LEERJAAR THEMA
6
LEERLIJN
POWERPOINT Leerlijnen ICT Moorsledegem
LEERKRACHT
• Van “PowerPoint” de basisfuncties beheersen. Er zijn kaarten gemaakt die dienen als handleiding voor de leerlingen, maar die de lkr ook kan gebruiken. Er wordt naar verwezen in het lesverloop. • Vooraf leerstof uitkiezen die geschikt is voor deze voorstelling. In deze les kiezen we Frans als onderwerp. Je kan ook foto’s voorzien die in
Een quiz voor onze klas
de lesmethode gebruikt worden. In deze les gebruiken we ze uit Office..
4 Zelfstandig leren m.b.v. ICT 7 De leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen
Lesverloop (afhankelijk van de groep kan dit 1 tot 2 lestijden van 50’ duren) 1. Werkwijze van wat hieronder gevraagd wordt staat op Fiche 1 PPS a. Open PowerPoint. b. Maak een titeldia (1): Franse woordjes. We maken ons nog geen zorgen om de achtergrond, laat alles maar wit. Je mag ook een afbeelding invoegen. c. Voeg een nieuwe titeldia (2) in. Daar tikken we voorlopig niets. d. Voeg een nieuwe dia (3) in. Kies rechts voor Titel, tekst en object: 2. In het vak afbeeldingen staan 6 pictogrammen. Als je er naar wijst met de muispijl krijg je uitleg over de bedoeling ervan. Als je klikt op afbeelding ( ), dan kan je zoeken in je eigen mappen. Klik nu op illustratie (
), dan
zoek je in de “clipart” van Office. Daar tik je in wat je zoekt. Bv. “wortelen” en je kiest de afbeelding die je het best bevalt. 3. Klik nu in het tekstvak ernaast. Tik daarin vijf woorden uit de les die je pas geleerd hebt. Het juiste antwoord dat past bij de afbeelding die we zopas ernaast hebben geplaatst (vb. “des carottes”) moet er ook tussen staan. Na elk woord druk je de ENTER toets in. Je ziet dat er een opsommingsteken komt voor elke lijn.
4. Het is de bedoeling dat PP vertelt of je het juiste antwoord hebt aangeklikt of niet. a. Ga naar dia 2. ⇒
Tik als titel een boodschap in het Frans dat het antwoord fout is.
⇒
We voegen ook een actieknop in. Klik onderaan links op
AUTOVORMEN > ACTIEKNOPPEN en kies het pijltje vooruit (“verder of volgende”). Nu moet je die knop zelf tekenen met de muis. Zet hem in de rechterbenedenhoek. Je kan later zorgen voor opmaak.
⇒
We kiezen voor “laatst weergegeven dia”. Telkens als iemand
een fout maakt komt hij hier terecht en moet hij terug naar de dia waar de fout gebeurde om het juiste antwoord aan te klikken. b. Ga naar dia 3 ⇒
Markeer de 5 woorden door er met de muis over te slepen. (Wie
kan dit al zonder de muis? Zie hulpkaart 4…) Klik met de RMK in de geselecteerde tekst. Kies voor hyperlink. Links kiezen we plaats in dit document. Dan krijg je een overzicht van de dia’s die je al gemaakt hebt. Klik op dia 2 waar onze foutboodschap staat. Nu zal de computer alle antwoorden fout rekenen. Je kan telkens opnieuw proberen met de actieknop op dia 2. Sla je werk op en probeer uit met de toets F5.
Er moet ook een juist antwoord tussen zitten! Voeg op het einde een nieuwe dia (4) in met de boodschap dat het antwoord juist is. We voegen ook een actieknop in. Die verwijst opnieuw naar volgende dia. c. Ga terug naar dia 3 en markeer alleen het juiste antwoord in de rij. Klik erop met de RMK en kies hyperlink. Ga te werk zoals hierboven en kies volgende
dia. Sla je werk op en test uit met de toets F5. 5. Als alles werkt zoals het moet, stellen we nog enkele zaken in. a. Na de titeldia krijgen we direct de foutmelding. Dat mag natuurlijk niet. Ga naar dia 1. Zet daar een WordArt met als tekst START. Klik met RMK op de WordArt en voeg een hyperlink in naar de eerste vraag (dia 3). b. Klik op het menu Diavoorstelling > diaovergang. Rechts beneden halen we het vinkje weg bij “Bij muisklik”. We klikken ook op toepassen op alle dia’s. Nu kan de kijker niet zomaar doorklikken met de muis. Op elke dia staat een hyperlink die ook moet gebruikt worden. 6. Tips: a. Laat elke ll zijn werk opslaan met als titel het woord dat gevraagd wordt in dia 3 (bv. “carottes”). Laat ze ook eens opslaan op een server of op 1 pc via netwerkverbindingen. Dan staat er een presentatie op hun eigen pc en één op de server. Meer uitleg hierover kan je aan de ICT-coördinator vragen. b. De Franse woorden worden rood onderstreept als fout. Stel dit in bij de titeldia: Klik op het menu EXTRA>TAAL>taal instellen. Kies Frans. 7. Nu kunnen we nog de dia’s van alle leerlingen achter elkaar plaatsen. Zo krijgen we een volledige Franse quiz. Iedereen kan nu zijn vocabulaire inoefenen. (Let hiervoor op tip 6a!) a. Open de presentatie op je eigen pc! Klik in het linkervenster onder de laatste dia. Daar staat dan een lange streep als een cursor te knipperen. b. Kies nu Invoegen > Dia’s uit bestanden. Je zoekt de presentatie op de server waaruit je een dia wil
halen. Als je die geselecteerd hebt, krijg je er de dia’s van te zien. Je kan nu kiezen welke dia’s je wil gebruiken. We hebben alleen de dia 3 & 4 nodig. Je kan ze één voor één aanklikken en dan ”invoegen”. Ze komen achter je eigen dia’s te staan. Dit kan je herhalen met alle voorstellingen van de leerlingen. c. Pas op: om dit tot een goed einde te brengen werken de lln best met een voorstelling die op hun eigen pc staat. Als ze blijven op een server werken terwijl anderen er hun dia’s willen uithalen, ontstaan er problemen…