2 minute read

‘Ik moet mijn afkomst eren en koesteren’

Van Morrison is een vaste gast op North Sea Jazz: al elf keer eerder speelde hij op het festival. Wat hij laat horen weet niemand van tevoren, maar het kan zomaar zijn dat in zijn set muziek zit van zijn laatste album Moving On Ski e, waarop hij zijn oude helden eert.

Interview Jean-Paul Heck

Advertisement

“Het publiek van North Sea Jazz is een kennerspubliek, daar hou ik van,” zegt Van Morrison. “Daarnaast is de ontvangst altijd erg prettig en warm.” Deze zomer treedt hij voor de twaalfde keer aan; al in 1988 stond hij er voor het eerst op het podium. Toen ook al met jaren ervaring, want reeds op 18-jarige leeftijd begon Morrison een rhythm & bluesclub in het Maritime Hotel in Belfast, waar hij ook startte met zijn eerste grote band Them. “Het ging mij maar om één ding: ik wilde blues spelen. In die tijd was er in Noord-Ierland helemaal niets. Slechts een klein groepje muzikanten hield zich bezig met jazz en blues. Ik had het geluk dat mijn vader bij die club hoorde. Hij was een hardwerkende elektricien die op een scheepswerf zijn geld verdiende, maar hij was ook een verdomd goede muzikant. Door hem kwam ik op het pad van de blues en ski e. Die muziek zit zo diep in mijn DNA. Natuurlijk heb ik andere platen gemaakt en heb ik jarenlang mijn roots opzij geschoven, maar ik ben op een leeftijd gekomen dat ik mijn afkomst moet eren en koesteren.”

Voor de blues deed de jonge Morrison alles: als tiener stond hij vooraan als Amerikaanse blueslegendes in Belfast speelden. Hij lacht hartelijk bij de herinnering: “Ik werd thuis nogal vrij gelaten. Big Bill Broonzy tourde in 1951 al door Engeland en hij was echt een held. Later deden ook Muddy Waters, Sonny Terry en Brownie McGhee tours; ik heb ze allemaal gezien en gehoord. Dat iemand zoals Howlin’ Wolf in het begin van de jaren 60 in Noord-Ierland optrad, was een openbaring.” was muziek maken een uitweg, geeft hij toe. “Ik kwam uit een arme omgeving waar je hard moest werken om je hoofd boven water te kunnen houden. Niemand had geld om instrumenten te kopen. Dat was in de jaren 20 en 30 ook de basis van ski emuziek: uit gebrek aan geld maakten muzikanten de instrumenten zelf. Dat maakt ski e ook zo authentiek: what you see is what you get. De teksten van ski e en blues kwamen bij mij hard binnen. Ze leken wel over mij en mijn vrienden te gaan. Veel Ieren die naar Amerika vertrokken, kwamen terecht in de omgeving van Chicago of het diepe Zuiden. Precies de plek waar blues en ski e werd gespeeld.”

Hij vond in de muziek van zijn jeugd de inspiratie voor zijn album Moving On Ski e, maar laat zich niet vastpinnen op of we dat tijdens zijn set in Ahoy ook gaan horen. “Ik heb geen vaste setlijst, maar wil het verrassend houden. Zowel voor het publiek als voor mijzelf!”

Morrison groeide in de jaren 50 op in Belfast, waar hij zich ook vermaakte met ski emuziek van helden als Chris Barber en Lonnie Donegan. Voor hemzelf – een Ierse teenager met talent maar weinig hoop op een goede toekomst –

OP HET FESTIVAL VRIJDAG, MAAS

This article is from: