8 minute read

Terberg Totaal Installaties

Projectleiders Guido Trip en Wouter Lenssinck

TERBERG TOTAAL INSTALLATIES BOUWT VIRTUEEL OP TU CAMPUS

Advertisement

Interview

Tekst: Ellen van Leeuwen | Fotografie: Terberg Totaal Installaties & Menno Ringnalda

‘Op het gebied van duurzaamheid lopen we voorop’

Terberg Totaal Installaties is betrokken bij de bouw van het nieuwe hoofdkantoor Oldelft Ultrasound op de TU Delft Campus. Alles wordt uit de kast gehaald voor een duurzame ontwikkeling. Het door Terberg Totaal Installaties geïnstalleerde pand, De Curve in IJsselstein, is de referentie geweest voor het ontwerp van de technische installaties

‘Het gebouw is door de architect zo ontworpen dat het aansluit op de ecologische omgeving’, begint projectleider werktuigbouwkunde Wouter Lenssinck van Terberg Totaal Installaties. ‘Zo wordt de buitengevel voorzien van panelen met klimplanten.’ Ook in het gebouw zelf zijn hoge eisen gesteld aan comfort en duurzaamheid. ‘Vanuit dat oogpunt hebben wij de technische installaties ontworpen. Koude en warmte wordt opgewekt via een warmtepomp met bodemenergie. Vervolgens wordt deze koude en warmte via klimaatplafonds afgegeven aan de omgeving. Dat geeft veel comfort en je kunt ruimtes met lagere temperaturen verwarmen. Overal in het pand wordt gebruik gemaakt van ledverlichting, aanwezigheidsdetectie en vraaggestuurde ventilatie.’

3D model Voorwaarde voor het nieuw te bouwen pand is dat het bij oplevering voldoet aan de voorwaarden van het BREAAM-NL keurmerk. BREEAM-NL is een beoordelingsmethode om de duurzaamheidprestatie van gebouwen te bepalen. Wouter: ‘Je kan credits behalen voor duurzaamheidsmaatregelen, zowel bouwkundig als installatietechnisch. Het gaat daarbij niet alleen om het pand zelf, maar ook om de realisatie ervan. We hebben ontworpen via de BIM-methode (Building information modeling). Er is een 3D-model van het gebouw gemaakt en daarin hebben we onze installaties vormgegeven. Dat betekent dat het ontwerptraject langer duurde, maar deze tijd winnen we terug tijdens de installatie. We werken efficiënter, duurzamer en hebben nog nauwelijks faalkosten.’

Een groot pluspunt van de BIM-methode is dat alle partijen die betrokken zijn bij de bouw tegelijkertijd virtueel in het gebouw werken. Wouter: ‘Iedereen vult zijn kennis en kunde aan en daar-

na gaan we echt bouwen. We hebben de knelpunten dan al gevonden en deze samen verholpen. Als er knelpunten worden gesignaleerd - er loopt bijvoorbeeld een kabelgoot door een luchtkanaal - dan maakt het softwareprogramma ons daarop attent.’ Collega Guido Trip is projectleider elektrotechniek en al net zo enthousiast over het virtueel ontwerpen. ‘Je ziet de installatie echt ontstaan. Je ziet waar de loodgieter de leidingen legt en weet dus dat je daar geen lamp moet ophangen. Dat soort dingen konden we voorheen alleen maar verhelpen met heel veel vergaderen. Door het BIM-model kunnen we gemakkelijker samenwerken.’

‘We werken efficiënter, duurzamer en hebben nauwelijks faalkosten’

Snel en efficient En het gaat nog verder. Als de virtuele realisatie van het pand is afgerond wordt het 3D-model doorgestuurd naar de leverancier van de bevestigingsmaterialen. Wouter: ‘Zij hebben de ophangingen in het model ontworpen. Dit hebben we ook multidisciplinair gedaan: kabelgoten, luchtkanalen en cv-leidingen, alles hangt aan één bevestigingsconstructie. Vervolgens leveren zij deze prefab aan op de bouwplaats. In het 3D-model zijn ook de boorgaten voor deze bevestigingen al gepositioneerd. Met een Total Station zijn deze boorgaten vervolgens geprojecteerd op de kanaalplaatvloeren, zodat de monteur exact kan zien waar een gat geboord dient te worden. Door deze manier van werken zijn er minder materialen nodig, het scheelt tijd op de bouw en ook de montage gaat veel efficiënter. Bovendien staat het nog mooier ook. Er zijn alleen maar voordelen!’

Gelden die voordelen ook voor de installatiemonteurs, of verdwijnt hun werk langzaam van de radar? Guido: ‘De monteurs waren eerst sceptisch, maar zodra ze de voordelen zagen en merkten dat ze snel en efficiënt konden werken en de faalkosten drastisch naar beneden zouden gaan, werden ze enthousiast. Uiteindelijk moet het toch door mensenhanden gemaakt worden, dat is ook de charme van ons vak.’

Nieuwe norm Het ontwerpen volgens de BIM-methode wordt – of is – de nieuwe norm. Guido: ‘Onze opdrachtgevers zien het als de nieuwe standaard. De conventionele methode wordt bijna niet meer toegepast. We bouwen niet meer op de oude manier, waarbij veel energie wordt weggestookt. Energie is mooi, maar als je het op de verkeerde manier gebruikt, kost het bedrijven veel geld. Wouter vult aan: ‘Aan ons nu de uitdaging om het steeds verder te ontwikkelen. We kunnen nog veel verder gaan om het model in de praktijk te gebruiken. Wat willen we anders en beter doen? Kunnen we installatieonderdelen volledig vooraf fabriceren, zodat deze ook al in de bevestiging zitten? Welke materialen kunnen we in één keer bestellen? Het is interessant om daarover na te denken.’

Ook op het gebied van duurzaam installeren loopt Terberg Totaal Installaties voorop in ontwikkeling, vertelt directeur Edwin Dullaart. ‘De laatste jaren hebben we daarin grote stappen gemaakt. Neem de warmtepomptechniek: dat is nu de nieuwe standaard. Qua ledverlichting is dat niet anders. De mogelijkheden zijn tegenwoordig onbeperkt. Het gaat nu meer om de toepassing van bestaande technieken. We kunnen de besturingstechniek van de verlichting integreren in de regeltechniek van de klimaatinstallatie. Alles komt steeds meer met elkaar in verbinding. Wij zijn een innovatief bedrijf, en wij koppelen bestaande technieken zo goed aan elkaar, dat het samen beter werkt.’

De nieuwe locatie van Oldelft Ultrasound op de TU Delft Campus wordt naar verwachting eind januari 2021 in gebruik genomen.

Edwin Dullaart voor De Curve

Terberg Totaal Installaties Swammerdamweg 7 3401 MP IJsselstein 0306860711 info@terberg.eu www.terberg.eu

DE TOPPERS VAN DE TECH CAMPUS ROCMN

Interview

Tekst: Marjan Jaarsma | Fotografie: Serena de Wit

Het DNA van de Tech Campus van ROCMN? Wie kunnen dat beter voor het voetlicht brengen dan drie studenten en één oud-student? Vier toppers wel te verstaan. Maak in dit artikel kennis met hen.

Glenn van der Hoeven (18 jaar) 2de-jaars student civiele techniek mbo-4

Glenn van der Hoeven begon vorig collegejaar aan de opleiding civiele techniek en won direct een prijs. Glenn: ‘Ik bedacht iets om bevriezen van de bovenleiding bij de tram te voorkomen. Eerst dacht ik te moeilijk na. Vorst komt van boven naar beneden. Het werd een kabelgootje voor net erboven. Met een zonnestrip aan de zijkant heeft het meerdere functies. Ik won er de Heijmans-Coronaprijs mee: een geldprijs, een plakkaat en deelname aan een innovatiemiddag.’ Wat is er zo leuk aan techniek? Glenn: ‘Techniek is niet één ding, maar één groot concept. Het is leuk om mechanica te laten doen, wat het doet. ROCMN is een goede school, die ik zeker kan aanraden. Docenten staan open voor al je vragen. Ik wil hierna hbo gaan doen en dan bij het spoor gaan werken als railinfra-inspecteur. De staat van het spoor checken lijkt me fantastisch om te doen.’

Wouter van de Schraaf (19 jaar) 2de-jaars student technisch specialist personenauto’s mbo-4

Wouter van de Schraaf is in de week van dit interview begonnen met een stage bij een Land Rover-dealer. Wouter: ‘Ik heb de hele zomer gezocht naar een stageplek. Toen ik na de vakantie op school kwam, zei een van mijn docenten: ‘Er is een plek vrijgekomen bij een dealer, omdat er een student met de opleiding is gestopt. Bel maar snel’. Ik heb vandaag voor het eerst een versnellingsbak uit elkaar gehaald, omdat hij het niet meer deed. Er bleken twee lagers kapot te zijn.’ Geen geringe prestatie, als je weet dat hij zijn linkerhand mist, zijn rechterhand niet volledig is en hij twee beenprotheses heeft. ‘Ik heb geen last van mijn handicap. Ik heb een rijbewijs en een eigen auto. Ik weet zeker dat ik iets in auto’s wil blijven doen: motorisch sleutelen. Ik vind het erg mooi om erachter te komen hoe alles werkt, hoe complex het in elkaar zit en hoe het blijft werken. ROCMN is een heel fijne school. Ik word goed geholpen door de docenten en mijn mentor.’

Luuc Bosboom (20 jaar) gediplomeerd civiel technicus mbo-4

Arthon Tuiten nam vlak voor dit interview deel aan een video call in het kader van een Regionaal Investerings Fonds aanvraag Duurzame Mobiliteit samen met de voorzitter van het College van Bestuur van ROCMN, een aantal ROCMN-managers/docenten en Luuc Bosboom begon dit collegejaar aan de hbo-opleiding civiele techniek en won vorig collegejaar tijdens zijn studie civiele techniek aan ROCMN de Utrecht Mobility Challenge. Luuc: ‘Civiele techniek is breed en afwisselend. Denk aan rioleringen, tunnels, kabels en sluizen. Je kunt er alle kanten mee op. Het fascineert me. Vooral de waterwereld spreekt me aan. Hoe houden we Nederland droog? Daar wil ik later mijn werk van maken. Met een aantal andere studenten heb ik vorig jaar meegedaan aan de Utrecht Mobility Challenge, georganiseerd door het Economic Board Utrecht. Wij hebben een oplossing bedacht voor forenzen die iedere werkdag met de auto van en naar het hun werk in het centrum rijden en voor opstoppingen zorgen. We werden aangemoedigd om out-of-the-box te denken, daar houd ik van. Als er hubs aan de rand van de stad of in omliggende gemeenten komen, bijvoorbeeld op een parkeerplaats van een sportveld, kunnen forenzen hun auto daar laten staan en vervolgens per bus, met een e-bike of een scooter binnen een kwartier in het centrum zijn.’

vertegenwoordigers uit het werkveld. Deze subsidieaanvraag stimuleert de samenwerking tussen bedrijven en onderwijs in onze regio. Reden voor een aantal vragen. Arthon: ‘Ik heb na de havo een jaar hbo gedaan en daar had ik het niet naar m’n zin. Er werd goed uitgelegd wat je moet doen, maar we gingen nooit iets doen. Ik heb het nu mega naar mijn zin. Heel veel mensen zeiden: “Waar begin je aan?” ROCMN is een goede opleiding.’ En de video call? ‘Ik heb mijn kijk gegeven op de ontwikkeling van onze opleiding. Het was in het begin heel spannend.’ Hoe zie je die toekomst? ‘Ik loop stage bij een dealer en heb op het moment vooral met fossiele brandstoffen te maken. Elektriciteit zal steeds meer opkomen. Waterstof gaat hoop ik en denk ik meer een revolutie worden dan elektriciteit. Mensen zijn bang om een elektrische auto te kopen vanwege de actieradius, maar die is voor de meeste mensen meer dan genoeg. Om iedereen van fossiele brandstoffen af te krijgen is waterstof nodig: het beste van beide werelden. Als we allemaal elektrisch zouden gaan rijden en de auto ’s nachts aan de laadpaal hebben, raakt het elek-

Arthon Tuiten (20 jaar) 3de-jaars student technisch specialist personenauto’s mbo-4

trisciteitsnet overbelast.’

Tech Campus (ROC Midden Nederland)

Robert Koch r.koch@rocmn.nl Harmonielaan 2 3438 EB Nieuwegein 0307546576 www.rocmn.nl tech.rocmn.nl bouweninterieur.rocmn.nl ict.rocmn.nl automotive.rocmn.nl

This article is from: