4 minute read

Heiligdom Symbolen

Next Article
Heiligdom Symbolen

Heiligdom Symbolen

Controverse

Hoofdstuk 28 Het Onderzoekend Oordeel

“Dit zag ik, totdat er tronen gezet werden, en de Oude van dagen Zich zette, Wiens kleed wit was als de sneeuw, en het haar van Zijn hoofd als zuivere wol; Zijn troon was als vuurvonken, de raderen ervan een brandend vuur; een vurige rivier vloeide, en ging v r Hem uit; duizendmaal duizenden dienden Hem; het gericht zette zich, en de boeken werden geopend.”

Aldus werd voor het oog van de profeet geopenbaard die grote en plechtige dag, waarop de karakters en het leven van de mensen voor de Hechter van de gehele aarde zouden opengelegd worden, en iedereen zou ontvangen “naar zijn werken.” De Oude van dagen is God de Vader. De psalmist zegt: “Eer de bergen geboren waren, en Gij de aarde en de wereld voortgebracht hadt, ja, van eeuwigheid tot eeuwigheid zijt Gij God.” Hij, de bron van alle leven, en oorsprong van alle wet, Hij is het, Die bij het oordeel voorzitten zal. En heilige engelen, “tienduizend maal tienduizenden, en duizendmaal duizenden” wonen als dienaren en getuigen deze grote gerechtszitting bij.

“En ziet, er kwam Eén met de wolken des hemels, als eens mensen Zoon, en Hij kwam tot de Oude van dagen, en ze deden Hem voor Dezelve naderen. En Hem werd gegeven heerschappij, en eer en het koninkrijk; dat Hem alle volken, natieën en tongen eren zouden; Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij, die niet vergaan zal, en Zijn koninkrijk zal niet verdorven worden.” De komst van Christus, die hier beschreven wordt, is niet Zijn wederkomst naar de aarde. Hij komt tot de Oude van dagen in de hemel om te ontvangen heerschappij, en eer, en een koninkrijk, hetwelk Hem bij het einde van Zijn werk als Middelaar gegeven zal worden. Het is dit komen, en niet Zijn wederkomst naar de aarde, dat in de profetieën voorzegd is als plaats grijpende aan het eind van de 2300 dagen, in 1844.

Vergezeld van heilige engelen treedt onze grote Hogepriester het heilige der heiligen binnen, en verschijnt daar in de tegenwoordigheid van God, om het laatste te doen, dat Hem nog te doen staat in Zijn bediening ten behoeve van de mens, om het werk van het onderzoekend oordeel op Zich te nemen, en verzoening te doen voor allen, van wie bewezen wordt, dat ze recht hebben op de voorrechten ervan. In de typiese eredienst namen slechts diegenen aan de plechtigheden van de grote verzoendag deel, die met belijdenis van zonden en boetedoening voor God waren getreden, en wier zonden door het bloed van het zoenoffer op het heiligdomwaren overgedragen. Zo ook zullen in de grote dag van de laatste verzoening en het onderzoekend oordeel alleen de gevallen overwogen worden van hen, die tot het volk Gods behoren. Het oordeel over de goddelozen is een afzonderlike en daarvan verschillende zaak, en vindt later plaats. “Het oordeel moet beginnen van het huis Gods; en indien het eerst van ons begint, welk zal het einde zijn van degenen, die het evangelie van God ongehoorzaam zijn?”

Heiligdom Symbolen

Controverse

De registers in de hemel, waarin de namen en daden van de mensen staan opgetekend, moeten uitmaken, wat er in het oordeel besloten zal worden. De profeet Daniël zegt: “Het gericht zette zich, en de boeken werden geopend.” De ziener van Patmos voegt er bij het beschrijven van dezelfde gebeurtenis aan toe: “En een ander boek werd geopend, dat des levens is, en de doden werden geoordeeld uit hetgeen in de boeken geschreven was, naar hun werken.” Het boek des levens bevat de namen van al degenen, die zich ooit aan de dienst van God verbonden hebben. Jezus sprak tot Zijn discipelen: “Verblijdt u, dat uw namen geschreven zijn in de hemelen.” Paulus spreekt van zijn getrouwe medearbeiders, “welker namen zijn in het boek des levens.” Daniël, “een tijd der benauwdheid, als er niet geweest is,” overziende, zegt, dat Gods volk verlost zal worden, “al wie gevonden wordt geschreven te zijn in het boek.” En de schrijver van de Openbaring zegt, dat alleen diegenen in de stad Gods zullen inkomen, wier namen “geschreven zijn in het boek des levens van het Lam.”

“Een gedenkboek” wordt v r God gehouden, waarin de goede daden opgetekend worden van-degenen, “die de Heer vrezen, en degenen, die aan Zijn naam gedenken.” Hun woorden van geloof, hun daden van liefde worden in de hemel op het register ingeschreven. Nehemia doelt hierop, wanneer hij zegt: “Gedenk mijner, mijn God, ... en delg mijn weldadigheden niet uit, die ik aan het huis Gods gedaan heb. “ In Gods gedenkboek staat iedere rechtvaardige daad vereeuwigd. Daar is de getrouwe oorkonde van iedere verleiding, waaraan weerstand geboden, ieder kwaad dat overwonnen, ieder woord van teder medelijden dat uitgesproken is. En alles wat opoffering heeft gekost, alle lijden en smart ter wille van Christus ondergaan, staat daar opgetekend. De psalmist zegt: “Gij hebt mijn omzwervingen geteld. Leg mijn tranen in Uw fles; zijn ze niet in Uw register?”

Ook van de zonden van de mensen wordt een register gehouden. “Want God zal ieder werk in het gericht brengen, met al wat verborgen is, hetzij goed, of hetzij kwaad.” “Van elk ijdel woord, hetwelk de mensen zullen gesproken hebben, zullen ze rekenschap geven in de dag van het oor-deel.” De Heiland heeft gezegd: “Want uit uw woorden zult ge gerechtvaardigd worden, en uit uw woorden zult ge geoordeeld worden.” De geheime bedoelingen en drijf- veren staan geboekt op dat register, dat onfeilbaar is; want God “zal in het licht brengen hetgeen in de duisternis verborgen is, en zal de raadslagen van het hart openbaren.” “Ziet, het is voor Mijn aangezicht geschreven, . . . uw ongerechtigheden en de ongerechtigheden van uw vaderen tegelijk, zegt de Heer. “

Hetwerkvaniedere menswordtdoorGodnagegaan,enalseen daadvantrouwof ontrouw aangetekend. Tegenover iedere naam wordt met schrikkelike juistheid ieder verkeerd woord, iedere zelfzuchtige daad, iedere onvervulde plicht, iedere geheime zonde, en ieder listig bedrog geboekt. Van uit de hemel gezonden waarschuwingen of berispingen, waarop geen acht is geslagen, verloren ogenblikken, ongebruikte gelegenheden, de invloed, die ten goede of ten kwade uitgeoefend is, met de zich ver uitstrekkende gevolgen ervan, worden alle opgeschreven door de engel, die het register houdt.

This article is from: