6
Voorwoord Zeeland – what’s in a name? – land van de zee: stoer, weids, licht, wild, sober en sierlijk tegelijk. Zeeland, eilandenland, waar ieder dorp en ieder mens een eigen verhaal heeft, en waar vanouds lang gereisd moest worden om elkaar te bereiken. Zeeland, land van vechters en volharders, overlevers van stormen en overstromingen – maar ook slachtoffers. Zeeland, land van aardappels en uien, knotwilgen en populieren, dijken en duinen, oesters en Oosterscheldekreeft – maar ook van witte wijn. Zeeland, land van boterbabbelaars bij de koffie en koeien in de wei; meidoorn en perenbloesem in de lente. De Appelaere, zon, wind, schuine bomen en kaas. Mag ik door je fietsen? Met mijn neus in de wind? En voelen hoe de zon op me schijnt, en de wolken boven mijn hoofd bewegen. Water is nooit ver: een kreek, een weel, ondergelopen schorren en slikken, de zee. Ik snuif het op - zelfs de wind is mijn vriend - en draag het mee. Waaiend langs de kaaien: binnendijks, buitendijks, of op de dijk. Er speelt een film in mijn hoofd: gedachten, herinneringen, dromen, alles stroomt en borrelt. Dan wordt het stil en zink ik neer in het gras, de eerste zon verwarmt mijn lijf. Alles ritselt en zoemt, mijn hoofd is leeg. Onderweg ontmoet ik mensen, ieder met een eigen verhaal, soms stug, maar daarna vaak niet te stoppen: hartelijk en enthousiast. Zeeland heeft zoveel verschillende kanten en contrasten als haar inwoners. Fietsen van kerktoren naar kerktoren, door land dat eens water was, langs water dat ooit land was. Kom met de trein en neem een tentje mee: fietsen van dorp naar dorp en logeren bij de boer. Of slaap in een van de vele Bed & Breakfasts die Zeeland heeft, bij mensen in huis: persoonlijk en lokaal, van simpel tot chique. Fiets een rondje, of een hele tocht, op het pontje of over de waterwerken. Beleef Zeeland met al je zintuigen: van de verse zilte oester op je tong tot de zoute wind op je gezicht, van de open, open stukken, tot spierpijn in je benen. Geniet en kom tot rust. Ontdek het ware Zeeland, dijkje voor dijkje, polder voor polder, trap voor trap. Dit boek geeft je inspiratie en ideeën om op pad te gaan: als een voorproefje of amuse. Je vindt er ook verhalen van Zeeuwen, die verschillende kanten van hun land belichten. Koks en boeren, schrijvers en vissers, ondernemers en kunstenaars. Ik hoop van harte dat dit boek je zal prikkelen – zoals ik geprikkeld werd tijdens het maken ervan – om verder te kijken en te ontdekken. Dit is mijn impressie; ik ben benieuwd naar die van jou. Veel plezier! Roos Stallinga
7
10
Walcheren
Middelburg is de meest zelfbewuste en ‘stadse’ stad van Zeeland: het centrum van bestuur, cultuur en onderwijs. Ook op winkel- en culinair gebied kun je er veel vinden, en ze hebben de lekkerste koffie! Middelburg is een beetje een chique dame op leeftijd, mooi aangekleed en opgemaakt, en met een kleurrijk verleden – maar dan wel met een moderne draai eraan. Een logische plek om dit boek, en deze route te beginnen. Fiets (of wandel) door de straten en over de keien, langs de sierlijke naambordjes en de klassieke grachten. Over de Markt, het Abdij (plein), de Kaaien. Bezoek een galerie, een museum, of verlies je in de fantastische boekhandel-met-brasserie De Drvkkery. Pak een terrasje bij Café/Restaurant De Vriendschap of een espresso bij Ko D’oooooooor (tevens een galerie). Rol dan de stad uit, terwijl de Lange Jan je nog van ver nakijkt, en voel je nietig onder de weidse luchten. Onderweg zie je polders, dijken, boerderijen, kerktorens in de verte, en dit alles omsloten door een grote openheid. Boerderijen waar je lekker kunt uitrusten en een picknick maken van lokale producten. Bezoek het mooie dorpje Veere en het aanliggende Veerse Meer. Doorkruis de Manteling, een oeroud eikenbos tussen Domburg en Oostkapelle, wat sprookjes- en ook een beetje spookachtig is. De duinen kun je er aanraken. Pauzeer bij een strandtent of neem een duik in zee. Terug in Middelburg kun je de dag afsluiten in een van de fijne restaurantjes of cafés.
11
1. Boekhandel De Drvkkery • Markt 51 2. Ko D’oooooooor • Lange Noordstraat 43 3. Zeeuws Museum • Abdij (plein) 4. In den Zoeten Inval • Markt 23 5. Kaasboerderij Schellach • Prooijenseweg 26 6. De Campveerse Toren • Kaai 2 7. Boerderij Ter Linde • Lijdijkweg 1a
De Gouden Bock Zeeuws Museum (3) Ko D’oooooooor (2)
Scherp
De Vriendschap
De Mug
In den Zoeten Inval (4)
De Drvkkery (1) Het Beste Maatje
Middelburg centrum 12
27 16
Ora
nje
zon
we
Lep
Lijdijkweg
g
Boerderij Ter Linde (7) 26 els
tra
at
20
31
Rijkebuurtweg
25
32 22
36 ch ngra Stee
le
Mo
34
g
xwe
ai mb
De Campveerse Toren (6)
t
sw e
g
21 ob
Jac g
swe
Cat
Kaasboerderij Schellach (5)
Golsteinseweg
62
eg Vee r
we
55
g
eg
ew
ses
ers
er Ge
lch
Wa
sew
Prooijenseweg
61
eg
sw
Sei
58 57
13
1. Boekhandel De Drvkkery • Markt 51, Middelburg Boekhandel van het jaar 2009-2010, dat zegt wel wat. Binnen is het open en licht. Vol prachtige boeken, tijdschriften, muziek, schrijfgerei en notitieboekjes. Met een uitgebreide afdeling Zeeland-boeken, van historisch tot culinair. Als slagroom op de taart heeft De Drvkkery ook nog een fijne brasserie in ‘t hart van de winkel. Onder een groot skylight kun je daar genieten van een uitgebreide lunch of een simpele tosti – alles is even lekker, en de service is prettig. Voeding voor de geest en voor het lichaam, wat wil je nog meer? Meer over De Drvkkery op pagina 16. Ma 11.00-18.00; di, wo en vr 9.00-18.00; do 9.00-21.00; za 9.00-17.00; 1e zondag vd maand 13.00-17.00
2. Ko D’oooooooor • Lange Noordstraat 43, Middelburg Gelegen in een smal straatje met mooie antiekwinkels en galerieën vind je Ko D’oooooooor – te herkennen aan de rode Illy-vlag. Dit is een erg smaakvolle en gezellige espressobar met heerlijke koffie, thee, yoghurtdrinks, en zelfs broodjes, soepen en taarten. Gestripte bakstenen muren, brede ruwe planken op de vloer, doorzichtige design-stoeltjes en hangende lichtbolletjes als lampen. Naast Ko, maar eigenlijk in een en dezelfde open ruimte, zit de Revolution Gallery met hedendaagse kunst in klassieke kamers. Ma t/m vr 8.00-17.00; za 10.00-17.00; 1e zondag vd maand 13.00-17.00
Café-Restaurant De Vriendschap
3. Zeeuws Museum • Abdij (plein), Middelburg Een monumentaal pand met grote ambities. Zo gaat het Zeeuws Museum samenwerking aan met bijvoorbeeld de afdeling Mode van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag, waar studenten zich lieten inspireren door de collectie oudheden. Alles bij elkaar geeft het museum een interessant beeld van Zeeland en haar veelzijdige identiteit. Di t/m zo 10.00-17.00
4. In den Zoeten Inval • Markt 23, Middelburg Dit kleine winkeltje, gelegen op de Markt van Middelburg, roept puur sentiment op. Hier verkopen ze de mooie blauwe blikjes met daarin zachte zoete babbelaars van Diesch, een beroemde Zeeuwse delicatesse. Eigenaar Bas Christiaansen kneedt en trekt de babbelaars nog steeds met de hand, en de stroop wordt nog op de oorspronkelijke machines gekookt. Mevrouw Witte – inmiddels ook wel Mevrouw Diesch genoemd – staat al meer dan 50 jaar achter de toonbank. Ma t/m za 10.30-18.00
Revolution Gallery
5. Kaasboerderij Schellach • Prooijenseweg 26, Middelburg (0118 613984 / 623936) Op de route van Middelburg naar Veere, in een straatje links van de weg, vind je Kaasboerderij Schellach in minidorpje Schellach. Het is een familiebedrijf, gerund door drie zussen. Ze maken er allerlei verschillende soorten kaas, melkproducten, brood en andere lekkernijen. In de winkel zijn tevens aardappelen, uien, groenten, fruit en streekproducten te koop. Op dinsdagavond zijn in de zomer ook nog excursies op de boerderij. Ma t/m vr 9.00-17.30; za 8.00-17.00
14
Walcheren ETEN/DRINKEN
6. De Campveerse Toren • Kaai 2, Veere (tel. 0118 501291)
De Drvkkery
Veere weet wel dat ze mooi is. Niet meer de glorieuze handels- en havenstad aan het Veerse Meer, maar wel de gebouwen en de sfeer die eraan doen herinneren. Stap door de poort van De Campveerse Toren en kijk uit over het meer. In de zomer kun je ook het pontje nemen naar NoordBeveland en je fietstocht daar voortzetten (zie pagina 33) Of maak er een lunchstop van: in het restaurant hebben ze goed eten en in de zomer kun je er heerlijk buiten zitten, uitkijkend over het water en naar de bootjes. Restaurant: dagelijks vanaf 18.00
7. Boerderij Ter Linde • Lijdijkweg 1a, Oostkapelle Begin 20e eeuw startte Marie Tak van Poortvliet, met hulp van een aantal bekwame en vooruitstrevende landbouwdeskundigen, het landgoed Loverendale, een pionier in biologisch-dynamische landbouw. Veel mensen kennen ‘Loverendale’ als merk in de bio-winkel, maar de geschiedenis erachter is minder bekend. Op Boerderij Ter Linde: tuinderij, kaasmakerij, restaurant, en winkel in één, zit je er middenin. zeeuws museum
Apr, mei, juni, sept, okt: di t/m do 11.00-17.00; vr t/m zo 11.00-22.00 ; juli en aug: di t/m zo 11.00-22.00; nov t/m mrt: zo 11.00-17.00 (met uitzondering van vakanties en feestdagen); minicamping: half mrt t/m half nov
Het Beste Maatje • Stationsstraat 1a, Middelburg Perfect voor bij het fietsen: een lekker visje bij Het Beste Maatje. Herkenbaar aan het grote bord ‘VIS’ erboven. De mensen zijn er erg aardig en er gaat weinig boven een Hollandse Nieuwe en een broodje makreel in de frisse Zeeuwse buitenlucht. Ma 11.00-18.00; di t/m vr 9.00-18.00; za 9.00-17.00
Café-Restaurant De Vriendschap • Markt 75, Middelburg (tel. 0118 612257) Behalve middelpunt van Middelburgs sociale leven is De Vriendschap gewoon een heel goed restaurant. Zonder pretenties, met veel lekkere Zeeuwse gerechten. Kom eten met een groepje vrienden, je schoonouders, of alleen met een krantje of een notitieboek als tafelgenoot. Dagelijks 10.00-1.00
Restaurant Scherp • Wijngaardstraat 1/5, Middelburg (tel. 0118 634633) Als je zin hebt om uitgebreid en in stijl te dineren, reserveer dan een tafeltje bij Restaurant Scherp. Hier stelen kok Mart en zijn (gast) vrouw Dhani liefdevol en professioneel de show. De focus ligt op lokale Zeeuwse producten, veel vis en schelpdieren. In de zomer is de binnentuin geopend voor diner en lunch. P.S. Een deel van de opbrengst gaat naar een goed doel. Lunch ma, di en vr 12.00-14.00; diner ma, di en vr t/m zo 18.00-21.00
Braai Tapperij Eetcafé Hotel Restaurant De Mug • Vlasmarkt 54-56, Middelburg (tel. 0118 614851) Typisch eetcafé, bekend in Middelburg en erbuiten, om de vele soorten biertjes en de gezelligheid. Spareribs met Vlaamse frieten en een lekker zelfgebrouwen biertje van de Mug, fijn na een lange fietstocht. En als je wilt blijven slapen, kan dat ook, want erboven is een hotel. Di t/m za 16.00-22.00
De Gouden Bock • Damplein 17, Middelburg (tel. 0118 617484) Licht en open restaurant in mooi oud pand aan het Damplein. Lekker eten – beginnend met heerlijk brood, olijven en Zeeuwse kokkels bij de borrel. Mogelijk om zowel een simpel soepje en een salade te eten, als een uitgebreid menu. Seizoensgebonden en met dagelijkse specials. Tevens een goede lunchkaart; op zondag hebben ze High Tea (wel even reserveren). Lunch di t/m za 10.30-15.00; diner di t/m za 18.00-21.00
veere
Ko D’oooooooor
15
76
Zuid-Beveland
Kruip-door-sluip-door-begroeide dijken met onverharde paden, kronkelige kreken en welen, meidoornhagen die prachtig bloeien in de lente, velden vol fruitbomen, struiken met blauwe bessen, en akkerbouw. Fiets van kerktoren naar kerktoren, langs het dorpje Hoedekenskerke met in de zomer een nog werkende stoomtrein (met stationnetjes), langs oude boerderijen, waaronder de Hoeve van der Meulen, waar voor Sergio Herman van sterrenrestaurant ‘Oud Sluis’ bijzondere gewassen worden gekweekt. Stop bij theetuinen, eet een taartje tussen de kippen. Kijk uit over de kronkels van de Westerschelde, naar de industrie van Terneuzen, en Vlissingen in de verte. Dit is de Zak van Zuid-Beveland, de buidel van Zeeland, waar de tijd af en toe lijkt stil te staan en er van massatoerisme nog geen sprake is. Fiets langs de Westerschelde, die nog wild en open is, en die doorloopt tot diep in België en Frankrijk. Hier staat ook het Fort Ellewoutsdijk, waarvandaan er werd verdedigd tegen de Franse, de Vlaamse en de Engelse dreigingen. Ga liggen op de dijk, kijk uit over het water en voel het verleden zinderen, terwijl grote moderne handelsschepen je passeren.
77
1. Hoeve van der Meulen • Zuidweg 35 2. Zwaakse Weel 3. Haven van Hoedekenskerke 4. Fort Ellewoutsdijk 5. Bevrijdingsmuseum • Coudorp 41
De Witte Hoeve
Overzande 78
45
e utsk Sino
Bevrijdingsmuseum (5)
De
ew
eg
g dwe zan
Hoeve Van der Meulen (1) g
e idw
Vla
Zu
dij
88
k
92
weg
Drie
82 Nieuwlandsedijk
Zwaakse Weel (2)
ijk
ld Va
81
ijk
dijk ne
Nold
Slabb
ijk
tjesd
Brille
ijk
rnsed
ekoo
oe
Gr
De Witte Hoeve
94
Grandcafé Paviljoen De Steiger 72
eg se w rp
39
ds
lan
og
Ho
Weldijk
ndijk
vrede
Mary’s Place
Haven van Hoedekenskerke (3) Welte
95
ud o
87
e rts de
an
Jikkemiene
e
Co
fweg
Beeldhoeve weg
Stoo
pe
Schip
rkse
hofweg
Vleugel g rswe
k
dij
38
eg ew
nt
e Tr
36
Fort Ellewoutsdijk (4) 79
1. Hoeve van der Meulen • Zuidweg 35, ’s-Heer Abtskerke (tel. 0113 569110) Deze mooie oude boerderij werd in 2006 in geheel vervallen staat aangekocht door Stichting Het Zeeuwse Landschap, en opgeknapt tot wat ze nu is. Met de authentieke gebouwen nog intact, zoals de ‘bakkeet’ en het varkenskot. Buiten zijn er wandelroutes uitgezet door oude boomgaarden en grillig Zeeuws oerlandschap. Tevens worden er oude gewassen geteeld, waarmee o.a. chef-kok Sergio Herman weer bijzondere creaties maakt.
Haven van Hoedekenskerke
2. Zwaakse Weel • (tussen Nisse, Kwadendamme en ‘s-Gravenpolder, tel. 0113 644044) Een weel is wat overblijft na een dijkdoorbraak, eigenlijk een wond in het landschap, waaromheen vaak een nieuwe ringdijk wordt gelegd. In dit geval gaat het om een eens zeer actieve getijdenkreek, De Zwake genaamd. Deze liep van de Westerschelde tot aan het Veerse Gat, en verbond Middelburg met Antwerpen. Na afdamming en inpoldering van het omliggende landschap bleef er van een vaargeul niet zoveel meer over. Maar inmiddels is De Zwake wel getransformeerd tot een prachtig natuurgebied, waar je kunt fietsen, wandelen, of zwemmen in de zomer.
3. Haven van Hoedekenskerke Hoedekenskerke heeft een kleine getijhaven: bij laag tij komen de schepen semi-droog te liggen, met de bodem op het slik. Verderop, aan de andere kant van de dijk, komt het oude stoomtreintje aan, dit is het eindstation; Goes is het begin. Een mooie plek om de fietstocht te beginnen, misschien met een ‘bakkie’ koffie bij café De Steiger in de haven. Dienstregeling stoomtrein: www.destoomtrein.nl – link: Bezoekinformatie
80
Hoeve van der Meulen
4. Fort Ellewoutsdijk • (tel. 0113 644044) Ellewoutsdijk is een heel klein dorp, met stuk voor stuk uniek uitziende huisjes en ook een paar chique herenhuizen, waarvan er een met een mooi beeld in de tuin. Wanneer je doorfietst naar het water, kan het contrast bijna niet groter zijn. Op de dijk heb je uitzicht over een groot stuk van de Schelde en alle aanliggende steden, schorren en industrie. Als je naar beneden kijkt, zie je het fort Ellewoutsdijk, gebouwd in 1839, dat inmiddels buitendijks staat. Hiervandaan werd de Westerschelde verdedigd tegen de Fransen, de Vlamingen en de Engelsen. Parkeer je fiets en wandel de binnenplaats op, bezoek de vaste tentoonstelling over de Schelde in de gangen van het fort, of de originele poepstoelen (op een rijtje) voor de soldaten. In de zomer zijn hier soms concerten of andere tentoonstellingen – check bij de lokale VVV.
Zuid-Beveland ETEN/DRINKEN
5. Bevrijdingsmuseum • Coudorp 41, Nieuwdorp Niet echt op de route, maar een detour meer dan waard: het Bevrijdingsmuseum in Nieuwdorp. Het begon allemaal toen eigenaar Kees Traas als jongetje van zijn vader een oude helm kreeg die van een soldaat in de Tweede Wereldoorlog was geweest. Het verhaal dat bij het object hoorde, sprak tot zijn verbeelding en voedde een levenslange verzameling van oorlogsmemorabilia uit Zeeland. In het Bevrijdingsmuseum (gebouwd vanuit Kees z’n oude schuur) zijn manifeste herinneringen mooi tentoongesteld in de context van het verhaal van Zeeland tijdens de Tweede Wereldoorlog – en nog steeds komen er nieuwe objecten bij. Met veel audiovisuele ondersteuning, en een eigen café. Half nov t/m apr: wo 13.00-17.00; za 10.00-17.00; mei t/m half nov: di t/m vr 13.00-17.00, za 10.00-17.00
Jikkemiene • Dorpsplein 46, Nisse ‘Jikkemiene’, dat ‘bolus’ betekent in het Zeeuws, is café en bakkerij in één. Gelieerd aan een zorginstelling, werken hier mensen met een verstandelijke beperking, maar met een culinaire plus. Prachtig gelegen aan het oude dorpsplein van Nisse, met uitzicht op de drinkvijver voor de paarden en de kerk. Er is ook een tuin, waar je in de zomer lekker buiten kunt zitten met een kopje koffie en een echte Zeeuwse jikkemiene. Ma 12.00-17.00, di t/m za 10.00-17.00
Mary’s Place • Coudorpseweg 7, Driewegen (tel. 0113 548313) Middenin de Zak van Zuid-Beveland vind je Mary’s Place, een goede stop tijdens de fietstocht, om even bij te komen tussen de fruitboomgaarden, met een kopje thee en zelfgemaakte taart. Het is er ook mogelijk een High Tea te doen (wel even twee dagen van te voren bestellen). En bijna alles is te koop! Dus mocht de stoel waarop je zit of het kopje waaruit je drinkt je zó bevallen … Sept t/m mrt: do t/m ma 11.30-17.00; apr t/m aug: do t/m ma 10.00-17.00
Boerderijterras ‘De Witte Hoeve’ • Bloemenstraat 37, Ovezande Lunchen tussen de kippen in een boerensetting, dat kan goed bij De Witte Hoeve. Een extra weetje: in de tuin staat nog het oude schietkot van de boogschietvereniging van Ovezande (deze is inmiddels verhuisd). Boogschieten is namelijk een populaire vrijetijdsbesteding in Zuid-Beveland. getijhaven ellewoutsdijk
Pasen t/m sept: vr t/m zo 12.00-18.00
Grandcafé Paviljoen De Steiger • Nieuwe Veerweg 4, Hoedekenskerke (tel. 0113 639935 of 06 52312801) Hier heb je een mooi uitzicht op het haventje van Hoedekenskerke. Een voor de hand liggende plek om even te stoppen, aan het begin of aan het eind van je fietstocht. Want hier kun je in gezellige sferen lekker en niet duur eten. Keuken geopend: nov t/m feb: wo en do 14.30-17.00; vr 14.30-20.00; za 12.30-20.00; zo 12.00-20.00; mrt t/m juni: wo t/m vr 14.30-22.00; za 12.30-22.00; zo 11.00-22.00; juli t/m okt: ma 14.30-22.00; wo t/m vr en zo 11.30-22.00; za 12.30-22.00
81
Ad is adviseur en partner in duurzaam ondernemen onder de naam AdFair; Anja werkt voor Rijkswaterstaat
Ad en Anja op de ‘klapbank’ (‘klepbank’) in Oudelande
Aan de keukentafel van Ad en Anja Phernambucq in Ovezande hebben we het over fietsen in Zeeland. Ik had op geen betere plek kunnen zitten, want dit zijn twee fietsliefhebbers en grote kenners van de streek: de Zak van Zuid-Beveland. ‘Fietsen is een deel van de Zeeuwse opvoeding. Iedereen fietste naar school. Soms wel 25 km heen en dus 25 km terug. En als je eens met het openbaar vervoer ging, was je een sukkel. Daar word je wel sterk van.’ Nu is dat volgens Ad wel wat minder, maar nog steeds gaat wel 90% van de kinderen per fiets. Het is ook een sociaal gebeuren, een beetje zoals in een peloton. En het is steeds weer een spel – soms ook een strijd – om wie er op kop fietst. Meestal zijn het ofwel de stoere kinderen, die zich 82
verantwoordelijk voelen voor de leiderspositie, of de zwaksten, die daarin worden gemanoeuvreerd. Later, als een van de drie dochters binnenloopt (ze zijn allemaal uit huis, maar het is zaterdag, en ze is even gezellig op bezoek) reageert ze ad rem: ‘Het is net als met de kippen, toch? Degene die het meest wordt gepikt, rent ‘t hardst!’ Zelf heeft ze het een beetje gehad met fietsen om het fietsen – wielrennen, dat vindt ze wél leuk. Veel kinderen hebben achteraf een ambivalent gevoel over het fietsen, weet ook Ad. Aan de ene kant is het gezellig, het is als het ware een bewegende ontmoetingsplek. Aan de andere kant moeten ze wel door weer en wind, het hele jaar door, en dat kan tegen gaan staan.
Interview met
Zelf hebben Ad en Anja als ouders de kinderen mee willen geven dat het goed is eerst drie keer na te denken voor je de auto pakt, of het echt wel nodig is. In de pubertijd konden de dochters dit niet erg waarderen, maar nu ze zo langzamerhand wat meer bewust gaan nadenken over alles, komt er meer begrip. En dat het ook heel mooi kan zijn, om bijvoorbeeld op zondagochtend vroeg te fietsen als er nog nauwelijks mensen zijn, maar des te meer dieren. Dat hebben ze ook meegekregen. Voor Anja is fietsen echt een moment voor haarzelf. Dat is zo gegroeid, eigenlijk vanaf het moment dat ze kinderen kreeg. Ze vindt het fijn om naar haar werk te fietsen, nu helemaal in Middelburg, en dus een uur heen en een uur terug. Tijdens deze ritjes vindt ze vaak oplossingen voor van alles en nog wat, voor het werk of voor thuis. En ook leuke dingen komen er in haar op: allerlei ideëen. ‘Fietsen terug van mijn werk is als het ware een reset, lichamelijk ben ik dan wel moe, maar in mijn hoofd heerlijk leeg.’ Soms stapt ze zelfs even af, om beter om zich heen te kunnen kijken. Dan kan ze echt genieten van wat ze ziet. Bijvoorbeeld de zonsondergang in de winter, boven het Sloegebied bij Vlissingen. Ads relatie met fietsen is wat meer complex, aangezien hij ook voor zijn werk met de fiets bezig is geweest. Al vanaf zijn studietijd is hij bezig met duurzaamheid, lang voordat dit woord een algemeen begrip werd. Zo startte hij een van de eerste campagnes: Fiets naar je werk, en werkte hij mee aan verschillende ontwikkelingsprojecten, die weer gerelateerd waren aan Nederlandse bedrijven. Op het moment adviseert hij onder andere de Zeeuwse popgroep Bløf in duurzaam ondernemen. Zo zijn ze bezig het Umojafonds, waarbij de CO2-uitstoot wordt gecompenseerd met projecten in ontwikkelingslanden. En bij het openluchtfestival op de Brouwersdam ‘Concert at Sea’ wordt speciale aandacht besteed aan geluid, energie en afval.
‘Fietsen is een deel van de Zeeuwse opvoeding. Iedereen fietste naar school.’
Anja is niet ver van Ovezande op een grote boerderij opgegroeid; Ad komt meer uit de noordkust van Zuid-Beveland. Anja: ‘We komen allebei uit een ondernemersgezin, waarin heel veel uren werd gewerkt. Bij mij thuis gingen we nooit een rondje fietsen. Daar was simpelweg geen tijd voor. Op zondag gingen we eerder koffie drinken bij de buren of bij familie, of een stukje rijden op de paarden. Mijn ouders gingen ook nooit met vakantie. Pas toen ze begin vijftig waren, gingen ze voor het eerst met de caravan naar Frankrijk.’ Fietsen was dus echt een vervoersmiddel, niet voor het plezier.
‘Fietsen terug van mijn werk is als het ware een reset, lichamelijk ben ik dan wel moe, maar in mijn hoofd heerlijk leeg.’ Anja heeft lang voor het Schelde Informatie Centrum gewerkt, en werkt nu bij Rijkswaterstaat. Haar focus is meer naar buiten, naar de grote, open wateren, met verre uitzichten, kleine getijhaventjes, en schorrengebieden. De tweede keer dat ik kom fietsen in de Zak van Zuid-Beveland, gaan we met z’n drieën, Anja op kop. We fietsen over haar favoriete weggetjes, naar Fort Ellewoutsdijk, waar een vaste tentoonstelling over de Schelde is waar ze nog aan heeft meegewerkt. Op de top van het fort pauzeren we even en eten een zelfgesmeerd broodje, met een kop thee uit de thermoskan. Twee vrouwen zijn met wel vijftien honden op pad, die door de binnenplaats en zelfs door de gangen van het fort dartelen. De zon komt door en doet de Schelde blinken. Als ik stop om een foto te maken en mijn fiets omwaait door de wind, moet Ad lachen: ‘Altijd met de neus in de wind, hè!’ Dat weet blijkbaar iedere Zeeuw. Dan fietsen we verder, een flink stuk tegen de wind in, maar dat hoort erbij, en ik zorg – snel geleerd! – dat ik uit de wind ‘in het wiel’ van Ad rij. Thuisgekomen zijn er warme chocolade en nog meer mooie verhalen.
Twee keer ben ik op bezoek bij Ad en Anja thuis in Ovezande, waar ik steeds gastvrij word onthaald. De eerste keer neemt Ad me mee door ‘de Zak’ zoals hij het noemt. We komen meer in de binnenlanden, over onverharde dijken en kronkelende paadjes, tot Nisse en weer terug. Onderweg stappen we af en toe af, en vertelt hij over het ontstaan van het landschap, over wat een weel is (dit is overgebleven water na een dijkdoorbraak), waarom de dijk op sommige plekken krom is (die werd om het gat van de dijk heen gelegd omdat de geul te diep was), en waarom stukken land er bij vlagen grillig en hobbelig uitzien (hier werd vroeger veen gestoken voor zoutwinning). Als we langs trekpaarden in de wei komen, vertelt hij me over het belang van deze paarden voor de vroegere landbouw in Zeeland. Voor een stadskind als ik is dit echt nieuw: er is zoveel te lezen in het landschap, over wat er allemaal is gebeurd in het verleden. Verhalen geschreven in water, bomen, en grond. Het is winter en koud als we samen fietsen, maar ik kan me goed voorstellen dat het hier in de lente en de vroege zomer, als de meidoorn en de fruitbomen in bloei staan, prachtig is.
83
Tholen, eiland van klei, bar en prachtig eenzaam land. Bloemenvelden in de zomer, verse aardappels in de lente, en de zee nooit ver. Hier loopt ook de bible belt van Zeeland. Veel dorpjes, zoals het ‘zwarte’ Scherpenisse, zijn zeer streng gelovig: op zondag gaat men gewoonlijk driemaal daags naar de kerk. Op sommige stukken van het eiland voelt het een beetje alsof de tijd heeft stilgestaan. Fietsen in Tholen is doorfietsen: over open stukken, buitendijks langs de Oosterschelde, of over de met notenbomen begroeide Vrouwendijk. Tholen stad heeft een mooi haventje en een oud centrum, Sint-Annaland is het meest ondernemende dorp op Tholen, en in Scherpenisse kun je bij Erfgoedlogies Hotel en Restaurant De Gouden Leeuw genieten van overheerlijke streekproducten als de Oosterscheldekreeft, paling, Thools lam en dikbilrund. Overigens zou oud-president van de Verenigde Staten Franklin Roosevelt zijn wortels hebben liggen in het dorpje Oud-Vossemeer op Tholen … Schiereiland Sint Philipsland – ‘Flupland’ in de volksmond – is pas sinds 1973 met de Krabbenkreekdam verbonden met Tholen; voor die tijd was het een hele reis om er te komen, via Brabant en met de pont. Na de beruchte Sint Felixnacht van 1530, een andere grote watersnoodramp in Zeeland, stond Sint Philipsland meer dan een eeuw onder water! Daarna werd het langzaam weer ingedijkt, vaak met grote lappen tegelijk, gefinancierd door rijke handelaren en bestuurders. Deze verkochten het land vervolgens weer aan de boeren. Sint Philipsland is nog opener en kaler dan Tholen, en heeft ook een andere sfeer. Langs de Krabbenkreek kun je in de zomer fijn in de dijk liggen en de getijden van de Oosterschelde aan je voorbij zien trekken; bij laagtij komen de schorren mooi bloot te liggen.
84
Tholen
85
1. Vliedberg van Westkerke • Westkerkseweg 2. Het strandje van Gorishoek 3. ‘ t Huys Vermuyden • Kettingdijk 5 4. Krabbenkreek 5. Streekmuseum ‘De Meestoof’ • Bierensstraat 6
Hof van Holland
De Parlevinker
Tholen stad 86
g
ge
No ord we
Lan
89
we
g
96
97 98
Krabbenkreek (4) De Buutengaets 12 Ou
de
Ze
ed
ijk
Krabbe
nkreekw
eg
Streekmuseum ‘De Meestoof’ (5)
28
jk
Noorddi
Huig van
Mallandweg
27
eu
Ni etseweg
Stoofd
ijk
g we we
Duiveke
24
De Gouden Leeuw
Hartogsweg
11
eg
Het strandje van Gorishoek (2)
erksew
Brasserie De Zeester
Westk
Vlietberg van Westkerke (1)
20
25 ‘ t Huys Vermuyden (3) 87
1. Vliedberg van Westkerke • Westkerkseweg, Scherpenisse Deze oude vliedberg van Westkerke stond vroeger vol bomen en takken (toen de schrijver Kees Slager er als kind op speelde), en nog daarvoor werd hij echt gebruikt als ‘vluchtheuvel’ bij hoogwater; misschien stond er zelfs een kasteeltje op. Nu is hij weer gerestaureerd tot een nette berg in het landschap, waar ooit het dorp Westkerke lag.
tholen stad
2. Het strandje van Gorishoek
3. ‘ t Huys Vermuyden • Kettingdijk 5, Tholen
Gorishoek ligt in de buurt van Sint-Maartensdijk aan de Oosterschelde, een klein strandje, vanwaar je mooi in de schone Oosterschelde kunt springen. Vanuit Gorishoek gaat in de zomer ook een pontje naar Yerseke - kijk wel even van tevoren op het rooster. Dit veer was gedurende vijf jaar gesloten, omdat het de schipper na opgelopen schade aan zijn boot te duur was geworden om het veer nog in stand te houden. Maar gelukkig is de pont nu terug, en kun je zo je fiets erop zetten en met de neus in de wind richting ‘t oesterparadijs varen. Heen en terug, naar believen.
(tel. B&B 0166 602942) Cornelis Vermuyden was een Tholenaar, geboren in Sint-Maartensdijk, die in de 17e eeuw belangrijk werk heeft gedaan op het gebied van inpoldering in Engeland. Hij werd door de Engelse Karel I in de adelstand verheven als ‘Sir Cornelis Vermuyden’. Het huis werd in 1650 gebouwd door Johannes Vermuyden, directe familie van Cornelis. Het wordt vaak aangeduid met de naam ‘‘t Huys Vermuyden’, maar heet officieel ‘De Kettinghoeve’. Mooi om even te bekijken, maar helaas kun je er niet in, want het huis wordt particulier bewoond. Een deel wordt overigens wel verhuurd als vakantiehuisje (zie boven voor het tel.nr.).
www.rondjepontje.nl
4. Krabbenkreek De Krabbenkreek ligt tussen Tholen en Sint Philipsland, met een brede strook schorren die droogvallen bij laag water. Hier heb je een mooi uitzicht over het water en het land tijdens de verschillende getijden. Als je met oogkleppen op kijkt: als je de windmolens rechts en de jachthaven van Sint-Annaland links aan de overkant wegdenkt, is dit volgens Kees Slager een plek terug in de tijd (zie pagina 90).
St. Philipsland
88
Tholen ETEN/DRINKEN Erfgoedlogies Hotel en Restaurant De Gouden Leeuw • Hoge Markt 8-10, Scherpenisse (tel. 0166 663901) Wie zin heeft om écht lekker te eten, adviseer ik naar De Gouden Leeuw te gaan. Dit is tevens een plek waar je zou kunnen overnachten. De Gouden Leeuw wordt met veel oog voor kwaliteit gerund door Maurice en Tanja de Coninck. De sfeer is warm en gastvrij, en het eten is subliem. Overigens de wijnen ook, die De Gouden Leeuw zelf uit Duitsland importeert. Zie ook pagina 94 Di t/m za: lunch 12.00-14.30; diner vanaf 17.30
5. Streekmuseum ‘De Meestoof’ • Bierensstraat 6, Sint-Annaland Vanaf de 16e eeuw tot de introductie van chemisch-synthetische kleurtechnieken in de tweede helft van de 19e eeuw, stond Tholen vol meekrapplanten. De wortels van deze planten werden in een meestoof (een soort loonbedrijf) gedroogd en daarna gedorst. Vervolgens werden ze tot poeder gestampt. Het resultaat was een mooie rode kleurstof die o.a. voor boerenkleding en –zakdoeken werd gebruikt. Dit Thools streekmuseum bestaat uit een oud raadhuisje, twee schuren, en een Noors huis, geschonken door de Noorse koning na de watersnoodramp van 1953. Half apr t/m okt: di t/m za 14.00-17.00; juli en aug: di t/m za 13.30-17.00
Brasserie De Zeester • Gorishoeksedijk 35, Scherpenisse (tel. 0166 667474) Pal aan de Oosterschelde gelegen, en niet te missen als je langs de dijk aan het fietsen bent: De Zeester. Superplek om even pauze te nemen en te genieten van een broodje of een kop koffie, met uitzicht op het water. Er is ook een uitgebreide kaart voor ’s avonds. Apr t/m sept: ma, di en vr 16.00 t/m 21.00; za en zo vanaf 12.00; okt t/m mrt: vr 16.00 t/m 21.00; za en zo vanaf 12.00
Café-Restaurant Hof van Holland • Kaaij 1, Tholen (tel. 0166 602590) Een beetje terug-in-de-tijd voelt het wel, maar dat past eigenlijk goed in het stadje Tholen. Een café en een restaurant naast elkaar, waar buurt- en andere bezoekers elkaar ontmoeten voor een biertje, garnalenkroketjes of lekkere vette vis. Deze plek bestaat al meer dan 200 jaar (vroeger was het ook een hotel) en is dus ook Thools sentiment. Met een groot terras buiten in de zon, of in de winter met snert en een broodje paling in de rokerige kroeg. Café: di t/m vr en zo 11.00-2.00, za 10.00-2.00; restaurant: wo t/m zo 18.00-21.30
De Parlevinker • Visstraat 21, Tholen De vrolijke blauwe letters en de rode vlag van de Parlevinker springen eruit in Tholen. Deze winkel ‘in lekkere dingen’ is eigenlijk gericht op mensen die aanleggen met de boot in de haven, maar is ook heel geschikt voor de hongerige of dorstige fietser. Alles is er te koop: van vers-klaargemaakte broodjes tot pizza’s, sigaretten, batterijen en magazines. En de Parlevinker heeft nog hartelijke eigenaren ook. Ma t/m za: 8.00 tot 22.00
De Buutengaets • Havenweg 12, Sint-Annaland (tel. 0166 652634) Vissoep of Oosterscheldekreeft met uitzicht op de Oosterschelde, waar eb en vloed aan je voorbij trekken. Hier komen in de zomer veel mensen met boten aanleggen om een drankje te drinken. In principe is het restaurant in het clubhuis van de Watersportvereniging, maar mits je niet met een grote groep komt, zijn ook fietsers welkom. Keuken open vanaf 17.00; in het weekend van 10.00 tot ‘laat’ 89
Kees Slager over de Krabbenkreek (…) “Kies een stille zomerdag, kom bij hoog water en neem voor de rest van de dag het trage tempo van het tij over. Ga liggen in het gras op het buitentalud van de zeedijk en wacht tot het tij begint te verlopen. De volle waterplas van de Krabbenkreek ligt glad en glanzend aan je voeten. Zon, wolken, en water zorgen voor de enige veranderingen, de silouetten van het kerktorentje en de houten standerdmolen van Sint-Annaland aan de overkant accentueren het tijdloze van dit panorama. De geuren van gras en klaver en de geluiden van wulpen en futen horen ook al eeuwen bij dit landschap. Zie hoe de eb gaat lopen en de weer maagdelijke bodem van de kreek zich langzaam blootgeeft. Eerst verschijnt het wuivende groen van het zeegras op het schor en op een paar nieuwe opwassen, dan komen de slikken zelf boven water, grijs met flarden groen van wieren, zeekraal en slijkgras. Overal sijpelt water weg, blijft her en der in plassen liggen blinken en verandert de grijze bodem in een wonderlijke compositie van bewegende spiegels. De drooggevallen slikken beginnen zacht te pruttelen en niet lang daarna stijgt een licht trillende nevel dampend op en zorgt voor een fata morgana. Kijk, de bomenrij op de Thoolse oever trilt mee en danst met het kerktorentje en de molen.” Fragment uit ‘Mijn Zeeland’ van Kees Slager
90
91
Schrijver en journalist
Kees Slager voor zijn kantoor
Het is een regenachtige dag, de Thoolse kleigrond is nat, en de lucht is grijs. De wind is krachtig. Op de Oosterschelde, waaraan Kees Slager woont, staan witte koppen. Ik zie de pijp van het oude stoomgemaal (hiermee werd water naar de zee gepompt) al van een afstandje. Hier woont de journalist en schrijver, inmiddels al in de zeventig. Alleen, en dat bevalt hem goed. Slager schreef verschillende boeken over de Zeeuwse geschiedenis, grotendeels gebaseerd op persoonlijke verhalen. Zijn bekendste werk is: ‘De ramp’, een reconstructie van de watersnood van 1953. Op het moment is hij bezig met een volgend werk over de watersnood, nog uitgebreider en met veel beeldmateriaal. De focus ligt nu ook op de vele watersnoden van 92
voor 1953, én hij kijkt naar de toekomst. Verder zit Kees Slager voor de SP in de Eerste Kamer. Zo reist hij iedere week heen en weer naar Den Haag. Soms blijft hij ook logeren, in een hotel in Scheveningen. ‘’s Ochtends ontbijt ik dan met uitzicht over de zee, dat is prachtig! Toch weer die zee hè’, lacht hij. Eigenlijk heeft Slager twee huizen, allebei compleet gerestaureerd. In het ene (het gemaal) werkt hij, in het andere woont hij. Er is een moestuin waaruit hij probeert al zijn groenten te halen (tot nu toe is dit gelukt). Als ik aankom, is hij bezig een courgettesoepje te maken ‘voor straks’, en wandelt hij energiek door de warme keuken met een staafmixer in de hand. ‘Steek van wal’, zegt de ervaren interviewer, ‘het is jouw aanpak.’
Interview met
Kees Slager is geboren en getogen in Tholen, niet ver van waar hij nu woont, in het dorpje Scherpenisse. Op zijn achttiende verhuisde hij naar Amsterdam, en op zijn drieëndertigste kwam hij weer terug naar Zeeland. ‘Ik woonde hier niet alleen, ik bemoeide me ook met alles en nog wat zich hier afspeelde.’ Zo zat hij bijvoorbeeld in de actiegroep Oosterschelde, die streed tegen de afsluiting van de belangrijke zeearm, was hij tegen de kerncentrale in Borssele, en de verloedering van De Poel, nu een natuurgebied. Nog steeds is hij fel als het gaat om alles wat afgesloten wordt met hekjes en waar borden ‘Verboden toegang’ of: ‘Dit is een erf-boerderij’ staan. Hij kent dit land al vanaf kinds af aan, en is het er niet mee eens dat alles zo moet worden ingeperkt en betutteld. Als we later samen door Tholen rijden, stopt hij een paar keer om te kijken waarom er nu weer ergens een bordje ‘Verboden toegang’ staat. Op de vliedberg van Westkerke speelde hij vroeger als kind, nu mag je er niet meer komen. Bovendien hebben ze de berg, die er na jaren van wind en water meer uitzag als een klokhuis, alweer teruggebracht tot ‘berg’. ‘Terwijl hij net zo lekker was teruggezakt!’ Zowel voor de Eerste Kamer als voor zijn laatste boek is Kees Slager gevraagd, en een beetje overgehaald ook. Als het boek klaar is en hij geen senator meer is, heeft hij zin weer een eigen project te gaan doen. Zo wil hij een boek schrijven over Zeeland tijdens de Tweede Wereldoorlog, toen bijna heel Zeeland periodes onder water heeft gestaan (Walcheren werd door de geallieerden onder water gezet, de rest van Zeeland door de Duitsers). Ook hij moest toen als klein jongetje met zijn ouders naar Drenthe vluchten. Het land werd op gecontroleerde wijze onder water gezet. De sluizen werden opengezet bij vloed, en weer dichtgedaan bij eb, juist tegenovergesteld aan hoe het normaal ging. Tot hoe hoog het water precies was geweest kon je goed zien bij terugkomst, aan de schelpen die zich op de muren hadden afgezet. Mede door deze ervaring van een gecontroleerde overstroming kwam de nacht van 1 februari 1953 zo hard aan bij de meeste mensen. Dat het water zó hoog kwam, en met zoveel geweld, dat had men niet verwacht. Velen dachten: We zetten de stoelen op tafel, en dat is het dan.
‘Ja! Tholen is wind en schuinstaande bomen.’
platteland! Vogels worden veel te veel in de watten gelegd!’ Ook mooi vindt hij het stukje bij De Pluimpot, dat in 1957 werd afgedamd. ‘Het is een beetje een on-Thools stukje, een beetje meer beschut.’ Dan weer lachend: ‘Ja! Tholen is wind en schuinstaande bomen.’ Verder tipt hij Sint-Annaland en omgeving in het voorjaar. Dan bloeien duizenden verschillende bloemen. Er is veel bloemzaadteelt op Tholen, iets dat zijn vader ook nog heeft gedaan. ‘Zou je niet verwachten, hè, van dit gereformeerde, zwarte eiland!’ En veel aardappels, vroege aardappels bovendien, ook rond Sint-Annaland. ‘Ze spannen daar plastic over het land om te voorkomen dat de nachtvorst ze aantast. A la Christo. En nieuwe aardappelen ... Bij ons thuis was dit vroeger een vast ritueel. Typisch Zeeuws.’ Slager glimlacht, alsof hij het even proeft: ‘Nieuwe aardappelen met zoute vis, botersaus en mosterd. Op zondag. Dan was de zomer begonnen.’
‘Nieuwe aardappelen met zoute vis, botersaus en mosterd. Op zondag. Dan was de zomer begonnen.’ Daarna neemt hij me mee – in de auto, want het regent nog steeds – en laat me heel Tholen en Sint Philipsland zien. Met veel uitleg onderweg. We komen nog een zus van hem tegen, en hij laat me het huis van zijn andere zus zien, die ook in de buurt woont. Teruggekomen in zijn huis ben ik moe van alle indrukken. We eten nog een heerlijke courgettesoep met brood en kaas, en praten, aan de hand van mijn boek over New York, over de verschillen tussen Amerikanen en Nederlanders. Slager blijft een journalist met een grote nieuwsgierigheid en honger om te begrijpen. ‘Je hebt maar pech met het weer’, zegt hij nog. Maar ik heb juist het gevoel dat ik het echte Tholen heb geproefd, en kan niet wachten met terugkomen om lekker te fietsen door dit ‘kale, barre land’.
Als ik hem vraag om meer over Tholen te vertellen: ‘Tholen is zo’n eenzaam eiland. Mensen die van stilte houden kunnen hier natuurlijk prima terecht. Het is niet spectaculair allemaal, maar … En je weet, het is een kaal eiland. Als kind zat ik op school in Bergen op Zoom, dat was 18 km van mijn geboortedorp. We moesten elke dag op de fiets, ‘s ochtends naar school en ‘s middags weer terug. Zes dagen per week. Altijd met wind tegen. En dat was zo kaal, nergens ook maar iets van een struikje. Dan speelde je dus dat je een grote wielrenner was, om het vol te houden. Het was “stoempen”, zoals ze in Brabant zeggen. Soms probeerden we een Solex te pakken te krijgen, of een trekker.’ Kees Slager lacht: ‘Nee, dit is niet echt een fietsland.’ Alhoewel: ‘Er is nu een mooi buitendijks fietspad gekomen. Jammer alleen dat dat ophoudt bij Sint-Maartensdijk. Daar hebben ze een hek geplaatst, voor de vogels. Dat bemoeien van de stad met het
93
van Erfgoedlogies Hotel en Restaurant De Gouden Leeuw
Tanja en Maurice tijdens de opening van het Oosterscheldekreeft-seizoen
De Gouden Leeuw is een bijzondere plek: een parel in het hart van Scherpenisse, een van de oudste en ‘zwartste’ dorpjes op Tholen. Het is een restaurant en klein hotel in één, met een intieme, persoonlijke sfeer en heerlijk eten. Het echtpaar Maurice en Tanja de Coninck werken hard: Maurice als de kok, Tanja als de gastvrouw, beiden met veel toewijding en professionaliteit. Ook de ouders van Maurice helpen mee in de zaak; zij hadden vroeger een slagerij en een restaurant, en kennen het klappen van de zweep. Als er een vers lammetje binnenkomt, wordt vader gevraagd het uit te benen, en moeder doet onder meer het ontbijt voor de gasten, met veel enthousiasme en hartelijkheid. Er zijn ook nog vier jonge kinderen, allemaal geboren in Scherpenisse. 94
De Gouden Leeuw ligt deels in het oude raadhuis, deels in een voormalige herberg, beide in de 16e eeuw gebouwd. Ontbijt is in de raadszaal, waar vroeger de huwelijksactes werden getekend. Een prachtige locatie, waar met mooi weer de zon door de oude ramen naar binnen schijnt. Toen Maurice, oorspronkelijk uit Goes, en Tanja, uit het Brabantse Bergen op Zoom, hier 12 jaar geleden kwamen kijken, was de herberg compleet vervallen. De ramen zaten dichtgetimmerd met spaanplaat, en alles moest worden vernieuwd. Precies wat de ondernemende De Conincks zochten, en ook wat ze konden betalen met hun beperkte budget. Maar Tholen is ‘een eiland apart’, zoals Maurice het beschrijft, en de samenwerking tussen de omwonenden en het restaurant ging niet zonder slag of stoot. ‘Er is soms wel wat onbegrip voor wat wij doen’, zegt De Coninck. ‘Alles wat boven het koren uitgroeit, of anderzijds “uitblinkt”, lijkt moeilijk te worden geaccepteerd. De mensen houden hier erg vast aan tradities. Zo overleefden ze ook sinds lange
Interview met
tijd. Tholen was ook heel lang nog echt een eiland, afgesloten van de rest van het land – en van Zeeland. Het bijeenhouden van de eigen gemeenschap is essentieel; zelfs het volgende dorp werd vaak gezien als een wereld op zichzelf. Terwijl wij juist Tholen als eiland willen promoten, en het op de kaart willen zetten als een aantrekkelijke bestemming. Mensen die hier komen eten en slapen, willen vaak ook nog iets leuks doen de volgende dag. Zo kan in principe iedereen mee profiteren.’ De eerste keer dat ik bij De Gouden Leeuw logeer, ben ik nog niet echt voorbereid op waar ik naartoe ga. Wat een stilte en een rust. Maar op zondagochtend word ik wakker van stappen op het dorpsplein. Een stoet in het zwart geklede mensen komt langs. Het is een aparte beleving, ook een beetje ongemakkelijk, alsof ik een indringer ben in een vreemde gemeenschap. In wezen is dat ook zo. ‘Want’, zoals Maurice zegt, ‘90% van de mensen in Scherpenisse is er geboren en getogen – en streng gereformeerd. Gezinnen van 10 tot 12 kinderen zijn nog steeds normaal. Verderop in Tholen stad en Sint-Annaland is veel meer “import” vanuit de Randstad. In een half uurtje rijden ben je in Rotterdam.’ Zijn kinderen gaan in Tholen stad naar school, want daar is meer aanbod. ‘Maar het is hier ook een hele beschermde omgeving om kinderen in op te laten groeien, en we zijn zó buiten.’ Maurice werkt als kok bijna alleen met streekproducten: Oosterscheldekreeft, oesters, Thools dikbilrund en lam, en verse aardappels van het eiland. De Gouden Leeuw onderscheidt zich ook door haar brede aanbod van zelfgeïmporteerde Duitse wijnen. Maurice en Tanja hebben er inmiddels al tien jaar ervaring mee en zijn er erg enthousiast over. ‘Duitsland is een gastronomisch zeer interessant land. Elke wijn heeft een eigen karakter, afhankelijk van de streek. Overigens is het ook, in tegenstelling tot wat veel Nederlanders nog steeds denken, een heel vriendelijk en prettig land om te reizen.’ Er is een losse winkel bij het restaurant, waar je de wijnen kunt kopen. Een echte aanrader, want het zijn stuk voor stuk erg goede wijnen.
Op 1 april ben ik terug bij De Gouden Leeuw voor een ‘kreeftenparty’ – tevens mijn eerste Oosterscheldekreeft ooit. Van begin april tot half juli is het hoogseizoen voor de Oosterscheldekreeft: dan gaat er hier 600 kg kreeft per week doorheen. Het is een drukte van je welste. Ik mag een kijkje in de keuken nemen als Maurice bezig is de eerste kreeften klaar te maken. Grote, boze joekels zijn het, met grijpende scharen en veel energie. Voor de show haalt Maurice even het dikke blauwe elastiek van de scharen en wordt bijna hard in zijn vinger gebeten. Er ligt ook een bak vol mooie rode jongens, die al zijn gekookt. Het is een fantastische avond. Er is een wijnmaker uit Duitsland, die in het Duits over elke wijn vertelt die bij het gerecht wordt geschonken. De gasten hebben mooie kreeftenslabbetjes om en de sfeer is feestelijk en blij. Kreeft eten is echt een belevenis, heerlijk met je handen peuteren aan de poten en het rozeoranje vlees eruit zuigen. En het smaakt hemels!
‘Kreeft eten is echt een belevenis, heerlijk met je handen peuteren aan de poten en het rozeoranje vlees eruit zuigen.’ De Gouden Leeuw is een heel fijne plek om te logeren en te zijn – voor mijn begrippen ook niet te stijf of te chique, juist helemaal niet. En ik heb bewondering voor hoe Maurice en Tanja dit allemaal hebben opgebouwd en onderhouden. En hoe ze doorzetten, en positief blijven. Ik heb in ieder geval lekker gefietst op zondag in het mooie Thoolse land. Waar in de zomer proefvelden vol gekleurde bloemen bloeien en waar er maar één stoplicht staat. En ik weet het zeker: bij De Gouden Leeuw kom ik nog wel eens terug.
‘Van begin april t/m half juli is het hoogseizoen voor de Oosterscheldekreeft, dan gaat er hier 600 kg kreeft per week doorheen.’ Veel gasten van De Gouden Leeuw komen uit Vlaanderen, en van buiten het eiland. ‘Daar moeten we het toch van hebben’, zegt Maurice. Ook al is de prijs/kwaliteitverhouding opvallend – De Gouden Leeuw is bekroond met de BIB Gourmand van Michelin – voor veel mensen uit de omgeving is het restaurant toch te chique en te duur, zowel qua prijs als qua uitstraling. Het past simpelweg niet in de mentaliteit: soberheid, maar ook ‘veel voor weinig’ vieren hoogtij. Zo zit bijvoorbeeld de Chinees op de hoek, die toch ook van ‘ver’ komt, zou je zeggen, waar je ‘zoveel kunt eten als je wilt’, iedere avond weer stampvol met buurtgenoten. Dat vindt Maurice wel jammer. 95