SPORT
JAGO GEERTS
DE NIEUWE VAANDELDRAGER VAN DE BELGISCHE MOTORCROSS BALEN — Jago Geerts kroonde zich voor het tweede jaar op rij tot vice-wereldkampioen in de MX2 motorcross. Ondanks een jaar met blessures en pech kan hij dus toch tevreden terugblikken op zijn seizoen. En door zijn sterke seizoenseinde trekt hij met vertrouwen de winterbreak in. Met als ultieme doel: de wereldtitel .
“ER ZIJN WEL MENSEN DIE ZEGGEN DAT HET MAKKELIJK IS ALS ZE ONS OP TELEVISIE ZIEN. TOT ZE HET ZELF EEN KEER PROBEREN.” circuits zijn, die vaak ook nog eens gesloten zijn tijdens de winterperiode. In Italië en Frankrijk zijn veel meer omlopen om op te trainen. Daar ga ik regelmatig naartoe.” Corona heeft ook bij jullie een grote invloed gehad op het seizoen. “Klopt. Er zijn meer GP’s in Europa ingepland geweest, soms meerdere GP’s op één locatie. En al die wedstrijden moesten op een veel kortere tijd afgewerkt worden. Het seizoen werd dus een stuk intensiever. Niet eenvoudig als je met blessures kampt, zoals bij mij het geval was. Dan heb je liever meer rust tussenin.”
ONVOORSPELBAARHEID
december 2021 I p 26 - 27
Hoe ben je ooit begonnen met motorcross? “Mijn vader was vroeger zelf rijder. Hij is ook nog mechanieker geweest, onder meer van Marnicq Bervoets, tijdens zijn topjaren. Dat was nog voor ik geboren ben. Maar later nam hij me wel eens mee naar wedstrijden. Volgens mijn moeder vond ik het daar eerst niet leuk en wou ik altijd snel naar huis. Pas toen ik zelf mocht crossen, veranderde dat.”
Het is van 2007 geleden dat er nog eens een Belg een wereldtitel motorcross in de MX1 (nu MXGP) of MX2 binnenhaalde. Terwijl de veertig jaar daarvoor met de regelmatig van de klok de Brabançonne moest bovengehaald worden. De hoop op een nieuwe wereldtitel rust momenteel op de schouders van Jago Geerts (21). De jonge Balenaar mikt het komende jaar resoluut op het hoogste schavotje in de MX2. Vice-wereldkampioen. Ben je daar blij mee? Of is het een gemiste kans om wereldkampioen te worden? Jago Geerts: “Voor het seizoen was het wel mijn ambitie om mee te strijden voor de wereldtitel. Maar een verrekte mediale band (knie, nvdr.) en een operatie aan mijn arm zorgden ervoor dat ik de strijd nooit ten volle ben kunnen aangaan. Gezien de omstandigheden kan ik tevreden zijn met die tweede plaats.”
Je eindigde het seizoen wel sterk, o.a. door de twee laatste GP’s te winnen. Vind je het jammer dat het seizoen afgelopen is? (glimlacht) “Voor mij mocht het nog wat langer duren ja. Maar die goede vorm zorgt er natuurlijk wel voor dat ik met vertrouwen de winter in ga.” Begin maart start het seizoen terug. Hoe ziet zo’n winterbreak eruit? “Ik heb nu vier weken rust. Nu ja, ik ga wel fysieke trainingen doen, maar dan eerder voor het plezier. Wat lopen en fietsen, een beetje fitness. Maar van de motor blijf ik vier weken af. Dat zorgt er ook voor dat je extra veel honger hebt om er terug aan te beginnen.” Waar train je dan, eens je voorbereiding terug begonnen is? “Meestal in het buitenland omdat hier minder
Had je de smaak meteen te pakken? “Ik heb het altijd wel leuk gevonden ja. Ik geloof dat ik op mijn vijf jaar al wedstrijden reed. Maar als je zo jong bent, dan sta je er uiteraard niet bij stil of je daar talent voor hebt. Ik heb in het begin eigenlijk vrij weinig wedstrijden gereden. Pas vanaf mijn elfde ben ik het Nederlands Kampioenschap gaan rijden, daar lag het niveau een stuk hoger. Daar ben ik dan een tijdje blijven rijden. Vanaf 2014 reed ik dan het Europees Kampioenschap en zo is het altijd verdergegaan.” Vind je het nu nog leuk, nu het allemaal een stuk serieuzer is? “Ik vind het nog altijd leuk, absoluut. Het voelt alleszins niet aan als een job voor mij. Trainen vind ik heel plezant en ook van wedstrijden kan ik best genieten. Al is er dan wat extra stress natuurlijk. Maar ik presteer meestal op mijn best tijdens de wedstrijden, dus dat geeft wel nog een extra boost van vertrouwen.” Wat zijn de leukste elementen aan de sport, voor jou? (denkt na) “Het wordt nooit saai. Het parcours ligt altijd anders, er is veel variatie. Die onvoor-