Sociaal Jaarverslag 2018 gemeente Amsterdam

Page 1

Sociaal Jaarverslag 2018

Gemeente Amsterdam



Inhoud

3

Voorwoord Peter

4

ZO BLIJVEN WE IN VORM

Voorwoord Yardena

6

Continu veranderen van baan

38

Ontdek je talent

40

Ambtenaar en kunstenaar

42

ONS WERK VOOR DE STAD Hulp bij het huishouden

10

De mantelzorg hackathon

44

Technologie voor een schone stad

12

BHV: klaarstaan voor collega’s

46

De stad autoluw

14

Steptember: zo blijf je vitaal

48

Oog voor mensen met een (onzichtbare) beperking

16

Samenwerken met sociale partners

18

ORGANISATIE IN CIJFERS

Inclusief werven en selecteren

20

Personeel in cijfers

52

Traineeprogramma voor statushouders

22

Ontwikkeling en verzuim

54

Meedenken, meepraten, meedoen

24

Medewerkerswaarderingsonderzoek (MWO)

56

De gemeente verbouwt

26 Colofon

58

HART VOOR DE STAD Bijles geven

30

Verkiezingen organiseren

32

Nooit genoeg van de Noord/Zuidlijn

34


Voorwoord

Peter Teesink

‘Ik vind het belangrijk dat we nieuwsgierig blijven’


Voorwoord Peter

5

Amsterdam is een stad die leeft. Een stad die nooit slaapt en die zichzelf iedere dag opnieuw uitvindt. Een stad die voortbouwt op een lange historie en een traditie van vrijheid, creativiteit en innovatie. Voor deze geweldige stad mogen wij ons dagelijks als Amsterdamse ambtenaren inzetten. Een voorrecht én een grote opgave.

Een van de verhalen die mij erg raakte, is het verhaal van Yohannes. Het is niet niks om je geboorteland achter te laten en aan de andere kant van de wereld helemaal opnieuw te beginnen. Ik ben blij en trots dat we als gemeente Amsterdam jonge, talentvolle mensen - van allerlei achtergronden - de kans geven om het beste uit zichzelf te halen en dat aan de stad te geven.

Ik ben nu enkele maanden in dienst als gemeentesecretaris en word nog dagelijks in positieve zin geconfronteerd met de energie die hier in de organisatie heerst. Hoe uitdagend een vraagstuk ook is, van veiligheid tot duurzaamheid en van leefbaarheid tot sociale zekerheid, de inzet en betrokkenheid bij het werk om de stad beter, mooier en rechtvaardiger te maken is enorm.

Ik hoop dat je nieuwsgierig bent geworden om meer over onze collega’s te lezen en van hen te zien. Ik vind het belangrijk dat we komend jaar nieuwsgierig naar elkaar blijven. Dat we elkaar blijven opzoeken en in alle openheid het gesprek met elkaar voeren. De verhalen in dit verslag vormen alvast mooie inspiratie hiervoor!

In dit sociaal jaarverslag komen prachtige en persoonlijke verhalen aan bod. Je leest over collega’s die de straten begaanbaar en leefbaar maken, of die bij kwetsbare Amsterdammers op bezoek gaan. Over collega’s die onverwachte talenten ontdekken en hiermee anderen inspireren. En over collega’s die zich ook buiten het werk om inzetten voor de stad en de Amsterdammers.

Peter Teesink, gemeentesecretaris en algemeen directeur van de gemeente Amsterdam

Ook zijn er gesprekken gevoerd, steeds door twee collega’s op het ‘Amsterdam-bankje’, over onderwerpen die voor ons als organisatie belangrijk zijn. Zoals het hebben van respect voor elkaars verschillen en gelukkig en gezond je werk kunnen doen.


Voorwoord

Yardena Shitrit

‘Alles wat wij doen, doen we voor de Amsterdammer’


Voorwoord Yardena Alles wat wij doen, doen we voor de Amsterdammer. In dit sociaal jaarverslag laten we zien hoe dit er in de praktijk uit ziet. ‘Een inclusieve organisatie, in dienst van Amsterdam en de Amsterdammers’. Deze ambitie benoemde ik in het sociaal jaarverslag van vorig jaar. In dit sociaal jaarverslag kun je onder andere lezen over de pilot inclusief werven en selecteren. Deze pilot geeft aan hoe we ons als organisatie inzetten voor een divers personeelsbestand. Dat begint helemaal in het begin: bij het werven van nieuwe collega’s. En valt of staat met het goede voorbeeld in de top. We zijn nu een jaar verder en hebben deze ambitie weer een stukje verder ingekleurd. Een diverse en inclusieve organisatie, waarbij de mensen die voor onze organisatie werken een goede afspiegeling vormen van de stad. Daar maken we ons al jaren hard voor. Ik ben trots op het feit dat 44% van onze managementposities wordt ingevuld door een vrouw. Dat percentage is hoger dan in de andere grote gemeenten. We blijven ons inzetten tot de man-vrouw verdeling 50-50 is.

7

Daarnaast is het belangrijk om met elkaar in gesprek te blijven. Met bewoners, omdat zij het kloppend hart vormen van onze wijken en buurten. En met elkaar als collega’s, om te praten over talent, ontwikkeling en groei. De filmpjes die je op meerdere plekken terugvindt in dit verslag geven prachtig weer dat het iedereen in onze organisatie aangaat. Het gesprek voeren daarover is belangrijk én leuk. Ik wil alle collega’s bedanken voor hun geweldige inzet het afgelopen jaar. Waarin we de stad weer een beetje mooier en prettiger hebben gemaakt. Ik gun iedereen in de organisatie dat je volledig jezelf kan zijn, dat je gewaardeerd wordt om wie je bent en beoordeeld wordt op wat je kunt. Yardena Shitrit Chief HR Officer Directeur Personeel en Organisatieontwikkeling Wil je weten wat andere collega’s onze organisatie gunnen? Bekijk dan het filmpje. Gebruik hiervoor de QR code onderaan deze pagina.

Veel collega’s zijn ook buiten hun werk om betrokken bij te stad. Op allerlei manieren. Vaak door mensen te helpen die wel een extra steuntje kunnen gebruiken: om hun huishouden op orde te houden of om mee te draaien in de maatschappij.

Scan de QR code of klik op de code in de pdf om het filmpje te bekijken


Onderwerpen

Ons werk voor de stad n

Hulp bij het huishouden

10

n

Inclusief werven en selecteren

20

n

Technologie voor een schone stad

12

n

Traineeprogramma voor statushouders

22

n

De stad autoluw

14

n

Meedenken, meepraten, meedoen

24

n

Oog voor mensen met een (onzichtbare) beperking

16

n

De gemeente verbouwt

26

n

Samenwerken met sociale partners

18



Ons werk voor de stad

Hulp bij het huishouden

'Ons werk gaat verder dan controleren of het schoon is’


Hulp bij het huishouden Cynthia Kembel en Annechien Cosijn zijn beide toezichthouders van het team Toezicht Wmo (wet maatschappelijke ondersteuning) bij de GGD Amsterdam. Zij vertellen over de huisbezoeken aan Amsterdammers die gebruik maken van de Wmo-voorziening hulp bij het huishouden. Wat houdt jullie werk in? Annechien: “Wij houden toezicht op de kwaliteit van de Wmovoorziening hulp in het huishouden. Het doel is om te kijken of de aanbieders zich houden aan de gestelde eisen die in hun contract staan met de afdeling Zorg van de gemeente.” Cynthia: “De gemeente heeft een maatstaf vastgesteld waarin staat wat er nodig is voor een schoon en leefbaar huis, welke huishoudelijke taken uitgevoerd moeten worden en met welke frequentie. Dat controleren we door thuis bij cliënten een inspectie te doen en met ze in gesprek te gaan over hoe ze hun hulp bij het huishouden ervaren.” Hoe waren de resultaten in 2018? Annechien: “Bij 88 procent van onze huisbezoeken vonden wij de woning voldoende schoon en leefbaar. Afgelopen zomer lag de focus vanuit de gemeente op het verbeteren van de vervanging bij afwezigheid van de vaste hulp.” Cynthia: “De continuïteit moet gewaarborgd worden, daar zijn van tevoren afspraken over gemaakt met de aanbieders en dat is afgelopen vakantieperiode verbeterd.”

Maken jullie schrijnende gevallen mee? Annechien: “Helaas wel, het gaat soms om zeer kwetsbare mensen voor wie een schoon huis essentieel is. Bijvoorbeeld voor mensen met longproblemen of een stoma moet het echt heel schoon zijn. Er zijn weleens mensen die de deur opendoen en daarna tien minuten op adem moeten komen. Als je dan merkt dat hun woning stoffig is, dan gaat er iets niet goed.” Cynthia: “Dat koppelen we terug naar de aanbieder om ervoor te zorgen dat het wel goed komt en dat de aanbieder zijn werkwijze verbetert. Het is mooi werk om de leefomstandigheden voor deze mensen te kunnen veranderen.” Wat voor verschil kan jullie werk maken? Cynthia: “We horen over eenzaamheid en overbelaste mantelzorgers, dit geven we door aan de juiste partijen. Vooral de eenzaamheid is een schrijnend probleem bij deze groep.” Annechien: “De signalen die we ophalen geven input aan beleidsmakers bij de gemeente en bij de aanbieders, wat gaat er wel en wat gaat er niet goed. Hopelijk leidt dit tot verbeteringen. Ons werk gaat verder dan controleren of het schoon is.”

11

Wmo Wmo staat voor Wet maatschappelijke ondersteuning. In deze wet staat hoe gemeenten zoals Amsterdam ervoor moeten zorgen dat mensen zolang mogelijk thuis kunnen wonen en zo goed mogelijk mee kunnen doen in de samenleving. De Wmo is er voor iedereen die vanwege een bepaalde situatie of aandoening (tijdelijk) niet zelfredzaam is. Bijvoorbeeld voor ouderen die slecht ter been zijn, maar ook slachtoffers van huiselijk geweld en mensen met een psychische aandoening. Amsterdam biedt verschillende soorten ondersteuning (voorzieningen) aan. Hierbij kun je denken aan dagbesteding, hulp bij het huishouden, het aanbieden van aanvullend openbaar vervoer en woonaanpassingen.


Ons werk voor de stad

Technologie voor een schone stad

‘Het heeft ons werk makkelijker gemaakt’


Technologie voor een schone stad Bij Stadswerken is Sander Siegmann programmamanager innovatie. Naim Aarras is servicemedewerker bij de afdeling Infra & Service. Samen vertellen zij over hun ervaringen met de nieuwe manier van werken bij Stadswerken.

de melding er al instaat. “Op dag één kleurt de melding groen, dag twee wordt hij oranje en op de derde dag rood, want een melding moet binnen drie dagen zijn opgelost”, vult Sander aan, “en op deze manier lukt dat goed.”

“In de vorige bestuursperiode is besloten dat het onderhoud en beheer van de openbare ruimte met dertig miljoen euro per jaar minder gedaan moet worden”, vertelt Sander. Dit besluit bracht een aantal veranderingen met zich mee. “Een logisch gevolg was het samenbrengen van al het dagelijks beheer van de openbare ruimte in de directie Stadswerken. De besparing wordt gehaald door grootschaliger in te kopen en ook door in het werk meer gebruik te maken van data en technologie: door informatie gestuurd dagelijks beheer.”

Hoogste cijfers De nieuwe manier van werken brengt zeker ook kosten met zich mee. “Denk aan de aanschaf van de software, de tablets, en het trainen van de collega’s”, zegt Sander. “Maar het levert vooral veel op. We kunnen met behulp van data steeds scherper plannen. Zo kunnen we ervoor zorgen dat we daar werken waar dat het meest nodig is. Daardoor zijn de afhandeltermijnen van meldingen zo verkort dat bewoners Infra & Service nu de hoogste cijfers geven over hoe een melding is afgehandeld.” Naim voegt toe dat deze manier van werken ook een stuk plezieriger is. “Het is nu altijd meteen duidelijk wat je moet doen, er zitten niet allemaal extra schakels tussen. Het heeft ons werk makkelijker gemaakt.”

Printje Stadswerken is verantwoordelijk voor het dagelijks beheer van de openbare ruimte in de stad. “Van Civiele constructies en Groen tot Reiniging en Infra & Service”, vervolgt Sander. “Als er iets moet worden opgeruimd, schoongemaakt hersteld of beheerd, valt het onder ons.” Voorheen werd overal gewerkt met een grote papierwinkel met veel schakels. Werkinstructies werden op papier doorgegeven. Dat was niet bepaald efficiënt en doordat papieren door elkaar of zoekraakten, verliep ook lang niet alles zoals gewenst en was het overzicht krijgen lastig. “Als er ergens een tegel loszat of iemand was tegen een paaltje op gereden en dat stond daarna scheef, kwamen meldingen daarover bij ons terecht via een printje”, legt Naim Aarras uit. “Vervolgens bekeken we welke route we het beste konden rijden. Maar we liepen ook wel achter de feiten aan. Of hadden net niet de juiste spullen bij ons.” Tablet Nu komt bij de servicemedewerkers van Stadswerken elke melding die een burger of collega doet binnen vijf minuten op een tablet binnen. Naim: “Het systeem categoriseert meteen of het bijvoorbeeld gaat om zwerfvuil, grofvuil of om een beschadiging. Daardoor zie je precies wat waar moet gebeuren en welke materialen je daarvoor mee moet nemen. De onderlinge communicatie verbetert erdoor, net als de samenwerking met andere diensten.” Het is niet verrassend dat hiermee een enorme efficiëntieslag is gemaakt. Het systeem geeft ook aan hoe lang

Even wennen In de nabije toekomst zal de efficiënte manier van werken alleen maar toenemen. Sander: “We krijgen steeds beter zicht op wat er in de stad te doen is. We zijn nu ook bezig om zelf pro-actiever meldingen te kunnen doen. Collega’s doen dat al, maar met slimme technologie kan bijvoorbeeld via camera’s nog veel meer snel worden geregistreerd.” Zit er dan helemaal geen keerzijde aan dit nieuwe systeem? “Eigenlijk niet”, lacht Naim. “Sommige collega’s moeten er even aan wennen, zeker als ze geen ervaring hebben met een tablet en daardoor bang zijn dat ze het niet kunnen. Maar het is zo makkelijk te leren, je moet alleen even een drempel over. En leren dat het niets geeft als je af en toe een foutje maakt.”

13

Stadsbeheer In 2019 heeft het college van B&W er definitief over besloten, maar de voorbereidingen zijn al langer aan de gang. We hebben het over het nieuwe cluster Stadsbeheer. Stadsbeheer houdt de Amsterdamse openbare ruimte schoon, heel en veilig. Dit gebeurt straks met ruim 2200 collega’s in de directies Stadswerken, Toezicht en Handhaving Openbare Ruimte en Afval en Grondstoffen. Stadswerken De directie Stadswerken is op 1 september 2018 gestart. Stadswerken is een organisatie met ruim 1200 collega’s. Zij zijn verantwoordelijk voor het dagelijks schoonhouden van de stad, het verzorgen van het groen en het onderhouden van alle wegen, stoepen, pleinen, tunnels, bruggen en kades. Medewerkers werkten eerst verspreid over negen organisatieonderdelen en nu in één directie. Hierdoor werken we in de hele stad op dezelfde manier. En door meer gebruik te maken van data en moderne technieken kunnen de medewerkers dáár in de stad werken, waar en wanneer het nodig is. Voordelen De nauwe samenwerking van deze directies binnen één cluster zorgt voor goede dienstverlening aan de Amsterdammer. En zoals je ook in het interview met Sander en Naim kon lezen: het vergroot de mogelijkheden voor innovatie en vernieuwing. Wat daar bij komt: het samenwerken in één cluster maakt dat medewerkers meer ruimte hebben om hun vak bij te houden of om intern naar een andere plek door te groeien.


Ons werk voor de stad

De stad autoluw

‘Iedereen voelt de urgentie’


De stad autoluw Amsterdam autoluw maken past goed binnen het thema ‘duurzaamheid’ dat de afgelopen jaren steeds belangrijker is geworden. Wat niet iedereen weet is dat de gemeente al zeker veertig jaar met autoluw bezig is. De laatste jaren met veel resultaat. Dirk Iede Terpstra (42) is er al bijna twintig jaar bij betrokken. We vragen hem naar de stand van zaken. Wat heeft autoluw inmiddels opgeleverd? “Voor het gebied rond het Muntplein hebben we echt keuzes gemaakt. Al langer was duidelijk dat dit kruispunt een probleem zou worden. In de nota De Bereikbare Binnenstad uit 2013 werd daarom een wensbeeld opgenomen voor 2025 om in stadsdeel Centrum veel meer ruimte voor voetgangers en fietsers te creëren ten koste van ruimte voor autoverkeer. Het idee was om dit stapsgewijs te doen. Onder meer doordat de politiek heeft doorgepakt, was in 2016 de Munt al autoluw en is in 2017 het plein opnieuw ingericht.” En dat is niet het enige? “Zeker niet. De Paleisstraat en de Prins Hendrikkade - net als de Munt routes met veel autoverkeer - zijn het afgelopen jaar afgesloten voor autoverkeer. Samen met de maatregelen rond het Muntplein zorgt dit ervoor dat het genoemde wensbeeld voor 2025 al in 2018 is gerealiseerd. Jaren eerder dus dan in 2013 verwacht. Door de circulatiemaatregelen kan nu op veel plekken de openbare ruimte opnieuw worden ingericht met meer ruimte voor voetgangers, fietsers en openbaar vervoer. Een mooi voorbeeld is de herinrichting in 2018 van de Amstel tussen Blauwbrug en Muntplein. Ook hier is veel meer ruimte gekomen voor fietsers en voetgangers. Je kunt nu weer lopen langs de waterkant en de stoep langs de huizen is verbreed.” Hoe verklaar je dat het zoveel sneller gaat dan was voorzien? “Iedereen voelt de urgentie. Of je nou als voetganger, fietser of automobilist op straat bent, en of je nou bewoner, bezoeker of ondernemer bent, het is duidelijk dat er iets moet gebeuren. Dat maakt de veranderingsbereidheid in de stad groot. Natuurlijk is er ook weerstand. Bewoners zijn bang hun parkeerplaats voor de deur kwijt te raken bijvoorbeeld. Winkeliers vrezen dat klanten wegblijven als ze wat lastiger met de auto kunnen komen. Maar mensen realiseren zich steeds meer dat het ook veel oplevert, zoals een aantrekkelijker leef- en winkelgebied.

15

We zien dat inmiddels ook in andere stadsdelen. De druk neemt toe, en daarmee ook de bereidheid van de betrokkenen om mee te gaan in de veranderingen.” En hoe nu verder? “De nieuwe coalitie heeft vorig jaar een ambitieuze Agenda Autoluw aangekondigd. Daarin moet het niet alleen over de Binnenstad of stadsdeel Centrum gaan, maar over de hele stad. Genoemde onderzoeksrichtingen als ‘Binnenstad zoveel mogelijk autovrij’, of ‘meer ruimte in stadsstraten voor voetganger en fietser’ klinken misschien ingrijpend, maar het is eigenlijk een logisch vervolg op waar we in het centrum al langer voortvarend mee bezig zijn.” Waar ligt nu de grootste uitdaging? “Om een substantieel verschil te maken zal er ook echt minder autoverkeer de stad in moeten. En de footprint van de auto moet kleiner worden, zoals we dat noemen. Hoe dit te bereiken wordt dit jaar uitgewerkt in de agenda Autoluw. Een van de manieren om ruimte te maken is het aantal parkeerplaatsen drastisch verminderen. De coalitie heeft als doel om in 2025 zevenduizend tot tienduizend parkeerplekken te hebben opgeheven. Dat is best veel, maar dat gaat geleidelijk. We spreiden het over de stad. Autoluw gaat inmiddels niet alleen meer over het centrum.”


Ons werk voor de stad

Werken met een beperking

‘Om iets te veranderen moeten we uit de anonimiteit komen’


Werken met een beperking Mieneke van der Jagt, beleidsadviseur Sport, en Harriëtte Gussenhoven, beleidsadviseur Werk, Participatie en Inkomen, zitten in SNAB, het stedelijk netwerk voor ambtenaren met een beperking. Mieneke is doof en Harriëtte is slechthorend. Het netwerk zet zich in voor betere werkomstandigheden voor collega’s met een handicap of chronische ziekte. Geen rolstoeloprit naar het leuke podium in een plaza waar jouw team vergadert. Een flexplek waar de zon zo fel op schijnt dat de collega met een hersenbeschadiging meteen hoofdpijn krijgt. Het zijn nog maar een paar van zaken die SNAB bij de gemeente aankaart, met als doel de werkomstandigheden van mensen met een beperking beter te maken. Spreekuur Mieneke van der Jagt en Harriëtte Gussenhoven vormen met vijf andere collega’s het kernteam van SNAB. Zij organiseren bijeenkomsten en een maandelijks spreekuur, steeds in een ander stadsdeelkantoor. Hier kunnen medewerkers met een beperking terecht met vragen en opmerkingen als ‘Waar moet ik zijn voor een hulpmiddel?’ of ‘Mijn collega’s begrijpen niet waar ik tegenop loop want mijn beperking is onzichtbaar’. Naar schatting een op de acht ambtenaren heeft een beperking. Dat kan een visuele, auditieve of motorische beperking zijn. Maar ook een ‘onzichtbare’, zoals de ziekte van Crohn, niet-aangeboren hersenletsel of bijvoorbeeld de nasleep van chemobehandelingen. Toegankelijkheid SNAB wordt net als andere platforms als het Roze Ambtenaren Netwerk (RAN), het Culturele Ambtenaren Netwerk (CAN) en het Jonge Ambtenaren Netwerk (JAN) gesteund door de gemeente (Programma Amsterdam Inclusieve Organisatie). Zij komen in de vorm van platformbijeenkomsten bij elkaar om ervaring te delen en samen te werken. Mieneke: “De afgelopen twee jaar heeft de gemeente in overleg met SNAB veel gedaan aan het toegankelijk maken van ICT voor mensen met een beperking. Zo worden bijvoorbeeld films met een interview met de burgemeester en de blogs van het GMT ondertiteld. Maar er is nog best wat werk te doen voor SNAB. De verhogingen in sommige plaza’s waar je lekker afgescheiden kunt overleggen met je team, hebben niet altijd een oprit voor rolstoelen. Ook de pantry’s zijn vaak te hoog voor mensen in een rolstoel.”

Brandweer Voor SNAB-vergaderingen is het altijd goed zoeken naar een geschikte vergaderruimte. Mieneke: “Van de brandweer mogen we niet met veertien rolstoelen op de vierde verdieping zitten. We zijn dus aangewezen op een vergaderruimte op de begane grond. Daar moet dan weer net het licht goed zijn en een toilet in de buurt.” Harriëtte: “In het gebouw van de Amsterdamse School aan de Prins Hendrikkade is een lokaal waarvan de muren bedekt zijn met zacht materiaal waardoor het geluid niet galmt. Dat is ideaal voor slechthorenden. Er is ook een liftplateau geïnstalleerd in de stoep voor de traptreden. En op ooghoogte van de rolstoelgebruiker is nu een deurbel die flitst als hij overgaat.” Meelachen Aan concrete obstakels valt in de meeste gevallen iets te doen. Het gedrag van collega’s is veel moeilijker te beïnvloeden. Mieneke: “Als er in een groep wordt gelachen, kan ik vaak niet meelachen. Mensen vergeten nog wel eens dat ik doof ben. Natuurlijk kun je vragen wat de grap was, maar dan is het moment alweer voorbij.” Ook raadscommissies met veel mensen en vluchtige gesprekjes in de wandelgangen zijn een probleem. Mensen staan met hun rug naar elkaar toe of roepen elkaar nog wat na. Harriëtte: “Dat verstaan wij niet. Wij moeten een gezicht zien om een gesprek te kunnen voeren.” Wensen voor de toekomst Om de werkomstandigheden te kunnen verbeteren, wil SNAB meer collega’s met een beperking bij het kernteam betrekken. Het bestaat nu uit vijf actieve leden en twee op afroep. Mieneke: “Hiervoor moeten we beter onder de aandacht brengen wat we doen en hoe we bereikbaar zijn.” Harriëtte: “Van de vijf SNAB-kernteamleden hebben er vier een auditieve beperking. Zij zijn hartstikke enthousiast. Maar het zou mooi zijn als er ook mensen bijkomen met andere beperkingen. Het kernteam zou een afspiegeling moeten zijn van alle medewerkers met een beperking.” Daarom doen Mieneke en Harriëtte een oproep aan collega’s die gehoord willen worden om contact op te nemen. Mieneke: “Het is belangrijk dat zij zich melden met hun vragen en opmerkingen over waar ze tegenaan lopen. Alleen als zij uit de anonimiteit komen, kunnen we iets veranderen.”

17

SNAB SNAB staat voor Stedelijk Netwerk Ambtenaren met een Beperking. SNAB is een netwerk voor en door medewerkers met een beperking of chronische ziekte. Het doel van SNAB is om de zichtbaarheid van medewerkers met een beperking te vergroten en om kennis en ervaring te delen. Zo verbetert SNAB de positie van collega’s met een zichtbare of onzichtbare arbeidsbeperking binnen de organisatie. Mieneke en Harriëtte laten in hun interview zien hoe zij dat doen. Medewerkers met een beperking kunnen op hun werk tegen zaken aan lopen waar andere collega’s geen last van hebben. Via het SNAB kun je in contact komen met collega’s die tegen dezelfde zaken aanlopen en daar misschien al oplossingen voor hebben. Zo hoeft niet iedereen opnieuw het wiel uit te vinden. Daarnaast kun je gezamenlijk optrekken om dingen voor elkaar te krijgen. Ook kan het netwerk signalen opvangen uit de organisatie en doorgeven aan het management.

Scan de QR code of klik op de code in de pdf om het filmpje te bekijken


Ons werk voor de stad

Samenwerken met sociale partners

‘Meer sociaal inkopen, dat is gelukt’


Samenwerken met sociale partners Ying Hung Lee en Yong Haselaar, adviseurs social return, vertellen over de initiatieven die er zijn om mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk te helpen. Waar zijn ze trots op en wat maakt hun werk zo leuk? Wat doen jullie als adviseurs social return? Yong: “De gemeente koopt veel in. Bij bepaalde opdrachten is er een social return verplichting: dat houdt in dat onze opdrachtnemers als sociale tegenprestatie zich inzetten voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Dat doen ze door hen aan het werk te helpen of op een andere manier. Mijn rol is ervoor te zorgen dat de inkooporganisatie hierover wordt geadviseerd. ” Ying Hung: “Ik voer de gesprekken met de bedrijven die te maken krijgen met deze social return verplichting en probeer ze te koppelen aan de sociale doelstellingen van de stad. Wij zijn spin in het web en maken zoveel mogelijk verbindingen.” Welke initiatieven op gebied van Social Return zijn er? Yong: “Pantar heeft een voorkeurspositie bij de gemeente Amsterdam, het is het grootste werk-leerbedrijf dat werk biedt aan Amsterdammers met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Het gaat om schoonmaakwerk, inpakwerk, de post en de groenvoorziening. En ze maken ook producten: Mooie tafels van gerecycled hout en mozaïekbanken. Wij stimuleren andere bedrijven om de samenwerking aan te gaan met Pantar. Op die manier geven ze invulling aan social return en doen ze iets sociaals terug voor Amsterdam.” Ying Hung: “Naast Pantar, kopen we in bij sociale firma’s. Dat zijn bedrijven waar meer dan dertig procent van de medewerkers een grote afstand tot de arbeidsmarkt heeft. Tegelijkertijd verdienen zij ook een minimale omzet uit de verkoop van goederen of diensten. Voorbeelden zijn restaurant Freud; hier werken mensen met een psychiatrische achtergrond als dagbesteding. En Brouwerij De Prael biedt werk aan mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Shoot Medialab biedt jongeren werkervaringsplekken, zij produceren webvideo’s en opdrachtfilms. We hebben ons eigen filmpje over social return daar laten maken.” Yong: “Als je van opdrachtnemers en collega’s vraagt om sociaal in te kopen, moet je zelf het goede voorbeeld geven. Wij zijn bijvoorbeeld als teamuitje naar CtheCity gegaan. Dat is een so-

ciale firma waar je kunt ervaren hoe het is om als blind persoon de stad te verkennen. Ook deden we onze teamsessie bij buurtboerderij Ons Genoegen.” Op welke resultaten uit 2018 zijn jullie trots? Yong: “We zijn de boer opgegaan om te zorgen dat onze collega’s meer sociaal inkopen en dat is gelukt. De collega’s bij de inkoopafdelingen en opdrachtgevers vinden ons steeds beter. Bij projecten waar voorheen niet aan Pantar en sociale firma’s werd gedacht, gebeurt dit nu steeds vaker. Daar zijn we heel trots op.” Wat is het leuke aan jullie werk? Ying Hung: “Het is mooi om mensen te helpen door een goede match te maken. Zoals de jongeren van Shoot Medialab die dankzij ons nieuwe vaardigheden hebben geleerd op het gebied van film maken.” Yong: “We doen het voor de mensen die het nodig hebben, die anders niet of moeilijk aan het werk komen. Het kan jou of mij ook overkomen dat je door omstandigheden werkloos thuis komt te zitten. In ons team is het voor iedereen een drijfveer om iets goeds te doen voor een ander.”

19

Social return Amsterdam vindt dat haar investeringen, naast het gewone rendement, ook sociale winst moet opleveren. Deze sociale winst noemen we social return. De meest gebruikte vorm is om social return op te nemen als contracteis in aanbestedingen. Hiermee worden opdrachtnemers verplicht iets sociaals terug te doen. Een aantal mooie voorbeelden van hoe social return werkt in de praktijk, kun je lezen in het interview met Ying en Yong. Andere toepassingen van social return zijn: n Het opnemen van een social return paragraaf in een subsidieverstrekking. n Uitvragen van een plan van aanpak sociale duurzaamheid bij tenders. n Aanbieden van een adviesgesprek social return aan bedrijven die vrijwillig iets willen doen.


Ons werk voor de stad

Inclusief Werven en selecteren

'We willen een afspiegeling van alle Amsterdammers zijn’


Diversiteit en inclusie Adjunct directeur Projectmanagementbureau (PMB) Gijs Mol vertelt over zijn ervaringen met de pilot inclusief werven en selecteren. Een andere manier van werven zorgde voor meer diversiteit bij PMB. Samen met Anneke de Zwart (personeelsadviseur PMB) en vijf andere enthousiaste PMB-collega’s, vormen zij de werkgroep ‘Inclusie en diversiteit PMB’. De achtergrond “Bij het Projectmanagementbureau werken we met vijfhonderd mensen. Andere onderdelen van de gemeente Amsterdam huren ons in als ze expertise nodig hebben op het gebied van project, proces- en programma management voor zowel het fysieke als het sociale domein. Omdat we zo breed werken, is het van belang dat we een breed pallet aan mensen hebben die we op verschillende plekken kunnen inzetten. Wij zijn er voor alle Amsterdammers. De laatste paar jaar merkten we dat de samenstelling van ons personeel steeds eenzijdiger werd. De instroom bestond vooral uit jonge vrouwen met dezelfde studie, politieke voorkeur en met een westerse achtergrond.” Op zoek naar diversiteit “De hoogste tijd om daar iets aan te doen. Binnen de gemeente is er het programma Amsterdam Inclusieve Organisatie (AIO) en ik ben één van de ambassadeurs. Binnen PMB zijn we een werkgroep ‘Inclusie en diversiteit PMB’ gestart. We adviseren de directie en hebben een concreet actieplan. Anneke zit daar als personeelsadviseur ook in. Bij PMB wilden we graag inclusiever werven en selecteren. We waren vooral op zoek naar junior projectmanagers met vijf tot zeven jaar werkervaring met een biculturele, niet westerse achtergrond, bij voorkeur ook mannen. Het programma AIO bood ons de primeur om een pilot inclusieve Werving & Selectie te starten.” Nieuwe manier van werven “Het programma AIO werkt intensief samen met het externe bureau IZI Solutions, zij zijn gespecialiseerd in vraagstukken op het gebied van inclusie en diversiteit. We keken samen met hen of de tekst van de vacature wel voldoende inclusief was. Dankzij IZI Solutions werd onze vacaturetekst via de juiste kanalen op de juiste plekken uitgezet, bijvoorbeeld via netwerkorganisaties als Colourful People, Agora Network en Echo. Zo bereikten we een bredere, nieuwe doelgroep. En naast universiteiten, gingen we

21

ook naar hbo’s en sportverenigingen. Daarnaast is aan de kandidaten de mogelijkheid geboden om met een videoboodschap te reageren. Ook hebben we op een meer diverse samenstelling van de sollicitatiecommissie gelet, want als je daar drie blanke vrouwen in zet, wat voor diversiteit straal je dan uit?” De resultaten “In deze lastige arbeidsmarkt hebben we ruim vierhonderd reacties gekregen, ons doel was om vijf mensen aan te nemen. Het zijn er zes geworden, waarvan drie met een niet-westerse achtergrond. Wel maar twee mannen, terwijl het doel drie was. En vier mensen met een hbo achtergrond, terwijl het voorheen altijd wo-niveau was. We zijn heel blij met het resultaat. Zonder deze pilot hadden we nooit zo’n divers gezelschap binnengehaald. Vervolgens is het belangrijk dat nu deze nieuwe collega’s eenmaal binnen zijn, er voor te zorgen dat ze zich ook thuis voelen bij ons. Daar besteden we ook aandacht aan met een introductieprogramma. Erg leuk om dit samen te doen met collega’s. De pilot heeft mij duidelijk gemaakt dat inclusie en diversiteit geen vanzelfsprekendheid zijn en veel verschillende reacties oproepen. Des te belangrijker om als leidinggevende je uit te spreken en een koers uit te zetten. De hulp van professionals is daarbij enorm stimulerend en verrijkend. Nieuwsgierigheid, respect en waardering zijn voor mij daarbij essentieel. Zijn we als organisatie wel nieuwsgierig genoeg en nemen we de tijd om elkaar goed te leren kennen?”

Kaderkopjeen inclusie Diversiteit Om midden de stad staan, om te wetenadipiscing wat er speelt om et Lorem ipsumindolor sit te amet, consectetuer elit. en Vivamus samen kunnen werken, wil Amsterdam een organisatie zijn die een neque.te Proin ac pede vehicula ipsum sodales facilisis. Lorem ipsum afspiegeling is van de beroepsbevolking deAenean stad. Een diverse dui en indolor sit amet, consectetuer adipiscing in elit. vehicula, at clusieve organisatie. Onder een inclusieve organisatie verstaandui werisus een ornare blandit, mi orci ullamcorper magna, id consectetuer organisatie dieNam verschillen tussen mensen optimaal reconvallis felis. condimentum mi vel benut odio. voor Morbieen sapien. Suspensultaat voor Donec de stad.bibendum, Bij verschillen kun je porttitor denken aan verschillen disse lacus. nunc sed tincidunt, orciinarcu leeftijd, seksuele nationaliteit, (on)zichtbare bepertinciduntgender, odio, at blanditoriëntatie, nisi lacus et odio. Donec tempus. Mauris king, religie, etc.

fringilla lorem sit amet pede. Praesent ac magna. Nulla lobortis vestibulum metus. Curabitur facilisis diam eu lacus. Fusce tortor tortor, Amsterdam Inclusieve Organisatie elementum eget, convallis non, elementum ut, nibh. Suspendisse at Het programma Amsterdam Inclusieve Organisatie (AIO) zet zich, samen nisl ut leo sodales consequat. Phasellus sit amet orci. Integer nibh. met medewerkersnetwerken, leidinggevenden, P&O adviseurs en ambasNam eros convallis euismod adipiscing, sadeurs, in mi, voorpharetra diversiteitdapibus, en inclusie. Ondervel, andere door inclusief werven nunc. Suspendisse fringillaDe pellentesque Praesent sed lacus. en selecteren uit te breiden. pilot van Gijsnunc. is daar een voorbeeld van. Medewerkersnetwerken binnen de gemeente zijn het Roze Ambtenaren Sed in sapien. consequat risus.Netwerk Donec eros erat, sollicitudin Netwerk (RAN), Nulla Culturele Ambtenaren (CAN), Jonge Ambtenanec,Netwerk mollis eget, sit amet, risus. Nunc lobortis. Duis susciren (JAN),bibendum Stedelijk Netwerk voor Ambtenaren met een Beperpit. Nunc erat dui, pellentesque luctus eu, commodo a, leo. king (SNAB), Gideonsbende en het id, Vrouwennetwerk.

Donec ultrices condimentum tortor. Fusce luctus quam laoreet sem. Mauris non Inclusie in deneque. top Ut risus. Pellentesque convallis. Curabitur tortor. Vanuit hetdolor college en desit Raad bestaat denec, wensconsequat dat ook heta,topAenean nisl,B&W ultricies amet, mattis elit. In management meer divers wordt. team Management Development tincidunt pede imperdiet nunc.Het Aenean nunc dolor, eleifend nec, (MD) van id, de nonummy gemeente Amsterdam samen met AIOneque aan deut slag met pulvinar non, neque.is Donec luctus, accumsan creatieve oplossingen om heterat, bestaande werving- en selectieproces kridictum, nisl turpis tempus quis consequat pede libero ut mautisch te bekijken en waar nodig passen inclusiever te maken.Sed ris. Quisque nulla. Morbi nec aan orcite nec velit en euismod sollicitudin. tempus nisl ac lectus. Vestibulum ante ipsum primis in faucibus orci

Werving selectie luctus et en ultrices posuere cubilia Curae; Bij werving en selectie kan bewust en onbewust in stereotypes en vooroordelen worden gedacht. Dat maakt het makkelijker om te selecteren, maar Donec erat mi, dapibus sit amet, malesuada non, molestie a, enim. het heeft ook risico’s: Sed volutpat felis eget quam. Nunc non mauris. Nulla facilisi. Donec n stereotypering en vooroordelen kan mensen bij voorbaat uitsluiten; in massa eget enim pulvinar vestibulum. Mauris eu felis sed dui faucin de beste persoon komt zo niet altijd op de juiste plek; bus pellentesque. Aenean pellentesque hendrerit metus. Pellentesn het uitsluiten van mensen kan tot (onbewuste) discriminatie leiden.

que posuere, turpis ut elementum convallis, diam eros tincidunt mi,

non condimentum leostad turpis tincidunt NuncWorden ac arcu alle vestibuVragen als: Beschikt de over de juistepurus. netwerken? kanalumbinnen lorem en tincidunt semper. Pellentesque suscipit nisi atBeschikken sapien. len buiten de gemeente op de juiste wijze benut? Nunc sagittis erat justo.enPellentesque risus, tincidunt id,onplawij over de juiste enat kennis expertise? zijntortor daar bij relevant. Dit zijn cerat in, congue eget, derwerpen waar we in deurna. hele organisatie ook in 2019 een verschil mee wensen te maken. Wil je ambassadeur worden? Meld je dan aan via inclusie@amsterdam.nl

Scan de QR code of klik op de code in de pdf om het filmpje te bekijken


Ons werk voor de stad

Traineeprogramma voor statushouders

‘Ik droom ervan de relatie tussen Nederland en Oost-Afrika te versterken’


Traineeprogramma voor statushouders Landbouwingenieur Yohannes Tecle Berhe (38) leerde als trainee bij het Young Professionals Programma voor Statushouders (YPPS), een talent- en ontwikkelprogramma voor hoogopgeleide statushouders, veel van en over zijn Amsterdamse collega’s. Hij droomt ervan om met zijn opgedane kennis de relatie tussen Oost-Afrika en Nederland te versterken. Yohannes houdt niet van de kou. Dan liever de temperatuur in zijn vaderland Eritrea, die zo tussen de 26 en 40 graden ligt. Vier jaar geleden moest Yohannes Eritrea ontvluchten omdat hij op een zwarte lijst van de regering stond. Met een Nederlandse studiebeurs haalde hij in anderhalf jaar zijn masterdiploma als hydraulisch ingenieur in Delft. Met zijn titel op zak vroeg Yohannes asiel aan kwam terecht in een asielzoekerscentrum (azc). Hier hielp hij COA-medewerkers om het leven van de azc-bewoners te verbeteren. Dit kwam de projectleider van YPPS ter ore die hem uitnodigde trainee bij de gemeente Amsterdam te worden. Na een stoomcursus Nederlands aan de UvA vertrok hij in april 2017, een jaar na zijn aankomst in het azc, naar Amsterdam. Vragen Yohannes deed zijn eerste YPPS-opdracht voor het gemeentelijk ingenieursbureau. Vanaf januari maakt hij zijn tweede opdracht voor Projectmanagement bureau (PMB); een maatschappelijke kosten-batenanalyse over eenzaamheid. “Ik heb helemaal geen verstand van financiën. Maar tijdens mijn traineeship heb ik geleerd dat je anderen kunt vragen wat je niet weet. In mijn geboorteland moest ik alles zelf uitzoeken.” Het traineeship helpt ook met de taal en inburgering. “Ik spreek nu Nederlands op een hoger en abstracter niveau en ik heb leren netwerken. Ik heb vrienden bij de gemeente en een taalbuddy. Zij leren me onder meer hoe zij leven.”

Vakantie Yohannes was er al snel achter dat het er bij Nederlanders thuis totaal anders toegaat dan bij Eritrears. “Soms denk ik ‘What the hell is this’. Nederlanders besteden hun geld liever aan vakanties dan aan mooie spullen. En ze kopen alleen wat ze op een dag eten. In mijn vaderland koop je veel eten en als er iemand langskomt eet hij mee.” Tijdens het eerste YPPS-trainingjaar komt behalve politiek, regels en de arbeidscultuur ook de manier waarop je omgaat met feedback aan bod. “Feedback vind ik lastig. In mijn eigen land is de werkdiscipline militair. Als een meerdere tegen je zegt wat je moet doen, voer je dat uit. Hier vertelt mijn baas mij wat ik moet leren en ik vertel hem wat hij moet verbeteren, haha.” Het traineeship heeft Yohannes hoop en zelfvertrouwen gegeven. “Doordat ik drie jaar werkervaring bij de gemeente Amsterdam heb opgedaan, kan ik ook buiten de gemeente werken waar ik wil. Ik kan niet terug naar Eritrea, maar ik droom ervan om op den duur met de kennis die ik in Amsterdam heb opgedaan de relaties tussen Oost-Afrika en Nederland te versterken. Bijvoorbeeld door de uitwisseling van informatie, het verstevigen van diplomatieke betrekkingen die leiden tot handel en het vaststellen van gemeenschappelijke veiligheidsdoelen.”

23

Kaderkopje Traineeships Bij de gemeente Lorem ipsum dolorAmsterdam sit amet, consectetuer werkt veel jong adipiscing talent,elit. bijvoorbeeld Vivamus et neque. via stages Proin enac traineeships. pede vehicula Het ipsum traineeship sodalesvan facilisis. Yohannes Loremisipsum het dolor sit amet, consectetuer YPPS-traineeship, speciaal bedoeld adipiscing voor elit.statushouder. Aenean vehicula, In 2018 dui at ornare er waren blandit, nog andere mi orci trainee ullamcorper programma’s: magna, id consectetuer dui risus convallis felis. Nam condimentum mi vel odio. Morbi sapien. Suspendisse lacus. Donec Vaktraineeship Bouw bibendum, & Gebruik nunc sed porttitor tincidunt, orci arcu tincidunt In 2018 isodio, de gemeente at blanditAmsterdam nisi lacus etals odio. eerste Donec gemeente tempus.gestart Mauris fringilla met eenlorem vaktraineeship. sit amet pede. Dit isPraesent het traineeship ac magna. Bouw Nulla & Gebruik lobortisvoor vestibulum metus. mbo-ers en hbo-ers. Curabitur Tien facilisis traineesdiam zijn vanaf eu lacus. november Fusce tortor 2018 voor tortor, elementum twee jaar aan eget, de slag convallis gegaan non, alselementum vergunningverlener ut, nibh. Suspendisse of handhaveratin nislbouw, de ut leo waarna sodalesze consequat. hun traject Phasellus eindigensitmet amet eenorci. specialisatie. Integer nibh. Nam eros Naast het werktraject mi, pharetravolgen dapibus, de convallis trainees vakinhoudelijke vel, euismod adipiscing, opleidinnunc.enSuspendisse gen trainingen op fringilla het gebied pellentesque van persoonlijke nunc. Praesent groei.sed lacus. Algemeen Sed in sapien. traineeship Nulla consequat risus. Donec eros erat, sollicitudin nec, In 2018 mollis zijneget, voorbereidingen bibendum sitgetroffen amet, risus. om Nunc in maart lobortis. 2019 de Duis 18e suscialpit. NuncTraineepool gemene erat dui, pellentesque Gemeente id, Amsterdam luctus eu,tecommodo starten. Era,was leo.weer Donec veel animo ultrices voorcondimentum het traineeship: tortor. 725Fusce aanmeldingen luctus quam voor laoreet zestiensem. traiMauris non neque. nee-plekken. In 2018 Utzijn risus. er Pellentesque zestien talenten convallis. aangenomen Curabitur dietortor. vanaf Aenean 1 maart 2019 dolor in nisl, dienst ultricies zullen sitkomen amet, mattis als trainee. nec, consequat a, elit. In tincidunt pede imperdiet nunc. Aenean nunc dolor, eleifend nec, pulvinar id, nonummy non, neque. Donec luctus, neque ut accumsan MRAtraineeship dictum, In 2018 maakten nisl turpis25 tempus trainees erat, deel quis uitconsequat van het Traineeship pede libero Metropoolut mauris. Quisque regio Amsterdam nulla. (TRMA). Morbi nec Hetorci TMRA nec velit is eeneuismod samenwerking sollicitudin. van Sed tempus nisl ac lectus. Vestibulum (semi-)overheidsorganisaties in deante metropoolregio ipsum primisAmsterdam in faucibus orci Het luctuszich richt et ultrices specifiek posuere op regionale cubilia kennisdeling Curae; en verbinding. Vrijwel alle kandidaten vervolgen na het traineeship hun loopbaan bij één Donec van de erat deelnemende mi, dapibus organisaties sit amet, malesuada in de Metropoolregio. non, molestie a, enim. Sed volutpat felis eget quam. Nunc non mauris. Nulla facilisi. Donec in massa G4 traineeship eget enim pulvinar vestibulum. Mauris eu felis sed dui faucibus pellentesque. Amsterdam maaktAenean sinds 2017 pellentesque deel uit van hendrerit het G4-traineeship. metus. PellentesHet que posuere, turpis G4-traineeship bevatuteen elementum tweejarigconvallis, programma, diamaangeboden eros tincidunt door mi, nongemeenten de condimentum Amsterdam, leo turpisUtrecht, tinciduntDen purus. Haag Nunc en Rotterdam. ac arcu vestibuHet lum lorem tincidunt G4-traineeship is gericht semper. op het Pellentesque binnenhalen suscipit en inzetten nisi at sapien. van jong Nunc sagittis erat hoogopgeleid talent at justo. in de vakgebieden Pellentesque financiën tortor risus, entincidunt control en id,inplacerat in, congue eget, urna. formatiemanagement. In september 2019 ronden de 32 trainees het traject af. Van alle trainees die sinds 2010 instroomden, werkt nog bijna 75 procent voor de gemeente in veel verschillende functies.


Ons werk voor de stad

Meedenken, meepraten, meedoen

‘Samen een proces aangaan is veel krachtiger en effectiever’


Meedenken, meepraten, meedoen Als aanjager van overheidsparticipatie is Aartie Mahesh op vele vlakken bezig om collega’s, burgers en ook andere partijen actief te betrekken bij ontwikkelingen in de gebieden van stadsdeel Nieuw-West. Op een stormachtige dag in maart spreken we met Aartie Mahesh. Vanuit een kamer in het stadsdeelkantoor waar we elkaar ontmoeten, kijken we rechtstreeks uit over Plein ‘40-‘45, waar de marktkramen de storm maar net weerstaan. “Amsterdam is zo’n boeiende stad!”, zegt Aartie vrolijk en energiek. “Zo kijk ik ernaar. Maar ik heb altijd aan de goede kant gestaan, waar de mooie dingen gebeuren. Ik vind het cool om voor de bewoners te mogen werken. Ik zit in allerlei netwerken, spreek zoveel mensen, daar kan ik erg van genieten.” Netwerken Die netwerken zijn een kracht maar tegelijkertijd een zwakte van het systeem, weet zij inmiddels. “Als je geen netwerk hebt, is het in Amsterdam heel moeilijk goed op de hoogte te zijn en samen iets voor elkaar te krijgen. Er is zoveel diversiteit in de stad, maar er zijn geen zuilen zoals vroeger, waar je automatisch toegang tot hebt.” Aartie vroeg zich al langer af hoe ze de mensen en netwerken uit de buurt meer kan betrekken bij wat er gebeurt. Wijzend op het plein: “Je kunt wel van bovenaf vertellen hoe je zo’n markt anders wilt inrichten en dat iedereen verantwoordelijk is voor hoe het eruit ziet. Maar het is veel krachtiger en effectiever als je samen zo’n proces aangaat.” Design Thinking-methode Samen betekent met de gebiedsteams die de buurt en de mensen kennen. Maar samen betekent voor Aartie bovenal met de BOB (bewoners, ondernemers en bezoekers) zelf. “Als zij vanaf het begin veranderingen mee mogen vormgeven, zullen zij zich niet alleen betrokken voelen maar er ook achter staan en zich verantwoordelijk voelen. Dan ontstaat een participerende maatschappij.” Mensen positief betrokken krijgen vergt wel een bepaalde aanpak. “Consequent hebben we waarderend onderzoeken toegepast in diverse werkvormen. Deze ontwierpen we volgens de Design Thinking-methode, waarin de gebruiker centraal staat en taal en ontwikkeling geen barrière vormen: iedereen kan meedoen.”

25

Straatinterviews Het participatietraject gebiedsplannen 2018, dat in 2017 plaatsvond is een van de voorbeelden die laten zien hoe goed die aanpak werkt. “We hielden maar liefst achthonderd straatinterviews, waarin we mensen op een positieve manier vroegen naar hun mening en maakten gebiedswandelingen met bewoners. De gebiedsteams hielden pop-up-bijeenkomsten, waar een getekende versie van de gebiedsplannen werd gedeeld. Daarop konden mensen ook weer reageren. Ook hielden we een oogstsessie waarop alles getoond en gevierd werd. Er vonden zoveel ontmoetingen plaats, we hoorden meteen terug hoe blij mensen waren dat ze mee konden doen. Niet alle suggesties worden uiteraard ook uitgevoerd. Maar dat mensen het gevoel hebben dat er naar hen wordt geluisterd, doet heel veel.”

Burgerparticipatie

Stroperig Natuurlijk kan het altijd nóg beter. “Door onder meer ingewikkelde regelgeving verlopen de processen binnen de gemeenten bijvoorbeeld soms wat stroperig”, zegt Aartie. “Het zou fijn zijn als er iets meer flexibiliteit zou zijn. Want als het te lang duurt, loop je als ambtenaar het risico dat bewoners en ondernemers teleurgesteld raken, het vertrouwen afneemt en de betrokkenheid weer verdwijnt.” Kortere lijntjes en sneller schakelen zou volgens haar een groot verschil maken. “Want de mensen in de wijk willen wel, daar ligt het zeker niet aan.”

Ook in 2019 en daarna zullen burgerparticipatie en democratisering belangrijke thema’s zijn binnen de gemeente Amsterdam.

Jongeren Dat bleek ook weer uit de totstandkoming van de herinrichting van het Ecuplein, in De Aker. “In een tent stond een schaalmodel van het plein. Met kinetisch zand konden mensen daarin zelf een ontwerp maken. Daar werd vervolgens een foto van gemaakt. Ook vulden zij vragenlijsten in. Deze inbreng is verwerkt in het definitieve ontwerp dat nu ter inzage ligt.” En een voorbeeld waar Aartie echt trots op is, zijn de sessies over de toekomst van de wijk met jongeren. “Daar wilden we heel graag veel jongeren bij betrekken, zij zijn tenslotte de toekomst. De opkomst was verrassend groot en de gesprekken inhoudelijk. Maar de grootste winst is dat we nu met deze jongeren in contact staan en dat zij zich gezien en gehoord voelen. We maken deel uit van elkaars netwerk, wat nu precies zo belangrijk is.”

De gemeente Amsterdam vindt het belangrijk dat Amsterdammers betrokken zijn bij besluitvorming en worden ondersteund bij het nemen van initiatieven. Een (beleids-)plan ontstaat niet zomaar. Bij het ontwikkelen van een plan wordt een aantal fases doorlopen waarin het plan steeds concreter wordt. In principe kunnen in elke fase bewoners of ondernemers betrokken worden. Dit heet ‘burgerparticipatie'. Burgerparticipatie betekent dat Amsterdammers meedenken, meepraten of meedoen bij het maken van plannen voor de buurt. Of bij het maken van beleid dat betrekking heeft op jouw situatie. Bijvoorbeeld over plannen voor inrichting van de openbare ruimte, het verbeteren van buurten, een speeltuinenbeleid of specifiek beleid voor jongeren of ouderen.


Ons werk voor de stad

De gemeente verbouwt

‘Medewerkers kunnen op elf plekken in de stad werken’


De gemeente verbouwt Stedelijk programmamanager Flexibel Werken Guido van Loenen is een van de drijvende krachten achter de verduurzaming van de gemeentelijke gebouwen. Het programma HNW020 (het nieuwe werken Amsterdam) is mede daardoor tot volle bloei gekomen “Tijdens de crisis stootte de gemeente voor 152 miljoen aan vastgoed af. Tegenover dat zuur hebben we iets zoets gezet; de duurzame verbouwing van de panden die een nieuwe flexibele, manier van werken ondersteunt. Je moet er dan natuurlijk ook voor zorgen dat de cultuur en het gedrag van de medewerkers aansluiten bij de nieuwe manier van werken. Anders heb je alleen een mooi decor. Daarom zijn we 2018 begonnen met de invoering van flexibel werken onder de vlag HNW020. Hoe ziet het nieuwe werken eruit? “Het is de manier waarop we nu bij de gemeente werken. In grote lijnen betekent het dat je niet gebonden bent aan een bepaalde plek en strikte kantooruren, tenzij het vanwege je functie niet anders kan. Wat telt, is jouw prestatie en dat je die in goede gezondheid kunt leveren. Omdat we veelal samenkomen in project- en programmateams en daarna weer uitwaaieren, zit niemand meer acht uur per dag aan zijn bureau. Uit onderzoek bleek dat maar op een van de drie werkplekken fysiek een medewerker zat. En toch ervaren we allemaal krapte. Vooral in de Weesperdriehoek; tussen de Jodenbreestraat, de Weesperstraat en de Wibautstraat, vinden medewerkers het druk en vol. Daarom wilden we ook de overige werkplekken beter benutten. Als het op de ene plek te druk is en de andere rustig is dat een grote kostenpost. Een werkplek kost per persoon jaarlijks ongeveer 7.500 euro. Je mag wat mij betreft elke dag aan hetzelfde bureau gaan zitten, maar als je langer dan anderhalf uur niet op je plek zit omdat je aan het vergaderen bent, log dan even uit. Dan kan iemand anders aan dat bureau zitten. Zo maken we optimaal gebruik van onze werkplekken.”

Als het te druk is in een gebouw, kun je toch ook naar een ander gebouw? “Dat kan niet altijd. Je moet je aanmelden bij de balie en als ze je niet kennen, mag je niet naar binnen. Daardoor hadden sommige medewerkers wel veertien pasjes. Om dat op te lossen hebben we in april 20.000 pasjes die toegang verlenen tot één gebouw, omgeruild voor een pas waarmee de ongeveer 7.500 medewerkers in elf locaties in de hele stad kunnen werken. In het najaar van 2019 zijn de meeste panden ontsloten en in 2020 zijn ook de werven toegankelijk voor medewerkers. We werken ook aan een webapplicatie waarop je kunt zien waar een beschikbare werkplek is als je een gebouw binnenkomt. Dan hoef je niet langer twintig minuten door een gebouw te lopen voordat je een werkplek hebt. En de flexibel-werkenapp meet de bezettingsgraad van plaza’s, aanlandplekken en superflexzones. Daar kun je snel even inloggen als je onderweg bent.” Wat gaat de burger van de nieuwe duurzame koers merken? “Door slimmere openingstijden te hanteren en gemeentelijke panden te sluiten bij een lage bezettingsgraad zorgen we voor duurzaam gebruik van de panden en besparen we enorm veel kosten en CO2-uitstoot. Uit de bezettingsgegevens blijkt dat dit vooral tijdens feestdagen en op vrijdagen het geval is. Denk eens aan de energie- en schoonmaakkosten die we zo in kas houden. Als onze grootste kantoorlocaties een betere bezetting van zo’n tien procent krijgen vanwege het feit dat medewerkers zelf kunnen bepalen waar in de stad ze gaan werken, dan besparen we daar op jaarbasis ongeveer drie miljoen mee. Dat geld kan de gemeente gebruiken voor andere nuttige zaken. Door het inzicht in de bezettingsgegevens en kosten, kunnen we bovendien een onderbouwd advies geven of huurcontracten van huurpanden dienen te worden verlengd of juist opgezegd.”

27

De gemeente verbouwt Sinds een aantal jaren is de gemeente Amsterdam bezig om haar panden te verduurzamen. Het college vindt duurzaamheid belangrijk. Daarmee is het ook een prioriteit binnen ons eigen cluster interne dienstverlening. Want, als we onze inwoners vragen duurzaam te zijn, moeten we als gemeentelijke organisatie natuurlijk het goede voorbeeld geven. Alle maatregelen die we nemen, willen we binnen 10 jaar terugverdienen. In het Stadhuis brengen we de uitstoot van CO2 met 27,5% terug. Waarom niet volledig terugbrengen, denk je misschien. Dat is helaas niet haalbaar. Als je het gebouw CO2-neutraal wilt maken moet je de buitenkant van het gebouw aanpassen. Dat is zo’n dure ingreep dat je dan net zo goed opnieuw kunt bouwen. In plaats daarvan dagen we de markt uit om met slimme oplossingen te komen op het gebied van duurzaamheid. Concreet gaat het om: n Vervangen van verouderde en verspillende gas- en elektra installaties n Verbeteren van het rendement van de warmte-koude-opslag in de bodem n Flink besparen op het huidige energieverbruik en energielasten In 2019 blijven we de organisatie - fysiek en de manier waarop we werken - verder verduurzamen.


Onderwerpen

Hart voor de stad

n

Bijles geven

30

n

Verkiezingen organiseren

32

n

Nooit genoeg van de Noord/Zuidlijn

34



Hart voor de stad

Bijles geven

‘Je kunt echt zien wat jouw bijdrage is aan de ontwikkeling van een kind’


Bijles geven Als manager werkgeverschap bij Directie Personeel en Organisatie maakt Alâa Srifi zich doordeweeks hard voor zijn collega’s en de organisatie. In het weekend begeleidt hij jongeren zodat ze een kans hebben op een betere toekomst. Op zaterdag en zondag geeft Alâa Srifi huiswerkbegeleiding in Nieuw-West aan leerlingen van alle middelbare schoolniveaus en leeftijden in de schoolvakken waar zij behoefte aan hebben. De lessen zijn één op één. Dat kost hem zo’n acht tot twaalf uur per weekend, en dat naast een fulltimebaan. Hij doet het met groot plezier en krijgt er veel voor terug. “Ik kan het iedereen aanraden. Voorwaarde is wel dat je dit met volledige toewijding doet. Continuïteit is belangrijk voor de ontwikkeling van een kind, ik leg me voor een heel schooljaar vast.” Met een glimlach Alâa Srifi zit al vanaf zijn zestiende in het jongerenwerk als actieve vrijwilliger. Daar haalt hij zoveel energie uit dat hij dat nooit los heeft willen laten. Al snel bedacht hij zich dat hij als hoogopgeleide jongere meer kan bieden dan recreatieve activiteiten organiseren. “Dat is leuk voor ze, maar dan bied ik ze geen kansen voor de toekomst. Door jongeren te begeleiden met hun huiswerk, geef ik ze veel meer mee. Het gaat om hun zelfwaarde te laten groeien en ze plezier te laten ervaren in leren.” Dit doet hij door met een humoristische blik naar de lesstof te kijken en de leerlingen aan te spreken op hun leefwereld. Als het bijvoorbeeld bij economie over consumeren gaat, haalt hij het uitgavenpatroon van rapper Boef erbij. “Een goede sfeer is belangrijk, het is wel weekend. Dus er is zeker ook tijd voor een grapje. Ik wil dat ze met een glimlach weer naar huis gaan.”

31

Groot effect Het begeleiden van deze kinderen is zo leuk omdat hij ziet hoeveel effect het heeft. “Je kunt echt zien wat jouw bijdrage is aan de ontwikkeling van een kind. In het begin vinden ze het lastig om toe te geven dat ze niet goed zijn in een vak. Er komt ook schaamte bij kijken, maar hier zitten ze met gelijkgestemden. In de loop van het schooljaar krijgen ze een vak onder de knie. Ze worden steeds gemotiveerder omdat ze het effect zien op hun cijfers die omhooggaan. De kinderen krijgen meer plezier in school.” Er komen soms leerlingen met een grote leer- of rekenachterstand, na anderhalf jaar is die achterstand weg en stijgen hun schoolprestaties. “Dat is kicken, dat doet iets met de kinderen én met de ouders.” Relativeren Zelf haalt Alâa er ook veel uit. Door de week is hij bezig met complexe vraagstukken voor de stad en is hij op zoek naar kansen om de organisatie verder te brengen. In het weekend legt hij een leerling een ingewikkelde wiskundesom uit. “Daar zit een bepaalde relativering voor mij in. Over het algemeen is het goed gesteld met onze organisatie en de stad, deze jongeren kunnen wel wat hulp gebruiken. Het is fijn om ze perspectief te bieden en te laten zien wat ze allemaal kunnen bereiken in de toekomst. Daarin zit voor mij de winst. Het houdt me scherp om mijn werk te relativeren en dingen makkelijker los te laten.”


Hart voor de stad

Verkiezingen organiseren

‘Het is heel hectisch, maar het geeft ook een enorme kick’


Verkiezingen organiseren Bryon Marengo (51), specialistisch medewerker vergunningen en momenteel gedetacheerd bij stadswerken als adviseur openbare werken, zette zich jarenlang in als lid van het stembureau tijdens de verkiezingen. Vorig jaar voor het laatst. “Afgelopen verkiezingen pendelde ik als wijkambtenaar tussen de stembureaus heen en weer om deze te voorzien van de juiste benodigdheden en om waar nodig bij te springen. Iedereen kan dit doen. Je moet alleen een online cursus volgen en een toets maken om er zeker van te zijn dat je voldoende weet om goed tot hulp te kunnen zijn. Daarbij leer je aan de hand van verschillende casussen wat wanneer mag en wat niet. Wat doe je bijvoorbeeld als iemand komt stemmen met een stempas uit een ander gebied?”

Trainer “Ik heb tien jaar geholpen bij verkiezingen. Het was altijd weer leuk en leerzaam. Maar vorig jaar was mijn laatste keer. Er is een nieuwe groep die zich ermee bezighoudt. Die doen het weer zo anders dan ik gewend ben, het lijkt mij goed dat nu weer eens anderen het oppakken. En ik heb nieuwe plannen. Ik ben ook sport- en kickbokstrainer. Eerst voor collega’s bij de gemeente, daarnaast alweer een tijdje voor buurtgenoten hier in Oost en vanuit mijn eigen sportschool op IJburg.”

33

Verkiezingen In maart 2018 waren er landelijke gemeenteraadsverkiezingen. In Amsterdam werd Groenlinks de grootste partij. Een verdeling van de zetels in de gemeenteraad vind je op www.amsterdam.nl > Bestuur en Organisatie > Gemeenteraad. Amsterdam voerde na de verkiezingen een nieuw bestuurlijk stelsel in. De gemeente Amsterdam wil de stad zo beter besturen, met meer betrokkenheid vanuit de gebieden. Er zijn in Amsterdam zeven stadsdelen en 22 gebieden. Op 12 juli 2018 werd Femke Halsema beëdigd als nieuwe burgermeester van Amsterdam. Femke Halsema is de eerste vrouwelijke en eerste GroenLinks-burgemeester van Amsterdam.

Opstootje “Als wijkambtenaar heb je zes tot tien stembureaus onder je hoede. Je volgt een vaste route langs de bureaus om te checken of alles goed verloopt en bij calamiteiten bied je hulp. Zo’n dag zit organisatorisch ingewikkeld in elkaar, het is nu eenmaal een grote operatie. Je moet onder druk blijven presteren en kalm blijven als er een opstootje is. Zoals een paar jaar geleden bijvoorbeeld, toen een als moslima verkleedde journalist in een boerka wilde stemmen en zijn gezicht niet wilde laten zien. Dat moest dus wel. Het is dan zaak dat je een kalmerend gesprek kan voeren.” Kick “Ook ben je medeverantwoordelijk voor de tellingen. Die gaan nog altijd met de hand. Soms klopt het aantal stemmen niet met het aantal stemkaarten. Dan moet alles opnieuw. Zeker als een team niet ervaren is, kan dat lang duren. Soms waren er dagen van meer dan twaalf uur werken. Maar ik heb het altijd met veel plezier gedaan. Het is heel hectisch, maar het geeft ook een enorme kick om met een team zo’n dag voor elkaar te krijgen.”

Scan de QR code of klik op de code in de pdf om het filmpje te bekijken


Hart voor de stad

Nooit genoeg van de Noord/Zuidlijn

‘Een resultaat waar we trots op mogen zijn’


Nooit genoeg van de Noord/Zuidlijn Bart Dahmen (71) werkte ruim vijftien jaar aan de ontwikkeling van de Noord/Zuidlijn, gaf rondleidingen en houdt ook sinds hij met pensioen is nog lezingen over het project. De opening van de Noord/Zuidlijn afgelopen jaar was uiteraard ook voor hem een mijlpaal. Zodra het woord Noord/Zuidlijn valt gaan Bart Dahmens ogen glinsteren. “Er is heel veel te doen geweest rondom de Noord/Zuidlijn. Er waren zelfs momenten dat je op verjaardagen maar beter niet kon vertellen dat je daar werkte”, grinnikt hij. “Maar betrokken zijn bij zo’n enorm project was voor mij als Civiel ingenieur toch vooral een geweldige en spannende uitdaging.” In 2002, de periode dat de uitvoering van het project net van start ging, rolde hij er min of meer in. Dahmen was vervolgens vooral betrokken bij de ruwbouw in Noord en Zuid. Negenduizend houten palen Op technisch vlak was het Centraal Station verreweg het lastigst. Hoewel hij er niet direct bij betrokken was, weet Dahmen het nog goed. “We moesten bouwen onder een belangrijk knooppunt van de stad, onder een station door dat op negenduizend houten palen gebouwd is, onder een Rijksmonument waar dagelijks 250 duizend mensen passeren. En alles moest gewoon doorgaan, er mocht geen trein minder door rijden. Dat het gelukt is, is een hoogstandje van de bovenste orde.” Ook het kruisen van de A10 leek een krankzinnige opgave. “Er vond groot onderhoud plaats op die plek en daardoor kregen we negen dagen om de lijn onder de A10 door te trekken. Dat is bizar kort. Maar ook dat is toch gelukt.” Verzakking Vijzelgracht Het dieptepunt van het project was volgens Dahmen zonder twijfel de verzakking van de huizen aan de Vijzelgracht. “De impact die dat had was gigantisch. De richting waarin werd geboord moest veranderen. De hele organisatie moest op de schop. We waren begonnen met 26 man en groeiden naar 230. Dat bracht een andere manier van werken met zich mee. Onpersoonlijker, maar ook professioneler.” Hij herinnert zich vooral de enorme stress die er steeds was. “Het project liep een verdere vertraging op van anderhalf jaar. Dat had ook weer veel gevolgen. Onder meer voor de delen die wel al klaar waren.

Die moesten goed beheerd worden. Ik kreeg toen tijdelijk station Noord onder mijn hoede.” Hoogtepunt Hoogtepunten waren er gelukkig ook. Met als absolute mijlpaal natuurlijk het moment dat de Noord/Zuidlijn afgelopen jaar in gebruik werd genomen. “Dat hij reed, dat alles werkte zoals beoogd, gaf zoveel voldoening. Ook bij mij, hoewel ik natuurlijk al een aantal jaar met pensioen was. Ik had altijd gezegd, wacht maar tot hij rijdt, dan wordt hij pas populair. En dat klopte. Het is uiteindelijk een succes geworden.” Veel plezier Gedurende de bouw gaf Dahmen regelmatig rondleidingen en hield hij lezingen over de Noord/Zuidlijn. Als er behoefte aan is, doet hij dat nog steeds. Hij heeft zoveel verhalen en anekdotes. Het vertelplezier spat er ook tijdens ons gesprek vanaf. “Ik kijk er met veel plezier op terug”, besluit hij. “Er was altijd wat, maar met zo’n enorm project kan dat ook niet anders. Tijdens het verloop verandert er van alles op het gebied van de techniek, wetgeving, lokale en landelijke politiek. Je moet daardoor steeds je plannen aanpassen. Maar we hebben heel veel problemen overwonnen, met een resultaat waar we trots op mogen zijn.”

35


Onderwerpen

Zo blijven we in vorm n

Continu veranderen van baan

38

n

Ontdek je talent

40

n

Ambtenaar en kunstenaar

42

n

De mantelzorg hackathon

44

n

BHV: klaarstaan voor collega’s

46

n

Steptember: zo blijf je vitaal

48



Zo blijven we in vorm

Continu veranderen van baan

‘Als ik een kans zie, pak ik hem’


Continu veranderen van baan Hans Vringer, Kwartiermaker Advies, begon al op zijn zeventiende bij de gemeente. Ondanks zijn lange staat van dienst is hij niet iemand die langer dan nodig op één plek blijft zitten. Eerder is hij het voorbeeld van hoe je binnen de gemeente zelf je carrièrepad vorm kan geven. “In 1981, ik was net zeventien jaar, begon ik als leerling straatmaker. Eén dag leren, vier dagen werken. In die tijd was alles nog handwerk. Zwaar werk dus. Al snel vroeg ik me af wat ik liever zou doen. Opzichter worden leek me wel wat. Dus daar zette ik op in. Op mijn 22e liep ik stage als opzichter. Een leuke tijd waarin ik veel leerde. ‘Wat is dat voor jong ventje?’ vroegen mensen zich regelmatig af. Ik moest toen die oudere mannen vertellen wat ze moesten doen en overleg voeren met aannemers. Maar omdat ik wist waar ik het over had, inmiddels een aantal jaar mee liep en ook hielp waar dat kon, dwong dat respect af.” Vooruit “Daarna stapte ik over naar stadsdeel De Baarsjes waar ik achtereenvolgens werkvoorbereider, planner en controller werd. Ik zat niet langer dan nodig op één plek. Het klinkt misschien onrustig maar ik heb graag plezier in wat ik doe en wil vooruit. Als ik merk dat ik iets al een keer gedaan heb, is het tijd om door te gaan. Ik trek dan aan de bel, laat weten dat ik toe ben aan iets anders. Meestal heb ik geluk en volgt dat dan ook. Dat ik inmiddels een groot netwerk heb, speelt zeker een rol. Maar mobiliteit begint bij jezelf. Als ik een kans zie, pak ik hem. ‘Wil je geen controlling gaan doen?’ vroeg het hoofd stadsdeelwerken mij, toen bleek dat ik goed was met cijfers. Waarom niet? dacht ik. Er volgde een opleiding financiële controlling, deels in de avonduren, en mijn nieuwe functie was een feit.”

Uitdaging “Het was een vreemde gewaarwording om, na de reorganisatie van 2007, te moeten solliciteren op mijn eigen functie. Ik had nog nooit gesolliciteerd. Gelukkig kreeg ik de baan opnieuw. Een paar jaar later maakte ik de overstap naar stadsdeel Zuidoost. Als manager Verkeer en Projecten Wijkbeheer in dit grote stadsdeel kreeg ik een grote uitdaging als wegbeheerder: de verkeersstromen rond de Arena, AFAS (voorheen HMH) en Ziggo in goede banen leiden. Een complexe puzzel, waarbij een goede samenwerking met verschillende partijen essentieel was. Ook hierna volgden logischerwijs nieuwe functies. Sinds januari 2018 ben ik Kwartiermaker Advies/manager Algemeen Advies, Bureau Personeel en Organisatie, met als grootste opdracht de switch maken van aanbod naar vraaggericht werken.” Studeren “Ik ben in 38 jaar tijd vijftien keer van plek veranderd. Ik heb zo’n tien reorganisaties meegemaakt. Daar word je wel moe van, maar ik weet ook altijd weer op te laden door activiteiten in mijn vrije tijd. Zo studeerde ik MTS, topcoach A & C, hbo bedrijfskunde en wo verandermanagement. Daarnaast heb ik altijd intensief gesport. Ik deed triatlons en was zelfs een tijdje bondscoach triatlon. Gelukkig vind ik werken leuk en heb ik in elke functie altijd veel kunnen leren. Daar houd ik van, ik ben altijd in voor nieuwe dingen. Als zaken op zijn plek vallen en de volgende fase gaat in, begint het weer te kriebelen. Zoals nu. Na mijn jaar bij P&O heb ik zin om weer meer met de openbare ruimte bezig te zijn. Ik heb dus toch weer aan de bel getrokken.”

39

Mobiliteit De arbeidsmarkt verandert en dat merken we als organisatie. We moeten allemaal langer werken, maar niet iedereen kan of wil dezelfde baan houden tot zijn pensioen. Door digitalisering verdwijnen sommige banen en daar komen hele andere banen voor terug. Deze ontwikkelingen zorgen ervoor dat medewerkers vaker van baan zullen (moeten) wisselen. Medewerkers hebben om verschillende redenen begeleiding nodig naar een andere functie. Soms omdat ze zich verder willen ontwikkelen, soms ook omdat werken in hun huidige functie niet meer gaat. Als werkgever heeft de gemeente een grote verantwoordelijkheid mensen zorgvuldig te begeleiden naar een andere werkplek. Beleid op tweede loopbaan In 2018 is beleid voor de duurzame inzetbaarheid van medewerkers opgesteld. Hierdoor krijgen medewerkers meer steun bij het doorstromen naar ander werk binnen of buiten de gemeente. Ook is er budget beschikbaar voor omscholing en komen er medische keuringen voor zware functies, bijvoorbeeld bij de handhavers. Carrièrecentrum In 2018 is verder gebouwd aan het Carrièrecentrum. In het Carrièrecentrum werken het Stagebureau, het Vacatureloket en het Mobiliteitscentrum samen en daarmee wordt de kennis en kunde van de organisatie rondom mobiliteit gebundeld. Ook is het afgelopen jaar ingezet op het vergroten van het bewustzijn rondom mobiliteit, door het organiseren van mobiliteitstafels. Op diverse plekken in de organisatie zijn collega’s met elkaar in gesprek gegaan over hoe je bezig kan zijn met je loopbaan.

Scan de QR code of klik op de code in de pdf om het filmpje te bekijken


Zo blijven we in vorm

Ontdek je Talent

‘Van schrijven gaat mijn hart sneller kloppen’’


Ontdek je Talent Lilian Kuerten hielp als klantmanager anderen om hun ware talent te vinden. Tot ze zich realiseerde wat háár grote passie was: schrijven. Om dat talent te onderzoeken, volgt ze het talentenprogramma Uitdagen van Talent. “Ik zou graag een van de vaste tekstschrijvers van de gemeente Amsterdam zijn.” “Als klantmanager begeleidde ik mensen in de bijstand bij het vinden van werk, hun talent of passie. Samen zochten we uit waar ze goed in waren en wat ze het liefste deden. Heel tof werk. Maar drie jaar geleden drong zich ineens de vraag op: ‘Doe ík wel wat ik het liefst doe?’. Ik kwam er achter dat ik beroepsmatig wilde schrijven.” Oude liefde “Van schrijven gaat mijn hart sneller kloppen. Het is mijn oude liefde, als meisje zat ik al in de schoolkrantredactie. Gelukkig kreeg ik van mijn toenmalige manager de tijd om uit te vinden of het was wat ik echt wilde. Ik liep stage bij Communicatie van Zorg en Samenleven; een dag in de week schreef ik verhalen over de veranderingen als gevolg van de nieuwe WMO. Ik vond het heerlijk.” Handventilator “Omdat ik Amsterdam wilde laten zien dat dit was wat ik wilde en goed kon, pitchte ik voor het talentenprogramma Uitdagen van Talent. Iedereen kan zich ervoor opgeven, mits je een goede motivatie hebt en je manager je steunt. Je moet al wel voor ogen hebben wat je talent is. Tijdens het traject maak je jouw talent concreter en stel je jezelf doelen. Voor de pitch moest je op een originele en verrassende manier je motivatie onderbouwen. Vier jaar geleden deed ik al een poging en werd toen afgewezen. Ik was vastbesloten de jury deze keer te overtuigen. Het was die dag ontzettend warm. Ik had handventilatoren bij me, elk jurylid kreeg er een en moest hem aandoen. ‘Dit ben ik, de frisse wind, dé tekstschrijver namens de gemeente’, zei ik. Dat vonden ze leuk en overtuigend. Ik werd toegelaten.”

41

In het bos “Het programma duurt negen maanden en het is de bedoeling dat je er vier uur per week aan besteedt. Mijn groep bestaat uit vijftien mensen uit alle gelederen van de gemeente. Gisteren hebben we met elkaar een trainingsdag in het bos georganiseerd. Het programma leert je hoe je met jouw talent jouw leven kunt beïnvloeden. Ik ervaar het als een groot cadeau.” Krijg-het-voor-elkaar “Onderdeel van Uitdagen van Talent is de Krijg-het-voor-elkaaropdracht. Het leuke is dat ik mijn opdracht via iemand uit de groep heb gekregen. De opdracht bestaat uit het schrijven van tien portretten over de bewoners van Zuidoost die gebruik maken van basisvoorzieningen van het stadsdeel. Die bundel ik in een boekje met mooie portretfoto’s erbij. Dat stuur ik naar het dagelijks bestuur. Ik ben de afgelopen drie jaar intern gedetacheerd en deed de ene communicatie-opdracht na de andere. Ik pakte alles op om het vak te leren. Niet altijd deed het werk een appel op mijn talent. Ik heb tijdens het programma geleerd te kiezen. Te focussen op mijn expertise en daar breeduit over te vertellen. Mijn huidige detachering houdt binnenkort op. Deelname aan Uitdagen van Talent was mijn flirt met de gemeente Amsterdam. Nu hoop ik dat ik voor de gemeente aan de slag kan als tekstschrijver.”

Uitdagen van talent Iedere medewerker heeft talent. Talent gaat over de juiste medewerker op de juiste plek. Je talent kennen en het inzetten zorgt ervoor dat je het beste uit jezelf haalt, ook als dat betekent dat je buiten gebaande paden moet treden. Zo kun je leren en groeien als persoon. En worden we als organisatie steeds beter in het werk dat we doen. Voor de stad betekent dit dat we sneller en innovatiever, betere resultaten behalen. Het programma ‘Uitdagen-van-Talent’ is een (inter)actief leer- & ontwikkeltraject dat ondersteunt bij het waarmaken van je ambities en persoonlijke ontwikkeling in je werk. Het bijzondere aan dit traject is dat het gericht is op het verdiepen en verbreden van het loopbaanperspectief. Het is gericht op medewerkers die een volgende stap willen zetten in hun carrière, opzij in plaats van omhoog. Bijvoorbeeld een stap van teamleider naar programmamanager, of van beleidsadviseur naar communicatieadviseur. In het Uitdagen van Talent traject groei en ontwikkel je, door: • het ontdekken en aanspreken van je talent • zelf verantwoordelijkheid te nemen voor je leertraject • in een groep aan de slag te gaan en van elkaar te leren Het programma duurt 8 maanden en bestaat uit drie delen: bewust worden, bewegen en waarmaken. Na de startbijeenkomst is er eens per anderhalve maand een verdiepingsmoment. In totaal gaat het om acht bijeenkomsten van elk een dagdeel tot een dag. Buiten de bijeenkomsten om gaat de deelnemer aan de slag met de ‘Krijg het Voor Elkaar opdracht’. Dat kost gemiddeld een dagdeel per week.


Zo blijven we in vorm

Ambtenaar en kunstenaar

‘Het maken van kunst maakt je hoofd leeg’


Ambtenaar en kunstenaar Online redacteur Susanne Schillings en projectmanager Rozanne van Vliet zetten vier jaar geleden AmbtArt op om creatieve collega’s de kans te geven hun werk te exposeren. “Het is best spannend om je kunst te laten zien.” Hoe is AmbtArt ontstaan? Rozanne: “Ik organiseerde solo-exposities van kunstenaars die voor de gemeente werkten. Toen hoorde ik dat Susanne bezig was met een grootschaliger expositie. Zij wilde alle ambtenaren die kunst maken de gelegenheid geven een kunstwerk te exposeren. Daar zijn we toen gewoon mee begonnen. In de Stadstimmertuin met een budget van het gemeentelijk managementteam voor 1Amsterdam.” Is alle kunst geschikt voor AmbtArt? Susanne: “We willen het zo laagdrempelig mogelijk houden. Of je nou iets doet met fotografie of textiel, kunstacademie hebt gedaan of autodidact bent; je kunt een werk inleveren en dat wordt geëxposeerd. De kunstenaars komen uit alle gelederen van de gemeente, van de facilitaire dienst tot GGZ. Wij registeren de aanmeldingen, zorgen voor bekendheid van AmbtArt en organiseren de opening. Die is meestal in november. Daarna hangt of staat het werk een half jaar tot negen maanden in de Stadstimmertuin.” Best spannend om je kunst te laten zien Susanne: “Zeker, de kunstwerken hangen in een openbare ruimte waar collega’s werken; iedereen kan ze zien en er iets van vinden.” Rozanne: “Het gaat je aan het hart als anderen niet goed met jouw werk omgaan. Vorig jaar heb ik een kunstwerk van hout gemaakt dat, als het niet in de juiste positie staat, een schaal lijkt. Toen ik langs kwam in de Stadstimmertuin diende het als schaal waarin restanten bitterbal lagen. Ik heb hem meteen mee naar huis genomen. Je stelt je kwetsbaar op als je je kunst laat zien. Veel AmbtArt-kunstenaars treden van nature niet zo op de voorgrond.” Susanne (lachend): “Tot het om het verdelen van de plekken aan de expositiewand gaat.”

Wat doen jullie zelf aan kunst? Susanne: “Sinds ik een potlood kan vasthouden, ben ik aan het tekenen. Vooral patronen. Ik heb een hele tijd mandala’s getekend en ontworpen. Door AmbtArt realiseerde ik me dat ik wilde ontdekken wat ik nog meer met mijn creativiteit kon doen. Ik ben een opleiding gaan volgen voor dessin ontwerpen.” Rozanne: “Ik doe aan beeldhouwen met hout. Ik ga een keer per jaar een week beeldhouwen in Frankrijk. Daar maak ik een beeld dat ik exposeer op AmbtArt.” Welke invloed heeft het maken van kunst op je werk? Susanne: “De afwisseling van het maken van kunst en mijn dagelijkse werk is erg fijn. Als ik creatief bezig ben komt alles uit mezelf. In mijn dagelijkse werk voer ik vooral uit wat anderen van me vragen. Door die afwisseling ontstaat er een soort balans. Bij het maken van kunst ben je vooral met je rechter hersenhelft bezig, in je dagelijkse werk meer met je linker hersenhelft. Kunst maken, maakt mijn hoofd leeg. Ik kom in een soort flow. Ik heb een groot leeg blad voor me liggen, daar staat niets op, ik begin maar gewoon. Soms lukt het en soms niet. Ik vind het proces daarbij prettiger dan het eindresultaat. Het onder mijn handen zien veranderen van wat ik maak, vind ik erg mooi. ” Rozanne: “Ik begin ook vanuit het niets met een stuk hout. Ik heb wel een vorm in mijn hoofd, maar ik weet nooit van tevoren wat het precies wordt. Ik schaaf net zolang tot de vorm in evenwicht is, tot het de lijn heeft die het moet hebben. Ik kom daarvoor in een ander soort flow dan die ik in mijn dagelijkse werk kan ervaren. Ik heb een ‘hoofdbaan’, mijn hersens staan de hele dag aan. In het beeldhouwen kan ik een andere kant van mezelf kwijt.” Leeft AmbtArt onder collega’s? Rozanne: “De beste feedback is dat zich elk jaar weer nieuwe mensen inschrijven.” Susanne: “In het begin wist niemand wat AmbtArt was. Dit jaar kreeg mijn collega die voor het intranet-nieuws werkt de vraag wanneer AmbtArt weer is.”

43

AmbtArt Sinds 2015 bestaat Ambtart. AmbtArt is een kunsttentoonstelling voor en door creatieve collega's van de gemeente Amsterdam. Aan de editie AmbtArt 2018/19 doen ruim zestig collega's mee. AmbtArt 2018/19 is tot half mei te zien in de Stadstimmertuin 4-6.


Zo blijven we in vorm

De mantelzorg hackathon

‘Wees goed voor elkaar en zorg voor de stad’


De mantelzorg hackathon Charda Molendijk won samen met haar team de Mantelzorg Hackathon in mei 2018. In twee sessies werden teams uitgedaagd om oplossingen te verzinnen om de mantelzorgers binnen de gemeente te ontlasten. “Tijdens de hackathon keken we hoe we vanuit de organisatie onze mantelzorgende collega’s beter kunnen faciliteren. Waar is behoefte aan? Om daarachter te komen, heb ik een mail rondgestuurd naar verschillende collega’s. Daar kwamen heel veel reacties op, daar zijn we de tweede sessie op doorgegaan. Zo kwamen we op ons uiteindelijke idee om een soort Marktplaats voor mantelzorgers te maken, een systeem van vraag en aanbod. Bij ‘vraag’ geven de mantelzorgers aan waar ze behoefte aan hebben; bijvoorbeeld iemand die met de auto hun moeder naar het ziekenhuis kan rijden. Bij ‘aanbod’ noteren collega’s hoe ze kunnen helpen om de mantelzorger te ontlasten, zoals met boodschappen doen. Zo willen we onze collega’s ontlasten.”

Mantelzorg gaat ons allemaal aan “Ik heb meegedaan omdat ik mantelzorg een belangrijk onderwerp vind. Uit de cijfers blijkt dat er steeds meer mantelzorgers bijkomen. Vroeg of laat krijgen we er allemaal mee te maken. Ook vanuit mijn rol als teammanager krijg ik te maken met medewerkers die zorgtaken hebben. Dat kan knellen met werk, het is belangrijk om het gesprek aan te gaan en te weten wat er speelt. En als medewerker moet je aangeven wat je nodig hebt. Het komt van twee kanten. Ik hoor goede geluiden over hoe we hier binnen de gemeente mee omgaan. Het is fijn om erkenning te krijgen voor je thuissituatie. Maar er is altijd ruimte voor verbetering. Het begint in mijn ogen met het bespreekbaar maken.”

45

Mantelzorg Een groot aantal collega’s is mantelzorger. Naast hun werk hebben zij een zorgtaak thuis. Die combinatie van rollen en verantwoordelijkheden vraagt vaak een grote inspanning en gemanoeuvreer met tijd. Dat kan mantelzorg erg zwaar maken. Als Amsterdammer kun je op www.amsterdam.nl > Zorg en ondersteuning > Mantelzorg lezen over het ondersteuningsaanbod van de gemeente Amsterdam en het jaarlijkse mantelzorgcadeau dat mantelzorgers vanaf 10 november 2019 kunnen aanvragen. Ben je medewerker? Het is belangrijk om met je leidinggevende te bespreken dat je (tijdelijk) mantelzorger bent, zodat je leidinggevende en ook je collega’s rekening met je kunnen houden. Voor mantelzorg zijn er verschillende mogelijkheden voor verlof en ondersteuning waarvan je gebruik kunt maken.

App voor mantelzorgers “Het motto achter ons idee was: Wees goed voor elkaar en zorg voor de stad, zoals de spreuk van oud-burgemeester Eberhard van der Laan. Ons idee won en dat heb ik vervolgens weer rondgemaild naar mijn collega’s. Het leuke was dat een collega reageerde die een opleiding volgt waarin ze zelf een app moesten ontwerpen. Zij heeft inmiddels een hele mooie app ontwikkeld met categorieën zoals ‘vervoer’ en ‘huishoudelijke hulp’. De gebruikers kunnen aangeven welke hulp ze kunnen bieden of waar ze behoefte aan hebben.”

Scan de QR code of klik op de code in de pdf om het filmpje te bekijken


Zo blijven we in vorm

BHV: Klaarstaan voor je collega's

‘De hoofdregel is eigen veiligheid eerst, ga niet de held uithangen’


BHV: Klaarstaan voor je collega's Buitenstaanders kunnen het werk van een BHV’er (bedrijfshulpverlener) nog wel eens onderschatten, terwijl het een serieuze zaak is. Het gaat om de veiligheid van alle ambtenaren plus hun gasten. Eric van der Vuurst van team Veiligheid, hotelier Nordin Ajroudi en ploegleider BHV Pascale Nicolini vertellen over hoe zij BHV in 2018 in de praktijk hebben toegepast. Bij BHV leer je onder andere hoe je een beginnende brand bestrijdt en een pand bij calamiteiten ontruimt. De basisopleiding is dagen, daarna heb je elk jaar een dag herhalingsoefeningen. Eric van der Vuurst: “Het draait allemaal om de eerste gouden tien minuten als er iets gebeurt met iemand. Een BHV’er is opgeleid om levensreddend te handelen en te reanimeren. De hoofdregel is eigen veiligheid eerst. Ga niet de held uithangen. Als je een ruimte die vol met rook staat bij een brand binnengaat, ben je zelf heel snel uitgeschakeld en kun je ook niemand helpen.” Handige vaardigheden De vuistregel is dat er op iedere vijftig medewerkers één BHV’er is. Liefst meer, want door reorganisaties veranderen mensen van hun plek. Nordin Ajroudi werft continu nieuwe BHV’ers: “Ik leg uit wat het inhoudt. De trainingen zijn ontzettend leuk, die zijn op het oefencentrum van de Amsterdamse brandweer. En de vaardigheden die je leert, daar heb je thuis ook wat aan. Ook staat er een bescheiden vergoeding tegenover van 220 euro netto per jaar.” Ploegleider Pascale Nicolini voegt daar meteen aan toe: “Maar daar doe ik het niet voor hoor! Ik vind het belangrijk dat ik mensen kan helpen.” Vorig jaar waren er zes incidenten op haar locatie, dat ook als loket voor het publiek is geopend. “Er was een jongen van 16 jaar die opeens voor de deur in elkaar zakte. En een vrouw van 92 die voor de bruiloft van haar kleinzoon kwam. Ze werd onwel, we hebben haar goed kunnen helpen en kregen later een bedankje van de familie.” Van der Vuurst: “Ik ben heel trots op hoe Pascale het doet, ze voelt zich echt verantwoordelijk.”

Blijven trainen Als er ernstige dingen gebeuren, zorgt team Veiligheid voor nazorg. Van der Vuurst: “Na ieder incident komen we samen om te evalueren. Wat kan er beter? Dat nemen we mee in de volgende training.” Een aantal malen per jaar zijn er trainingen van een dagdeel. Zo wordt een ontruiming geoefend, maar ook hoe de portofoons werken en jaarlijks oefen je een reanimatie. Ook oefenen ze het gebruik van de evac-chair om mensen die niet zelfredzaam zijn uit een gebouw te krijgen. Nordin: “Ondanks alle wisselingen van BHV’ers naar andere locaties, kunnen we terugkijken op een goed jaar. Ik vind dat iedereen nog beter is getraind, dat is een opsteker voor alle teams.” Belangstelling om zelf als BHV’er aan de slag te gaan? Neem contact op met de hotelier van je locatie.

47

BHV Bedrijfshulpverlening (BHV) is de hulp die een organisatie verleent bij incidenten die de veiligheid en gezondheid van werknemers en bezoekers bedreigen. Het doel is om voorbereid te zijn en alert te reageren op incidenten tot de externe hulpdiensten arriveren. De gemeente is wettelijk verplicht om BHV te hebben. De BHV-teams bestaan uit collega’s van alle organisatieonderdelen. Directies zijn verantwoordelijk voor het organiseren en uitvoeren van de BHV. Op gemeentelijke locaties waar het Facilitair Bureau (FB) actief is, helpt het FB met het organiseren van oefeningen met de BHV-teams, het beheer van BHV-middelen, het evalueren van oefeningen en incidenten en nazorg aan collega’s. Ben je medewerker en heb je belangstelling om zelf als BHV’er aan de slag te gaan? Neem contact op met de hotelier van je locatie.


Ambtenaren persoonlijk in hun werk

Steptember: zo blijf je vitaal

‘Het is je eer te na om die tienduizend stappen niet te halen’


Steptember: zo blijf je vitaal Marielle van Kempen, contractmanager bij het Facilitair Bureau, deed samen met haar collega’s Conny van Rossum, Deborah Gietermans en Astrid Koopman in september mee aan Steptember. Met het wereldwijde evenement dat deelnemers uitdaagt om elke dag tienduizend stappen te zetten, wordt geld ingezameld voor onderzoek naar cerebrale parese. Dat is een bewegingsziekte waarbij de hersenen en spieren niet goed samenwerken. De sportieve uitdaging past goed in het vitaliteitbeleid van de gemeente dat medewerkers aanmoedigt fit en gezond te blijven. ‘Dit kunnen wij’, was de boodschap die Marielles collega Conny naar een paar dames op haar afdeling stuurde toen ze de oproep voor Steptember op intranet las. Marielle was enthousiast en samen met Conny, Deborah en Astrid vormde ze een team. Ze vonden sponsors en namen zich stellig voor om elke dag minimaal tienduizend stappen te zetten. Niet vanzelf Hoe ze het voor elkaar kregen? Marielle: “Het was ieder voor zich, maar we motiveerden elkaar wel.” Na het betalen van vijftien euro kregen alle deelnemers een stappenteller en toegang tot de app. Daarmee werd het aantal stappen van de individuele ‘stappenzetter’ en het team bijgehouden. Dagelijks tienduizend stappen zetten, vergelijkbaar met een wandeling van 7,5 kilometer, gaat niet vanzelf. Het vergt inspanning, planning en doortastendheid. Met een luie zondag op de bank kom je er niet. Voor tienduizend stappen moet je de deur uit. Marielle: “Ook op een reguliere kantoordag gaat dat niet, het lukt beter als je afspraken buiten de deur hebt.” Fanatiek Gelukkig werkte de mix van aanmoedigen en competitie goed in het team van Marielle. Ze werden redelijk fanatiek. Zelfs een teamlid dat weinig met sport had, stelde thuis voor om ’s avonds te gaan wandelen om haar stappensaldo op peil te houden. Marielle: “Het was onze eer te na om de tienduizend stappen niet te halen.” Ook tijdens een driedaagse training ‘op de hei’ hield zij haar stappen scherp in de gaten. “Er was nog iemand bij die aan Steptember meedeed. Met haar ging ik in de pauzes een flink stuk wandelen in het bos naast de trainingsloca-

tie. Ik ben ’s avonds zelfs op mijn hotelkamer gaan stappen om de tienduizend te halen, haha.” Omrekenen Naast lopen of wandelen, was er ook een omrekenmogelijkheid. Fietsen, zwemmen of een andere vorm van sport werd daarmee omgerekend naar stappen. Zo zat Conny ’s morgens vroeg al op haar spinfiets toen ze een opleiding volgde en minder tijd had om te lopen. En een teamlid dat op haar vakantiebestemming niet kon wandelen, maar wel vlakbij een zwembad en de zee zat, zwom haar stappen bij elkaar. Prijzenregen Na afloop van Steptember nodigde de gemeente alle Steptember-teams uit en kregen de deelnemers en teams met de meeste stappen of het hoogste sponsorbedrag een prijs. Uit het team van Marielle viel Deborah in de prijzen omdat zij de meeste stappen van de gemeente had gezet. Steptember past goed in het vitaliteitbeleid van de gemeente dat er op is gericht Amsterdammers, en dus ook de medewerkers van de gemeente, zo gezond en actief mogelijk te houden. Behalve Steptember leefde ook de plank challenge onder veel medewerkers. “Sommige collega’s doen het nog steeds. Je kunt ook yoga doen via de gemeente en er is een voetbalteam van ambtenaren.” De deelnemers werd dan ook op het hart gedrukt hun vitale en fitte levensstijl vol te houden. Voor Conny was het een aanmoediging om door te gaan met Steptember; ze hield hem honderdvijf dagen vol. Gemakkelijk in te passen Zou Marielle volgend jaar weer meedoen? “Zeker! Niet alleen omdat het leuk is om je met een ploeg voor zo’n evenement met een goed doel in te zetten. Ook het competitieve trekt mij. En de challenge is relatief gemakkelijk in je dagelijkse leven in te passen. Je hoeft niet naar de sportschool om die stappen te zetten. Dat vind ik een groot voordeel.”

49

Vitaliteit De gemeente Amsterdam wil een organisatie zijn waarin medewerkers gezond, vitaal en gemotiveerd hun werk kunnen én blijven doen. Zowel geestelijk als lichamelijk. De hele loopbaan veerkrachtig en gemotiveerd blijven, dat vraagt iets van zowel de organisatie als van de medewerker. Werkgever en medewerker zijn samen verantwoordelijk voor de vitaliteit van medewerkers. Hierbij is aandacht voor verschillende doelgroepen belangrijk, want vitaliteit kan voor een beleidsmedewerker iets heel anders betekenen dan voor een handhaver. We zorgen voor een breed aanbod waar elke medewerker gebruik van kan maken. In het bijzonder hebben we aandacht voor de mensen die (nog) niet fit zijn of arbeidsbeperkt. Vitaliteit in 2018 In 2018 is er een vitaliteitsbeleid opgesteld. Hierin staan uitgangspunten over hoe de gemeente wil omgaan met vitaliteit. Daarnaast is een campagne over vitaliteit gestart. Daarin wordt aandacht besteed aan de verschillende kanten van vitaliteit: bewegen, slapen, voeding, genotsmiddelen, veiligheid en arbeidsomstandigheden, stress, ondersteuning van de thuissituatie en talent. In september was het evenement Steptember, waarin medewerkers werden aangemoedigd om 10.000 stappen per dag te zetten. Ook is er in 2018 per locatie en werkproces gekeken wat de gezondheidsrisico’s van het werk en van werknemers zijn zodat we daar maatregelen voor kunnen nemen. In 2018 is ook de aanbesteding gedaan voor de collectieve zorgverzekering voor de medewerkers van Amsterdam. Wil je als medewerker meer informatie over vitaliteit op het werk? Gebruik hiervoor de QR code onderaan deze pagina.

Scan de QR code of klik op de code in de pdf om het filmpje te bekijken


Onderwerpen

Organisatie in cijfers

n

Personeel in cijfers

52

n

Ontwikkeling en verzuim

54

n

Medewerkerswaarderingsonderzoek (MWO)

56



Organisatie in cijfers

Personeel in cijfers


Personeel in cijfers

53

Kerncijfers 2018

Bezetting in FTE Aantal medewerkers

15.600

Gemiddelde leeftijd

47

Tevredenheid

7,0

Aantal vrouwen in topfuncties

44%

Aantal banen arbeidsbeperkten

409

Instroom man-vrouw en leeftijd

0,3%

Auditdienst ACAM - 47

4,3%

Bestuur en Organisatie - 622

1,7%

Stadsdeel West - 248

2,4%

Stadsdeel Oost - 341

1,7%

Stadsdeel Noord - 240

2,1%

Stadsdeel Zuid - 307

3,0%

Stadsdeel Nieuw-West - 430

1,3%

Stadsdeel Zuidoost - 191

2,7%

Stadsdeel Centrum - 369

820 727

15,6%

Interne Dienstverlening - 2.243

10,6%

Dienstverlening en Informatie - 1.531

19,4%

Ruimte en Economie - 2.790

26,8%

Sociaal - 3.855

8,3%

357

310

117

104

78

55-60

60-70

Stadsbeheer - 1.197

Totaal - 14.411

Verzuimpercentage

581

man

vrouw

15-25

25-35

35-45

45-55

6,3%

Totale instroom 1.547

Uitstroom naar geslacht en leeftijd

Verhouding man/vrouw in FTE

Verhouding man/vrouw

480 439 376

7.849

7.751

Mannen

6.955

7.456

Mannen

(50,3%)

(49,7%)

Vrouwen

(48,3%)

(51,7%)

Vrouwen

158

149

154

19

man

vrouw

15-25

63

25-35

35-45

45-55

55-60

60-70

Totale uitstroom 919 Totaal 14.411

Totaal 15.600

Aantal arbeidsbeperkten

Dienstjaren 2018

Bezetting leeftijd

Vrouwen in leidinggevende functie

409 374

200 (1,3%)

44% 2.357

2.259

(15,1%)

(14,5%)

2.512 (16,1%)

3.719 (23,8%)

15-25 jaar

3.246

25-35 jaar

(20,8%)

4.553 (29,2%)

9.458

45-55 jaar

(60,6%)

178

126

2016 Instroom

3 tot 10 jaar

2.896

Streef

10 jaar of meer

(18,6%)

60-70 jaar Totaal 15.600 Gemiddelde leeftijd 47 jaar

168

165

34% Korter dan 3 jaar

35-45 jaar

55-60 jaar

45%

43%

Amsterdam

Den Haag

Rotterdam

Utrecht

2017 Instroom

2018 Banen

Gerealiseerd

Toelichting Per 1 januari 2018 is het quotum arbeidsbeperkten vanuit het Rijk ingegaan voor de overheidssector. Doelstelling van dit quotum is om extra banen te creeĂŤren voor arbeidsbeperkten. De verhoogde doelstelling brengt ook een andere berekening met zich mee. Er wordt nu gekeken naar het totaal aantal banen binnen de gemeente voor arbeidsbeperkten. Dit is anders dan voorheen, toen gekeken werd naar het aantal ingestroomde arbeidsbeperkten sinds 2013, toen de Wet banenafspraak van kracht werd.


Organisatie in cijfers

Ontwikkeling en verzuim


Ontwikkeling en verzuim

55

Trainees

Aantal stagiairs

Gegevens 2018

TGA

YPPS

MRA

G4

BG

Totaal

Aantal trainees

42

10

2

8

10

72

Nieuw gestart

Geen

2

Geen

Trainees tabel afkortingen en namen

1.554

1.043

Gemiddelde leeftijd nieuw gestarte trainees

Aantal betaalde stagiairs

N.v.t.

10

~3 |7

~0 |2

30,5

26,5

10

N.v.t.

22

~2 |8

~ 5 | 17

26,1

27,7

MRA Traineelpool Metropoolregio Amsterdam G4 Traineepool vier grote gemeenten BG Vaktraineeship Bouw en Gebruik

Aantal onbetaalde stagiairs

Verzuim 2018 per cluster

Totaal aantal stagiars: 2.594 Waardering stageplek: 8.0

8

Ziekteverzuim 2018: 6,3%

7,3

Cijfers Amsterdamse School

7,1

0,7%

4,9

0,9% 4

833

3,1%

1.202

Cluster Diensverlening en Informatie

4,5

1,6%

434

Bestuur en Organisatie

2.524 1.562

Interne Dienstverlening

1.857

Stadsdelen

1.830

G em ee nt eb re ed

3.261

Cluster Ruimte en Economie

3.781 3.998 2.434

Cluster sociaal

4.526

0

1.000

Unieke deelnames

2.000

3.000

4.000

5.000

MWO cijfers over vitaliteit

Deelnames

7,0

6,7 6,8 6,1

Medewerkers 9.982

2018

7,3 7,3 7,5

5,9 6,0 5,4

5,7 5,8

Verzuim gemeentebreed Toepasbaarheid en waardering

Persoonlijk opleidingsuitgaven 6.0%

5,0

5,0 1.211

4,1

6.3% 5.7%

1.198

4,2 844 750

2016

Toepasbaarheid opleidingen

Waardering opleidingen

6,3

3,6

197 220

Cluster Stadsbeheer

6,8

6,3

34 65

Auditdienst ACAM

Deelnames 20.540

TGA Traineepool Gemeente Amsterdam YPPS Young Professionals Programme for Status Holders

Amsterdam

Den Haag

Rotterdam

Utrecht

2016

2017

2018

2017

2018


Organisatie in cijfers

Medewerkerswaarderingsonderzoek


Medewerkerswaarderingsonderzoek In mei 2018 heeft voor het vierde achtereenvolgende jaar het Medewerkerwaarderingsonderzoek (MWO) plaatsgevonden. Een onderzoek waarin medewerkers de mogelijkheid wordt geboden hun mening te geven over verschillende aspecten van het werk en het werkgeverschap van de gemeente Amsterdam. Resultaten Op onderstaande thema’s is dit jaar wederom beter gescoord dan voorgaande jaren en zijn we dichterbij het landelijk gemiddelde gekomen. Werkplezier: de afgelopen drie jaar waardeerden de medewerkers de gemeente Amsterdam met een 6,5, 6,7 en 6,8. In 2018 is de waardering gestegen naar een 7,0. Werkgeverschap: de 6,6 van vorig jaar stijgt naar een 6,8 dit jaar. Medewerkers zijn tevreden met hun baan, staan achter de doelstellingen van de organisatie en zijn trots op hun werk. Medewerkers zijn tevreden over hun directe leidinggevende. Deze scoort een 6,8, waarmee we dit jaar boven het landelijk gemiddelde van een 6,7 scoren. Er is ook een positieve trend te zien op sociale veiligheid: 88,7% van de medewerkers geeft aan nooit te maken te hebben gehad met ongewenst gedrag, in 2017 was dit 86,8%. Ook voelen medewerkers zich veilig op hun werkplek, onder andere om ideeÍn te uiten of zichzelf te kunnen zijn. Er zijn ook punten waar nog onvoldoende verbetering in te zien is volgens de medewerkers, zoals de resultaatgerichtheid van de gemeente Amsterdam en de waardering die medewerkers ervaren vanuit de organisatie. Dat vraagt om meer inzet om duidelijk te krijgen waar we als organisatie voor staan en welke resultaten we boeken. Een opgave voor leidinggevenden en medewerkers om de komende tijd stevig op in te zetten. In 2019 vindt voor de laatste keer het MWO plaats. Het MWO loopt van 6 tot en met 25 mei.

57

Deelname aan het MWO +8% 69,5% 11.029

11.311

-2% 67,5%

61,5%

9.547

Deelnemers

Percentage

2016

2017

2018

Tevredenheid 6,6

6,8

7,0

2016

2017

2018


Colofon Sociaal Jaarverslag 2018 Uitgave – April 2019 Copyright © 2019 Gemeente Amsterdam Directie Personeel en Organisatie Teksten en redactie Directie Personeel en Organisatie Interviews Tekstbureau WWYS www.wwys.nl Fotografie Roos Trommelen roostrommelen.nl Video’s JKTV jktv.nl Vormgeving en e-magazine Movement Online movementonline.nl Contact Gemeente Amsterdam Amstel 1 Postbus 202 1000 AE Amsterdam www.amsterdam.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.