ard_sprinkhuizen

Page 1

Aan beide zijden van de voordeur Over de kracht van sociaal werk in de 21e eeuw Kennisnetwerk Wijkenaanpak Noord Holland 9 december 2010 Ard Sprinkhuizen, associate lector maatschappelijk werk INHolland; senior onderzoeker trends en onderzoek MOVISIE

Hogeschool INHolland


De kracht van maatschappelijk werk in de 21e Eeuw

1. De opdracht van sociaal werk 2. De deskundigheid van het sociaal werk 3. Verschuivingen in de opdracht: er op af 4. Kwetsbaarheid en kwetsbare groepen 5. Praktijkvoorbeeld: werken in de wijk 6. Praktijkproblemen 7. De organisatie van sociaal werk

Hogeschool INHolland


De opdracht van Sociaal Werk (breed)

Tweeledige opdracht •Voortvloeiend uit de aangereikte wettelijke kaders (op dit moment in de tijd: o.a. Wmo) en de maatschappelijke opdracht •Voortvloeiend uit de behoeften en vragen die zich bij kwetsbare en hulpzoekende burgers aandienen

Hogeschool INHolland


De kern van de deskundigheid: generalisme Een sociaal werker is een generalist, dwz: •

Heeft kennis van meerdere domeinen

Richt zich integraal op het functioneren van personen op (bijna) alle leefgebieden (materieel en immaterieel)

Voert een scala aan (lichte) interventies uit

Schakelt tussen specialisten vanuit het leefwereldperspectief van cliënten

Ervaren sociaal werkers (mw-er, ow-ers) zijn specialist in het generalistische: generalist-specialist

Hogeschool INHolland


Verschuivingen in de opdracht: ‘het nieuwe denken’ De Wmo als exemplarisch voorbeeld van ‘het nieuwe denken’ • Van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving • Verbinden van formeel en informeel • Verbinden van collectief en individueel (compensatiebeginsel)

Burger centraal 1. Eigen verantwoordelijkheid burger 2. Vrijwillige inzet, civil society 3. Collectieve voorzieningen 4. Individueel maatwerk, AWBZ

Hogeschool INHolland


Welzijn Nieuwe Stijl (Bussemaker) Richtinggevend kader wordt gevormd door 8 uitgangspunten: • Gericht op de vraag achter de vraag • Gebaseerd op de eigen kracht van burgers • Direct ‘er op af’ • Formeel en informeel in optimale verhouding • Meer collectief dan individueel • Integraal werken • Niet vrijblijvend maar resultaatgericht • Gebaseerd op ruimte voor de professional Opvallend: Maatschappelijk Werk en Opbouwwerk als kerndisciplines  Hogeschool INHolland


De nieuwe kabinetsplannen Wijkaanpak (Wonen Wijken en Integratie) lijkt te verdwijnen, maar de wijk blijft centraal en Welzijn Nieuwe Stijl blijft in de picture. Bezuinigingen en verschuivingen in prioriteiten: •

Veiligheid in de wijk

Ouderen / buurtzorg / zorg dicht bij huis

Jeugdzorg onder lokale paraplu / CJG

Beschutte arbeid naar de gemeente

Nóg duidelijker: •

de uitgangspunten van de Wmo dwingen tot andere methodische aanpakken (Stelselherziening AWBZ als katalysator)

De bezuinigingen dwingen tot goede samenwerking en afstemming Hogeschool INHolland


Verschuiving in de doelgroep: ‘kwetsbare burgers’ •

Mensen die over onvoldoende hulpbronnen beschikken om op eigen kracht moeilijkheden en tegenslagen te overwinnen

9 risicofactoren: •

Slechte gezondheid

Geringe mate van psychisch welbevinden

Inkomen < 110 % van het minimum loon

Eénouder gezin

Werkloosheid in de afgelopen 5 jaar

Huishoudens met een uitkering

Een huishouden waar niemand werkt

Niet-westerse allochtonen

Een slechte beheersing van het Nederlands

(Jehoel-Gijsbers, 2004) Hogeschool INHolland


Patroon van kwetsbaarheid Wanneer risicofactoren samengaan en langere tijd duren kan verbintenisproblematiek ontstaan •

Verbintenis met zichzelf •

Verbintenis met anderen •

Eenzaamheid, geen ondersteunend netwerk

Verbintenis met de maatschappij •

Controle kwijt, laag gevoel van eigenwaarde

Niet participeren, grote afstand tot maatschappij

Verbintenis met de toekomst •

Geen hoop meer hebben

Van Regenmortel (2008) Vgl. Armoedecultuur; de onrendabelen van Marcel van Dam) Hogeschool INHolland


De wurggreep van vraagverlegenheid, handelingsverlegenheid en acceptatieschroom Vraagverlegenheid •

Kwetsbare mensen zoeken niet uit zichzelf hulp / te laat hulp / zijn achterdochtig en hebben weinig vertrouwen in zichzelf en in anderen

Handelingsverlegenheid •

Hulpverleners / buren / naasten / vrijwilligers vinden het moeilijk om te gaan met kwetsbare mensen

Acceptatieschroom •

Als hulp dan eindelijk wordt aangeboden, is die al snel ‘niet nodig’

Linders (2010) Nodig: Specifieke deskundigheid in het omgaan met deze doelgroep Hogeschool INHolland


Het appel op maatschappelijk werk / sociaal werk •

Nieuw evenwicht tussen ‘het verschanste maatschappelijk werk’ en ‘er op af’/ werken in de leefwereld van kwetsbare burgers •

Waar nodig (en mogelijk) verwijzen naar eerstelijnspsycholoog

‘Zelfregieversterkend’ werken (kansen, empowerment)

Inschakelen van het eigen netwerk (bijv. Eigen Kracht Conferentie)

• •

Participatie centraler stellen

Grote deskundigheid op gebied van materiële hulp en dienstverlening

Verbinden van formele en informele zorg

Verbinden van individueel – collectief Hogeschool INHolland


Voorbeeld: De krachtteams van Lumensgroep Eindhoven Samenwerking outreachend maatschappelijk werk en opbouwwerk Typering werkwijze: •

Interveniëren op 4 niveaus: individu – gezin – straat – wijk

Opbouwwerk start bij participatie van kwetsbare groepen, signaleert individuele problemen en leidt toe naar hulpverlening

maatschappelijk werk ‘lost individuele problemen op’ (bij > 50% is de ingang materiële problematiek) en stimuleert en leidt toe naar participatie

Opbouwwerk en maatschappelijk werk overlappen en schakelen

Hogeschool INHolland


Kenmerken wijkmaatschappelijk werk •

Basishouding: Er op af! •

Contactueel ijzersterk (ondernemend, uitnodigend, vertrouwen winnen, persoonlijk zijn, bondje sluiten met cliënt, niet loslaten van onwillige cliënten)

Netwerken van cliënten aanspreken / opbouwen

Professionele netwerken opbouwen / inzetten (participeren in…)

Methodisch goed thuis in de materiële hulp- en dienstverlening

Opvallend veel opbouwwerkachtige competenties!

Hogeschool INHolland


Kenmerken individueel opbouwwerk •

Sociale analyse maken

Een groot formeel en informeel netwerk in de wijk (domeindoorsnijdend)

Veel contacten op individueel niveau met buurtbewoners (‘straat aan zet’, portiekgesprekken)

Hulpvragen zichtbaar maken

In staat een netwerk rondom burgers te bouwen (kwartiermaken)

Schakel tussen participatie en hulpverlening (verbinden)

Participeren in netwerken van hulpverleners en daar de collectieve oplossingen en voorzieningen inbrengen

Sterk oog voor individuele kansen en problemen!

Hogeschool INHolland


Praktijkproblemen •

Er wordt (te) laat ingegrepen •

Zelf laat hulp zoeken; schroom bij anderen; indicatiecriteria van instellingen

Hulpverlening is versnipperd en samenwerking is ingewikkeld •

Professionele drukte

Ontbreken van basisvoorwaarden

Onvoldoende oog voor de context •

Met domeinspecifieke / specialistische bril kijken

Onvoldoende of verkeerde professionaliteit ! •

Niet de juiste attitude / ontbreken van lef

Onvoldoende belangstelling voor / verstand van materiële hulpverlening

Complexe oplossingen als probleem … Hogeschool INHolland


… en complexe oplossingen •

Deeloplossingen voor deelproblemen: •

Vanuit ieder domein een eigen oplossing (juridisch, psychologisch, pedagogisch, sociaal, enz)

Gericht op een of enkele leefgebieden (opvoeding, werk, vrije tijd, enz)

Vanuit afzonderlijke organisaties (woningcorporaties, welzijnsorganisaties, (welzijns-)ondernemers, reïntegratiebedrijf, GGZ)

Extra regie en coördinatie om samenhang en afstemming te bevorderen

Hogeschool Hogeschool INHolland INHolland


Gevolgen van complexe oplossingen •

Iedereen mag meedoen er hoeven geen keuzen gemaakt te worden

Voor elk subprobleem is er wel een deskundige

Samenwerking wordt steeds ingewikkelder: meer betrokkenen, meer overleggen, meer afstemmen, competitie en competentiestrijd

Creëren van een extra tussenlaag: ingewikkelde verantwoordingsstructuur / extra overleggen

Onvrede bij professionals: ontbreken van overzicht in een cliëntsituatie

Cliënten ‘weten het ook niet’ / gevaar van ‘shoppen’

Uitgestelde hulp is veelal dure hulp!

Hogeschool INHolland


De kracht van de generalist-specialist •Lichte interventies op meerdere leefgebieden •Meedenken vanuit perspectief van cliënt(systeem) (ook grenzen stellen) •Versterken eigen kracht cliënt en netwerk •Verbinden van domeinen (materieel immaterieel) •Schakelen als generalist tussen specialismen Rollen die hier specifiek bij passen: •Hulpverlener (vertrouwenspersoon / professionele vriend) •Bruggenbouwer en schakelaar •Informeel leiderschap - dicht bij cliënt(systeem)

Hogeschool INHolland


Generalisten aan de basis (SWW*) Aan de basis in de wijk: •

Generalist(-specialist) gericht op:

Domeinonafhankelijk:

Individuele problematiek

Maatschappelijk werker

Participatie / collectieve voorzieningen

Opbouwwerker

Domeingebonden: •

Zorg

Wijkverpleegkundige

Veiligheid

Wijkagent

Schulden en toegankelijkheid

Sociaal Raadslieden

Daar direct achter (op afroep inzetbaar): •

Specialisten

bijv. reïntegratiecoach, Juridisch loket

Domeingeneralisten

bijv. kwartiermaker GGZ Huisarts

* Programma Sociaal Werk in de Wijk (Lectoraat mw INH / MOVISIE)

Hogeschool INHolland


 Tijd voor een wandeling •

Hou het simpel

Gun elkaar

Korte lijnen: •

Ken elkaar

Vertrouw elkaar

Weet wat je aan elkaar hebt, wat de ander kan en niet kan.

Hogeschool INHolland


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.