Management samenvatting
SAMENVATTING
Deel 23 - de Koninklijke Marine als LF
In opdracht van de Stichting Nederland Maritiem Land heeft Policy Research Corporation het maritieme leader firm gedrag van de Koninklijke Marine in kaart gebracht. Hiermee bouwt dit boek voort op het vorige1 uit de serie Nederland Maritiem Land welke een 50-tal maritieme leader firms in de Nederlandse maritieme cluster heeft geïnventariseerd. In het onderzoek worden vier onderzoeksvragen beantwoord en worden aanbevelingen geformuleerd voor strategie en beleid met betrekking tot de marinebouwcluster en de Koninklijke Marine daarin als maritieme leader firm. De onderzoeksvragen luiden: − Hoe efficiënt realiseert de Koninklijke Marine haar behoefte ten aanzien van nieuwbouw en hoe belangrijk is daarbij de Nederlandse marinebouwcluster? − Hoe belangrijk is het voor de Koninklijke Marine zelf om een maritieme leader firm te zijn? − Hoe manifesteert het maritieme leader firm gedrag van de Koninklijke Marine zich in de Nederlandse marinebouwcluster? − Welke kansen biedt dit aan de Nederlandse marinebouwcluster? Om de verschillende onderzoeksvragen te beantwoorden wordt in eerste instantie onderzocht of de Koninklijke Marine het vermogen en de prikkels heeft om zich als leader firm te gedragen. Vervolgens wordt getoetst of de Koninklijke Marine duidelijk leader firm gedrag vertoont binnen de Neder-
1
Langen, de, P.W. en Nijdam, M.H., Leader firms in de Nederlandse maritieme cluster – theorie en praktijk, Delft University Press, 2003.
© Stichting Nederland Maritiem Land
- xxiii -
De Koninklijke Marine als maritieme leader firm
landse marinebouwcluster. Tot slot is onderzocht welke positieve effecten de Koninklijke Marine sorteert voor de andere partijen binnen de marinebouwcluster. In deze samenvatting wordt dezelfde indeling van onderwerpen aangehouden als in het boek, waardoor eenvoudig nader gewenste detailinformatie kan worden teruggevonden. Het betreft volgende onderwerpen: − De Koninklijke Marine en haar missie; − De Nederlandse marinebouwcluster; − De Nederlandse marinebouwcluster in internationaal perspectief; − Casestudies betreffende innovaties in de marinebouwcluster; − Het leader firm gedrag van de Koninklijke Marine; − Conclusies en aanbevelingen. De Koninklijke Marine en haar missie Nederland beschikt van oudsher over een slagvaardige en evenwichtige marine en wil de vooruitstrevende rol van haar marine ook in de toekomst bevestigen. De missie en de taken van de Koninklijke Marine vereisen moderne en flexibele eenheden die zowel in nationaal als internationaal verband wereldwijd kunnen worden ingezet. Door een combinatie van hoogtechnologisch materieel, hoog opgeleide bemanning en vernieuwende bemanningsconcepten, is de Koninklijke Marine in staat haar missie te realiseren en bovendien haar taken uit te voeren met een minimum aan personeel (‘reduced manning philosophy’). Vooral op dit laatste punt weet de Koninklijke Marine zich te onderscheiden. Door de nauwe relaties tussen de Koninklijke Marine en de marinebouwcluster in Nederland is een eigen zelfscheppende industrie ontstaan die in staat is de meest geavanceerde fregatten en andere marinevaartuigen te bouwen. Hierdoor heeft de Koninklijke Marine de mogelijkheid eisen te stellen die leiden tot een product dat technologisch zeer up-to-date is en dat perfect
- xxiv -
© Stichting Nederland Maritiem Land
Management samenvatting
beantwoordt aan de gestelde behoeften. Binnen de Nederlandse defensieindustrie is alleen de marinebouwcluster in staat alle productiefasen tussen tekentafel en indienststelling op zich te nemen. Dit onderscheidt haar duidelijk van de Nederlandse industrie ten behoeve van de lucht- en landmacht. Een bijkomend voordeel van een eigen marinebouwcluster is dat positieve effecten worden gecreëerd voor de eigen economie. De economische betekenis van de Koninklijke Marine vertaalt zich in een directe en indirecte werkgelegenheid van 21 000 personen en een totale toegevoegde waarde van € 1.1 miljard. Door haar marineschepen in Nederland aan te kopen zorgt de Koninklijke Marine voor nationale werkgelegenheid en toegevoegde waarde. Daarnaast ligt de reële kost voor de overheid van in Nederland aangekochte schepen circa 30% lager dan de betaalde prijs ten gevolge van de terugvloei naar de overheid via de belastingen. Daarenboven is een hoogtechnologisch fregat (LCF) ruim 30% goedkoper dan in het buitenland (F124) omdat de risico’s voor de installatie van de SEWACO-systemen door de Koninklijke Marine worden gedragen en niet door de industrie. Tot slot leidt de nauwe samenwerking tussen de Koninklijke Marine en de bedrijven uit de Nederlandse marinebouwcluster tot wederzijdse kennisuitbreiding en innovatieve ontwikkelingen. Hierdoor ontstaat bijkomend exportpotentieel voor de Nederlandse industrie.
De Nederlandse marinebouwcluster De Nederlandse marinebouwcluster bestaat uit drie groepen, met name de Koninklijke Marine, de industrie en de kennisinstituten (zie Figuur S.1). De twee meest prominente kennisinstituten uit de Nederlandse marinebouwcluster zijn MARIN en TNO Defensieonderzoek. De relatie tussen de Koninklijke Marine en de kennisinstituten is onontbeerlijk op het vlak van kennisontwikkeling en het behoud van de kennisinfrastructuur binnen de Nederlandse marinebouwcluster.
© Stichting Nederland Maritiem Land
- xxv -
De Koninklijke Marine als maritieme leader firm
Bij de industriële partijen heeft de Koninklijke Marine een bijzondere band met de Koninklijke Schelde Groep en Thales Nederland. In de laatste decennia contracteerde de Koninklijke Marine voor het scheepsplatform enkel met de Koninklijke Schelde Groep, die als hoofdaannemer optreedt. De Koninklijke Schelde Groep subcontracteert op haar beurt specifieke onderdelen aan andere bedrijven en stuurt alle andere partijen met betrekking tot het platformgedeelte aan. Zij vervult de rol van integrator voor platformsystemen. Voor de sensor-, wapen- en communicatie (SEWACO-) systemen is er sprake van government furnished equipment en van government furnished information. Andere belangrijke industriële partijen uit de Nederlandse marinebouwcluster zijn Imtech Marine & Offshore, Hertel Marine Services, Rohde & Schwarz Nederland, Stork Bronswerk, Rexroth Hydraudyne en Wärtsilä. De internationalisering van de industriële partijen uit zich onder andere door overnames van Nederlandse bedrijven door buitenlandse partijen en het feit dat Nederlandse bedrijven zelf ook beschikken over buitenlandse vestigingen. Figuur S.1:
De Nederlandse marinebouwcluster
Koninklijke Marine
internationaal
Nederlandse marinebouwcluster Kennisinstituten
Industrie
Bron: Policy Research Corporation
- xxvi -
© Stichting Nederland Maritiem Land
Management samenvatting
De Koninklijke Marine zelf vervult een specifieke en internationaal gezien vrij unieke rol binnen de Nederlandse marinebouwcluster. Zij is zowel conceptueel en functioneel ontwerper, integrator als stimulator van innovatie. Daarenboven wordt het technisch risico voor SEWACO-systeemintegratie bijna volledig bij de Koninklijke Marine neergelegd in plaats van bij een industriële partij, wat een gunstige invloed heeft op de prijs van de Nederlandse marineschepen. Deze organisatie van het productieproces onderscheidt Nederland van landen als Frankrijk en Duitsland. De Koninklijke Marine is een ‘stimulator’ van innovatie. Door onderzoek te financieren en veeleisende behoeften te stellen in de ontwerpen van haar marineschepen, dwingt zij de Nederlandse marinebouwcluster tot innovaties. Innovaties gerealiseerd als gevolg van opdrachten voor de Koninklijke Marine zijn daarenboven belangrijk – zowel nationaal als internationaal – in termen van militaire spin-offs of civiele spill-overs. In dit boek werd bottom-up een uitgebreide lijst samengesteld van recent gerealiseerde innovatie, spin-offs en spill-overs. Wat betreft export, vervult de Koninklijke Marine een referentierol en is zij de launching customer. Niet leveren aan de eigen marine reduceert de kans voor export van complete schepen tot vrijwel nihil. Dit geldt ook in hoge mate voor complexe (militaire) subsystemen. Daarenboven zijn verschillende partijen uit de Nederlandse marinebouwcluster voor een deel van hun omzet afhankelijk van de Koninklijke Marine. Een discontinuïteit in de bestellingen van de Koninklijke Marine zou het verdwijnen van de huidige kennisinfrastructuur impliceren en de Koninklijke Marine verplichten haar volgende generaties marineschepen in het buitenland aan te schaffen. Het is dan zeer waarschijnlijk dat het technisch risico dan bij de bouwmeester zou worden gelegd. Daarmee krijgt de Koninklijke Marine minder invloed op het ontwerp en vermindert de kans op implementatie van kostenefficiënte en innovatieve concepten zoals de ‘reduced manning philosophy’. De buitenlandse bouwmeester zal immers alles in het werk stellen om risico’s te mijden. Deze systematiek heeft een © Stichting Nederland Maritiem Land
- xxvii -
De Koninklijke Marine als maritieme leader firm
negatieve invloed op de kostprijs en de exploitatiekosten van het marineschip. Bovendien zal de aankoop van een marineschip in het buitenland geen werkgelegenheid in Nederland genereren en niet leiden tot terugvloei naar de overheid via de belastingen. Er vindt in Nederland geen kennisopbouw en creatie van toegevoegde waarde plaats. De Nederlandse marinebouwcluster in internationaal perspectief De internationale marine defensiemarkt is een miljardenindustrie. De Nederlandse marinebouwcluster is daarbinnen vooral succesvol op volgende onderdelen van deze markt: − Bouw van schepen met een lagere bewapeningscomponent (amfibische vaartuigen, korvetten, patrouille schepen en kustwachtschepen); − De export van deelsystemen; − De export van ontwerp- en proceskennis; − De export in het kader van de verkoop van afgestoten materieel door de Koninklijke Marine. De internationale markt voor nieuwbouwfregatten biedt beperktere mogelijkheden voor de cluster. In dit verband werd de import-exportmarkt onderzocht van fregatten met een maximum leeftijd van circa 25 jaar en die nieuw werden geleverd of lokaal werden gebouwd met de oorspronkelijke werf als design authority. Hieruit blijkt dat Nederland tot de top-10 van de exporterende landen behoort. Nochtans heeft Nederland sinds midden jaren 1980 geen export van nieuwbouwfregatten meer gerealiseerd. De concurrentie op deze kleine exportmarkt is hevig en politiek gekleurd. Voornamelijk Frankrijk en Duitsland hebben de afgelopen jaren hun exportpositie kunnen verstevigen. Frankrijk en Duitsland hebben elk een bijzonder organisatiemodel met betrekking tot de marinebouwsector. De Franse marinebouw wordt gekenmerkt door een industrieel-politiek model; de overheid staat voor een aanzienlijk deel in voor de exportbevordering. In Duitsland geldt een industrieel-privaat gedreven model; private consortia,
- xxviii -
© Stichting Nederland Maritiem Land
Management samenvatting
waarvan onder meer banken, handelshuizen en staalfabrikanten deel uitmaken, stimuleren de export van geavanceerde marineschepen. In Nederland ontbreekt een dergelijke ondersteuning vanuit de politiek of industriële consortia om een succesvolle positie te heroveren op de exportmarkt van fregatten. Niettemin is export voor de Nederlandse marinebouwcluster van vitaal belang en heeft de Nederlandse marinebouwcluster zich bijgevolg op andere exportmarkten gericht. Een eerste deelmarkt betreft de export van schepen met een lagere bewapeningscomponent. Deze markt is zeer omvangrijk ten opzichte van de fregattenmarkt en behoeft minder politieke ondersteuning. Ook de exportmarkt van deelsystemen, voor onder meer de fregattenbouw, vertoont potentieel. Ondanks de concurrentie op deze markt en de moeilijke toetreding tot de internationale markten zoals de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk is reeds aanzienlijke export van deelsystemen gerealiseerd. Ten derde biedt ook de export van kennis aanzienlijke opportuniteiten voor de Nederlandse marinebouwcluster, aangezien factoren betreffende financial engineering, compensatie en hoge politieke ondersteuning minder van belang zijn. Tot slot geeft het afstoten van materieel door de Koninklijke Marine op de tweedehands markt vaak aanleiding tot aanzienlijke opdrachten (voor verkoper en/of koper) bij de Nederlandse marinebouwcluster als original equipment manufacturer. De belangrijke rol van de Koninklijke Marine voor deze exportmarkten komt op een aantal punten tot uiting. De actieve functie van de Koninklijke Marine bij de initiële ontwikkeling van producten, haar positie van role model customer en haar rol van Parent Navy zijn onmisbaar bij het verwezenlijken van exportorders. Over de laatste tien jaar heeft de Nederlandse marinebouwcluster € 2.5 à 3 miljard militair-maritieme export gerealiseerd.
© Stichting Nederland Maritiem Land
- xxix -
De Koninklijke Marine als maritieme leader firm
Casestudies betreffende innovaties in de marinebouwcluster In dit boek wordt het leader firm gedrag van de Koninklijke Marine en de overige concepten uit de voorgaande hoofdstukken geïllustreerd aan de hand van zes uitgewerkte voorbeelden. Het betreft met name drie marineschepen en drie deelsystemen: − Luchtverdedigings- en Commando Fregat (LCF); − Landing Platform Dock 1 (LPD1); − Coast Guard Cutter; − Goalkeeper; − Rudder Roll Stabilization Systeem; − Active Phased Array Radar (APAR). Deze casestudies verschaffen een goed beeld van de aanjaagrol van de Koninklijke Marine, haar samenwerking met de Nederlandse marinebouwcluster en de exportmogelijkheden van de Nederlandse marineschepen en deelsystemen.
De Koninklijke Marine als leader firm Uit het onderzoek is duidelijk gebleken dat de Koninklijke Marine het vermogen en de incentive heeft om een maritieme leader firm te zijn. Hiervoor beschikt ze niet alleen over de economische sterkte en grootte, maar ook over de nodige kennis en ervaring binnen de Directie Materieel. Daarenboven gedraagt de Koninklijke Marine zich ook als leader firm binnen de Nederlandse marinebouwcluster (zie de negen vormen van leader firm gedrag in Tabel S.1 ). De essentie van leader firms is dat zij positieve externaliteiten creëren voor andere bedrijven. De belangrijkste effecten die optreden ten gevolge van de Koninklijke Marine als maritieme leader firm zijn effecten op het gebied van innovatie en internationalisatie bij bedrijven in de Nederlandse marinebouwcluster. Doordat bij de bouw van hoogtechnologische marineschepen meerdere partijen betrokken zijn en bestaande standaarden worden verlegd, - xxx -
© Stichting Nederland Maritiem Land
Management samenvatting
ontstaat kennisoverdracht tussen opdrachtgever, kennisinstituten en industrie. De bedrijven ontwikkelen zo vaardigheden en kennis waarmee hun internationale marktpositie wordt versterkt. Tabel S.1 :
Uitingen van leader firm gedrag door de Koninklijke Marine
a. Coördineren van productienetwerken
De Koninklijke Marine leidt de eerste fasen van het voortbrengingsproces; ook in latere fasen neemt ze een groot deel van de coördinatie op zich.
b. Opstellen als lead user
De Koninklijke Marine vervult een bijzondere aanjaagrol in de kennisontwikkeling van de Nederlandse marinebouwcluster en dwingt haar toeleveranciers tot innovaties door het stellen van veeleisende behoeften.
c. Zetten van standaarden
Vaak worden nieuwe producten ontwikkeld, omdat er geen standaardproducten bestaan die voldoen aan de eisen van de Koninklijke Marine. Deze nieuwe producten gelden geregeld als norm.
d. Het vormen van nieuwe combinaties
Hoewel de Koninklijke Marine vaak nieuwe kennis ontwikkelt, ontstaat deze niet zo vaak uit de combinatie van kennis uit verschillende sectoren. Voor de invulling van haar hoge eisen doet zij namelijk beroep op een selecte groep van bedrijven. Dit leidt mogelijk tot overembeddedness .
e. Verbeteren van kennisdiffusie
De Koninklijke Marine is een draaischijf voor kennis, niet alleen vanuit internationale defensiesamenwerking. De kennis door de kennisinstituten in opdracht voor de Koninklijke Marine ontwikkeld, wordt vaak middels opdrachten van de Marine aan de industriële partijen doorgegeven.
f. Aanjagen en vormgeven internationalisatie
Als ambassadeur, door het inbrengen van haar NAVO-kennis en door het openstellen van haar internationaal netwerk bevordert de Koninklijke Marine de internationalisatie van haar toeleveranciers.
g. Creëren van reputatieeffecten
De investeringsprojecten van de Koninklijke Marine dragen bij aan de status en het imago van de Nederlandse marinebouwcluster. Deze reputatieeffecten zijn van belang voor het betreden van internationale markten.
h. Ontwikkelen van de arbeidsmarkt
De Koninklijke Marine draagt bij aan de kwaliteit van de arbeidsmarkt, onder meer door stageplaatsen aan te bieden en scholen te ondersteunen. Door haar marineschepen in Nederland aan te kopen, zorgt de Koninklijke Marine voor nationale werkgelegenheid.
i. Creëren van organisatorische infrastructuur
De Koninklijke Marine neemt actief deel aan bestaande brancheorganisaties en samenwerkingsverbanden om kennis te verankeren en te bundelen.
Bron: Policy Research Corporation
Het maritiem leader firm gedrag van de Koninklijke Marine en de competitieve positie van de Nederlandse marinebouwcluster steunen op een aantal pijlers. Ten eerste vereist de operationele taakstelling van de Koninklijke Marine een eigen ontwerpcapaciteit die in staat is een conceptueel en functioneel ontwerp op maat van de Koninklijke Marine tot stand te
© Stichting Nederland Maritiem Land
- xxxi -
De Koninklijke Marine als maritieme leader firm
brengen. Vervolgens zorgt de continuïteit van de investeringsorders ervoor dat het netwerk van wederzijdse afhankelijkheid tussen de Koninklijke Marine, de kennisinstituten en de industrie in stand wordt gehouden. Ten derde geven de budgetten voor wetenschappelijk onderzoek de Koninklijke Marine de mogelijkheid om te investeren en zo bij te dragen aan de innovatiekracht en internationalisatie van bedrijven in de Nederlandse marinebouwcluster. Een vierde pijler vormen de exportorders en de internationale samenwerking. Deze compenseren de teruglopende onderzoeksbudgetten en afnemende investeringen van de Koninklijke Marine. Bovengenoemde pijlers bepalen mee het vermogen om een leader firm te zijn. Zonder deze vier pijlers zou er geen sprake zijn van de Koninklijke Marine als maritieme leader firm.
Conclusies en aanbevelingen In dit onderzoek werd de rol van de Koninklijke Marine als maritieme leader firm onderzocht en bevestigd. Daarbij werd aangetoond dat de Koninklijke Marine als maritieme leader firm substantieel bijdraagt aan de concurrentiekracht van de Nederlandse marinebouwcluster. Een eerste aanbeveling is dat leader firms dienen te worden aangemerkt als doelgroep van clusterbeleid. De invalshoek van clusters en van leader firms in het bijzonder biedt ruimte voor een actief overheidsbeleid met minder risico om te vervallen in ‘conserverend’ industriebeleid waarbij noodlijdende bedrijven steun ontvangen. Hierin is een rol voor het Ministerie van Economische Zaken en in deze casus ook het Ministerie van Defensie weggelegd. Inzet moet zijn de exportmogelijkheden van de Nederlandse marinebouwcluster te vergroten en het kader te scheppen voor het ontstaan van bijkomende leader firms. In dit onderzoek werden de vier pijlers van een competitieve Nederlandse marinebouwcluster met daarin de Koninklijke Marine als maritieme leader firm geïdentificeerd. Elk van deze pijlers staat momenteel onder druk en
- xxxii -
© Stichting Nederland Maritiem Land
Management samenvatting
een tweede aanbeveling is dan ook het ondersteunen en verstevigen van deze pijlers. Een derde aanbeveling is de herkenbaarheid van de Nederlandse marinebouwcluster te vergroten. Voor de Nederlandse marinebouwcluster is het belangrijk dat de cluster zich als een geheel presenteert, zowel op nationaal als internationaal vlak. Om de dialoog met de beleidsmakers te faciliteren, wordt geadviseerd een taskforce op te richten bestaande uit vertegenwoordigers op het hoogste niveau van het Ministerie van Economische Zaken, het Ministerie van Defensie en het Ministerie van Buitenlandse Zaken, de Koninklijke Marine en de CEO’s van enkele toonaangevende bedrijven uit de Nederlandse marinebouwcluster. Deze taskforce heeft de opdracht om zowel een onderzoek te verrichten hoe via publiek-private samenwerking het exportpotentieel voor de cluster kan worden vergroot als een indringende discussie te voeren met de politiek om de ruimte te krijgen voor het realiseren van een succesvol exportmodel voor de Nederlandse marinebouwcluster. De taskforce komt twee tot drie keer per jaar samen. Realisatie van een succesvol Nederlands exportmodel voor de marinebouwcluster betekent miljardenproductie voor de Nederlandse industrie. Hiermee wordt verder gebouwd op de € 2.5 à 3 miljard export van de voorbije tien jaar.
© Stichting Nederland Maritiem Land
- xxxiii -