Voorstudie boek stilte

Page 1

Voorstudie boek STILTE

Habakuk 2:20 (visioen)

20 De HEER troont in zijn heilig paleis.Aarde, wees stil voor hem!

Aarde = mensen.

Job 3

17 In het dodenrijk worden de goddelozen stil,zij die uitgeput zijn, vinden daar hun rust.

Dodenrijk: plaats van stilte en rust voor goddelozen en uitgeputten

Job 29

22 Wanneer ik had gesproken waren ze stil,mijn woorden daalden zacht op hen neer.

Als God spreekt worden mensen stil. Hij spreekt geen harde woorden

Job 33

31 Let goed op, Job, luister aandachtig;wees stil en laat mij spreken.

God spreekt in de stilte

Job 37

14 Laat dit tot je doordringen, Job,sta even stil en heb oog voor Gods wonderen.

Stil staan en oog krijgen voor …

Psalm 16

1 Een stil gebed van David. Behoed mij, God, ik schuil bij u.

Psalm 58

1 Voor de koorleider. Op de wijs van Verdelg niet. Van David, een stil gebed.

Psalm 83

2 God, houd u niet stil,zwijg niet, God, zie niet onbewogen toe,

Jesaja 38

9 Een stil gebed van koning Hizkia van Juda, toen hij ziek was en van zijn ziekte herstelde.

Jesaja 47

5 Ga zitten, wees stil,tast rond in het duister,vrouwe Chaldea. Niet langer noemt men je‘Meesteres over koninkrijken’.

Genesis 19

17 Toen zei een van hen: ‘Vlucht, uw leven is in gevaar! Kijk niet om en sta nergens in de vallei stil. Vlucht de bergen in, anders komt u om.’

Deut. 27

9 Omringd door de Levitische priesters zei Mozes tegen heel Israël: ‘Wees stil en luister, Israël. Vandaag bent u het volk van

Stop met onrechtvaardig handelen en spreken. De aarde en de mens zijn niet heilig, integendeel. Dat is God in zijn paleis wel. Als je de heilige God wilt kennen, moet je stil zijn

God spreek! Stil zijn en zwijgen brengen de mens geen verlossing

In de stilte hoor je wat je te wachten staat


de HEER, uw God, geworden. Jozua 10

12 Want op die dag, de dag dat de HEER de Amorieten aan Israël overleverde, had Jozua gebeden tot de HEER. In aanwezigheid van Israël sprak hij: ‘Zon, sta stil boven Gibeon,

Jozua 10

13 En de zon stond stil en de maan bleef staan,tot Israël zijn vijanden had afgestraft. ‘Stil,’ antwoordden ze. ‘Zeg niets, maar ga met ons mee en word onze raadgever en priester. U kunt toch beter priester zijn voor een hele stam Israëlieten dan voor het huishouden van één man?’

Rechters 18

19

Kon 18

26

Kon 18

29

2 Kon 2

7

2 Kon 2

13

Ezra 5

5

De profeten namen een van de twee beschikbare stieren en maakten die voor het offer gereed. De hele morgen lang riepen ze Baäl aan: ‘Baäl, geef ons antwoord!’ Maar het bleef stil en niemand gaf antwoord, hoe ze ook dansten en sprongen rond het altaar dat daar was opgericht. In vervoering bleven ze schreeuwen, maar ook toen het middaguur allang voorbij was en het uur voor het graanoffer aanbrak, was er nog steeds geen enkele reactie gekomen: het bleef stil, niemand gaf antwoord. Bij de oever van de Jordaan hielden ze stil. Vijftig profeten die hen waren gevolgd bleven op een afstand staan kijken. Hij raapte Elia’s mantel, die was afgegleden, op, en liep terug. Bij de oever van de rivier hield hij stil. Maar hun God waakte over de oudsten van de Judeeërs: ze werden niet gedwongen het werk stil te leggen voordat er aan Darius zou zijn gerapporteerd en er een schriftelijk antwoord zou zijn ontvangen.


Ik stuurde hun de volgende boodschap: ‘Ik heb belangrijk werk te doen en kan daarom onmogelijk komen. Het werk zou stil komen te liggen als ik het in de steek liet en naar u toe kwam.’

Nehemia 6

3

Nehemia 8

11

Job 32

6

De Levieten maanden het volk tot stilte. Ze zeiden: ‘Wees stil, dit is een heilige dag, wees dus niet bedroefd.’

En Elihu, de zoon van Barachel uit Buz, nam het woord: ‘Ik ben nog jong, en jullie zijn oud, daarom hield ik mij stil. In jullie bijzijn durfde ik mijn mening niet te geven.

Job 33

33

Als je niets te zeggen hebt, luister dan,

wees stil – laat mij jou de wijsheid leren.’ Voor de koorleider. Op de wijs van Verdelg niet. Van David, een stil gebed, toen hij voor Saul was gevlucht in een spelonk.

Psalm 57

1

Psalm 58

1

Psalm 59

1

Psalm 60

1

Psalm 88

2

Psalm 131

2

Voor de koorleider. Op de wijs van Verdelg niet. Van David, een stil gebed. Voor de koorleider. Op de wijs van Verdelg niet. Van David, een stil gebed, toen Saul opdracht had gegeven David thuis vast te houden en hem te doden Voor de koorleider. Op de wijs van De lelie van het getuigenis. Een stil gebed van David, ter lering,

HEER, God, mijn redder, overdag schreeuw ik het uit,’s nachts zit ik stil voor u neer.

Nee, ik ben stil geworden,ik heb mijn ziel tot rust gebracht.Als een kind op de arm van zijn moeder,als een kind is mijn ziel in mij.


De vesting zal verlaten liggen,het rumoer van de stad valt stil.Burcht en wachttoren worden ru誰nes voor altijd,een lustoord voor wilde ezels,weidegrond voor het vee.

Jesaja 32

14

Jesaja 38

9

Jesaja 53

7

Jesaja 62

1

Jeremia 10

14

Jeremia 47

6

Jeremia 51

17

Ezec 1

21

Een stil gebed van koning Hizkia van Juda, toen hij ziek was en van zijn ziekte herstelde.

Hij werd mishandeld, maar verzette zich niet en deed zijn mond niet open.Als een schaap dat naar de slacht wordt geleid,als een ooi die stil is bij haar scheerders deed hij zijn mond niet open.

Omwille van Sion zal ik niet zwijgen, omwille van Jeruzalem ben ik niet stil, totdat het licht van haar gerechtigheid daagt en de fakkel van haar redding brandt.

Daar staat het menselijk verstand bij stil. De goudsmid schaamt zich voor zijn beelden. Zijn gietsels zijn niets, ze ademen niet,

Hoe lang nog, zwaard van de HEER, blijf je razen? Kom tot rust, keer naar je schede terug, wees stil, bedaar.

Het menselijk verstand staat daarbij stil. De goudsmid schaamt zich voor zijn beelden. Zijn gietsels zijn niets, ze ademen niet,

Als de wezens zich bewogen, bewogen ook de wielen, en als ze stilstonden, stonden ook


de wielen stil. Als ze van de aarde opstegen, stegen ook de wielen op; een en dezelfde geest leidde immers de wezens en de wielen. Toen hoorde ik ook een geluid boven de koepel boven hun hoofd – maar zijzelf stonden stil met toegevouwen vleugels.

Ezec 1

5

Ezec 10

7

Ezec 19

7

Amos 6

10

Amos 8

3

Nahum 3

18

Als de cherubs stilstonden, stonden ook de wielen stil, en als ze opstegen bleven de wielen bij hen, want een en dezelfde geest leidde de wezens en de wielen.

Hij verwoestte hun paleizen, legde elke stad in puin. Als zijn gebrul weerklonk werd het land stil, en huiverde

Als iemand dan het lichaam van zijn verwant uit dat huis wegdraagt om het te verbranden, zal hij vragen aan degene die nog binnen is: ‘Is daar bij jou nog iemand over?’ ‘Nee,’ zal deze dan zeggen, ‘maar wees toch stil, en noem de naam van de HEER niet!’ Op die dag zal er in de tempel alleen nog gejammer klinken,’ – spreekt God, de HEER – ‘overal liggen lijken, overal zijn ze neergeworpen. – Wees stil!’

Je herders slapen, koning van Assyrië, je leiders zitten stil, je volk is verstrooid over de bergen en niemand brengt het bijeen.

Sef 1

7 Wees stil voor God, de HEER, de dag van de HEER is nabij! De HEER zal een offermaaltijd houden en zijn genodigden heiligen.

VOORBEREIDEN OP

Zach 1

11

De ruiters zeiden tegen de engel van de HEER, die tussen de mirtenstruiken stond: ‘Wij hebben de hele aarde doorkruist. Overal is het vredig en stil.

SAMENLEVING

Zach 2

17

Wees stil voor de HEER, al wat leeft, want

ONTMOETING MET DE HEER


hij komt uit zijn heilige woning naar buiten. Math 2

9

Nadat ze geluisterd hadden naar wat de koning hun opdroeg, gingen ze op weg, en nu ging de ster die ze hadden zien opgaan voor hen uit, totdat hij stil bleef staan boven de plaats waar het kind was.

NATUUR, PLAATSAANDUIDING

Mc 4

39

Toen hij wakker geworden was, sprak hij de wind bestraffend toe en zei tegen het meer: ‘Zwijg! Wees stil!’ De wind ging liggen en het meer kwam helemaal tot rust.

NU MOET HET OVER ZIJN. ANGST. ER MOET RUST KOMEN

Dit was het schriftgedeelte dat hij las: ‘Als een schaap werd hij naar de slacht geleid; als een lam dat stil is bij zijn scheerder deed hij zijn mond niet open.

IN AFWACHTING VAN WAT ER KOMEN GAAT OF GEBEURT

1 Petr 3

4 maar in wat verborgen ligt in uw hart, in een zacht en stil gemoed. Dat is een onvergankelijk sieraad dat God kostbaar acht

GEMOEDSTOESTAND, PLAATS VAN STILTE IS HET HART

Tobit 10

6

‘Stil nu maar,’ zei Tobit, ‘denk nu niet meteen het ergste. Hij maakt het goed. Ze zijn beslist door het een of ander opgehouden. Hij heeft een uitermate betrouwbare reisgenoot, iemand van ons eigen volk. Wees niet verdrietig, lieve vrouw, hij komt vast en zeker snel terug.’

ONRUST, TROOST, GERUSTSTELLING

Tobit 10

7

Maar Anna voer tegen hem uit: ‘Wees liever zelf stil, en maak me niets wijs. Mijn kind is dood.’ Toch ging ze elke dag naar buiten en keek de weg af waarover haar zoon was afgereisd, en niemand kon haar weerhouden. Pas bij zonsondergang ging ze weer naar binnen, en ze huilde en jammerde dan de hele nacht, zonder in slaap te kunnen komen.

BOOSHEID, ZWIJG!

Hand 8

32

Raguel had gezworen dat het bruiloftsfeest van zijn dochter veertien dagen zou duren. Die waren intussen voorbij. Tobias ging naar hem toe met het verzoek: ‘Vader, laat me nu vertrekken. Het kan niet anders of mijn vader en moeder hebben de hoop opgegeven dat ze me ooit nog zullen zien.

NATUUR

VOORBEREIDING OP…….


Daarom vraag ik u: laat me naar mijn vader gaan. Ik heb u verteld in wat voor toestand ik hem heb achtergelaten.’

Sirach 32

Oude man, het siert je het woord te nemen en te spreken over zaken waarvan je kennis hebt, maar wees stil wanneer er muziek wordt gemaakt. 3

GEEN VERSTAND VAN ZAKEN DAN STIL ZIJN


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.