
1 minute read
Johan van Dale Onderwijzer in Sluis,
Woordenboekenmaker in Nederland
Op het Walplein in Sluis staat sinds 1924 zijn buste. Met de Damse Vaart als achtergrond. Of zou hij het ‘kanaal’ hebben genoemd of ‘waterloop’ of ‘waterweg’? Johan van Dale is de naamgever van het bekendste woordenboek in de Nederlandse taal: ‘Het Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse taal’. Meestal zeggen we ‘de Dikke van Dale’.
Van Dale (Sluis, 1828-1872) was onderwijzer op de plaatselijke lagere school, geschiedenisonderzoeker en stadsarchivaris. Hij schreef artikelen en boeken over de geschiedenis van de streek en over tal van taalkundige onderwerpen. Landelijke bekendheid kreeg hij vooral door het beroemde woordenboek.
Het woordenboek was nog net niet af toen van Dale stierf aan de ‘pokken’. In die tijd was de zeer besmettelijke ziekte tuberculose nog vaak dodelijk. Het manuscript was al gevorderd tot en met de letter Z. Zijn assistent en leerling Jan Manhave heeft het werk voltooid en in 1874 verscheen de volledige uitgave van het Woordenboek van J.H. van Dale. In 2022 verscheen de 16e druk.
Van Dale heeft uren en uren gewerkt op de zolder van het Belfort, het stadhuis in Sluis. Hij woonde vlakbij in een huis op de hoek van de Groote Markt. Op de zolder van het Belfort, onderdeel van Museum Het Belfort is een ruime plek ingeruimd voor een tentoonstelling over Johan van Dale. Je ziet hier bijvoorbeeld een exemplaar van de eerste druk van het woordenboek. Bijzonder om eens op de plek te staan waar de ‘Dikke van Dale’ is ontstaan.