magabook

Page 1

AS COLD AS ICE COCKY FICKLE RATIONAL INDEPENDENT TARGETED CURIOUS PERSEVERANT CREATIVE INTUITIVE IMPATIENT STUBBORN


Natacha Bevers


T

H

Perseverance

Bodoni

02

01

E

M

03

04

Interview

A 05

The Creative

The Talking Heads

S

06

07

“You don’t take a photograph, you make it”

freedom of expression


01 Perseverance How I want to express myself to the world as a person and as a graphic designer.

Met deze poster wou ik de nadruk leggen op het aspect grafisch ontwerper in wording. Om dit duidelijk te maken laat ik maar enkele stukken van mijn gelaat zien en een donkere vlek die staat voor de toekomst die nog onbekend terrein is. De bloem die ik er in zeer fijne lijnen naast heb gezet staat voor ‘perseverance’. Deze heb ik als tattoo op mijn rug staan omdat dit een begrip is waarmee we in het dagelijkse leven te maken krijgen. Zonder doorzettingsvermogen kunnen we onze dromen niet waarmaken.




PERSEVERANCE

Magnolia staat voor ‘perseverance’, wat doorzettingsvermogen betekend. Zoals het spreekwoord zegt “winners never quit and quitters never win” moeten we onszelf krachtig vasthouden aan het idee of de actie dat we voor ogen hebben en pas loslaten als we ons doel bereikt hebben tenzij dit redelijkerwijs niet haalbaar is.




02 Advertisement Bodoni


r fy

Bodoni Giambattista Bodoni

Extreme contrast in stroke weight and hairline sherifs.

"The letters don't get their true delight,

when done in haste & discomfort,

nor merely done with diligence & pain,

but first when they are created with love and passion."




03 Interview GO and MEET

Rhonald Blommestijn is een illustrator, grafisch ontwerper en animatiemaker die vertoeft in het hartje van Amersfoort, een dorpje dichtbij Amsterdam.



Hoe ben je in de wereld van grafisch ontwerp terecht gekomen? Was het al een droom van toen je klein was ? Op de middelbare school werkte ik voor de schoolkrant, daar schreef ik artikels voor en ik deed ook de vormgeving en de illustraties. Ik vond dat meteen leuk dat je iets maakte en dat het gedrukt werd en zo bij veel mensen terecht komt. Ik zat al op de kunstacademie, op de lerarenafdeling in eerste instantie, want ik zag het niet echt zitten om echt geld te verdienen met tekenen, dat geloofde ik eigenlijk niet dat dat kon en toen heb ik een zomervakantie in de WMCE in New York gewerkt. Dat was een soort vrijwilligerswerk waar ik wel een kamer en eten kreeg. Ik moest daar dingen organiseren met mensen uit Engeland en dan maakte ik de posters die daarvoor nodig waren, maar dat was niet meer dan een kopie’tje op een A4 en dat vond ik zo geweldig. Ik zat dan op de lerarenafdeling en ik wist van mezelf dat ik verkeerd zat en dat ik grafisch ontwerp wou studeren. De lerarenopleiding op de kunstacademie heb ik ook gewoon afgemaakt, want binnen deze opleiding mocht ik eigenlijk doen wat ik wou en ze vonden het heel prima dat ik grafisch ontwerp en illustratie ging doen.

Hou je tijdens het ontwerpen een boek bij met onderzoek? Nee ik hou geen boek bij maar ik maak wel schetsjes op losse papieren. Deze hou ik eigenlijk niet bij. Vroeger werden deze gefaxt en dan bewaarde ik ze nog wel, maar ik keek er nooit meer naar terug. Tegenwoordig maak ik de schetsen in de computer met een ‘wacommetje’, en die bewaar ik wel. Ik vind het boek wel geen slecht idee, de meesten mensen gaan meteen af op het doel, op het eindproduct, terwijl de tussenstappen heel belangrijk zijn en dat je die ook goed leert bijhouden.

Als je ideeën hebt in je hoofd krijg je deze dan moeilijk op papier gezet ? Nee ik geloof dat ik nooit vast zit, maar misschien komt het omdat ik het steeds probeer uit te zoeken hoe ik het kan uitwerken en dit vind ik ook het leukste aan een ontwerp. Ik zit nooit vast. Ik gebruik er wel een paar trucjes voor.


Beter Horen commercial N=5, Patrick Wijnhoven A.D.


Hoe ga je met deadlines om? Vind je dat moeilijk ? Nee ik ben gek op deadlines, Ik werk bij de NRC, een krant in Nederland en die komen vaak een uur ervoor naar mij met een opdracht, vaak is dat ook wel een paar dagen ervoor. Ik vind het heerlijk wanneer ze een uurtje voordien naar me bellen voor een opdracht. Het heeft iets van een ouderwetse krantenromantiek.

Die opdrachten die ze een paar uur van te voren geven, zijn dat dan grote opdrachten? Nee dat valt goed mee, voor grote opdrachten heb ik altijd genoeg tijd, maar ik hou van haast ook omdat er dan minder gezeur is. Dat vind ik prettig ook omdat een illustratie zijn werk moet doen in een paar seconden. Wanneer mensen kijken naar een cover van een boek of een illustratie in een krant dan moet dit op een paar seconden zijn werk doen. En als je er dan te lang mee bezig bent dan maak je het te ingewikkeld, dan mis je het directe. Het moet iets heel simpel zijn. Het is een vrij oppervlakkig iets.

Je inspiratie komt dus redelijk direct? Mijn inspiratie is geen probleem, ik zit meteen boordevol ideeĂŤn. Dit komt misschien ook omdat ik vrij systematisch werk. Het is voor mij een puzzel waaruit een idee samenvalt, voor mij is het een vrij logische stap en een logisch proces.

Hoe zijn die kranten bij jou terecht gekomen? Hebben die werken van u gezien? Of heeft u een tentoonstelling gehouden? Toen ik net begon, 21 jaar geleden, toen ben ik een paar mensen en uitgeverijen afgegaan met een grote map waarin al mijn werk zat. Vanaf dat moment werd ik altijd gebeld met de vraag of ik iets wilde maken. Af en toe benader ik wel iemand, maar dit gebeurt bijna nooit.


Je hebt wel een positieve indruk achter gelaten bij de kranten ? Ja die hebben mijn werken ergens gezien en vroegen of ik iets voor hun wilde ontwerpen. Ik heb er nooit heel veel moeite voor gedaan, het is tenslotte ook een hele kleine wereld. Toen ik begon als illustrator werkte ik meteen voor ‘Elsevier’, een blad met een hele grote verspreiding en ik deed veel omslagen dus mijn werken werden gezien. Ik deed ook omslagen voor de VPRO gids, dat is een televisigids hier in Nederland. Dus werd gezien bij heel veel mensen. Het is heel snel gegaan, binnen een paar maanden zat ik met een volledige portefeuille. De mensen zeiden dat het jaren ging duren voordat ik kon leven van kunst, maar het duurde echter maar een paar maanden.

Opdrachtgevers zoals de krant, is dat leuk om voor te werken? Ja dat vind ik leuk, ik vind aan tijdschriften echt alles leuk. Je werkt dan meestal voor grafisch ontwerpers of tegenwoordig ook voor een beeldredacteur. Ik vind het een heel prettige wereld. Eigenlijk veel leuker dan de kunstwereld, ik had eerst gedacht om kunstenaar te worden, maar ik krijg echt de kriebels van die mensen. Ik vond dat geen prettige sfeer. Reclame bureaus, ontwerpbureaus en redacties brengen net wel die prettige sfeer met zich mee en daar werk ik dus ook graag voor.

Je doet zowel binnen-als buitenlandse opdrachten voor kranten en magazines? Ja, maar het meeste is toch Nederland en af en toe bij jullie in het land. Vroeger had ik ook een agent in België en die had dan ook meer werk voor me, maar nu gebeurt dat enkel nog maar af en toe. Ik werk onder andere voor het Jazz festival in Brussel, dat is al jaren zo. Dat is dan België, soms ook Duitse tijdschriften en vroeger ook Engeland maar dat is nu niet meer.


U werkt samen met Els Beijderwellen, uw vrouw. Hoe verloopt deze samenwerking? En wat heeft zij gestudeerd ? Ja dat gaat goed, ik ben meer van die ideeën en zij doet meer suggesties voor de uitwerking. Ik ben eigenlijk meer de grafisch ontwerper en zij is meer de kunstenaar. Ieder heeft zijn eigen rol. We zijn samen gaan werken toen ik al een tijdje als illustrator werkte en zij doet daarnaast de ‘kunstdingen’. Zij vind het nog steeds mijn werk en ze wilt dan ook dat het op mijn naam staat. Wij waren klasgenoten in de lerarenopleiding in Arnhem op de kunstacademie en zo hebben we elkaar leren kennen. Ik ben nadien nog 2 jaar grafisch ontwerp gaan studeren op de academie in Amsterdam, de Gerrit Rietveld academie.

Hoe wordt jullie manier van werken het best omschreven? We beginnen, en dat is dan meer mijn werk, gewoon met artikels en hier gaan we op voort. Deze gaan we goed inlezen: we stellen ons de vraag waar het over gaat en vooral het begin van het artikel is belangrijk. Wat is de titel of wat zou ik zelf kunnen bedenken dat de titel is. De titel lijkt op een illustratie, je moet heel kort aangeven waar het over gaat en tegelijkertijd nieuwsgierigheid wekken. Dat doen illustraties ook, je probeert eerst te kijken van wat wil ik precies zeggen met die illustratie en wat is de hoofdzaak in dit artikel, waar kan ik de nieuwsgierigheid van de lezer mee prikkelen. Ik kan er wel iets over vertellen omdat ik ook les geef. Ik neem gewoon een vel papier , een A4’tje wat ik later ook gewoon weer weg gooi. Elk idee dat maar een beetje relevant is daar maak ik meteen een aantekening van, maar geen letters of woorden daar ben ik heel erg op tegen dat je wanneer je schetst, geen woorden gebruikt. De leraren op de kunstacademie leren de leerlingen woordassociaties te maken, da vind ik een slecht idee. Ik vind ook dat in een illustratie geen tekst mag voorkomen, of bijna geen tekst. Hierdoor krijg je al gauw zo een uitleg-achtige tekst. Ik maak dus een schets bij elk idee, niet dat het allemaal goede ideeën zijn. Ik probeer er beelden bij te verzinnen en zo kan je het ene met het andere combineren. Dat is ook een van de redenen waarom ik nooit dat inspiratie-probleem heb, want dit is een waterdicht systeem. Ik kom er altijd mee uit. Maar dat is in het begin ook niet kritisch zijn, elk idee gewoon op papier zetten, want een stom ideetje dat je net iets wat verdraaid kan ook een heel leuk idee worden. Zo verkrijg je dus een idee en dan is het heel belangrijk, wat vele mensen overslagen, om op deze schets verder te werken met een kleurtje of dergelijks om hierop te ontwerpen. De meeste opdrachtgevers willen ook deze schets zien, de krant is een uitzondering, die laat het helemaal aan mij over. Dat is direct klaar tot het eindproduct. Dit in tegenstelling tot bijna alle andere klanten, want die willen een schets zien. Dergelijke schetsjes maak ik ook heel simpel, ik teken tegenwoordig ook met een wacommetje of met de muis, een heel simplistische weergave van mijn idee. Ondertussen denk ik ook in welke stijl ik ga werken, wordt het een fotocollage, teken ik of ga ik schilderen.


Welke techniek gebruikt u het liefst? En heb je ook interesse in fotografie? ik vind tekenen heel erg leuk, maar in de computer is iets meestal directer, omdat het minder artistiek is. Als je schildert en tekent zit heel snel het handschrift erin. Bij heel veel dingen staat dit niet. Een stijl die ik tegenwoordig veel gebruik is het gebruik van foto’s, meestal zelf gemaakt, en dan maak ik een soort van gebruiksaanwijzing-tekeningetjes. Heel simpel getekend met hele rechte lijnen. Dit vind ik een prettige stijl omdat het volslagen onartistiek is. Ik ben dus ook vaak met fotografie bezig. Ik teken de foto dan na en dan ziet het er vrij realistisch uit en heel direct.

Heb je fotografie ook als vak gekregen op school of heb je dit zelf uitgepluisd? Ik heb het nooit als vak gekregen, ik zat ook op de lerarenopleiding en dat was een hele slechte opleiding trouwens. En dat is voor mij heel goed geweest want ik kon gewoon mijn eigen gang gaan. Er was ook een afdeling grafisch ontwerp op de academie in arnhem en daar kenden ze me. Ik zat namelijk altijd in de drukkerij en ze tolereerden me. Ik pikte ook af en toe iets mee, bij hun lessen ging ik meestal ook luisteren. Ik zat op de verkeerde afdeling maar dat was eigenlijk wel een prettige situatie voor me. Opleidingen worden zo overschat, je leert het meeste van jezelf, door te kijken naar mensen die je goed vindt en door uit te proberen. Ik heb ook nooit programma’s geleerd, ik zou niet weten hoe zo een cursus eruit ziet. Je koopt photoshop en dan elk knopje proberen en kijken wat er gebeurd. Als je even op gang wordt geholpen lukt het wel. Mijn zoon is net begonnen op het grafisch lyceum en hij krijgt wel vakken zoals photoshop en illustrator waarvan alles systematisch wordt uitgelegd.


Je kan wel stellen dat het talent vervat zit in de familie? Dat zou best kunnen maar hij kan het goed, hij heeft talent. Hij snapt ideeĂŤn, hij snapt vormen. Ik ben blij dat hij dat is gaan studeren. Ik denk ook wel dat het helpt dat wij als ouders ook in die wereld actief zijn. Ik kom zelf ook wel uit een vrij artistieke familie langs mijn moeders kant, met grafische technieken en tekenen en dat maakt het makkelijker als je ermee opgroeit.

Buiten werk voor kranten ontwerp je ook logo’s? Soms , ik zou het wel vaker willen doen, want ik doe het wel heel erg graag, net zoals boekomslagen. Het is niet perse leuker dan opdrachten voor tijdschriften, maar het gebeurt niet vaak dus het is atijd heel leuk om eraan te werken. De afwisseling is interessant en motiverend. De grafische vormgeving van een boekomslag vind ik leuk, om alles te laten afstemmen met elkaar. Ik denk dat ik dat aantrekkelijker vind en dat is wat jammer aan mijn werk nu omdat dat nie zo heel vaak kan. Mijn opdrachtgever is meestal een grafisch ontwerper. En ik vind de combinatie ook heel erg leuk. Posters uit polen, zijn tijdschriften waar ik helemaal gek op was, deze zijn van de jaren 60-70. Het waren gewoon een aantal kunstenaars en die werden volledig vrij gelaten. Kwam er een Amerikaanse film in Polen, dan maakten zij daar een nieuwe poster voor. Polen was nog zwaar communistisch. Je kreeg een prachtige integratie van belettering en tekeningen en daar zijn waanzinnig mooie dingen uit voort gevloeid en dat is nog steeds mijn voorbeeld.

Waar heeft u deze werken gezien? Op een tentoonstelling? Dat was een tijdschrift waar ik veel in keek, graphics heette dit, een Zwitsers tijdschrift. In die tijd was dat een eye-opener, het had een aantrekkingskracht op me. Dit vond ik veel leuker dan schilderijen maken voor aan de muur ofzo (theaterposter of boekomslagen). Op de kunstacademie vonden ze dat wel grappig dat ik eigenlijk veel meer met grafisch ontwerp bezig was. De leraren vonden het leuk dat ik wat anders deed ze vonden dat allemaal prima. Ze zochten zelfs speciale leraren voor me die me dan af en toe konden ondersteunen. Het was een slechte opleiding in de zin van wat ze aanboden, maar ze hebben me wel vrij gelaten en de mogelijkheid gegeven om door te groeien naar grafisch ontwerp.Voor mij heeft dat goed uitgepakt.


Je bent ook actief als animatiemaker ? Ook niet zo vaak zoals ik zou willen en dat is lastig want je moet vaak werken met die animatieprogramma’s, zoals after effects, om het onder de knie te krijgen. Het is een ingewikkeld programma, wel heel erg leuk. Een hele puzzel met allerlei schakelaartjes. Ik zou het vaker willen doen maar het gebeurd niet zo heel veel.

‘the battle for the internet’

Heb je bereikt wat je wou bereiken in deze sector ? Of heb je nog dromen die je graag zou willen bereiken? Ja ik zou graag meer met boekomslagen willen werken, maar eigenlijk weet ik niet of ik het zoveel leuker zou vinden. Toen ik net begon ging het vrij hard, toen was ik eigenlijk verbijsterd dat dit eigenlijk kon om zo je kost te verdienen. Op de middelbare school tekende ik gewoon voor de schoolkrant en moest ik huiswerk maken dus dat was mijn werk en de tijd die ik over had, zat ik te tekenen. Toen ik op de kunstacademie kwam moest ik ineens mijn ‘werk’ laten zien, en dat vond ik zo een raar woord. Zeggen ze dat bij jullie ook in België? Op de kunstacademie waar ik zat werden de mensen die illustratie volgende beschouwd als de talentlozen en de mensen die niets konden. Dat is tegenwoordig veranderd, want illustratie is tegenwoordig erg hip, maar in die tijd was illustratie ongeloofelijk tuttig. Daar werd op neergekeken. Ik had er eigenlijk geen hoge pet van op. De grootste merken maken nu gebruik van illustraties, dat is uniek en ik denk dat het zo weer voorbij kan zijn. Ik heb een tijd getwijfeld, maar dat was wat ik wou doen. Ik had alsmaar van die dromen dat ik geld vond op straat, zo voelde het ook. Ik kan geld verdienen met dit, het ging gewoon. Ik had gedacht dat ik heel mijn leven gewoon formuliertjes ging ontwerpen.


“Searching the Jewish Lobby”, for NRC Handelsblad


Wat bedoel je met formuliertjes? Het meest saaie van grafisch ontwerp werk zeg maar, lay-out zonder verdere ideeën. Wat ik ook wel goed had gevonden, maar dit is gewoon geweldig. Het is vooral zo leuk omdat illustratie voor mij het leukste werk is dat ik kan bedenken. Als je alleen met kunst bezig bent, is dat te eentonig. Het is een ingewikkelde puzzel: je hebt opdrachtgevers en je moet rekening houden met degene die het artikel geschreven heeft, want die moet zich erin herkennen maar ook de lezer. Het moet bovendien ook passen binnen de normen van het grafisch ontwerp. Je hebt het gevoel dat je met 2 hersenhelften bezig tegelijk bent, het is intuïtief maar ook moet je kunnen beredeneren waarom je het doet en je moet nadenken over de stappen die volgen. Voor mij is het ideaal werk.

Voor jou is het dus uiterst belangrijk dat een werk inhoud heeft? Het is voor mij een uitgangspunt. Het hoeft niet heel veel te zeggen en het mag ook iets heel simpel zijn, maar het idee komt eerst want dat is het belangrijkste.

Je hebt ook een keer gezegd dat je alles kunst illustreren wat je ziet. Lukt dit dan ook steeds bij jou? Het is meer een provocatie. Het gaat dus zo : een opdrachtgever heeft een artikel (we hebben het nu over een tijdschrift) en dan hebben ze meestal al gekeken of er een foto is, want dat is goedkoper en gemakkelijker. En op het moment dat ze bij mij komen hebbben ze dat al geprobeerd. Ze komen bij mij als het iets abstracts is. Artikels zijn vaak ook heel economisch, je kan een euro laten zien of de beurs maar dat zijn zo goed als de 2 enigste oplossingen die er gemaakt kunnen worden en daarna is het abstract. Met abstracte ideeën komen ze altijd bij mij terecht en dat vind ik leuk als opdrachten heel erg abstract zijn. Ik zie dat als een uitdaging! Ik vind het ook heel leuk om van iets heel saais een leuke illustratie te maken. Dat is eigenlijk mijn ‘nietsche’ in de markt: het onmogelijke illustreren. Of het lukt is het tweede, maar ik vind het leuk om aan te werken en om het te proberen. Als je in een heel simpele schets iets gemaakt krijgt waarbij je het gevoel hebt dit is het, dan heb je het eigenlijk al en dan volgt de rest stapgewijs. Secundair kan je er nog kleinere ideeën insteken of details, maar in de kern moet er iets heel simpel zitten.

“Dat is eigenlijk mijn ‘nietsche’ in de markt: het onmogelijke illustreren.”


Hoe verlopen je werkdagen? Ik begin zelden voor 11uur , maar ik werk s’nachts ook vaak door en ik ga dus nooit voor 2uur naar bed. Vaak kan dit ook uitlopen tot 4u of half 5. Dat vind ik lekker werken. Overdag bel ik meestal rond naar mensen en schets ik mijn ideeën uit en bereid ik het voor. S’nachts ben je al een beetje moe en dan word je minder afgeleid. Er bellen geen mensen en kan je goed doorwerken tot wanneer het klaar is. Ik ben inmiddels een nachtmens. Het is niet in veel sectoren dat zoiets kan.

“Om het interes voor mezelf v probe verschillende te Heb je een bepaalde voorkeur voor een techniek?

Ik vind het voornamelijk heel leuk om te variëren, ik begin met een idee en sommige ideeën werken goed in de ene techniek dus ik vind dat ik verschillende technieken moet uitproberen. De andere reden is dat ik het ook vervelend zou vinden om alsmaar hetzelfde te doen.Voor het interessant te houden voor mezelf varieer ik en probeer ik verschillende technieken uit. Nieuwsgierigheid is ook vaak een drijfveer, dan zie ik iets en dan wil ik dat ook proberen. Op de kunstacademie vond ik het ook leuk om werken te vervalsen, om iemand na te doen van waar het zit nou in, wat zijn de trucjes en de beeldmogelijkheden. Ik werk veel, bijna alle dagen, ik maak best lange dagen en dan is het ook leuk om verschillende dingen te doen om mezelf geïnteresseerd te houden.

Hoe lang ben je al actief in de wereld van grafisch ontwerp?

Ik ben afgestudeerd in 1987, en heb direct een reis gemaakt met mijn vrouw, want ik wilde voordat we kinderen kregen Azië zien. Dat was best lastig, want toen ik net weg ging begonnen net alle opdrachten binnen te lopen, maar toen ik halverwege was in mijn reis, kreeg ik al post. De laatste stop was in Peking en daar had ik al nieuwe opdrachten zoals van het tijdschrift ‘Playboy’ dat een grote opdrachtgever van me geweest is en daar heb ik ook een tijdje voor gewerkt.

Heb je in Azië veel ideeën opgedaan? Dat dacht ik maar ik heb er uiteindelijk niks mee gedaan. Ik zat er wel constant met in mijn hoofd en heb er ook schetsen van maar ik heb er nooit iets mee gedaan. Ik denk dat het eerder andersom werkt bij mij, want na het reizen moet ik weer op gang komen en gewoon worden aan het werken.


Is er een bepaald werk waaraan je het meeste plezier hebt beleefd? Ik denk bijna nooit na over dingen die ik gemaakt heb. Soms moet je wel en moet je een website maken over je eigen werk en dan kijk je even terug. Maar eigenlijk denk ik er bijna niet meer over na en ben ik gewoon met mijn nieuwe opdrachten bezig. Ik zie het dan wel eens, het drukwerk, maar dat is dan ook achter de rug. Ik heb overlaatst ook heel veel werk weggegooid van toen in de tijd dat ik nog ouderwets gewoon schilderde. Tegenwoordig is het digitaal en dat bewaar ik allemaal wel, want dat is gemakkelijk. Maar ik had zoveel enorme dozen met werk. Ik maak er veel werkjes per dag en dat liep na een paar jaar flink op. Ik hou zelden iets bij van vroegere werken, terwijl ik wel hoor dat andere dit wel doen.

ssant te houden varieer ik en eer ik echnieken uit.� Dus jij hebt er geen behoefte aan om je iets mindere werken te bekijken en erbij stil te staan van wat je eruit kan leren?

Helemaal in het begin, toen ik werkte voor Elsevier was prettig want dan leverde ik mijn werk in en dan 2 dagen later lag dat in de winkel en dan kon ik kijken van hoe het er in druk uitzag. Daar heb ik dan veel van geleerd. Maar tegenwoordig zie je dat al op het computerscherm wat het wordt. Misschien zou ik beter terug moeten kijken. Ik ben intensief bezig met wat ik bezig moet zijn en niet met wat ik gedaan heb. De dingen die ik op mijn website heb staan, zijn de dingen waar ik tevreden van ben en die ook los, zonder artikel, nog werken. Het zijn vaak de simpele dingen waar ik vaak bijna niets aan gedaan heb die ik het mooist vind.


‘Retoric’ for Leiden University,


Werd tijdens je opleiding gezegd dat je met een computer moest werken ? In mijn tijd was dat helemaal nog niet, er waren toen een paar bureaus die een computer hadden en die waren ontzettend duur. Ik wist dat het bestond, maar in die tijd was grafisch ontwerp helemaal anders: je liet de tekst zetten en je ging met zetinstructies naar een lithograaf. Meestal sneed je die letters zelf uit (niet voor een boek, maar voor affiches) en die plakte je dan in een compostie die overeenstemde met je illustratie. Je zag nooit hoe het eruit zou zien, je moest in je hoofd bedenken hoe het eindproduct zou zijn. Toen had je al wat werd aangekondigd : “WYSIWYK” komt eraan! Een nieuwe techniek voor de grafische wereld waarmee men met computers je eindresultaat kan realiseren : “what you see is what you get”. Door het plakwerk leerde je in je hoofd denken, maar dat kon soms ook verschrikkelijk klungelig zijn. Tegenwoordig zie ik vaak bij jongere grafisch ontwerpers dat ze dat ze hun ontwerp niet in hun hoofd bedenken en dat ze het pas zien wanneer het klaar is. Hierdoor mis je wel een paar stappen. Ze zijn nooit gedwongen geweest om zulke dingen in hun hoofd te doen. Je kan ontzettend veel tijd besparen door eerst alles uit de werken in je hoofd en op papier. Je moet ook vooraf nadenken over de stappen die later zullen volgen. Ik denk dat het heel goed zou zijn dat ze dit meer in het onderwijs binnen zouden brengen. Zelfs als je niet kan tekenen toch een schetsje maken voordat je gaat werken op de computer. Ik ben heel erg voor de computer hoor, in mijn tijd had je dit nog niet en ik droomde echt over de dag dat programma’s zoals photoshop zouden komen. Wij gebruikten kopieer-apparaten die in die tijd zeer uitgebreid waren en waarmee we dingen konden uitrekken en groter maken en dat vonden we al zo bijzonder. Daar kijken jullie niet van op, maar voor ons was dat al heel wat. Computers zijn voor mij gemakkelijk, omdat ik ook heel wiskundig denk. Mensen die programma’s maken denken ook zoals ik denk, ik denk ook in logaritmes. Soms kan ik het niet meteen vinden, maar denk ik dat het moet kunnen en blijf ik proberen. Photoshop is meer een extra hand, een verlenging van mezelf. Het is er ook meteen ingekomen, een vriend van me heeft me een duwtje in de rug gegeven en ik was er eigenlijk meteen mee weg.

“Je zag nooit vooraf hoe het eruit zou zien, je moest in je hoofd bedenken hoe het eindproduct zou zijn.”




04 The Talking Heads


The Talking Heads De opdracht luidde om 2 posters te maken : een typografische met een quote uit de film en een grafische poster die in het algemeen over de film ‘Stop making sense’ gaat. De typografische poster heeft als quote ‘who needs to think’ uit het nummer ‘Genius of love’. Ik vond deze zin interessant omdat we in sommige situaties meer mogen vertrouwen op onze intuïtie en op ons gevoel. Wij als mensen denken te veel en dit geeft David Byrne perfect weer in zijn lyrics.

Als grafische poster heb ik gekozen om David Byrne af te beelden in één van zijn opmerkelijke poses. Gedurende de hele film beweegt David Byrne met de gekste moves en hierbij gebruikt hij ook attributen zoals bijvoorbeeld een staande lamp. Dit vond ik erg origineel en heb hiervan mijn eigen hedendaagse grafische interpretatie gemaakt.



the

talking heads

STOPmaking SENSE

Directed by : Johathan Demme Produced by : Gary Goetzman & Gary Kurfist Written by : Talking Heads & Jonathan Demme Starring : Talking Heads Music by : Talking Heads Cinematography : Jordan Cronenweth Distributed by : Palm Pictures Release date : April 24, 1984 Running time : 88 minutes Language : English


C

M

Y

CM

MY

CY

CMY

K


who E needs T G A K H A E S to T G E T A E N T HAK S L I GA think

TE G A K H A S T E E N T L G I A K H H D A S T E N E L I T G H D A K H A S T E N L I H D

K H A H D E T S E T N G T L A I K E N H A H D S L I E H D T E T N G T L G A I K H A K H D S HTAL S T E N E N L IHDIHD The Talking Heads / Stop Making Sense Directed by : Johathan Demme / Produced by : Gary Goetzman & Gary Kurfist / Written by : Talking Heads & Jonathan Demme / Starring : Talking Heads Music by : Talking Heads / Cinematography : Jordan Cronenweth / Distributed by : Palm Pictures / Running time : 88 minutes / Language : English




05 The Creative


BE BRAVE

CREATIVELY THE CREATIVE

NO ONE ELSE TO LEAVE

THE CITY OF COMFORT

THE WILDERNESS OF YOUR INTUITION

WONDERFUL

YOURSELF




06 You don’t take a photograph, you make it


Voor mijn fotoreportage heb ik het onderwerp het fort van Breendonk gekozen omwille van de bijzondere geschiedenis die nog steeds in dit gebouw schuilt. Ik heb er samen met mijn mama een daguitstap van gemaakt en ons laten meeslepen door de Belgische oorlogsgeschiedenis. Het fort van Breendonk is het levende bewijs van dat het Nazisme en de concentratiekampen ook in België heeft geleefd en zijn sporen heeft nagelaten. Het is vandaag één van de bestbewaarde kampen in Europa.

De fotoquote heb ik genomen in een duivenkot bij de grootouders van mijn nichtje en neefje. Vogels hebben me altijd al fascineerd en ook telkens als ik een vogel zie, maak ik er foto’s van. Dit is de reden waarom ik graag een foto van een witte duif wou gebruiken als fotoquote.









“where horses have names and people are numbers�





“the memory of suffering, torture and death of so many victims”












07 freedom of expression
























Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.