denk “Vlaanderen bouwt containers logischerwijs hebben we dus ook maar aan een kangoeroewoning. voor bejaarden” of in De Gazet nood aan verscheidene woonmo- Dat is duur en schrikt heel veel mensen af. Bovendien zijn die van Antwerpen: “Container voor gelijkheden.” aanpassingen permanent. Als die wie oma en opa niet in huis wil nemen”. Zoektocht naar alterna- zorgband op zijn einde is, moet de woning terug omgebouwd worden tieven tot een normale eengezinswoning. Uit zowel de vele positieve als In 2013 lanceerde de Vlaamse Een modulaire variant is mobiel en negatieve reacties blijkt dat het overheid een oproep tot het dus ideaal om tijdelijk te plaatsen debat maatschappelijk leeft. De bedenken van nieuwe woon- en zolang de zorgband duurt. Dat is nood aan nieuwe woonconcepten zorgconcepten voor senioren. sowieso een pak goedkoper dan voor senioren zal in de toekomst Limburgers Jan Vrijs en Filip Timmermans van Skilpod hopen te scoren met hun concept van mobiele en modulair gebouwde mantelzorgwoningen. Meneer Vrijs, hoe is dat idee ontstaan? Jan Vrijs: “Ons initieel idee voor modulaire woningen lag ook al in die lijn. Ons concept heeft name- Jan Vrijs Pascal De Decker lijk vorm gekregen nadat Filip en Foto: Marieke Vlerick Foto: Marieke Vlerick 22


uw huis verbouwen. Momenteel is het nog een pilootproject. Maar ik ben ervan overtuigd dat er zeer veel mensen hiervan het potentieel inzien.” Pascal De Decker: “We moeten sowieso op zoek naar nieuwe woon- en zorgmodellen, dat klopt. Die woonmodules zien er wel mooi uit. Maar ik vraag mij af of hoe dit concreet in zijn werk gaat?”

“Door de toegenomen mobiliteit en opleiding wonen veel kinderen niet meer in de buurt van hun ouders” De Decker

onaangepaste woning of verhuizen naar een rusthuis of serviceflat. Bij dat laatste betaal je ook al snel 800 of 900 euro, waarvan er al 700 euro naar de kamer gaat.” De Decker: “Ja, maar dan moet je wel subsidies krijgen natuurlijk. Ik had ergens gelezen dat zo’n woning 100 000 euro kost? Je kan je afvragen of die subsidies dan niet op een betere manier gespendeerd kunnen worden. Want dit is eigenlijk privatisering van overheidsgelden? Mensen vrezen nu al dat een serviceflat te duur zal zijn. En in dit geval moet je ook rekening houden met plaatsingskosten en dergelijke. Dat lijkt niet onmiddellijk praktisch. In hoofde denk ik dat het vooral ook een praktisch probleem zal zijn in tegenstelling tot een financieel.” Vrijs: “Voor onze woonmodule op zich moet je rekenen op 55 000 tot 60 000 euro. Maar die is wel helemaal afgewerkt met badkamer, keuken en dergelijke meer. Voor de plaatsing rekenen we 5000 euro. Daar valt dan zowel de kraan- als transportkost onder. Die woningen zullen niet alleen onze verdienste zijn. Wij werken samen met zorgorganisaties en de overheid om de rendabiliteit hiervan te onderzoeken. Via een samenwerking met de bouwer, zorgorganisaties en overheid hopen we tot een evenwichtige en betaalbare oplossing te komen.”

Skilpod is een pionier. Hoe moet het concreet gaan volgens jullie? Vrijs: “Onze woningen zijn specifiek gericht op mensen die tijdelijk de zorg voor iemand opnemen. In de ideale situatie kunnen zij terecht op een speciaal platform. Een zorgactor, bijvoorbeeld een huisdokter of een maatschappelijk werker, levert dan een attest af dat verklaart dat zo’n mantelzorgwoning nuttig is. Zo kan er via dat platform snel een vergunning verkregen worden, waarna de aanbieders van de woningen onmiddellijk verwittigd worden. Een overkoepelende organisatie moet dat allemaal in goede banen leiden. Binnen de drie maanden zou zo’n woning geplaatst moeten Mobiele mantelzorgwokunnen worden. Als de zorgband ning nadien terug op zijn einde is, wordt Uit onderzoek blijkt dat slechts de woning weggehaald.” 4,6 procent van de ouderen bij hun kinderen wil wonen. Staan Hoe zit het met het financiële mobiele mantelzorgwoningen plaatje? altijd in de tuin van de kinderen? De Decker: “Daar vrees ik toch Vrijs: “In principe wel. Maar dat een beetje voor…” kan ook bij iemand anders die Vrijs: “Veel mensen vinden het wel mantelzorg biedt.” waard om zo’n zorgwoning voor De Decker: “Vroeger gingen 500 euro per maand kan huren. De ouderen vaak uit noodzaak bij andere opties zijn wonen in een de kinderen wonen, nu minder. 23

Vergrijzing

Bijna alle landen ter wereld worden geconfronteerd met een vergrijzende bevolking. Uit cijfers van het World Population Ageing rapport van de Verenigde Naties blijkt dat België op wereldniveau de veertiende plaats verzilvert. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) ziet de vergrijzing zelfs als een van de belangrijkste ontwikkelingen van de eenentwintigste eeuw. Die tendens van veroudering wordt door de Verenigde Naties omschreven als “ongekend, aanhoudend en doordringend”. Terwijl in 2013 tweeënhalf procent van de bevolking 85 jaar of ouder waren, wordt dat in 2030 3,4 procent en in 2060 6,8 procent. Dat blijkt uit cijfers van de FOD Economie. “Op den duur heb je een negentigjarige die fysiek en mentaal niet meer in orde is die verzorgd wordt door een tachtigjarige. Dat is niet evident”, zegt De Decker.


Kinderen gaan zelden zelf zeggen dat hun ouders niet bij hun mogen komen wonen. Veel ouderen zijn bang voor een botsing van verschillende levensstijlen. We hebben de neiging dat te abstraheren maar het gaat om hele kleine, alledaagse dingen zoals de keuze van een tv-programma. Daarbij komt dat door de toegenomen mobiliteit en opleiding veel kinderen niet meer in de buurt van hun ouders wonen.” Hoe belangrijk is eigen privacy voor ouderen? Vrijs: “We hebben gemerkt dat veel mensen wel voor iemand willen zorgen maar dat ze daarbij hun eigen privacy niet willen opofferen. Het omgekeerde geldt ook. De vader of moeder die opge-

vangen wordt, wil ook zijn of haar privacy behouden.” De Decker: “Privacy is enorm belangrijk voor mensen. Dat is ook al gebleken bij co-housingprojecten. In die zin zijn die woningen wel interessant.” De nood aan een tuin en een mantelzorger buiten beschouwing gelaten, is dit concept voor iedereen? De Decker: “Het zijn vaak de mondige en financieel krachtige ouderen die zoeken naar oplossingen. Als ze er al op tijd aan beginnen…” Vrijs: “Wij krijgen nu al aanvragen van mensen uit alle lagen van de bevolking. Momenteel maken we nog geen reclame, maar toch

vinden er al veel mensen de weg tot bij ons. Dat is toch een teken?” Meneer De Decker, de vergrijzing is uw stokpaardje. Zijn projecten zoals deze voldoende? De Decker: “Ik vind dat het beleid er niet op gericht moet zijn om mensen zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Mensen moeten gestimuleerd worden om op tijd te verhuizen als ze nog gezond zijn. Het effect van sociale isolatie is groot. Er is nood aan een meer collectieve benadering. Ik geloof meer in collectieve woonvormen. Door schaal en nabijheid kunnen ouderen van alles gaan delen met elkaar. In het gekste geval zelfs rollators. Deze mantelzorgwoningen bieden geen oplossing voor

Langer thuis beleid Zes op de tien zestigplussers geeft aan liefst zo lang mogelijk zelfstandig thuis te willen wonen. Zelfs als dat moet in een onaangepaste woning. Dat blijkt uit een bevraging van 70 000 zestigplussers tussen 2004 en 2014 door BAS (Belgian Ageing Studies). Naast het feit dat ouderen liefst thuis blijven wonen, blijkt dat een woonzorgcentrum het minst geliefde alternatief is. Cijfers van de FOD Economie geven aan dat slechts 5,2 procent van de Belgische 60-plussers in 2009 in een woonzorgcentrum verbleef. Het merendeel van de 60-plussers woont nog steeds zelfstandig, iets wat aangemoedigd wordt door het beleid.

In 2011 verleenden zeker 885 000 Vlamingen tussen de 18 en 85 jaar op die manier op regelmatige basis zorg. Maar doordat de zorg gebaseerd is op een familie- of vriendschapsband valt dit buiten het kader van de professionele hulpverlening of vrijwilligerswerk. Hierdoor moet de mantelzorg gecombineerd worden met het werk en het privéleven. “Ageing in place klinkt zeer romantisch, maar dat is het helemaal niet”, aldus De Decker. Uit cijfers van de studiedienst van de Vlaamse overheid blijkt dat Vlamingen mantelzorg steeds meer als belastend ervaren. In 2011 nam 38 procent van de Vlamingen nog de zorg voor iemand op zich, in 2014 deed slechts 26,2 procent dat nog. De last van de zorgband is een van de verklaringen voor de daling van het aantal mantelzorgers. “Afhankelijk van de psychische of fysieke toestand van de behoevende kan mantelzorg zeer zwaar zijn”, zegt De Decker.

Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) hanteert een ‘ageing in place’-beleid dat ouderen moet stimuleren om zo lang mogelijk thuis te wonen. Ageing in place komt samen met de vermaatschappelijking van de zorg. Concreet betekent dit dat de Vlaamse overheid geen nieuwe investeringen meer zal doen in de bouw van rusthuizen en woonzorgcentra. En dat de zorg steeds meer zal plaatsvinden in de ‘eerste cirkel’, namelijk zelfzorg, thuiszorg en mantelzorg. Familieleden of vrienden die tijdelijk of permanent extra zorg bieden aan een hulpbehoevende vallen onder de categorie mantelzorgers. Pascal De Decker, socioloog en ruimtelijk planner, hekelt het beleid. “Er zijn heel veel haken en ogen aan dit beleid. Dit domineert omdat er te weinig alternatieven zijn.”

Uit cijfers van de FOD Economie uit 2015 blijkt dat de levensverwachting blijft toenemen. Vlaanderen wordt hierin het hardst getroffen van alle regio’s. De Decker waarschuwt al lang dat de Vlaamse woningmarkt niet aangepast is aan de golf van vergrijzing. “Er is nood aan een andere visie op wonen voor bejaarden. We moeten op zoek naar woonmodellen waarbij mensen efficiënt kunnen wonen èn waarbij de zorg goed geregeld is.” 24


de zorg die steeds meer onder druk het gaan oplossen. Maar dat is heel zijn er te weinig alternatieven. komt te staan.” naïef. ” Kleinschalige dingen zoals co-housing of mobiele mantel“Mobiele mantelzorg- zorgwoningen zijn goed. Maar Complex plaatje Bent u dan geen voorstander woningen zouden een dan nog ontbreekt een structurele aanpak. Het gaat om hallucinante van de modulaire mantelzorgexportproduct van aantallen bejaarden. Als deze woning? modules betaalbaar blijken, zou Vlaanderen kunnen De Decker: “Ik sluit het zeker niet het misschien wel een oplossing uit maar er ontbreekt nog steeds worden” Vrijs kunnen zijn voor sommige mensen. een structurele aanpak. We gaan Maar dan rijst de vraag hoe alle de vergrijzing niet individueel Binnen enkele maanden eindigt andere ouderen gaan wonen.” kunnen oplossen. Niet iedereen zal de mogelijkheid hebben om het pilootproject. Wat verwacht te wonen in zo’n mobiele mantel- u uiteindelijk? zorgwoning. De vermaatschappe- Vrijs: “Het is een Europese doellijking van de zorg en het ageing in stelling om het woonaspect zo place beleid zijn de facto bezuini- dicht mogelijk te koppelen aan gingsmaatregelen. Die modulaire de zorg. Dat zou wel eens een mantelzorgwoningen zullen maar exportproduct kunnen worden van een deel van het verhaal zijn. Een Vlaanderen. Alle Europese landen kampen inmiddels met hetzelfde klein deeltje.” probleem. Deze vorm van flexibele Vinden jullie dat deze kwestie huisvesting kan daarop inspelen. hoger op de politieke agenda We hopen dat de wet verandert, zodat projecten als deze gemakmoet staan? Vrijs: “Het is eigenaardig dat kelijker worden. Nu is het zo dat Skilpod in atelier de media dit project in het begin je geen gescheiden domicilie hebt Foto: Marieke Vlerick heeft opgepikt. Toen is er een hele als je je moeder of vader in huis eigen beeldvorming bijgeplakt die neemt. De hulpbehoevende wordt niet per se juist was. In politieke daardoor niet meer als alleenhoek bleef het erg stil. Je merkt dat staande beschouwd en misloopt tal het moeilijk is om hier uitspraken van tussenkomsten. Dat kan niet over te doen. Op zich begrijp ik de bedoeling zijn.” dat, je moet mensen geen valse De Decker: “Het is een heel hoop geven. Maar ik vind het ook complex plaatje. Veel zorgproop transport jammer, want er zal toch echt iets blemen kunnen opgelost worden Woonmodule Foto: Skilpod door beter te wonen. Momenteel moeten gebeuren.” De Decker: “De overheid is er gewoon te weinig mee bezig. Af en toe knipt er ergens een schepen of een burgemeester een lintje door en dan denken ze dat het goed is. De overheid moet een structureel antwoord bieden. Zij zal budgets en wettelijke kaders moeten voorzien. De onderkant van de samenleving zal sowieso nood hebben aan subsidies. Ik ben bang dat als de private sector alles in handen krijgt, alles heel duur zal worden en de kwaliteit niet per se goed zal zijn. De overheid gaat er teveel van uit dat de markt en de buren

Woonmodule Foto: Skilpod

25


Levien (22) en Malvina (24) wonen in een containerdorp

“IK MERK ECHT NIET DAT IK IN EEN CONTAINER WOON”

De Nederlandse geschiedenisstudent Levien Wierenga (22) en de Vlaamse journaliste Malvina Poelvoorde (24) wonen in de Wenckebach, het grootste containedorp van Nederland. Ze leerden elkaar drie jaar geleden kennen in Amsterdam tijdens haar jaar op Erasmus. Sinds vijf weken wonen ze samen in een gerecycleerde zeecontainer van 30m2. Foto’s: Marieke Vlerick

26


Begin 2000 kampte Nederland met een acute nood aan studentenhuisvesting. In 2006 haalde het Nederlandse bedrijf Tempohousing een internationale primeur met de plaatsing van gerecycleerde zeecontainers als studentenkoten. Containers zijn een felbegeerd modulair bouwsysteem. Malvina en Levien wonen momenteel in het grootste studentendorp van containers in Nederland. De Keet, ook gekend als Wenckebach, telt 1000 containerwoningen en ligt net buiten het centrum van Amsterdam. “We hebben heel lang heen en weer gependeld om bij elkaar te kunnen zijn”, vertelt Malvina. “Uiteindelijk heb ik besloten om definitief naar Amsterdam te verhuizen. Enerzijds omdat ik graag dichter bij Levien wilde zijn, anderzijds omdat ik Amsterdam een geweldige stad vind.” Het Nederlands en het Vlaams wisselen elkaar vluchtig af terwijl ze enthousiast vertelt.

Doodnormaal

Na tien jaar is het concept van containerwoningen en modulaire woningen in Nederland al goed ingeburgerd. Voor Vlamingen is dat vaak nog net een tikkeltje anders. “Ik had al veel gehoord van vrienden en kennissen over containers als studentenwoning”, vertelt Levien. “Het idee sprak mij al van in het begin aan.” Levien woonde voor de Wenckebach ook al twee jaar in een container. Voor Malvina daarentegen is het nu de eerste keer. “Het idee om in een container te wonen vond ik eerst wel raar”, vertelt ze. Ze fronst bij de herinnering. “Maar eigenlijk heb ik mij zeer snel verzoend met het feit dat we hierin zouden wonen. Aan de binnenkant is dit net zoals een gewoon studentenkot”, zegt ze. “Ik merk echt niet dat ik in een container zit.”

De verschillende mening van Vlamingen en Nederlanders ten opzichte van een containerwoning kwam duidelijk tot uiting bij hun ouders. “Mijn ouders hebben mij aangemoedigd om in een container te wonen”, zegt Levien. “Ze weten hoe chill het is en vonden het doodnormaal.” Hij kijkt naar Malvina. “Mijn ouders vonden het eigenlijk geen goed idee. Het leek hun te bizar”, vertelt Malvina. “Want waarom zou iemand in een container gaan wonen?” Terwijl Levien al twee jaar in een container had gewoond, hadden Malvina’s ouders nog nooit van het concept gehoord. Talloze foto’s

container te wonen, is niet de container zelf maar wel de betaalbaarheid. Als student een woning huren in Amsterdam is bijna onbetaalbaar. “We hadden dus eigenlijk geen andere keuze”, zeggen ze al lachend. Levien en Malvina betalen per maand 474 euro huur voor hun container. In Nederland hebben studenten ook vaak recht op een huursubsidie. “Wij ontvangen van de Nederlandse staat 180 euro huursubsidie”, verklaart Levien. Per maand betalen ze nog slechts 294 euro aan huur. “Zelf zonder de huursubsidie is dit naar Amsterdamse normen een zeer betaalbaar kot”, vult Malvina aan. Ook al lijkt de container van binnenuit op een appartement, het is er nog geen. “We horen soms wel eens muziek van een ander”, zegt Malvina. “Ik woon hier echt graag. “Maar dat is op een normaal Ik vind de containers wel appartement toch ook zo?”, zegt ze relativerend. “Ik vind de vrijhip” Levien heid hier geweldig. Ik woon hier echt graag”, zegt Levien. “En het feit dat het containers zijn, vind ik eigenlijk wel hip”, voegt hij toe. en een bezoekje aan hun wooncon- Voor Malvina vormen de contaitainer leverde wel begrip op voor ners an sich geen expliciete meerhet woonconcept. “Ondertussen waarde. snappen ze het wel. Ze hebben gezien dat het vanbinnen helemaal Terwijl de meeste studenten hun geen vieze container is”, zegt ze. container alleen bewonen, delen Haar ouders hebben wel beslist om Malvina en Levien er een. Ze haar oma en opa niet mee te nemen beseffen dat dit meer de uitzondeop bezoek. Al zijn zij er onder- ring dan de regel is. Levien schat tussen wel al van op de hoogte. dat op de duizend containerkoten “Mijn grootouders zijn van een in het dorp, er slechts 10 bewoond heel andere generatie en kunnen worden door koppels. Hij wijst in het maar moeilijk bevatten dat de container rond. De grootte van dit geen echt gebouw is”, vertelt hun container vormt de grootste Malvina. “Ze willen het feit dat uitdaging. “We zijn van de ene ik in een container woon eigen- relatietest in de andere gerold”, lijk een beetje verdoezelen”, zegt vertelt Malvina. “Eerst woonden ze. Als Malvina spreekt met haar we extreem ver van elkaar, nu ouders of grootouders over haar geldt het andere uiterste.” Malvina containerwoning wordt er steevast en Levien hadden vroeger een gepraat over ‘een studio’. lange afstandsrelatie. Ze kijken naar elkaar, zichzelf bewust van de uitdaging. “Misschien zijn Betaalbaarheid De grootste reden om in een studenten sneller tevreden met hun 27


woonst maar alles wat we nodig hebben, is hier aanwezig”, zegt hij. Ze hebben een kleine zithoek met een tv, een kitchenette, een grote koelkast, een eettafel met stoelen, een eigen badkamer, een slaapkamer en een bureaugedeelte. Eenmaal je binnen bent, zou je bijna vergeten dat dit een container is. Enkel de smalle, lange vorm en de buitenkant verraden de ware aard. De container is slechts 2,25 meter breed.

heleboel studenten dicht bij elkaar. “Ik heb helemaal niet het gevoel dat we zoals mieren op een hoop zitten”, zegt Malvina. “Nederlanders zijn bovendien veel socialer dan Belgen”, voegt ze toe. “Als je iemand tegenkomt onderweg naar je container, zegt die gegarandeerd ‘hallo’, ook al ken je elkaar niet. Dat is wel fijn.” Levien bevestigt dat het burencontact in de containerdorpen goed verloopt.

Studentikoze sfeer

Het feit dat de containerdorpen bijna uitsluitend door studenten worden bewoond, creëert een aparte sfeer. Verschillende bewonersverenigingen dragen daartoe bij. De eindstreep van de wielerwedstrijd die op de Wenckebach werd gehouden tussen alle containerdorpen is nog zichtbaar op straat. “In mijn vorige containerdorp was ik daarin ook actief”, vertelt Levien. Om de verenigingen budget te geven, betaalt elke containerbewoner maandelijks een minieme bijdrage. “Volgens mij gaat er maandelijks twintig cent van de huur naar de verenigingen”, legt hij uit. De activiteiten en feestjes die georganiseerd worden, zijn een sociaal bindmiddel. “Wij wonen hier nog maar pas en kennen nog niet veel mensen, maar dat zal niet lang duren”, zegt Malvina hoopvol. Naast sportieve activiteiten, wordt er soms ook een collectieve maaltijd op tafel getoverd. “We hebben hier al eens een barbecue en een Surinaamse maaltijd gehad”, zegt Levien. “Het zou een totaal andere sfeer zijn als hier allemaal oude mensen zouden wonen”, valt Malvina hem bij. “Ik denk dat het niet de soort woning is die de sfeer hier bepaalt, maar wel de bewoners.” Levien knikt bevestigend. Het containerdorp op zich oogt niet gigantisch, toch wonen er een

“Ik denk dat het niet de soort woning is die de sfeer hier bepaalt, maar wel de bewoners” Malvina

Het containerdorp is uitgerust met alle nodige basisvoorzieningen: er is een supermarkt, een wasserette, een café en een ‘gemeentehuis’. Malvina nuanceert de term ‘containerdorp’. “In mijn ogen is dit meer een complex dan een dorp”, zegt ze. Levien is niet akkoord. “Het kantoor van de bewonersvereniging is toch een beetje een gemeentehuis?” Het woonblok van Levien en Malvina is een uitzondering op de enkel-studenten-regel. Van op het terras, aan de achterkant van hun woning, hebben Levien en Malvina zicht op de gevangenis. Om ex-gedetineerden opnieuw in de maatschappij te integreren, krijgen zij tijdelijk een container toegewezen als woonst. Zowel Levien als Malvina ondervinden daar geen hinder van. “De woonorganisatie houdt goed toezicht. Als er problemen zijn, bijvoorbeeld overlast of een ex-gedetineerde die in zijn oude gewoontes vervalt, kunnen we bij hen terecht”, zegt Levien. Malvina benadrukt dat ze zich echt niet onveilig voelt. “Het gaat echt prima samen”, zegt Levien. In Nederland is het gebruikelijk om ex-gedetineerden op die manier opnieuw in de maatschappij te integreren.

Toekomst

“Ik zou graag de hele wereld zien”, zegt Malvina. “Als ik er de wereld mee kon rondreizen, woonde ik onmiddellijk opnieuw 28


in een container”, zegt ze. Ze beeldt uit hoe de container op en af een getransporteerd zou kunnen worden. Levien kijkt haar glimlachend aan. “Je bent niet de enige die daarvan droomt”, zegt hij tegen haar. “Maar ik denk dat dit voorlopig praktisch echt niet haalbaar is.” Over de vraag of Levien en Malvina zonder rondreizen nog in een container zouden willen wonen, moeten ze even nadenken. “Ik kan mij niet inbeelden dat ik later ook in een container zou wonen”, zegt Malvina uiteindelijk. “Niet omdat ik hier niet blij ben. Maar uiteindelijk wil ik wel een echt huis hebben.” Levien peinst verder. “De grootte van onze container vormt momenteel de grootste uitdaging”, zegt hij. “Als we een containerhuis kunnen hebben dat dubbel of driedubbel zo groot is, waarom niet?”

Zelfs met de beperkte woonruimte is er plaats voor een huisdier.

De keuken en woonkamer in de containerwoning.

Panorama van het containerdorp.

29



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.