Zz 2004 1

Page 1

ZEEZEILEN Schipper en Schip

Jaargang 23 nummer 1, maart 2004 www.pzv-zeezeilen.nl

Langs Portugal met de Zalang

Steek van Hunter of Rigger

Excursie jachtontwerp


Inhoud 3 3 4 8 12 14 15 16 22 23 26 28 29 30

32 33 35 36 37 38 39 41 42 42 43

Redactioneel Hans van Reenen Van de voorzitter Philip Beekman Nieuwe leden De nieuwe leden Schipper en schip Wim Becker Schipper en haven Alphons Dr端bers Vanuit het kraaiennest De uitkijk Natte kunst Docus Heringa Langs Portugal met de Zalang Stef Hoonhout De Chirurgijn Aad Bostelaar Zomerprogramma 2004 Peter Slikkerveer Excursie jachtontwerp Bauke Sijtsma Bezoek waterpolitie aan PZV Bert ten Hoeve Captain Cook & Co Over zeilmakers, zeilen en latten Hans van Reenen en Bep Delissen Ramsgate-2004 Lidia Roesink Kanaal 77 Marifoonbereik Arend Jan Klinkhamer Steek van Hunter of Rigger Joep Droogh Een zuinig navigatielicht Philip Beekman Handigheidjes Arend Jan Klinkhamer PZV Jaarverslag 2003 Aitske de Jong Monsterrol leden Monsterrol boten Colofon PZV in kleur

Kalender Informele clubborrel in de Trafalgar Pub: Elke eerste woensdagavond van de maand, 20.00 uur wo 31 wo 7 wo do di za za do

21 29 4 15 22 10

wo 7 za 14 wo 29

mrt Verschijnen Zeezeilen nr 1 april Informatie avond voor deelnemers CAM-race, in de Pub om 20.00 uur april Doorrekenen Ramsgate tocht, in de Pub om 20.00 uur april Briefing Ramsgate tocht, in de Pub om 20.00 uur mei Lichtherkenning op zee, in de Pub om 20.30 mei Begin Ramsgate tocht in Stellendam en IJmuiden mei Sluitingsdatum kopij Zeezeilen nr 2 juni Napraat avond Ramsgate tocht, in de Pub om 20.00 uur juli Verschijnen Zeezeilen nr 2 aug Sluitingsdatum kopij Zeezeilen nr 3 sep Verschijnen Zeezeilen nr 3

Voor alle activiteiten in het kader van het zomer programma (excl de Ramsgate tocht), zie dit nummer op pagina 23 en 24

Schipper en haven

2

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004


REDACTIONEEL

H

eeft u ook al een beetje de kriebels? Wat gaat de tijd toch snel! Bij het schrijven van het vorige redactioneel konden we, omdat ons scheepje weer netjes op het droge stond, een gevoel van opluchting nauwelijks onderdrukken. We hadden de winter en de jaarwisseling nog vóór ons, en het volgende hoofdstuk van ons actieve zeilersbestaan was nog een droom. Terwijl ik dit schrijf hebben we Boot Düsseldorf alweer achter de rug, zitten we midden in de Boot Holland week en hebben we de Hiswa in ’t verschiet. Dan gaat het toch kriebelen, zeg nou zelf! Het voor u liggende nummer van Zeezeilen zal die kriebels zeker versterken. Het nieuwe zomerprogramma, tips en handigheidjes, de voorbereidingen voor weer een nieuwe Ramsgate-tocht en niet te vergeten wat zonnige Portugalverhalen van Stef Hoonhout. Als dat allemaal nog niet genoeg is om zo snel mogelijk weer het water in te gaan, dan

‘W

weet ik het ook niet meer. Overigens is het niet onverstandig om er een beetje bijtijds in te gaan. Het geeft je de gelegenheid om in te zeilen en alles aan boord weer even na te lopen en zonodig aan te passen, zodat tegen de tijd dat de Ramsgate week daar is, je

Hans van Reenen schip ‘pico bello’ in orde is. En dat moet toch eigenlijk ook. Voordat we het water in kunnen moet

er zoals gebruikelijk nog wel het één en ander gebeuren. Ook dat werk heeft best wel zijn charmes vind ik, hoewel ik moet zeggen dat ik het vroeger, toen ik bij het vaarklaar maken en poetsen van onze Lady Five gezelschap had van vier enthousiaste ladies, gezelliger vond. Dat doet me overigens denken aan de begintijd van de vereniging. Sommige schippers die in de omstandigheden verkeerden waarin ik nu verkeer, maakten samen met hun Ramsgate crew het schip vaarklaar. Een leuke gelegenheid om elkaar en het schip vast te leren kennen. Als je dan na de tewaterlating ook nog een weekend met elkaar ging zeilen, om aan boord een beetje wegwijs te raken en gezamenlijk de nog voorkomende probleempjes te verhelpen dan kwam je best goed voorbereid aan de start. Een ideetje om weer eens op te pakken? Het lijkt me eigenlijk best een goede remedie tegen de kriebels !

Van de voorzitter

e worden toch geen zeilschool?’ Dit was één van de vragen die tijdens de laatste ALV in de discussie over ‘PZV stuurt bij’ werd gesteld. Mijn antwoord daarop was ‘zeker niet!’’. Het verslag van de discussie nog eens nalezend lijkt me enige nuancering op zijn plaats. Als bestuur hebben we rond het thema ‘opleiden, leren en ervaring opbouwen’ een aantal gesprekken gevoerd. Als vereniging hebben we op genoemde terreinen best wel enige historie, immers een aantal van onze leden heeft mede aan de wieg gestaan van het CWO programma voor zeezeilen. Destijds hebben we ervoor gekozen niet door te gaan met een instructieprogramma zoals het CWO. We konden en wilden op termijn de lasten daarvan niet meer dragen. Onze schippers wilden (en willen) hun schip graag delen met opstappers, maar niet iedereen wil daarbij ook steeds als instructeur optreden. De conclusie uit onze gesprekken was dus: we beginnen niet opnieuw aan geprogrammeerde instructie. Vandaar mijn antwoord: we willen zeker geen zeilschool worden ! Maar daarmee is de kous niet af. Om te beginnen wil iedere zeezeiler blijven

verbeteren en is er dus wel degelijk sprake van een wens tot leren binnen de PZV. Niet alleen van de kant van beginnende zeezeilers, maar ook van die van ‘meer ervaren zeebonken’. Vandaar dat we een ‘ad-hoc’ commissie hebben ingesteld, die zich buigt over de vraag hoe we aan die wens het best tegemoet kunnen komen. De commissie is bijna

Philip Beekman klaar met haar advies en we wachten met belangstelling en een zekere spanning op dat advies. Er dient zich in dit kader overigens nog een andere vraag aan. Als we geen zeezeilschool zijn, en als er dus voor beginnende zeilers eigenlijk geen plaats is (N.B: dat wil zeggen dat je, als je lid wilt worden, moet kunnen zeilen!), wat voor leden en introducés willen we dan

wel? Op die vraag is niet zomaar een pasklaar antwoord te geven. Het is duidelijk dat zeezeilen van alles net een beetje meer is. In vergelijking tot zeilen op binnenwater is er bij het zeilen op ruim en open water in ieder geval sprake van langere tochten, meer golven, en vaak ook de noodzaak om onder zeil maaltijden te bereiden. Op zeereizen komt daar nog van alles bij, zoals: navigeren, wachten draaien, in het donker varen en sturen en gedurende langere tijd op elkaar aangewezen zijn. Als open vereniging willen we niet te beperkend omgaan met het lidmaatschap. We willen echter ook geen open zeilschool zijn. Zeilen op zee stelt wel bepaalde eisen aan kennis, ervaring en conditie. Daarom vinden we een soort van ingangstoets voor aspirant leden toch wenselijk. Voor zo’n toets bestaat geen pasklaar instrument. We zullen daarbij derhalve vooral op een gezond eigen oordeel af moeten gaan. Er zijn voor de vorming van een dergelijk oordeel wel een aantal aandachtspunten. Ik noem u de volgende: - zelfstandig kunnen zeilen op open boten;

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

3


NIEUWE LEDEN

- bij voorkeur enige ervaring op zeiljachten; - de conditie en mentaliteit om de omstandigheden op zee het hoofd te bieden; - een sociale en actieve instelling aan boord. Om de aangepaste ingangstoets in de praktijk te kunnen brengen hebben we de aanmeldingsprocedure (en het bijbehorende formulier) aangepast. Voor het geval dat tenminste twee leden een betrokken aspirant lid kennen en voor hem of haar als referent kunnen en willen optreden, gaan we er van uit dat zij zich in hun oordeel laten leiden door de aandachtspunten als hiervoor genoemd. Zijn er niet zulke referenten, dan zal het

Wie wind zaait zal storm oogsten, het loopt storm op PZV: liefst acht nieuwe leden stellen zich in dit nummer voor.

Michel en Bianca Symonsma

M

oeilijk om voor ons beiden een stukje “wij stellen ons voor” te schrijven. Dit gaat dan dus maar in de ik-Bianca-vorm en hij is dus Michel.

Vanaf een paar maanden na mijn geboorte ging ik al mee zeilen met mijn ouders in een hangwiegje onder de mast van de Regenboog. Wij waren ieder jaar de hele zomer op Loosdrecht en daar heb ik ook leren zeilen. Toen ik klein was in een 9-voets en later in een 12-voets jol, wat toen het bekende jeugdbootje was. Altijd lid geweest van de KWVL en ook wedstrijd gezeild in de Hollandweek en Loosdrechtweek. Naar de Kaagweek en 4

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

bestuur zich een oordeel vormen. De secretaris zal in dat geval contact zoeken met het aspirant lid, en toetsen of aan de toelatingscriteria wordt voldaan. In geval van twijfel is er de mogelijkheid van ruggespraak met andere bestuursleden. Ook behouden we ons in bepaalde gevallen het recht voor om te adviseren eerst eens ter kennismaking aan een wat eenvoudiger activiteit (bijv. rondje buitenom) mee te doen. Daarmee kunnen we onaangename verrassingen voorkomen, en wordt de veiligheid gediend. Zeezeilen is als sport de laatste jaren veel toegankelijker geworden. De schepen zijn groter, makkelijker te bedienen en comfortabeler. Er is fantastische navigatie- en communicatieapparatuur. Ook

de kleding is sterk verbeterd en draagt bij aan comfort en veiligheid. Dit alles maakt het gewoon gemakkelijker om een tocht op zee te maken. Onder gunstige omstandigheden kan het bedrieglijk eenvoudig lijken. Maar de omstandigheden kunnen snel veranderen, en dan moeten schip, schipper en bemanning zich ook kunnen handhaven. En wil een schipper zelf van enige rust aan boord kunnen genieten, dan moet hij behoorlijk op zijn bemanning kunnen vertrouwen. Het is met deze gedachten in het achterhoofd, dat wij bovenstaande aanpassingen willen doorvoeren. We rekenen daarbij op de steun en medewerking van u allen.

Nieuwe leden Sneekweek gingen we met een sleep vanaf Loosdrecht, en dat was vooral veel lol. Mijn ouders hebben altijd wel een zeiljachtje gehad en zelfs een aantal jaren een Botter op het IJsselmeer. Toen Michel in de familie kwam werd hij direct aangestoken (hij had wel eens gerietzeild!) en regelmatig gingen wij een dagje of een paar weken het water op met de boot van mijn ouders. Inmiddels hadden wij twee kinderen gekregen en wilden natuurlijk een eigen boot. Wikken en wegen, toch ook naar het buitenland op vakantie willen en eindelijk besloten we om een motorboot te kopen om lekker door de mooie watertjes van Nederland te trekken. Dat is trouwens ook fantastisch leuk, we zijn echt overal geweest. Daarbij mis je wel je zeiltje, we hadden er voor de jongens wel een Lasertje bij waar we zelf ook af en toe in konden sportzeilen, maar toch... Nu inmiddels 5 jaar geleden, de kinderen woonden al niet meer thuis, toch maar een zeiljachtje gekocht, een Dehler 28S. En blij, blij, wij lekker het Markermeer op. We liggen in Muiderzand en zijn bijna ieder weekend, en natuurlijk de zomervakantie, ergens op het water te vinden. Meestal op het Marker- en IJsselmeer, maar met een diepgang van 1,35 m komen we ook vaak in Friesland.Twee

jaar geleden zijn we in Zeeland geweest, maar sorry, leuk voor een week en echt mooi daar, maar toen wilden we toch weer even echt zeilen op het “grote” water. Maar hoe groot is dat daar nu eigenlijk, Michel wil alsmaar naar het echte grote water, de zee dus.Nou was die Dehler best zeewaardig en we hadden alle navigatie-apparatuur aan boord, maar

toch…..met 28 voet en een 10 Pk motor kon ik daar niet enthousiast voor worden. Inmiddels is de Dehler verkocht en krijgen we eind maart onze nieuwe boot, een Jeanneau Sun Odyssey 37. Al jaren geleden hadden we gehoord van de PZV en min of meer toevallig kwamen we op een voorlichtingsmiddag terecht. We zijn direct enthousiast geworden en hebben ons aangemeld als lid. We wil-


NIEUWE LEDEN

len graag mee met de Ramsgate-tocht. Waarschijnlijk toch maar eerst als opstappers en dan eerst eens meemaken hoe dat gaat op zee, met getijden en navigeren en zo. Over twee jaar mag Michel waarschijnlijk in de VUT en dan hebben we de tijd aan onszelf en willen een paar maanden naar de Midi, Kroatië, Griekenland en zo. Dat zie ik wel zitten. Want eerlijk, ik ben een mooi-weer-zeilster, veel wind is heerlijk, maar aan kou en regen heb ik de pest . Michel daarentegen zou ook in de winter wel op zijn boot willen blijven, brrrr.....

Annemarieke van der Meij

M

ijn naam is Annemarieke van der Meij. Ik ben 40 jaar, woon (nog) in Buren in de Betuwe, en ben werkzaam als beleidsmedewerker bij het College voor Zorgverzekeringen in Diemen. Ik houd mij bezig met beleidsevaluerend onderzoek en monitoring op het terrein van de farmacie. Het CVZ werkt voor het ministerie van

VWS. Het is een hele leuke en boeiende baan. Ik ben alleenstaand en heb geen kinderen. In mijn vrije tijd ben ik daarom veel op stap en doe ik heel veel dingen. Zo houd ik veel van paardrijden, hardlopen, skaten, fietsen, wandelen en natuurlijk van zeilen. Ik zeil al sinds mijn twaalfde jaar. Mijn vader was oorspronkelijk eerste stuurman bij de Koopvaardij en begon – nadat hij een aantal jaren lesgaf op de Hogere Zeevaartschool in Amsterdam – het grote water toch wel te missen. Mijn ouders hebben toen in Engeland een zeewaardige catamaran gekocht en daar hebben wij sindsdien heel wat (zee)mijlen mee gevaren. Mijn vader had lange vakanties waardoor we ook in de zomer grote tochten konden maken. Zo zijn we een keer alle

Waddeneilanden afgegaan, inclusief de Duitse. We zijn naar Engeland overgestoken met als einddoel het eiland Wight en naar Denemarken geweest. En verder hebben we heel wat op het IJsselmeer vertoefd en in het begin – toen het nog niet zo druk was – ook op de Friese meren. Vanaf begin ‘90 zijn mijn jongste broer en ik ook veelvuldig zelf met de boot op stap gegaan. Helaas heeft mijn vader in 1998 de boot verkocht, waarna ik tot vorig jaar vooral in open kielbootjes heb gezeild. Ook heel leuk, maar ik begon het grote water toch steeds meer te missen. Afgelopen zomer heb ik daarom een zeezeilcursus gedaan en ben ik met de zeilschool het Wijdewater van Zaandam naar de Kanaaleilanden en weer terug gevaren. Een prachtige ervaring, ik heb toen ook onder andere als wachtleider gefunctioneerd. Momenteel ben ik ook actief aan het zeilen, ik doe namelijk – vanuit de zeezeilschool Scheveningen - mee aan de IJspegelrace. Dit vind ik ook heel erg leuk om te doen. Afgelopen najaar heb ik examen gedaan voor het Basiscertificaat marifonie en Marcom-B, en momenteel ben ik met de cursus TKN bezig. Het examen daarvan is op 3 april aanstaande. Verder denk ik erover om in het voorjaar een schipperstraining te gaan doen, maar dat is nog niet zeker omdat ik in die tijd ook nog ga verhuizen. Ik ga n.l. dichterbij mijn werk wonen in Almere, vlakbij het Gooimeer!! Omdat ik graag wil zeilen op het grote water en zelf geen boot heb, ben ik op internet gaan zoeken naar (zee)zeilverenigingen en zo heb ik kennisgemaakt met de PZV. Ik raakte meteen enthousiast en heb me direct opgegeven. Ik ben zeker van plan om in de komende tijd veelvuldig aan activiteiten mee te gaan doen. Ik heb me al opgegeven voor de Ramsgate-tocht. Dus ik zeg maar zo, tot ziens!!!

O

Heel. Stuurboord is rechts enne ... Ohé en Laak is over de Maas richting zuid te bereiken. Na wat klein spul, een ‘Vrijheid’ opgeknapt en later een ‘Domp 740’, waar de Maas en de grindgaten in Limburg en België nog mee bezeild worden. Met Fiona, mijn dochter, op haar zeilsloep van 10,15 m het IJsselmeer, de Wad-

denzee en Oerol in het logboek bijgeschreven. Zonder enige zeezeilervaring stapte ik dus aan boord van de ‘Lady Five’ van Hans en Bep van Reenen, samen met Carel Leemhuis, voor de Ramsgatetocht van 2003. Een geweldige ervaring met heel fijne mensen. Mijn dank hiervoor! Ik ben 63 jaar en ben getrouwd met Carol. Mijn dochter Fiona, die ik al noemde, en mijn zoon Leendert zeilen veel beter, maar ik práát er meer over. ...And we’ll sing in joyful chorus, in the watches of the night, And we’ll sight the shores of England when the grey dawn brings the light.

Marc Verwillegen

S

amen met mijn zus zaten we in de kuip met beide handen om de fokkenschoot geklampt, totdat mijn vader van achter het roer “ree” riep, en we samen de fokkenschoot lieten

Leo de Bell

ver afscheid nemen, het gevaar, de vrouwen, de drank, het avontuur en het verlangen naar de thuisreis wordt in ‘shanty’s’ gezongen. Iedere klus aan boord van dwarsgetuigde schepen kende zijn eigen shanty. En omdat deze jongen uit volle borst in het shanty-koor ‘Dwarsgetuigd’ uit Nuenen zingt, weet hij dus waarover hij spreekt als hij het over zeezeilen heeft. In een grijs verleden begonnen met een Flying Junior op het grindgat in Pol bij

vieren en vervolgens naar de andere kant van de boot kropen of ons leven er PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

5


NIEUWE LEDEN

van af hing. Zo zagen mijn eerste zeilervaringen op de Vinkeveense plassen, waar we enkele keren in de zomer een BM 16 kwadraat huurden, er wel zo’n beetje uit. Mijn vader achter het roer met de grootschoot in zijn hand en mijn moeder voor in de kuip uitgerust met boekje, koelbox en thermosfles. Zo voeren we als gezinnetje over de Vinkeveense plassen en door de kreekjes. Ja, dat was altijd een hele belevenis. Het vervelende aan dit zeilen vond ik die zwemvesten, waarin je alle bewegingsvrijheid kwijt leek te zijn. Wat had ik een hekel aan die dingen. Naarmate ik ouder werd, werd er steeds minder gezeild, totdat ik vrienden kreeg die ook zeilden en het zeilen weer een nieuwe impuls kreeg. We gingen dan weekenden of met Hemelvaart naar Friesland, om daar heerlijk te genieten. Want dat is zeilen, puur genieten van het water, de wind en de rust die het water geeft. En dan heb ik het nog niet eens over de hele appeltaarten die we daar hebben verslonden, een bezigheid die aan mij welbesteed is. Ook heb ik enkele weken bij Ichthus gezeild, wat oorspronkelijk een christelijke studentenvereniging is, en misschien bij enkelen wel bekend. Voor binnenwater heb ik zo’n beetje een gemiddelde zeilervaring. En voor op zee niet of nauwelijks. Met vrienden ben ik een enkele keer vanuit Zeeland op de Noordzee geweest, maar dat was heel erg kort. Vorig jaar heb ik een week in Griekenland gezeild op de Middellandse zee maar of dit een zee genoemd mag worden, ik heb zo mijn twijfels, maar leuk was het in ieder geval wel. Als je meer zee-ervaring op wilt doen met echte zeebonken, dan is PZV wel de aangewezen mogelijkheid.

Joep Vermeulen

H

oe begon het ook al weer? Oh ja met kleine eigengemaakte zeilbootjes, die vervolgens uit het zicht verdwenen op de vijver van het Wilhelminapark in Utrecht, omdat de aan elkaar geknoopte stukjes touw niet overal goed vast zaten. De zeeverkennerij met de lelievletten en stalen schouwen wakkerde de liefde voor het water steeds meer aan. Later was het op Loosdrecht met de zestien-kwadraats van Ottenhome. Elke vakantie werd naast het wandelen in de bergen, ook voor een deel op het water doorgebracht. Met stalen huurschepen hebben mijn vrouw en ik de Friese Meren en het IJsselmeer beva6

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

ren. Groter water was er nog niet bij: mijn vrouw wilde altijd de kant blijven zien. Voor mijn drie kinderen was geen zee te hoog. Die liefde hebben ze echt van mij. Een baan als docent op de Pedagogische Akademie in Eindhoven deed ons verhuizen vanuit Nunspeet, waar ik zes jaar onderwijzer was geweest. In 1972 kocht ik mijn eigen boot, een Sailfish 18, een fantastisch all-round bootje. Met een diepgang van 30 cm. konden we droogvallen en de kleinste slootjes waren bevaarbaar. Het IJsselmeer en de Zeeuwse wateren stonden regelmatig op het programma. Met wat passen en meten konden we er met ons

vijven in slapen. Toen kwam de Dufour 1800, een zeer goede zeiler, maar na een jaar weer verkocht, omdat er nagenoeg geen gebruik van kon worden gemaakt. De kinderen hadden zoveel hobby’s en er waren geen kopers voor de Sailfish. Eigenlijk speet me dat niets, want vanuit de grindgaten bij Lith konden met de Sailfish via de Maas, Waal en IJssel (of gewoon op de trailer achter de auto)heel wat tochten gemaakt worden naar de Friese meren en het Ijsselmeer. Wat later ontdekte ik de Biesbosch en de Zeeuwse wateren: via de Waal heen en de Maas terug. Drimmelen was voor deze bestemmingen een betere optie en dat werd dan ook de nieuwe thuishaven. De heerlijke Biesbosch en het grotere water onder handbereik. Binnen in de Sailfish was het wel erg klein en mijn rugpijn gaf de doorslag. Drie jaar geleden kocht ik een Feeling 720, met kiel-midzwaard en strijkbare mast. Ik doopte haar ‘ Kia Kaha’ wat in het Maorie (Nieuw Zeeland) ‘wees sterk’ betekent. Mijn kinderen waren zeer verontwaardigd dat ik toen pas zo’n ‘luxe’ boot kocht. Een boot met een echt toilet. Zíj hadden het altijd op de emmer moeten

doen. De laatste tien jaar, tijdens mijn wereldreizen als back-packer, bleef de zee altijd trekken, zeker na twee zeiltochten om de Withsundays in Australië. Alleen hoe moest ik omgaan met mijn gevoeligheid voor zeeziekte? Zowel tijdens het duiken, als het parapenten en het rijden in een schokkerige bus moet ik vaak pillen slikken om de misselijkheid de baas te worden. Aan het roer geen probleem, maar binnen is het meteen raak. Een wondermiddel uit Zierikzee, Belgische reiscapsules, zou uitkomst bieden. Dus: gepensioneerd als hoofddocent van de PABO in Eindhoven met een zee van tijd (dus niet), wordt de boot uitgerust voor het zeezeilen. Alle ingrediënten, als marifoon, GPS, stuurautomaat enz. zijn aangeschaft. Nu nog het Marcom-B diploma halen en de zee op. Nu doen, want straks ben ik dood en dan is het: ‘had ik maar’. ‘Ga toch eens meezeilen met de PZV.’ zei Frans Jansen ooit. Lang geaarzeld, maar een gesprek met een PZV-echtpaar in de boekwinkel van Van Piere gaf de doorslag. En hier ben ik dan. Ik heb al gemerkt dat ik van jullie heel veel kan leren. Verlangend en ook een beetje bezorgd kijk ik uit naar de Ramsgate tocht.

Kees v.d. Vuurst de Vries

I

n mijn jonge jaren heb ik met vrienden en vriendinnen gezeild op de Loosdrechtse plassen. We huurden dan een vergrote B.M. Na mijn studie ben ik in dienst gegaan en daarna ge-

trouwd met Jopie Musquetier. We hebben drie prachtige dochters gekregen en inmiddels hebben we ook drie kleinzonen. Door omstandigheden kwam er niet veel


NIEUWE LEDEN

meer van zeilen. Varen heeft echter altijd mijn belangstelling gehouden. Toen mijn VUT in zicht kwam heb ik zeillessen genomen in een Valk, om te zien of ik zeilen nog steeds leuk vond. Ik was weer helemaal enthousiast. De jaren daarop heb ik kajuitjacht-zeilen 1en 2 gehaald. Het zeilen bleef ik leuk vinden. In 2002 ben ik gepensioneerd, dus voldoende tijd om te reizen en te zeilen. Eind 2002 hebben wij een Dehler Optima 92 gekocht in Kerkdriel, en daar ligt de boot -de ‘Mermaid’- nu ook. Onze boot is zeewaardig, de bemanning echter niet. Mijn vriend Frank Thissen (lid PZV) wees mij er op dat je via de PZV, als opstapper, ervaring kon op doen in zeezeilen. Eind verleden jaar ben ik lid geworden. Voor de cursus TKN heb ik mij inmiddels opgegeven en ik zal me ook opgeven als opstapper voor de tocht naar Ramgate. Het uiteindelijke doel is, na de nodige ervaringen via de PZV opgedaan te hebben, om met de ‘Mermaid’ over te steken naar Engeland. Ik hoop in de vereniging nog veel (zee)zeilervaring op te doen en plezier te hebben.

I

Willem Triki

k ben Willem Triki 42 jaar, getrouwd en vader van twee kinderen. Sinds september 2003 ben ik lid van de PZV. Via pastoor Holtus ben ik op mijn 12de in aanraking gekomen met zeilen. Deze had een eiland in de Loosdrechtse plassen waar hij zeilkampen

organiseerde. Nu, dertig jaar later zit ik in het bestuur van de Thorner zeilclub en in de organisatie van de Euregio regatta. Als fanatiek zeiler ben ik iedere vakantie, met mijn boot te vinden op de

binnenwateren van Nederland, en ben ik de trotse eigenaar van een Rebell Mark II, een kajuit zeiljacht van 25 voet. Met de PZV ben ik in aanraking gekomen via Frans Jansen. Tijdens ons zwemavondje op maandagavond ging het altijd over zeilen. Frans had mij al een paar keer geprobeerd over te halen om mee te gaan met de Ramsgate tocht. In 2002 wilde ik voor de eerste keer mee, maar de boot van Frans lag op de werf voor reparatie van zijn roer. Omdat ik dolgraag eens met Frans zijn boot wilde zeilen, besloot ik om het een jaartje uit te stellen. In 2003 ben ik meegegaan en erg enthousiast geraakt over de sfeer en gezelligheid bij de PZV. In de toekomst wil ik met mijn eigen boot eens langs de kust zeilen en daar kan ik de ervaringen binnen de club goed bij gebruiken. Tijdens het winterzeilen, wat voor mij een absoluut hoogtepunt was, ben ik ervan overtuigd geraakt dat dit een vereniging is waarin ik nog veel plezier ga beleven.

I.M.S. Industry and Marine Supplies Importeur onderdelen scheeps- en camperbouw Blankensteijn 18 5321 GN Hedel

Telefoon 073-5994703

Fax 073-5994604

KORTING 15-40% bij een minimaal aankoopbedrag van € 50,PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

7


SCHIPPER EN SCHIP

Schipper en schip Wim Becker vertelt over zijn Poesterd, een Koopmans 42, wat hij er mee gaat doen maar vooral ook wat er aan vooraf ging.

Wim Becker

D

eze keer een schipper die zich maar zo nu en dan in PZV-verband laat zien. Ooit waren dat de Ramsgate avonturen, later redactionele activiteiten voor PZV Zeezeilen en onlangs deelname aan de Marcom-B cursus van Henk Ankersmid (met dank aan Henk “cum laude”!). Ook onlangs bij toeval deelnemer aan een “wilde” PZV-aktiviteit naar St Malo. Dat laatste behoeft enige uitleg. Tijdens de afgelopen vakantie, richting St Malo, gingen wij samen met Tjebbe Klein (ook PZV-er) en zijn Pauli met hun Minor ten anker in Braye Harbour (Alderney). Twee PZV-schepen, dus ook een PZV-activiteit, zij het een “wilde”. Alle moorings waren bezet. Eenmaal afgemeerd zocht ik contact met de Xeres, waarop onze zoon Stijn, die mogelijk in de buurt was. Xeres nam deel aan de wedstrijd Scheveningen - La Rochelle, die zij, zoals ik achteraf hoorde, gingen winnen. Aite de Jong, van de Annies, reageerde op onze oproep en vertelde ons over hun officiële PZV-tocht naar de Kanaaleilanden. Leuk om elkaar op onverwachte momenten te ontmoeten. Ook dat is een bijzonder aspect van zeezeilen! Om bij het begin te beginnen: Je bent jong en groeit op aan het water dat in ruime mate aanwezig is in de Noordwesthoek van Overijssel. Varen bleef toen noodgedwongen beperkt tot een gehuurde zeilpunter of een zeilkano. Een houten wedstrijdschakel staat

8

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

bovenaan de verlanglijst maar is nog te hoog gegrepen. Ik heb toen veel van de snelle schakels genoten ,helaas alleen op afstand. Voor mijn boterham ben ik, na mijn militaire diensttijd, naar Eindhoven verhuisd. Het water was daardoor opeens erg ver weg. Zeilen heb ik toen uit mijn hoofd gezet en een zeilboot kopen al helemaal. Samen met Marie José, van oorsprong een West- Brabantse, bleef het enige bootje voorlopig het huwelijksbootje. Maar blijkbaar was het verlangen naar water niet helemaal gedoofd. In de vroege zeventiger jaren, als wij op het punt staan om op kampeervakantie naar Frankrijk te gaan lees ik voor vertrek nog even het Eindhovens Dagblad. “Een houten Schakel te koop met trailer, met motor, met alles d’r op en d’r aan”! Toch maar even een telefoontje ple-

gen. De verkoper woont dichtbij, aan de Boschdijk. De koop is snel gesloten en we mogen de boot een paar weken bij de verkoper laten staan. Het rondje Frankrijk wordt in recordtijd afgelegd en daarna hebben we nog heerlijk genoten van onze “nieuwe” Schakel, La Mouette geheten. Zo begon het. Met La Mouette hebben Marie José en ik, veel plezier beleefd, met name in Kerkdriel en d’n Dooien Arm. Ook onze hond, Borus had, dachten wij(?), een prima plek aan boord. We zijn zelfs een keer op vakantie naar Terherne gegaan. Met de tent aan het water en de boot voor de tent. Fantastisch. Inmiddels leerden we Eindhovenaren kennen die elders een boot hadden liggen. Echt zeilwater lijkt steeds dichterbij te komen. We gaan denken aan iets ruimers, een Waarschip 570 bijvoorbeeld,


SCHIPPER EN SCHIP

een echt kajuitzeiljacht! In januari ‘77 rijd ik, met een geleende trailer, richting ’t Waar, in Groningen, om mijn Waarschip 570, in houten bouwpakket, op te halen. De boot (570x250) past precies in onze carport (600x300) die voor de komende maanden met plastic van de Boerenbond wordt omgebouwd tot scheepswerf. Dat wordt hard werken want we willen varen en wel vanaf het begin van het seizoen. Het bouwen van een schip bestaat voor meer dan de helft van de tijd uit “kijken” en passen. Het grote voordeel van dicht bij huis bouwen is dat het “kijken” nauwelijks extra tijd kost. Dat is alvast gewonnen. Medio mei wordt het schip Poesterd gedoopt en feestelijk te water gelaten. Poesterd blijkt een prima zeiler die we bij de juiste wind met de spinaker in plané kunnen trekken. We hebben er veel zoet water mee bevaren; grote rivieren, IJsselmeer en de Friese meren. De Volkeraksluis, toen een scheiding tussen zoet en zout water, beschouwden wij als een natuurlijke barrière. De angstaanjagende bellenbaan versterkte dat effect. Zoiets passeer je niet lichtzinnig… Na een jaar of vier dient zich gezinsuitbreiding aan. Het Waarscheepje wordt wel erg primitief. Geen toilet en stromend water aan boord en ook geen af te scheiden ruimte. We verkopen het schip aan een echtpaar dat er in principe net zo overdenkt. Hun schip, een Varianta, wordt ook te krap vinden ze. Bij hen is het derde kind op komst… Vrienden van ons hebben hen dezelfde zomer nog zien varen op de Middellandse Zee. Pa, hoogzwangere ma en twee kindjes en dat allemaal in ons Waarschip 570 dat wij tweeën te beperkt vonden met een baby erbij. Perception is all there is. Het volgende schip wordt een Friendship 26, opnieuw Poesterd genaamd. Een snelle zeiler volgens het recept van Jac. De Ridder. Weke kimmen waardoor de boot aan de wind snel gaat hangen maar dan wel stabiel en hoog aan de wind zeilt. Met dit schip hebben we ons vaargebied uitgebreid en de eerste zee-ervaringen opgedaan langs de Nederlandse en Belgische kust en de Waddeneilanden. Met deze Poesterd hebben we de eerste “oversteek” gemaakt en ook enkele malen

meegevaren met “de Ramsgate”. Gedurende een jaar of tien hebben we met de Friendship veel plezier beleefd. Het vaarwater werd steeds ruimer en daarmee de behoefte aan comfort en zekerheid steeds groter. We gaan weer denken aan “meer”. De contouren van een echt stoer en robuust zeeschip worden langzaam maar zeker steeds duidelijker. Op een regenachtige zaterdag in 1991 stappen we aan boord van een stalen Breewijd 31 (ontwerper Aad de Lange). Te koop, slechts een jaar of vijf oud. De eigenaar, een zeeman van de wilde vaart, had het schip laten bouwen voor een reis om de wereld maar wil nu het schip verkopen omdat privé-omstandigheden een lang durende reis blokkeren. Zijn plannen voor een wereldreis zijn geen grootspraak want hij is al eens solo met een Friendship 28 van Rio de Janeiro naar Kaapstad gezeild. De uitrusting is op zo’n oversteek berekend. Alles degelijk uitgevoerd, semi S-spant, gewicht 8,5 ton, kottergetuigd en een echt passaat tuig. Een, op papier, pracht schip. Maar in werkelijkheid…. Het ziet

er niet uit. Boven water heeft het schip alle mogelijke en onmogelijke kleuren. Overheersend hemelsblauw en verder wit, grijs, geel, rood en groen. “Voor de veiligheid op zee wil ik een opvallend schip”: aldus de eigenaar.Dat is in alle opzichten goed gelukt. Het onderwaterschip is geteerd maar door de roestvorming meer bruin dan zwart. De bezichtiging van binnen valt ook al niet mee. Bij de opening van het luik komt ons de vette walm van diesel en terpentine tegemoet. Van binnen een troosteloze aanblik. Duidelijk het schip van een vrijgezel; vier jaar lang niet schoon gemaakt. De beschermfolie zit nog op het RVS van het fornuis. Onder de vloer een bilge vol met een mengsel van diesel en water en omdat een semi S-spant veel ruimte onder de vloer heeft was er dus ook erg veel dieselwater. De problemen zijn de schipper duidelijk boven het hoofd gegroeid. Met materiaalkeuze en beslag lijkt niets mis. Al met al een opknapper, ik zie er wel wat in, in tegenstelling tot Marie José maar zij gunt mij toch het voordeel van de twijfel. Een keuring op motor en constructie moet de doorslag geven. Het oordeel van de ANWB expert is al met al positief; er is best wat van te maken. Dus wordt de koop gesloten. Het onderwaterschip en vrijboord heb ik professioneel laten behandelen. (stralen en spuiten van verflagen) Dek en binnenwerk heb ik zelf onderhanden genomen. Een flinke, maar leuke klus. Het water in het schip blijkt veroorzaakt door een niet goed passende gland en een door putcorrosie(!) lekkende RVS watertank. Over de renovatie kan ik veel vertellen maar dat voert te ver. Het zal duidelijk zijn dat ik door de opknapbeurt het schip in al z’n details heb leren kennen. Deze Poesterd blijkt ondanks het forse gewicht een goede zeiler. Vanaf 12 knopen wind blijken schepen van gelijke lengte met de helft van het gewicht over het algemeen niet sneller te zijn. Zeker niet wanneer de wind doorzet tot 20 knopen of meer. Met dit schip hebben we opnieuw het vaargebied aanzienlijk kunnen verruimen. Echte tochten, die langer duurden dan een etmaal, hebben we er niet mee gemaakt. Wel tochten met veel wind. En ook tochten met mist. Toen we op een keer met helder weer uit Dover richting DuinkerPZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

9


SCHIPPER EN SCHIP

ken vertrokken doken we bij de shipping lane in dichte mist. Wat te doen, teruggaan of doorvaren? We besloten door te varen en kregen het gevoel geblinddoekt de Poot van Metz over te steken. Drie uur is dan heel erg lang. Een radarinstallatie blijkt opeens geen overbodige luxe en die kwam er dan ook. Rustgevend! Na een jaar of acht gaat het toch weer kriebelen. Zullen we nog een keer een groter schip kopen, 36-38 voet? Een Koopmans ontwerp lijkt ons het einde. Elegante schepen en echte zeezeilers, veel begaanbaar dek vóór de mast en een doordachte constructie en indeling. En natuurlijk het nodige comfort, immers bij het ouder worden, worden ook de wensen opgeschroefd. Een schip met kielmidzwaard, waardoor elke haven bereikbaar, vergroot het vaargebied. Daardoor kan de drukte letterlijk en figuurlijk worden omzeild. Je levert met zo’n schip op aandewindse koersen in, maar dat is niet zo erg gezien de voordelen, die je ervoor terugkrijgt. Overigens, als je echt snel wilt gaan kan je beter een auto of vliegtuig nemen. Met dit wensenplaatje ga ik op zoek. Van binnen blijken de Koopmansen spartaanser dan ik hoopte. Geen echte stahoogte voor de opbouw, beperkte luxe en vaak veel geleden. En wat nog erger is: hartstikke duur! Aan het eind van een vakantietocht naar Zuid-Engeland in 1991 valt mijn oog op een Telegraaf-advertentie. “Koopmans 42 voet, te koop” Veel te groot, maar toch maar eens bellen. En vervolgens een keertje kijken. Tja... Een prachtig aluminium schip, bijna alles d’r op en d’r aan. Dus toch wat te knutselen. De

liefde is groot, bijna gênant om het oordeel van een expert te vragen. Toch maar gedaan. Kopen, is het advies. Alweer een jaar of vier varen we nu met dit schip. In het winterseizoen probeer ik de Poesterd nog meer aan mijn wensen aan te passen met uitrusting, slimmigheidjes en verbeteringen. Het is echt een zwaarweer-zeiler Het kan tegen een stootje. Voor wat betreft de bemanning is het altijd afwachten. Goede zeilers zijn zwaarmoedige types en houden zich vaak bezig met wat er fout kan gaan en of hij/zij daartegen voldoende gewapend is door ervaring, kennis en materiaal. Je zoekt de ellende niet op maar probeert wel grenzen te verleggen. Bij zeven Beaufort uit een comfortabele haven vertrekken is waanzin, maar als je door omstandigheden of misrekening daarin terecht komt dan moet je schip en bemanning wel onder controle kunnen houden en weten wat je moet doen. Goede voorbereiding dus.

PZV houdt zich daar al bijna 25 jaar mee bezig. Met deze Poesterd varen we met z’n tweeën in een vakantie met gemak naar Bretagne. Voor het eerst waren we afgelopen vakantie enkele dagen in St Malo Terugvarend vanuit Zuid-Normandië door de Race van Alderney varen we exact dezelfde route als een jaar daarvoor. Toen ging het perfect. Nu komen we midden in beruchte overfalls. Gaten en kuilen in het water. Ja natuurlijk, een ander moment in het tij en andere wind kan totaal andere omstandigheden geven. Een “zwaarweer-zeiler” is vergevensgezind. Geen enkel moment hebben we ons onveilig gevoeld. Inmiddels hebben we plannen voor het komend seizoen. Dat is niet onze gewoonte want in de vakantie ben ik geneigd om naar het zuiden te gaan omdat de terugweg door overwegend zuidwestenwinden geen enkel probleem oplevert en je je niet hoeft te haasten. Bovendien heb ik voor dit gebied alle kaarten aan boord. Maanden vooraf plannen is dus niet nodig. De komende vakantie beginnen we met deelname aan de CAM-tocht naar Larvik, Noorwegen. Onze zoon Stijn, die doorgaans op een IMS -wedstrijdboot vaart, had daarmee plannen voor deelname aan de CAM-race. Dat ging echter niet door en toen ….hé pa….? We hopen op 10 juli uit Lauwersoog te vertrekken naar Larvik, Noorwegen. Daar wordt de wedstrijdbemanning naar huis gestuurd en gaan Marie José en ik langs de Noorse en Zweedse Scherenkust richting Denemarken. Vervolgens door het Kielerkanaal naar de Duitse Wadden richting Nederland. We gaan nieuw vaargebied verkennen.

10

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004


adPietrerZZ

14-04-2002

21:53

Pagina 1

SPES-JACHTELECTRO advies- en ontwerpbureau • • • • • • •

Tailormade electrical systems

Installatie- en systeemadviezen Energiesystemen Ontwerpen, tekenen en budgetteren Installatiebegeleiding Materiaallevering Navigatiesystemen Aankoopkeuringen

Voor een compleet concept in jachtelektro Leverancier van o.a. - Energiesystemen en accu’s - Navigatiesystemen - Communicatie- en antennesystemen

- Beveiligingssystemen - Verlichting- en installatiematerialen

Partner Jachtelektro

[T/F] 0416 - 697 066 [M] 06-520 75 724 [E] p.w.stoelinga@spes-jachtelectro.nl Bennex Holland - Holland Nautic - Sim Holland - Mastervolt - Victron - Proosten Electronics - ASA - VDO Kortjacht - Exalto - Alpha - Belship - Technautic - Optima - Varta - Sonnenschein - Technische Unie

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

11


SCHIPPER EN HAVEN

Schipper en haven Mariken komt van Nimweghen maar is nu in Zierikzee, waar omgegaan moet worden met aanvoerkanalen, keersluizen en ondiepten.

Alphons Drübers

M

ijn boot, helaas kan ik haar geen schip noemen, is een Victoire 933 met de naam Mariken. Over de Victoire hoef ik denk ik niet zoveel meer te vertellen. Iedereen kent inmiddels de Rosa. Daar is Mariken het oudere zusje van. De Rosa en de Mariken hebben meer gemeen. Beide bemanningen hebben in de mooie stad Nijmegen gewoond. EEN IMPULSAANKOOP Op een mooie zondag met nauwelijks wind, lag ik in de kuip van mijn Marieholm IF naar de vrijwel slap hangende spi te kijken toen de mobiel ging. Het was Hans van Reenen met de vraag of ik het meende, toen ik aangaf zijn boot te willen overnemen. Een paar weken eerder: Hans belde ’s morgens om te vragen waar ik was. Ik zei, dat ik langs een steiger lag bij de Volkeraksluizen, dat het geen weer was om echt te genieten en dat ik daar lekker bleef liggen lezen. Hij was benieuwd naar de polyester buiskap op de Marieholm en zei dat hij op weg naar Numansdorp langs zou komen. Altijd leuk natuurlijk, maar om vijf uur was er nog niemand. Ik bellen om te vragen of ze bleven eten. Het antwoord was wat cryptisch. Ze zaten al te eten en ze hadden een verrassing voor me. Eindelijk kwamen Hans en Bep er aan. In de stromende regen en ik lag natuurlijk aan het eind van de steiger. Het was ook al donker, maar van het bekijken van 12

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

de buiskap kwam toch niets. De Schipper had samen met Lady One effe een nieuw bootje gekocht. Toevallig in de Telegraaf gezien, gaan kijken op weg naar Numansdorp en gelijk was het raak. Toe maar, een Victoire 1044. Over impulsaankopen gesproken. Tijdens een gesprek een tijdje later, bood ik gekscherend aan zijn Victoire 933 te kopen als hij mijn Marieholm zou overnemen. Daaraan herinnerde hij mij op die mooie zondag. Wat moet je met zo’n vraag. Even nadenken natuurlijk; het is tenslotte geen potje pindakaas. Ik hing op met de belofte van een week bedenktijd. Op mijn rug op de bank, sturend met mijn voeten, dacht ik na over die Victoire. Zij was nog solo te zeilen en de Marieholm werd wat klein. Ik was dat jaar niet in Engeland geweest. De boot zou het kunnen; ik kon het, maar de combinatie was nog niet alles. Met zo’n grote comfortcontainer zou het allemaal wat gemakkelijker gaan. Varen met bemanning zou wat makkelijker gaan evenals het maken van langere tochten. Maar hoe zat het financieel? Nou ja, ik heb geen kinderen, een klein huisje, zit niet op voetballen en spaar dus contributie en sportkleding uit, het zou moeten kunnen. Die Marieholm is ook erg gewild, dus die moet ook te verkopen zijn; ik wil namelijk zeilen en niet voor reder spelen. Vijf minuten later belde ik Hans op met

de mededeling dat ik de Lady Five zou overnemen. Over impulsaankopen gesproken. DE NAAM Maar hoe moest dat nu met de naam? Lady Five hoort natuurlijk bij Hans en Bep en Mariken hoort bij mij. Er wordt wel beweerd dat het veranderen van de naam van een boot ongeluk brengt. Echter, dat heb ik in mijn vaarloopbaan nog nooit meegemaakt. Bij de zeeverkenners, lang geleden, kreeg een boot gewoon een nieuwe naam op het moment dat zij die nieuwe naam had verdiend. Zo werd de Pama herdoopt tot Klipkruiper en werd de ZV 422 later na het raken van een grote boei tijdens een sleep op de Waal - de Boeibonker. Er is namelijk een mogelijkheid om aan het ongeluk te ontsnappen! Als een boot een nieuwe naam krijgt moet de oude naam in de kielbalk worden gekerfd. We konden onze namen dus toch meenemen. Als je nu bij mij het vloerluik optilt, dan zie je de oude namen met watervaste viltstift op de kiel geschreven. Met watervaste viltstift in plaats van gekerfd, want ik ga wel met mijn tijd mee. De naam Mariken hoort bij mij en ik zal uitleggen waarom. Bij de koop van de Marieholm heette zij nog Petrel. Dat schijnt een Frans vogeltje te zijn. Nu heb ik niets met Frankrijk en ook niet met vogeltjes, dus er moest iets gebeuren. Ik heb een paar wensen bij het bepa-


SCHIPPER EN HAVEN

len van een scheepsnaam: Nederlands, vrouwelijk, ergonomisch en niet te lang om te spellen, en oh ja, de naam mag niet lijken op Mayday of PanPan. Daarmee zijn My Way en Taipan al uitgesloten. Er bleef nog genoeg keuze over, maar na enkele weken had ik nog geen aanspreekbare naam. ‘ Wanhopig zei ik tegen Toine, een zeilvriend uit Elst, desnoods noem ik haar Marietje, naar Marieholm. Hij antwoordde: ‘ Waarom dan niet Mariken? Jij komt uit Nijmegen, je tweede naam is Maria en de boot is een Marieholm. Zo heb je alles gecombineerd!’ Dat was het helemaal. Vervolgens moest ik nog een mooie vorm vinden. Die meen ik te hebben gevonden in de I. Deze is uitgevoerd in de vorm van het beeldje van Mariken van Nimweghen, zoals dat op de markt staat in Nijmegen. De I is uitgevoerd in rood en de rest van de letters is zwart, omdat rood en zwart de kleuren van de stad Nijmegen zijn. De band met de vereniging is verstevigd, omdat de nieuwe naam tijdens een plechtige ceremonie gedurende de Ramsgatetocht in Engeland op de romp is aangebracht. DE HAVEN De Mariken ligt in Zierikzee. Ik heb daarmee behoorlijk geboft. Hoewel er niets mis was met mijn vorige haven (De Put in Zuid-Beijerland), is het toch wel leuk om de mast van je boot vanuit je voorkamer te kunnen zien. Dat niet alleen. Ik geniet van een langssteiger en lig ook nog met de kop in de wind. Als het de bedoeling zou zijn om een historisch verhaal te krijgen over de havenstad Zierikzee, moet ik de lezers teleurstellen. Ik zou niet weten waar te beginnen. De meesten van jullie hebben overigens op 5 december gelezen of op TV gezien dat er een sinterklaasbeeldje is opgegraven in het stadje. Over de kosten van dat onderzoek is inmiddels een politieke rel ontstaan; over de afloop durf ik nog geen voorspellingen te doen. Ik wilde daarom maar wat vertellen over de huidige indeling van de haven.

nacht zag ik de lichten ook al. De meesten weten het niet, maar gemiddeld 77 keer per jaar gaat de deur erin. Dat is lastig als je met hoogwater en tijdens een storm een veilige plek zoekt, maar zorgt er wel voor dat ik droge voeten houd. Na het binnenvaren door het keersluisje passeer je als eerste aan bakboord de ligplaatsen van de WV Zierikzee. Dit jaar, waarschijnlijk in juni, zal het huidige onderkomen van de vereniging worden vervangen door een spiksplinternieuw onderkomen. De plaatsen van WV Zierikzee lopen door tot een raar soort kippenbruggetje. Dan komen er een viertal plaatsen van de gemeente. Deze worden vrijgehouden voor boten met mensen aan boord die moeilijk ter been zijn. Zij kunnen hier namelijk langszij van de boot af. Direct daarna beginnen de ligplaatsen van de dependance van KRZV De Maas uit Rotterdam. Hun plaatsen stoppen waar dit voorjaar een nieuw toiletgebouwtje van de gemeente zal worden neergelegd. Na dit drijvende gebouwtje komt er weer een recht stuk met plaatsen voor passanten. Voor de ligplaatsen vanaf het “kippenbruggetje” is de dienstdoende gemeentelijke havenmeester (06-30838269) je gastheer. Wat Flip, Erik en Wim niet weten over Zierikzee is vast het weten niet waard. Bij hem kun je eventueel (d.w.z. als er één vrij is) ook een box bij De Maas reserveren. Dan volgt het ponton, waar in de zomer de fietsveren aanleggen. Vlak daarna

zit er een knik in het kanaal. Daar ligt ook ’t Luitje. Indien het druk is kun je daar alvast keren om verderop met de boeg naar buiten af te meren. Sinds Volendam is het slechts toegestaan om met de boeg naar buiten te liggen, zodat schepen snel weg kunnen bij paniek. Vervolgens komen de plaatsen voor de bruine vloot en daarna komt de vissersvloot. Je mag hier langszij als je alleen voor boodschappen binnenkomt en daarna weer vertrekt. Zo voorkom je dat de havenmeesters hun rijtjes weer helemaal opnieuw moeten opbouwen. Na het tankstation van Bouman komt de langssteiger voor de passanten. Dat is de plaats waar wij bekend zijn. De plaats vlakbij De Gekroonde Suikerbiet. Ook hier geldt voorlopig een nautische waarschuwing: tegenover De Biet ligt een oude loswal (De Engelse Kade). Bij laagwater zit er vanaf het midden naar achteren een storende ondiepte. Houdt daar rekening mee bij het manoeuvreren Bij de Havenpoort kun je rechtdoor het Sas in of bakboord uit door de brug en de Oude Haven in. Je moet wel even navragen bij de havenmeester hoe je daar moet komen in verband met de bruggen en er rekening mee houden dat je daar droogvalt. Ik hoop jullie regelmatig in mijn mooie haven te mogen ontmoeten. Aangezien dit echter mijn thuishaven is, zal ik in de weekenden veelal weg zijn om te genieten van de prachtige omgeving van de Oosterschelde.

Je ‘loopt’ Zierikzee binnen door een keersluisje in het aanvoerkanaal. Dat aanvoerkanaal kan bij laagwater aan de zijkanten behoorlijk ondiep zijn. Deze ondiepten verlopen overigens gedurende het jaar. Op het moment dat ik dit stukje schrijf, zie ik vanuit mijn huiskamer de rode lichten van het sluisje branden. Dat betekent dat het weer eens dicht zit en dit keer een paar uur, want vanPZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

13


VANUIT HET KRAAIENNEST

Vanuit het kraaiennest

V

anuit mijn mandje boven in de grote mast heb je een fantastisch uitzicht over schip en omgeving. Behalve natuurlijk als het mist of bij slecht zicht, maar zelfs dan zou je verbaasd zijn over wat je nog ziet. Omdat je alleen zit heb je ook de gelegenheid om wat te mijmeren en eens na te denken over het reilen en zeilen. Als je maar wakker blijft, want anders zwaait er wat. Nadenken leidt overigens vaak tot inzicht. En zo zie je maar weer dat uitzicht en inzicht best samen kunnen gaan. In de afgelopen weken heb ik op ons PZV-schip, tijdens haar lange reis naar het voorjaar, aan dek weinig beweging gezien. Als er al beweging was, dan was het voor een snelle zeilenwissel of voor een run van brug naar longroom of kajuit en omgekeerd. Benedendeks gonsde het echter van de activiteit, de warme uitstraling daarvan was zelfs hier, boven in de mast voelbaar. Dat is heel aangenaam, bij dit kille weer. Naar ik heb horen verluiden, zelf zit ik om ‘het naadje van de kous’ te horen er natuurlijk te ver vandaan, wordt er hard gewerkt aan een programma gericht op leren en ervaringsopbouw. Ik ben be-

nieuwd hoe dat er uit gaat zien.

scheepsverzekeringen in kaart aan het brengen. En tenslotte fluistert de wind me nog in, want wind is hier boven genoeg, dat de gezagvoerder een groepje bemanningsleden heeft verzocht een nieuwe ronselmethode te bedenken, ze noemen dat dan wel “marketing en externe profilering”, maar wat mij betreft komt dat op het zelfde neer. Veel activiteit dus, en dat naast de operationele voorbereidingen voor het nieuwe seizoen, waarbij ook een aantal nieuwe elementen in de kijker komen.

De uitkijk Daarnaast hoor ik dat er enkele varensgezellen bezig zijn met een kennisbank. Wat ik me daarbij moet voorstellen weet ik niet, maar het schijnt dat je daar kennis naar toe kunt brengen die dan vervolgens als het ware rente opbrengt, voor de vereniging wel te verstaan. Iemand vertelde me voorts dat er onderdeks ook wordt gekeken naar meer materiële zaken, opdat we onze varende collectiviteit beter kunnen benutten op de markt. Zo zijn enkele stuurlieden de mogelijkheden op het gebied van

Een moment even, het is weer tijd voor mijn 360 rondblik ……… Verrek, het kielzog, tot voor kort nog zo recht als een streep, begint een flauwe bocht te vertonen. Zouden ze dan toch aan het bijsturen zijn? Op de brug hadden ze dat al wel gezegd, maar ja ……….…….!. Ja hoor, wis en waarachtig, we zijn aan het bijsturen en kennelijk doelgericht. Dat is wat mij zo aanspreekt op dit schip, ze praten dan wel veel maar er wordt ook veel gedaan. Zo is ’t maar net!

JACHTZEIL MAKERIJ Veerhaven 4485 PL Kats ZldV 0113 - 600291 fax 0113 - 600249

Lion Sails 14

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

Ton Leeuwestein Tel. privé 0113 - 227028


NATTE KUNST

Een galerie die zich specialiseert in kunst die met water te maken heeft is de Maritieme Kunsthandel van Marijke de Haan. De winkel is verhuisd.

Docus Heringa

D

e galerie van Marijke de Haan in Nederhemert is verhuisd naar Gameren, ongeveer zeven minuten west van de A2, afslag Zaltbommel. Een bezoekje waard, als je je hart verpand hebt aan het leven op en om het water. Marijke specialiseert zich in kunst voor aan de muur uit de periode 1850 tot 1940. Daarnaast heeft ze ook nog een aantal andere dingen als zeemanskisten, roerklikken, scheepsmodellen, navigatie-instrumenten en kaarten. Alles

Natte kunst dus antiek en in goede staat. Echtgenoot Dik verzorgt de informatie rondom de collectie, waardoor ieder stuk zijn eigen verhaal krijgt. Heel leuk. De prijzen lopen flink uiteen, maar voor iedere beurs is er wel iets. Het nieuwe onderkomen is een combinatie van wonen en werken. Dat maakt het intiem en geeft een goede indruk hoe iets “thuis” zou staan. De verhuizing wordt gevierd met een expositie van een aantal opmerkelijke stukken. Pronkstuk is een aquarel van ca 50 x 65 cm; een scheepsportret van het Dordtse fregatschip Ida Wilhelmina, uit 1840. Van Breitnerachtige schoonheid is het havengezicht van Wilem Witjens. Sneeuw op daken en straten, een dichtgevroren haven, sterk en sprekend, bijna zwart-wit. Er hangt ook grafiek van hem. Bomschuiten op het strand van Grobe lijkt een stukje Haagse school, maar ook “de bomschuiten” van de onbekende schilder is een schoon plaatje van de vroegere strand-visserij langs de Noordzee. Er zijn ook mooie havengezichten, onder andere van die van Tholen.

Wat er hangt is uit de nadagen van de zeilvaart en het begin van de gemotoriseerde scheepvaart. Dat levert interessante beelden op, zoals zeilschepen met een pijp en kleine stoomsleepbootjes tegen een typisch Hollandse achtergrond. Er is een royale verzameling grafiek, waaronder wonderschone schetsjes met scheepjes en opvarenden met enkele lijntjes aangegeven. Hedendaagse kunst is er van een tweetal kunstenaars t.w. Hans van Wijck en Chris Hendriks. Hans beschildert oude scheepsluiken. Die luiken, tot 2 á 3 meter hoog, waren meestal geteerd. Diep zwart dus. Daardoor zijn het sterke, uitgesproken stukken, die echter door de bescheiden, bijna aarzelende motieven en kleuren, iets fragiels hebben. Van Chris zijn er bronzen wrakken en steigers zoals je die bijvoorbeeld bij Pin Mill aantreft bij laag water. Maak voor een bezoek wel een afspraak, want er zijn geen vaste openingstijden. Adres: Beemdstraat 4 in Gameren. Voorbij de kerk, onder aan de Waaldijk, aan je rechterhand. Telefoon 0418 55234 en 0612655297; www.maritieme.nl.

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

15


LANGS PORTUGAL MET DE ZALANG

Langs Portugese havens met de Zalang

Vorig jaar twee afleveringen ‘Zalang gaat om de zuid’, en nu de Portugese kusthavens. Vanaf het noorden bij Porto, tot voorbij de zuidpunt en over de Spaanse grens.

Stef Hoonhout POVOA DE VARZIM Ach Povoa de Varzim, werkende stad aan de Oceaan, je weet niet eens waar al die wind vandaan komt. Povoa, er is geen bal te beleven, er is een circus in de zomer, maar voor de rest is er niets, ja er zijn aspergebomen op de Passeio met de bedriegertjes-fontein. We zijn het gaan missen. In april zijn we er een keer geweest. Klusjesman Tomané is bezig met andere boten en op de Zalang zitten midscheeps een paar rare plekken. Of we het niet gehoord hadden van de mensen van de club. Nee, de mensen van de club spreken drie woorden Engels en waarom zouden ze die bij ons gebruiken? Nou, er waren stormen geweest. In november 2002. En ééntje hield zich niet aan de afspraak, die kwam wel uit het Zuiden zoals allemaal, maar hij begon te draaien. Naar het westen, dwars op de flank van de boten die allen met de neus naar het zuiden gericht waren. Al een eeuw lang. Deze storm liet één schip het luchtruim kiezen, omdat er een zeil omheen zat: total loss. Drie anderen vielen alleen maar om, en Zalang een beetje, de voorste stut zakte door haar poten. De schade aan de romp was bijna hersteld, alleen Tomané zocht zich een ongeluk naar de juiste kleur wit. Daar kon ik hem mee helpen, we hadden nog een pot. Ook de krassen in 16

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

de anti-fouling zag je al niet meer. Wat je wel zag en voelde, was de dunne laag bruine, ragfijne, muurvast gemoffelde Afrikaans stof uit alle woestijnen van dat werelddeel. Alles zat onder, preekstoel, reling, stagen, vallen en ook binnen in de plastic boodschappentassen waar de lijnen in opgeborgen zaten, zat de bruine pasta dik en vastgebakken. Ik vond mezelf terug op de steiger, later, met de lijnen in de puts met Biotex en daarna boenen en spoelen maar. Eén roestbruine ramp. ‘Niks aan de hand, senor Steve,’ zei Tomané, ‘een beetje regen en het is weg’. ‘Senor Steve,’ zegt Tomané, ‘there might be slight problum with your pump.’ Hij heeft even gekeken of de motor er goed bij loopt. En wat roestplekken rond de pomp gezien. Hij vertrouwt het niet, er komt geen olie uit de waterpomp, de smering deugt dus niet. ‘I have a friend, Antonio, I give him call’. Binnen een paar minuten zit zijn friend Antonio, een van de drie broers van de olievlek, bij de motor. De olievlek is een loods, langs de boulevard, die bestaat uit roestige stukken ijzer, staal en oude machines, en die een geheel blijft door de zwarte olie die alles aan elkaar plakt. Het is er zwart, zo zwart. Zo zwart als een kudde mijnwerkers. Ik zeg ‘Bemvindo Professore’, ze lachen, ze praten, ik kan ze voor de helft volgen, pure techniek. El professore demonteert de oude as en is binnen twee uur terug met een hele nieuwe, gedraaid op zijn draaibank, in de olievlek. De oude as heeft slijtageputjes. Verder zegt hij dat er in de hele machina een tekort aan olio is en vraagt hoe lang het geleden is dat de oliefilter vervangen is. Ik weet het niet. Ze kunnen er moeilijk bij en lijken te

vloeken. ‘Porque’, zeg ik en ze lachen. Dubbele betekenis. In dit geval de ergste, porque madonna? Antonio vraagt 7 euro 50, maar of ik wel een koffietje kom drinken de volgende dag. Mieke vraagt de dag daarop of ik al geweest ben, en stuurt me naar hem toe, ‘typisch mannending, maar wél gaan, is erg belangrijk hier.’ Dag Povoa, dag Tomané, dag Maria, adios Abel de bootsman van de club, jullie waren goed voor ons. Maar we komen niet terug, Povoa. Je waait te hard in de winter. LEIXOES De eerste, rustige, tocht op de motor. Alles werkt, vooral de stuurautomaat. In de marina van Leixoes, zitten twee dames, die een enorme papiertoestand ingevuld willen zien. Ik moet tot twee maal terug naar de boot, papieren halen, Mieke’s paspoort, alle lijntjes invullen, het lijkt wel inklaren. Ze willen weten of er een motor in zit, hoeveel paarden-


LANGS PORTUGAL MET DE ZALANG

krachten die heeft en hoe oud hij is. Ze willen weten hoe zwaar het schip is en of ik wapens aan boord heb. Van nu af aan zullen we daar aan moeten wennen, want ze zijn gek op ingevulde papieren, die Portugezen. Of je daar nu kriegel van wordt of niet. FIGEIRA DA FOZ De zee is kalm, maar ademt naar de oceaan. Er is geen wind, tot de zeebries rond 11 uur opkomt. Eindelijk zonnen. We gaan van smaragdgroen naar kobaltblauw water. Helaas pindakaas, de motor moet aanblijven, omdat anders de instrumenten uitfloepen. Bovendien gedraagt de marifoon zich uitermate onbeleefd, hij heeft ‘spurious hickups’, slechte accu, wat nu weer? Als we aankomen moet de douanemeneer weer alles weten en dit keer ook nog wat de maximumsnelheid van Zalang is. Mieke’s axioma: ‘In Portugal ziet het er altijd lekkerder uit dan het is’. Figeira da Foz is zo’n saaie badplaats, dat we ons niet meer kunnen herinneren hoe het er uit ziet. Wel herinneren we ons het ijsje op de boulevard en de man van RentMobil, die 90 euro vroeg voor het huren van een luizig fiatje om naar Coimbra te rijden. Ze kunnen de eucalyptus in, we gaan wel met de trein, 3 euro p.p., retour. Jacob tegenover ons heeft een vriendin met prachtige borsten, waar ze alle twee trots mee rondlopen. Jacob weet ook alles van accu’s, zegt hij, en komt die van ons doormeten. Accu één doet het niet, de startmotor klikt alleen, maar dat wist ik al. Ik denk dat hij er geweest is, Jacob denkt van niet. Maar ik weet wat hij niet weet, ik heb accu één, omdat een cel het niet meer deed, losgekoppeld. En ben vergeten hem weer aan te sluiten. De gelijkrichter had dus maar werk voor één te doen en is voor de helft geflipt. Laten we maar beginnen met een nieuwe accu. We drinken eerst café con lêche in een Frans café en lopen ons dan ongans naar een Mammouth/Le Clerc. Maar het is te ver, we gaan eerst maar verder op accu twee. NAZARÉ We zijn een beetje laat de haven uit dus, 11:30 uur. Niet erg: tijd voor de zeebries. We gaan er vandoor met Bf 5 en een strakke lucht. De barometer staat op grote hoogtes, 1028 - 1029, onbekend bij ons op de Noordzee. Na een uur of twee zakt de wind weer in zee, de motor moet weer aan. Opeens een vin aan bakboord. 2 dolfijnen onder

de boeg, wat zijn ze groot en wat zijn ze snel. Er komt een derde bij en dan verdwijnen ze alle drie. In de haven van Nazaré lijkt er eerst geen plaats. Een engelse jaagt ons Oxfordiaans weg langszij de kop van de steiger. Dan zien we wat mannen zwaaien en worden we een mooie box ingedirigeerd. De Portugese havenmeester blijkt Engels, Capt. M.F.Hadley MRIN MNI (‘betekent niks, mariner of zo’) maar hij had net zo goed Haddock kunnen heten. Hij roept ook regelmatig bommen en granaten, maar dan op zijn Man’s, het eiland waar hij vandaan komt. Voor de rest roept hij ‘Helen!’, zodra er iets echt gedaan moet worden. Hij begeleidt ons de boot af, hij begeleidt ons naar het kantoor van de brigada fiscal en daar begint het grote invullen weer, dit keer willen ze ook nog weten of we een hond of kat aan boord hebben. Haddock heeft overal bordjes opgehangen over recht in de pot plassen, lampen alleen aan als het donker is en weg met de EU. Helen, zijn vrouw, weet precies hoe laat de bussen rijden naar Fatima. En brengt ons de volgende dag in persoon naar het Estaçao de Côches, voor de zekerheid. Daarvóór heeft ze geholpen om een accu te kopen op de werf en hem voor ons naar de steiger getransporteerd. ‘De oude accu,’ zegt ze, ‘kun je het beste gewoon bij de toegang naar de steiger zetten. Die verdwijnt vanzelf’. En dat klopt: binnen vijf minuten. Later bekent Haddock dat hij een bevriende visser een tip heeft gegeven. PENICHE Van Nazaré naar Peniche: geen wind, geen vis, geen dolfijnen.

Peniche heeft iets vervelends: het is eigenlijk een vissershaven en de vissers varen de hele dag en ook de nacht, op topsnelheid langs. Verder is er veel havenverkeer en dat trekt ook meestal de pot open. Het is dus dansen geblazen aan de steiger. In het holst van de tweede nacht is het wel heel bruin: er komt er eentje op een paar meter langs op vol vermogen, express dus. Arme visser en dure toerist of zo. Enorme klappen, de volgende morgen is de achterbolder foetsie, vinden we later terug op het dek ergens. Eraf gerukt. Havenmeester: ‘Klachten? Politie, doe ik niks an’. Als we weg gaan uit Peniche op de 27e juli, eindeloos geteutel bij de pomp. De jongen, die het meisje helpt met het gangbaar maken van de slang (plaat er af, zestien schroeven, slang op de rol, plaat erop, zestien schroeven, slang loopt even, stopt, plaat er af, zestien schroeven etc), wil haar telefoonnummer. De boys van de vissersboot voor ons hebben een dieptemeter, die alleen Engels spreekt, zij niet. Ik leer ze hoe ze de diepte kunnen vinden + help + meters i.p.v. fathoms. Het zijn allemaal kinderen, die Portugeesjes. Onderweg naar Caiscais (Kadekade) de spinnaker op. De les deze keer is dat de fokkenschoten er echt af moeten en ook de bulletalie, anders wordt het spaghetti. We racen vier uur lang onder het oranje laken. En dan bereiken we de monding van de Taag en verdomd als het niet waar is, daar staat altijd El Norte, volgens iemand in ‘Zeilen’ en daar is ‘ie dan, Bf 7. Iets in ons had ons gewaarschuwd en daardoor was de spinnaker, geheel volgens de PZV-regels, via het kajuitdak (gaspitten uit) al binnen.

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

17


LANGS PORTUGAL MET DE ZALANG

CAISCAIS Het is hier zo prachtig, je kunt overal heen, naar Sintra etc. Met de trein naar Lisboa. Ga niet met het schip naar Lisboa, daar is geen plaats, er zijn geen voorzieningen en het stinkt er. Op de plek waar vroeger de kademuur ophield en de zee begon, is een heel nieuw complex gebouwd, met winkels, restaurants en een (hoogst commerceële) haven, met van die plastic kaartjes om de steiger op te kunnen. De prijs is fors, 30 euro per nacht. Het eten is slecht en duur. We weigeren alles te betalen, de baas uit Antwerpen tilt ons uiteindelijk toch door de frietjes driedubbel te rekenen. Voor die 30 euro krijg je ’s nachts bezoek van kleine, venijnige muggen, niet groter dan 3 millimeter, die meteen landen en steken. We slapen er niet van en vragen ’s ochtends of ze dat niet even hadden kunnen zeggen. ‘There was a lady much worse then you,’ is het antwoord. DE TAAG We laten ons niet kisten en varen de Taag op. Hoera ik heb het gehaald, eens in m’n leven op eigen kiel de Tejos op! Gaan we aan Carlos melden! De havens die we passeren, een stuk of drie, zijn helemaal niet vol en het ziet er helemaal niet naar uit dat ze geen ‘voorzieningen’ hebben. De haven bij Alfama, lekker dichtbij, blijkt alleen zeer ondiep en ziet er luguber uit. Er staan ongure heren, Roma’s, die maar wat graag onze landvasten willen aanpakken. Niet pluis, er meteen vandoor. Later

18

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

wordt het door andere zeilers bevestigd: als we daar zouden zijn gaan liggen, zou Zalang tot op de waterlijn geplun derd zijn. We meren af in een bloed, bloed, bloedheet Doca d’Alcantara, ruimte zat, ‘voorzieningen’ zat, nette prijs, een derde van Caiscais, alleen de toiletten en douches stinken. Het is er zo heet, 42 graden, dat we het Gulbenkian museum invluchten, heerlijk koel. In de wijk van Vista Alegre en de lift van Eiffel laat ik me knippen bij een echte oude-mannen barbier, waar zelfs je wenkbrauwen gedaan worden en je oren.

Op 1 augustus varen we de Taag weer af. Een oorlogsschip passeert, we ruiken eieren met gebakken spek en even later wordt over de luidsprekers een tekst geroepen met ‘caffé’ er in en verdwijnen alle (jonge) manschappen van het dek. Tegelijkertijd begint het aardig te waaien (El Norte!) en worden we de monding van de Tejos uitgeblazen. We passeren met zeven knopen op het log Kaap Espichel, die er uitziet als een slapende terriër. Als we de kaap voorbij zijn, valt de zeebries weg en moeten we nog 11 mijl motoren naar Arrabida. “O mar salgado, quanto do teu sal São lágrimas de Portugal!” “O salty sea, how much of your salt Are tears of Portugal!” Het is moeilijk vaarwater, er moeten ergens twee rotsen vlak onder het oppervlak liggen. We volgen een dikke catamaran onder Nederlandse vlag, die weet het vast wel. Het is bloedjeheet, een graad of veertig. ’s Avonds gaat het waaien alsof de deur van een pizzaoven open gaat. De hele nacht geloei en gestamp van Bf 5 - 6 in de branding en onweer dat nijdig dreigt en boven ons blijft hangen. Als het licht wordt ziet het er zo unheimisch uit in deze hitte van een Turks bad, dat we anker opgaan en het verder wel geloven, naar vaste wal, naar Setubal. Daar is het zo mogelijk nog heter. Maar dat heeft niets te maken met de aardbeving, zegt de bewaker, wel alles met de bosbranden.


LANGS PORTUGAL MET DE ZALANG

In Setubal is het feest van de mariscos y pesces. Door de hele stad is het kermis en bij de haven is het helemaal feest. Daar koop je voor negen euro een aardewerken pul, toegang en recht op een volle pul bier en een consumptie. Doen we natuurlijk en dan wordt het duidelijk dat onze Spaanse medemens heel sterk bezig is met het eerste chakra: de zorg voor drank en voedsel. Ze kopen er pannen en borden vol van, de lucht van hete olijfolie en bradende onderdelen van vis is overal. We gunnen het ze van harte. Op 4 augustus worden we uit de haven van Setubal verwijderd door Gruppo 8 Securidad en door de havenmeester in persoon. Die wil eerst dat we om 7 uur in de ochtend opkrassen, wat we goedvinden, maar dan geen havengeld, wegens ongastvrijheid op een onguur uur. OK, dan tien uur, geheel volgens onze verwachting. Om tien uur komt hij zelf (een gorilla), vraagt nog eens om havengeld en zegt dat we weg moeten omdat er een 16-meter jacht aankomt en wij op haar plek liggen, goed, goed we gaan al. We varen uit en moeten langs een grote plaat voor de kust, dat is niet zo makkelijk en lukt pas na een uur. SINES De hele reis op de motor, jammer, zelfs geen El Norte meer. Om half acht varen we de haven van Sines binnen en voor de zoveelste keer wil de douane onze tonnage kennen, ons registernummer, onze breedte, zwaarte, dikte, motorvermogen bij volle maan en de thuishaven van de ‘ciudad de cheese’, Goedaa.

LAGOS Het zal dan dus uiteindelijk Algarve worden vandaag, het deel van Portugal dat overhelt naar beneden wegens drukte. Elf uur: de zeebries, halleluja, Bf 3 – 4, motor uit en eindelijk zeilen, sail away. Onder de boeg spelen drie dolfijnen. Waarom veroorzaken dolfijnen zo’n emotie? Ze kijken niet naar de boot, niet naar de zeilen, ze kijken naar jou, ze kijken je aan! Direct. Dat doet een geeppaling niet.

Sines is leuk, de geboorteplaats van Vasco da Gama. We ontmoeten een herbergier uit Terschelling, die in zijn eentje een vijfjarenplan zit te verven, een grenzeloos rommelige bak van staal en verveloos hout. Maar hij is gelukkig, koopt iedere dag de enige Telegraaf die het stadje bereikt en heeft samen met een Belg en een Rus de electronische zee-kaarten van de gehele wereld gekraakt. Hij zet ze op 2 cd-rommetjes voor ons en gaat met ons in zijn camper tien liter mandenwijn kopen.

Tegen zevenen zijn we bij de laatste kaap van Portugal, Cabo de São Vicente. Om de hoek moet een goede ankerplaats zijn, bij Sagros. De gps brengt ons op een plek vlak bij het strand. Eigenlijk liggen we in de branding. En dat zullen we weten ’s nachts. Zalang gaat meer te keer dan op zee, komt steeds dwars op de golven. De nacht wordt extra onrustig door de grote, felle lichten die vissers hier uitzetten. Ze lijken als branders op ons af te komen. De volgende morgen varen we uitgeput weg, langs het beschutte haventje waar we hadden moeten liggen. Er licht sneeuw op de heuvels, witte sneeuw, bij meer dan dertig graden: de witgekalkte bungalows, hotels, flats van de Algarve, dichter op elkaar dan de guano van de meeuwen van Peru. Dan is er een kaapje als een bejaarde met nog een paar tanden over. Het is hol, er zijn grotten en spleten en overal varen bootjes, watertaxi’s en liggen rondvaartboten, die mensen overzetten, allemaal de grotten in. We zijn bij Lagos. Er is een ophaalbrug, er zijn

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

19


LANGS PORTUGAL MET DE ZALANG

feestelijk verlichte boxen, er zijn plastickaartjes nodig om op de steiger te komen, die uitkomen op batterijen cafés en restaurantjes. Dit is de Algarve, tropisch heet, geen wind en een heel hoog Hallberg Rassy gehalte. ALVOR We vluchten weg uit Lagos, drie mijl verder is weer een lagune, waar we ankeren. Dit is het paradijs, midden in de natuur. Maar het is wel heet in het paradijs. Er zijn drie, vier bosbranden tegelijk. ’s Nachts lijkt het een vulkaanuitbarsting, zoveel smeulend vuur is er te zien. De wind is aflandig, zou hij draaien, dan zou het gevaarlijk kunnen worden. Op zondagmorgen denderen twee Canadairs tussen onze masten door en verdwijnen in de smook. 11 Augustus: anker op, dik in de modder. Door het geultje naar buiten, 2,5 uur vóór hoogwater. Daar is de zeebries.

PORTIMAO 30 Euro willen ze hebben, die idioten, voor één nacht. Bloedheet bij aankomst, niet goed voor irritatie en agressie. Ze, de twee mutsen achter de balie, lopen alle douanevragen met me door, en, ja hoor, ze hebben weer een nieuwe: ‘how old is the motor?’ Dan geeft muts-één ons de keuze tussen twee plaatsen, de één tegenover de ander. Halve wind, vrij stevig, lastig dus voor een langkieler. Plaats 51 bestaat dus niet, terug, dat is geen optie meer, paniek op de steiger en vele handen opeens. De volgende morgen wil ik het statiegeld van het toegangsplastic terug. 20

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

Muts-twee: ‘you paid cash?’ ‘Yes’. Dit wordt zeven maal herhaald, voordat ze met een gezicht alsof ik haar van haar maagdelijkheid beroof, terugbetaalt. Dan vraagt ze ‘what is next port?’ en krijgt ze m’n onbeleefde antwoord ‘none of your business’. Dag Portimaumauw. ALBUFEIRA We ankeren en willen dan gaan eten in de stad. Dat is niet te belopen, we komen niet over de heuvel heen omdat er druk gebouwd wordt. Dus met de dinghy de zee op, om de rotsen heen en een mijl of twee verder het strand op, door de branding. Niks aan de hand. ’s Nachts is het even anders, pikdonker, wind een beetje aangezet. We moeten het grote, zwarte water weer op en door de branding heen. Ik kan niet anders denken dan hoe zou een commando het doen? Nooit dwars, er recht door heen en gas zodra je los bent. Het lukt, we

zijn nat, zeer nat, en onder de groentenuit-zee. Slecht zeemanschap Hoonhout, minpunten: geen lamp en erger, geen zwemvesten. Zalang ligt op ons te wachten, onder haar ankerlicht, een scheepslengte van de kademuur af. Maar met dát anker kan dat. FARO Als we de zee weer opgaan, draag ik -onbewust- met een zekere plechtigheid het blinkertje aan Mieke over, ‘vis jij maar’. Binnen de minuut vangt ze een monstermakreel. En nog een. En nog een. De laatste makreel hangt maar slapjes te hangen aan de lijn, het blijkt een zee-

baars, een juweel van een vis. ‘Ik heb wel een klein beetje gebeden,’ zegt ze. En ik al weken lang niks vangen, niets, nada, ja een piepklein snertmakreeltje. We komen aan in de lagune, het is er schitterend. We pakken een boei, gewoon, denken dat die van de zeilclub van Faro zal wezen. Het is een oud geval, een grote, en waarschijnlijk ligt er niemand meer, we zien het wel. Bij opkomend en afgaand water staat er een sterke stroom. Veel vis, prachtig uitzicht op de stad en af en toe vliegt er een verkeerskist achter een ooievaar aan. Ik moet tot twee maal toe de landvast op de boei inkorten, want de boot achter ons komt wel erg dicht bij. Sterke stroom. Ik zie opeens dat het nog niet helpt en zeg ‘Sorry, we moeten moven, NU!’ Te laat. Op dat moment klapt romp tegen romp, motor aan en vol gas achteruit heeft geen enkel effect. De dinghy zit tussen beide schepen in, loodrecht, was gelukkig al een beetje slap. Fenders tussen de schepen in en eerst de dinghy er tussen uit. Mieke ziet kans hem op de stroom mee te krijgen en bindt hem vast op het achterschip van de andere boot. De stroom is sterk en ergens tussen ons in, moet de boei zitten. Wat we ook doen, we komen niet los, tot Mieke zegt dat onze onderste zeereling op het beslag op de boeg van het andere schip vastzit. Ik maak de reling los en rustig varen we weg. Geen schade, geen van tweeën, niets, behalve de draad van de reling, hoe is het mogelijk. Tegen de stroom in terug, heel voorzichtig. Nog een keer manoeuvreren, maar nee, vast! We zoeken een betere boei en eten de lekkerste vissen van ons leven. Met witte borba. De tweede boei is een stuk beter. We zitten de hele dag in Faro. Ik ga dan nog een keertje terug, ter controle. Niets aan de hand, wel veel boten, die op maximum vermogen langs denderen. ’s Avonds gaat het waaien, flink waaien, uitschieters tot Bf 7. Boei houdt prima. ’s Ochtends staan we rustig op, ontbijten, maken ons op, wassen etc. Ik ben mijn tanden aan het poetsen, zie door de patrijspoort de blauwe romp van de achterbuurman langs komen, gek, heb de hele man niet gezien. Dit bestaat niet. Ik schreeuw dat de motor gestart moet worden. We klaren de zaak, keren om, tegen de stroom in. De landvast is er nog dit keer, en aan de boeg hangt de boei! De ring aan de onderkant, vrij


LANGS PORTUGAL MET DE ZALANG

turale Spaans, leggen ons de volgende dag uit dat overwinteren zo om en nabij de € 3000 gaat kosten, speciale prijzen senor? Hoe komt u daar bij, dit is een commerciële haven, wij moeten onze Britse aandeelhouders nu eenmaal betalen. We stappen in de dinghy en varen over de rivier naar Isla Christina, een normale jachthaven, ook een vissersdorp. Daar zijn blijkbaar geen aandeelhouders of een paar nette. De prijs is zeer veel lager, tweederde. Daar doen we het voor, besluiten we bij een maaltje visonderdelen met knoflook, aan de voet van de kerktoren, waar vier ooievaarsechtparen hun huizen op gebouwd hebben.

roestig, is er niet meer. Met wat manoeuvreren hangen we het restant aan een andere boei, toch bedankt Club Navale de Faro. Maar veel geld aan onderhoud besteed je niet. Ik denk er nog lang over na. Had ik op die boeien mogen vertrouwen? Zalang is zwaar, de boeien misschien te licht voor haar. Maar er hingen andere schepen aan dezelfde soort boei, zwaarder en groter. Weer een les geleerd en puur

geluk gehad. ISLA CANELA We varen de lagune uit. Bloedheet zoals het hoort, beetje wind die tegen zeebriestijd oploopt tot Bf 4, prachtig zeilen, knik in de schoot, daar kwamen we voor. We passeren de grensrivier tussen Portugal en Spanje, de Guadiana en lopen een paar mijl verder het vissershaventje van Isla Canela binnen. De haven-juffrouwen met het harde gut-

ISLA CHRISTINA Bizar, de kraan staat al klaar, we varen naar binnen, worden meteen omhoog getakeld, stappen af en in minder dan tien minuten staat Zalang voor bijna een jaar op het droge. De laatste nacht aan boord worden we steeds wakker van harde knallen. Weer artillerie-oefeningen? We zien ’s ochtend de wolkjes. Afweergeschut? Oefenen leger? Het blijkt vuurwerk te zijn ter ere van Nostra Senora del Mar.

Scheepsdieselmotoren Via Rolf ® Yachtservice in goed overleg naar oplossingen op maat Wij meten de conditie van uw dieselmotor, geven objectief advies over herstel, revisie of vervanging, leveren onderdelen of complete installaties, voeren reparaties uit Wij leveren alle merken en typen scheepsdieselmotoren en aanverwante artikelen en geven indien nodig inbouwinstructie Contactpersoon: C.R. Ruijter jr Den Haag Tel 070-4275786 / Fax 070-3455365 Gsm 06-28336380 E-mail rolfruijter@hetnet.nl

Via Rolf is niet merkgebonden en is mobiel……………… PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

21


DE CHIRURGIJN

De chirurgijn Deze keer neemt de chirurgijn ons mee op vrachtvaarders in de 16e-17e eeuw.

Aad Bostelaar

G

edurende de 16e eeuw dreven de Nederlanders met een groot aantal kleine vrachtvaarders een levendige koopvaart op de landen van West- en Noord- Europa. Ook de schepen van oorlog van de jonge Republiek, voortgekomen uit de Watergeuzenvloot, waren nauwelijks groter dan jachten bestemd voor de strijd op de Zuiderzee en de Zeeuwse Stromen. Van geneeskundige voorzieningen aan boord van deze scheepjes is vrijwel niets bekend. Tegen het einde van de “Tien Jaren” van 1588 tot 1598, waarin, onder Maurits en Van Oldenbarnevelt, de Republiek der Verenigde Nederlanden haar grenzen, staatkundige vorm en plaats in de wereld verwierf en waarin de basis voor de komende “Gouden Eeuw” werd gelegd, was de scheepvaart sterk gegroeid. Men stond klaar om naar Afrika en de nieuwe werelden in Oost en West te zeilen. Op de grotere schepen, die veelal in vlootverband voeren en een grote bemanning vereisten, bleken heelmeesters noodzakelijk. Het waren lange reizen, waarbij de bemanning aan alle denkbare gevaren werd blootgesteld. De Doctores Medicinae, u weet wel de gestudeerden aan de universiteiten van o.a. Padua, Bologna en Montpellier, hadden zich inmiddels overgegeven aan de Scholastiek om hun kennis te vermeerderen. Het denken en redeneren kwam op de voorgrond te staan en ging ten koste van het waarnemen en praktisch handelen. De studie was veelal weggelegd voor de zeer welgestelden. De Doctores waren schaars in aantal, veel gevraagd

22

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

en genoten een hoog aanzien. Aan Hippocrates, arabische schrijvers en Galenus ontleenden zij hun “theoretische kennis”, waarmee zij inwendige aandoeningen met een omvangrijke receptuur behandelden. De chirurgie lieten zij over aan lieden van minder allooi. Deze barbiers was het overigens verboden zich op het terrein van de Doctores te begeven. De barbiers of chirurgijns waren op hun beurt eind 16e eeuw verenigd in gilden, dit om zich in de eerste plaats te beschermen tegen de concurrentie van de vele rondreizende kwakzalvers. De gilden stelden eisen t.a.v. de opleiding en de toelating tot het gilde als meester chirurgijn. Eind 16e begin 17e eeuw omvatte het examen slechts het aderlaten. De kandidaat moest drie lancetten slijpen, zodat zij goed van punt en snede

alles naar behoren was uitgevoerd werd men tot meester verheven. Voor fouten gemaakt tijdens het examen moest de meester een boete betalen aan het gilde, de inrichting van de chirurgijnkamer en de armen-bus. In Enkhuizen werd onderscheid gemaakt tussen examens voor gildenmeesters en voor scheepschirurgijns. De laatstgenoemden hadden een minder uitvoerige taak ! Om te kunnen aanmonsteren als onderbarbier moest men, volgens De “Ordonnantie van ’t Collegie der Doctoren ende Chirurgijns der Stede Enchuysen Anno 1636”, drie jaren als ‘jongen’ gediend hebben bij een meester. Bontekoe schrijft eind 17e eeuw: “Maar nadat de knegts van de Chirurgijns een winkel 2 of 3 maal besogt hebben, so varen sij ter zee, en na dat sij over de groote wateren wat gesworven, en sonder fondament… ’t ellendig scheepsvolk als beuls gepynigt en mishandeld hebben, soo komen sij ’t huys en geven zig voor artzen uyt die d’ experientie en konst, als een ultramarijn van over zee gehaald hebben”. Om u een idee te geven van ontberingen die geleden werden, keren wij terug naar eind 16e eeuw. In april van het jaar 1595 zeilen drie schepen, de Mauritius, de Hollandia, en de Amsterdam samen met het jacht Duyfken van de rede van Texel uit op de “eerste schipvaart naar Oostindien”. Van de 249 aangemonsterde mannen en jongens keren er 89 na een reis van twee jaar terug. “ Met hulpe Gods, tot eere en dienst van het vaderland en tot ons eygen profyt” volgens het journaal.

waren en waarmee men driemaal in leder kon steken zonder dat het kraakte. Vervolgens diende met elk lancet adergelaten te worden, zodat het bloed “naar behoren sprong”. In de loop van de 17e eeuw volgt een tweede deel, meer toegespitst op de eigenlijke chirurgie namelijk anatomische kennis, die aan de hand van kadavers geëxamineerd werd. Een later derde deel bestond uit het volgens de regelen der kunst verbinden van patiënten. Als

Geheel onvoorbereid was men niet, de ervaringen van Jan Huygens van Linschoten varend (in Portugese dienst) om de Kaap naar Indië waren bekend. Een deel van zijn beschrijvingen was aan boord van de vloot. De barbier wordt erin genoemd als behorend tot de bemanning van de zeilschepen die al een eeuw op Indië varen. Hij beschrijft daarin ook de meest voorkomende ziekten in Indië zoals de cholera, dysenterie (bloet ganck, rood melezoen) en febris continua, waaraan velen in vier tot vijf dagen sterven. De Portugezen passen als therapie aderlaten toe. Heidenen en indianen genezen zich daarentegen met kruiden! Scheurbuik (scorbut) wordt in


ZOMERPROGRAMMA 2004

zijn verslag terloops genoemd. Uit het journaal van de Mauritius blijkt, dat de eerste man begin juli na het passeren van de zuidelijke keerkring aan scheurbuik overlijdt. Op 23 oktober in de buurt van Madagaskar is het aantal doden gestegen tot 49 man van de 84. In deze maanden probeert men een aantal keren een eiland aan te doen, maar of

er wordt geen vers fruit aangetroffen of het is niet bezeild. Een ernstig vitamine C tekort vertraagt o.a. de wondgenezing, verlaagt de afweer tegen infecties, veroorzaakt bloedend en geïnfecteerd tandvlees, tanduitval, en bloedingen zowel onderhuids als in spieren en gewrichten. Later wordt een eiland met vers fruit gevonden en tot aan de aankomst in

Bantam worden geen overlijdensgevallen meer gemeld. Bij het aan land gaan brak echter dysenterie uit, waaraan nog eens twintig mannen overleden. In medisch opzicht waren de eerste reizen een catastrofe en de chirurgijns stonden daarbij machteloos.

Zomerprogramma 2004 De winter is de tijd om plannen voor het komende seizoen te maken. Zo ook voor de PZV. Ook dit jaar hebben we weer een groot aantal mensen bereid gevonden om een activiteit te (helpen) organiseren.

H

ieronder en op de volgende pagina het resultaat van de inspanningen van enkele van onze

actieve leden: een ruime keuze van tochten met een hoog instructief, prestatie- en/of gezelligheidsgehalte. En dan is er natuurlijk nog de Ramsgatetocht, maar daarvoor is de inschrijving al gesloten. P.S: Opgeven via de onderstreepte E-mailadressen of telefonisch naar de betreffende personen. Peter Slikkerveer

Zomerprogramma 2004, deel 1 24-25 APRIL:

PRAKTISCHE KUST NAVIGATIE, Truus de Wijs, Bauke Sijtsma Wat is er beter dan een weekend Praktische Kust Navigatie na het behalen van het TKN-diploma? Dat gaan we met PZV eind april doen, zodat onze zeewaardigheid optimaal is vóór het begin van het zomerseizoen. Zonder recent TKN-diploma kan men ook deelnemen. Het aantal mogelijke deelnemers wordt bepaald door de beschikbare boten. (tdewijs@hotmail.com) 5-6 JUNI:

RONDJE BUITENOM, Philip Beekman, Paul Horstman Een fraaie tocht tijdens welke we één van de Zeeuwse zeegaten uitgaan en een ander weer binnen komen. Een prima gelegenheid om de zee eens te verkennen. p.beekman@chello.nl 12-13 JUNI:

VROUWENWEEKEND, Jacqueline van Amstel, Cora Molenbroek, Dimphy Brekoo, Rolien Lucassen De bedoeling is om met enkele boten met vrouwelijke bemanning en vrouwelijke schipper een weekend verschillende aspecten van het zeilen te oefenen. Zowel aan zeilmanoeuvres alsook aan zeiltrim zal aandacht besteedt worden. Het vaargebied zal Zeeland zijn, vanuit Dintelsas en/of Grevelingen. (j.van.amstel@planet.nl) 24-27 JUNI:

HEEN EN WEER WEEKEND, Haye van der Werf, Jacqueline van Amstel, Truus de Wijs Voor wie van langere tochten houdt: Een lang weekend heen en weer naar Engeland met als doel een dag in Engeland te zijn en daar samen iets te gaan doen/verkennen (Bezoek aan museum, stad, paardenrace…..) Doel in Engeland nog verder te bepalen. Niet voor onervaren opstappers. (Haye.van.der.werf@philips.com)

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

23


ZOMERPROGRAMMA 2004

Zomerprogramma 2004, deel 2 10 JULI:

START CAM RACE, informatie bij Jan Statius Muller De interesse in de Colin Archer Memorial Race is duidelijk stijgende. Aan de race van Lauwersoog naar Larvik in Noorwegen doen dit jaar vijf PZV schepen mee, terwijl twee PZV’ers op andere schepen meevaren. De inschrijving is nu gesloten en alle PZV bemanningen zijn compleet. Voor informatie over de CAM race en de PZV deelname kun je bij Jan Statius Muller terecht. Op 7 april is er in de Pub een informatie avond voor de PZV deelnemers. stmuller@hetnet.nl 10 - 17 JULI:

AANBRENGTOCHT NAAR DE KANAALEILANDEN EN FRANSE KUST, Martin Droogh Bij goed weer voert de tocht in een week via de Kanaaleilanden langs de Franse kust, naar een Franse haven in NoordBretagne (bijv. St.Malo). Er moet rekening worden gehouden met een oversteek van 36 à 48 uur. Na een week is er in een Franse haven een bemanningswissel voor de opstappers. Deelname staat open voor schippers en opstappers. martin.droogh@planet.nl 28-29 AUGUSTUS:

IJSSELMEER WEEKEND, projectleider nog niet bekend, Pieter Jan van Dongen Een vervolg van een succesvolle traditie: een weekend voor hen die aan het IJsselmeer liggen en voor diegenen die het IJsselmeer willen ontdekken. projectleider@onbekend.nl (3) 4 EN 5 SEPTEMBER: LATE SUMMER NIGHT WEEKEND, Ruud Heezemans, Corrie van Oort, Mees Dekker, Mac Dekker Een weekend waarbij we zullen overnachten op de Oosterschelde (met heel slecht weer eventueel in een haven). Dit kan ontaarden in een heel drukke nacht (ankeren op stroom). Maar ook een gezellige zaterdagavond, onder een mooie heldere sterrenhemel. Wacht niet te lang met opgeven: geef je op voor deze ‘Night On (Dragging) Anchor’! ruud.heezemans@philips.com 11-12 SEPTEMBER:

DROOGVALLEN, Paul Horstman , Haye van der Werf Droogvallen met een zeiljacht is in sommige landen heel gewoon. Een weekend voor wie dit eens wil ervaren of z’n boot van onderen wil zien. Beperkte deelname. paul.horstman@home.nl 25-26 SEPTEMBER:

EINDEJAARSWEEKEND, Ted Posthumus, Yvonne Verschure, Wim Braun Als traditie een clubwedstrijdje ter afsluiting van het vaarseizoen, gevolgd door een gezellig diner. Dit jaar is het weekend weer eind september. Nu maar hopen op beter weer dan vorig jaar. ggposthumus@home.nl Om verschillende redenen is er nog geen datum voor de volgende twee activiteiten: ZWAAR WEER WEEKEND, Adri Visser, Philip Beekman, Haye van der Werf Een ervaringsweekend voor meer geoefende zeilers. Hoe zwaar is het om met meer wind te varen? Hoe gedraagt je schip zich? De gelegenheid om de zwaar-weer-manoeuvres uit de boekjes eens uit te proberen in de praktijk. Omdat dit alleen kan bij voldoende wind (> 5), een Elfstedentochtachtige constructie. Geef je op als geïnteresseerde. Wanneer het weer geschikt lijkt te worden, wordt je een aantal dagen tevoren gebeld dat het dat komende weekend gaat gebeuren. Timing: september – november. adri.visser@12move.nl ZEILEN MET DE KLEINTJES, Hans van Reenen Onder het motto: ‘Jong geleerd is oud gedaan’ willen we deze zomer een poging wagen een elementaire weekend zeilactiviteit voor kinderen te organiseren. Doelgroep: beginnende zeilers, kinderen en kleinkinderen van PZV-ers, in de leeftijdsgroep van circa 5-10 jaar. Belangstellende ouders en grootouders worden verzocht die belangstelling via een mailtje kenbaar te maken aan de projectleider. Tevens gezocht: leden die mee willen helpen bij de organisatie! vanreenen@wxs.nl

24

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004


ADVERTENTIE

Nog niet zeilen maar wel plannen maken

en daarom tot spoedig ziens op de maandelijkse borrel in de

Trafalgar Pub PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

25


JACHTONTWERP

Jachtontwerp, excursie TU-Delft Hongerend naar meer kennis togen zo’n dertig PZV-ers naar Delft voor een excursie op topniveau.

Bauke Sijtsma

D

e heren Lex Keuning, associate professor aan de TU-Delft, en Hans Körner, lid van het ontwerp-team van Van de Stadt Design, zullen elk een presentatie geven over het ontwerpen van jachten.

Maritieme Techniek in Delft, en Van de Stadt Design zijn beiden internationaal bekend op het gebied van het ontwerpen van scherpe jachten, en vertegenwoordigen kennis in theorie en praktijk, die tientallen jaren ervaring vertegenwoordigt. Wij zijn om 11 uur op zaterdag 23 november in het gebouw van Maritieme Techniek van de TU-Delft. Voor enkelen van ons is dit nog bekend terrein uit hun studietijd. Het zal vandaag dus gaan over computersimulaties, ontwerpcriteria, en testen met modellen. We krijgen ook een demonstratie van de beroemde sleeptank voor scheepsmodellen.

26

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

JACHTONTWERP IN DELFT De presentatie van Lex Keuning (TU), is getiteld ‘Ontwerpen en testen van scheepsmodellen’. Jachtontwerp maakt deel uit van de sectie Scheepshydrodynamica van de afdeling Transport, techniek en maritieme techniek, en dat weer binnen de faculteit Ontwerp, Productie en Constructie. De historie gaat terug tot 1968. In de sectie onderscheidt men hydrostatica en hydrodynamica. De hydrostatica gaat over zaken als drijven, stabiliteit, en waterdichte compartimenten. Hydrodynamica kent onderwerpen als de weerstand tijdens de vaart, de voortstuwing, gedrag in golven, en manoeuvreren. Men werkt aan geavanceerde snelle schepen, aan jachten, maar ook aan offshore platforms. Er is in de loop der tijd een unieke serie modellen ontwikkeld die van negen tot nu 60 is gegroeid. Per model zit er zo’n twee weken proefnemingen in de sleeptank in. Dit is de Delft Systematic Yacht Hull Series. De 60 modellen zijn allemaal even lang en zij zijn de referentie-modellen voor nieuwe ontwerpen. De over de jaren opgebouwde kennis is nu vertegenwoordigd in een software rekenmodel, het Velocity Prediction Program. Industriële projecten, die hier ook gedaan worden, hebben beroemde namen opgeleverd, zoals de Pion van Van der Stadt en de Spirit of Delft. Bij onderzoek aan bestaande scheepstypen zijn de resultaten soms verrassend, zoals de Lemster aak die sneller achteruit dan vooruit bleek te varen! Sommige van de nieuw ontworpen jachten worden flink aan de maat, zoals een

driemast langsgetuigd schip van meer dan 80 meter. Of ze zijn bijzonder, zoals een dwarsgetuigd schip met 360 graden draaibare masten. De theoretische uiteenzetting voert ons langs de soorten weerstand in het water door viscositeit, golven, wind en drift, langs de effecten van de kiel van het varen onder helling, langs de interpretatie van de polaire snelheidsdiagrammen, langs systematisch kielonderzoek en het gedrag in golven. De boeiende toelichting neemt ongemerkt ook een Brabants kwartiertje meer dan gepland. VAN DE STADT DESIGN De voordracht van Hans Körner heet ‘Ontwerpcriteria voor scherpe jachten’. Ooit deed men eerst praktische ervaring op met een nieuw ontwerp en ging men er later aan rekenen, toen nog met behulp van de rekenlineaal. Nu wordt alles tevoren met computers in 3D-lijnenplannen uitgewerkt. In nauw overleg met de klant wordt eerst een vóórontwerp gemaakt om op één lijn te geraken. Dan volgen lijnenplan, gewichtsberekening, vertrimmen onder helling, en spantenplan. De gewichtsberekening vergt veel werk. Het steekt redelijk nauw met het gewicht i.v.m. de snelheid, maar ook de gewichtsverdéling is kritisch, want die moet kloppen met de rompvorm. Een goed uitgewerkt plan is ook de basis van een vlotte bouw door de werf. De werf moet zich stipt aan de gewichten houden en kan daarbij soms ook nog verbeteringen bereiken. Maar al te gemakkelijk komen er zomaar honderden kilo’s extra aan boord bij het kiezen van uitrusting en apparatuur. De aanbe-


JACHTONTWERP

veling is dan ook om alles te laten registreren en aftekenen. Het niet goed zeilen of niet lopen van een schip, kan ook door verkeerd afbouwen veroorzaakt worden. B.v. door te weinig lood in de kiel. Bij vernieuwingen in het ontwerp van jachten, denkt men bij Van de Stadt o.a. aan een tuigage met wantloze koolstof mast, rondom draaibaar met een lier onder aan de mastvoet. Het idee is eenvoudig, als bij de surfplank. Dit is voor ons nogal een schok. Wat moeten we doen in de kuip zonder grootschoot? En wie wil onze boten later nog kopen? De DE TANK De beroemde sleeptank zullen we nu van dichtbij meemaken. Hier zijn modellen van vele zeeschepen getest, en zelfs ook nog een model van de Airbus 380 voor onderzoek naar ‘vuile wind’. Wij gaan in twee groepen na elkaar mee op de rijdende sleep- en meetbrug. Het model van een gigantisch nieuw zeiljacht wordt gemeten tijdens de demonstratie. Dit jacht wordt in werkelijkheid zó groot dat het de vraag is of er ooit normaal mee gemanoeuvreerd zal kunnen worden. Als ik op de brug mag, realiseer ik me dat dit de meest zuivere eenparige beweging moet zijn die ik ooit heb meegemaakt. Het zal hier wel in ppm (parts per million) nauwkeurig geregeld zijn. De wielen van de rijdende sleep- en meetbrug mogen natuurlijk geen oneffenheden tegenkomen. Daarom heeft elk wiel borsteltjes om ongerechtigheden van de rails te vegen. Geen kans op vierkante wielen hier. De NS kan er nog wat van leren!

PZV-schepen lopen gelukkig nog niet het gevaar dat je er niet meer mee voor de dag kunt komen, want voorlopig zijn er problemen te over. De mast heeft geen compressie door het ontbreken van het want, er werken enorme krachten op de draaibare mastvoet, en nog meer.

De sleeptank is 150 m lang en er kunnen allerlei typen golven opgewekt worden.Het scheepsmodel wordt zeer vernuftig aan de rijdende brug opge-

hangen. Er moet gesleept worden én er moet voldoende vrijheid van beweging voor het model zijn in de golven. Er kan zowel vooruit als achteruit met het model gesleept en gemeten worden, en ook kan de koers van het model schuin zijn t.o.v. de sleeprichting. Beroemd zijn de rails waarop de loopbrug rijdt. Zij volgen de kromming der aarde! Heel logisch, want anders zou de brug aan de einden van de sleeptank het scheepsmodel oplichten uit het water, en dat willen ze niet hier in Delft. De afwijking in hoogte zou zo’n 1,5 mm zijn. Dit kunnen we thuis mooi narekenen, b.v. met de formule voor de optische dracht uit het TKN-boek. Hier zien we ook de vele modellen die in gebruik zijn en de werkplaats waar ze gemaakt worden. De modellen gaan wel gebukt onder hun schaalverkleining. Allerlei grootheden, zoals de eigenschappen van water, schalen natuurlijk niet mee. Een van die grootheden is de weerstand t.g.v. het langsstromende water en daarom zijn de modellen aan de zijkanten voorzien van enkele wrijvingsstrips. Met behulp van de modellen kan men een hoop te weten komen, maar helaas is niet alles voorspelbaar over het uiteindelijke schip.

Inmiddels verschenen in de nummers 2 en 3 van de Waterkampioen 2004 twee fraaie artikelen van Hans Körner over zeewaardigheid en ontwerp van jachten.

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

27


WATERPOLITIE

Bezoek van de waterpolitie aan PZV Op Donderdag 29 januari verzorgde René van Esch, operationeel chef van de waterpolitie, een presentatie voor PZV in de pub. Ondanks het slechte weer die dag, was er een ruime belangstelling.

Bert ten Hoeve

R

ené van Esch, korpschef te Maasbracht, is medewerker van de KLPD ( Korps Landelijke Politie Diensten) met als hoofdkantoor het landelijk commando in Dordrecht. Nederland is opgedeeld in 6 geografisch gespreide regio’s, waarvan Maasbracht de thuisbasis is van René van Esch. Totaal zijn ca. 360 personen werkzaam bij de diverse diensten van de KLPD. Men beschikt over 30 grote vaartuigen van 18,80 m lang, met zoveel motorvermogen dat een snelheid van 40 km/uur oftewel ca. 22 knopen bereikt kan worden, en 100 kleinere boten met een aanmerkelijk hogere snelheid om jetski’s en speedboten in te kunnen halen. De vroegere RP aanduiding op de romp (Rijks Politie) is in 1997 gewijzigd in P (Politie). Doormiddel van een video werd een aantal van de werkzaamheden op de hoofdvaarwegen in Nederland in beeld gebracht. Gedurende 24 uur per dag wordt er gezorgd voor de uitvoering van de diverse taken die aan de KLPD zijn toebedeeld. De kerntaken omvatten het toezicht op het uitoefenen van de veiligheidsvoorschriften, het voorkomen van of ingrijpen bij misdrijven, controle op de milieueisen en nautische ondersteuning in de regio’s. Deze activiteiten worden verricht op de Nederlandse hoofdvaarwe-

28

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

gen en daarnaast ook op zee, tot ca. 15 mijl buiten de kust. Op de grote wateren bestaat er een meldsysteem voor gevaarlijke stoffen, die door experts van de TMC (Transport en Milieu Controle) beoordeeld worden op de mate van gevaar. Rotterdam heeft een uitzonderlijke status en heeft los van de overige regio’s een eigen zeehavenpolitie. Het beroepsvervoer is verplicht zich bij de sluizen te melden en de aard van de lading door te geven. De KLPD kan hier alleen inspecteren na machtiging door het OM. Net als bij het vrachtvervoer over de weg kennen ook de schippers een vaartijdenbesluit. Twee schippers per schip zijn vereist, uiteraard voorzien van de juiste papieren. Zodra de openbare orde verstoord of in gevaar gebracht wordt binnen de bebouwde kom, is de burgemeester/OM verantwoordelijk voor het ten uitvoer brengen van het politieonderzoek. Zoals diverse PZV-schippers uit eigen ervaring weten, heeft de douane, in tegenstelling tot de KLPD, geen toestemming nodig om aan boord te komen voor controle op het hebben van eigendomscertificaten, rode diesel, drugs en andere verboden zaken. Pas als er acties op het water uitgevoerd worden die niet in de wet geregeld zijn, zal er aanspraak gemaakt moeten worden op de regels die gelden voor goed zeemanschap. Op het gebied van preventieve veiligheid werden door René van Esch nog enkele aanbevelingen gedaan: − Tijdens de winterperiode zoveel mogelijk spullen mee naar huis nemen. De meeste inbraken vinden in die periode plaats. − Adressen en namen op de boot niet te opvallend zichtbaar laten zijn. Ongewenste personen blijken hier nogal eens misbruik van te maken. − Buitenboordmotoren laten voorzien van postcode en huisnummer. − Uiteraard de nodige maatregelen nemen tegen vorst. − Denk eraan dat grote schepen een dode hoek van ca 350 meter hebben. Vervolgens werd uitgebreid aandacht geschonken aan wijzigingen in het BPR (Binnenvaart Politie Reglement), welke vanaf 1 april 2004 verwacht worden van kracht te zullen zijn. Dit reglement is gel-

dig op het IJsselmeer, de Waddenzee, de Zeeuwse en Zuid-Hollandse stromen, de Gelderse IJssel en de Maas en is verplicht voor alle soorten schepen, van zeeschepen tot kano’s. De ook door ons veelvuldig bevaren Westerschelde kent een eigen reglement, waarvoor deze wijzigingen niet aan de orde zijn. De reglementen worden o.a. gepubliceerd in de Wateralmanak deel1 van de ANWB. Een aantal wijzigingen heeft te maken met nieuwe definities van o.a. groot schip, klein schip, snel schip, verlichting, geluidsseinen en voorrangsregels. In Zeilen, nummer 1, van januari 2004 wordt op pagina 21 een aantal wijzigingen besproken. Helaas moest René van Esch mededelen dat er een aantal fouten in dat artikel voorkomt. Deze fouten zullen binnenkort (met de correcties) op onze Website te lezen zijn. Naar aanleiding van vragen uit het gehoor, konden nog enige toevoegingen genoteerd worden: − Reglementen aan boord zijn verplicht. In het vervolg mag dit ook in digitale vorm. − Verantwoordelijk voor een schip is de schipper en hij moet aan boord zijn. − Bij zeegaande schepen is alleen sprake van regels wanneer men een zeebrief heeft. Anders wordt men beschouwd als een plezierjacht. − De dode hoek op grote schepen mag met hulpmiddelen gecompenseerd worden. − Bij slecht zicht dient met radar (met diploma!) gevaren te worden. Over de definitie van slecht zicht bestaat echter grote onduidelijkheid. Tenslotte werd nog enige aandacht besteed aan het beleid betreffende koperhoudende anti-fouling. Op grond van Europese regelgeving is op17 maart 2003 het verbod op het bezit en gebruik van koperhoudende anti-fouling opgeheven. Een aantal verffabrikanten beschikte toen niet meer over de vereiste toelatingsnummers, maar zij zullen deze zeker weer willen activeren, omdat er voor zout water nog steeds geen bruikbare alternatieven beschikbaar zijn. Met een dankwoord voorzien van een cadeautje ( waarvan de inhoud overigens niet tijdens diensturen geconsumeerd mag worden !) werd afscheid van René van Esch genomen.


CAPTAIN COOK & CO

Roerbaksalade met courgette en garnalen

D

eze keer een Italiaanse salade met een Oosters accent…of een Oosterse met een Italiaans accent. In elk geval een pittige salade waar een witte wijn best vervangen mag worden voor een biertje en daardoor meer bij de Oosterse keuken past. Begin eerst alles voor te bereiden, zoals: - garnalen rug kerven en zwarte draad verwijderen - courgette in lengte doorsnijden en in dunne schuine plakjes snijden 2 mm dik - limoentje wassen en de schil grof raspen, liefst de schil van 2 limoentjes - gember raspen of fijnsnijden - koriander en munt fijnhakken - wortel in stukken van 4 cm snijden en dan en julienne snijden Verhit de wok tot goed heet, doe er de olie in en bak de garnalen in 3 minuten mooi bruin en gaar. Voeg er tijdens het bakken de rasp van de limoen, de gember en de fijn gesneden peper aan toe.

Captain Cook & Co Als de garnalen gaar zijn, doe dan de kruiden, de wortelen, de ketjap en het citroensap erbij. Alles goed omscheppen, het vuur uitdoen en meteen de courgettes er doorscheppen. Met zout en eventueel nog wat ketjap op smaak maken. Ondertussen heb je de borden opgemaakt met de sla en als een krans de rucola op de rand van het bord gelegd. Haal de garnalen uit de pan en zet die even warm opzij. De warme inhoud uit de wok verdeel je over de diverse bor-

den met sla. Drapeer de garnalen op het bord en serveer dit alles meteen, dan blijft de courgette lekker knapperig en is de sla nog fris, terwijl de saus met de garnalen heerlijk warm zijn. De frisse smaak van de limoen is goed te proeven terwijl de peper met de ketjap een duidelijk Oosters tintje geven. En zoals gebruikelijk weer gember! Smakelijk namens C en C.

Ingrediënten voor recept voor 4 personen bereidingstijd 15 tot 20 minuten.

4 a 5 grote garnalen per persoon 1 courgette 6 el zonnebloem olie 1 limoentje of citroen 1 volle eetlepel verse geraspte gember of uit een potje 1 kleine rode peper fijn gesneden, zaadlijsten verwijderen 2 el ketjap (sojasaus) koriander + munt (2 x 1/2 eetlepel) fijn gesneden 1 wortel julienne gesneden (luciferhoutjes) veldsla + rucola of gemengde sla kant en klaar uit het pak eventueel een teentje knoflook, fijn gesneden

ZEILKLEDING …te kust en te keur!

Geopend: dinsdag t/m vrijdag vanaf 10:00 uur, zaterdag vanaf 9.00 uur, koopavond donderdag

HERMAN LIEVEN ZEILKLEDING Oostwal 6 5211 RC ’s-Hertogenbosch Tel: 073-6131763 Fax: 073-6130786

info@lieven.nl PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

29


ZEILMAKERS, ZEILEN EN LATTEN

Over zeilmakers, zeilen en latten Twee redacteuren op bezoek bij Lion Sails in Kats

Hans van Reenen en Bep Delissen

H

et valt niet mee om een kei in het maken van jachtzeilen zover te krijgen dat hij de pen ter hand neemt en opschrijft wat hij ons over zijn vak zou willen vertellen. Daarom besloten we het anders aan te pakken en zijn we, gewapend met eigen pen en schrijfblok, naar Kats getogen om van Ton Leeuwenstein persoonlijk te horen hoe hij ons aan zeven knopen of meer kan helpen. DE ZEILMAKER Ton is geboren in Oud-Loosdrecht, een dorp waarin in die tijd bijna de helft van de bevolking een boterham verdiende aan de watersport. In 1958 begon hij als leerling bij de Zeilmakerij Vreeken. Er bestond toen (en ook nu is dat nog niet het geval) geen aparte opleiding voor zeilmakers. Het vak leren deed je door ‘on the job training’, d.w.z. door het in de praktijk te leren. En je leerde het alleen maar als je beschikte over een goede leermeester, een behoorlijke dosis ruimtelijk inzicht en het nodige doorzettingsvermogen. Vreeken was toen één van de weinige echte zeilmakers in Nederland, naast bijvoorbeeld De Vries. Het was de tijd van Dudok van Heel, van de eenheidsklassen, de tijd van de eerste Schakels, de eerste Flying Dutchmans, etc. Dat wil zeggen grote aantallen open boten. Vreeken was een perfecte zeilmaker en een goede leermeester. Toch zocht Ton na een jaar of zes/zeven zijn eigen weg. Zeg maar in verband met een generatieconflict: ideeën over een andere aan30

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

pak botsten met de traditionele manier van werken. Hij vertrok dus en wel naar Lammerts van Bueren in Maarsen, waar hij na circa anderhalf jaar (op zijn eenentwintigste) chef van de zeilmakerij werd. In 1973 kwamen Van der Rest Nautic en Lammerts van Bueren overeen dat er in Kats een dépendance van Lammerts van Bueren zou komen. Op het terrein van Van der Rest begon Ton als chef met een man of zes. Later groeide dat zelfs uit tot zo’n 33 man. In die tijd werden er veel jachtzeilen gemaakt en verschrikkelijk veel surfzeilen. Daarvan hebben ze er in Kats toen wel zo’n 450.000 gemaakt. In januari 1985 verhuisde Lammerts van Bueren naar Goes. Ton besloot om niet mee te gaan en voor zichzelf te beginnen. Hij wilde daarbij terug naar de basis van zijn vak : alleen maar jachtzeilen, dus vooral geen kappen, dekkleden of surfzeilen meer! Hij begon alleen en had binnen een jaar weer een man of zes aan het werk. Vandaag de dag heeft Lion Sails een jaaromzet van circa een half miljoen euro. Voor 80% komt die omzet uit nieuwe zeilen, voor 20% uit reparatie. Hij heeft veel vaste klanten, maakt voornamelijk toerzeilen met zo af en toe een wedstrijdzeil. Hij heeft zich bewust niet in de markt van de high-tech zeilen begeven (zoals b.v. North). Hij staat echter wel voor een hoge kwaliteitsstandaard! ‘Een zeil moet van goede kwaliteit zijn, je moet er geen gelazer mee krijgen, het moet goed staan. Het mag dan misschien wel een beetje meer kosten, maar dat is het dan ook waard!’. Dat betekent dat hij ook altijd zelf ter plekke komt meten. Meten is weten! Er zijn weinig schepen die exact hetzelfde zijn. Hij gelooft dus niet in standaardzeilen. Hij neemt de exacte maten op en neemt daarmee ook zelf de verantwoordelijkheid voor de juistheid van die maten. Een zeil wordt gemaakt volgens een bepaald patroon, maar dan moet je er vervolgens ook in de praktijk mee zeilen en zien of het ook goed staat. Zeilen maken is een wisselwerking tussen theorie en praktijk. De on-

derlinge verhoudingen in een zeil zijn daarbij heel belangrijk. Wist u dat 90% van de achterlijk problemen uit het voorlijk komt? Door het doorhangen van het voorlijk, of de voorstag krijg je teveel bolling, met alle gevolgen van dien. Vaak is een correctie van enkele centimeters voldoende. Maar dat moet je dan wel weten! Ton zeilt al veertig jaar wedstrijden, voornamelijk met klanten. Met zijn zeilen doet hij inmiddels aardig mee in de top van de klassementen. Inmiddels heeft zijn bedrijf ook de nodige naamsbekendheid gekregen. Het wordt erkend als een degelijke Nederlandse kwaliteitszeilmakerij. Zijn klanten komen uit het Zeeuwse, maar hij heeft óók nog steeds veel klanten uit de regio IJsselmeer. HORIZONTALE ZEILLATTEN Zeillatten in het grootzeil (horizontale latten) waren oorspronkelijk korte latten van hout. Er goldt een beperking voor wat betreft de lengte, die beperking was vastgelegd in de wedstrijdregels. Bij het maken van alle zeilen, ook de toerzeilen, werd van die regels uitgegaan. Later zijn de wedstrijdregels versoepeld en werd het mogelijk om het achterlijk uit te bouwen voor meer zeiloppervlak. Met de nieuwe materialen van vandaag is er wat dat betreft veel mogelijk door vorm en samenstelling van zeillatten. Ton laat ons spullen zien, die tamelijk revolutionair genoemd mogen worden. De huidige materialen maken dat ‘latten’ redelijk eenvoudig in variabele dikte te maken en te verjongen zijn. De zeilen zijn daardoor beter te hanteren en je krijgt een veel betere zeilvorm. Veel van Ton’s zeilen hebben relatief korte latten. Overigens is hij er wel toe overgegaan om de bovenste lat geheel door te laten lopen, wat resulteert in minder plooien en een zeil dat beter ‘praat’. DOORGELATTE ZEILEN Circa 20% van de vandaag de dag geleverde zeilen is doorgelat. Sommige werven (b.v. Dehler en Etap) leveren hun schepen standaard daarmee af, inclusief de speciale huik op de giek.


ZEILMAKERS, ZEILEN EN LATTEN

Het doorlatten is opgekomen met de komst van nieuwe materialen. Het eerst werd het principe overigens toegepast op open catamarans en van daaruit is het, voornamelijk vanwege het bedieningsgemak, overgewaaid naar het toerzeilen. Op toerjachten zie je doorgelatte zeilen veelal in combinatie met zogenoemde ‘Lazy Jacks’. Vanuit het oogpunt van trim doe je met doorlopende zeillatten een concessie. Het zeil valt moeilijker te ‘lezen’, het verraadt niet meer elke beweging of windschifting, het wordt dus minder gevoelig! In de wedstrijdzeilerij zie je daarom bijna nooit doorgelatte zeilen. Bij licht weer kunnen de lange latten (bij een te grote voorlijkspanning) gemakkelijk tot het zogenaamd negatief staan van het zeil leiden, met name in de buurt van de toplat. Doorgelatte zeilen leiden dan ook tot meer slijtage. Een ander nadeel van de uitgebouwde (doorgelatte) zeilen is dat het achterlijk tegen het achterstag aan gaat lopen, dus nog meer slijtage.

platte lat buigt altijd meer dan een ronde!) bieden die de mogelijkheid om het zeil op de juiste spanning te zetten en te houden en daardoor precies in de goede vorm.. ROLGROOTZEILEN Wie op het water om zich heen kijkt ziet steeds meer grootzeilen die in de mast opgerold kunnen worden (‘en wellicht daarom vaak ook zijn!’). Dit is als het ware de volgende comfortstap na het ‘doorlatten’. In combinatie met elektrische lieren kun je zo el zeilen tot je tachtig bent. Qua zeiloppervlak en vorm zijn rolgrootzeilen een compromis. Doorgelatte grootzeilen worden bij voorkeur biradiaal gesneden in verband met de dikte en de beschikbare ruimte in de mastgleuf. Het achterlijk is hol en trimmo-

Daartegenover staat het (zeil)comfort : ‘Je moet ook eens kijken wie er mee vaart. De populatie van de watersporters is de laatste jaren sterk aan het veranderen. De groep die er op wat latere leeftijd als het ware zomaar invalt (‘doe mij die 44 voeter maar…….’) neemt sterk toe, waardoor de groep die met watersport is opgegroeid verhoudingsgewijs kleiner wordt’. De filosofie achter het standaarddoorgelatte-zeilen-concept is daarop gericht. Mensen moeten niet tegen het zeilen op zien. Het zetten en bergen van het zeil wordt door het gebruik van de lange latten meer controleerbaar. Door de latten staat het zeil er ook nagenoeg altijd keurig bij. Voeg aan de latten nog ‘lazy jacks’ toe en het zeil valt bij het strijken ook nog netjes op de giek! Wat wil je nog meer? Lion Sails gebruikt – in de geest van de totale bedrijfsaanpak - voor doorgelatte ‘full batten’-zeilen eerste klas materialen. Dat geldt zowel voor het doek (Dacron, biradiaal geweven, voor grootzeilen en astrolaminaat, triradiaal geweven, voor voorzeilen) als voor de ondersteunende materialen. Op de giek worden ‘karretjes’ gebruikt van het merk Rutgerson. In combinatie met ronde, niet verjongde, kunststoflatten (N.B: een

gelijkheden zijn nauwelijks aanwezig. ‘Voor veel zeilers van vandaag echter geen probleem. Immers het gaan van A naar B prevaleert boven het eindeloos trekken aan touwtjes om die laatste tweetiende knoop er uit te halen’. VERTICALE ZEILLATTEN De eerste rolgrootzeilen werden – om ze te kunnen opbergen - net als een genua hol gesneden. Het gebruik van verticale latten maakt het echter mogelijk om het zeil aan de achterzijde als het ware uit te bouwen, waardoor het beter staat. Het heeft dan meer het uiterlijk

van een normaal zeil. Een voorbeeld van een werf die veel gebruik maakt van deze techniek is Bavaria. De latten overlappen elkaar in de mast niet en er wordt ook normaal zeilmateriaal gebruikt. Belangrijk is dat de lat en het zeil goed door de groef in de mast kunnen rollen. Dan is er geen probleem. Met gebruik van deze oplossing is het rolzeil niet zo statisch als een full batten grootzeil. Het karakter van een rolgrootzeil met verticale latten is redelijk vergelijkbaar met een grootzeil met korte horizontale zeillatten. Ten opzichte van een rolzeil zonder latten neemt het oppervlak met zo’n tien procent toe, met duidelijke positieve gevolgen voor de snelheid. HIGH ASPECT FOK EN LATTEN Als een zeil ouder wordt zakt de bolling naar achteren. Hierdoor gaat het zeil als het ware scheppen. Bij een genua valt dit doorgaans niet zo op door het grote oppervlak. Voor ‘high aspect’ moeten latten gebruikt worden om scheppen tegen te gaan. Voor high aspect rolfokken worden bij Lion Sails tegenwoordig flexibele stalen latten gebruikt, die mee kunnen worden opgerold. HET VAK VAN ZEILMAKER De business is sterk aan het veranderen. Het aandeel van ‘confectie-zeilen’ neemt sterk toe. In die formule worden tegenwoordig veel zeilen in het buitenland gemaakt en met name in lage lonen landen. Het zeilmakersvak, d.w.z. het echte ambacht, is een ervaringsvak. Je hebt er zogezegd 3D-gevoel voor nodig. Dikwijls komt een vernieuwing voort uit een aantal mislukte pogingen. Kleine veranderingen geven vaak een groot verschil. Helaas is het vak in Nederland aan het uitsterven. Waarschijnlijk ten gevolge van de veranderende behoefte, gevoed door een sterk veranderende populatie watersporters. Er zijn nog maar weinig echte zeilmakers over. Dit leidt er overigens ook toe dat de klant aan hen zeer hoge eisen stelt.Lions Sails rekent zich tot de echte zeilmakers. Ton noemt als voorbeelden van bedrijven met een vergelijkbare standaard: Hagoort, Van Vliet en Ulbe de Vries.

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

31


RAMSGATE-2004

Ramsgate-2004 Het wordt bijzonder dit jaar, met veel mogelijkheden tot boeien en ankeren, langs gevaarlijke grindbanken de rivieren op, en met alle voorwaarden voor een aangename kroegentocht.

Lidia Roesink

A

lle opmerkingen van de afgelopen jaren zijn meegenomen in de Ramsgate-tocht van dit jaar, althans: dat denken wij als Ramsgatecommissie. Maar Londen, dat kon niet worden meegenomen, zie kader. We vertrekken uit Stellendam of IJmuiden en ontmoeten elkaar in Scheveningen als vloot. Gezellig voor iedereen dat het dit jaar goed uitkomt met het tij. Om aan de roep om de Ore en de Alde te ontdekken gehoor te geven is lastig, daar het voor álle schepen wat te klein is. Ineens 25 schepen aan een boeitje willen hebben aldaar, is wat veel gevraagd. En als er geen boei beschikbaar is ga je er voor anker, maar niet iedereen wil dat. De oplossing vonden we door vanaf Lowestoft een keuzedag in te lassen, alvorens in Woodbridge van het diner te genieten. De Deben is eigenlijk te mooi om in één tij op of af te zeilen. Een extra dagje op de rivier is hartstikke leuk. Er zijn diverse mogelijkheden aan een boei of voor anker. Heb je ‘s nachts liever een steiger, ga dan via een van de marina’s op de Orwell naar Woodbridge. Of bekijk de Stour waar we altijd lángs varen, onderweg naar een marina op de Orwell. Keuze genoeg en we hebben elkaar zeker iets over onze ervaringen te vertellen in Woodbridge waar we 24 uur liggen, vanwege de drempel voor de

32

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

jachthaven, zie: www.tidemillyachtharbour.co.uk. Voor het Captains’ Dinner hebben we een fraaie lokatie gevonden: Seckford Hall (www.seckford.co.uk). Het ligt even buiten Woodbridge op de heuvel, vandaar dat we een bus gehuurd hebben die ons letterlijk op-en-neer zal brengen. Handig voor info over de havens en rivieraanlopen is: www.hasa.org.uk/ entrance.htm. ORE EN ALDE Voor deze rivier ligt – evenals voor de Deben - een grindbank die de aanloop spannend maakt, daar hij minder goed bebakend is dan de Deben. Binnenvaren kan alleen met erg rustig weer, daar het ook nog springtij is met 5-6 kt stroom bij de ingang. Lees de aanwijzingen in de East Coast Pilot vooraf goed! Een kaartje van de dieptemetingen bij de Orford Haven boei zal vóór de Ramsgate beschikbaar zijn. In Zeilen nr 8/2003 staat een leuk ar-

tikel over de Ore die je over de vloed aanloopt én afvaart daar de eb te sterk is om dat veilig te doen. Eenmaal binnen is het een aparte ervaring om zó dicht bij de zee ‘achterlangs’ te varen rivier-op. Bij Orford kun je ankeren om de oude toren te bezichtigen of de eerste pint te drinken Bij Slaughden liggen moorings, vanwaar je met je bijboot naar Aldeburgh kunt. Veel verder kun je niet overtijen, maar je kunt natuurlijk wel een eindje doorvaren. Vraag wel even aan de eigenaar of dat kan voor jouw diepte. DEBEN De aanloop is na een winterstorm vorig jaar volledig van plaats veranderd: nu vanaf het oosten Felixtowe aanlopen i.p.v. vanaf het zuiden. De ‘metes’ zijn er niet meer, het strand is te smal om ze goed te kunnen plaatsen maar de boeien geven de richting goed aan. Ook van deze aanloop komt een kaartje beschikbaar, deze staat ook op de site van de Tidemill Yacht harbour.

Naar Londen?

N

ee, ook dit jaar weer niet. Althans: niet tijdens de hemelvaartsweek met de PZV. De reden is heel simpel: het tij is niet gunstig in die week. Niets let je echter om dat zelf tijdens je vakantie te gaan doen, dan heb je ook veel meer tijd om vanuit je privé-onderkomen (de boot) de stad op je gemak te verkennen. Tijdens een Ramsgatetocht heb je daar weinig tijd voor en als clubtocht is het minder leuk. Je hebt vrijwel geen tijd om met je collegaPZV-ers te buurten omdat het veel zeilen is voor een week. Het plan voor een zomertocht met familie of kennissen ziet er als volgt uit: neem een ruime week voor een tocht vanuit Nederland naar Londen. De dag van aankomst in Londen plan je als HW Londen Bridge tussen 11.00 en 12.00 uur NZT valt. Dat betekent dat je een paar dagen de tijd hebt in de stad, én bij daglicht de Thames weer afvaart. De sluis wordt van HW -2 tot HW + 11⁄2 bediend tussen 7 en 21.30 NZT. De dagen ervoor vaar je vanuit Zeeland

(via Blankenberge) naar Ramsgate waar je op de middagvloed vertrekt naar Queenborough om daar aan een boei de nacht door te brengen. Vanaf het IJsselmeer is het handig om via Harwich naar Queenborough te zeilen. Van daar af is de planning hetzelfde. De volgende ochtend vroeg gooi je in Queenborough een uurtje voor de kentering los, zeil je de Thames op en bent rond 12 uur ‘s middags bij St. Katharine Haven, dat het dichtst bij een metro (Tower Bridge) ligt. Een aantal dagen later vaar je terug naar Queenborough. Wacht daar het volgende uitgaande tij af en zeil naar Nederland of combineert het met een vakantie aan de Medway en de rest van de East Coast. Hoelang de heenen terugreis duren hangt af van de manier van varen, hoeveel vrije tijd je hebt en van het weer. Uiteraard zijn er varianten op dit plan te bedenken die je zelf kunt uitrekenen. Dit is de makkelijkste. Alvast veel plezier!


KANAAL 77

In willekeurige volgorde kun je op de Deben meerdere dingen doen. Wie de grindbanken eens bij láágwater wil zien draait na Felixstowe Ferry BB uit en gaat daar aan een mooring achter het Horse Sand liggen. Neem de kleine ferry naar de overkant en je kunt er over de banken wandelen! De Ferryboat Inn is dichtbij, zoals beschreven in Zeilen 10/2003. Even verder ligt de Ramsholt Arms, voor velen bekend terrein In mei zijn er meestal nog wel vrije moorings voor de deur. Een tip die wij ooit van George, de ‘havenmeester’ aldaar, kregen om minder last van de stroom te hebben: roei éérst naar de kant en dán pas langs de kant naar waar je wezen wilt. Dat werkt goed! Om de hoek na Prettyman’s Point is een fraai strandje, geschikt voor een BBQ

of een kampvuurtje als de wind goed staat. Zoniet, dan ligt even verder The Maybush Inn aan de rand van Waldringfield met moorings voor de deur. Zo kun je dus op de rivier een leuke kroegentocht houden want het is allemaal ook bij laag water te bezeilen. Aan het eind ligt Woodbridge met de jachthaven in het oude getijde-bassin van de Tidemill (te bezichtigen). Verwachte hoogtes boven de sill: op woensdag 2,28 m, op donderdag 2,22 en vrijdag 2,19 m. STOUR Voor wie liever aan een steiger overnacht en niet direct naar Woodbridge wil: op de Orwell zijn vele marina’s. Wellicht een aardig idee om vooraf even op de Stour te zeilen. In Zeilen 11/2003 staat een goede beschrijving, inclusief

BIJBOOT MEE! Zoals jullie wellicht al begrijpen is een bijboot plusminus een ‘must’ voor deze Ramsgate. Zo krijg je ook meer gevoel voor wat er allemaal mogelijk is aan deze kust. Zonder, blijf je toch een beetje hangen in de marina’s en dat is jammer, er is zoveel méér. Het prettige van de Ramsgatetocht is dat je voor een pilsje nog wel eens een lift kunt krijgen van een buurman of –vrouw. Echter voor je eigen lol: neem zelf ook een bootje mee.

Nieuw zeilpak

KANAAL 77 • Aite of Aitske, Bep of Bert, Rens of Renso : What’s in a name? • Docus en Dr Atkins: van XXL naar L of daaromtrent! • Antifouling: er is weer eens een gerechtelijke uitspraak gedaan. In dat kader zal het gebruik van koperhoudende antifoulings voor de pleziervaart worden gedoogd en wel (vooralsnog) tot 1 mei 2004.Voor de zoutwaterliggers: smeren dus! • Nog maar weinig gekakel over kanaal 77, de vloot is zeker nog in winterslaap, of is het marifoonbereik soms niet voldoende?

hoe je bij The Crown in Manningtree moet komen. Wellicht krijg je ook zin om in de mud te overnachten bij Mistley Boatyard. Vraag wel even aan de eigenaar of dat kan voor jouw diepte.

T

e koop of te ruil een nieuw, 2002, Imhof pak: jas Yachting Line, broek Ocean Line, beiden maat XXL. Eén weekend gedragen. Oorzaak: Dr Atkins. Een dieet dat werkt dus. Te koop voor € 250 of te ruil voor een goed pak maat L of daaromtrent. Docus Heringa, 0317 615751, docus@heringa.net.

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

33


ADVERTENTIE

Ertveldweg 5, (tussen Trintella Shipyard en jachthaven de Viking) 5231 XA, ‘s-Hertogenbosch, Telefoon: 073-6426114, Fax: 073-6414239. U kunt ook telefonisch of per fax prijs opvragen en bestellen. Wij zenden ‘t dan snel naar u toe.

34

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004


MARIFOONBEREIK

Marifoonbereik Je weet nooit echt zeker hoe groot je marifoonbereik is. Uit de positiemeldingen van de Ramsgate Tocht 2003 blijkt dat bereik tussen 10 en 26 mijl te liggen. Er is zelfs invloed van inversie en magnetische storm gemeten.

Arend Jan Klinkhamer

T

ijdens de Ramsgate-tocht geven alle boten elke twee uur hun positie door aan de vlootvoogd. Af en toe raken er dan boten buiten elkaar’s marifoonbereik. Een kans om te kijken hoe groot het bereik van de verschillende marifoons is. In 2003 zijn bij de terugtocht van Tollesbury op de Cadans, Bloaser en Rosa, de positiemeldingen bijgehouden. Ik heb deze vergeleken, en bij elke melding de grootste afstand berekend waarop nog goed contact mogelijk was. Sommige boten waren nooit buiten bereik. Deze hadden dus verder kunnen zenden dan de maximaal gemeten afstand tot een van de drie rapportageboten. Voor die boten heb ik dan het gemiddelde genomen van hun gemeten maximumafstand en het bij hun zendvermogen gemeten maximale bereik van de andere boten. De sterkste 1-Watt-boot kwam 19 mijl ver, met 25 Watt was dat 26 mijl, zie de grafiek. Dus een boot met 25 Watt en maximum afstand 22 mijl staat in de grafiek bij (22+26)/2=24 mijl. Hoe moet u de resultaten in de grafiek lezen? Bijvoorbeeld bij 20 mijl staat één schip met 25 Watt. Dat betekent dat één schip met 25 Watt een bereik had tussen 20 en 22 mijl. Het balkje rechts daarvan geeft aan dat vier boten met 25 W een bereik hadden tussen 22 en 24 mijl.

Uit de grafiek blijkt dat met 1 Watt vermogen de bereiken liggen tussen 12 en 19 mijl. Die 19 mijl klopt aardig met de antennehoogtes. De masten zijn allemaal tussen de vijftien en achttien meter; daarbij is de zichtafstand tussen de antennes ongeveer 17 mijl. Een bereik minder dan 15 mijl betekent dat er verbetering mogelijk is door de antennekabel of connector te verbeteren. Je hoeft geen dikke antennekabel te nemen; er is nu dunne coax met zeer lage verliezen. Vraag een leverancier voor zendamateurs, zoals Bombeeck in de Hoogstraat in Eindhoven. Dan de boten met 25 Watt: het grotere vermogen strooit voldoende signaal voorbij de horizon om op grotere afstand te worden ontvangen. Het bereik ligt voor de meeste boten tussen de 22 en 26 mijl. Er zijn er met een bereik kleiner dan 20 mijl, weer kabel- of connectorproblemen. Sommige van deze schippers wisten dat al. Alle booteigenaren hebben de uitslagen per schip ontvangen en weten nu of ze een klusje hebben. Bij het ontvangen kan het goed instellen van de squelch veel uitmaken. Ik draai deze regelmatig terug tot het randje van ruisen, bij slecht contact zelfs zover dat de marifoon continu ruis geeft. Dan hoor ik een zwak signaal vaak door de ruis heen, daarmee ontving ik dan ook op grotere afstanden dan de Cadans en de Bloaser. De contacten over 43 mijl zijn abnormaal, maar geen toeval: om 7, 9 en 11 uur ’s ochtends was er elke keer goed wederzijds contact. Dit was het gevolg van atmosferische reflectie. Boven de

Noordzee lag op 31 mei een stationaire rug van hoge druk. In de dalende lucht ontstaat dan vaak een zwakke inversie en zo’n dichtheidsovergang in de lucht kan marifoongolven reflecteren, net als licht op een heet wegdek. Deze drie boten horen in normale omstandigheden thuis in de groep van 26 tot 28 mijl. Het tegenovergestelde effect trad op bij de meldingen van vrijdagavond. Toen waren er veel slechte verbindingen: op tien mijl afstand was er ruis tussen boten die elkaar later op 20 mijl weer goed ontvingen. De oorzaak was een heftige magnetische storm door eerdere uitbarstingen op de zon. Ook de marifoon kan daar dus last van hebben! In NoordNederland is die nacht poollicht waargenomen. (Bron: Vereniging voor Weerkunde.) Het type marifoon is ook bekeken, maar dat was niet van duidelijke invloed. Het bereik van marifoons van hetzelfde type loopt meer dan tien mijl uiteen. Dat moet dan, zoals gezegd, liggen aan de kwaliteit van connectors en antennekabel. Soms was de kwaliteit van de accu en de dikte van de 12 Volt voedingsdraden bepalend: bij het zenden op 25 Watt kan 2 à 3 Ampère door te dunne voedingsdraden een forse spanningsval veroorzaken. Onder zeil valt het signaal dan steeds weg terwijl het met draaiende motor goed is; de dynamo geeft dan 14 Volt, voldoende om continu te kunnen zenden.

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

35


HUNTER OF RIGGER

Steek van Hunter of steek van Rigger Ideale verbinding voor twee lijnen met gelijke dikte

Joep Droogh

T

ijdens een gezellige borrel bij het eindejaarsweekend kwam het gesprek plotseling op knopen terecht. Velen van ons zullen het gevoel herkennen, het lekker even “pielen” met een touwtje en wat nieuwe knopen proberen te ontdekken. Docus’ ontdekking bleek echter een herontdekking. Een steek die tegenwoordig bekend staat als de Steek van Hunter. De Steek van Hunter is genoemd naar Dr Edward Hunter die hem in 1978 op de voorpagina van de London Times beschreef. Het schijnt dat hij er tevens patent op heeft aangevraagd. Of hij dat gekregen heeft en hoe zo’n patent dan zou moeten werken, is mij geheel onduidelijk. In ieder geval heeft de steek toen zoveel publiciteit gekregen dat dit de directe aanleiding is geweest voor de oprichting van “The International Guild of Knot Tyers”. Helaas, in feite ging het ook hier om een herontdekking. De steek bleek al eerder beschreven als de Steek van Rigger’s in “Knots for Mountaineers” in 1950. Het bijzondere aan deze knoop is, dat het een ideale knoop is om twee lijnen van gelijke dikte aan elkaar vast te maken. De knoop is eigenlijk heel eenvoudig te leggen, zal nooit uit zichzelf los gaan en is bovendien makkelijk los te maken, ook al heeft er veel kracht op gestaan. Omdat de twee lijnen precies in elkaars verlengde liggen kan de knoop veel kracht hebben. De breeksterkte is veel groter dan de andere lijnverlengingen die we kennen. Op de foto’s is goed te zien hoe de knoop moet worden gelegd. Belangrijk 36

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

is om de knoop los te leggen en hem heel voorzichtig aan te trekken waardoor de knoop zich kan vormen. Los-

maken is heel eenvoudig door de twee “ringen” open te breken. Succes.


ZUINIG NAVIGATIELICHT

Een zuinig navigatielicht ‘Wat is dit?’ vraagt u zich af, kijkend naar bijgaande foto. Een zwart monster met kleine oogjes? Een miskleun uit de Philips-Lighting-stal? Neen, het is een prototype van een driekleurentoplicht.

Voor gelijkmatige verlichting geldt: − binnen +/– 5 graden van de horizontaal volle sterkte − binnen + /– 25 graden ten minste halve sterkte (voor zeiljachten zou je eigenlijk een bredere band met volle sterkte verwachten) − verschil tussen sterkst en zwakst belicht gebied niet te groot De bestaande lamp, met zijn verticaal opgestelde gloeidraad in het centrum van een kap die ook als lens dienst doet, is op de eisen geheel toegesneden.

Philip Beekman

H

et toplicht op de Vega is standaard uitgerust met een 25W lamp, die dus 2 Ampère trekt. Op 19 mei, gedurende de Ramsgate, gaat de zon onder om 21:35 en op om 5:48. We zullen dus zeker 7 uur licht moeten hebben, en gebruiken dan 14 Ah. Dat is best wat, en om een paar nachten door te varen heb je dus een halve accu nodig, of een aardig zonnepaneeltje. Vandaar dat verlaging van het stroomverbruik hier interessant is. Superfelle led’s zie je in (fiets)achterlichten, remlichten en stoplichten. Bij gelijke lichtopbrengst is het stroomverbruik beperkt tot ca 30%. Bovendien is de levensduur vele tienduizenden uren, in plaats van 1000 uur voor de gloeilamp in een navigatielicht. EISEN Maar de eisen die gesteld worden aan navigatieverlichting zijn streng, samengevat: - intensiteit voldoende voor 2 mijl zicht - gelijkmatige lichtverdeling - scherpe overgangen tussen de sectoren (binnen 5 graden) - kleuren die binnen nauwe grenzen liggen (overigens met een nogal blauwachtig groen) Zie ook op Internet bij www.navcen. uscg.gov en zoek verder.

LEVERANCIERS Er is één leverancier die navigatielantaarns levert op basis van led’s (www.lopolight.dk). Het ziet er fraai uit, maar er moet echter een hele nieuwe lantaarn worden gekocht en geïnstalleerd. Er is ook een leverancier die op basis van kleine led’s een ontwerp heeft gemaakt voor een vervanging van de gloeilamp in de bestaande armatuur (www.deepcreekdesign.com). Deze leveranciers geven niet aan in hoeverre ze aan alle genoemde eisen voldoen. Gezien mijn ervaringen lijkt het echter onwaarschijnlijk dat dit lukt op basis van losse kleine led’s. Er is ook een leverancier (www.orcagreen.com) van led’s voor de front- en heklichten, maar die toepassing is veel minder interessant. Maar Lumileds (www.lumileds. com), een joint venture van Philips en Agilent (voorheen HP), maakt nu led’s (type luxeon) die veel sterker zijn, en het bleek de moeite waard het daarmee te proberen.

teerd is in de onderkant van de lamp, zorgt ervoor dat de led’s niet te heet worden en dat ook bij afnemende accuspanning de led’s even helder blijven. Het prototype is inmiddels doorgemeten bij AquaSignal in Bremen, en het eerste schot voldoet reeds 80%. Met enkele eenvoudige verbeteringen komen we zeker op 95%. We hebben het dan over een lamp die nog hooguit 0,7 A stroom gebruikt, en in een nacht dus 5 in plaats van 14 Ah. Het is de bedoeling om tijdens de Ramsgate praktijkervaring op te doen. Verdere inlichtingen bij de auteur.

PROTOTYPE Het prototype op de foto gebruikt voor ieder van de sectoren led’s in de juiste kleur. Daarmee worden verliezen in de gekleurde glazen verkleind (eigenlijk zou een helder glas volstaan). Bovendien stralen de led’s in de goede richting en gaat geen licht verloren naar boven en naar beneden. Om de led’s te koelen, en om de scheiding van de sectoren te verzekeren, is een stervormige afscherming gemaakt waar de led’s op zitten gemonteerd. De geregelde voeding, die gemonPZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

37


HANDIGHEIDJES

Handigheidjes in de kuip Luidspreker in de kuip

Koffie onder helling

Je wilt een tijdje slapen in de kajuit, maar de roerganger wil de marifoon of de radio aanhouden. Hoe schakel je de binnenluidspreker uit en die buiten aan?

Ken je dat? Net koffie gekregen in de kuip, gaan we overstag! Hoe houd ik de koffie in mijn kopje?

H

eb je een luidspreker in de kuip, dan komt het vaak voor dat je wel in de kuip, maar niet in de kajuit geluid wilt horen, of juist op allebei de plaatsen. Hoe schakel je dat? We hebben in de Rosa een schakelkastje bij de kaartentafel -zie foto- dat zelf te maken is. Kastje en onderdelen zijn bij elke elektronicazaak te koop. Links zitten de kabelaansluitingen met 3,5 mm pluggen. Er zijn twee uitgangen voor de buiten- en de binnenluidspreker, en drie ingangen voor marifoon, radio en reserve. De reserve is bijvoorbeeld voor de enkelzijband-radio. De pluggen gaan in zogenaamde chassisdelen die je in een gat in het aluminium vastschroeft. De schakelaars hebben allebei drie standen die met plakletters op het aluminium kastje zijn aangegeven en afgeplakt zijn met Boeklon. Als de gaatjes geboord zijn voor de schakelaars en de chassisdelen, en deze gemonteerd zijn, ben je klaar om te solderen. De bedrading is niet erg ingewikkeld. Eventueel vraag je een technisch matje om het te doen. Voor stereo moeten de schakelaars dubbel worden uitgevoerd. De dwarsverbinding in het schema via het schakelaartje

I

Arend Jan Klinkhamer op het chassisdeel van de buitenluidspreker, zorgt ervoor dat het geluid automatisch op de binnenluidspreker komt als de buitenluidspreker er uit is getrokken. Voor sommige versterkers is het namelijk niet gezond als er geen luidspreker aan zit. Kijk wèl in de handleiding van je apparatuur om te weten of je deze rechtstreeks mag aansluiten. In sommige gevallen, zoals bij onze Sailor RT1048 marifoon, mogen de luidsprekerdraden niet rechtstreeks aan aarde. Dan moet je in beide luidsprekerdraden een serie-condensator van circa 200 microFarad opnemen.

Een tip: maak het rekje eerst van goedkoop multiplex en lak het nog niet. Probeer uit hoe het bevalt en zaag het kleiner als je het te groot vindt. Wij hadden eerst een plankje voor vier bekers, maar dat bleek te groot. Na het aanpassen heb ik het in een nette houtsoort gemaakt.

Schema keuzekastje luidsprekers dubbele draaischakelaar met één knop

veerschakelaartje op chassisdeel

Marifoon buiten Radio bu beide Reserve bi

38

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

k heb het probleem, door de kuip vliegende koffie bij een overstagmanoeuvre, opgelost door een wegneembaar rekje te maken dat in de kajuitingang van de Rosa past. Het is heel simpel: twee plankjes en twee latjes aan elkaar gelijmd, zie foto. Met gaten zo groot als een bierblikje, passen alle koffiebekers erin. Het is dus geen oplossing voor een borrelglaasje. De voorkant is niet precies rechthoekig, want de onderkant volgt de kromming van het brugdek. Onder het bovenplankje zijn twee latjes gelijmd, één net voor de drempel van de kajuitingang en één erachter, waardoor het niet kan draaien. Het geheel schuift ook niet naar de andere kant van de kajuitingang want het achterste latje stuit tegen de zijkant van de kajuittrap. Deze fixatie zal op elke boot weer net iets anders moeten. Ons rekje past zelfs niet op ons zusterschip Marieken, want de kajuittrap zit bij Alphons net anders.

binnen


JAARVERSLAG 2003

PZV Jaarverslag 2003 end en we hebben zowaar met z’n allen het overlevingsweekend overleefd. Maar…..we begonnen met de nieuwjaarsborrel.

Aitske de Jong

M

et het jaar 2004 nog grotendeels voor ons, blikken we terug op een uitzonderlijk mooi 2003. Uitzonderlijk, omdat het weer in de zomer, de periode waarin onze zeilactiviteiten van oudsher op hun hoogtepunt zijn, alle records heeft gebroken. Na deze mooie zomer moesten we helaas op 6 september afscheid nemen van Henny Jurgens. Hij overleed op 60 jarige leeftijd. Veel leden hebben in 2003 deelgenomen aan de activiteiten die de PZV zowel in de zomer als in de winter heeft georganiseerd. Het is goed om ons te realiseren dat dit niet zomaar, door een min of meer anonieme vereniging gebeurt, maar door een stel enthousiaste leden. Zij organiseren lezingen, oefenavonden, zeilweekenden en natuurlijk onze hoofdactiviteit de Ramsgate tocht. Meer dan 50 verenigingsleden hebben zich in de loop van het jaar belangeloos voor de organisatie van zomer- en winter activiteiten ingezet. Dankzij de inzet van U allen, waarbij zeker ook genoemd moeten worden de redactie van Zeezeilen, onze website kommissie, ledenadministrateur en allen die hun boot gastvrij openstelden voor opstappers, is de PZV ook het afgelopen jaar weer een springlevende vereniging gebleken. In 2003 kregen we: een nieuwe vlootvoogd, een nieuwe chirurgijn, een nieuwe voorzitter, een nieuwe hoofdredacteur van Zeezeilen, een (ver)nieuwde website, een nieuw echtpaar met een nieuwe X boot, een nieuwe tocht naar de Kanaaleilanden, veel nieuwe leden, een nieuwe penningmeester, een nieuwe hoofdredacteur website, de Cher en Vanadjo naar de opera in St. Petersburg, een snertweek-

BESTUURSWISSELINGEN Ab Pasman heeft - na 6 jaar onze voorzitter te zijn geweest - als zodanig afscheid genomen. Hij maakte sinds 1993 deel uit van het bestuur en heeft de laatste tijd ook als voorzitter van de website kommissie gefungeerd. In Philip Beekman heeft hij als voorzitter een vernieuwende opvolger gevonden en in Max van Vriesland een nieuwe voorzitter van de website kommissie. Docus Heringa gaf de pen als hoofdredacteur van Zeezeilen over aan Hans van Reenen, die nu voor de tweede keer deel uit maakt van het bestuur. Martin Droogh was bereid het penningmeesterschap, na terugtreden van Dirk de Graaf, weer even op zich te nemen, maar in oktober is Bart Lagerweij het bestuur komen versterken in deze functie. Yvonne Laauwen heet nu Yvon Holdrinet, maar blijft gelukkig nog drie jaar aan als voorzitter wintercommissie. BELEIDSDISCUSSIE, KENNISOVERDRACHT EN TROFEEËN In 2003 is een beleidsdiscussie gehouden. Naar aanleiding van deze discussie zijn op drie avonden groepjes ‘jongere leden’ uitgenodigd met de bedoeling om van hen te horen wat zij van onze vereniging verwachten. Deze discussie heeft geleid tot een presentatie op de ALV van 25 oktober waarin de identiteit van de PZV nogmaals werd toegelicht, aandachtspunten werden aangegeven en conclusies getrokken. Het volledige verslag is opgenomen in Zeezeilen nummer 4 van december 2003. Om de kennisoverdracht in de vereniging nog beter te maken is Wim van Roode gestart met een initiatief om te komen tot een kennisbank. Verder buigt een commissie ‘ad hoc’ zich over een advies aan het bestuur met betrekking tot hoe we het leren binnen de PZV weer opnieuw vorm kunnen geven. De contributie is ook in 2004 vastgesteld op 30 euro voor hoofdleden en 15 euro voor gezinsleden. De Navigator’s Trophy werd in Burnham on Crouch uitgereikt aan Jan de Vin. Jan is sinds 1985 lid, heeft in het PZV

bestuur gezeten en deed dit jaar met zijn schip voor de (20e sorry Jan) 19e keer mee aan de Ramsgate. Zijn Joint Venture is altijd paraat indien er weer een PZV weekend gezeild moet worden en een ALV zonder hem is niet denkbaar, ‘Mister-PZV himself’ dus. De aanmoedigingsprijs 2003 werd toegekend aan Ruud Heezemans. Ruud is een enthousiast opstapper en heeft dit jaar als bemanningslid bijgedragen aan vele mijlen veilig en plezierig varen; een schipper in ontwikkeling. De laatste prijs, de Eindejaarstrofee werd weggekaapt door onze voorzitter Philip Beekman met zijn ega en zijn Vega. Frans Jansen gaf zijn Kommer en Kwel trofee door aan Alphons Drübers, die tijdens het weekend Burghsluis uitgleed en een forse kwetsuur aan zijn knie opliep. Alphons moest zijn Mariken voortijdig op het droge laten zetten. LEDENADMINISTRATIE Peter Veger heeft weer veel werk verricht als ledenadministrateur. Dit heeft geleid tot een absoluut record aantal leden n.l. 271. We hebben 20 nieuwe PZV leden erbij en 12 leden zegden hun lidmaatschap op. De eerste nieuwe leden voor 2004 zijn al aangemeld, dus we gaan op weg naar de 280. De verhouding mannen en vrouwen is 212: 59. Naast de ledenadministratie en website zorgt Peter er ook voor dat de contributie betaald wordt. VERENIGINGSACTIVITEITEN Op 12 januari kwamen ongeveer 100 leden elkaar voor 2003 een behouden vaart toewensen. De winter- en zomer commissie o.l.v. respectievelijk Yvon Holdrinet en Peter Jan Slikkerveer organiseerden weer een voortreffelijk programma, waarbij voor alle leden iets te leren viel. Op 16 en 23 januari werden 30 zeilers begeleid bij hun eerste schreden op het pad van de elektronische navigatie. Philip Beekman als projectleider bereidde met enkele instructeurs dit alles voor. Wegens groot enthousiasme en ‘over inschrijving’ werd een tweede reeks avonden georganiseerd. Op 11 en 18 februari verzorgde Henk AnPZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

39


JAARVERSLAG 2003

kersmid twee avonden marifonie, waarbij het accent lag op voorbereiding voor het examen Marcom B. Een enquête gaf aan dat reisverslagen hoog scoorden bij onze leden en zo deden op 13 maart Piet Dijkema (Cher) en Klaas Rooijens (Brighid) verslag over de Camrace van Lauwersoog naar Larvik. Op 8 april namen Arend Jan Klinkhamer en Louis Richard ons mee in de wolken, met als doel meer inzicht te verkrijgen in wat wolken ons kunnen vertellen over het weer. Ab Pasman heeft de afgelopen jaren enkele weekenden verzorgd met als onderwerp zeiltrim en spinnakeren. Dit jaar gingen we op 10 en 11 mei met medewerking van Neron en Lion Sails onze boot trimmen. Als voorbereiding op de Ramsgate 2003 verzorgde Lidia Roesink op 15 mei een avond praktische navigatie. Met de kaarten van de Thames Estuary op tafel werd ‘bij verschillende windsterkte en richting’ hard gewerkt aan een tochtvoorbereiding van Ramsgate naar Burnham on Crouch. RAMSGATE 2003 Op 24 mei verzamelden zich 25 schepen in de Roompot om o.l.v. onze nieuwe vlootvoogd Louis Richard de Ramsgate 2003 te varen. Twee schepen staken direct over vanuit IJmuiden, zodat het aantal deelnemende schepen op 27 kwam met een totaal van 99 bemanningsleden. De Ramsgatecommissie o.l.v. Lidia Roesink heeft ons via Blankenberge, Ramsgate en Burnham on Crouch naar Tollesbury gestuurd, waar we dit jaar in de vorm van een BBQ het Captains Dinner genoten. Ook hier leidde Louis wederom alles in goede banen en de 23 zeuntjes brachten een schitterend lied ten gehore waarbij veel schippers even op de hak werden genomen. Op 1 juni was iedereen weer veilig in zijn thuishaven. Op donderdag 19 juni vond weer de jaarlijkse napraat avond plaats, tijdens welke natuurlijk weer veel foto’s werden uitgewisseld. ANDERE ZOMERACTIVITEITEN De 48 uurs tocht is omgedoopt tot 80 mijls tocht en op 21 en 22 juni bracht organisator Haye van der Werf vijf schepen aan de start voor een wedstrijdje naar Scheveningen.

40

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

Op 28 en 29 juni verlegde de PZV vloot o.l.v. Philip Beekman en Paul Horstman zijn koers naar Burghsluis. Van 5 juli tot 13 juli zeilden 4 schepen naar de Kanaaleilanden. Martin Droogh wilde zijn favoriete vakantieplek graag delen met andere PZV-ers en deze tocht werd mede door het grote aantal jeugdige (d.w.z. jonger dan 45!) opstappers een groot succes. Het Caribbean Summernight Weekend ging door omstandigheden niet door, maar we houden het tegoed. Tijdens het IJsselmeer weekend (28 en 29 augustus) lagen we met 11 schepen voor Pampus. Organisatoren Pieterjan van Dongen (op de terugweg van -) en Aite de Jong (op weg naar de Kanaaleilanden) hadden ergens voor Oostende overleg via de marifoon en zo zie je maar: weinig telefoonkosten en toch een geslaagd weekend! Overleven en veiligheid zijn zaken die ons allen bezig houden. Daarom is door het bestuur besloten om het geld van de kledingactie Team Philips juist hiervoor aan te wenden. Mees Dekker organiseerde met zijn team op 13 en 14 september een zeer leerzaam weekend, waarbij allerlei mogelijke ongelukken en problemen realistisch werden benaderd. Een weekend gericht op alle zaken waarvan wij willen dat ze ons nooit zullen overkomen. De inzet van LOTUS slachtoffers leerde ons veel over extra moeilijkheden juist aan boord van een schip. Het (soms niet goed) opgeblazen raken van vlotten en reddingsvesten heeft bij enkelen het vertrouwen ondermijnd in de kwaliteit van deze zaken. Gelukkig deden de meeste vlotten en vesten het prima en konden we ‘s avonds met een gerust hart van ons diner genieten aan boord van een rondvaartboot. Deelnemers: 10 schepen met 34 overlevenden. Op 4 en 5 oktober vond het traditionele eindejaarsweekend plaats, georganiseerd door Johan Kortas. De Eindejaarstrofee werd weggekaapt door onze voorzitter Philip Beekman en tijdens een genoeglijke avond uitgereikt. WINTERACTIVITEITEN Na de ALV op 25 oktober verzorgde Rob Bonte een lezing over het aanlopen van enkele zeehavens. Op 22 november gingen we naar Delft voor een lezing over het ontwerpen en

testen van scheepsmodellen en een demonstratie van een modelmeting in de sleeptank van de faculteit Maritieme Techniek. En als uitsmijter op 28 december: snertzeilen! Twee boten met bemanning hadden zich opgegeven maar door de weersomstandigheden (8BF) bleef de Little Lass aan de kant. De Vanadjo voer toch uit en de bemanning heeft genoten van een winderige en koude, maar prachtige Grevelingen. ZEEZEILEN De hoofdredacteur is gewisseld, maar gelukkig blijft de kwaliteit van ons verenigingsblad Zeezeilen even hoog. Vier nummers gevuld met verslagen van activiteiten en leerzame artikelen kwamen in 2003 uit. De redactie heeft hard moeten werken om op tijd alles binnen te krijgen en te redigeren, maar het feit dat ons blad ook buiten de vereniging veel waardering krijgt vervult ons met trots. WWW.PZV-ZEEZEILEN.NL Onze website is in 2003 goed van de grond gekomen en heeft ook al enkele nieuwe leden opgeleverd. Tot nu toe kregen wij nieuwe leden via mond-opmond reclame, maar daarin is door het opzetten van de site verandering gekomen. Dat dit consequenties heeft voor het aanvragen van het lidmaatschap spreekt vanzelf. Er komt een nieuw aanvraagformulier op de website en de procedure voor het verkrijgen van het lidmaatschap zal worden aangepast. Via de PZV website worden de leden snel geïnformeerd over wat gebeurd is en wat te gebeuren staat. Het bijhouden en ondersteunen van de site is in handen van de website kommissie, waarvan Max van Vriesland in oktober de teugels heeft overgenomen van Ab Pasman. TEN SLOTTE Na het lezen van bovenstaand jaarverslag zult U met mij concluderen dat de PZV een springlevende vereniging is. Met elkaar zullen wij er aan werken dat ook 2004 weer een succesvol jaar wordt. Voor 2003 gaat de dank van het bestuur uit naar allen die zich het afgelopen jaar op enigerlei wijze ingezet hebben voor onze vereniging. In de hoop dat de zomertemperatuur en de aanwas van nieuwe leden gelijke tred zullen houden, wens ik U allen een zeer mooie zomer 2004 toe.


MONSTERROL LEDEN

MONSTERROL LEDEN NIEUWE LEDEN Wim Beijnink Leo de Bell Rudie van den Berg Els Defauw-Hulsebos Carel Dijkmans Aad van der Ende Harry Goes Petra de Jong Leo van Leeuwen Hans Limburg Cees Molenaar Ruud Peijnenburg Mathilda Schenkel-Berghout Joep Vermeulen José Verouden Marc Verwillegen Kees van der Vuurst de Vries

Hoornblad 16, 1657 KJ Abbekerk Gouverneur Houbenstraat 6, 6097 BP Heel Zutphensestraat 72, 6971 ER Brummen Haringvliet 39, 5626 CK Eindhoven Torecpad 7, 5625 EW Eindhoven van den Elsenstraat 55, 5694 NE Son en Breugel Ferdinand Huyckburg 53, 2907 HE Capelle a/d IJssel Ferdinand Huyckburg 53, 2907 HE Capelle a/d IJssel de Kastanjehof 16, 5688 CW Oirschot Nijenburg 32, 1613 LC Grootebroek Dwarsweg 1, 1484 PB Graft Tweeberg 32, 5246 XM Rosmalen Ruigvelden 8, 5685 JV Best Veluwepad 27, 5691 LP Son Tongelreep 39, 5504 MS Veldhoven Bredalaan 99-B, 5652 JC Eindhoven Oude Provincialeweg 12, 5527 BP Hapert

ADRESWIJZIGINGEN Henk Algra Jan Borstrok Machteld van Dongen Jan Steenstraat 55, 2023 AL Haarlem Piet Dijkema Aly van Geleuken Jan-Willem Gombert Han Haarsma Maarten van Herk Remco van Herk Herenlaan 119, 5708 ZR Helmond Co de Heus Yvon Holdrinet Onyxstraat 16, 6534 XX Nijmegen Arie van der Padt Ted Posthumus Ben Pruijn Henk Nauta Zwarte Paardenstraat 48, 3012 VL Rotterdam Ellen Spijkerman Een ieder die verhuist, graag een adreswijziging naar de ledenadministratie!

0229582166 0475-572445 0575-565037 040-2621448 040-2416446 0499-477069 010-4506915 010-450691 0499-578547 0228-515481 075-6413730 073-6426269 0499-310666 0499 474200 0655303032 0497-382072

beijnink@wxs.nl l.de.bell@freeler.nl rudie.vdberg@wxs.nl e.hulsebos@wanadoo.nl carel.dijkmans@hccnet.nl q.vander.ende@freeler.nl goes64@zonnet.nl pdejong64@zonnet.nl lcmvanleeuwen005@freeler.nl hlimburg@quicknet.nl cth.molenaar@quicknet.nl r.peijnenburg@planet.nl mathilda.berkhout@planet.nl joepvermeulen@hetnet.nl jose.verouden@vodafone.com ML.Verwillegen@bigfoot.com vdvuurst--k@hetnet.nl h.algra@planet.nl jan.borstrok@chello.nl

0492-660957

pietdijkema@tiscali.nl aly.van.geleuken@chello.nl jgombert@iae.nl jhaarsma@xs4all.nl mvanherk@wanadoo.nl cdeheus@12move.nl arie.vd.padt@hetnet.nl ggposthumus@home.nl b.c.h.pruijn@wolmail.nl mariahoopvol@hotmail.com

GEEN LID MEER Jan van Brakel, John den Breejen, Arnaud Cramwinkel, Joep Crolla, Sjef van Gisbergen, Hetty Mattaar

Uit het goede hout gesneden

. Restauratie & reparatie met name houten schepen

. Zomer- en winterstalling met name groot onderhoud en zelfwerkzaamheden

. Jachtservice

o.a voor roestvrijstaal mast en tuigage

Hiswa-lid

. Verkoop van:

- diverse houtsoorten zoals plaatmateriaal en massief gezaagd en geschaafd - epoxy, verven, kitten, olie en lakken

- rvs-beslagen en bevestigingsmaterialen

. Professioneel advies voor de zeilerij:

± 10.000 mijl zeeraces- en ± 50.000 mijl zee en oceaanervaring.

De Biezen 5, 5298 ML Liempde. 0411-635166/06-55175482 of 06-50532838. www.eursa.nl/info@eursa.nl

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

41


MONSTERROL BOTEN EN COLOFON

MONSTERROL BOTEN NIEUWE EIGENAREN EN NIEUWE SCHEPEN Eigenaar Naam boot Wim Beijnink Sundance Carel Dijkmans Vrije Vogel Aad van der Ende Pegasus Harry Goes, Petra de Jong Vamos Leo van Leeuwen Cyrano Ivo van Mierlo Matidor Jon Richters Euphoria Huug Schenkel Birdie Adrian Snoodijk Banka

Thuishaven Hoorn Sint Annaland Den Bommel Noordschans Wemeldinge Dinteloord Colijnsplaat/Kats Marina Monnickendam Eindhoven Beatrixhaven

Opmerkingen Dehler Optima 92 De Ridder one-off/Alu-Kesteloo Bavaria 36 Jantar 21 Catalina 34

Bavaria 34 Kustvaarder (de vroegere Isis van Carel Leemhuis) Michel Symonsma SunDancer Muiderzand Janneau Sun Odessey 37 Joep Vermeulen Kia Kaha Drimmelen Feeling 720 Een ieder die van boot of ligplaats wisselt, graag een adreswijziging naar de ledenadministratie!

ZEEZEILEN, het verenigingsblad van de Zeezeilvereniging van Philipsmedewerkers PZV (verschijnt 4x per jaar)

BESTUUR Philip Beekman, voorzitter Aitske de Jong-Ruben, secretaris Bart Lagerweij, penningmeester Yvon Holdrinet, voorzitter winteractiviteiten Peter Slikkerveer, voorzitter zomeractiviteiten Hans van Reenen, hoofdredacteur Zeezeilen COMMISSIE ZOMERACTIVITEITEN Peter Slikkerveer, voorzitter Ramsgate tocht: Lidia Roesink Arie van der Padt, penn.m. Henri Boetzkes Paul van der Kamp Zomeractiviteiten: Johan Kortas Haye van der Werf zac@pzv-zeezeilen.nl

Floralaan West 304 5644 BP Eindhoven Het Laar 31 5551 ZC Dommelen de Roy van Zuidewijnlaan 56 4818 GC Breda Bredestraat 160 6543 ZX Nijmegen De Vetbergen 30 5581 TZ Waalre Mauritsgaarde 16 5671 XM Nuenen

040-2122792 040-2070884 076-5427977 024-3776467 040-2218040 040-2834837

bestuur@pzv-zeezeilen.nl

COMMISSIE WINTERACTIVITEITEN Yvon Holdrinet, voorzitter Arie van der Hoek, secretaris Jan Vermeulen, penn.m. Maarten van Herk Wim van Roode Emile van Thiel

REDACTIE ZEEZEILEN Hans van Reenen, hoofdredacteur Bep Delissen, penn.m. Willy Delissen, redacteur Boudewijn Lacroix, redacteur Bauke Sijtsma, redacteur Vormgeving: Johan Cranendonk Jan Statius Muller

WEBSITE COMMISSIE Max van Vriesland, voorzitter Peter Veger, webmaster Ernst-Jan Huijbers Gerard Jorna Marja Snoeyen.

wac@pzv-zeezeilen.nl

zeezeilen@pzv-zeezeilen.nl

wsc@pzv-zeezeilen.nl

INFORMATIE LIDMAATSCHAP, LEDENADMINISTRATIE en BOOTADMINISTRATIE Peter Veger, Prins Hendriklaan 18, 5684 GP Best. Tel 0499-373994, e-mail: ledenadmie@pzv-zeezeilen.nl Zijn er wijzigingen in Uw adres of in de gegevens van Uw boot, geeft U die dan door. Ze worden dan ook opgenomen in de Monstorrol. BETALINGEN Contributies en betalingen voor cursussen, oefenweekenden en advertenties in Zeezeilen moeten worden gedaan aan de respectievelijke rekeningnummens. Gelieve bij betalingen steeds de aard van de betaling te vermelden. Voor betaling van de contributie wordt een acceptgirokaart toegezonden. De redactie van Zeezeilen verstrekt advertentietarieven op aanvraag. Girorekeningen: Bestuur postgiro 1621722 t.n.v. PZV te Veghel Administratie: postgiro 3222325 t.n.v. PZV Contributie te Best Commissie Zomeractiviteiten postgiro 4103394 t.n.v. PZV Zomeractiviteiten te Roosendaal Commisie Winteractiviteiten postgiro 2939005 t.n.v. PZV Winteractiviteiten te Best Redactie Zeezeilen postgiro 5116862 t.n.v. PZV Zeezeilen te Best KOPIJ ZEEZEILEN zeezeilen@pzv-zeezeilen.nl Kopij (in Word, Arial 10 pt) inleveren bij Hans van Reenen, Mauritsgaarde 16, 5671 XM Nuenen, tel. 040-2834837, vanreenen@wxs.nl of zeezeilen@pzv-zeezeilen.nl. De kopij mag geen ingesloten illustraties of opgemaakte tabellen bevatten! Illustraties identificeren met naam en de titel van het bijbehorende artikel. Digitale illustraties weergeven met hoge resolutie in TIF, JPG, PDF, PNG, PSD, BMP, EPS, GIF of -als het niet anders kan!- Word formaat en bij Hans van Reenen aanleveren, liefst op floppy of CD. De redactie stelt het op prijs dat u de aanwijzingen in “Enkele richtlijnen voor het schrijven van een stukje voor Zeezeilen� volgt, welk document is op te vragen bij de redactie. Ook kunt u het vinden op de PZV website, onder Zeezeilen. De redactie van Zeezeilen kan aanpassingen aanbrengen vanwege de leesbaarheid of de omvang. Bij grote veranderingen wordt met de auteur contact opgenomen. De redactie behoudt zich tevens het recht voor om een artikel naar een volgend nummer door te schuiven. WEBSITE: www.pzv-zeezeilen.nl Nu ook met een listserver voor directe berichtgeving tussen leden onderling.

42

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004


PZV IN KLEUR

Tocht

Leren

De Kernthema's van PZV Sportief

Gezelligheid

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004

43


44

PZV ZEEZEILEN 1 - MAART 2004


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.