Toekomst in de kop!
Toekomst in de kop!
C
Beste mensen,
olofon
Initiatief
www.urgenda.nl | actie-organisatie voor duurzaamheid en innovatie www.meneerdeleeuw.nl | werkplaats voor innovatie en maatschappelijke verandering
Arenaleiding: Pepik Henneman en Marjan Minnesma met redactionele bijdrage van: Joris Lohman, Jos Lap, Robbert Jan Piet en Jaap Bond (voorwoord)
Arenadeelnemers: Jan Assies, Rutger Jan Bredewold, Fred Gardner, Pepik Henneman, Pieter Kievit, Jos Lap, Bertrand van Leersum, Marjan Minnesma, Rene Moerman, Robbert Jan Piet, Arjan Postma, Remco Reijke, Jan Rotmans, Jos Schipper, Katelijne van Spronsen, Jan Schrijver, Ben Tap, Rien van Tilburg, Ernst van Tongeren, Mike Venekamp, Sybrand Frietema de Vries, Chris Westra, Kees de Wit, Willem Koppen.
Vormgeving & realisatie: www.bredewold&buczynski.nl | for art&design Druk: Springeruit. www.Springeruit.nl ©Meneerdeleeuw, Oostknollendam, februari 2011
LET OP!!!
Eerste uitgave van het ‘Toekomst in de Kop’. Dit boek verschijnt zowel gedrukt als digitaal op www.polderhub2040.nl elke exemplaar heeft een opdracht voor de ontvanger. De uitvoering van de opdracht is een toevoeging aan het boek en bij de volgende publicatie zullen de uitvoeringen zoveel mogelijk worden opgenomen. In ‘Toekomst in de kop’ worden bestaande en nieuwe ideeen over de duurzame toekomst voor het Noorden van Holland met elkaar verbonden. Verspreid deze concepten en vooral hun samenhang! Dit boek is voor intern gebruik bij de Arena-sessies en moet worden gezien als werkboek. Fotografie/ illustratie:Jaap Jan Heine,Katja Schade,Wim Schermer
Het gebied ‘het Noorden van Holland’, zoals het gebied ten noorden van het Noordzeekanaal wordt genoemd, heeft ontzettend veel potentie. Om die te benutten is samenwerking, innovatie en durf nodig. Deze toekomstvisie, die geïnitieerd is door koplopers uit de regio, beschrijft de ontwikkeling van dit gebied waarbij alle kansen op het gebied van onderwijs, economie, recreatie, landbouw en duurzame energie samengebracht zijn. Op het gebied van duurzame energie, landbouw, recreatie en economie heeft de provincie een flinke opgave. We willen de regio economisch versterken en dit op een duurzame wijze aanpakken. Hier ligt geen blauwdruk voor klaar. Dat betekent dat we een proces in moeten gaan om dit verder vorm te gaan geven. De provincie kan dit niet alleen. Daarom is het zo mooi dat juist koplopers samen hebben nagedacht over de ontwikkeling van dit gebied en met deze visie zijn gekomen. Wat me vooral aanspreekt in deze visie, is de rol die de koplopers zien voor het MKB. Ik weet zeker dat veel middelgrote en kleine bedrijven in Noord-Holland vanuit hun ondernemingstalent en innovatiekracht kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van het gebied. Ik wil de koplopers die hebben bijgedragen aan deze toekomstvisie hartelijk bedanken voor dit initiatief en voor het inbrengen van hun kennis, enthousiasme en ervaring. Laat deze visie het begin zijn van een goede samenwerking om het Noorden van Holland verder te ontwikkelen tot een duurzame en economisch sterke regio!
Jaap Bond
Dagelijks ploegen letterlijk en figuurlijk duizenden MKB’ers door de Noord-Hollandse klei! Ze noemen het prut maar dat heeft meer te maken met de eigen nuchterheid. Welke sporen en patronen zijn over de jaren heen door deze klei getrokken? Hoe kan uit deze klei een duurzame toekomst worden geboetseerd?
TOEKOMST IN DE KOP DUURZAME AGENDA 2040 VOOR HET NOORDEN VAN HOLLAND
T
OEKOMST IN DE KOP 2040 IN EEN MINUUT
=> Waarom een toekomstvisie?
Samen met een groep van twintig koplopers, gasgevers en pioniers hebben wij vanuit een langetermijnperspectief naar het gebied gekeken. Wat is de dynamiek? Wat is het karakter van het gebied? Waar liggen de economische kansen voor bedrijven die ook bijdragen aan de duurzame ontwikkeling van het hele gebied?
nis en kunde. Individuele bedrijven weten hun kennis goed te verzilveren maar ze leveren onvoldoende meerwaarde aan de ontwikkeling van het gebied. Er is geen gemeenschappelijke visie op vernieuwende ontwikkelingen. Met TOEKOMST IN DE KOP 2040 hopen wij kennis en kunde te verbinden rondom aansprekende toekomstbeelden, concrete doelstellingen en tot de verbeelding sprekende icoonprojecten.
=> Waarom deze regio?
=> Wat is de volgende stap?
Met het Noorden van Holland wordt de regio bedoeld boven het IJ, waar de rust en de ruimte begint. Het gebied boven de Zaanstreek en de IJmond. De infrastructuur is er matig en de regio laat zich niet makkelijk regisseren door lokale of regionale overheden. Ook economische samenwerkingsverbanden komen moeilijk tot stand. We constateren dat de lokale betrokkenheid en verbondenheid sterk is maar dat regionale samenhang ontbreekt. Hierdoor blijven economische kansen onbenut en loopt het gebied gevaar zowel economisch, sociaal als ecologisch te verschralen.
=> Voor wie is deze toekomstvisie gemaakt?
De economische en sociale kurk waar dit groene schiereiland op drijft zijn de 80.000 MKB’ers en ZZP’ers die het gebied telt. Wij richten ons met deze agenda in eerste instantie tot deze ondernemers. Wij richten ons ook tot beleidmakers en gangmakers bij overheden en maatschappelijke organisaties die condities kunnen scheppen om te werken aan een regio die de toekomst aan kan.
=> Door wie is deze toekomstagenda gemaakt?
Deze agenda is ontwikkeld samen met een twintig MKB’ers en beleidmakers uit de wereld van de bouw, het toerisme, de energie, de landbouw, de 0verheid, de media, het onderwijs, de natuur en de zorg met een uitgesproken visie over de toekomst.
=> Wat is de hoofdboodschap?
Het Noorden van Holland laat kansen liggen. Er is veel waardevolle praktische ken-
Als deze ideeën, doelstellingen, beelden en projecten u als MKB’er, beleidsmaker of belangenorganisatie aanspreken, laat dat dan blijken en neem contact op met een van de ondertekenaars. Wij zullen gedurende 2011 actief belangstellenden rondom de doelstellingen en icoonprojecten verbinden en concreet aan slag gaan. Laat ons weten waar u kansen ziet voor uw bedrijf of organisatie, hoe u wil bijdragen aan het succes van een van de icoonprojecten en daarmee bijdragen aan de duurzame ontwikkeling van het Noorden van Holland. Wij staan achter deze agenda en willen er samen met u werk van maken! Jan Assies, Rutger Jan Bredewold, Fred Gardner, Pepik Henneman, Pieter Kievit, Jos Lap, Bertrand van Leersum, Marjan Minnesma, Rene Moerman, Robbert Jan Piet, Arjan Postma, Remco Reijke, Jan Rotmans, Jos Schipper, Katelijne van Spronsen, Jan Schrijver, Ben Tap, Rien van Tilburg, Ernst van Tongeren, Mike Venekamp , Sybrand Frietema de Vries, Chris Westra, Kees de Wit.
T
otstandkoming van een duurzame toekomstagenda
[intro]
Vanuit een gemeenschappelijk beeld van de ontwikkelingen en een gedeeld gevoel voor urgentie bieden wij u deze toekomstagenda aan. Deze agenda omvat drie toekomstbeelden voor 2040, acht concrete keuzes, elf icoonprojecten en ambitieuze korte- en lange termijn doelstellingen. Ons doel is economische kansen te benoemen voor sleutelsectoren in het Noorden van Holland en tegelijkertijd een bijdrage te leveren aan de duurzame ontwikkeling van de regio.
[text]
Op initiatief van Marjan Minnesma (Urgenda) en Pepik Henneman (Meneer de Leeuw) heeft, de afgelopen negen maanden, een groep koplopers gewerkt aan deze duurzame toekomstagenda voor het Noorden van Holland. In deze zogenoemde transitiearena hebben wij de dynamiek en de unieke kenmerken van het gebied onderzocht. Het begrip transitiearena is afkomstig uit de transitietheorie. Transities zijn fundamentele maatschappelijke omwentelingen in denken, handelen en organiseren (zie kader). Met het Noorden van Holland bedoelen wij de regio Noord-Holland Noord. Het gebied bestaat uit de regio’s Waterland, West-Friesland, Noord-Kennemerland en de Kop van Noord-Holland. Met andere woorden, het noordelijk deel van de provincie Noord-Holland. In dit boek doen wij verslag over onze bevindingen. Wij leggen u voor welke noodzaak tot verandering wij zien en welke toekomstbeelden en welke kansrijke maar ook toekomstbepalende icoonprojecten waaraan wij willen werken leggen wij uit hoe wij hier mee aan de slag willen gaan. Wij vragen u om deze brochure aandachtig door te lezen. Als de gekozen richting u aanspreekt en u kansen ziet voor uw organisatie in een van de icoonprojecten neem dan direct contact op met een van de betreffende arenaleden.
[next]
[arenaleden] Jan Assies, Rutger Jan Bredewold, Fred Gardner, Pepik Henneman, Pieter Kievit, Jos Lap, Bertrand van Leersum, Marjan Minnesma, Rene Moerman, Robbert Jan Piet, Arjan Postma, Remco Reijke, Jan Rotmans, Jos Schipper, Katelijne van Spronsen, Jan Schrijver, Ben Tap, Rien van Tilburg, Ernst van Tongeren, Mike Venekamp , Sybrand Frietema de Vries, Chris Westra, Kees de Wit, Willem Koppen.
[quote] Einstein zei het al: “We kunnen problemen niet oplossen met hetzelfde gedachtegoed dat hen heeft doen ontstaan.”
[begin kader] Transitie management Onze werkwijze is afgeleid van transitiemanagement: een sturingsinstrument voor maatschappelijke verandering. Transities zijn maatschappelijke transformatieprocessen die over meerdere generaties plaatsvinden en die gekenmerkt worden door een omslag in denken, doen en organiseren. Het uitgangspunt van transitiedenken is dat dominante heersende denkpatronen, structuren en werkwijze een stabiel regime vormen dat moeilijk te doorbreken is. Zolang zich geen crisis voordoet, blijven problemen voor het regime slecht zichtbaar. Het stabiele regime is niet goed in staat om nieuwe mogelijkheden te verkennen en om hardnekkige problemen het hoofd te bieden. Gevestigde belangen, ingeslepen gewoonten en afrekenmechanismen maken het lastig op de gevolgen van persistente problemen te anticiperen en te investeren in de alternatieve paden naar maatschappelijke verandering. Binnen transitiemanagement ligt de nadruk op verandering van onderop. Veel aandacht wordt besteedt aan de rol van experimenten binnen niches. Pioniers en koplopers worden gezien als de zaden van een transitie. In een transitiearena worden koplopers, dwarsdenkers en friskijkers bij elkaar gebracht. De koplopers nemen in deze arena op persoonlijke titel plaats en denken gezamenlijk na over een toekomstagenda voor het gebied. Ze committeren zich aan deze toekomstagenda en zetten hun kennis, netwerk en expertise in om praktische projecten op te zetten, waarmee de weg naar ‘utopische’ toekomstbeelden kan worden ingezet.
[einde kader] [1] Rotmans, J., (2003) Transitiemanagement, Sleutel voor een duurzame samenleving. Assen: Koninklijke van Gorcum. Meer informatie over transities en transitietheorie is te vinden op www.transitiepraktijk.nl
A
CHT KEUZES
[ondertitel]
om het Noorden van Holland toekomstbestendig te maken [intro] 1 =>
Het Noorden van Holland investeert in een landbouw met zo veel mogelijk gesloten ketens. Het richt zich bij voorkeur op de Randstad als afzetgebied met zowel
haar primaire producten als met haar woon- en recreatiediensten.
2 =>
In het Noorden van Holland is de Landbouw gezond en duurzaam biologische landbouw. De biologische landbouw juist hier verder ontwikkeld.
3=>
De horeca- en recreatiesector gebruikt de landbouw om de regio op de kaart te zetten. Waar toerisme zich eerst concentreerde op de gouden kuststrook tot 500 meter van de kust, wordt nu nadrukkelijk de verbinding met het achterland gezocht, en met name met het agrarische achterland
4=> Het Noorden van Holland investeert in nieuwe gezonde toeristische en horecavoorzieningen
5=>Huishoudens in het Noorden van Holland kiezen voor energiebesparing en
elektriciteit van duurzame energie.
6=> Het Noorden van Holland experimenteert met zowel een grote diversiteit aan
technische mogelijkheden om te komen tot duurzame energieproductie als een grote diversiteit aan organisatorische mogelijkheden om consumenten en producenten te verbinden rondom productie van duurzame energie.
7=> Investeren in een duurzame infrastructuur die het mogelijk maakt efficiĂŤnt in een rondje langs het westen, noorden, oosten en zuiden van de regio te reizen. Deze infrastructuur is energie leverend. 8=>
In het Noorden van Holland worden alleen nog maar gezonde huizen en steden gebouwd, en vindt grootschalig verduurzaming en gezondmaking van de bestaande bouw plaats.
N
OODZAAK TOT VERANDERING [ondertitel] ‘Regio’s ontwikkelen zich voortdurend. Ze kunnen bloeien, stagneren of afsterven..’ Samenvattend is dit ons gevoel voor urgentie: Het Noorden van Holland heeft geen visie, geen groot verhaal, geen macht en geen lobby. Het ontbreekt aan samenhang. Er is nauwelijks sprake van samenwerking. De dynamiek in het gebied stagneert en loopt zelfs terug. Zonder samenwerking op regionaal niveau dreigt het gebied economisch, sociaal en ecologisch te verschralen en blijven kansen onbenut. [intro]
conclusie:
In een razendsnel veranderende wereld moeten steden, en ook regio’s, zich met regelmaat opnieuw nadenken over de economische, sociale en ook duurzame toekomst. Het Noorden van Holland is daarin geen uitzondering. Uit de interviews met koplopers, het onderzoek en de arenasessies komen wij tot de volgende
[quote] ‘Zowel fysiek als organisatorisch moeilijk te bereiken’ ‘Noord Noord-Hollanders zijn lokaal verbonden maar regionaal ontbonden.’ ‘Tot in de jaren tachtig had je ‘wat uit te leggen’ als je in Noord-Holland Noord ging wonen; daar was toch niets...’ ‘De ziel van de regio wordt bepaald door knoestige boeren, en door nijvere ondernemers met kleine bedrijven die hebben geleerd te overleven.’
[krimp] Het Noorden van Holland, van oudsher het agrarische achterland van Amsterdam, staat als regio bekend om het arbeidsethos van haar inwoners en haar open en groene landschap. ‘Noord Noord-Hollanders’ worden gezien als hardwerkende mensen met een no-nonsense mentaliteit. Aan de andere kant worden Noord Noord-Hollanders ook als stug en te nuchter ervaren, en het gebied als een uithoek waar niet veel gebeurt. Het gebied kent vele actieve en hechte gemeenschappen. Zo’n 80.000 ondernemingen, waarvan het merendeel, zo’n 98 procent, bestaat uit MKB en ZZP’ers, bepalen de economie. De ZZP’ers en MKB’ers zijn succesvol en sommige bedrijven zijn wereldspelers en marktleiders in hun sector. Toch telt deze economische kracht en ondernemersgeest niet op en draagt daarbij niet naar potentie bij aan de verheffing van het gebied als geheel. Op regionaal niveau vertoont het gebied nauwelijks samenhang.
Regionale economische en bestuurlijke verbindingen zijn zwak. Net als in de rest van Nederland is er sprake van verregaande vergrijzing en ontgroening. Gemiddeld stagneert en daalt zelfs de bevolking na 2020. De krimp slaat sterker toe in het noorden dan in het zuiden van de regio. Door de toenemende zuigende werking van de metropool heeft de regio te maken met een sterke uitgaande pendel van arbeidskracht, en een serieuze ‘braindrain’. Dit wordt versterkt door de beperkte aanwezigheid van hoger onderwijs in het gebied. Terwijl in een aantal MKB-bedrijven in sectoren als de agrarische en voedingsmiddelenindustrie tot de top behoren van de internationale markt, weet het gebied zichzelf naar buiten toe niet te verkopen als
een innovatieve en economisch krachtige regio. De economische groei als gevolg van de ‘overloop’ in de jaren zestig en de daaruit voortkomende wooneconomie is op zijn retour. De dynamiek in het gebied stagneert of loopt zelfs terug, en zonder samenwerking loopt het gebied in de toekomst leeg als gevolg van vergrijzing, ontgroening en de aantrekkingskracht van de grote stad. Het sociale, economische en ecologische kapitaal van het gebied ligt besloten in de bevolking, landschap, water, infrastructuur en MKB-kracht in economische sectoren als landbouw, toerisme, energie en de bouw. De bevolking dreigt te krimpen, het landschap te verrommelen, de infrastructuur loopt achter en door klimaatverandering staat ook deze regio aan de vooravond van ongekende opgaven. Wij menen dat de verbindingen niet sterk genoeg zijn om het gebied als geheel te laten floreren.
Uit de respons van de koplopers tijdens de arenasessies blijkt dat niemand verwacht datr zover zal komen als in het onderstaande doemscenario wordt geschetst. Het Noorden van Holland overleeft het wel en past zich wel aan de nieuwe omstandigheden aan zoals ze dat tot nu toe altijd heeft gedaan, is de heersende opvatting. Toch toont deze schets van een doemscenario hoe ongewenste ontwikkelingen elkaar kunnen versterken.
Almere heeft gewonnen Noord-Holland Noord is een ‘banlieu’ van Amsterdam geworden. Je komt er alleen als je er moet zijn of als je niet anders kan. Noord-Holland Noord is in een neerwaartse spiraal terechtgekomen van verschraling en ontvolking. De ontgroening die in eerste instantie werd gecompenseerd door vergrijzing is uitgelopen tot een ongekende leegstand, één op de vijf huizen staat leeg. De huizenmarkt is in elkaar gezakt. Mensen wijken uit naar het Noorden, Groningen en Friesland, om goedkoop te kunnen wonen of gaan Drenthenieren...
De enige voorzieningen die goed onderhouden worden zijn de transportverbindingen naar Amsterdam. Dagelijks pendelen tienduizenden laaggeschoolde en slecht betaalde werknemers richting de industriële vingers van de metropool. De dorpen lopen niet verder leeg maar de sterke doorstroming heeft alle sociale netwerken om zeep geholpen. Het ooit zo bruisende verenigingsleven is stilgevallen. Noord-Holland Noord is een ‘landbouwbedrijventerrein’ geworden dat geëxploiteerd wordt door een dozijn agrarische megabedrijven. De regio heeft een sterk landelijk karakter waarin zo’n 70 procent van het landschap in beslag wordt genomen door landbouwgrond. Het landschap is verknipt door de bedrijvigheid waarvoor in de Randstad geen plaats meer is. De toeristen komen alleen nog maar om een strandwandeling te maken. Almere heeft de slag om de nieuwe wooneconomie gewonnen van Noorden van Holland.
ons n e d d e r j i W egio.
et de r
oed m g l e w t m o k n, het
iet lope
het n l a z t r a a v n ‘Zo ee
Doemscenario 2040
wel.’
V S ISIONAIRE OPGAVEN [ondertitel] Hoe kan de MKB-kracht gebundeld worden? [intro]
Het MKB is de sociale en de economische kurk waar het schiereiland op drijft. Hoe kan deze MKB-kracht gebundeld en versterkt worden om de duurzame ontwikkeling van het gebied te waarborgen en nieuwe kansen te verkennen? landbouw bepaalt het landschap en doet het economisch goed, maar de De bevolking ziet de landbouwsector niet als een kans. Hoe raken wij weer betrokken
bij de landbouw? Het toerisme langs de kust loopt goed maar de kustdorpen verpauperen. Hoe dagen wij de sector uit om bij te dragen aan regionale ontwikkeling? De regio heeft veel wind, zon en biomassa. Duurzame energie is hier begonnen. Laten wij daar op doorgaan. Hoe brengen wij duurzame energieproductie in een stroomversnelling? Veel Noord-Hollanders werken als flexibele en vaak innovatieve zelfstandigen in de bouwsector en aan gelieerde bedrijven. Hoe kan de regio haar innovatieve bouw vermogen verzilveren? Sinds de overloopperiode zijn de steden sterk gegroeid. Hoe kunnen de voormalige groeikernen zich ontwikkelen tot centra die regionale kennis en kunde met elkaar te verbinden?
Sleutels voor Verandering Je gaat alleen van het eiland af als je eraf moet Gebak=Zon+wind MKB excellentie Nieuwe Warmoesstraat
chets en analyse van het oude achterland [Intro]
Het Noorden van Holland laat zich kenmerken door de relatieve open ruimte en rust. De ruimte begint boven Zaanstad maar de rust begint pas echt boven Alkmaar waar de wegen filevrij zijn. Dit oude door de mens gemaakte cultuurlandschap is een afwisseling van water, veen en kleipolders. Noord-Holland Noord is eigenlijk een schiereiland, omringd door de Noordzee, het IJsselmeer en het Markermeer en op slechts twee punten verbonden met het vasteland. Tot in de jaren tachtig van de vorige eeuw had je ‘wat uit te leggen’ als je vanuit de Randstad in bijvoorbeeld Enkhuizen ging wonen, komt naar voren uit interviews met inwoners want ‘daar was toch niets...’ De - in de woorden van veel Noord-Hollanders - beperkte infrastructuur is Noord-Zuid ingericht. De A7 loopt weliswaar al vanaf de jaren zeventig door via de afsluitdijk naar Friesland maar heeft de historische afstand tussen Friesland en Noord-Holland nog niet kunnen overbruggen. De rol van Den Helder als opening naar de wereld lijkt met de inperking van de marine te zijn beperkt. Maar de offshore biedt kansen. Ten grondslag aan onze noodzaak tot verandering ligt de analyse van de lange termijn dynamiek, de identiteit en de eigenheid van de ontwikkeling van het duurzaam kapitaal van het gebied die in dit hoofdstuk wordt beschreven. De kernvragen bij deze analyse zijn: Hoe ontwikkelt het gebied zich vanuit een lange termijn perspectief? Wat wil je behouden, wat is eigen aan het gebied? Wat mag of moet veranderen om die eigenheid te behouden? Wij geven antwoord op deze vragen door het schetsen van de dynamiek, het karakteriseren van de huidige cultuur, de structuur en de werkwijze en door het analyseren van het kapitaal waarin de eigenheid van het gebied besloten zit.
Over duurzaamheid Over duurzaamheid Ik ben geen vaandel drager Maatschappelijk alert zijn. Morgen is wens wet geworden. In 2050 70% meer voedsel nodig... Duurzame energie... ik heb het uitgerekend het kan gewoon Niet duurzaam: windmolen in de tuin en een hoger verbruik... Begin met een tochtstrip Willen is nog niet doen... Je moet het gemakkelijk maken Kans om te innoveren en kennis te exporteren
3
00 jaar oude steden en stabiel achterland
[intro]
De veensteden in het Noorden van Holland kennen een periode van glorie in de vooravond van de Gouden Eeuw, waarna het driehonderd jaar lang dient als een stabiel achterland van Amsterdam. Sinds de Tweede Wereldoorlog ondergaat het gebied een transformatieproces met een onzekere uitkomst.
[text]
Met de herverkaveling en modernisering van de landbouw die begint vlak na de Tweede Wereldoorlog transformeert de structuur, cultuur en werkwijze van het noorden van Holland. Het jaren dominerende en zo typerende ontwerp van gemengde familiebedrijven in de stolpboerderij voldoet niet langer aan de eisen van de moderne wereld. Mechanisatie, specialisatie en schaalvergroting zijn noodzakelijk voor de gewenste groei in productiviteit. Amsterdam herstelt vrij zich snel van de oorlog en raakt in volle dynamiek. De industriële haven, de handel, de cultuur en de dienstverlening brengen een nieuwe welvaart. Dit heeft tot gevolg dat de Randstad - en met name Amsterdam - overlopen. Door de toegenomen welvaart zoeken de bewoners naar nieuwe ruimte om ruimer en comfortabeler te wonen. Bestaande stedelijke kernen van Noord-Holland Noord worden aangewezen als ‘overloopgebieden’. Ze groeien met een factor twintig in omvang. Hele polders worden omgebouwd tot woon en daarmee slaapwijken omdat de voorzieningen onvoldoende volgen. Sindsdien pendelen dagelijks duizenden mensen naar Amsterdam heen en weer. Door het massale intreden van de automobiliteit en de bij wet geregelde vakantie wordt de kust in het gebied omarmd door recreanten en toeristen. Deze dynamiek heeft nog steeds gevolgen voor verschillende Noord-Hollandse domeinen. De landbouw is gaandeweg minder belangrijk geworden. De economie is divers geworden met MKB-bedrijven die onafhankelijk van elkaar opereren. Binnen de economische sectoren zijn samenwerkingsverbanden schaars. Verklaringen hiervoor en de sterke oriëntatie op het zuiden zouden gezocht kunnen worden in de driehonderd jaar van een hard bestaan in hechte kleine landbouwgemeenschappen. Deze lokale verbondenheid is nog steeds sterk aanwezig. De regionale verbinding lijkt alleen maar versterkt te kunnen worden. Op zich is deze sterke lokale ontkoppeling en zelfredzaamheid geen probleem. Sterker nog, dit is meer dan driehonderd jaar goed gegaan. Het gebrek aan regionale verbinding is wel zorgwekkend als men zich realiseert dat de regio vanaf vlak voor de Tweede Wereldoorlog in een ingrijpend transformatieproces is verwikkeld geraakt dat op vele verschillende manieren kan uitpakken de komende veertig jaar.
[Kader]
Noord-Holland Noord heeft honderden jaren de positie van achterland van Amsterdam vervuld. Na de gouden periode in de aanloop naar de Gouden Eeuw heeft het gebied altijd een belangrijke rol als hofleverancier van de stad Amsterdam vervuld, voor energie, arbeidskracht en voedsel. Noord-Holland Noord was van essentieel belang voor stad, vanwege de ruimte, landbouwgrond en arbeidersmentaliteit van de bewoners. Het gebied hield een grotendeels agrarisch karakter, de Noord-Hollandse boeren bewerkten hun land, dat voor een groot deel veroverd was op het water. Het landschap van Noord-Holland Noord werd bepaald door het water. De boeren moesten met bootjes laveren tussen de verschillende niet-aaneengesloten stukken land, vaak verspreid over verschillende eilandjes, omgeven door slootjes en kanalen. Hoorn en Enkhuizen waren in de jaren 1500-1600 belangrijke handelscentra. Tijdelijk vormden deze steden de knooppunten van de toenmalige economische en sociale structuur die werd gedragen door de goedkope brandstof turf. Langzamerhand werd deze rol overgenomen door Amsterdam. Daardoor liepen de steden in Noord-Holland Noord vanaf 1650 leeg. Het veen waarvan de turf gemaakt werd was afgegraven tot aan de stadswallen, de opgebouwde waterinfrastructuur van kanalen, slootjes en rivieren raakte verouderd. Vanaf toen tot de dag van vandaag heeft Noord-Holland Noord zich ontwikkeld in het kielzog van Amsterdam. De economische ontwikkeling en dynamiek van Amsterdam was vanaf toen bepalend voor de dynamiek van Noord-Holland Noord. Amsterdam werd het kosmopolitische vliegwiel van de regio met een groot investeringsvermogen. Noord-Holland Noord werd toeleverancier van arbeidskracht en landbouwproducten en voer mee op de dynamiek van Het leven in Noord-Holland heeft altijd in het teken gestaan van de strijd tegen het water. De veengrond werd droog gehouden door een uitgebreid netwerk van slootjes en binnendijkjes. Dorpen moesten samenwerken om de afwatering te regelen. Rond 1500 was er een groot probleem met de waterhuishouding: door afgraving daalde het veenland. De uitvinding van de windpoldermolen zorgde ervoor dat het land droog
[Amsterdam] kon worden gemalen. Vanaf halverwege de jaren 1500 werd de waterhuishouding gecentraliseerd. Vanaf de negentiende eeuw werden de polders gemoderniseerd, met stoomgemalen en zelfstandige waterschappen. Dit door de mens gecreëerde polderlandschap bepaalt al ruim vier eeuwen het karakter van het landschap. In de jaren 1500 schakelde de landbouw in Noord-Holland over van graan naar veeteelt. De bodem was zover gedaald dat het land te nat was geworden om graan te verbouwen. Veeteelt kon op grote schaal worden opgezet omdat er veel vraag naar bestond vanuit de steden Amsterdam, Haarlem en Hoorn. De stolpboerderij bood onderdak aan het hele boerenbedrijf, aan de mensen, dieren en oogst. Hooi en graan werd in het centrale ‘vierkant’ opgeslagen, dieren aan de achterkant en mensen aan de voorkant. De stolp deed eeuwenlang trouw dienst als het ideale ontwerp van boerderij en woning ineen. De rijkdom die wordt vergaard tijdens de Gouden Eeuw wordt ook geïnvesteerd in de nieuwe droogmakerijen. Rijke kooplieden uit Amsterdam en uit de regio investeren in land dat nog onderwater ligt. Een toonaangevend voorbeeld hiervan is de Beemster. Pas sinds 1970 wordt de stolp als louter woonhuis gebruikt, als gevolg van ruilverkaveling en overloop. In de periode voor de Tweede Wereldoorlog werd er een begin gemaakt met de ruilverkaveling. Stukken land werden geruild zodat boeren konden beschikken over grotere, aaneengesloten stukken land. In deze periode werd de land- en tuinbouw ook sterk geïntensifieerd en geïndustrialiseerd. De akkerbouw verdween en de specialisatie in fijne groenteteelt groeide[1]. Deze ontwikkelingen werden gedragen door groeiende steden en verbeterde infrastructuur[2]. De ontwikkelingen markeerden ook de overgang van arbeidskracht naar kapitaalkracht: boerenbedrijven werden groter en hadden minder personeel in dienst. Veel mensen die in de agrarische sector werkten raakten hun baan kwijt. In de jaren vijftig van de vorige eeuw brak in Noord-Holland Noord een nieuwe fase van dynamiek aan. Om de bevolkingsgroei in de steden op te vangen werd een aantal gemeenten in de regio aangewezen als groeikernen. In enkele tientallen jaren groeiden dorpen als Heerhugowaard uit tot steden. Deze binnenlandse migratie werd ‘de overloop’ genoemd. In de jaren tachtig werd het beleid afgebouwd: het scheiden van wonen en werken had ook voor grote forensenstromen tussen stad en land gezorgd. Een aantal nieuwbouwwijken had zich ontwikkeld tot ‘slaapwijken’.
[1] Nijs, de, T., Beukers, E., Geschiedenis van Holland 1975-2000, Hilversum: Uitgeverij Verloren BV, 2003, p. 405. [2] Nijs, de, T., Beukers, E., Geschiedenis van Holland 1975-2000, Hilversum: Uitgeverij Verloren BV, 2003. P 406.
R
echt door zee op groen schiereiland
[intro]
Het Noorden van Holland is een schiereiland. Noord-Hollanders herkennen elkaars nuchterheid. Toch is er geen sprake van een bestuurlijke, economische of sociale eenheid. In TOEKOMST IN DE KOP 2040 kiezen wij daarom het sterk ontwikkelde MKB als drijvende kracht voor de ontwikkeling van de regio.
[Text]
De no-nonsense, rechtdoorzee mentaliteit van de Noord-Hollander wordt ook op de arbeidsmarkt sterk gewaardeerd. Andere typeringen van de Noord-Hollander zijn wel: stoer, praktische doeners, nuchter, bescheiden, harde werkers, zakelijk. Deze no-nonsense mentaliteit kan doorslaan in een soort collectieve introversie. De Noord-Hollander staat open voor nieuwe indrukken en invloeden, maar zal niet al te snel ideeën en plannen delen met een buitenstaander. Bedrijvigheden, kennis of successen worden niet met elkaar gedeeld of afgestemd en de regio wordt, een paar uitzonderingen daargelaten, niet gezamenlijk op de kaart gezet. Waar je zou kunnen zeggen dat er in Amsterdam een cultuur van overselling is komen we in het Noorden van Holland meer underselling tegen. De ondernemingskracht daarentegen is groot. Waar dagelijks duizenden ZZP’ers en MKB’ers hun de markten in verschillende sectoren in de regio en in de Randstad weten te bedienen, zijn enkele honderden bedrijven wereldwijde marktleiders met hun (niche)producten. In de kleine kernen zijn de gemeenschappen hecht. Het verenigingsleven bloeit in de oude kernen en dorpen. Jaarlijkse festiviteiten als de kermis, daar neem je voor vrij! Dit geldt niet in de overloopgebieden daar is de sociale binding vergelijkbaar met die in de grote steden. Tegelijkertijd is de sociale band met aangrenzende gemeenschappen minimaal. Ook de economische samenwerkingsverbanden zijn schaars. Niemand lijkt de regie te voeren over dit gebied. Het provinciebestuur heeft vanuit Haarlem maar beperkte invloed. De provincie ziet het als haar opgave om vanuit Haarlem de regionale functies van de verschillende delen van Noord-Holland met elkaar te verbinden. Dat is zeker geen eenvoudige taak: ‘Amsterdam vormt het hart van het economische gebied. De regio kan worden gezien als een klaproos: De bladen van de roos zijn de economische clusters daaromheen: Haarlemmermeer (logistiek), Zaanstreek (maakindustrie), het Gooi (media), Velzen met de hoogovens. Het hart zelf is naar binnen gericht. De regionale regie komt van binnenuit. Ook het noorden van Holland is een blad dat zich richt op het hart.’ Het ontbreekt de belangenorganisaties en regionale overheden aan een gedeelde en gedragen visie om het Noorden van Holland als geheel goed neer te zetten.
‘Het
s na
k
pa omt
ls
en a
uit ar b
rond het
is
op.’
ek in d
[GOOGLE PLAATJE] EARTH [quote] ‘Wanneer ik tegen mijn buitenlandse gasten zeg dat ik op vijftig minuten rijden van Schiphol woon, vinden ze dat echt om de hoek. Vergelijk het maar met Londen, of New York.’
?
?
D [titel]
[intro]
uurzaam kapitaal
De bevolking dreigt te krimpen, het landschap te verrommelen, de infrastructuur loopt achter. Door klimaatverandering staat ook deze regio aan de vooravond van de ongekende opgave het water te beteugelen. De kracht van de 80.000 MKB’ers en ZZP’ers telt niet op om de positie van het gebied te versterken. In dit hoofdstuk benoemen we het sociale, economische en ecologische kapitaal van deze regio dat deze eigenheid voortbrengt. We analyseren de lange termijn ontwikkeling van een vijftal kernvooraden: bevolking, landschap, water, infrastructuur en MKB-kracht.
Kernvoorraad: bevolking [intro]
De bevolking van Noord-Holland Noord is in jaren zeventig en tachtig explosief gegroeid als gevolg van de overloop. De bevolking van Noord-Holland Noord ontgroent en vergrijst en zal op termijn ook afnemen. Net als wereldwijd woont ruim de helft van de bevolking van het Noorden van Holland in de stad. Toch vindt dagelijks en structureel een braindrain richting de zuidelijk gelegen Randstad plaats. Terwijl de economie kennisintensiever wordt en dus meer hoger opgeleiden nodig heeft, slaagt de regio er onvoldoende in hoger opgeleiden te boeien en daarmee te binden. Het ontbreekt in de stedelijke centra aan regionaal relevante hogere beroepsopleidingen. Hoe kunnen de voormalige slaapwijken rondom de steden verder wakker worden gemaakt om de MKB-kennis en -kunde met elkaar te verbinden?
[Text] Noord-Holland Noord telt ruim 810.000 inwoners. Het gebied kent een aantal stedelijke regio’s ¬Ê het HAL-gebied (Heerhugowaard-Alkmaar-Langedijk), ca. 170.000 inwoners; ¬Ê het HES-gebied (Hoorn-Enkhuizen-Stedebroec), ca. 110.000 inwoners ¬Ê Den Helder en omgeving, ca. 72.000 inwoners ¬Ê Purmerend 79.000 inwoners De bevolking van Noord-Holland Noord is na de jaren zestig explosief gegroeid als gevolg van de overloop. In twintig jaar groeide de bevolking met zo’n 150.000 personen. De komende vijftien jaar zal de bevolking zeer licht stijgen. De bevolking zal na 2040 gaan dalen. De demografische ontwikkeling verschilt sterk per regio. De vergrijzing is tussen de jaren zeventig en negentig zo rond de 17-18 procent geweest. Vanaf halverwege de jaren negentig tot 2010 is de vergrijzing gestegen met zes procent tot een niveau van 24%, Deze stijl oplopende lijn is de prognose voor de toekomst. Tegelijkertijd is de groene druk (mensen jonger dan 19 jaar als percentage van de leeftijdscategorie 20-64) in de aflopen dertig jaar met ruim dertig procent afgenomen. Hierdoor heeft het gebied te maken gehad met een verregaande mate van ontgroening. (Bron: statistieken Provincie Noord-Holland).
Dagelijks (door de forenstroom richting de Randstad) en structureel (hoogopgeleiden vestigen zich in toenemende mate in de randstad nu hun studie) vindt een braindrain richting het zuiden plaats. Noord Noord-Hollanders met een hogere opleiding trekken daardoor voor studie en eerste baan naar het zuiden, en komen pas weer terug als zij een gezin stichten. 70 procent van de hbo-studenten gaat buiten de regio studeren, en van deze 70 procent blijft 65 procent ook na de studie buiten de regio wonen. Van de 30 procent die wel in Noord Noord-Holland een hbo-opleiding volgt, vertrekt 55,8 procent na het afronden van de studie alsnog naar een andere provincie.
Het opleidingsniveau is op het moment niet direct laag te noemen. Opvallend is dat het aantal opgeleiden op mbo-niveau oververtegenwoordigd is. Wel zijn de prognoses voor de toekomst dat het aantal hoger opgeleiden gaat dalen. Dit heeft vooral te maken met het gebrek aan hogere onderwijsinstellingen in de regio. Sinds 2003 wordt er, met oprichting van de Hogeschool InHolland in Amsterdam en Alkmaar, geen hbo-onderwijs meer gegeven in de kop van Noord-Holland. Alhoewel er relatief weinig banen voor hoger opgeleiden zijn in de regio, leiden ontwikkelingen in economische sectoren tot een steeds grotere kennisintensiteit. Bijvoorbeeld is er in de agro-foodsector een grote vraag naar hoger opgeleiden. Zo hebben de innovatieve bedrijven in Enkhuizen en omgeving zich verenigd in Seed Valley, om gezamenlijk opleidingen aan te kunnen bieden en talent naar de regio te kunnen trekken. Ook in andere sectoren is er grote vraag naar talentvolle hoger opgeleiden. Enige tijd geleden is de website waar vacatures in de agro-foodsector in Noord-Holland in de lucht gekomen. ‘We hebben last van lekkage door de tunnels naar beneden. Met de komst van InHolland is het onderwijs toch weer meer op Amsterdam gericht: de stap om naar de grote stad te gaan is kleiner geworden’.
[kader]
Opleidingsniveau Lager opgeleid 20,4% (NL 23,9%) Middelbaar opgeleid 47,1% (NL 44,1%) Hoger opgeleid 32,5% (NL 32,0%)
(Bron: Statistieken Provincie Noord-Holland)
Kernvoorraad: landschap [intro]
Het eeuwenoude cultuurlandschap is voor bewoners en toeristen een van de kernwaarden van de regio. De horizon en de ruimte vormen de aantrekkingskracht van het landschap. Het Noordelijk schiereiland is groen, heeft een relatieve lage bevolkingsdichtheid en een hoge biodiversiteit. Deze kwaliteiten zijn zowel kwetsbaar als kostbaar. De natuur wordt in stand gehouden volgens een model dat uitgaat van maakbaarheid. De werkwijze is niet altijd succesvol en wel kostbaar. Hoe onderhoudt Noord-Holland haar ruimte? Is het mogelijk om uit te gaan van de band die bewoners lokaal hebben met hun natuur of uitzicht?
[text]
Leeg, open en ruim zijn classificaties die meteen voorbij komen in elk gesprek. Tegelijkertijd is de ruimte vlakbij de drukte: de Randstad is om de hoek. Het cultuurlandschap speelt een belangrijke rol in het bestaansrecht van de regio, om te werken, en om te recreëren. Het landschap is kwetsbaar voor de druk van modern menselijke ontwikkeling. Het schiereiland kent een zeer divers landschap met vooral kleigronden, veengronden en wat zand. Het natuurbeleid is er op gericht om de Natura 2000-gebieden en de ecologische hoofdinfrastructuur robuuster te maken.
‘Het land is leeg, je ziet de horizon, veel groen en weinig hoogbouw’ ‘Er wordt niet echt zorg gedragen over het landschap: het is verrommeld. Het is niet duidelijk waar het platteland begint en de industriële omgeving ophoudt.’ ‘Kernkwaliteiten van het land zijn de weidsheid en de leegheid’ ‘Overal slootjes, watertjes en rivieren en kanalen. Dit gebied is een echt waterland, een overwinning van de mens op het water. We zouden meer met ons water moeten doen’
[Kader]
Kwetsbaar landschap
Vaak wordt er in gesprekken over het landschap van Noord-Holland Noord gezegd hoe ‘mooi’ het wel niet is. Het mooie landschap wordt als een van de kernkwaliteiten van de regio genoemd, en als reden om hier te komen wonen. Iedereen die hier woont is er wel van overtuigd dat het landschap mooi is. Maar wat is ‘mooi’ dan precies? De Vereniging Nederlands Cultuurlandschap heeft een poging gedaan om de landschappen in Nederland te beoordelen op mooi en minder mooi. Gebieden krijgen het predikaat ‘mooi’ als ze voldoen aan een of meer van de volgende criteria: 1) het gebied bestaat uit natuur, 2) het gebied bestaan uit bos, 3) agrarische cultuurlandschappen met tenminste 5 procent oorspronkelijke patronen en afbakeningen, 4) landschappen met tenminste 5 procent groenblauwe dooradering. Vanuit deze redenering komt de VNC (Vereniging Nederlandse Cultuurlandschappen) tot de volgende kaart. Vanuit het perspectief van VNC is er veel moois in Noord-Holland Noord, maar juist het lege, noordelijke deel van de regio komt er niet heel goed vanaf. Als verklaring kan hiervoor de volgende analyse worden gegeven: Veel landschap in Noord-Holland Noord is opgeofferd aan landbouw en de groei van steden. Na de ruilverkaveling en de intrede van de industriële landbouw is veel van het oude cultuurlandschap, en ook natuurlandschap verdwenen. Door het aaneensluiten van grote stukken land en het onderbreken van waterinfrastructuur (op grote schaal werden sloten gedempt) is een groot deel van het historische landschap voor altijd onherkenbaar veranderd (Bron: Nederland van de kaart, 2010).
[KAART VERENIGING NL CULTUUR LANDSCHAPPEN]
MKB-kra Kernvoorraad MKB-kracht
Het MKB is de economische maar ook de sociale kurk waar de regio op drijft. De regio kent excellerende koplopers en pioniers die marktleider zijn in Europa en soms wereldwijd. Maar de MKB-kracht is versnipperd. Kunnen de ondernemers in de bouw, toerisme, landbouw en de energiesector meer en vaker dan tot nu toe de basis vormen voor een nieuw zelforganiserend vermogen van de regio en bijdragen aan een duurzame ontwikkeling van de regio? De slimme MKB-bedrijven zijn innovatieve organisaties die snel kunnen schakelen en nieuwe verbindingen kunnen vormen en daarmee kunnen zij de regio in beweging brengen: De bouwsector is van groot belang voor de Noord-Hollandse economie. Landelijk maar ook wereldwijd begint deze van oudsher conservatieve sector in beweging te komen richting gebruik van duurzame grondstoffen en radicaal nieuwe vormen van energiebeheer. Zijn de Noord-Hollandse bedrijven de pioniers die met hun kwaliteitslag de nieuwe norm zullen bepalen? Kan de Noord-Hollandse bouwsector de open vraag beantwoorden over wat gezond wonen betekent?
voorraad fossiele brandstoffen ergens in de komende vijftig jaar op zal raken, moeten we op zoek naar nieuwe vormen van energie. Voor Noord-Holland lijkt duurzame energie een voor de hand liggende oplossing. De regio heeft een traditie van pionieren op dit gebied. Wind, zon en biomassa zijn volop aanwezig. De kennisdragers en pioniers kunnen de productie van duurzame energie in een stroomversnelling brengen. Hoe kunnen deze kleine partijen met elkaar verbonden worden om een omslag teweeg te brengen in organiseren, financieren en gebruiken van duurzame energie? Energiecoöperaties lijken in potentie nieuwe vormen van energie te leveren alsmede diensten op het gebied van energiebesparing. Toerisme is nog altijd een van de snelst groeiende sectoren wereldwijd. Toeristische ondernemingen in Noord-Holland floreren langs de kust terwijl de achterliggende dorpen verpauperen, en voorzieningen in het binnenland grotendeels onbenut blijven. Hoe kan het toerisme bijdragen aan de ontwikkeling van Noord-Holland Noord? Hoe kunnen we een manier vinden om met z’n allen Noord-Holland promoten? Wat zou hier een goede basis voor zijn? Hoe leggen we de verbinding tussen zee, cultureel erfgoed en water? Noord-Holland Noord, het oude achterland van Amsterdam is van oudsher een landbouwgebied. Nog steeds bepaalt de landbouw de kwaliteit van het landschap. Toch blijft de kloof tussen consument en producent verder groeien. Ook door de bewoners wordt de potentiële maatschappelijke en economische betekenis en in potentie toekomstige waarde van de landbouw niet ingezien. We produceren voor het buitenland. Hoe kan de aansluiting met Amsterdam en de Randstad worden teruggevonden?
Wereldwijd speelt het debat over duurzame energie. Nu veel wetenschappers het erover eens zijn dat de
[quote]
‘Boven Alkmaar gebeurt niet zo veel op het gebied van innovatie, daar kom ik nauwelijks’ ‘Elke keer als wij elkaar treffen krijg ik van een nieuw bedrijf te horen dat het marktleider is op haar gebied’
acht [text]
Noord-Holland Noord is een echt ‘MKB-land’. De economie in de regio vergelijkbaar met die van Drenthe. Van de 80.000 bedrijven is het overgrote deel, zo’n 98 procent, MKB en ZZP. Landbouw, bouw en het openbaar bestuur hebben een groter aandeel dan gemiddeld in Nederland in de economie. Industrie, transport, financiële en zakelijke dienstverlening zijn daarentegen kleinere sectoren dan het landelijk gemiddelde. De zakelijke dienstverlening is ondervertegenwoordigd, terwijl de non-profitsector is oververtegenwoordigd. Ook de Kamer van Koophandel typeert de arbeidsmentaliteit als no-nonsense. De meeste MKBbedrijven hebben een sterke oriëntatie op Amsterdam en de Randstad.
In Noord-Holland Noord is 55 procent van alle ondernemingen een familiebedrijf. Familiebedrijven zorgen voor ongeveer 50 procent van de werkgelegenheid in de regio. Veel praktische kennis en kunde zit in deze ministructuren van bedrijvigheid. ‘Familiebedrijven hebben ‘duurzaamheid’ als vanzelfsprekend hoog in het vaandel: oude generaties willen een gezond bedrijf overdragen aan de jongere generaties, en familiebedrijven zijn vaak sterk verbonden met de directe, lokale omgeving.’ Duurzaamheid is een belangrijk streven in familie bedrijven. Lokale overheden en gemeenschappen hebben een sterke locale focus en leggen niet de verbinding met de rest van de regio. Het kan heel goed zijn dat twee gemeenten verder een MKB-wereldspeler totaal onbekend is. De MKB-koplopers hebben per definitie hun voelsprieten uit en werken bovenregionaal en soms internationaal. Maar ze zien de noodzaak niet om expliciet bij te dragen aan ontwikkeling van het gebied. De relevantie wordt er niet van gezien. Het heersende idee is dat het gebied het wel overleeft. Dat heeft het altijd gedaan. De versnippering wordt op het moment door verschillende partijen onder ogen gezien. Zo zijn de Kamer van Koophandel Noordwest-Holland en het Ontwikkelingsbedrijf NoordHolland Noord actief en succesvol bezig met verbindingen leggen. Ook in deelsectoren zijn er samenwerkingsverbanden tot stand gebracht. In dit opzicht worden genoemd Agripoort A7, Agriboard, Seedvalley, Maritime Campus Netherlands, Dutch Green Technology, Holland Health, en Gastvrij Noord-Holland. Deze aanpak is een aanzet tot een verandering in de manier van denken, handelen en doen.
A
griport A7
Agriport A7 is een projectlocatie voor grootschalige glastuinbouw van circa 410 hectare, en agribusiness en logistiek van circa 80 hectare. Daarnaast wordt een bedrijventerrein voor kleinschalige kennisintensieve bedrijvigheid en recreatie van circa vijftien hectare gerealiseerd. Agriport is gericht op het bij elkaar brengen van ondernemers in de agro-food sector en dit te combineren met logistiek, waardoor de lijnen kort en de kosten laag blijven. Ook zijn de arealen zeer groot in oppervlakte om ruimte te bieden voor schaalvergroting.
Kader Energie In de onderstaande kaders worden de MKB-potentie voor bouw, toerisme, landbouw, energie verder uitgewerkt. De uitdaging is om deze MKB-kracht te mobiliseren en om het gebied verder te ontwikkelen.
Kader Bouw
Dagelijks reizen honderden busjes van MKB-bouwbedrijven de A7 af om klanten in de Randstad te bedienen. Er zijn momenteel 707 ZZO’ers en 8779 MKB-bedrijven in de bouw in Noord-Holland Noord (Bron: Kamer van Koophandel januari 2009). De provincie Noord-Holland verwacht dat er tot 2040 ten minste een netto toevoeging aan de woningvoorraad nodig is van ruim 35.000 woningen. Daar staat tegenover dat de bevolking zal gaan dalen vanaf 2025 (Bron: Provincie Noord-Holland). Deze woningvraag is verklaarbaar door de verdunning die zal gaan optreden. Er wonen minder mensen in een woning, dus zijn er ondanks de geprojecteerde bevolkingsafname toch meer woningen nodig in de toekomst. De woningen van de toekomst zullen op een andere manier gebouwd moeten worden. Woningen zullen duurzamer en vooral energiezuiniger moeten worden gebouwd. Energie besparen is een belangrijke drijfveer voor duurzaam bouwen. De energierekening zal de kapitaalkosten van een woning de komende decennia gaan overstijgen. Met het bouwbesluit en het EPC-systeem (energieprestatienormering) tracht de overheid energiezuinig bouwen af te dwingen. De EPCnummers werken vanuit gemiddelden, en ‘aanvaardbare risico’s binnen economische randvoorwaarden’. Willem Koppen, arenalid en bouwexpert, stelt: ‘Het is noodzakelijk dat we gaan kijken naar waar het echt om gaat: het bouwen van gezonde huizen. Vrijwel alle projectontwikkelaars laten hun keuze voor een ventilatiesysteem afhangen van gewoonten of vooroordelen, de EPCverlaging en de kostprijs. Dat is hoe de meeste ventilatiesystemen zijn ontworpen. De vraag is: kan een ventilatiesysteem te allen tijde voorkomen dat de hoeveelheid CO2 in de ruimtelucht de concentratie van 1200 ppm niet overschrijdt? Over tien jaar draait het in de bouw alleen nog maar over gezonde woningen’, beweert Koppen. ‘De cijfers en gemiddelden die nu de norm bepalen, vormen maar een schijnveiligheid. Wil je een woning met een lage EPC of met een laag energiegebruik?’
Terwijl het maatschappelijke debat gaat over de energie van morgen maken wij nog steeds massaal gebruik van de energiebronnen van eergisteren. Momenteel wordt de warmte in de Nederlandse huishoudens voor 93,5 procent opgewekt met gas, 1,2 procent is afkomstig van aardolie en 5,3 procent afkomstig van andere bronnen, zoals biomassa, zon, en wind (Bron: Agentschap NL 2010). Landelijk wordt de energiemarkt gedomineerd door een klein aantal, vaak internationaal opererende, steeds groter wordende organisaties, zoals EON, Nuon, Eneco en Essent. Zij produceren fossiele brandstoffen en leveren die in de vorm van elektriciteit, gas en brandstoffen voor mobiliteit aan de markt. Deze partijen zijn op hun beurt weer afhankelijk van een klein aantal landen met grote energievoorraden. Nederland is verworden tot een doorvoerland van fossiele brandstoffen. Het internationale energiekrachtenveld is ontzettend complex geworden en zelfs internationals als Shell hebben steeds minder in de melk te brokken ten opzichte van energiegiganten als het Russische Gazprom. Aan de andere kant van dit spectrum ontstaan kleine partijen die op regionaal niveau duurzame energie opwekken en aanbieden. Het investeren in duurzame energie is van belang op lokaal niveau. Deels om de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te beperken en deels om nieuwe regionale bedrijvigheid en inkomsten te genereren. Ruw gezegd wordt 1/3 van de energie in huishoudens verbruikt, 1/3 in de industrie en 1/3 gaat op aan de mobiliteit. In Nederland zien de grote energieleveranciers de zakelijke markt als strategische groeimarkt en lijken niet koste wat het kost de particuliere markt te willen behouden. Dit schept ruimte voor nieuwe locale initiatie.
!
Landelijk schieten energiecoöperaties als paddenstoelen uit de grond. De organisatievorm van coöperatie leent zich goed om een nieuwe relaties te leggen tussen energieconsumenten en energieleveranciers. Naar schatting zijn er nu een honderdtal energie coöperaties in Nederland en er is een grote diversiteit aan coöperaties op komst. Van bottom up maatschappelijk initiatief tot topdown institutioneel geborgen. Soms zijn ze gebaseerd op een helder verdienmodel soms worden ze gedreven door passie en een gevoel voor urgentie.
[UW ENERGIE COÖPERATIE?] Duurzame energie wordt allang niet meer gedreven door idealisme alleen. Het is een onderdeel van lange termijn strategie die deels gedreven wordt door klimaatdoelstellingen. Voor 2020 gaat het concreet om het bereiken van de volgende doelen: · 2% EE (Energie Efficiency) per jaar · 20% DE (Duurzame Energie) · 30% CO2-reductie Bron: Agentschap NL, 2010 In Noord-Holland zijn verschillende energieleveranciers actief, zoals Nuon, Innova, Anode, Energie Direct, de Noord-Hollandse Energiecoöperatie en Atoomstroom. Daarnaast is er een aantal koplopers dat nieuwe technologieën ontwikkelt en operationeel maakt (HVC, Teamworks, ATO en ECN). Toch loopt Noord-Holland niet voor. Den Helder maakt zich op voor de transitie van offshore-haven naar stopcontact: ontwikkeling en onderhoud van windmolenparken op zee maar is daarvoor afhankelijk van een gunstig investeringsklimaat. De plaatsing van grotere of nieuwe windturbines op het land stuit op langdurige procedures en maatschappelijke weerstand. Het project Windpark Burgervlotbrug in Zijpe stuitte op hardnekkige weerstand bij omwonenden. Het was een klassiek voorbeeld van Not In My Back Yard-gedrag . De bewoners wilden liever geen groot windmolenpark in hun achtertuin hebben. Het project startte in 1993. Het duurde ruim zestien jaar voordat het werd afgerond. Het subsidieklimaat voor zonne-energie is weerbarstig. Er is de afgelopen tientallen jaren niet een echt stabiel zonne-energiebeleid gevoerd. De huidige doelstellingen zijn dat de provincie op termijn ongeveer 500 megawatt windenergie wil opwekken. Het is de bedoeling dat zoveel mogelijk geschikte locaties voor windenergie beschikbaar komen. (Bron: Provincie Noord-Holland) De coöperaties zijn bij uitstek geschikt om nieuwe netwerken van consumenten te creëren. Energiecoöperaties hebben de potentie om de productie van locale duurzame energie te versnellen.
Kader Toerisme Vanaf het moment dat de bevolking in de jaren zestig massaal het recht op vakantie krijgt is de Noord-Hollandse kust in trek bij Nederlanders, Duitsers en Belgen. Overheden en werkgevers stimuleren deze gezonde vakantie aan zee. Vijftig jaar later is de sector uitgegroeid tot een complex mondiaal concurrerende markt. De voorraad potentiële toeristen en recreanten is onbegrensd net als het aanbod van bestemmingen wereldwijd. De stromen van toeristen worden nu minder bepaald door de kwaliteit van de fysieke verbinding maar vooral door de kwaliteit van de virtuele verbinding, de voorzieningen en de omgeving. Toch zijn de cijfers voor toerisme in Nederland duidelijk. Amsterdam is en blijft de topattractie: de stad trekt jaarlijks 4,8 miljoen mensen. Ter vergelijking, slechts 200.000 toeristen bezoeken jaarlijks Den Haag. Noord-Holland moet het toch meer van de toeristen uit de nabijheid hebben, en trekt mensen uit de regio, uit Duitsland en een enkele Belg. Zo bezochten in 2008 1.413.000 toeristen Noord-Holland Noord, waarvan er slechts 355.000 afkomstig waren uit het buitenland (Bron: CBS Statline). De omzet van de totale toerismesector bedroeg 689 miljoen euro in 2008. Een gemiddelde toerist verblijft drie tot vier nachten in Nederland, in Noord-Holland Noord ligt dat aantal op vier tot vijf nachten. Het verschil laat zien dat toeristen die naar Noord-Holland Noord komen gemiddeld langer op een plek op vakantie zijn dan toeristen elders in het land. Dit is met name toe te schrijven aan toeristen uit het buitenland. Er zijn dus minder toeristen uit het buitenland, maar als ze er zijn blijven ze langer. (Bron: Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord, MU 2009). De voornaamste toeristische trekpleister is de kust. Ook komen er veel toeristen voor de oude historische binnensteden van bijvoorbeeld Hoorn, Enkhuizen en Medemblik. De toeristische sector kan zich herbezinnen op welke toeristen ze wil trekken. In de kwalificatie van een denkbeeldige dwarsdoorsnee van het schiereiland zou je kunnen zeggen dat de strandtenten er het beste voor staan. Daar waar strandtenten de afgelopen tien jaar een radicale vernieuwingsslag hebben gemaakt, zijn de verblijfsaccommodaties doorgegaan met hun kleine aanpassingen op bestaande werkwijze. In de dorpen achter de kustlijn lijkt de tijd te hebben stilgestaan. Kwalitatief hoogwaardige horecavoorzieningen zijn nauwelijks te vinden. Landinwaarts zijn, uitzonderingen daargelaten, helemaal geen voorzieningen te vinden. Aan de oostelijke kustlijn, aan het Marker- en IJsselmeer, behouden de historische dorpen hun aantrekkingskracht en zijn de voorzieningen beter. Uit de interviews blijkt dat de MKB’ers in de toeristische sector tot nu toe niet de sterke behoefte gehad om zich te verenigen omdat de zaken aan het strand toch wel goed gaan. ‘De strandtenten kun je wel drie sterren geven. Er zijn strandpaviljoens waar mensen echt een omweg voor maken.
De kwaliteit van de horeca in de kustdorpjes kan nadrukkelijk verbeterd worden. Zo bestaat er tussen Bergen aan Zee en Bergen-Binnen een stevig contrast.’
Q
‘Wat verkoop je? Dat is de Noordzee. Het zou niks uit moeten maken voor de buitenlander of je in Castricum zit of in Julianadorp. De lokale overheid zegt: we willen best geld stoppen in een VVV, maar je moet alleen ons dorp verkopen.’
Q Q
Q Q
‘Ik zie de bus met toeristen uit Amsterdam naar de Kaasmarkt in Alkmaar rijden en binnen twee uur weer terugrijden... de toeristen worden niet vastgehouden.’
‘De campings aan zee raken altijd wel vol. Het is eigenlijk altijd te makkelijk geweest: we missen de uitdaging om echt waarde toe te voegen omdat de zee er altijd geweest is.’ ‘Er is niemand in Den Helder die om kwart voor zes z’n toko nog wil open doen. Er moet meer moeite gedaan worden.’
Kader Landbouw
Dat in het verstedelijkte gebied de verbinding met het land en de landbouw is verdwenen is niet verrassend. Maar wat opvalt is dat ook binnen het open, groene Noord-Holland Noord nog maar weinig mensen zich betrokken voelen bij de landbouw. De modernisering van de landbouw en de mondialisering van de voedselmarkt heeft er toe geresulteerd dat er nog maar zes procent van de bevolking betrokken is bij de landbouw terwijl ze wel 61% van het landoppervlak van de regio inneemt. De beeldvorming over de landbouw vindt net als in de stedelijke omgeving indirect plaats. De beeldvorming is de afgelopen twintig jaar sterk negatief geweest (afhankelijkheid van subsidies, dierziekten en voedselcrisis). De landbouwproductie vertegenwoordigt een waarde van 1,315 miljard euro en neemt daarmee 5 procent van de totale productiewaarde van het gebied voor zijn rekening (Bron: Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord, MU 2009). Deze vervreemding met de landbouw heeft er toe geleid dat niet direct betrokkenen geen beeld hebben van de toekomstmogelijkheden die de landbouw te bieden heeft. Het gevolg is dat landbouw, of in bredere zin de ontwikkeling van het de ‘agrobusiness’, door het publiek niet gezien wordt als een sector met toekomstperspectief. Succesvolle samenwerkingsverbanden als SeedValley hebben dan ook grote moeite om geschikt personeel te vinden voor de ondernemingen waardoor ze zijn opgericht. Het huidige landbouwareaal wordt gezien als potentiële ruimte voor andere gebiedsontwikkelingen. Het beleid is er vooral op gericht om de status quo te handhaven. Duurzame ontwikkeling biedt openingen om de verbinding met de bevolking te herstellen. Noord-Holland Noord heeft de ruimte voor landbouw die in andere delen van Nederland - zoals het Westland - ontbreekt. Het succes van de nieuwe Agriboard laat duidelijk zien er behoefte is vernieuwingsnetwerken in deze sector die zowel met visionaire beelden en concepten als met concrete projecten koplopers uit het agrifoodcomplex met elkaar verbinden. ‘Rust roest... er blijven kansen liggen in de landbouw en het landschap’
Kernvoorraad water
[intro]
Bewoners hebben in Noord-Holland het water gestuurd door het landschap. De Noord-Hollanders hebben het land in grote mate veroverd op, en altijd moeten beschermen tegen het water. Waterwegen waren ooit van strategisch belang. Honderden jaren vormden het uitgebreide netwerk van waterwegen de enige vorm van infrastructuur. Op termijn zal klimaatverandering leiden tot een nieuwe waterhuishouding maar er zijn maar weinig mensen die daar nu de kansen van inzien.
[text]
Sinds het verschijnen van het plan Veerman lijkt het duidelijk dat het drukbevolkte deltagebied aan de vooravond staat van radicale andere waterhuishouding. Klimaatverandering en zeespiegelstijging vragen ook in Nood-Holland Noord de komende zestig jaar om nieuwe maatregelen. Het IJsselmeer kan als zoetwaterbuffer gaan dienen en met 1,5 meter omhoog worden gebracht. Bredere dijken en duinen kunnen bijdragen aan het herstel van het ecosysteem. De interne waterhuishouding zal ook veranderen. Verzilting van het land, noodzaak van waterberging, en de verdwijning van het veen kan leiden tot een nieuwe verdeling in de verhouding tussen natte en droge grondoppervlak. Dit betekent verandering maar ook kansen voor de landbouw: bijvoorbeeld zilte landbouw. De waterinfrastructuur kan op een nieuwe manier worden benut. Niet alleen duurzaam vervoer over water, ook andere vormen van vervoer op, naast of onder de bestaande kanalen en rivieren behoren tot de mogelijkheden. Bovendien beschikt de regio over een uitgebreide ‘vloot’ van nautisch erfgoed die een nieuwe functie zou kunnen krijgen.
Kernvoorraad Infrastructuur De woon- en werkinfrastructuur loopt achter op dit schiereiland dat maar met drie punten wordt verbonden met de rest van de wereld. Hoe kan Noord-Holland Noord een speerpunt worden van grote nationale infrastructurele investeringen? [text]
Een van de grootste frustraties van de Noord Noord-Hollander en voornamelijk van de ondernemers is het niveau en de capaciteit van de infrastructuur. Dit heeft onder andere te maken met het ontbreken van goede snelwegverbindingen tussen de grotere steden, en het voortdurende gesteggel over de Westfrisiaweg. Het gaat daarbij in het bijzonder om de verbinding A8-A9 en de Westfrisiaweg, de noordelijke oost-westverbinding van Alkmaar naar Zwolle. De infrastructuur is noord-zuid georiënteerd en doodlopend: nog steeds is de Afsluitdijk geen aansluitdijk geworden. De verbinding met het noorden van het land is er niet echt door verbeterd. De oost-west verbinding bestaat uit secondaire wegen. Op welke manier kan het ‘ontbreken’ van een adequate infrastructuur worden gezien als een kans voor de toekomst?
Noord-Holland Noord heeft te kampen met een verouderd en onvoldoende toekomstgericht woningbestand. De overloopwijken waren gebouwd voor gesloten huishouden. Nu en in de toekomst is er behoefte aan woningen en wijken die uitgaan van open huishoudens die gebruik maken van de omgeving. De stijl waarin de groeikernen - sommigen inmiddels ontwikkeld tot slaapsteden - zich hebben uitgebreid is gedateerd. Zowel de kwaliteit van onderliggende structuur als de woningen zijn problematisch geworden. De huizen zijn niet energiezuinig en het idee van grote slaapwijken voldoet niet aan de nieuwe identiteit van de huidige woon- en leefbehoefte. Als uitwerking van de Crisis en Herstelwet worden goedkope nieuwe huizen gebouwd. Er werd hierbij onvoldoende aandacht besteed aan duurzaamheid. Is het mogelijke om met de vernieuwing van de woningvoorraad nieuwe huizen en wijken te maken die gezond en comfortabel zijn en een lokale economie en open landschap bevorderen? Kan de stedelijke omgeving uitgroeien tot een aantrekkelijke leefgebied voor hoger opgeleiden? Kunnen de steden weer nieuwe marktplaatsen worden van het gebied? Plekken waar mensen met ideeën elkaar ontmoeten om zaken te doen? Zien de steden uit het open Noord-Holland Noord het buitengebied als hun kapitaal? ‘Als het goed gaat met de regio gaat het goed met de stad’
Woningvoorraad Wat is er met de woningvoorraad gebeurd na de overloop? Tijdens het groeikernenbeleid werden in korte tijd veel goedkope huizen gebouwd. Deze - niet-energiezuinige - huizen staan er nog steeds. Daardoor heeft het Noord-Hollandse woningbestand te kampen met veel huizen van slechte kwaliteit. Er staan veel woningen die dringend ‘verduurzaamd’ dienen te worden. Niet alleen qua energie maar ook qua gezondheid. De urgentie voor goede nieuwbouw is momenteel erg hoog: alles wat slecht gebouwd wordt is een probleem voor straks. Op het moment wordt er vrij goed gebouwd, maar toch kan de kwaliteit niet aan de hoge verwachtingen voldoen. De financiële situatie van nu is ook een factor. Budgetten staan onder druk. De huizen die in crisistijd worden gebouwd ‘hebben een tik’. Er doet zich in de bouw een probleem voor. De bouwer is op dit moment niet verantwoordelijk over de energierekening. Dat is vreemd. Dit speelveld is nu aan het veranderen in de richting van daadwerkelijke maatregelen om het energieverbruik van huishoudens te beperken [zie kader bouw].
Drie toekomstbeelden voor 2040 maak het bijzonder dan wordt het normaal
[intro] Met toekomstbeelden bedoelen wij wenselijke vooruitzichten met concrete aansluiting bij huidige praktijken. Wij beschrijven drie duurzame toekomstbeelden voor het Noorden van Holland in 2040 waar de MKB-kracht in en tussen verschillende sectoren gebundeld wordt om nieuwe economische kansen te creëren:
Clean Area’s
TUINEN ACHTER DE DUINEN MIJN ENERGIE HORIZON CLEAN AREA’S
jn Mi ergie hap En ndsc La Tuinen a/d duinen
Wij behandelen elk toekomstbeeld apart door: - een doorkijk te geven hoe het Noorden van Holland er in 2040 uit zou kunnen zien - de omslagen in denken, doen en organiseren te benoemen - de gemaakte keuzes aan te geven - doelstellingen voor de korte- en lange termijn te stellen - icoonprojecten aan te dragen waarin geïnvesteerd kan worden Toen
Straks
2010
2015
2020
2025
2040
TUINEN ACHTER 'Tuinen achter de duinen' is de werktitel van een toekomstbeeld waar een nieuwe verbinding tussen landbouw, lokale bevolking en Randstad wordt gelegd. Eigenlijk is tuinen achter de duinen een oud verhaal. Vroeger had je in Beverwijk, Heiloo, Heemskerk en ook in Bergen en Schoorl vlak achter de duinen zeer actieve tuinbouwactiviteiten. Vanuit daar werd geleverd aan regionale veilingen in Amsterdam, Alkmaar, Langedijk, etc. Deze tuinderijen zijn langzamerhand verdwenen door de oprukkende verstedelijking. Anno 2010 hebben wij dit oude concept weer omarmd, en spreken we over de hele Noordkop van Noord-Holland. Dit is nog steeds een uniek landbouwgebied. Er is voldoende ruimte voor grootschalige landbouw. En er zijn legio innovatieve landbouwbedrijven die kennis en producten produceren die verhandeld worden over de hele wereld. Ook in de bollenteelt, de bloemkoolteelt, de peterselieteelt, en de teelt van bijzondere wortelen loopt Noord-Holland internationaal voorop. Hoogwaardige producten worden hier geproduceerd en wereldwijd verspreid. Door de gedwongen schaalvergroting binnen de landbouw en de gemondialiseerde voedselmarkt is de Noord-Hollandse landbouw voor een groot deel voor het buitenland gaan produceren. In de nieuwe Tuinen achter de duinen is het weer normaal om de producten lokaal te verhandelen terwijl de kennis wereldwijd verspreid wordt.
Omslag Van uitknijpen individueel overleven wereldhandel doorvoergebied statische kennis commodity
Naar geld verdienen clustering van kennis blik verruimen 5-6 miljoen mensen afzetmarkt gesloten ketens (van geld en grondstoffen) stroom van kennis meer kilo’s met minder kilometers
Doorkijk 2040
De zon staat laag aan de horizon. Je wandelt alleen in het veld en je geniet van het open landschap. Dit kan in nog in Nederland, ook op zondag 11 februari 2040 om tien uur ‘s ochtends, in de tuinen achter de duinen. Mede hierom komen Nederlanders en Hollanders er graag om te wonen en te recreëren. Zes miljoen Nederlanders kennen het gebied dankzij de producten die dagelijks op hun bord verschijnen. Elk product ontleent zijn identiteit aan de ligging van de akkers. En zo zet elk product het Noorden van Holland op de kaart: Omringdijkkool, A7-paprika’s, Andijkse Andijvie, Zuidschermse Knolselderij van onbereden bed, Waarlandse sla op water geteeld... De sector heeft haar blik verruimd en bedient de lokale markt exclusief. Landbouwbedrijven hebben zich door de jaren heen geclusterd om met de gedeelde kennis volop gebruik te maken van de diversiteit aan grondsoorten en beschikbare technieken. Er zijn nieuwe samenwerkingsverbanden ontstaan om een grote diversiteit en gepast volume aan schone producten te leveren aan de Randstad. Waar vroeger de premium-landbouwproducten voor export bestemd waren, zijn ze nu exclusief bestemd voor de Randstad. De kwaliteitslag die gemaakt is zorgt voor een schone en gezonde productieomgeving, gezonde en mooie producten en een gesloten kring van grondstoffen en middelen. Producten met een ‘Tuinen achter de Duinen’-label hebben een groot deel van de vers- en kanten-klaar producten in de grote supermarktketens vervangen. Deze supermarkten hebben zich toegelegd op hun nieuwe rol als bruggenbouwers tussen stad en platteland. In de supermarkt beleef en proef je hoe de tuinen achter de duinen er voorstaan. De tone of voice is geen geromantiseerd verhaal over ambachtelijke streekproducten zoals wij die uit het begin van deze eeuw kenden. Geen plaatje van een gezellig boerderijtje en een koe in de wei. Geen overselling. Het gaat om nuchtere communicatie over eerlijke regionale handel. Het gaat over hoe echte mensen, en over hoe zij gezonde producten uit de klei, het zand, het veen en de kassen naar de Randstad brengen. Zowel de kleine alternatieve producenten als de grote producenten hebben zich geschaard achter tuinen achter de duinen. Een van de Noord-Hollandse steden heeft zich ontwikkeld als de poort naar de Randstad. Vanuit dit centrum worden de groenproducten uit de tuinen achter de duinen verwerkt en verhandeld. Welke plek biedt zich aan? Alkmaar? Warmenhuizen... of Zaanstad? Misschien wordt de keuze wel bepaald door de plek in het Noorden van Holland waar mogelijkerwijs de Floriade in 2022 plaats heeft gevonden. Hoe dan ook vormt Tuinen achter de Duinen de rode draad van het bidboek dat in 2011 door de Agriboard wordt uitgebracht. Met Tuinen achter de Duinen geeft de Floriade een praktisch handelsperspectief voor de duurzame voeding van metropolen wereldwijd en lift het mee op de wereldwijde aantrekkingskracht van Amsterdam. Het ‘Transvarium’ is het nieuwe logistieke centrum dat kleine en grote stromen goederen verbind
DE DUINEN =>
In het Noorden van Holland is de Landbouw gezond en duurzaam biologische landbouw. De biologische landbouw juist hier verder ontwikkeld.
=> De horeca- en recreatiesector gebruikt de landbouw om de regio op de kaart te zet-
ten. Waar toerisme zich eerst concentreerde op de gouden kuststrook tot 500 meter van de kust, wordt nu nadrukkelijk de verbinding met het achterland gezocht, en met name met het agrarische achterland
Doelstellingen 2011: Lancering pilot label Tuinen achter de Duinen 2012: Lancering agro-food coöperatie nieuwe stijl 2013: Eerste supermarktketen neem Tuinen achter de Duinen op: afzetgebied met een miljoen inwoners 2014: Bekendmaking van locatie experimenteerruimte 2020: 20e TAD-coöperatie: 30% gezonde landbouw Zaanpoort wordt officieel geopend 2030: 50 % gezonde landbouw Opening International Urban Agriculture Applied Knowledge Center 2040: 6 mijoen mensen kennen de Tuinen achter de Duinen, 90% gezonde landbouw
nen Dui r de hte n ac ine e Tu en d w enn bou and en k de l ens ter zon nm e Cen g ijoe dge 90% 6m wle Kno ied ppl re A ultu gric nA rba gU nin ouw Ope ndb e la ond gez 30% e imt erru nte ime p per no e e ex uin cati eD l n lo stij er d cht g va uwe kin en a nie n e ma Tui rati nen end e p mt Dui Bek coo nee r de ten ood f hte tke gro n ac ark ine ng a erm l Tu ceri sup n a L labe ste ilot ng p
Het Noorden van Holland investeert in een landbouw met zo veel mogelijk gesloten ketens. Het richt zich bij voorkeur op de Randstad als afzetgebied met zowel haar primaire producten als met haar woon- en recreatiediensten.
ceri
=>
Eer
Producten uit Noord-Holland Noord worden bekend door heel Nederland en over de hele wereld, vanwege de hoge kwaliteit en de sterke aandacht voor gezondheid. Zoals NoordHolland Noord de gezondste provincie van Nederland is, zo is ook de landbouw in NoordHolland Noord gezond. Gezond is in dit opzicht niet per se ‘biologisch’ zoals we dit in 2010 definiëren aan de hand van labels. Gezond is het produceren van lokaal passende producten zonder externe toevoegingen, en met aandacht voor biodiversiteit en lokaal milieu. Het EKO-keurmerk wordt vervangen door het TAD-keurmerk. De nieuw ontstane economische clusters zijn zeer bedreven in het verspreiden en verkopen van de opgedane kennis.
Lan
via de ultralichte elektrisch aangedreven drijvende voertuigen die de hele Randstad bedienen. Het Transvarium verbindt ook de spraakmakende zeilende vrachtvaart die wereldwijd faam verkreeg. De kiem werd gelegd met het beschikbaar maken van een experimenteerruimte in 2014. Hier konden pioniers met andere vormen van handel en distributie en verwerking van agroproducten in een regelluwe omgeving experimenteren. In deze multinationale onderneming worden wereldmaaltijden voorbereid uit de tuinen achter de duinen.
Icoon Projecten
- Polderhub - Rondje Noord-Holland - Premium Label Tuinen achter de duinen - Stadsbouwhoveniers - Energieparkeerpolder
Tuinen a/d duinen
2010
2015
2020
2025
2040
MIJN ENERGIE HO Anno 2010 staat een ondernemer uit de energiesector in het Noorden van Holland elke dag lachend op. Hij heeft met een geniaal simpel idee ingespeeld op de nieuwe duurzame energie-economie. Hij is een van de eerste die zonnepanelen verzekert. Noord-Holland heeft een rijke geschiedenis van de eerste te zijn in de ontwikkeling van duurzame energie. Camperduin was het eerste windturbineproject voor 28 woningen; de Schutter was het eerste particuliere windturbinepark; in Huizen staan de eerste woningen die verwarmd worden met windenergie; in Heemskerk staat het voorbeeld van een CO2-emissieneutraal bedrijventerrein; in Castricum staat de eerste duurzame school van Nederland; in Heerhugowaard de eerste rij woningen met een voldaks zonne-energiesysteem en de eerste grote CO2-emissieneutrale woonwijk ter wereld De fossiele economie heeft ons veel goeds en veel welvaart gebracht, maar nu is het tijd om verder te gaan. Mijn energiehorizon is een toekomstbeeld waarin Noord-Holland als eerste echt kiest voor duurzame energie. De Noord-Hollanders staat bekend om de 'niet-pratenmaar-doen'-mentaliteit. Wat hier ook gebeurt, we stappen gewoon nu over naar duurzame energie.
-
Omslag
Van Fossiel Nuts Klant Kostenpost Afhankelijke
Naar wind, zon en biomassa Coöperatief Sociaal netwerk Verdienmodel Leverende
Doorkijk 2040
In 2040 staan duizenden Noord-Hollanders elke dag lachend op. Ze leven van de wind, de zon en het Noord-Hollandse groen. Ze oogsten en verkopen duurzame energie. De investeringen zijn afgeschreven maar de energie wordt nog steeds opgewekt! Door slimme samenwerkingsverbanden en coöperatieve financieringsmodellen waren zij in staat om in een vroeg stadium te investeren in duurzame energie productie en energie besparing. De bewoners uit de omgeving van Oudesluis lachen bijvoorbeeld. De winst die uit de lokale energiecoöperatie komt (waar 80 procent van de huishoudens uit de omgeving lid van is) wordt elk jaar weer geïnvesteerd in de vitaliteit van het dorp. De investeringsdoelstellingen worden in de jaarvergadering vastgelegd en daarmee kunnen de leden bijspringen waar de gemeente nu geen geld voor heeft. Ook de installateurs lachen. Zij hebben zich als eersten gespecialiseerd in het op comfortgedreven energiezuinig en gezond maken van oude panden en het installeren van energieleverende daken, wanden en funderingen. In 2040 wordt de elektra van 800.000 huishoudens gevoed met Noord-Hollandse duurzame energie: 1400.000.000 kwu wordt met zon, wind en groen opgewekt door honderd energiecoöperaties met 100.000 energie leverende leden!
De keuze om radicaal over te stappen op duurzame energie kwam niet van de politiek maar van het bedrijfsleven zelf. Dat ontwikkelde nieuwe verdienmodellen en vond aansluiting bij de behoeften van lokale gemeenschappen. Een zeer gedreven vernieuwingsnetwerk van honderd jonge ondernemers (epolderhub) overbrugde met passie en vernuft de tot dan toe gefragmenteerde gemeenschap van duurzame energie pioniers. Zij waren in staat om gevestigde installateurs, kennisinstellingen, en regionale smaakmakers aan zich te binden. In 2012 wordt de energiehypotheekbank in het leven geroepen. De energie- en kostenneutrale woning is een feit. Het art&energy spektakel dat begon als een toeristische attractie in Wieringermeer in 2012 is uitgegroeid tot het Sustainable Energy Expo for Communities (SEE4C). Dit twee jaarlijks event trekt duizenden afgevaardigden uit de hele wereld. Dit opensource event biedt kans de state of the art in energie hardware, software orgware op te doen op het gebied van decentrale energiesystemen. In 2017 telt de regio vijftig energiecoöperaties met in totaal 100.000 leden. In de Wieringermeer en voor de westkust worden dan ook de nieuwe energie-oogstmachines getest die op de energiehogeschool in Petten zijn ontwikkeld. In 2030 werpt de jarenlange MKB-lobby voor nieuwe en duurzame infrastructuur haar vruchten af: Noord-Holland kun je op de nieuwste google earth-plaatjes herkennen door de cirkel van 400 windturbines zichtbaar vanuit elke sateliet. De energierotonde is niet alleen zelfvoorzienend qua energie, maar elke vierkante meter is gebruikt om duurzaam energie mee op te wekken.
ORIZON
In de regio staat het symbool voor de omslag van een noord-zuid-oriëntatie naar een circulaire oriëntatie van de economie. De mobiliteit en daardoor de ontsluiting van het achterland is eindelijk verzekerd. De energierotonde is een duurzaam icoon geworden voor Nederland. De energierotonde is een grote toeristische trekpleister en kan naast de Beemster mogelijk ook op de UNESCO-werelderfgoedlijst komen te staan.
Keuzes
=> Huishoudens in het Noorden van Holland kiezen voor elektriciteit van duurzame energie. Dorpen, wijken, gemeenten, huishoudens en ondernemers kiezen voor duurzame energie omdat: - het strategisch is, je bent niet afhankelijk van stijgende fossiele brandstofprijzen. - je er geld mee kan verdienen als investeerder, als ondernemer, als gemeenschap. - je hoop hebt en gelooft in een toekomstbestendige regio en wereld. => Het Noorden van Holland experimenteert met zowel een grote diversiteit aan duurzame energieproductie als met een grote diversiteit aan organisatorische mogelijkheden om consumenten en producenten te verbinden rondom duurzame energieproductie. => Investeren in een duurzame infrastructuur die het mogelijk maakt efficiënt in een rondje langs het westen, noorden, oosten en zuiden van de regio te reizen. Deze infrastructuur is energie leverend.5 => Het Noorden van Holland investeert in de infrastructuur voor de mobiliteit die duurzame energie oplevert.
Doelstellingen 2011 E-polderhub 2012 Art & Energy 2013 Opening energiehypotheekbank 2017 100.000 huishouden lid van een van de vijftig energiecoöperaties 2020 Energie Hogeschool Petten 2025 Energierotonde 2040 Duurzame elektriciteitopwekking voor 800.000 huishoudens (Metropool Adam)
Projecten -
Polderhub Art en Energy Horizon Energieparkeerpolder Energie coöperatief buurthuis De Noord-Hollandse Rotonde
CLEAN AREA’S | Clean arena’s is eigenlijk een eigentijdse naam voor een eveneens oud Noord-Hollands verhaal. In de eerste helft van de vorige eeuw stond de Noord-Hollandse kust bekend als plek waar je gezond wordt omdat het er gezond is. Mensen uit de stad gingen naar de kust om gezond te worden van de frisse lucht en van het landschap, en er werden tuberculosekuuroorden ingericht in het Noord-Hollandse land. Gezonde plekken krijgen opnieuw betekenis wanneer gezond blijven een groot onderwerp is. Het is een realistisch perspectief dat wij als mensen ons in de nabije toekomst meer gaan richten op gezondheid dan op het bestrijden van ziektes. Dit zal een grote impact gaan hebben op het bedrijfsleven, onderwijs en consumenten. ‘Als je niet weet wat je mist, dan mis je ook niets...’ In het toekomstbeeld clean area’s spelen wij in op het feit dat het Noorden van Holland hierbij veel te bieden heeft. ‘Ergens zijn wij onze gezondheid verloren. Wat kunnen we doen om die terug te krijgen?’ Sinds de mobiliteit het toelaat en de bevolking massaal recht krijgt op vrije tijd is de kust in trek om op een gezonde manier te recreëren. De Noord-Hollandse kust kende diverse tbc-kuuroorden waar patiënten konden revalideren in de gezonde lucht. De gezondheidsector heeft de afgelopen vijftig jaar een stormachtige ontwikkeling doorgemaakt. Het is normaal geworden dat de medische techniek, de medische kennis en de geïnstitutionaliseerde zorgsystemen ons weer beter te maken als we ziek zijn. Over de jaren heen is de zorg uitgegroeid tot een kostbaar en substantieel deel van onze economie, ook op regionaal niveau. De afgelopen jaren is de marktwerking in de zorg geïntroduceerd. Het is te verwachten dat de komende jaren de zorg een marktplaats zal worden van kleine en grote aanbieders en afnemers van zorgdiensten en -producten. In de huidige context wordt met gezond 'niet ziek' bedoeld. Volgens de definitie van de Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO) is gezondheid meer dan alleen ‘niet ziek zijn’. Welzijn, comfort, veiligheid en gebruiksgemak behoren in principe ook tot het concept gezondheid. Het Noorden van Holland is van nature een gezonde regio (lucht, kwaliteit, ruimte, groen, etc.). Stel je voor: economische sectoren als de zorg maar ook de bouw, recreatie en landbouw zich gaan richten op gezond blijven. Dan kan het gebied uitgroeien tot het gezondste woon- en recreatiegebied van Nederland. Je loopt in het Noorden van Holland een positief trauma op...
Omslag
Van Naar Beter maken Gezond blijven Infrastructuur beperkt Gesloten kringloop infrastructuur Gezonde lucht Gezondste lucht
Doorkijk 2040
Een gezin uit Amsterdam stapt bij Andijk uit de elektrische auto en vader zegt tegen zijn zoon: ‘Zo ruikt schone lucht’. Vroeger was Noord-Holland al het kuuroord van Amsterdam, nu wordt de regio het kuuroord van Noordwest-Europa. In 2040 heeft gezondheid de maatschappelijke aandacht die duurzaamheid nu heeft. Duurzaam is mooi, gezond is beter. Het Noorden van Holland staat in Noordwest-Europa bekend als gezonde plek voor inwoners én voor de gasten. In 2040 is het leven in 80 procent van het Noorden van Holland binnen en buiten aantoonbaar gezonder dan elders in Europa. De drijvende kracht die tot dit succes heeft geleid zijn de Clean Area’s. Dit zijn gebieden die alle vervuilende invloeden buiten de deur hebben gehouden, en daardoor echt gezond zijn. In clean area’s kun je gezond wonen, werken, recreëren en genieten. Clean area’s worden aangewezen als emissieloze gebieden. In clean area’s, in de volksmond al snel gekscherend weldadige domeinen genoemd, wordt alle energie op duurzame, gezonde wijze opgewekt. Het luchtruim boven clean area’s is afgesloten voor vervuilende vliegtuigen. Ouderwetse, dat wil zeggen door fossiele brandstof aangedreven schepen, auto’s en vrachtwagens worden allemaal geweerd uit de clean area’s. Clean arena’s kunnen gezien worden als een ‘natuurreservaat’ voor mensen. Het idee is de ruimte voor deze clean area’s langzamerhand uit te bouwen, totdat de clean area’s de norm zijn, en vervuilde gebieden de uitzondering. Clean area’s zijn geen doel in zichzelf. Maar door de scheiding aan te brengen tussen clean en niet-clean kunnen mensen ervaren wat het is om in een echt gezond gebied te leven, te recreëren en te eten. Clean area’s zijn plekken waar bewust wordt gewerkt aan gezond blijven. Clean area’s worden gebruikt om lokale producten en diensten te vermarkten: clean area-voedsel, clean area-energie, clean area-recreatie, clean area-huizen en natuurlijk clean area- zorghuizen. De clean area’s zijn vanaf 2025 met duurzame lightrail die een cirkel maakt door Noord-Holland Noord aan elkaar en met de Randstad verbonden. De nieuwe infrastructuur verbindt het binnenland met de oost- en de westkust van het schierleiland. De zogenaamde Noord-Hollandse Rotonde maakt het mogelijk om een rondje door het noorden, westen, oosten en zuiden van de regio te maken en staat symbool voor de nieuwe locale economie die in de regio is ontstaan. De onbemande lightrail is een skymark geworden om de kring van windturbines die naast het spoor zijn aangelegd en die de stroom leveren waar de lightrail op rijdt. De haltes zijn comfortabele plekken waar voorzieningen (winkels, supermarkten, cultuur) bij elkaar gebracht zijn. ‘Er wordt op een slimmere manier gebruik gemaakt van het gezonde karakter van Noord-Holland Noord: gezonde lucht, gezond leven, gezond eten, ruimte, wijds en groen landschap.’
| SCHONE KLEI Al vanaf 2011 wordt geëxperimenteerd met clean area’s waarin een gezonde leefomgevingen radicaal worden doorgevoerd. Net als bij Tuinen achter de Duinen gaat het hier niet om het oversellen met dure verpakkingen. Clean area’s zijn geen exclusieve kuuroorden waar je uiteindelijk veel betaalt om heel eenvoudig en gezond te leven, maar nuchtere plekken waar op rigoureuze wijze en oog voor detail gewerkt wordt aan een gezonde plek. Dit kan op een camping zijn, of in een Vinex-woonhuis, in een winkelcentrum of op een landbouwgrondgebied. In 2013 wordt geëxperimenteerd met een mobiel drijvend ‘Clean area-zorgpunt’. Op dit drijvende platform worden voorzieningen bij elkaar gebracht die in kleine dorpskernen vaak ontbreken. Er wordt hiermee een verbinding gemaakt tussen stad en platteland omdat het drijvende platform zowel in de stad als in de regio actief is.
Ook in de landbouw hebben ondernemers een voortrekkersrol genomen in het op een gezonde manier telen van gezonde producten. Landbouwproducten uit clean area’ s zijn in trek. Er worden minder pesticiden gebruikt, een groter deel van de landbouwsector werkt biologisch. Ook wordt er veel geld en tijd gestopt in innovatie met de nadruk op duurzame landbouw. Ook de maakindustrie speelt in op clean area’s, zowel op het gebied van emissies als op het gebied van gezonde banen.
In 2014 wordt besloten om de vijf ziekenhuizen en tien verzorgingshuizen in NoordHolland Noord volgens het clean area-principe te renoveren. Deze renovatie wordt juist in Noord-Holland gesteund door een landelijk innovatieprogramma want het liefst zet je ziekenhuizen in een gezondmakende omgevingen . Twee van de vijf ziekenhuizen richten zich voortaan op gezond blijven en worden omgedoopt tot ‘gezondheidshotels’. Noord-Holland legt haar ervaring in clean areas vast in certificaten die vanaf 2017 worden uitgedeeld: cleane streekproducten, cleane lokaal opgewekte energie, en clean housing waar de binnenlucht nog gezonder is dan de buitenlucht.
Keuzes
De bruisende zorgeconomie in het Noorden van Holland komt ook voort uit de bekwaamheid van ondernemers in de zorg om de, zich steeds verder ontwikkelende zorg technologie, op de juiste manier toe te passen en aan te bieden om het leven van cliënten langer en prettiger te maken. De Universiteit Leiden vestigt een academie voor behoud van gezondheid in de oude panden van het Medisch Centrum Alkmaar. In 2020 erkennen werkgevers en zorgverzekeraars de waarde van een kort en langdurig verblijf in een clean area. Een spin-off voor de regio is dat aaneengesloten clean area's de versnippering van het landschap tegen gaan. Gezond blijven is uitgegroeid tot een typisch Noord-Hollandse sector met hardwerkende MKB-bedrijven die op een no-nonsense en nuchtere manier gezond blijven weer normaal hebben gemaakt. Al sinds 2009 staat de eerste ‘Clean Area testwoning’ van Nederland in Noord-Holland. Hier zijn tien jaar lang proeven en experimenten gedaan om gezond bouwen te testen en te verbeteren. In de jaren daarna zijn steeds meer bouwondernemers zich gaan richten op gezond bouwen. Ook de gezonde energie uit Noord-Holland Noord, opgewekt op zee, uit golven, zon en wind, is erg in trek op de Nederlandse energiemarkt.
Ook de recreatiesector en de horeca weet zich te identificeren met clean area’s. Vroeger waren er tbc-kuuroorden voor de zieke mensen uit de stad in Noord-Holland, omdat men wist dat de lucht en de omgeving in Noord-Holland gezond was. Nu komen mensen uit heel Europa naar Noord-Holland om ziektes voor te zijn. Ze maken dankbaar gebruik van de diensten, infrastructuur en voorzieningen. Het nuchtere en toegankelijke imago van gezond blijven in Noord-Holland slaat aan.
=> Het Noorden van Holland investeert in nieuwe gezonde toeristische en horecavoorzieningen => Investeren in een duurzame infrastructuur die het mogelijk maakt efficiënt in een rondje langs het westen, noorden, oosten en zuiden van de regio te reizen. Deze infrastructuur is energie leverend. => In het Noorden van Holland worden alleen nog maar gezonde huizen en steden gebouwd, en vindt grootschalig verduurzaming en gezondmaking van de bestaande bouw plaats.
2011 ‘Clean area-pagina’ in lokale krant 2013 Eerste kleine clean area's: woning, drijvend zorgpunt, camping 2015 Besluit om vijf clean area-ziekenhuizenen tien clean area-zorginstellingen op te richten 2017 Clean Area Certificaten 2020 Werkgevers en verzekeraars schrijven Clean Area Noord-Holland voor 2025 Clean Area Academie in Alkmaar Noord Hollandse Rotonde 2030 Big Clean Area Stad 2040 Tachtig procent van de regio bestaat uit clean area's
Icoonprojecten CA-POLDERHUB Clean Area-krantenpagina Clean Area-testwoning Rondje Noord Holland Drijvende Clean Zorgknooppunten Clean Area-ziekenhuizen Noord-Hollandse rotonde
TOEKOMST IN DE KOP
11.iCOONprojecten De volgende stap Groot denken, klein doen is het motto van transitiemanagement. Met ‘tuinen achter de duinen’, ‘clean area’s’ en ‘mijn energiehorizon’ hebben wij beelden en paden geschetst voor de toekomst van de regio. Wij hopen dat deze grote gedachtes u ook aanspreken. In dit hoofdstuk dragen wij een elf tal concepten van deels bestaande, deels nieuwe projecten aan. Deze zogenaamde icoonprojecten zijn zo uitgekozen dat ze zowel nu economisch kunnen renderen als dat ze een eerste stap vormen richting een nieuwe toekomst. Met het uitvoeren van deze projecten wordt de ervaring opgedaan die nodig is om de doelstellingen en toekomstbeelden verder aan te scherpen. Deze transitieagenda is een begin geen einde. Het is een begin van een werkelijk omslag in doen, denken en organiseren van het Noorden van Holland. Wij spreken u aan als de nieuwe generatie ondernemers. Als pioniers die geld verdienen eigenlijk als een middel zien om mooie of betekenisvolle dingen te doen. De nieuwe tijdsgeest is het samen doen, en kunnen delen en vermenigvuldigen met elkaar. Actief werken aan een samenleving die zich op een duurzame manier blijft ontwikkelen, daar past geld verdienen in. Wij hopen met velen van u via deze icoonprojecten een eerste stappen te zetten en met nog meer van u begin 2012 de eerste resultaten te kunnen vieren! Voelt u zich betrokken bij een van deze icoonprojecten? laat het dan weten bij een van de arenagangers of via www.polderhub2040.nl.
‘ Een nieuwe toekomst gaat niet van zelf. Een nieuwe toekomst wordt bedacht en uitgeprobeerd.’
t %F /PPSE )PMMBOETF 3PUPOEF => Duurzame mobiliteitsinfrastructuur ter consolidatie van lokale economie
Contact:
Fred Gardner, Pieter Kievit, Sybrand de Frietema de Vries, Remco Reijke. De Noord-Hollandse rotonde is een toonaangevende, duurzame, energieleverende mobiliteitsinfrastructuur die het mogelijk maakt efficiÍnt in een rondje langs het westen, noorden, oosten en zuiden van de regio te reizen. Hoewel de Noord-Hollandse rotonde op z’n vroegst in 2025 gerealiseerd zal worden is dit het symbool van de nieuwe dynamiek van de economie van het Noorden van Holland. Ook nieuwe duurzaam uitgevoerde voorzieningen worden aangesloten op de rotonde (bioscoop, bedrijfsruimte, woningen, winkels...). De nieuwe infrastructuur ondervindt maar minimale weerstand in de voorbereidende procedures: iedereen weet en voelt aan dat het goed is voor zowel het MKB als de regio.
=>
Volgende stap? Visionair concept uitwerken en vertalen naar uitgangspunten voor visualisatie prijsvraag.
t &OFSHJF DPĂšQFSBUJF WFSTOFMMFS Leergang hoe zet ik een energie cooperatie op
Contact:
Mike Venekamp, Pepik Henneman Ben u een ondernemers die serieus bezig is om een lokale energie cooperatie op te richten? Wilt u de winst of een deel daarvan investeren in uw gemeenschap? Streeft u er ook naar om samen met andere energie cooperaties uw overschot aan duurzaam geproduceerde energie aan de randstad te leveren. Dan kunt u mee doen aan de energie cooperatie versneller. In deze cyclus van 10 dagen verspreid over een jaar worden alle
11.iCOONprojecten facetten van het oprichten van een energie cooperatie behandeld: maatschappelijk doel, lokale werving, verdienmodel, organisatie, administratie, licentie. Experts voeden het gesprek met hun ervaring en inzicht. In een open sfeer delen ook de ondernemers hun ideeen en ervaringen. Elke ondernemer kiest zijn eigen variant: sommigen sluiten zich aan bij de NHEC, HVC, Greenchoice , anderen runnen zelf een investeringsfonds... andere doen de administratie zelf... nog anderen runnen een service organisatie... kern is dat er leden worden geserviced en wordt ingespeeld op locale behoeften en sentiment. De versneller gaat over tegelijkertijd cooperaties oprichten om uiteindelijk samen te werken. Het uitgangspunt is een geografische verspreiding van de cooperaties waardoor er geen spraken is van concurrentie. Alle energiecรถoperaties streven naar zelfvoorzienend, dus hebben als doel zelf energie opwekken en ook huishoudens zelfvoorzienend maken. Uiteindelijk zal dit lijden tot overproductie. Gezamenlijk zouden de lokale cรถoperaties dan energie aan derden (bijv de randstad) kunnen gaan leveren. Dit zou een gezamenlijk doel kunnen zijn. Om dat doel te verwezenlijken is samenwerking vereist.
t 3POEKF /PPSE )PMMBOE => Verbinden en toegankelijker maken van recreatie en horeca voorzieningen
Contact:
Ben Tap, Katelijne van Spronsen, Kees de Wit, Pepik Henneman Rondje Noord-Holland: niemand wil op en neer of heen en terug, je wil liever een rondje maken. We moeten zorgen dat de steden hier beter benut gaan worden. Toeristen moeten langer blijven dan een dagje of dagdeel. En het rondje Noord-Holland kan ook breder worden getrokken. De Italianen die elke zomer met hun campers Noord-Holland Noord aan doen waren ons voor. Er bestaan verschillende toeristische gidsen waarin een rondje Noord-Holland beschreven staat. Dit concept wordt overgenomen en verbeterd door de Noord-Hollanders zelf. Voorlopend op de Noord-Hollandse rotonde werken verschillende partners uit de horeca, landbouw en toerisme verschillende rondjes Noord-Holland uit waar zee, achterland en binnenzee weer met elkaar verbonden worden. Bijvoorbeeld een rondje tuinen achter de duinen voor premium streekproducten, horeca, detailhandel, boerenbed, etc.
=>
Volgende stap? Rondje uitwerken met huidig aanbod, vermarkten en uitproberen en later uitbouwen met nieuwe voorzieningen.
t "SU &OFSHJF )PSJ[PO => Publiekstrekker voor duurzame energie opwekking
Contact:
Rutger Jan Bredewold, Remco Reijke, Mike Venekamp, Sybrand Frietema de Vries Alle experimentele en reguliere vormen van windenergieopwekking zijn hier te bezichtigen. Hier kun je de kracht van windenergie ervaren. Dit grootse spektakel van tientallen soorten windmolens, zonnepanelen, snelgroeiende biomassa gewassen, zo ver als je kan kijken, trekt dagelijks busladingen vol met toeristen uit binnen- en buitenland. De opbrengst gaat deels naar de bewoners van de naaste omgeving. Op deze plek ervaar je energie voor ons, van ons en door ons....
=>
De volgende stap? Financiers, kunstenaars, ondernemers in toerisme en wind, zon en biomassa wetenschappers bij elkaar te zetten om het idee uit te werken en het een plek te geven.
t %SJKWFOE [PSHLOPPQQVOU => Mobiele aanvulling voor zorgdienstverlening
Contact:
11.iCOONprojecten Pieter Kievit, Mike Venekamp, Robbert Jan Piet, Remco Reijke, Rutger Jan Bredewold Deze drijvende pontons vormen een cluster van zorgpioniers. Zij experimenteren met producten en diensten waarvan je gezond blijft. Ze zijn mobiel inzetbaar. Elke zes maanden vaart de ponton naar een nieuwe locatie. De ponton is tevens een communicatie- en marketingplatform voor de regio. Het concept is uitbreidbaar tot centrumboot voor allerlei andere voorzieningen bij de voordeur: kunst, toneel...
=>
De volgende stap? Met zorgaanbieders demonstratie ponton inrichten en in de vaart brengen om concept te testen.
t 1SFNJVN -BCFM ‘Tuinen achter de duinen’ Schaalsprong in regionaal duurzaam voedselnetwerk
Contact:
Jan Assies, Rutger Jan Bredewold, Pieter Kievit, Arjan Postma, Remco Reijke, Katelijne van Spronsen, Jan Schrijver, Ben Tap, Rien van Tilburg, Mike Venekamp , Sybrand Frietema de Vries, Pepik Henneman, Rob Jansen Koplopers uit retail, communicatie, marketing, media, onderwijs, recreatie, zorg, logistiek en landbouw experimenteren met nieuwe manieren om lokale duurzame landbouwproducten de kaart te zetten. Het label staat voor premium producten voor die voor de Randstad bestemd zijn. Het label tuinen achter de duinen werkt als een ‘groot verhaal’ en als een marketingstrategie die groenten uit Noord-Holland Noord wereldberoemd gaat maken. Tuinen achter de duinen is rode draad in het Floriadebidboek van Noord van Holland voor 2022.
Het Noorden van Holland op de Floriade zien hoe een metropool lokaal in haar gezonde voedsel kan voorzien.
=>
De volgende stap? Concept verder aanscherpen, communiceren en uitwerken in concrete projecten.
t )FU JT IJFS HF[POE JO IVJT IFU [PSHIVJT PQ EF DBNQJOH Aandacht en ontwikkeling van gezonde voorzieningen
Contact:
Willem Koppen, Pieter Kievit, Mike Venekamp, Robbert Jan Piet, Pepik Henneman, Fred Gardner, Rob Jansen Wat wij niet weten, missen wij niet... Over gezonde woningen, zorghuizen of campings weten wij nog veel te weinig. Het is hier gezond is een samenwerkingsverband met lokale online en offline media, waarin een jaar lang aandacht wordt besteedt aan gezond blijven. Op de (kranten)pagina wordt de dialoog aangegaan met bevolking, ondernemers en experts over ‘hoe en waar blijf ik gezond?’ ‘Hoe biedt ik diensten en producten aan in de bouw, toerisme, landbouw en zorg waardoor je gezond blijft?’ De eerste partner in dit project is het Noord-Hollands Dagblad. Huizen, zorginstellingen en recreatie voorzieningen ontwikkelen die zo zijn ingericht en gebouwd dat ze boegbeelden zijn van ‘gezond blijven’. Dat is hier de uitdaging. Het huis waar wordt onderzocht wat gezond bouwen betekent reeds al in de vorm van de icoonwoning. ‘Het doel van de iCOONwoning is om een voor Nederland unieke meet- en demonstratiewoning op te richten waarbij op het gebied van energiebesparing, comfort en gezondheid de maximaal haalbare basisprestatie objectief wordt aangetoond. Hierbij worden nieuwe ideeĂŤn bij elkaar gebracht om, daar waar mogelijk, verbeteringen te realiseren die op grote schaal toepasbaar zijn. www.icoonwoning.nl.’ Wij zijn nog op zo
=>
Volgende stap : Het gesprek over gezondheid in gang brengen met het is hier
11.iCOONprojecten in
gezond... Met pioniers en expert experimenteren met nieuwe gezonde faciliteiten de recreatie, zorg en woningbouw.
t +JTQFSWFME DPÚQFSBUJF Doe-het-zelf natuurbeheer
Contact:
Jos Lap, Arjan Postma, Pepik Henneman, Pieter Kievit
Natuurbeheer en handhaven zijn zeer kostbaar. Natuurgebieden vormen voor een belangrijk deel het kapitaal van vele Noord-Hollandse kernen. Natuur ontwikkelt zich over tijd, en het veen verdwijnt. De veencoöperatie is een samenwerkingsverband van de bewoners die leven in de kernen rondom het Jisperveld. Vanuit hun toekomstvisie op het veld als gezondblijf gebied en in nauw overleg met overheden en natuurorganisaties beschermen en baten ze het veld uit. De kritische succesfactoren voor deze ecologische, economische en sociale win-win-win-situatie zijn de lokale verbinding met het veld, de lokale sociale controle en het ondernemerschap.
t &OFSHJFQBSLFFSQPMEFS Tijdelijk gebruik van landbouwgrond voor biomassa
Contact: Arjan Postma
Gewassen die gekoppeld zijn aan wereldmarkten leveren niet altijd voldoende geld op op de kostbare Noord-Hollandse polders. Het idee van de energieparkeerpolder is om tijdelijk gewassen te telen die goedgeschikt zijn als biobrandstof en daarmee een hoger rendement hebben (wilgen etc) tot dat er na een paarjaar gewassen zich aandienen die meer opleveren.
=>
Volgende stap: Inventariseren van mogelijk pakeergronden en koppeling maken met bestaande of nieuw biomassa vergisting installaties.
t4UBETCPVXIPWFOJFST Nieuw economische sector op snijvlak tussen landbouw en bouw
Contact:
Rien van Tilburg, Pepik Henneman
Het zijn de Noord-Hollandse ondernemers die de Amsterdamse daken hebben vergroend en die met stadslandbouwprojecten hebben gepionierd. Nu exporteren zij deze groene kennis en groen productennaar steden over de hele wereld. In plaats van busjes met MKB’ers in de bouw, staat de A7 nu elke dag vol met de Noord-Hollandse dakhoveniers.
=>
Volgende stap: Businesscase maken met belanghebbende en contact leggen met klimaat beleidmakers uit steden, implementeren in beroepsonderwijs.
11.iCOONprojecten t 1PMEFSIVC Nieuwe structuur en werkwijze om innovatie te versnellen
Contact:
www.polderhub2040.nl, Pepik Henneman, Pieter Kievit, Mike Venekamp, Robert Jan Piet, Rutger Jan Bredewold, Remco Reijke, Rene Moerman Polderhub een geuzenaam voor de nieuwe dynamiek in het Noorden van Holland. De polderhub is het vliegwiel van toekomstklei. Het is de plek waar je fysiek bij elkaar komt om zaken doen. In Noord-Holland Noord zijn de afstanden groot, de aard van het beestje is niet om overal langs te gaan, en ook niet om infrastructuren en instituties te bouwen. Het idee van ‘polderhub’ is afgeleidt van het couchsurfen: een ruimte die leeg staat kan (gratis) worden gebruikt door een ander persoon of organisatie. Het is een online platform waar je een ruimte kunt reserveren om verder te werken en te netwerken rondom nieuwe ideeën. Een ondernemer zit in Castricum, een andere ondernemer in Den Helder. In het boekingssysteem kun je zien waar een vergaderzaal leeg staat. Die kun je zo in de agenda boeken. In onze beleving past dat helemaal bij de huidige tijdsgeest. Jongeren zijn gewend om samen te werken en te delen. Zo wordt de polderhub gebruikt om gelegenheidscoalities te smeden. De polderhub is dus eigenlijk een netwerk. In dit netwerk kunnen ondernemers hun kwaliteiten aanmelden. Iemand loopt met een idee en wil hiervoor een brainstormsessie organiseren. Je hebt een probleem en dit meld je aan op de hub. Mensen komen bij elkaar om erover te brainstormen. Een pure vorm van co-creatie. Wat we eigenlijk gaan doen is het faciliteren van dynamiek. De eerste Polderhub proef vond plaat op 30 november 2010 in het atelier van Meneer de Leeuw. Misschien is dit idee niet bijzonder nieuw en bestaan dit soort opzetten al in de grote steden, maar juist in Noord-Holland Noord ontbreekt het aan dit soort netwerken. Daarom zou het juist hier goed kunnen functioneren. Het spreekt voor zich dat er een hoge concentratie
polderhubs in de Noord Hollandse steden gevestigd is. In 2012 wordt de ‘Polderhubprijs’ uitgereikt aan de meest succesvolle polderhub. ‘De polderhub brengt bovendien 10.000 MKB’ers aan het twitteren over nieuwe ontwikkelingen en mogelijkheden. Hashtag #polderhub.’ Het boardroom surfing beperkt zich niet tot de polder. Ook stedelijke hubs sluiten zich aan bij het netwerk zoals het Stichting CINA (Creatief en Innovatief Netwerk Alkmaar). Elke stad maakt ruimte voor een ideeën fabriek.
=>
Volgende stap: Polderhub pilot organiseren en daarmee tijdelijke vernieuwingsnet werken activeren rondom de andere 10 icoonprojecten. De eerste 5 polderhub locaties hebben zich al aangemeld. Doet u ook mee? Meld u aan op www.polderhub2040.nl