1
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
2
04 CASES
4.1 Leeswijze In dit hoofdstuk worden de ruimtelijke ontwikkelingsprincipes, zoals voorgesteld in het vorige hoofdstuk, toegepast op een viertal cases in Limburg. Het betreft twee cases in Noord-Limburg, één case in Midden-Limburg en één case in Zuid-Limburg. Concreet betreft het vier gebieden die ook reeds ontwerpmatig werden bestudeerd tijdens het seminarie stedenbouw van de opleiding architectuur aan de Universiteit Hasselt tijdens academiejaar 2012-2013. Naar aanleiding van deze publicatie werd het ontwerp van deze cases herwerkt. Voor elke case wordt eerst kort de globale planningscontext beschreven waarna een mogelijk toekomstscenario wordt geschetst. De toekomstscenario’s zijn louter hypothetisch en nog niet getoetst op hun haalbaarheid. Doel is vooral de potenties van deze gebieden te tonen en een duurzamer alternatief te presenteren van wat er nu is.
3
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
4
05 CASE 1: LOMMEL-KOLONIE
5.1 Positionering case 1
bevinden zich enkele grootschalige functies en voorzieningen die allen
(zie kaart 1)
zandontginningen en enkele toeristisch-recreatieve voorzieningen: een
Dit plangebied is gelegen in de gemeente Lommel, ten noorden van het
camping met openluchtzwembad, een passantenhaven en een schaatsbaan.
ontsloten worden via de de N715. Het betreft een groot constructiebedrijf,
kanaal Bocholt-Herentals en grotendeels ten westen van de N715, een historische verbindingsweg tussen Eindhoven en Hasselt. Het omvat de wijk
(03) Historische verbindingsweg N715-Luikersteenweg
Lommel-Kolonie en de omringende open ruimte ten noorden van het kanaal
Sinds de aanleg van de noord-zuidverbinding N74 heeft deze weg grotendeels
Bocholt-Herentals.
zijn bovenlokale verbindingsfunctie verloren. De weg fungeert echter nog als ontsluitingsweg voor zandontginningen en blijft druk bereden. Deze weg
5.2 Planningscontext
fungeert als belangrijkste openbare vervoersas.
5.2.1 Bestaande ruimtelijke structuur
(04) Open ruimte
Het plangebied wordt gekenmerkt door de volgende, structuurbepalende
open ruimtelandschappen tussen België en Nederland, gekenmerkt
elementen:
door belangrijke natuurgebieden en een aantal grote aaneengesloten
De open ruimte in het plangebied maakt deel uit van grensoverschrijdende
landbouwgebieden. Daarnaast treft men in dit gebied ook hoogdynamische (01) De kleine woonkern Lommel-Kolonie
activiteiten aan zoals de exploitatie van een bungalowpark en zandontginning.
Lommel-Kolonie is een vroegere landbouwkolonie. De kern ervan is
Concreet wordt de open ruimte in het plangebied gekenmerkt door de
gelegen langs de Luikersteenweg (N715), een historische verbindingsweg
volgende elementen:
tussen Eindhoven en Hasselt. De kern bezit een aantal voorzieningen op
−− Aaneengesloten akkerland ten noorden van de woonkern van Lommel-
het niveau van de kern maar is voor de overige voorzieningen aangewezen
Kolonie. Enkel langs de beken bevinden zich weilanden. Een beperkte
op de stad Lommel.De meeste gemeenschapsfuncties waaronder een kerk,
lijnvormige begroeiing langs de landbouwpercelen zorgt voor een
begraafplaats, een cultureel centrum, kleuter- en lagere school en enkele
open, gecompartimenteerd landschap. Hierbinnen bevinden zich enkele
horeca- en handelszaken bevinden zich langsheen de N715.
landbouwbedrijfszetels, in of aansluitend op de kern Kolonie, langs de
Het wonen binnen Lommel-Kolonie strekt zich haaks uit op de N715, langs
N715 en in de omgeving van Kolken. Het nog aanwezige akkerland ten
twee parallelle straten en het gebied ertussen. Ten zuiden hiervan bevindt zich
zuiden van Lommel-Kolonie is beperkt en sterk versnipperd door de
een sportcentrum met voetbalvelden, tennisvelden, squashterreinen en een schutterijcomplex.
aanwezige bebouwing. −− De aanwezigheid van grof zand (bouwzand) op relatief geringe diepte
Lintbebouwing is sterk waarneembaar langsheen de N715-Luikersteenweg
maakte het gebied zeer aantrekkelijk voor zandwinning. Een belangrijk deel
en loodrecht hierop, als uitloper van de woonkern. De in het plangebied
van het plangebied wordt ingenomen door de zandwinning van Heuvelse
aanwezige lintbebouwing is verankerd in het gewestplan als landelijke
Heide waar nog volop zand wordt ontgonnen. Rond de zandwinning van
woonzone of woongebied. De open bebouwing is er dominant.
Heuvelse Heide bevindt zich een vrij groot naaldhoutcomplex en een
(02) Grootschalige functies en voorzieningen tussen de woonkern Lommel-
Een deel van de Heuvelse Heide werd opgenomen als VEN-gebied.
Kolonie en het kanaal Bocholt-Herentals Tussen de woonkern Lommel-Kolonie en het kanaal Bocholt-Herentals 5
waardevol restant van de vroegere Kempsiche Heide. (Heuvelse Heide). −− De vloeiweiden van de Wateringen, een ecologisch zeer waardevolle natuurgebied dat ontstond door het in cultuur brengen van de hier VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Eindhoven
N715 Natuurreservaat Wateringen
Natuurreservaat Hageven
8 7 concentratie lokale voorzieningen
6
5
Lommel-Kolonie
4
10
Heuvelse Heide
9 3
Kana
Incobe
al Bo
cholt
-Here
Camping Aqua Paradisio
ntals
2
Jachthaven
1
Lommel Hasselt
CASE 01
Kaart 1: Situering plangebied
Legende waterplas bestaande bebouwing bebouwde percelen kanaal perceelsgrens gewestweg VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m 6
Foto 1
Foto 2
Foto 3
Foto 4
Foto 5
Foto 6
Foto 7
Foto 8
Foto 9
Foto 10
7
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Kaart 2: Uittreksel uit het gewestplan (bron: Geopunt Vlaanderen)
oorspronkelijk zeer droge en onvruchtbare landbouwgronden via een
van het groene hart tussen Turnhout, de Kempische As en de Nederlandse
fijnmazig netwerk van irrigatiekanaaltjes, aangesloten op het kanaal
Brabantse steden (Tilburg, Eindhoven). Er wordt gestreefd naar het behoud
Bocholt-Herentals. Deze wateringen zijn eveneens opgenomen als VEN-
en de versterking van grensoverschrijdende open ruimte landschappen. De
gebied.
open ruimte is prioritair;
−− De aanwezigheid van enkele sloten die voor het bevloeiingswater van de Vloeiweiden zorgen.
−− De selectie van Lommel-Kolonie als woonkern; −− De mogelijkheid tot het voorzien van hoogdynamische toeristischrecreatieve voorzieningen, afhankelijk van de ontwikkeling van het
5.2.2 Gewestplan (zie kaart 2-case 1) De in het plangebied aanwezige lintbebouwing is zo goed als volledig verankerd in het gewestplan als landelijke woonzone.
5.2.3 Visie op het plangebied volgens het RSV Volgens het RSV behoort het plangebied tot het buitengebied.
5.2.4 Visie op het plangebied volgens het RSPL1 De volgende elementen uit het RSPL zijn relevant voor het plangebied: −− de ligging binnen de deelruimte Noord-Limburgse grensstreek: dit gebied, ten noorden van de Kempische As, wordt beschouwd als een onderdeel
1. Bron RSPL: blz.253, 343 VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Kempens Plateau tot toeristisch-recreatief product van Benelux-niveau.
5.2.5 Visie op het plangebied volgens het GRS Lommel2 De volgende elementen uit het GRS zijn het relevant voor het plangebied en deze studie: (01) Met betrekking tot de nederzettingsstructuur: −− Lommel-Kolonie als woonkern; Doel is dat de woonkernen de bijkomende dynamiek inzake wonen van het buitengebied van Lommel opnemen. Het zijn volwaardige woonkernen, die functioneren als autonome dorpen met lokale voorzieningen die de basisbehoeften opvangen. De woonbehoefte wordt opgevangen binnen de juridische mogelijkheden op het gewestplan en de bestaande verkavelingen. Voor nieuwe projecten wordt een minimale woningdichtheid van 15 woningen per hectare vooropgesteld.
2. Bron GRS: blz.207-209, 240 8
Foto 1: bos- en heidelandschap
−− Binnen de woonlinten gelden de voorzieningen van het woongebied volgens het gewestplan. Bijkomende woningen zijn mogelijk binnen de
richtinggevend. −− De omvorming van de zandontginningen tot recreatiegebied.
bepalingen van het gewestplan. Er wordt gestreefd naar een lage dichtheid
De recreatieve activiteiten kunnen zich verder ontwikkelen binnen
van bebouwing.
de grenzen gesteld door de natuurlijk- landschappelijke waarden van
−− Behoud van de bestaande woonkwaliteit;
de onmiddellijke omgeving. De uitbouw van Aqua Paradiso en de
−− Behoud van de eigenheid van de woonkern Lommel-Kolonie; met name
passantenhaven dient te gebeuren met aanwending van de plaatselijke
het orthogonale wegenpatroon; −− Versterking van de relatie tussen de historische woonwijk Kolonie en het achterliggende waardevolle landschap; −− Het nastreven van een beperkt multifunctionele ontwikkeling ter hoogte van het centrumgebied, langs de N715. De omgeving van de kerk en het
zandontginningsplas en de onmiddellijke omgeving ervan. −− Het tot stand brengen van natuurverbindingen tussen de Wateringen, de Heuvelse Heide en het verder gelegen Hageven door ondermeer het behoud en de versterking van kleine landschapselementen in het landbouwgebied.
kerkplein vormt hierin het centrale punt. −− Zoeken naar oplossingen voor de ontsluiting van het vrachtverkeer tengevolge van de zandontginning. Doel is de woonkwaliteit van de kern te behouden en te versterken. −− Het zoeken van een gepaste herbestemming voor de KMO-zone ten zuiden van Lommel-Kolonie bij herlokalisatie van het bedrijf. (02) Met betrekking tot de open ruimte: −− Het behoud en de versterking van de grondgebonden landbouw en van het huidige open landschap staan voorop. −− De vloeiweiden van de Wateringen: Binnen dit waardevolle natuurgebied zijn de ecologische processen 9
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
5.3 Voorstel mogelijk toekomstscenario
5.3.2 Voorstel ontsluiting
5.3.1 Verdunnen en clustervorming
(zie kaart 6, blz.13)
(zie kaarten 3-5, blz.10-12)
De N715-Luikersteenweg blijft de hoofdontsluiting van het gebied en de hierin aanwezige clusters. Deze functioneert ook als openbare vervoersas.
In het plangebied wordt op de volgende ingrepen voorgesteld:
Nieuwe ontwikkelingen, zowel in functie van wonen als in functie van
−− In het landbouwgebied ten noorden van de woonkern Lommel-
recreatie, situeren zich zoveel mogelijk nabij deze weg, waar per cluster één
Kolonie wordt de verspreide bebouwing verdund. Belangrijke
frequent bediende bushalte wordt voorzien.
landbouwbedrijfszetels blijven bewaard;
Fiets- en wandelpaden, ook bruikbaar in functie van landbouwvoertuigen,
−− De lintvormige uitloper van de woonkern Lommel-Kolonie wordt sterk
doorkruisen de open ruimte en verbinden de clusters met mekaar en de
verdund. Hierdoor worden opnieuw open ruimteverbindingen gecreëerd
wijdere omgeving. De open ruimte wordt er zo min mogelijk doorkruist door
tussen de boscomplexen van Heuvelse Heide en het aaneengesloten
wegen voor gemotoriseerd verkeer (andere dan landbouwvoertuigen).
landbouwgebied ten noorden van Lommel-Kolonie;
Strategische fiets- en wandelpaden worden zeker voorzien tussen de
−− Een groot deel van het steenweglint (uitloper van de woonkern Lommel-
recreatieve clusters en het centrumgebied van Lommel-Kolonie.
Kolonie) wordt op termijn volledig afgebouwd, samen met haar lintvormige vertakkingen in de open ruimte. Open ruimteverbindingen worden gecreëerd tussen beide zijden van de N715-Luikersteenweg. −− Het bedrijventerrein wordt geherlokaliseerd naar een ander bedrijventerrein te Lommel; −− De bestaande, uitgesmeerde recreatieve voorzieningen worden volledig gereorganiseerd tot een duurzamer geheel; de bestaande recreatieve voorzieningen worden bijgevolg gadueel verwijderd en vervangen door nieuwe. Een viertal clusters, variërend in grootte, resteren. De grootste cluster wordt gevormd door de woonkern van Lommel-Kolonie.
5.3.3 Transformatie van het bestaande landschap tot een robuust en aantrekkelijk landschappelijk raamwerk voor dynamische ontwikkeling. (zie kaarten 7-8, blz.14-15 en figuren 1-4, blz.16) Voor het landschap wordt het volgende toekomstscenario voorgesteld: −− Het bestaande boscomplex van Heuvelse Heide wordt doorgetrokken tot tegen de N715. De beoogde recreatiecluster wordt ingepast in het grid van dit boscomplex; −− Aan de overzijde van de N715 wordt opnieuw een heidelandschap
De recreatieve voorzieningen worden ondergebracht in een vijftal, aan
ontwikkeld dat aansluit op de bestaande heidecomplexen van
mekaar geschakelde, compacte clusters , ter hoogte van de zandwinning
natuurreservaat Hageven. De zandwinningen worden hierin geïntegreerd.
van Heuvelse Heide, welke een bestemming gekregen heeft in functie van
De N715 vormt de grens tussen de geslotenheid van het boscomplex en
recreatie (recreatieve waterplas). Verder onderscheiden we nog een tweetal kleine clusters bestaande uit een
het meer open heidelandschap. −− Tussen de cluster met de woonkern Lommel-Kolonie en het noordelijk
mengvorm van wonen en landbouwbedrijven ter hoogte van de overgang
gelegen aaneengesloten landbouwgebied wordt een overgangszone
tussen het boscomplex van Heuvelse Heide en het meer noordelijk gelegen
voorzien bestaande uit weiland en akkerland. In deze overgangszone is
aaneengesloten landbouwgebied.
er plaats voor kleinschalige en niet-professionele landbouw. Ten noorden ervan liggen uitgestrekte landbouwgronden die aangewend worden i.f.v.
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
10
professionele landbouw. −− Doorheen de open ruimte wordt een netwerk van landschappelijk
combinatie van meer collectieve woonvormen in de vorm van kleinschalige woonblokken die mogelijk ook een beperkt aantal andere voorzieningen
structurerende groenelementen geïntegreerd die de grote natuurgehelen
kunnen bevatten, op schaal van de woonkern. Verder wordt vooral ingezet op
(boscomplexen en heidelandschap) met mekaar verbinden. Deze
kleinere en geschakelde woningen.
structurerende groenelementen vervullen eveneens een rol als ecologische stapsteen of corridor.
5.3.5 Detaillering deelgebied 2
−− Soms worden de bebouwingsclusters ingepast in de omgeving doordat ze grenzen aan bos. Waar geen bos is, wordt, op perceelniveau, een gepaste
(zie kaarten 12-13 blz.24-25, diagrammen 1-2 blz.26, snede blz.27 en
landschappelijke overgang gemaakt met de aangrenzende open ruimte.
montage blz.29)
5.3.4 Detaillering deelgebied 1
De bestaande recreatieve cluster wordt getransformeerd. Hierbij worden, naast clustering op verschillende schalen, de volgende ruimtelijke ontwik-
(zie kaarten 9-11 blz.18-20, snede 1 blz.21 en montages blz.22-23)
kelingsprincipes toegepast: ‘anders bouwen’, ‘streven naar zoveel mogelijk zelfvoorzienende entiteiten’ en het bewerkstelligen van duurzame, functione-
Het eerste deelgebied omvat de wooncluster van Lommel-Kolonie.
le relaties tussen de bebouwing en de open ruimte.
Nieuwe woon- en in een beperkte mate andere voorzieningen worden vooral
Basisprincipe is dat de gehele recreatiecluster bestaat uit vijf kleinere, com-
gestimuleerd nabij de N715 en de reeds bestaande voorzieningen erlangs.
pacte clusters die ingebed worden in het boscomplex ter hoogte van Heuvels
Korte wandel- en fietsafstanden tussen de woningen en voorzieningen
Heide. Deze clusters bevatten diverse recreatieve verblijfsmogelijkheden.
vormen hierbij de maatstaf.
Elke cluster beschikt over een eigen collectieve buitenruimte die kan dienen
Enerzijds wordt verdicht door inbreiding in het bestaande woonweefsel.
als ontmoetingsplek. Via fiets- en voetgangersverbindingen zijn deze collectie-
Anderzijds wordt de bestaande bebouwing langs de N715 getransformeerd.
ve buitenruimtes met elkaar en met een grotere, centrale gemeenschappelijke
Ter hoogte van de uiteinden wordt op verscheiden plekken gebouwd rond
buitenruimte en de grote waterplas verbonden. Rond de grote, centrale
een collectieve buitenruimte waardoor zichten gerealiseerd worden tussen
collectieve buitenruimte bevinden zich een aantal basisvoorzieningen in func-
de N715 en het achterliggende landschap. De collectieve buitenruimte doet
tie van de recreatiecluster. Doel is dat er binnen de recreatiecluster compact
dienst als collectieve tuin voor de bebouwing er rond.
gebouwd wordt, er gebruik gemaakt wordt van energie uit hernieuwbare
Aan de achterzijde van de bestaande lintbebouwing die bewaard blijft, wordt
energiebronnen (bij voorkeur ter plaatse geproduceerd), afvalwater ter plaat-
gebouwd in tweede orde en langs een parallelle weg. Deze bebouwing richt
sen gezuiverd wordt, er voorzien wordt in een groot aantal toepassingen van
zich met haar representatieve voorkanten naar het landschap.
gemeenschappelijk ruimtegebruik zoals tuindelen, gebundelde parkeerplaat-
Ter hoogte van de bestaande centrumvoorzieningen wordt het bestaande
sen, recreatieve voorzieningen, …), de ruimte er multifunctioneel gebruikt
woonweefsel aan de oostzijde van de N715 getransformeerd door ‘anders
wordt, etc. Om de relaties met het landschap te versterken wordt ‘het
te bouwen’. Ook wordt deels teruggetrokken van de straat waardoor een
verblijven’ gekoppeld aan functies als natuureducatie, natuurbeheer, etc. Doel
publieke ruimte wordt gecreëerd tussen de nieuwe bebouwing en de N715.
is mensen te stimuleren om, naast het passief genieten, zich ook actief en op
Deze biedt mogelijkheid voor terrasjes, groen, etc. Ter hoogte van deze
vrijwillige basis in te zetten voor de natuur en het landschap.
centrumzone wordt het doorgaand gemotoriseerd verkeer afgeremd door een
Ter hoogte van de bestaande jachthaven wordt hotelaccommodatie voorzien
aangepaste inrichting van de weg.
in de vorm van enkele hogere gebouwen. Deze vervullen een bakenfunctie in
De nieuwe bebouwing ten oosten van de centrumzone, bestaat uit een
het landschap.
11
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 01
Kaart 3: Lintbebouwing - bestaande toestand
Legende waterplas kanaal beek bebouwing mogelijk overstromingsgevoelig gebied effectief overstromingsgevoelig gebied VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m 12
CASE 01
Kaart 4: Toekomstscenario - Verdwenen bebouwing
Legende waterplas kanaal beek bebouwing mogelijk overstromingsgevoelig gebied effectief overstromingsgevoelig gebied 13
400m VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 01
Kaart 5: Toekomstscenario - Clustervorming en versterking/herstel open ruimteverbindingen
Legende clusters open ruimteverbindingen VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m
14
CASE 01
Kaart 6: Toekomstscenario - Voorstel ontsluiting
Legende hoofdontsluiting gemotoriseerd verkeer en openbare vervoersas verbindingsweg lokale, toegangverlenende weg fiets- en wandelpaden/landbouwwegen 15
400m VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 01
Kaart 7: Bestaande landschapsstructuur
Legende waterplas
bos
kanaal
hooi- of weiland
beek
akkerland heide bebouwde percelen
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m 16
CASE 01
Kaart 8:Voorgestelde landschapsstructuur
Legende waterplas
bos
kanaal
hooi- of weiland
beek
akkerland heide bebouwde percelen
17
bebouwingsmogelijkheden
400m VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Diagram 1: Voorstel grote landschapsstructuren
Diagram 2: Uitbreiding bestaande landschapsstructuren tot aan de N715
Diagram 3: Integratie van een netwerk van lanschappelijk structurerende groenelementen doorheen de open ruimte als binding tussen grotere natuurgehelen
Diagram 4: De landschappelijke integratie van bebouwingsclusters in de open ruimte
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
18
Foto 1: Waterplas Heuvelse Heide
Foto 2: Bos- en heidelandschap
Foto 3: Bos- en heidelandschap
Foto 3: Akkerland
Foto 4: Weiland en afwateringskanalen 19
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 01
Kaart 9: Bestaande toestand deelgebied 1
Legende waterplas
bos
kanaal
hooi- of weiland
beek
akkerland heide bebouwde percelen
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
20
CASE 01
Kaart 10: Mogelijk toekomstscenario deelgebied 1
Legende waterplas
bos
nieuwe bebouwing
kanaal
hooi- of weiland
collectieve buitenruimte
beek
akkerland
private tuinen
heide bebouwde percelen
21
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
2 2 2 2
3
1
5
1
6 4
R = 400m 3 2 3
2
R = 800m
2 2
CASE 01
Kaart 11: Mogelijk toekomstscenario deelgebied 1
1. Verdichting bestaande weefsel (geen lint) 2. Transformeren door bouwen rond een (semi-) publieke of collectieve ruimte die in relatie staat tot deze bebouwing, de straat en de open ruimte. 3. Bouwen in tweede orde en lang paralelle weg. 4. Transformeren van bestaande weefsel door ‘anders te bouwen’ 5. Een (druk) lint transformeren door bebouwing terug te trekken van de straat. 6. Concentratie voorzieningen VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
22
23
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG Snede doorheen deelgebied 1
CASE 01
Schoolgebouw
Speelplaats school
Haag Brede voetgangerszone in schoolomgeving Fietspad Weg (N715) Fietspad
Multifunctioneel inzetbaar plein met verblijfskwaliteit en groen karakter Toegangverlenende parallelweg (deel van plein) Multifunctioneel inzetbaar plein met verblijfskwaliteit en groen karakter Wooncomplex met beperkt aandeel andere, lokale functies
collectieve, private buitenruimte bouwblok
Wooncomplex
Multifunctioneel inzetbaar plein met verblijfskwaliteit en groen karakter Lokale, toegangverlenende weg Voetpad Haag Tuin woning Haag Tuin woning Haag Tuin woning Haag Tuin woning Haag Tuin woning Haag Tuin woning
Montage 1: Voorstel van een ontwikkeling langs de N715 waarbij gebouwd is rond een collectieve buitenruimte met behoud van zichtrelaties tussen de N715 en het achterliggende heidelandschap
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
24
Montage 2: Beeld van de voorgestelde centrumontwikkeling langs de N715
25
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 01
Kaart 12: Bestaande toestand deelgebied 1
Legende waterplas
bos
kanaal
hooi- of weiland
beek
akkerland heide bebouwde percelen
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
26
CASE 01
Kaart 13: Mogelijk toekomstscenario deelgebied 2
Legende waterplas
bos
nieuwe bebouwing
kanaal
hooi- of weiland
collectieve buitenruimte
beek
akkerland
private tuinen
heide bebouwde percelen
27
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Diagram 1: Een recreatief systeem gebaseerd op verschillende gradaties van collectiviteit
Diagram 2: De omgeving van de jachthaven als baken in het landschap
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
28
29
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG Snede doorheen deelgebied 2
CASE 01 Waterplas i.f.v. natuur en recreatie
Oevers waterplas, ingericht als lig, zit - en speelruimte
Autoluw en met groen ingericht publiek domein Voortuin recreatief gebouwencomplex
Recreatief gebouwencomplex met interne, collectieve buitenruimte
Voortuin recreatief gebouwencomplex Autoluwe, interne ontsluitingsweg Voortuin individuele verblijfsunit Individuele verblijfsunit Tuin individuele verblijfsunit Tuin individuele verblijfsunit Individuele verblijfsunit Voortuin individuele verblijfsunit Autoluwe, interne ontsluitingsweg
Collectieve en multifunctioneel inzetbare buitenruimte met een groen karakter
Autoluwe, interne ontsluitingsweg Voortuin individuele verblijfsunit Individuele verblijfsunit Tuin individuele verblijfsunit
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
30
Montage 3: Beeld van de voorgestelde recreatieve ontwikkeling
31
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
32
06 CASE 2: KERKHOVEN-GELDERHORSTEN
6.1 Situering case 2
sportterreinen) liggen gegroepeerd achter de lintbebouwing. Ze zijn volledig
(zie kaart 1-case 2)
via smalle toegangswegjes. In het lint van Gelderhorsten liggen enkele
Dit plangebied is gelegen in de gemeente Lommel. Het omvat de omgeving
kleinhandelszaken en kleinschalige bedrijfjes.
aan het zicht onttrokken vanaf de Gelderhorstenstraat en zijn te bereiken
van de woonkernen Kerkhoven en Gelderhorsten, gelegen ten oosten van het Kanaal van Beverlo.
(03) Ontsluiting en bereikbaarheid
6.2 Planningscontext
Zowel Kerkhoven als Gelderhorsten zijn voor gemotoriseerd verkeer goed
6.2.1 Bestaande ruimtelijke structuur
bovenlokale verbindingsweg tussen Leopoldsburg, Lommel en Nederland en
(zie kaart 1-case 2)
De Pijnvenstraat zorgt voor een directe verbinding tussen Kerkhoven,
Het plangebied wordt gekenmerkt door de volgende, structuurbepalende
Overpelt, de N715 (Luikersteenweg) en de meer oostelijk gelegen Noord-
elementen:
Zuidverbinding.
ontsloten door hun ligging langs en nabij de N746-Kerkhovensesteenweg, een tevens openbare vervoersas (bus).
(01) de woonkern Kerkhoven De woonkern Kerkhoven kenmerkt zich door een langgerekte structuur
(4) Open ruimte
langsheen de Kerkhovensesteenweg (N746), de verbindingsweg tussen
Het plangebied behoort tot het zuidelijk open ruimtegebied van Lommel dat
Lommel en Leopoldsburg, en een versnipperde bebouwing in de
wordt gekenmerkt door een afwisseling van lager gelegen beekvalleien en
onmiddellijke omgeving. Ten noorden en ten zuiden wordt deze kern
beboste heuvelruggen.
omgeven door landbouwgronden. In het westen grenst ze aan het kanaal van
Vier noordoost–zuidwest georiÍnteerde waterlopen schragen het zuidelijk
Beverlo, en in het oosten aan het Park der Lage Kempen.
open-ruimtegebied: het betreft de Grote Nete, de Balengracht, de Molse
Het meest dicht bebouwde deel met verspreid lokale voorzieningen
Nete en de Eindergatloop, waarbij de twee laatsten zich in elkaars verlengde
(gemeenschapsvoorzieningen als de kerk, een parochiezaal, een basisschool,
bevinden. Het plangebied wordt doorkruist door de Balengracht.
handel, horeca en diensten) situeert zich ter hoogte van de grens met
De beekvalleien worden gekenmerkt door een hoge dichtheid aan
Leopoldsburg, nabij het kanaal van Beverlo. De rest van de woonkern wordt
lijnvormige landschapselementen zoals bomenrijen en rietkragen en de
ingenomen door bebouwing in een lage dichtheid die zich als een verdikt lint
aanwezigheid van een aantal kleine boskernen. Deze geven de beekvalleien
uitstrekt van het centrum tot een meer noordelijk gelegen industriezone.
een kleinschalig en divers uitzicht. Deze beekvalleien dragen lokaal
Ter hoogte van de kruising met de Pijnvenstraat, een lintvormige uitloper
een belangrijke ecologische waarde omwille van de hoge watertafel,
van Kerkhoven in het Park Lage Kempen (Pijnven), situeren zich de
kwelverschijnselen, de dichtheid aan kleine landschapselementen en de
sportterreinen van Kerkhoven.
diversiteit aan natuurlijke vegetatietypen. Hierdoor dragen deze beekvalleien een belangrijke potentie als verbindend element, zowel in oost-west, als in
(02) de woonkern Gelderhorsten
noord-zuid richting. De beekvalleien kunnen momenteel hun verbindende
Gelderhorsten heeft zich ontwikkeld als lintbebouwing langs de
waarde echter onvoldoende uitoefenen door afwijkend bodemgebruik
Gelderhorstenstraat, een zijstraat van de N746 tussen Kattenbos en
(akkerland), wat gepaard gaat met ophogingen en ontwateringen, het
Kerkhoven. De kern wordt omgeven door het boscomplex Kattenbos-Park
verdwijnen van kleine landschapselementen en de aanwezigheid van een
der Lage Kempen, het open landbouwgebied van Kerkhoven en het kanaal
aantal infrastructuren die de beekvalleien dwarsen. In de onbebouwde
van Beverlo. De gemeenschapsfuncties (kerk, school, polyvalente zaal en
beekvalleien domineert het graslandgebruik (hooi- en weiland).
33
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Lommel-Kattenbos
e ols
te
Ne
M
Kattenbosserheide
sportterrein en kerk
8
raat
orstenst
Gelderh
6
Gelderhorsten cht
gra
en Bal
5
industrieterrein
domeinbos Pijnven
Kana
Ke rk
ho ven
al van
ses
tee
Beve
rlo
nw eg
4
concentratie lokale voorzieningen 7 2
9 Pijnv enstr
ek be
nd
ba
am
Kerkhoven
K
aanlegsteiger kanaal
3 sportterrein
kerk
aat 10
1 Grote Nete
N746
Leopoldsburg
CASE 02
Kaart 1: Situering plangebied
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
waterplas
bestaande bebouwing
kanaal
bebouwde percelen
beek
perceelsgrenzen
gewestweg 400m 34
Foto 1
Foto 2
Foto 3
Foto 4
Foto 5
Foto 6
Foto 7
Foto 8
Foto 9
Foto 10
35
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m Kaart 2: Uittreksel uit het gewestplan (bron: Geopunt Vlaanderen)
De omgeving van de beekvalleien gaat over in smalle landbouwgordels waarin
6.2.3 Visie op het plangebied volgens het RSV
een open landbouwlandschap in de vorm van akkers en weilanden overheerst. In het deelgebied liggen een aantal volwaardige landbouwbedrijfszetels.
In het RSV werd het plangebied aangeduid als buitengebied.
Ten noorden en ten oosten van het plangebied strekt zich het Park Lage Kempen uit met het Pijnven (een groot aaneengesloten naaldboscomplex) en
6.2.4 Visie op het plangebied volgens het RSPL
de Kattenbosserheide. In het RSPL werd het plangebied ondergebracht onder de hoofdruimte (5) Watertoets
‘Kempen’. Hierbinnen staat enerzijds het behoud en de versterking van
Een belangrijk aandachtspunt in het plangebied is de gedeeltelijke ligging in
de open ruimte centraal. Anderzijds wenst de provincie hier lokaal sterke
van nature mogelijk overstromingsgevoelig gebied (vanuit de Balengracht).
accenten te leggen op de economische ontwikkeling en verstedelijking binnen
De bodems rond deze zone zijn grotendeels infiltratiegevoelig.
de in deze hoofdruimte aanwezige stedelijke gebieden en netwerken.
6.2.2 Gewestplan
Daarnaast behoort het aangrenzende Park Lage Kempen tot de deelruimte
(zie kaart 2-case 2)
‘Drieparkengebied’. Hierbinnen dient het aaneengesloten karakter van de
De in het plangebied voorkomende lintbebouwing is grotendeels verankerd
bos- en heidegordel zoveel mogelijk bewaard te worden. Versnippering wordt
in het gewestplan als landelijke woonzone. De verspreide behouwing ligt
er maximaal tegengegaan.
meestal zonevreemd in agrarisch gebied en landschappelijk waardevol agrarisch gebied.
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Kerkhoven werd geselecteerd als woonkern.
36
Foto 1: Domeinbos Pijnven (bron: www.bosland.be)
6.2.5 Visie op het plangebied volgens het GRS van Lommel
−− Creëren van een landschappelijke overgang tussen de woongebieden van de kern en de omliggende open ruimte;
Met betrekking tot de nederzettingsstructuur formuleert het GRS van
−− Een eenvormige landschappelijke inrichting van de N746.
Lommel het volgende: (02) Gelderhorsten (01) Kerkhoven
De volgende doelstellingen staan centraal:
De volgende doelstellingen staan centraal:
−− Behoud van Gelderhorsten als kleine kern, zowel wat betreft het aantal
−− Een kernversterkend beleid. Het GRS stelt voor om hierbij vooral in te zetten op de versterking van het bestaande centrum, gelegen tussen de
woningen als wat betreft voorzieningen. −− Behoud en de verbetering van de bereikbaarheid van de kleine concentratie
Kerkhovensesteenweg (N746), de Zwarte Weg en de Kanaalstraat. Dit
van voorzieningen ten noorden van de bebouwing langsheen de weg
door het nastreven van verdichting en een vermenging van verschillende
Gelderhorsten.
functies. Het behoud van voldoende groenvoorzieningen en niet bebouwde publieke ruimte gaat hiermee gepaard. De omgeving van de kerk wordt
(03) Open ruimte
daarbij gezien als centraal punt. De bestaande voorzieningen langsheen de
De volgende doelstellingen staan centraal:
N746 worden bestendigd in een zone die het centrale gebied moet zijn van
−− Het behoud en de verdere versterking van de aanwezige natuur op de
het centrumgebied. −− Integratie van de landschappelijk waardevolle jachthaven langs het kanaal van Beverlo;
zandige heuvelruggen; −− De versterking van de ecologisch verbindende functie van de beekvalleien. Doorheen het landbouwgebied wordt daarom een fijnmazig netwerk van kleinschalige landschapselementen uitgebouwd. Deze elementen
37
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
verzorgen de onderlinge verbinding tussen de kleinere natuurgebieden
netwerk van recreatieve en functionele fiets- en voetpaden komt in de
die aanwezig zijn in het ruimere plangebied en versterken de ruimtelijke
plaats. Dit netwerk is eveneens bruikbaar voor landbouwvoertuigen.
relatie tussen de heuvelruggen en de beekvalleien. De landbouw is hierbij
−− Ten zuiden van de N715 worden de lintvormige uitlopers van Kerkhoven
de belangrijkste partner in het streven naar een gebiedsgerichte kwaliteit;
in het Pijnven en de beekvallei van de Grote Nete sterk verdund. De hier
−− De ruimtelijke ondersteuning van de aanwezige land- en tuinbouwactiviteiten door het aanbieden van agrarische verbredingsmogelijkheden en door het behoud van de grondgebonden landbouw.
aanwezige verspreide bebouwing wordt grotendeels verwijderd.
6.3.2 Een beleid inzake wonen en bedrijvigheid in relatie tot de specifieke ruimtelijke context
6.3 Voorstel mogelijk toekomstscenario
(zie kaart 5, blz.42)
6.3.1 Verdunnen en clustervorming
ontwikkelingsperspectieven:
In het voorstel krijgen de verschillende clusters de volgende specifieke (01) Cluster 1:
(zie kaarten 3-6 blz.40-43)
Deze cluster, gelegen in Kerkhoven, krijgt vooral mogelijkheid tot verdichting
Door te verdunnen op strategische plekken komt ruimte vrij voor
in functie van wonen: door transformatie van de bestaande bebouwing,
strategische open ruimteverbindingen tussen de aanwezige open
door het aansnijden van nog niet ontwikkelde bouwgronden en/of door het
ruimtestructuren: de beekvalleien, de bos- en heidecomplexen en de
aansnijden van nieuwe grond ter compensatie van verdwenen bouwgrond.
landbouwgronden.
Doel is dat deze cluster beperkt blijft: de afbakening zoals aangegeven vormt
De volgende ingrepen worden voorgesteld:
de groeigrens.
−− Langsheen de Kerkhovensesteenweg (N715) wordt de langgerekte
Door cluster 1 te verdichten, krijgen de bestaande basisvoorzieningen een
bebouwingsstructuur doorbroken door lintbebouwing te verwijderen.
groter draagvlak. Door verdichting in de nabijheid van de basisvoorzieningen
Enkele compacte bebouwingsclusters blijven over. Elke bebouwingscluster
wordt een meer duurzame mobiliteit (wandelen en fietsen) aangemoedigd.
krijgt specifieke ontwikkelingsperspectieven. Al deze clusters worden voor
De ligging van deze cluster bij het Kanaal van Beverlo biedt bovendien
gemotoriseerd verkeer en door middel van het openbaar vervoer ontsloten
mogelijkheid tot transport over het water.
via de N715. Per cluster kan een bushalte worden voorzien die steeds
Bedrijvigheid in deze cluster bestaat hoofdzakelijk uit lokale handel, horeca en
gelegen is op wandelafstand.
diensten, kleine en in de woonkern geïntegreerde bedrijfjes en bedrijvigheid
−− In het binnengebied tussen Kerkhoven en Gelderhorsten worden lintvormige uitlopers van beiden en verspreide bebouwing verwijderd. De
in functie van recreatie: de bestaande passantenhaven wordt geïntegreerd in deze cluster.
ligging in mogelijk overstromingsgevoelig gebied draagt bij tot deze keuze. Op een enkele plaats blijft een kleine cluster woningen bewaard. Bestaande
(02) Cluster 2:
landbouwbedrijven blijven er, indien nodig, behouden.
Het wonen in cluster 2 blijft er beperkt tot het bestaande aanbod. Dit
−− Het lintvormige gehucht Gelderhorsten wordt sterk verdund. Enkel ter
kan wel getransformeerd worden naar meer duurzame bouwvormen. Als
hoogte van het Kanaal van Beverlo blijft een cluster bewaard die bepaalde
basisvoorziening blijft enkel het bestaande sportterrein. Handel en diensten
ontwikkelingsperspectieven krijgt;
worden er niet ondersteund. De integratie van kleine bedrijfjes kan wel.
−− Infrastructuur voor gemotoriseerd verkeer doorheen de open ruimte
Cluster 2 is nauw gerelateerd met cluster 1.
tussen Gelderhorsten en Kerkhoven wordt verwijderd met uitzondering van de weg tussen Gelderhorsten en de huidige kern van Kerkhoven. Een VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
(03) Cluster 3: (zie ook: mogelijk toekomstscenario deelgebied 1)
38
Deze kleinschalige cluster richt zich op een vermenging van wonen en bedrijvigheid. De bedrijvigheid staat in relatie tot de onbebouwde ruimte, bijvoorbeeld bedrijvigheid in de vorm van verbrede landbouw. Het wonen blijft er beperkt tot het bestaande aanbod. Dit kan wel getransformeerd worden naar meer duurzame bouwvormen. (04) Cluster 4: (zie ook: mogelijk toekomstscenario deelgebied 2) Dit betreft een cluster waarin een combinatie wordt gemaakt tussen wonen en meer industriële bedrijvigheid. De bestaande industriële site wordt getransformeerd door ondermeer een groot, ruimteverslindend bedrijf te verplaatsen naar een beter geschikt bedrijventerrein te Lommel. Doel is dat deze cluster beperkt blijft: de afbakening zoals aangegeven vormt de groeigrens. Voorwaarde is wel dat de industriële activiteiten verenigbaar zijn met de woonfunctie en beiden functioneel (bijvoorbeeld op het vlak van hernieuwbare energie, collectieve wateropvang, etc.) met mekaar gerelateerd zijn. (5) Cluster 5: Het betreft een zeer kleinschalige cluster landschappelijk geïntegreerde woningen die niet kan worden uitgebreid, noch verdicht.
−− ‘Realisatie van duurzame, functionele relaties tussen de lint- en verspreide bebouwing met de open ruimte’; −− ‘Transformatie naar zoveel mogelijk zelfvoorzienende entiteiten’.
6.3.3 De creatie van een sterk landschappelijk raamwerk (zie kaarten 7-8 blz.44-45 en diagrammen blz.46-47) Door op strategische plekken te verdunnen en op bepaalde plekken bewust te streven naar een bepaald ruimtegebruik zoals akkerland of weiland, kunnen grotere, aaneengesloten open ruimtestructuren gecreëerd worden die de basis vormen voor een sterk landschappelijk raamwerk voor de clusters van bebouwing (toepassing ruimtelijk principe ‘Creatie van een robuust landschappelijk raamwerk’) In case 2 betekent dit: de versterking van het hooi- en weiland in de beekvalleien, het creëren van meer aaneengesloten akkerland en de versterking van de bos- en heidecomplexen. In de beekvalleien en doorheen het akkerland worden de bestaande lijnvormige landschapselementen als bomenrijen en rietkragen, evenals kleine bosjes, versterkt. Deze kleine landschapselementen hebben zowel een belangrijke landschappelijke waard als verbindende functie (ecologische corridors of stapstenen).
6.3.4 Detaillering deelgebied 1 (cluster 3) (06) Cluster 6: (zie ook: mogelijk toekomstscenario deelgebied 3) Binnen deze cluster wordt verdichting in beperkte mate toegestaan: het
(zie afbeeldingen blz.48-49 en sfeerbeeld blz.53)
betreft enkel compensaties van bouwgrond die verdwenen is langs de
De cluster wordt deels door een nieuw bosfragment (ecologische stapsteen
Gelderhorstenstraat.
doorheen het landbouwlandschap) ingepast in het landschap. Grotere
Ook het beperkt aandeel sport- en culturele voorzieningen waarover
gebouwen in functie van bedrijvigheid worden ingepast in dit bosfragment.
Gelderhorsten beschikt, wordt naar hier verplaatst.
Waar bebouwde percelen grenzen aan hooi- en/of weiland of akkerland
Door Gelderhorsten te transformeren naar een meer compacte woonkern
wordt een overgang tussen beiden met streekeigen groen voorzien.
wordt een meer duurzame mobiliteit (wandelen en fietsen) aangemoedigd.
(toepassing ruimtelijk principe ‘Creatie van een robuust landschappelijk
De ligging van deze cluster bij het Kanaal van Beverlo biedt bovendien
raamwerk’).
mogelijkheid tot transport over het water en bedrijvigheid/activiteiten in relatie tot dit kanaal. Bijvoorbeeld op toeristisch vlak.
6.3.5 Detaillering deelgebied 2 (cluster 4)
In alle clusters wordt er gestreefd naar toepassing van de volgende ruimtelijke principes:
(zie afbeeldingen blz.50-51, snede blz.52 en sfeerbeeld blz.53) De volgende ruimtelijke principes werden op detailniveau toegepast in
−− ‘Transformeren door anders te bouwen’;
deelgebied 2:
39
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
−− ‘Transformeren door anders te bouwen’: combinatie van wonen en industriële bedrijvigheid met onderlinge, functionele relatie; Er wordt gestreefd naar compacte en kleinere woningen. Schakeling en stapeling (woningen op bedrijven) is mogelijk zolang het geheel landschappelijk geïntegreerd blijft. −− ‘Transformatie naar zoveel mogelijk zelfvoorzienende entiteiten: (deels) zelf opwekken van hernieuwbare energie, eigen afvalwaterzuivering, waterberging, etc
een minimale footprint (ranke, hogere woonvormen). Hierbij worden enkele bestaande woningen (eerstelijnsbebouwing) getransformeerd; −− ‘Realisatie van duurzame, functionele relaties tussen de lint- en verspreide bebouwing met de open ruimte’. −− ‘Transformatie naar zoveel mogelijk zelfvoorzienende entiteiten’: zelf opwekken van hernieuwbare energie, eigen afvalwaterzuivering, waterberging, etc op clusterniveau. −− ‘Transformatie van het bestaande landschap tot een robuust raamwerk
−− ‘Bestaand lint breken door te bouwen rond (semi-) publieke ruimtes die in
voor dynamische ontwikkelingen’: De overgang tussen de bebouwde
relatie staan tot deze bebouwing, de straat en de open ruimte’: de cluster
percelen en de open ruimte gebeurt door de aanplant van streekeigen
is georganiseerd rond een centrale collectieve ruimte die multifunctioneel inzetbaar is als bijvoorbeeld speelruimte, ruimte voor waterzuivering, …
groenelementen. −− ‘Een (druk) lint transformeren door de bebouwing terug te trekken van de
Interne Voetgangersverbindingen linken de woningen en bedrijven met
straat’: Ter hoogte van het bestaande kruispunt op de Gelderhorstenstraat
deze collectieve ruimte. Doorheen deze ruimte loopt een publiek fiets- en
werden een tweetal bestaande woningen verwijderd. De bouwlijn werd er
wandelpad.
naar achter gelegd ten behoeve van een breder publiek domein. Hierdoor
−− ‘Creatie van een robuust landschappelijk raamwerk’: op niveau van
komt er ruimte vrij voor de aanleg van een met groen aangeplant pleintje,
de cluster worden inrichtingsmaatregelen genomen om de cluster
waar lokale activiteiten kunnen georganiseerd worden. Dit pleintje heeft
landschappelijk in te passen in het landschap: vooral ter hoogte van de
als doel de sociale cohesie van de kleine woonkern te versterken door de
overgang met de open ruimte.
creatie van een centrale, zichtbare publieke plek. Een plek die nu ontbreekt in het bestaande, langgerekte lint van Gelderhorsten. Korte fiets- en
6.3.6 Detaillering deelgebied 3 (cluster 6):
voetgangersdoorsteken verbinden de nieuwe centrale ontmoetingsplek met de verschillende woonzones binnen de cluster.
(zie afbeeldingen blz.54-55, snede blz.56 en sfeerbeeld blz.57) De volgende ruimtelijke principes werden op detailniveau toegepast in deelgebied 3: −− ‘Verdichten in tweede orde’: Nieuwe bebouwing die zich richt naar het onbebouwde landschap werd toegevoegd achter de lintvormige eerstelijnsbebouwing. −− ‘ Verdichten rond een parallelle weg’: De bestaande linten werden langs de achterzijde verdicht rond een autoluwe, parallelle weg. Deze werd soms langs één zijde; soms langs twee zijden bebouwd. De nieuwe bebouwing staat steeds in relatie tot het onbebouwde landschap. −− ‘Transformeren door anders te bouwen’: de bestaande woonvoorraad van hoofdzakelijk vrijstaande eengezinswoningen wordt aangevuld met per twee horizontaal geschakelde woningen, collectieve woonvormen, en vrijstaande maar compacte gestapelde een- en tweegezinswoningen met VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
40
41
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 02
Kaart 3: Lintbebouwing - bestaande toestand
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
waterplas
bebouwing
kanaal
mogelijk overstromingsgevoelig gebied
beek
effectief overstromingsgevoelig gebied
400m 42
CASE 02
Kaart 4: Lintbebouwing - toekomstscenario
43
waterplas
bebouwing
kanaal
mogelijk overstromingsgevoelig gebied
beek
effectief overstromingsgevoelig gebied
400m
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
6
4
5
3 2
1
CASE 02
Kaart 5: Clustervorming en versterking/herstel open ruimteverbindingen
clusters open ruimteverbindingen 400m
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
44
CASE 02
Kaart 6: Voorstel ontsluiting
hoofdontsluiting gemotoriseerd verkeer en openbare vervoersas ontsluiting gemotoriseerd verkeer en openbare vervoersas fiets- en wandelpaden/landbouwwegen
45
400m VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 02
Kaart 7: Bestaande landschapsstructuur
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
waterplas
bos
kanaal
hooi- of weiland
beek
akkerland
heide bebouwde percelen 400m
46
CASE 02
Kaart 8: Nieuwe landschapsstructuur
47
waterplas
bos
kanaal
hooi- of weiland
beek
akkerland
heide bebouwde percelen 400m
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
3 2 1
3 3 4
2
4 2
5
3 3 Diagram 1: Voorstel grote landschapsstructuren: (01) heide, (02) bos, (03) beekvalleien met hooi-/weiland, (04) akkerland, (05) Kanaal van Beverlo
Diagram 2: Het creĂŤren van aaneengesloten beekvalleien bestaande uit hooi-/weiland
Diagram 3: Het creĂŤren van aaneengesloten akkerland
Diagram 4: Een raamwerk van landschappelijk structurerende lijnelementen doorheen de beekvalleien en bebouwingsclusters als verbinding tussen de bos- en heidecomplexen
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
48
Foto 1: Landschappelijk element 1: bos
Foto 2: Landschappelijk element 2: Kanaal van Beverlo
Foto 3: Landschappelijk element 3: Beekvalleien met weiland/hooiland
Foto 4: Landschappelijk element 4: Akkerland 49
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Afbeelding 1: Bestaande toestand deelgebied 1
Legende waterplas
bos
kanaal
hooi- of weiland
beek
akkerland
heide bebouwde percelen
Legende afbeelding 3 (rechterpagina): 1. Ruimte voor landschapsgerelateerde bedrijvigheid 2. Bos als landschappelijk structurerend element, ecologische stapsteen en groenscherm voor de bebouwingscluster 3. Creatie nieuwe open ruimte verbinding 4. Landschappelijke maatregelen op perceelsniveau om de overgang naar de open ruimte te maken
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
50
Afbeelding 2: Mogelijk toekomstscenario deelgebied 1
dia me te
5
r=
dia me te
4
r=
80
0m
40
0m 4
2
1 3 1
2
5 2
Afbeelding 3: Krachtlijnen toekomstscenario deelgebied 1 51
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Afbeelding 1: Bestaande toestand deelgebied 2
Legende waterplas
bos
kanaal
hooi- of weiland
beek
akkerland
heide bebouwde percelen
Legende afbeelding 3 (rechterpagina): 1. Ruimte voor bedrijvigheid en wonen 2. Collectieve buitenruimte 3.Fiets- en voetgangersverbinding 4. Landschappelijke maatregelen op perceelsniveau om de overgang naar de open ruimte te maken 5. Bos als landschappelijk structurerend element, ecologische stapsteen en groenscherm voor de bebouwingscluster 6. Onbebouwde, groene overgangszone naar straat
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
52
Afbeelding 2: Mogelijk toekomstscenario deelgebied 2
5 3
5 4 5
0m
40 d= 1 2
4
6
sn ed e
d=800m
1 4
6
Afbeelding 3: Krachtlijnen toekomstscenario deelgebied 2 53
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 02
Snede 1 (1:1000)
Bedrijfsgebouw
Bedrijventerrein met landschappelijk geïntegreerde parking
Voet- en fietspad Weg Voet- en fietspad
Voet- en fietspad Private overgangszone naar de collectieve ruimte met lage begroeiing
Tuin woning
functionele relatie woningen-bedrijven (bijvoorbeeld op het vlak van energie)
publiek toegankelijke, multifunctioneel inzetbare collectieve buitenruimte (gemeenschappelijke waterberging, parkeren, speelruimte, energieproductie ...)
Woning
Voortuin woning Voet- en fietspad Weg Voet- en fietspad
Bedrijventerrein met landschappelijk geïntegreerde parking
Bedrijfsgebouw
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
54
55
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Montage mogelijk toekomstscenario deelgebieden 1 en 2
CASE 02
Afbeelding 1: Bestaande toestand deelgebied 3
Legende waterplas
bos
kanaal
hooi- of weiland
beek
akkerland
heide bebouwde percelen
Legende afbeelding 3 (rechterpagina): 1. Nieuwe bebouwingszones 2. Transformatie bestaande bebouwing 3. Nieuwe publieke plek 4. Fiets- en voetgangersverbinding 5. Landschappelijke maatregelen op perceelsniveau om de overgang naar de open ruimte te maken 6. Bos als landschappelijk structurerend element, ecologische stapsteen en groenscherm voor de bebouwingscluster
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
56
Afbeelding 2: Mogelijk toekomstscenario deelgebied 3
d=8 00m
5
1
00m
1
snede 2
d=4
6
1
1
4 2
3
1
1
4
1 5
1 6 6
Afbeelding 3: Krachtlijnen toekomstscenario deelgebied 3 57
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 02
Snede 2 (1:1000)
Weiland
Haag
Speelweide
Voet- en fietspad Private overgangszone naar voet-en fietspad met lage, streekeigen begroeiing
Tuin
Meergeneratiewoning
Tuin Voetpad Weg met toeganggevende functie Voetpad Voortuin met landschappelijk geïntegreerde parkeerplaatsen
Wooncomplex met mogelijk enkele kernondersteunende voorzieningen rond een centrale, collectieve buitenruimte
Voortuin Voet- en fietspad Hoofdweg Voet- en fietspad
Tuin bestaande woning
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
58
59
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Sfeerbeeld toekomstscenario deelgebied 3
CASE 02
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
60
7 CASE 3: HEUSDEN-ZOLDER
7.1 Situering case 3
bevat een belangrijke concentratie aan voorzieningen, waaronder het
(zie kaart 1, blz.60)
baanwinkelontwikkeling voor (Suska Berg).
Case 3 situeert zich in de gemeente Heusden-Zolder, gelegen in het midden
Als gevolg van een concentratie van een aantal sociale woonwijken en
van de provincie Limburg op de rand van het Kempisch Plateau en binnen
tuinwijken kent dit deelgebied de grootste bevolkingsconcentratie van de
de Limburgse Mijnstreek. Concreet omvat het plangebied de verstedelijkte
gemeente Heusden-Zolder. De bebouwingstypes variëren van gesloten
strook, gevormd door de kernen Heusden, Voort, Berkenbos, Lindeman en
en gekoppelde bebouwing in de geplande wijken tot open en halfopen
de aangrenzende Helderbeek- en Mangelbeekvallei.
bebouwingstypes.
7.2 Planningscontext
(03) Ontsluiting en bereikbaarheid
7.2.1 Bestaande ruimtelijke structuur
Heusden-Berkenbos-Lindeman-Voort’. De straat heeft zowel een ontsluitende
hospitaal. Op het kruispunt van de N719 met de N72 doet zich een
De N719 is de centrale drager van de verstedelijkte strook ‘Everselals een verbindende functie. De N72 verbindt dit verstedelijkt gebied met
(zie kaart 1-case 3)
Beringen en Hasselt. De spoorlijn Hasselt-Mol doorsnijdt het weefsel in oost-
Het plangebied wordt gekenmerkt door de volgende, structuurbepalende
westelijke richting. Er bevindt zich een stopplaats aan de Koerselsebaan.
elementen: (01) de ligging binnen een ruimer gebied, gekenmerkt door een aantal
(04) Open ruimte
zuidwest-noordoostgerichte, strookvormige nederzettingen, van elkaar
De belangrijkste open ruimtestructuren in het plangebied zijn het
gescheiden door parallelle beekvalleien.
valleigebied van de Helderbeek, het valleigebied van de Mangelbeek, het valleigebied van de Halbeek en het Domeinbos van Soest.
(02) de verstedelijkte strook ‘Eversel-Heusden-Berkenbos-Lindeman-Voort’. Deze verstedelijkte strook is gelegen op de interfluviale heuvel tussen
Het valleigebied van de Helderbeek situeert zich ten noorden van de
de Helderbeek- en Mangelbeekvallei en is relatief dicht bebouwd. Het
verstedelijkte strook. Dit ecologisch en landschappelijk waardevolle open
mijnterrein van Zolder, de tuinwijken, de Halbeek en het domeinbos van
ruimtegebied is grensoverschrijdend met de gemeente Beringen. De
Soest zijn structuurbepalende elementen.
beekdoorgang van de Helderbeek vormt een belangrijke verbinding doorheen
De N719 vormt de centrale ontsluitingsweg en is drager van de voornaamste
het stedelijk netwerk Midden-Limburg tussen het groot aaneengesloten
voorzieningen. De bebouwing van Heusden en Berkenbos vormt
bos- en heidecomplex op het Kempens plateau en het Demerbekken. Beide
morfologisch een aaneengesloten geheel. De wijk Lindeman is eerder
gebieden zijn structuurbepalende natuurlijke gebieden op Vlaams niveau.
geïsoleerd en excentrisch gesitueerd. In de verstedelijkte strook bevinden
Het valleigebied van de Helderbeek kent een versnipperd grondgebruik
zich twee bedrijventerreinen: de Veenlanden ter hoogte van de N72 en het
(akkerland, hooi- en weiland, bos) en is ruimtelijk sterk ingesloten door
mijnterrein van Zolder. Verschillende sport- en recreatievoorzieningen zijn
bebouwing: in het noorden door de kern Koersel (Beringen) en in het zuiden
verspreid over het deelgebied.
door de kernen van Heusden-Voort en Berkenbos (beiden Heusden-Zolder).
Deze verstedelijkte strook is hoofdzakelijk gericht op wonen en lokale,
Dit valleigebied wordt op een aantal plaatsen doorsneden door
ondersteunende functies. De kernen van Heusden: Heusden-dorp en
infrastructuren, al dan niet met aanliggende bebouwing en de spoorlijn
Heusden-cité kunnen respectievelijk getypeerd worden als dienstencentrum
Hasselt-Mol. Vanuit de kernen Voort en Berkenbos en Eversel zijn enkele
en handelsconcentratie van het deelgebied. Ook de kern van Berkenbos
linten en recreatieve infrastructuren dit valleigebied ingegroeid. Doorheen
61
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
8
Lindeman
ek
be der
l
He
Koersel
1
9
concentratie van voorzieningen 4
Hal Voort
Heusden-Cité
ek
e alb
station
3
Berkenbos
N719
Bedrijventerrein ‘De Schacht’
H
2
7 station
Heusden-Dorp 10 ambachtelijke zone ‘De Veenlanden’ concentratie van voorzieningen
5 Suskaberg Domeinbos Soest 6
eek
gelb
N72
Man
Zonhoven
Hasselt
CASE 03
Kaart 1: Situering plangebied
Legende waterplas kanaal beek bestaande bebouwing bebouwde percelen perceelsgrenzen gewestweg andere belangrijke verbindingsweg spoorlijn VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m 62
Foto 1
Foto 2
Foto 3
Foto 4
Foto 5
Foto 6
Foto 7
Foto 8
Foto 9
Foto 10
63
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m Kaart 2: Uittreksel uit het gewestplan (bron: Geopunt Vlaanderen)
dit gebied lopen enkele voetgangers- en fietsverbindingen. Een groene baken
Het kolenspoor wordt omgevormd tot fietspad en doorkruist bijna het
binnen dit gebied is de mijnterril ten oosten van het plangebied.
volledige valleigebied. De huidige natuurlijke structuur van het valleigebied is erg versnipperd.
Het valleigebied van de Halbeek doorsnijdt de bestudeerde verstedelijkte strook in de lengte. Dit valleigebied wordt op talrijke plekken doorsneden
Het domeinbos van Soest, gelegen ten westen van de N72, is een biologisch
door lintbebouwing. Het grondgebruik is versnipperd en bestaat uit
waardevol bosgebied.
akkerland, hooi- en weiland en bos. (05) Watertoets Het valleigebied van de Mangelbeek betreft het open ruimtegebied tussen de
De open ruimte ligt nagenoeg volledig in mogelijk overstromingsgevoelig
woonstrook van Heusden- Berkenbos en de woonstrook van Zolder-Boekt.
gebied, deels in effectief overstromingsgevoelig gebied.
Het valleigebied kenmerkt zich door een afwisseling van natte, ecologisch waardevolle natuurlijke gebieden met tussenliggende, versnipperde agrarische
7.2.2 Gewestplan
zones. Een aantal punt- lijn- en vlakvormige elementen, zoals poelen, vijvers, houtkanten en bosjes komen frequent voor.
(zie kaart 2, blz.62)
Het gebied wordt gekenmerkt door een afname van de grootschalige,
De in het plangebied voorkomende lintbebouwing is grotendeels verankerd in
professionele landbouw, een toename van kleinschalige niet-professionele
het gewestplan als landelijke woonzone en woongebied.
landbouw en natuurontwikkeling. Een groot aantal weilanden zijn braakliggend. Enkele beeldbepalende kasteeldomeinen (kasteel Meylandt,
7.2.3 Visie op het plangebied volgens het RSV
kasteel Obbeek) liggen verspreid in het gebied. Ten westen van Boekt en tussen Zolder en Berkenbos zijn er enkele prominent aanwezige linten in
Volgens het RSV behoort het plangebied tot het buitengebied.
het gebied. Het valleigebied wordt slechts drie maal doorsneden door een verbindende wegeninfrastructuur (N72, Zolderse weg, Stationstraat). VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
64
7.2.4 Visie op het plangebied volgens het RSPL
(01) Verstedelijkte strook ‘Eversel-Heusden-Berkenbos-Lindeman-Voort’ De volgende doelstellingen staan centraal:
De volgende elementen uit het RSPL zijn relevant voor het plangebied:
−− de verdere uitbouw als centraal handel- en dienstencentrum van
−− de selectie van de Helderbeekvallei als open ruimteverbinding;
de gemeente Heusden-Zolder. De voornaamste voorzieningen en
−− de selectie van de Mangelbeek als structurerend hydrografisch element en
handel worden geconcentreerd rondom de centraal gelegen N719 en
de Mangelbeekvallei als natte en droge natuurverbinding;
meer specifiek in het structuurondersteunend hoofddorp Heusden.
−− de selectie van de mijnterril als landschappelijke baken;
Dit lineair centrum dient voldoende uitgerust te zijn om zijn
−− de realisatie van een provinciale natuurverbinding tussen het meer
structuurondersteunende rol binnen de gemeente en in het stedelijk
noordelijk gelegen valleigebied van de Zwarte Beek en het meer zuidelijk gelegen vijvergebied; −− de selectie van Heusden als structuurondersteunend hoofddorp, Berkenbos
netwerk te vervullen. −− de versterking van het contact met de omliggende open ruimtegebieden (beekvalleien) door het aanleggen van een kleinschalig netwerk van voet-
als hoofddorp en de overige kernen Eversel, Lindeman en Zolder-Voort als
en fietspaden die vanuit de woonstroken aantakken op de bovenlokale
gewone woonkernen.
fietsroutes in de beekvalleien. Specifieke aandacht in deze deelruimte
−− De versterking van de ecologisch verbindende functie van de beekvalleien door een fijnmazig netwerk van kleinschalige landschapselementen.
gaat uit naar het ruimtelijk structureren van de veelvuldig voorkomende recreatieve en sportieve infrastructuren. −− het behoud van het Domeinbos van Soest als open ruimtecorridor op
7.2.5 Visie op het plangebied volgens het GRS van Heusden-Zolder
lokaal niveau en droge natuurverbinding tussen de valleigebieden van de Mangelbeek en de Helderbeek.
Met betrekking tot de nederzettingsstructuur formuleert het GRS van Heusden-Zolder het volgende:
−− het thematisch uitbouwen van het voormalige mijnterrein van Zolder als gemengd bedrijventerrein (lokaal – regionaal). −− Herlokaliseren van het station; De gemeente opteert de bestaande halteplaats van Heusden te
65
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
herlokaliseren naar het gebied tussen de Brugstraat en de Koolmijnlaan. Door de dan centrale ligging koppelt het station de centra van Heusdendorp en Heusden-cité aan elkaar.
vormen van grondgebruik; −− de landschappelijk inrichting als aantrekkelijk open ruimtegebied in functie van natuur, landbouw en zacht-recreatief medegebruik; −− het voeren van een geïntegreerd waterbeleid;
(02) Open ruimte
−− stimuleren van recreatief medegebruik op een beperkt aantal plekken;
De volgende doelstellingen staan centraal voor de Helderbeekvallei:
De toegankelijkheid en beleefbaarheid voor bewoners uit de omgeving en
−− de ontwikkeling als open ruimtecorridor tussen de kernen van Heusden,
passanten wordt verder uitgebouwd. Dit kan gebeuren via extra linken
Berkenbos en de kern van Koersel (Beringen). Het tegengaan van verdere
vanuit de woonstroken Zolder-Boekt en Heusden-Berkenbos met het
aantasting door bebouwing van het valleigebied is cruciaal.
provinciaal fietsroutenetwerk over het centraal gelegen kolenspoor. Deze
−− de indeling van deze beekvallei in een ‘randzone’ en een ‘natuurverbindingsgebied’ om de aanwezige functies in het gebied beter te structureren en te komen tot een aaneengesloten landschappelijk
route verbindt verschillende aanwezige dagattracties (mijnterrein Zolder – Terlaemen) met elkaar. −− Ten noorden van het kolenspoor, aansluitend met de kernen van Heusden-
waardevol open ruimtegebied.
Berkenbos-Voort worden stedelijke vormen van landbouw, kleinschalige
De ontwikkeling van het natuurverbindingsgebied heeft tot doel een
landbouw en een verweving met recreatie vooropgesteld.
duurzame landbouw tot stand te brengen in overeenstemming met de natuurverbindende functie van de Helderbeek. De gemeente suggereert de landbouw te stimuleren om als beheerder van het landschap op te treden. In de randzone kunnen op een meer gestructureerde wijze gebieden voor
7.3 Voorstel mogelijk toekomstscenario 7.3.1 Verdunnen en clustervorming
niet-professionele landbouw en kleinschalige landbouw (houden van neerhofdieren als schapen, geiten en struisvogels, paarden en kleinschalige
(zie kaarten 3-5 blz.68-70)
teelt van groenten en fruit) aangeduid worden. De randzone kan eveneens
De volgende linten worden langzaam verdund en op termijn helemaal
oplossingen aanreiken voor aanwezige zonevreemde recreatie.
verwijderd:
De volgende doelstellingen staan centraal voor de Halbeekvallei: −− behoud van de lokale (zonevreemde), recreatieve infrastructuren, gelegen in de Halbeekvallei; −− het creëren van enkele voetgangersdoorsteken doorheen deze vallei om de belevingswaarde van de nu ingesloten park- en open ruimtegebiedjes te verhogen; −− het functioneren als natuurverbinding op lokaal niveau. De volgende doelstellingen staan centraal voor de Mangelbeekvallei: −− de open ruimte functie van dit gebied primeert. Verdere aantasting en ‘insnoering’ van het gebied door nieuwe bebouwing wordt tegengegaan. −− verhoging van de ecologische waarde van het gebied door herstructurering van dit gebied en het beter afstemmen op mekaar van de verschillende
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
−− De linten die de beekvalleien doorsnijden. In het plangebied gebeurt dit vooral ter hoogte van de Halbeekvallei; −− De linten, als uitlopers van het bebouwingsweefsel rond Heusden, in de beekvalleien van de Mangelbeek en Helderbeek; −− De linten die open ruimteverbindingen tussen de beekvalleien onderling doorknippen; −− De uitlopers van het bebouwingsweefsel rond Heusden richting steilrand Kempisch Plateau; −− en de linten, gelegen in effectief overstromingsgevoelig gebied. Door deze ingrepen blijven, globaal gezien, twee grote bebouwingsclusters over waarbinnen kan ingezet worden op verdichting en transformatie van het bestaande weefsel. De Halbeekvallei vormt de scheiding tussen beiden. Voor de verdichting wordt gesuggereerd vooral in te zetten op plekken 66
die strategisch gelegen zijn ten aanzien van bestaande voorzieningen en het openbaar vervoer (stations te Heusden en Berkenbos). Nieuwe
een geïntegreerd waterbeleid staan hier centraal. −− Het deels inzetten van de centraal in het bebouwingsweefsel gelegen
bebouwingsmogelijkheden worden vooral gegeven, in en parallel met het
Halbeekvallei als ‘stedelijk park’. Doel is dat de Halbeekvallei versterkt
bestaande, lineaire woonweefsel.
wordt als natuurverbinding op lokaal niveau en een rol speelt binnen het kader van waterbeheersing. Maar door dit gebied te ontsnipperen,
7.3.2 Voorstel ontsluiting
zichtbaar te maken en bebouwing ernaar toe richten, kan dit gebied op bepaalde strategische plekken, ook een functie vervullen als ‘stedelijk
(zie kaart 6 blz.71)
park’. Natuurbeleving en het creëren van een kwalitatieve en groene
De N719 blijft haar rol als centrale drager van de verstedelijkte strook
woonomgeving staat hier centraal. Hier en daar kan dit stedelijk park
‘Eversel-Heusden-Berkenbos-Lindeman-Voort’ behouden. Ze functioneert
gekoppeld worden aan enkele recreatieve voorzieningen die geen negatieve
als drager voor de belangrijkste voorzieningen en als openbare vervoersas.
impact hebben op het functioneren van de beekvallei.
Ter hoogte van de kruising tussen de N719 en de spoorlijn Hasselt-Mol,
−− Tussen de ‘natuurlijke’ beekvalleien en de bebouwingsclusters wordt een
wordt een nieuw station voorzien. Daarnaast wordt voorgesteld vooral
overgangszone voorzien waarbinnen niet-professionele en kleinschalige
in te zetten op strategische fiets- en voetgangersverbindingen tussen
landbouw een plaats krijgt.
het bebouwingsweefsel ten noorden en ten zuiden van de N719, de
−− Doorheen de bebouwingsclusters, de randzone en de beekvalleien worden
voorzieningen langs de N719 en de aangrenzende beekvalleien van de
landschappelijk structurerende groenelementen voorzien als bomenrijen
Helderbeek, Halbeek en Mangelbeek: door in te spelen op de specifieke
en hagen. Deze worden zo opgevat dat ze kunnen functioneren als
nederzettingsstructuur (langgerekt, parallel met de beekvalleien) en relatief
ecologische stapstenen of ecologische corridors tussen de in het gebied
korte afstanden van de randen van het woonweefsel ten aanzien van het centrumgebied rond de N719, vergroot de kans op een meer duurzame
aanwezige grotere natuurgehelen. −− De bebouwingsclusters worden beter ingebed in het bestaande landschap
mobiliteit (fietsen, wandelen) binnen de clusters zelf; door de fiets-en
door het op bepaalde plekken in te kapselen in nieuwe bosstructuren. Waar
voetgangersverbindingen door te trekken naar de open ruimte, verhoogt
de bebouwingsclusters grenzen aan de beekvalleien en multifunctionele
de beleving van de natuurlijke omgeving (beekvalleien en aanwezige
overgangszone ( niet-professionele en kleinschalige landbouw), worden
boscomplexen) en kunnen er verbindingen gelegd worden met andere
gepaste inrichtingsmaatregelen, op perceelsniveau, ten aanzien van de open
nederzettingen. Bijvoorbeeld via het Kolenspoor.
ruimte genomen.
7.3.3 Transformatie van het bestaande landschap tot een robuust en aantrekkelijk landschappelijk raamwerk voor dynamische ontwikkeling. (Zie kaarten 7-8 blz.72-73 en diagrammen blz.74-75) Voor het landschap wordt het volgende toekomstscenario voorgesteld: −− de ecologische en landschappelijke versterking van de beekvalleien
67
7.3.4 Detaillering deelgebied 1 (zie kaarten 9-11 blz.76-78, montages blz.79-80 en snedes blz.81-82) Het deelgebied is een doorsnede doorheen de twee voorgestelde bebouwingsclusters met centraal de Halbeekvallei, in de omgeving van het nieuwe station langs de N719. Grootste wijziging ten aanzien van de bestaande toestand is dat de linten
en aanwezige boscomplexen: door te verdunnen op strategische
doorheen de Halbeekvallei zijn verdwenen en deze vallei, binnen voorliggend
plekken (zie eerder) ontstaan weer grotere aaneengesloten gehelen. De
toekomstscenario, binnen het deelgebied een rol gaat vervullen als stedelijk
bebouwingsclusters worden hierbinnen ingebed. Natuur en het voeren van
park. VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Ter hoogte van het station worden onderbenutte gebieden getransformeerd en verdicht door ‘anders te bouwen’. Het draagvlak voor de aanwezige stedelijke voorzieningen wordt er verhoogd door het opdrijven van de kritische massa. Hierbij wordt gekozen voor een architectuur die zich met haar representatieve voorkanten niet alleen richt naar de N719 maar ook naar de Halbeekvallei. Vanuit de nieuwe ontwikkelingen worden wandel- en fietsverbindingen voorzien naar deze vallei. Zichtrelaties worden gecreëerd tussen de Halbeekvallei (het stedelijk park) en de N719. Aan de noordzijde van de Halbeekvallei, wordt een bestaand en onderbenut grootschalig bouwblok getransformeerd en verdicht. Hierbij worden dezelfde principes gehanteerd als aan de zuidelijke zijde van de vallei. Verdicht wordt ook aan de noordelijke rand van de meest noordelijke bebouwingscluster. Dit gebeurt door te bouwen in tweede orde en langs een parallelle weg. De nieuwe bebouwing richt zich naar de open ruimte. Daarnaast wordt er verdicht door ‘anders te bouwen’. Een reeks van, in hoogte variërende, eerder kleinschalige bouwblokken (collectieve woonvormen), met grondgebonden tuinen (privaat of collectief), maken de overgang naar de zone voor kleinschalige en niet-professionele landbouw en zorgen voor een versnipperde rand waartussen de open ruimte kan doorlopen. Ter hoogte van de zuidelijke rand van de zuidelijke bebouwingscluster wordt eveneens verdicht in tweede orde en langs een parallelle weg. De bebouwing richt zich met haar representatieve voorkanten naar de open ruimte. Strategische fiets- en voetgangersverbindingen linken alle voorgestelde ontwikkelingen met elkaar, het station, de voorzieningen langs de N719, het stedelijk park en de open ruimte.
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
68
69
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 03
Kaart 3: Lintbebouwing - bestaande toestand
Legende waterplas kanaal beek bebouwing mogelijk overstromingsgevoelig gebied effectief overstromingsgevoelig gebied VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m 70
CASE 03
Kaart 4: Toekomstscenario - Verdwenen bebouwing
Legende waterplas kanaal beek bebouwing mogelijk overstromingsgevoelig gebied effectief overstromingsgevoelig gebied 71
400m VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 03
Kaart 5: Toekomstscenario - Clustervorming en versterking/herstel open ruimteverbindingen
Legende clusters open ruimteverbindingen VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m 72
CASE 03
Kaart 6: Toekomstscenario - Voorstel ontsluiting
Legende hoofdontsluiting gemotoriseerd verkeer en openbare vervoersas verbindingsweg lokale, toegangverlenende weg fiets- en voetgangersnetwerk 73
400m VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 03
Kaart 7: Bestaande landschapsstructuur
Legende waterplas
bos
kanaal
hooi- of weiland
beek
akkerland heide bebouwde percelen
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m 74
CASE 03
Kaart 8: Voorgestelde landschapsstructuur
Legende waterplas
bos
kanaal
hooi- of weiland
beek
niet-professionele en kleinschalige landbouw heide bebouwde percelen bebouwingsmogelijkheden
75
400m VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Diagram 1: De creatie van aaneengesloten natuurgehelen bestaande uit bos, heide en beekvalleien met hooi-/weiland
Diagram 2: Beekvallei met stedelijke parkfunctie en natuur
Diagram 3: Overgangszones tussen natuur en bebouwing i.f.v. niet-professionele en kleinschalige landbouw, recreatie
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
76
Diagram 4: Een raamwerk van landschappelijk structurerende groenelementen tussen de boscomplexen
Diagram 5: Gedeeltelijke inpassing van de bebouwingsclusters in bos en andere, gepaste maatregelen op perceelsniveau ter hoogte van de overgang tussen de bebouwingsclusters en de open ruimte
77
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 03
Kaart 9: Bestaande toestand deelgebied 1 VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
78
CASE 03
Kaart 10: Mogelijk toekomstscenario deelgebied 1 79
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
1 1
1
1
2
2
1
4
2 1
2 2
2
3
4
4
4
3
1
1
d=800m
1
1
1
1
6
5 7 2
2
2 2
1 1
1
CASE 03
Kaart 11: Structuurschets deelgebied 1 VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
80
Afbeelding 1: Montage Halbeekvallei ter hoogte van deelgebied 1. Beekvallei i.f.v. stedelijk park, natuur en waterberging
Legende kaart 11 (linkerpagina): 1. Nieuwe bebouwingszones die zich richten naar de open ruimte 2. Transformatie bestaande bebouwing 3. Beekvallei i.f.v. stedelijk park, natuur en waterberging 4. Fiets- en voetgangersverbindingen 5. Nieuwe locatie station 6. De N719 als drager van de stedelijke centrumvoorzieningen 7. Spoorlijn
81
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 03
Montage toekomstscenario deelgebied 1: Overgang noordelijke bebouwingscluster naar de open ruimte
82
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
83
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG Snede ter hoogte van de overgang tussen de noordelijke bebouwingscluster en de open ruimte (1:1000)
CASE 03
kleinschalige en niet-professionele landbouw
wandel- en ďŹ etspad tuin tuin
collectieve woonvorm
tuin tuin straat
park
collectieve waterberging
park straat tuin woning
tuin
tuin
CASE 03
Snede doorheen nieuw bouwblok in de noordelijke bebouwingscluster en de Halbeekvallei (1:1000)
tuin
woning tuin voetpad straat voetpad tuin woning in bouwblok
tuin tuin tuin tuin tuin tuin tuin tuin tuin tuin
collectieve woonvorm voetpad straat
beekvallei als park
ruimte voor waterberging
beekvallei als park
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
84
8 CASE 4: ZEPPEREN
8.1 Situering case 4
de oude steenwegen of de verbindende lokale wegen; ook een aantal landbouwwegen worden als aantrekkelijker routes benut.
(zie kaart 1 blz.84) Dit plangebied is gelegen in de gemeente Sint-Truiden. Het omvat Zepperen
(03) Open ruimte
en omgeving, gelegen tussen de expresweg N80 (Hasselt-Sint-Truiden) en de
Het plangebied, met slechts geringe reliëfverschillen , heeft een zandlemige
N718.
bodem en behoort tot Vochtig-Haspengouw. Het landschap is er vrij sterk gecompartimenteerd en wordt doorsneden door een aantal beken. De lager
8.2 Planningscontext
gelegen, alluviale delen ter hoogte van de beken, worden op bepaalde plekken
8.2.1 Bestaande ruimtelijke structuur
ruige, natuurlijke bossen. De open ruimte wordt echter vooral gekenmerkt
(zie kaart 1 blz.84)
liggende akkers. Hoofdfunctie in dit gebied is landbouw in de vorm van
Het plangebied wordt gekenmerkt door de volgende, structuurbepalende
fruitteelt.
gekenmerkt door een verscheidenheid aan graslanden, canada-aanplanten en door de aanwezigheid van talrijke laagstamboomgaarden en verspreid
elementen: (01) Nederzettingsstructuur
(4) Watertoets
De nederzettingsstructuur in Zepperen is van oudsher samengesteld uit
Een belangrijk aandachtspunt in het plangebied is de aanwezigheid van
de kern Zepperen (met kerk en kerkhof), een vertakte lintbebouwing
mogelijk en effectief overstromingsgevoelige gebieden ter hoogte van de
die historisch uit verschillende kleine pleingehuchten is gegroeid (Eigen,
belangrijkste beken. Een deel van de bestaande lintbebouwing ligt in mogelijk
Roosbeek, Eikot, D’Ooie) en een verkaveling, opgehangen aan de
en effectief overstromingsgevoelig gebied.
lintbebouwing te Roosbeek. Typerend voor de nederzettingsstructuur zijn de aanwezigheid van een kasteel en enkele waardevolle vierkantshoeven.
8.2.2 Gewestplan
Zepperen functioneert als onafhankelijke kern en beschikt over een behoorlijke economische basisuitrusting en een vrij ruim aanbod aan
(zie kaart 2 blz.86)
gemeenschapsvoorzieningen zoals een bibliotheekpost, een parochiezaal,
De in het plangebied aanwezige lintbebouwing is zo goed als volledig
een lagere en middelbare school, etc. De grootste concentratie aan lokale
verankerd in het gewestplan als landelijke woonzone. De in het plangebied
voorzieningen situeert zich ter hoogte van Roosbeek.
aanwezige verspreide bebouwing ligt in agrarisch en landschappelijk
In de woonlinten liggen eveneens een aantal ambachtelijke bedrijven en
waardevol agrarisch gebied.
landbouwbedrijven. Slechts enkele landbouwbedrijven situeren zich in het omringende landbouwgebied.
8.2.3 Visie op het plangebied volgens het RSV
(02) Ontsluiting en bereikbaarheid
In het RSV werd het plangebied aangeduid als buitengebied.
De verbinding Zepperen-stad verloopt deels langs de expresweg N 80,
Hier gelden de volgende doelstellingen:
de N 718) en deels langs de lokale straat Zepperenweg. In het plangebied
−− vrijwaren van de essentiële functies van het buitengebied (landbouw,
zelf profileren de N759 en N767 zich als belangrijkste ontsluitings- en
natuur, bosbouw,...)
verbindingswegen.
−− wonen en werken op niveau van het buitengebied;
Fietsverbindingen tussen Zepperen en omgeving verlopen veelal langs
−− tegengaan van versnippering van de open ruimte;
85
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Hasselt N80 (expresweg)
N759 9 Eigen
8
k ee eb g o
Beek
ok rst Te
Roosbeek
eek
middelbare school 10
N767 eek
Bergb
5
2
k ee
ek be nd
ba
3
sb rie
d en
am
Zepperen
4 D’Ooie
alg
Beg
Zepperen
6 concentratie lokale voorzieningen
G
N718
7
K
oude dorpskern
stadscentrum Sint-Truiden
Beek
Eikot
Va lke be ek
aard
enb eek
k bee
Bergb
ekkens
Oude
Eyenes
O
traat-D
lagere school
traat
L
k ude Bee
Oude
1
CASE 04
Kaart 1: Situering
waterplas
bestaande bebouwing
gewestweg
kanaal
bebouwde percelen
andere belangrijke verbindingsweg
beek
perceelsgrenzen
spoorlijn
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m 86
Foto 1
Foto 2
Foto 3
Foto 4
Foto 5
Foto 6
Foto 7
Foto 8
Foto 9
Foto 10
87
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
400m Kaart 2: Uittreksel uit het gewestplan (bron: Geopunt Vlaanderen)
−− groeien binnen de kernen;
in het toeristisch aanbod. Het toeristisch medegebruik richt zich op
−− bereiken van gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit;
plattelands-, boerderij- en kaste- lentoerisme.
−− gebiedsgerichte ruimtelijke ordening op basis van het fysisch systeem.
Verder werd Zepperen geselecteerd als woonkern.
8.2.4 Visie op het plangebied volgens het RSPL
8.2.5 Visie op het plangebied volgens het GRS van Sint-Truiden
Voor Zepperen, gelegen binnen de hoofdruimte ‘Haspengouw en Voeren’ en
De visie op de gewenste ontwikkeling van de nederzettingsstructuur en open
binnen de deelruimte ‘Herk en Gete’, worden de volgende doelstellingen
ruimte is als volgt:
centraal gesteld:
(01) Nederzettingsstructuur
−− het uitoefenen van een rol inzake landbouw (fruitteelt), natuurontwikkeling en waterbeheersing; −− een beperkt residentiële functie; Klein- en regionaalstedelijke voorzieningen horen binnen dit gebied niet thuis. −− Vrijwaring van de beekvalleien en overstromingsgebieden van de Demer, Herk, Mombeek, Gete en Velpe; −− een netwerk van beperkte kernen en linten tussen de beekvalleien; −− recreatief medegebruik van de open ruimte: bijzondere aandacht gaat daarbij naar een optimale ruimtelijke inpassing van het netwerk van fiets-,
De volgende doelstellingen staan centraal: −− uitbouwen van Zepperen als entiteit in het landschap; −− het vervullen van een taak inzake bijkomende sociale woningen; −− versterking door kleinschalige inbreidingsprojecten en opwaardering van de voorzieningen; −− Schaal en dichtheid van de bebouwing op maat van een dorp; −− het voorzien van één of meerdere aantrekkelijke en uitdagende speelruimten en ontmoetingsplekken voor kinderen, tieners en jongeren in de woonkern en/of aansluitend op de open ruimte rond het dorp;
wandel-, auto- en paardenroutes en naar de inschakeling van de dorpen VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
88
Foto 1: Zicht op de kern van Zepperen vanuit de open ruimte
−− het bieden van ontwikkelingsmogelijkheden van in de kern of lintbebouwing aanwezige landbouw- en fruitbedrijven nabij het dorp; −− het bieden van ontwikkelingskansen van ambachtelijke bedrijvigheid binnen het dorp zolang zij verenigbaar zijn met het wonen;
natuur te ontwikkelen en te versterken; −− Kerken, kastelen, kasteelparken, gesloten hoeven en hoogstamboomgaarden in de dorpen als bakens in het landschap conserveren; −− Accentueren van de oude en nieuwe (hoofd)verbindingswegen als lanen in het landschap;
(02) Open ruimte
−− Accentueren van de beken en beschermen van de beekvalleien.
De volgende doelstellingen staan centraal: −− landbouw (akkerbouw, veeteelt en fruit) als hoofdfunctie en drager van de open ruimte; Fruitteelt speelt in het plangebied een grote rol en blijft ook in de toekomst de motor van de streek. Sint-Truiden kan en wil zich vanuit de versterkte positie van de voorbije jaren als productie-, commercialiserings- en onderzoekscentrum van het fruit verder ontwikkelen. Nieuwe accenten daarbij zijn de herinvoering van fruitverwerkende nijverheid en een sterke inschakeling in de toeristische uitbouw. Uitdaging m.b.t. de open ruimte zal vooral liggen in het zoeken naar een evenwicht tussen economisch rendabele laagstamteelten en de andere typische landschapskarakteristieken: hoogstamboomgaarden, hooiof weiland, natuurlijk broekbos en akkers; −− ruimte geven aan natuur door een aantal samenhangende grote gehelen 89
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
8.3 Voorstel mogelijk toekomstscenario
woonclusters Zepperen, D’Ooie, Roosbeek en Eigen verloopt via de centrale
8.3.1 Verdunnen en clustervorming
de clusters. De N767 behoudt eveneens zijn functie als verbindingsweg maar
N759. Bushaltes kunnen nu efficiënter georganiseerd worden ter hoogte van bebouwing erlangs wordt niet meer gestimuleerd. De andere straten in de
(zie kaarten 3-5 blz.92-94)
woonclusters hebben een lokale, toegangverlenende functie. Ze worden ont-
Het bijna 5 km lange lint langsheen de N759 wordt langzaam verdund totdat
sloten via de N759 of N767.
een drietal grotere woonclusters overblijven die zich situeren rond de oude gehuchten Zepperen, D’Ooie, Roosbeek en Eigen. Het betreft clusters waar-
De in het landschap geïntegreerde clusters voor agrarische bedrijvigheid wor-
binnen alle woningen op wandelafstand liggen van in het gehucht aanwezige,
den onderling met mekaar verbonden door middel van een eigen hoofdont-
lokale voorzieningen. (max. 5 à 10 minuten wandelen) .
sluiting voor tractors. Van hieruit takken ze aan op bestaande wegen/infra-
Ook de lintvormige vertakkingen van de N759 worden sterk verdund, inclu-
structuur doorheen de open ruimte. Doel hiervan is om de N759, waaraan de
sief het gehucht Eikot.
woonclusters zijn gekoppeld, te ontlasten van vracht- en tractorverkeer i.f.v. de agrarische bedrijvigheid.
Binnen het concept van verdunnen blijven enerzijds de typisch voor de streek, historisch waardevolle vierkantshoeves en andere gebouwen bewaard; ander-
Deze en de andere wegen doorheen de open ruimte maken eveneens deel uit
zijds blijven bestaande landbouwbedrijven die ingebed zijn in de open ruim-
van een functioneel en recreatief fiets- en voetgangersnetwerk doorheen het
te bewaard. Ter hoogte van enkele bestaande landbouwbedrijven in de open
plangebied.
ruimte wordt bijkomend ruimte gereserveerd voor andere landbouwbedrijven
In de overgangszone tussen de clusters en de open ruimte wordt eveneens
die nu gevestigd zijn in de woonkern of woonlinten van Zepperen. Hierdoor
voorzien in een voet-/fietspad dat aantakt op het ruimere fiets- en voet-
ontstaan enkele landbouwclusters in de open ruimte.
gangersnetwerk doorheen de open ruimte.
Verdund wordt vooral op plekken ter hoogte van beekdoorgangen, plekken
8.3.3 Transformatie van het bestaande landschap tot een robuust en aantrekkelijk landschappelijk raamwerk voor dynamische ontwikkeling
gelegen in effectief en mogelijk overstromingsgevoelig gebied, strategische plekken voor het herstel van open ruimteverbindingen en plekken die te ver
(zie kaarten 7-8 blz. 96-97 en diagrammen blz.98-99)
gelegen zijn van de gehuchten en aanwezige lokale voorzieningen om te behou-
Het bestaande, eerder monotone landschap wordt versterkt door de volgende
den als duurzame woonlocatie.
ingrepen: −− de ecologische en landschappelijke versterking van de beekvalleien: de nat-
Toegepaste ruimtelijke principes: −− Verdunnen door op bepaalde, strategische plekken bebouwing te verwijderen of niet toe te laten;
te, alluivale gronden ter hoogte van de beken worden bestemd als hooi en/ of weiland afgewisseld met natuurlijke broekbos. Hierdoor krijgen zij afwisselend een meer gesloten of open karakter;
−− Verdichten in clusters.
−− rond de woonclusters wordt voorzien in een multifunctionele overgangszo-
8.3.2 Voorstel ontsluiting
−− oude en nieuwe verbindingswegen doorheen de open ruimte worden geac-
ne bestaande uit hoogstamboomgaarden omzoomd met streekeigen hagen; centueerd als lanen;
(zie kaart 6 blz.95) De hoofdontsluiting voor gemotoriseerd verkeer en openbaar vervoer van de VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
De beekvalleien, hoogstamboomgaarden en andere bestaande kleine land90
schapselementen samen dooraderen een landschap dat verder vooral bestaat
In het mogelijk toekomstscenario wordt verdicht door inbreiding en door de
uit laagstamboomgaarden en geclusterde bebouwing.
integratie van een drietal ‘plug-ins’ op nog vrijliggende percelen. Alle nieuwe
8.3.4 Detaillering cluster 1
woonontwikkelingen sluiten aan op bestaande straten en worden ingebed in de groene overgangszone met de open ruimte, bestaande uit hoogstamboomgaarden. Alle nieuwe ontwikkelingen bestaan uit meer collectieve woonvormen
(zie kaarten 9-11 blz.100-101, snede en montage blz.103)
met een gemeenschappelijke, centrale koer of buitenruimte en eigen private
Deze cluster krijgt mogelijkheid tot verdichting. De ruimte rond de kerk
tuinen langs de buitenzijde. Scheidingen met de hoogstamboomgaarden wor-
wordt bewust vrij gehouden omwille van de waardevolle vista’s vanuit de open
den uitgevoerd in streekeigen hagen. De ‘plug-ins’, geïnspireerd op de traditio-
ruimte.
nele vierkantshoeves, zijn op enige afstand ingeplant ten opzichte van de straat
Verdichting kan er door de bestaande bebouwing te transformeren tot bebou-
zodat de hoogstamboomgaarden kunnen doorgetrokken worden tot tegen de
wing in een hogere dichtheid, door het bebouwen van nog niet ontwikkelde
straat. De groene overgangszone, die o.a. ook een speelweide voor kinderen
bouwpercelen maar ook door het beperkt aansnijden van grond die nu nog
bevat, is doorwaadbaar door middel van een netwerk van trage verbindingen.
geen bouwgrond is op één of meerdere strategische plekken. Zo wordt in het mogelijk toekomstscenario van cluster 1 verdicht langs een
Toegepaste ruimtelijke principes op detailniveau:
parallelle weg. De nieuwe bebouwing richt zich enerzijds naar het bestaande
−− Een (druk) lint transformeren door de bebouwing terug te trekken van de
centrum en anderzijds naar de open ruimte.
straat;
De nieuwe bebouwing verschilt van de bestaande door verschillende woningen
−− Verdichten rond een parallelle weg;
met mekaar te combineren tot een complex dat gelijkenissen vertoont met de
−− Een lint transformeren door ‘anders’ te bouwen;
in het gebied aanwezige historische vierkantshoeves. De woningen zijn geor-
−− Transformatie naar zoveel mogelijk zelfvoorzienende entiteiten.
ganiseerd rond een gemeenschappelijke binnenkoer maar beschikken langs de buitenzijde over een private tuin. De gemeenschappelijke binnenkoer bevordert de sociale contacten tussen de bewoners en kan bijvoorbeeld ook aangewend worden om gebundeld te parkeren,
8.3.6 Detaillering cluster 3 (zie kaarten 15-17 blz.106-108) Deze cluster bevat het grootste aantal voorzieningen en wordt ontwikkeld als
Toegepaste ruimtelijke principes op detailniveau: −− Verdichten rond een parallelle weg; −− Een lint transformeren door ‘anders’ te bouwen; −− Transformatie naar zoveel mogelijk zelfvoorzienende entiteiten.
8.3.5 Detaillering cluster 2
‘hoofdcluster’ in het plangebied. Verdichting is gewenst.Dit kan er door de bestaande bebouwing te transformeren tot bebouwing in een hogere dichtheid, door het ‘slim’ bebouwen van nog niet ontwikkelde bouwpercelen maar ook door het beperkt aansnijden van grond die nu nog geen bouwgrond is op één of meerdere strategische plekken. In het mogelijk toekomstscenario van cluster 3 wordt het bestaande lint langs
(zie kaarten 12-14 blz.104-105)
de N759 op enkele, strategische plekken ‘opengebroken’: nieuwe, geclusterde
Deze cluster krijgt mogelijkheid tot verdichting.
bebouwing bestaande uit woningen en bij voorkeur ook lokale voorzieningen
Verdichting kan er door de bestaande bebouwing te transformeren tot bebou-
als handel, ontmoetingsruimte, horeca, ..., worden op enige afstand van de
wing in een hogere dichtheid, door het bebouwen van nog niet ontwikkelde
straat ingeplant. De groene overgangszone met de open ruimte wordt door-
bouwpercelen maar ook door het beperkt aansnijden van grond die nu nog
getrokken tot tegen de straat. Binnen deze groene overgangszone kan ruimte
geen bouwgrond is op één of meerdere strategische plekken.
voorzien worden die als verblijfs-/ontmoetingsplek kan dienen. Deze ruimte
91
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
kan eveneens aangewend worden om landschappelijk geïntegreerd te parkeren. Aan de oostzijde van het lint langs de N759 worden een aantal compacte, collectieve woonvormen voorzien die ontsloten worden via een nieuwe, lokale maar smalle parallelweg (type verkavelingsweg). Deze parallelweg wordt mee opgenomen in het tractor-, fiets- en voetgangersnetwerk doorheen de open ruimte. Via trage verbindingen doorheen een raamwerk van hoogstamboomgaarden (groene overgangszone met de open ruimte) zijn de collectieve woonvormen verbonden met de N759 waarlangs zich de meeste voorzieningen situeren. De in het toekomstscenario geïntegreerde collectieve woonvormen zijn geïnspireerd op de traditionele vierkantshoeven. Ze zijn georganiseerd rond een gemeenschappelijke binenkoer; elke gelijkvloerse woning heeft langs de buitenzijde een private tuin. Scheidingen met de hoogstamboomgaarden worden uitgevoerd in streekeigen hagen. De groene overgangszone rond cluster 3 bestaat hoofdzakelijk uit hoogstamboomgaarden waarin speelruimtes en ontmoetingsplekken zijn geïntegreerd. Een netwerk van trage verbindingen doorheen de groene overgangszone verbindt deze plekken en de bebouwing met mekaar. Toegepaste ruimtelijke principes op detailniveau: −− Een (druk) lint transformeren door de bebouwing terug te trekken van de straat; −− Verdichten rond een parallelle weg; −− Een lint transformeren door ‘anders’ te bouwen; −− Transformatie naar zoveel mogelijk zelfvoorzienende entiteiten.
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
92
93
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 04
Kaart 3: Lintbebouwing - bestaande toestand
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
waterplas
bebouwing
kanaal
mogelijk overstromingsgevoelig gebied
beek
effectief overstromingsgevoelig gebied
400m 94
CASE 04
Kaart 4: Lintbebouwing - toekomstscenario
95
waterplas
bebouwing
kanaal
mogelijk overstromingsgevoelig gebied
beek
effectief overstromingsgevoelig gebied
400m
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 04
Kaart 5: Clustervorming en versterking/herstel open ruimteverbindingen
clusters open ruimteverbindingen 400m
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
96
N759
N767
CASE 04
Kaart 6: Voorstel ontsluiting
97
hoofdontsluiting woonclusters/openbare vervoersas verbindingsweg lokale, toegangverlenende weg hoofdontsluiting landbouwclusters in de open ruimte voetgangers-, fiets- en tractornetwerk
400m VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
CASE 04
Kaart 7: Bestaande landschapsstructuur
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
waterplas
akkerland
loofbos
kanaal
hooi-en/of weiland
bebouwde percelen
beek
boomgaarden (
bestaande bebouwing
400m
98
CASE 04
Kaart 8: Voorgestelde landschapsstructuur
waterplas
akkerland
loofbos
kanaal
hooi-en/of weiland
bebouwde percelen
beek
laagstamboomgaard
bestaande bebouwing
hoogstamboomgaard 99
400m
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Diagram 1: De ecologische en landschappelijke versterking van de beekvalleien
Diagram 2: Ruimte voor landbouw
Diagram 3: De landschappelijke overgang tussen de bebouwingsclusters en de open ruimte door middel van een gordel van hoogstamboomgaarden
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
100
101
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Kaart 9: Bestaande toestand deelgebied 1
Legende waterplas kanaal beek akkerland hooi-en/of weiland laagstamboomgaard hoogstamboomgaard loofbos bebouwde percelen bestaande bebouwing
Legende afbeelding 3 (rechterpagina): 1. Nieuwe bebouwingszones die zich richten naar de open ruimte 2.Behoud van de kerk als baken 3. Een gordel van hoogstamboomgaarden als overgang van de bebouwingscluster naar de open ruimte
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
102
Landschap Kaart 10: Mogelijk toekomstscenario deelgebied 1
00m
8 d=
3 3 2
3
1 3
3
3
Kaart 11: Krachtlijnen mogelijk toekomstscenario deelgebied 1 103
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
104
Snede doorheen deelgebied 1 (1:1000)
Montage van nieuwe bebouwingstypologie in deelgebied 1 (1:1000)
105
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
laagstamboomgaard
traditionele hoogstamboomgaard met weidedieren
groen voet-/ďŹ etspad verharde weg groen voet-/ďŹ etspad
tuin woning 2
woning 2
gemeenschappelijke koer met plek voor parkeren
woning 1
tuin woning 1
groene overgangszone
achtertuin bestaande woning
Kaart 12: Bestaande toestand deelgebied 2
Legende waterplas kanaal beek akkerland hooi-en/of weiland laagstamboomgaard hoogstamboomgaard loofbos bebouwde percelen bestaande bebouwing
bestaand
Legende afbeelding 3 (rechterpagina): 1. Nieuwe bebouwingszones 2. Een gordel van hoogstamboomgaarden als overgang van de bebouwingscluster naar de open ruimte
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
106
kaart met verdwenen bebouwing! (voor en na-landschap ook)
Landschap Kaart 13: Mogelijk toekomstscenario deelgebied 2
d= diameter=800m 1
80
0m
diameter=400m 2 1 1 2
1
2
2
Kaart 14: Krachtlijnen mogelijk toekomstscenario deelgebied 2 107
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
Kaart 15: Bestaande toestand deelgebied 3
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
108
Kaart 16: Mogelijk toekomstscenario deelgebied 3
109
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
2 1
1
2
m
00
1
8 d=
1
1
1 2 1 2 1
1 1 1
1
1 2 1
1
1 1
1
2
Kaart 17: Krachtlijnen mogelijk toekomstscenario deelgebied 3 Legende 1. Nieuwe bebouwingszones 2. Een gordel van hoogstamboomgaarden als overgang van de bebouwingscluster naar de open ruimte
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
110
111
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
112
09 COLOFON
De principes en de cases zijn het resultaat van een ontwerpend onderzoek. Dit is een onderzoeksmethode waarbinnen ontwerp een centrale rol opneemt, bijvoorbeeld om relaties tussen ruimtelijke dynamieken te analyseren; om de haalbaarheid van een ruimtelijke visie te onderzoeken; om de ruimtelijke impact van alternatieve beleidsscenario’s te vergelijken; enz. Voorliggend ontwerpend onderzoek is uitgevoerd binnen het seminarie stedenbouw van de opleiding architectuur aan de Universiteit Hasselt en later verwerkt/herwerkt door C.T. ARCHITECTS. Master studenten hebben gedurende het academiejaar 2012-2013 gewerkt rond zeven onderzoeksgebieden in de Provincie Limburg. Voor elk van deze gebieden zijn een aantal scenario’s ontwikkeld, waarvan vervolgens de ruimtelijke impact onderzocht is. Zowel de Provincie Limburg, Dubolimburg als de ambtenaren ruimtelijke ordening van de gemeenten waarin de onderzoeksgebieden liggen, zijn bij het onderzoek betrokken. Begeleiders ontwerpend onderzoek Universiteit Hasselt: Oswald Devisch, Liesbet Thewissen, Willy Miermans Studenten: Dorien Anthonissen, Sanne Bakkers, Bedia Bayran, Özirişen Buket, Niels Calicchia, Dimitri Daniëls, Katrien Desair, Thomas Dreesen, Bernard Dubois, Özkılıç Esin, Anke Geebelen, Anthony Kennes, Kasper Konings, Pieter-Jan Kosten, Philip Lefèbvre, Ilse Leijnen, Robrecht Martens, Jeroen Palmaers, Kimerbly Steukers, Marguerite Vanasch, Sonni Vandecraen, Vincent Verboven, Elisah Willen C.T. ARCHITECTS : Liesbet Thewissen, Kristof Mariën
113
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
VERDUURZAMING SUB-URBAAN LIMBURG
114