© Pelckmans Uitgevers nv pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. www.atlantyca.com From an original idea by
Dami.
Elisabetta
Aan de slag met
Beste leerkracht,
In deze bundel vind je tal van leuke sporten spel tussendoortjes die je kan spelen in de klas. Beweeg elke dag met je klas, want bewegen is gezond.
Ook Geronimo doet mee. Hij kijkt alvast uit naar de Olympische Spelen 2024 en gaat voor een gouden medaille. Willen jullie ook een medaille winnen met de klas?
Lees dan vooral verder in deze bundel.
Bekijk meer van Geronimo Stilton
https://info.pelckmans.be/geronimo-stilton-leeschallenge-2023-2024/ geronimostilton.be www.wakkeremuis.nl
@dewereldvangeronimostilton
/dewereldvangeronimostilton
2 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
Voor iedereen wat wils.
Breek het record van Geronimo 04 binnen 1 minuut
Spelletjes per rubriek:
Binnen elke rubriek zijn er 6 mogelijke spelletjes. De uitleg van de spelletjes vind je terug in deze themabundel.
Tips voor de leerkracht: Bij sommige spelletjes heb je extra materialen nodig, zoals watjes, rietjes, potjes, boeken en ballonnen. Vergeet in ieder geval geen dobbelsteen klaar te leggen.
De spelletjes verschillen in tijdsduur.
Ontdek hieronder de verschillende spelrubrieken:
11 Speel
slim 05 Kom tot rust 08 Spel
keuze 12
Buitenspel 06 1 minuut-spelletjes
je
naar
3 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
Breek het record van Geronimo binnen 1 minuut
Post-its
Hang zoveel mogelijk post-its op je gezicht.
• Geronimo’s record: 58 post-its.
Lekker warm
Trek zoveel mogelijk kledingstukken aan.
• Geronimo’s record: 7 stuks.
Boekentoren
Maak een zo hoog mogelijke boekentoren.
• Geronimo’s record 23 boeken.
Wasknijper
Hang zoveel mogelijk wasknijpers in de kleren van de leerkracht.
• Thea’s record: 41 wasknijpers (in Geronimo’s staart)
Gezellig
Verzamel zoveel mogelijk kinderen binnen 1 m2.
• Geronimo’s record: 12 kinderen.
Levende stoel
Maak een levende stoel zonder te vallen en ga met zoveel mogelijk kinderen op één iemands schoot zitten.
• Geronimo’s record: 6 muizen.
4 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
Speel je slim
Heksen en tovenaars
Deze activiteit legt de brug naar drama.
Beeldenmuseum
Deze activiteit legt de brug naar drama.
Speuren naar de stoel
Deze activiteit legt de brug naar een fopspel/doordenker.
Vallen als ballen
Deze activiteit legt de brug naar dans.
Het land van geen idee
Deze activiteit legt de brug naar een fopspel/doordenker.
Ratten en raven
Deze activiteit is een ‘talige’ energizer.
Deze opdrachten leggen af en toe de brug naar de leergebieden. Je vindt er opdrachten rond drama, dans, talige opdrachten, ... Meer uitleg vind je achterin deze bundel.
5 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
Buitenspel
Omgekeerd verstoppertje
Eén iemand verstopt zich, en alle anderen moeten hem gaan zoeken. Wanneer degene die verstopt zit, door iemand wordt gevonden, moet die persoon er óók bij gaan zitten. Het spel is afgelopen als iedereen zit.
Muizentikkertje
Elke speler heeft een lint (staart) in zijn broek zitten. De spelers proberen de staart van de anderen uit hun broek te trekken. Wanneer je staart is afgepakt, val je af en ga je aan de kant staan. Staan er 3 aan de kant, dan mag de eerste er weer in. Als de staart gepakt is, wordt een andere speler tikker.
Levende vier op een rij
Maak op de vloer een rooster van 4 bij 4 vierkanten. Vorm twee teams: bijvoorbeeld het team met de kruizen en het team met de cirkels. Om de beurt gaat een speler van elk team op een willekeurig vierkant staan. Het team dat er als eerste erin slaagt 4 van zijn spelers op een rij te krijgen (horizontaal, verticaal of diagonaal), krijgt een punt.
De kip en de vos
Alle spelers staan in een kring. Eén iemand is de kip en staat buiten de kring. Zonder dat de kip het ziet wordt er ook een vos aangeduid. Het ei van de kip ligt in het midden van de kring, en de kip moet dat ei eruit zien te halen. Vanaf het moment dat de kip het ei aanraakt, mag de vos de kip proberen tikken, voor die uit de kring is. Als de kip het ei uit de kring krijgt, wordt er een nieuwe vos aangeduid. Kan de vos de kip tikken, mag hij de kip worden.
6 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
Fopbal
Alle kinderen staan in een kring met hun handen op hun rug. Iemand in het midden heeft een bal en die ‘fopt’ iemand uit de kring alsof hij de bal wil gooien. Zijn de handen zichtbaar is die persoon af en moet hij op de grond gaan zitten. Het kan ook zijn dat de bal echt gegooid wordt en dan moet de bal gevangen worden en teruggegooid, ander ben je ook af en moet je ook gaan zitten.
Dierentikker
Dierentikkertje is een tikspel waarbij de spelers een dierennaam moeten noemen als ze dreigen te worden getikt. Doe je dit voordat je getikt worden dan mag je wegrennen maar ben je te laat? Dan ben je de nieuwe tikker. Om het spel moeilijker te maken kan worden afgesproken dat alleen dieren met een bepaalde letter genoemd mogen worden en dat een genoemde dierennaam niet nog een keer genoemd mag worden.
7 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
Kom tot rust
Buiktelefoontje
Buiktelefoontje is gewoon telefoontje, maar de signalen worden door buikbewegingen doorgegeven. Alle spelers leggen zich op hun rug, steeds met hun hoofd op de buik van een andere speler. Zo wordt er een cirkel gevormd. In het midden van de cirkel zit één speler. We vertrekken bij een bepaalde speler die in de cirkel op zijn rug ligt. Deze speler vertelt naar wie hij gaat telefoneren. Wanneer hij het signaal (door een buikbeweging) doorgegeven heeft, zegt hij ‘vertrokken’. De speler in het midden moet proberen te achterhalen waar het signaal doorgegeven wordt. Ergens in de cirkel hebben we ook een centrale. Wanneer deze centrale een signaal krijgt moet die luid ‘bibib’ zeggen. Zo weet de persoon in het midden ongeveer waar het signaal zich bevindt. Wanneer de persoon naar wie getelefoneerd wordt het signaal ontvangt zegt hij ‘aangekomen’. Wanneer de persoon in het midden tijdens het spel een beweging (het signaal) ziet moet hij/zij dit zeggen. De persoon die de beweging gegeven had moet nu in het midden gaan zitten, de persoon die in het midden zat mag nu de plaats van de liggende persoon innemen.
Kwiebelen
Twee leerlingen verlaten het lokaal. De andere leerlingen spreken een werkwoord af, bijvoorbeeld voetballen of knagen (thema muizen). De leerlingen komen terug binnen en mogen enkel ja/nee-vragen stellen. Ze proberen het werkwoord te raden.
Het werkwoord in de zin kan je vervangen door het werkwoord ‘kwiebelen’.
• Vb. Kwiebel je in de klas?
• Vb. Kan je kwiebelen op de speelplaats?
8 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
Tekentreintje
De kinderen zitten per twee als een treintje achter elkaar op de grond. Achteraan zit de tekenaar. De tekenaar tekent iets op de rug van het kind voor zich. Het kind dat voor de tekenaar zit voelt wat er op zijn rug getekend wordt en probeert diezelfde figuur op een blad papier na te tekenen of gewoon te raden. Je kan ook één lange rij vormen van kinderen en diezelfde beweging laten doorgeven tot je op het einde van de rij bent. Wat is er van de tekening overgebleven?
Huis, zon en wolk: Muisstil
De kinderen werken samen zonder iets te zeggen tegen elkaar. Laat de kinderen per twee zitten met één blad papier en één potlood. Geef hen de opdracht samen een huis, een zon en een wolk te tekenen. Ze mogen ook zelf 3 dingen kiezen die ze graag tekenen.
Dit doen ze door samen het potlood vast te houden. Ze beginnen op jouw teken en mogen vanaf dan niet meer praten met elkaar. Tijdens het spel is het dus muisstil.
Dat doet me denken aan …
De kinderen zeggen het eerste wat in hen opkomt. Iedereen zit samen in een kring. Noem een willekeurig ding (vb. een muis of kaas of een hol of een poes) en duid een kind aan dat begint. Dit kind herhaalt dit ding en zegt waaraan dit hem doet denken, vb. ‘Een muis doet me denken aan muizenstrontjes’. De volgende in de rij herhaalt het laatste woord en zegt op hun beurt waaraan dit hem doet denken. vb. ‘Muizenstrontjes, doet me denken aan een boterham’. De volgende in de rij …
9 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
Dieren work-out
Stretch en ontspan je spieren met deze oefeningen.
Beweeg elke dag voldoende: minstens een half uur extra na school. Ga liefst naar buiten. Als dat niet kan, doe dan de volgende work-out. Doe elke dierbeweging 45 seconden. Neem 15 seconden rust. Doe dan de volgende. Doe er zoveel als je kunt, maar bouw rustig op. Zo kun je het elke keer net iets langer volhouden.
Kikkersprong: spring naar voren en naar achteren zoals een kikker.
Cheetasprint: loop ter plaatse zo snel als je kunt, zo snel als de snelste cheeta (jachtluipaard).
Olifantenpas: hef je knieën zo hoog als je kunt, marcheer ter plaatse en stamp zo hard als je kunt met je voeten op de grond.
Krabbenstap: zit en plaats je handpalmen naast je heupen, plat op de grond. Til je billen van de grond en kruip door de kamer.
Berenstap: handen en voeten op de grond, heupen hoog, stap naar links en naar rechts.
Zeestersprong: spring zo snel als je kunt op en neer met je armen en benen zo wijd als je kunt.
Gorillawaggel: zak in een squat (hurkhouding), zet je handen op de grond en waggel door de kamer.
Ben je klaar en lekker moe? Ga dan op de grond liggen, leg je hand op je buik en voel je ademhaling stilaan rustig worden.
Uit: Survivalgids - Wat als je iets heel ergs meemaakt’,
10 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
p. 114.
1-minuutspelletjes
Sneeuwballenspel
Neem 2 potjes, waarvan één potje met watjes. Probeer zoveel mogelijk watjes met een rietje van het ene potje naar het andere te brengen, dit zonder te laten vallen.
De klok
Laat de klok één minuut lopen. Wie denkt dat de minuut voorbij is, gaat zo snel mogelijk zitten.
Raadsel
De kinderen krijgen de letters van de titel van een Geronimo boek. Ze krijgen 1 minuut de tijd om de letters in de juiste volgorde te leggen en de titel te vinden.
Vb.
1 Een uit Transmuizanië: woord ‘noodkreet ’ 2 van de Zilveren Kattenklauw: woord: ‘Piraten’ 3 Het geschrift van Nostradamuis: ‘geheimzinnige’ 4 Het van de gezonken schat ‘mysterie’
Ballonnenspel
Houd met één hand achter de rug 2 opgeblazen ballonnen minstens 1 minuut in de lucht.
Uitpakken
Probeer binnen 1 minuut zo snel mogelijk een voorwerp uit te pakken, met ovenwanten aan.
Boogje gooien
Gooi de bal of een kersenpitkussentje over je hoofd en probeer de hiel van je voet te raken.
11 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
Spel naar keuze
In de klas wordt een ideeënbus gezet. Aan de kinderen wordt gevraagd welke spelletjes of tussendoortjes zij graag spelen. De ideeën worden in die bus gestopt. Als ze op deze rubriek terecht komen, kunnen ze een spelletje of idee kiezen uit de doos dat zelf verzonnen is. Geef de leerlingen ruimte voor eigen inbreng.
12 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
Breek het record op 1 minuut
-minuutspelletjes Spelnaarkeuze
jeSpeel slim Buitenspel
Spelbord
Print dit spelbord (A4) of het losse spelbord (A3) uit. De kinderen gooien 2 keer met de dobbelsteen. De eerste keer dobbelen ze voor de rubriek (zie de verschillende kleuren) en de tweede keer voor het type spelletje binnen de rubriek (1, 2, 3, 4, 5, of 6).
Minder tijd of niet alle benodigdheden bij de hand? Dan bepaalt de leerkracht de rubriek en mogen de kinderen 1 keer gooien met de dobbelsteen om te bepalen welk spelletje binnen de rubriek er gespeeld wordt.
1
© Atlantyca SpA., Italië – All rights reserved. 13 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
Kom tot rust
Prijzen
Win met je klas een medaille! Gaan jullie voor brons, zilver of goud?
Suggestie:
- De bronzen medaille: 8 spelletjes gespeeld.
- De zilveren medaille: 12 spelletjes gespeeld.
- De gouden medaille: 15 spelletjes gespeeld.
14 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be © Atlantyca S.r.l., Italy - All right reserved. | www.atlantyca.com | From an original idea by Elisabetta Dami
verkorte handleiding bij
Speel je slim
15 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be
Heksen en tovenaars
Deze activiteit legt de brug naar drama.
IDEE HEKSEN EN TOVENAARS
CONCEPT EN DOELEN
In deze activiteit spelen de leerlingen heksen (en tovenaars) die samen een toverdrankje maken rond de ketel. Ze gooien allerlei spullen in de ketel en als ze ervan drinken, gebeurt er iets verrassends. De leerlingen oefenen vooral op oogcontact, ze kijken naar elkaar, het publiek en de voorwerpen die ze hanteren.
De leerlingen (kunnen): – hun personage laten leven door een passende stem te gebruiken. – bewust oogcontact inzetten om hun pop te laten leven. – durven bewegingen en reacties te vergroten. – verzinnen welke toverdrank ze willen maken.
118
ROND M E T AAN SPELEN MET STOKPOPPEN
DURVEN UITEN (OVERDRIJVEN) HEKSEN EN TOVENAARS ROL (OOGCONTACT) 533270_540_Zeppelin_IG_figurentheater.indd 118 21/11/2023 13:44 Uit: Zeppelin inspiratiegids ‘Poppenspel en figurentheater’, p. 118 . 16 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be
ZICH
EINDOPDRACHT
Laat een aantal heksen (stokpoppen) elkaar tegenkomen en samen een toverdrank brouwen. Ze kijken elkaar, het publiek en hun ingrediënten goed aan. Laat ze om de beurt iets in de pot gooien, roeren en er dan van drinken. Zorg ervoor dat hierdoor iets verrassends gebeurt.
–
Oefen in de vooroefeningen voldoende met allerlei opdrachten rond oogcontact. Laat ze kijken naar verschillende plaatsen in de klas, naar elkaar, naar voorwerpen … – Verzin met de leerlingen wat er allemaal kan gebeuren als iemand een toverdrankje drinkt. Dat kan een gedaanteverwisseling zijn (je wordt een kikker, je verdwijnt …) of een kenmerk (je krijgt een lachaanval, je stem verandert …).
– Een toverdrankje werkt langzaam, een toverspreuk gebeurt plots. Laat de leerlingen met dit gegeven spelen.
119
533270_540_Zeppelin_IG_figurentheater.indd 119 21/11/2023 13:44
Zeppelin inspiratiegids ‘Poppenspel en figurentheater’, p. 119 . 17 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be
Uit:
Beeldenmuseum
Deze activiteit legt de brug naar drama.
De kinderen gaan vandaag aan het werk als standbeeld in een beeldenmuseum. Vertel de kinderen wat voor museum dit is. Een museum met dieren, een museum over het circus, een filmmuseum... Overdag moeten de standbeelden ontzettend goed stil staan. Ze mogen niet eventjes krabben of een voet verzetten, maar, ‘s nachts, als de gasten naar huis zijn, komen de standbeelden tot leven. Er is alleen één probleem... de chagrijnige nachtbewaker. Hij loopt ‘s nachts tussen de beelden door en als hij een beeld ziet bewegen, wordt dat beeld ontslagen.
Alle kinderen gaan als standbeeld in de ruimte staan. De nachtbewaker gaat naar de gang. Wanneer iedereen goed staat, komt de nachtbewaker binnen en loopt door de ruimte. De opdracht voor de standbeelden is om zich te bewegen, een andere houding aan te nemen, even te ontspannen, een stukje te lopen, zónder dat de nachtbewaker dit ziet. Wanneer de nachtbewaker een kind ziet bewegen, is dit kind af en moet aan de kant gaan zitten. Wie houdt dit het langst vol?
Bron: https://hobby-en-overige.infonu.nl/spellen/42532-dramales-voor-kinderen-het-beeldenmuseum.html
18 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be
Speuren naar de stoel
Deze activiteit legt de brug naar een fopspel/doordenker.
Kies één speurneus uit aan wie je vertelt hoe het fopspel werkt. Dat kind verlaat de klas. Het spel gaat als volgt: er staan 3 stoelen voor de klas. De klas kiest één stoel uit, waarop de speurneus straks moet gaan zitten. Om zeker te zijn dat iedereen goed ziet over welke stoel het gaat, gaat er telkens iemand snel zitten op die stoel om daarna terug plaats te nemen in de klas. De speurneus mag niet horen of zien welke stoel de klas gekozen heeft.
Van zodra de speurneus in de klas komt, gaat hij zitten op één van de 3 stoelen. Telkens raadt hij de juiste stoel. Hoe komt dat?
De fopper is, dat jij als leerkracht vooraf met de speurneus het volgende hebt afgesproken als hij de klas binnenkomt:
• Is stoel 1 gekozen, roep je ‘KOM’.
• Is stoel 2 gekozen, roep je ‘KOM MAAR’.
• Is stoel 3 gekozen, roep je ‘KOM MAAR (naam kind)’.
De speurneus kan zo achterhalen of het stoel 1, 2 of 3 is.
19 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be
Vallen als ballen
Deze activiteit legt de brug naar dans.
IDEE VALLEN ALS BALLEN
CONCEPT EN DOELEN
In deze activiteit verzinnen de leerlingen bewegingen die geïnspireerd zijn op verschillende soorten ballen: een basketbal, een pingpongbal, een tennisbal, een fantasiebal … Ze spelen uiteindelijk een ‘match’ met ballen in een eigen, vrije compositie waarbij het verschil in krachtige bewegingen centraal staat.
BALLEN KRACHT (ENERGIE)
VERTROUWEN HEBBEN IN JE EIGEN MOGELIJKHEDEN
De leerlingen (kunnen): – bewegingen verzinnen die geïnspireerd zijn op de beweging van een bal. – veilige verplaatsingen naar en over de grond maken. – variaties maken met gewicht en spierspanning.
110
ROND M E T AAN
M – Lesidee Vallen als ballen – Audio Bubbles –Yoshi Horikawa
DANSEXPRESSIE
533835_753_Zeppelin_IG_dansexpressie.indd 110 17/11/2023 08:46 Uit: Zeppelin inspiratiegids ‘Dansexpressie’, p. 110 20 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be
EINDOPDRACHT
Maak een vrije compositie met de helft van de klas. In het midden van de ruimte is een groot getapet vierkant op de grond. Daarbinnen vindt ‘de match’ plaats. Alle ruimte rond het vierkant geeft de plek aan met een sterke aantrekkingskracht , en trekt de ballen naar de grond, de ballen kunnen er rollen. Alle ruimte in het vierkant is de vrije ruimte voor de ballen , daar botsen ze, gaan ze omhoog, stuiteren ze heen en weer. Laat alle leerlingen zelf beslissen wanneer ze binnen of buiten het vierkant dansen en vraag hen duidelijk te tonen welke soort bal hen inspireert tot hun bewegingen.
–
Brainstorm met de leerlingen over soorten ballen. Neem er enkele als voorbeeld mee naar de klas: een basketbal, een pingpongbal, een strandbal … Vraag aan de leerlingen om een bal met hun lichaam weer te geven (plat, opgeblazen, met een deuk …).
– Praat met de leerlingen over de mogelijkheden van de ballen:
• Welke vormen kan een bal aannemen? Hoe ziet hij er slap en hoe opgespannen uit?
• Welke bewegingen maken de verschillende ballen? Botsen, rollen, stuiteren … Bekijk hiervoor eerst hoe verschillende ballen bewegen.
– Als opwarming hou je het best nog veilig en eenvoudig. Bespreek welke ronde vormen je allemaal met je lichaam kunt maken. Geef verschillende vormen een naam: een armencirkel, een bolletje van je lichaam, een buisje (smal maken en rechtstaan), je rond maken op de vloer … Noem vervolgens een vorm, en laat de leerlingen die dan zo snel mogelijk maken.
– Werk ook eens in duo’s. Iemand is de voorzichtige speler, de ander voert de beweging van de bal uit. Enkele voorbeelden: een voetbal wordt weggetrapt en vliegt de lucht in, een pingpongbal krijgt beweging door de bat en stuitert heel licht. Een strandbal wordt opgeblazen en krijgt een toets waarna hij zwevend door de lucht vliegt
111
…
533835_753_Zeppelin_IG_dansexpressie.indd 111 17/11/2023 08:46 Uit: Zeppelin inspiratiegids ‘Dansexpressie’, p. 111 21 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be
Het land van geen idee
Deze activiteit legt de brug naar een fopspel/doordenker.
Speel met je klas dit fopspel. ‘Het land van geen idee’ is een vraag- en antwoordspel waarbij kinderen door vragen te stellen, moeten achterhalen wat er aan de hand is met ‘het land van geen idee’.
Het spel begint, wanneer de leerkracht vertelt dat ergens, heel ver weg, ‘het land van geen idee’ ligt. Het is een leuk land om te wonen, maar er is wel iets mis. Ze hebben er bijvoorbeeld geen licht, maar wel lampen. Ze hebben geen douche of bad, maar je kunt je er wel wassen.
Aan de kinderen is het de opdracht om te raden wat er mis is. Dit kunnen ze doen door vragen te stellen over ‘het land van geen idee’. Wie het door heeft, mag meedoen met antwoorden geven. Als iedereen het doorheeft, is het spel afgelopen.
De grap is, dat er in ‘het land van geen idee’ niks bestaat waarin de letters ‘i’ of ‘d’ voorkomen.
22 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be
Ratten
en raven
Deze activiteit is een ‘talige’ energizer.
De kinderen staan in een rij, met de rug tegen elkaar... De ene rij zijn de ratten, de andere de raven. De bedoeling is dat als de leerkracht ‘ratten’ zegt, de ratten weg lopen en de raven moeten proberen deze te tikken. De ratten zijn veilig als ze over een bepaalde grens zijn gelopen. Als de leerkracht ‘raven’ zegt lopen de raven weg en lopen de ratten erachter.
De leerkracht kleedt de ‘ratten’ en de ‘raven’ natuurlijk best in door een verhaaltje te vertellen.
Bijvoorbeeld: vorige week ging ik bij mijn oma in het schuurtje eens snuffelen, toen ik de deur opendeed sprong er juist voor mijn voeten een rrrrat weg ...
Tip: Je vertelt best een verhaaltje met veel RA, RAMBO, RAMBOL,... Bedenk vooraf al wat woorden: radijzen, ravioli, ramen, De verwarring is groot ...
Bij oudere kinderen kun je zelf ook een kind aanduiden, die een verhaal verzint.
Dit spel kan natuurlijk goed in een thema worden verwerkt door de ratten en raven andere namen te geven.
23 © Pelckmans Uitgevers nv | pelckmans.be