Tweemaal een lange aanloop Antoon van Tuijl Sinds mensenheugenis is de vallei van het Merkske een geïsoleerd gebied, waarin de landbouw zich heel extensief beweegt. De boeren doen er alleen wat ze daar kunnen en dat is niet veel meer dan hooi winnen en stook- of geriefhout halen. De natuur heeft er dan ook ruime kansen.
Vergeten gebied
Vanaf 1960 zwerf ik met enige regelmaat door het Baarlese buitengebied. Ik probeer mijn vogelkennis op te krikken. Al gauw
In september daarop volgend brengt de postbode mij een stevige
merk ik dat het stroomgebied van het Merkske mij het meest trekt.
envelop. Hij heeft een artikel geschreven in het gerenommeerde blad
In korte tijd ken ik er alle weggetjes en paadjes waarvan er veel dood
‘De Levende Natuur’. Onder de titel ‘Het stroomdallandschap van
lopen. Dat hoort bij een beemdengebied. Na een paar jaar weet je heel
het Merkske’ beschrijft hij de bevindingen van zijn verkenningen in
goed waar je welke vogels kunt vinden. De oogst aan waarnemingen
Baarle.
is vaak heel rijk!
Voor zover ik kan nagaan, is dit de eerste keer dat het Merkske
De uitbundige plantengroei zie ik ook wel, maar kennis heb ik er nog
beschreven wordt.
nauwelijks van. Daar moet ik me later nog eens in verdiepen.
Zelf oordeelt De Kroon: ‘Het komt mij voor dat het een nog onbekend
en wellicht vergeten gebied is in een uithoek van het Brabantse
Het zal ergens in het voorjaar van 1969 geweest zijn dat ik tijdens
Kempenland’. Deze deskundige heeft zorgvuldig en met kennis van
zo’n vogeltocht een man ontmoet met wie ik in gesprek raak. Hij stelt
zaken rondgekeken. Hij vermeldt zomaar even 88 plantensoorten
zich voor als De Kroon, een ‘Hollander’ aan zijn spraak te horen. Hij
die hij in het voorbijgaan opmerkte. Ook meldt hij dat er ruim 100
vertelt dat hij al een paar keer eerder in Baarle op vakantie was en nu
vogelsoorten voorkomen, waarvan 55 als broedvogel.
ook weer. Elke keer huurt hij een fiets om de omgeving te verkennen. Zo ontdekt hij ook het Merkske gebied. Uit alles wat hij vertelt, blijkt
Het valt De Kroon op dat het Merkske hier en daar schade geleden
dat hij een grondige natuurkennis heeft. Hij vraagt me uit over de
heeft. Tot zijn spijt ziet hij dat in de late jaren vijftig men het
interessantste plekjes van deze streek. Ik wijs hem een aantal paadjes
natuurlijke Merkske geschoond en zelfs te veel uitgediept heeft. Het
die hij zeker eens zou moeten verkennen. Hij noteert mijn adres. Dan
water moet snel weg kunnen, is dan een gedachte die oprukt.
scheiden onze wegen.
57