Schorer Magazine

Page 1

nummer 19  december 2010

Transgenderzorg ‘Niet afhaken, maar doorstoten’ Veiliger Sekslocaties kennisupdate barmannen  > 6

Jong & Out geeft meiden zelfvertrouwen  > 8

Interview internationale leermomenten Kenneth van Emden  > 14

1


Colofon uitgave Schorer Postbus 15830 1001 NH Amsterdam (020) 573 94 44 magazine@schorer.nl www.schorer.nl hoofd- en eindredactie Jacob van Megen vormgeving Gerrald Plasmeijer redactieassistentie Yvonne Benjamens redactieraad Paul van Beek Liesbeth Daniëls Michelle Delleman Esther van Doorne Justin de Vries Wim Zuilhof aan dit nummer werkten mee Janneke Donkerlo Hanneke Felten Caspar Pisters Ellen de Vries fotografie Ranu Abhelakh Erik Buis Annelore van Herwijnen Bram Petraeus drukwerk Springer & Lippens drukkers oplage 3.300 issn 1574-1486 Schorer is het landelijk instituut voor homoseksualiteit, gezondheid en welzijn. De stichting wordt financieel ondersteund door onder andere het ministerie van VWS en Soa Aids Nederland.

2

Beleid

Transgenderzorg Transgenders weten al heel jong dat ze anders zijn. Ze groeien op met gevoelens van verwarring, gekoppeld aan bewuste of onbewuste maatschappelijke en sociale afwijzing. Op latere leeftijd staan relaties onder druk, binnen gezinnen lopen de spanningen hoog op, werk houden of krijgen valt vaak vies tegen, en in de eigen woonomgeving is men niet veilig. Door onwetendheid kampen transgenders een leven lang met stigmatisering, uitsluiting en sociaal isolement. Als kersverse directeur van Schorer gaat me dit aan het hart, omdat ik van nabij weet dat de psychosociale zorg en ondersteuning van transseksuelen, transgenders en hun naasten in Nederland barslecht geregeld is. Transgenders belanden in situaties die hun welzijn bedreigen. Uiteraard heeft het transitieproces een medische kant van hormoonbehandelingen en chirurgische ingrepen, maar minstens zo nijpend is de sociale en psychische transitie die transgenders én hun omgeving moeten doormaken. Sinds 2002 biedt Schorer in samenwerking met Transvisie buddyzorg aan transgenders tijdens de real life test. Tijdens deze fase moeten bijvoorbeeld mannen die vrouw willen worden al vóór de geslachtsveranderende operatie enige tijd als vrouw door het leven gaan. Transgenders worden in die periode gediscrimineerd en durven vaak niet naar buiten, terwijl dat juist wel de bedoeling is. Daarnaast vormen de beperkte vergoeding van lichamelijke aanpassingen, in combinatie met de langdurige wachttijden die wel tot vijf jaar op kunnen lopen, voor veel transgenders een extra psychische belasting. Hierdoor kampen zij met depressieve gevoelens en suïcidegedachten. Voor alle betrokkenen en hun omgeving is het noodzakelijk dat voorlichting, ondersteuning en hulpverlening op elkaar zijn afgestemd. Ik ben dan ook verheugd over de samenwerkingsintentie die Schorer en Transvisie in september sloten. De afgelopen 25 jaar was de Nederlandse transgenderzorg ondergebracht bij Humanitas. Eerst als de Werkgroep Transseksualiteit en Genderdysforie, later onder de naam Transvisie. Transvisie had al langer de ambitie de hulpverlening aan transgenders te professionaliseren. Begin 2009 werd duidelijk dat hiervoor binnen Humanitas geen mogelijkheden waren. Tegelijkertijd koesterde Schorer al geruime tijd de wens haar werkzaamheden voor transgenders te intensiveren. Door de voorgenomen samenwerking met Transvisie kan Schorer naast de huidige buddyzorg aan transgenders ook (psychosociale) hulpverlening bieden. De samenwerking van Transvisie en Schorer is een voor de hand liggende. Zowel homoseksuelen als transseksuelen maken een identiteitscrises door. De expertise van Schorer op het gebied van coming out, identiteitsontwikkeling en gezondheidsachterstand van gemarginaliseerde groepen in de samenleving is enorm. Zowel Transvisie als Schorer willen deze expertise graag inzetten voor het welbevinden van mensen met een genderdysforie. Ik hoop van harte dat onze intentie in 2011 vorm krijgt. Ruud Weggemans directeur


Column

Bi curious Aan het begin van de zomer is Nederland opgeschrikt door de hoge suïcidecijfers onder holebi-jongeren: 16% van de meiden en 9% van de jongens heeft één of meerdere suïcidepogingen gedaan. Jongeren die te maken hebben met homonegativiteit, doen vaker een poging (Van Bergen & Lisdonk, 2010). Suïcide is een complexe problematiek en heeft verschillende oorzaken. Het kan onder meer te maken hebben met de psychische gesteldheid en de thuissituatie van jongeren. Maar de suïcidecijfers doen de vraag rijzen: hoe is het gesteld met de acceptatie van homoseksualiteit? Voor het SCP onderzoek Steeds gewoner nooit gewoon (zie kader algemeen belang op pagina 11), heb ik samen met mijn collega’s Juul van Hoof en Judith Schuyf onderzocht hoe het ervoor staat met de acceptatie van homoseksualiteit onder heteroseksuele jongeren. Een impressie van enkele uitkomsten: Een homo is vrouwelijk. Pas op dat je je niet te vrouwelijk gedraagt in de ogen van anderen. Dan zijn de rapen gaar. Echte mannen zijn immers geen homo, zo denken jongeren. Lesbische vrouwen zijn zoals altijd onzichtbaar. Jongeren kennen nauwelijks lesbo’s. Als jongeren al nadenken over lesbo’s, dan gaat de gedachte al gauw uit naar vrouwen die met vrouwen seksen in pornofilms. Het stereotypebeeld van mannelijke lesbo’s bestaat echter ook nog steeds en wordt door jongeren niet positief gewaardeerd. Biseksuele meiden kennen jongeren wel. Maar dan vooral omdat jongens dat sexy vinden. Vaak denkt men dat bi-meiden meedoen aan een hype: ieder zichzelf respecterende Hollywood-babe is op zijn minst bi curious. Gelukkig zijn er ook jongeren die wel goed omgaan met homo, bi en lesbische seksualiteit. Dit zijn jongeren die positieve ervaringen hebben met homo’s, lesbo’s of biseksuelen, zoals de 20-jarige Jasmina van Marokkaanse afkomst: ‘Eerst kende ik geen homoseksuelen. Ik kende het alleen van de televisie, dus niet uit mijn eigen omgeving. Ik hoorde dat iedereen hier heel negatief over sprak. En toen dacht ik, moet ik daar dan ook negatief tegenover staan? Maar naarmate je homo’s en lesbo’s leert kennen, verandert je beeld 180 graden.‘ We mogen wel blij zijn met de Jasmina’s van deze wereld en hopen dat andere jongeren ook zo’n ervaring mogen hebben. Beter nog zou zijn als de samenleving écht gaat investeren in het vergroten van de acceptatie van homo, bi en lesbische seksualiteit onder jongeren. De suïcidecijfers onder holebi-jongeren laten zien dat dit geen overbodige luxe is, maar bittere noodzaak. Hanneke Felten is projectleider Kwaliteit en Diversiteit bij Movisie.

3


Transgenderzorg ‘Niet afhaken, maar doorstoten’ Om de gezondheid en het welzijn van transgenders te bevorderen willen Schorer en Transvisie intensiever gaan samenwerken. Thomas Wormgoor, coördinator van Transvisie en Carolien van de Lagemaat, voorzitter Transgender Netwerk Nederland (TNN) over de eerste stappen in de voorgenomen samenwerking. tekst Ellen de vries

het verhaal van Esther (63) ‘In 2001 werd ik depressief, de dood zoog aan me. Toen ik vertelde, dat ik liever een meisje was geweest, ging de psychiater daarop door en begon het me te dagen. Als puber heb ik een knop omgedraaid. Ik werd angstig. Het paste niet in mijn leven. Ik ben theoloog en werkte ook bij de GGZ. De psychiater drong aan op genderonderzoek bij de VU. In juli 2006 startte de behandeling daar. Mijn vrouw Ria was eerst tegen de operatie, wilde ook niet mee. Ook niet naar Transvisie. Het waren onze vrienden die ons er toen doorheen hebben getrokken. Mijn zoon wil me niet meer zien, met mijn dochters heb ik wel goed contact. De buren waren ook fantastisch. We hebben 70 brieven rondgestuurd om iedereen, ook mijn parochianen, in te lichten. De paus heeft me uit mijn ambt ontheven. Twee jaar ben ik niet naar mijn kerk geweest. Op een dag zijn we toch gegaan, Ria en ik. Met opgeheven hoofd liepen we door het middenpad naar voren: kom maar op! Assertiviteit heb ik geleerd bij Transvisie. Na de brieven viel er een last van me af. Ria is nu ook blij met mijn keuze. We doen alles samen. In bed is er wel wat veranderd: we zijn geen van beiden lesbisch. Ik breek bij het idee dat Ria verdriet heeft. Niet het medische, maar de sociale impact is het grootst. Dat duurt maar voort. Ik werk momenteel in de nachtdienst bij de GGZ. Gisteravond werd ik bedreigd door een psychotische man, die naar mijn borsten greep: “Die zullen wel van siliconen zijn, vuile travestiet!”. Ik ben nu nog in de war.’ Transvisie – tot eind 2010 onderdeel van Humanitas – richt zich op het individu en de naaste omgeving, organiseert lotgenotencontacten en verleent therapeutische hulp aan transgenders. Transgender Netwerk Nederland (TNN) wil de emancipatie van transgenders aanjagen, discriminatie tegengaan en een cultuuromslag in de maatschappij bewerkstelligen.

4

Wat een hartverscheurend verhaal. Wat moet als eerste aangepakt worden? Thomas: Twee dingen: de psychosociale zorg met stip op één. En twee: het medisch traject. Carolien: Gefeliciteerd! Ik wilde hetzelfde zeggen. Thomas: Ik zou een lans willen breken voor de bijna taboewoorden: categorale psychosociale zorg. Als transgenders eindelijk bij een reguliere instelling durven aankloppen, is de kans klein dat ze de hulp krijgen die nodig is. Je kunt ook niet verwachten dat een reguliere GGZ zich hierin specialiseert. Veel mensen die naar ons toe komen zijn depressief, angstig, hebben een burn out, zijn vastgelopen in hun werk of hebben andere psychosomatische klachten. Hulpverleners neigen er vaak toe eerst de depressie of angststoornis te behandelen. Terwijl, als de hulpverlener de genderidentiteit van de patiënt serieus neemt, klachten vaak verdwijnen. In het vervolgtraject kom je vooral confrontaties in huiselijke kring of daarbuiten tegen. Dat geeft andere psychische problemen. Als je díe niet behandelt, leidt dat vaak tot isolement. Carolien: Mensen zijn vaak opgelucht als de diagnose gesteld is. Ze denken als ze het hun omgeving vertellen dat ze er zijn, maar dat is net zo vaak een koude douche. Thomas: Kijk naar Esther. Ze is door Transvisie zelfverzekerder geworden. Zonder Transvisie had ze het misschien niet gered. Nu heeft Esther samen met haar partner een oma-dag. Carolien: Geweldig! Ze is een uitzondering. Als de kinderen klein zijn is het vaak geen probleem. Als ze het huis uit zijn wel. Ze hebben de transitie van hun ouders niet meegemaakt. Zien dat bijna als verraad. Je noemt het bijna taboewoorden, maar komt die categorale zorg er? Thomas: Afgelopen donderdag was er op initiatief van Transvisie een rondetafelconferentie bij VWS met de titel Zorg voor transgenders op een hoger plan. Ook de categorale zorg is besproken. De genderteams zeiden: we kunnen technische kwaliteit leveren, maar als er geen aanvullende zorg is, zijn we in het luchtledige bezig. Uit


recent onderzoek blijkt: zelfmoord is de grootste doodsoorzaak onder transgenders. Er is een taskforce ingesteld om de besproken oplossingen te concretiseren en te realiseren. Spannend. Want het is geen gunstige tijd voor nieuwe initiatieven. Vroeg of laat komt die categorale zorg er. Maar vraag niet wanneer! Ons enige voordeel is dat de groep klein is, het gaat om weinig geld. Op medisch vlak is er ook nog veel te doen? Thomas legt uit dat de wachttijden voor het eerste diagnostisch gesprek bij het genderteam soms ruim een jaar bedragen. Tel daar de wachttijden voor de operaties bij op en het transitietraject beslaat al gauw een periode van vijf jaar, in plaats van de twee die er volgens internationale normen voor staat. Thomas: Onmenselijk! Puur een kwestie van capaciteit en geld. Carolien: En van de onwil van de ziekenhuizen dit als een volwaardig specialisme te beschouwen. Thomas: Ik denk dat er een DBC transgenderzorg moet komen. DBC betekent letterlijk Diagnose Behandel Combinatie. Het beschrijft de vereiste handelingen en becijfert het bedrag dat zorgaanbieders daarvoor gemiddeld nodig hebben. Er bestaat nu geen DBC transgenderzorg. Alleen een DBC plastische chirurgie bij transseksualiteit, maar die is niet kostendekkend. Samen met het genderteam gaan we werken aan een zogeheten keten-DBC, die zowel de psychische als de medische zorg omvat.

Carolien: Het is schrijnend om te zien dat wij worden gemarginaliseerd. Thomas: Er is weinig te verdienen aan transgenders. Het is overigens lastig schelden op de VU, want tegelijkertijd maakte de VU 40 jaar geleden de dappere stap transgenders te helpen, uit christelijke naastenliefde. Er moet bezuinigd worden. Zien jullie het somber in? Carolien: Circa 50 jaar geleden begonnen de homo’s te lopen, 100 jaar geleden de vrouwen. 150 jaar geleden de arbeiders. Pakweg elke emancipatiebeweging heeft 100 jaar moeten doorlopen. We moeten nu niet afhaken, maar doorstoten. Thomas: Er is een belangrijk verschil met homo’s. De meeste transgenders hebben een medische behandeling nodig om hun wezenlijke identiteit te kunnen uiten. Carolien: Dan leg ik de economische agenda op tafel. Als ik een transgender aan het werk kan houden, dan levert deze een bijdrage aan de maatschappij. Alleen al omdat ie belasting betaalt en er geen sociale uitkeringen betaald hoeven te worden. Wat kan Schorer hierin betekenen? Thomas: Veel transgenders zijn vroeger uitgescholden voor homo, terwijl ze dat niet waren. Schorer is een homo-organisatie, dat ligt erg gevoelig.

> 5


Carolien: Andersom ook. Veel homo’s identificeren zich niet met transgenders. Thomas: Maar er is ook een overeenkomst, bijvoorbeeld wat identiteitsontwikkeling betreft. Uit recent onderzoek naar de arbeidssituatie van transgenders in Nederland en Vlaanderen (Transgenders en Werk Paul Vennix 2010) blijkt dat 50% van de transseksuele vrouwen zich lesbisch voelt. Onder transseksuele mannen voelt 30% zich homo. Schorer heeft ervaring met verschillende producten met een eigen lobby en financiering. Als ik hoor dat Schorer veel samenwerkt met de GGZ, dan spits ik mijn oren. Ook Switchboard is interessant. We kun-

nen veel samen doen. Buddyzorg combineren met de hulpverlening. Veilige Haven idem dito. Mocht onze voorgenomen samenwerking vorm krijgen in 2011, dan zou er weer echt hulp worden verleend binnen Schorer. Ik merk dat sommigen dat prettig vinden. Bijna als: ‘Waar waren jullie al die tijd?’ Ik hoop dat TNN ook hier naartoe verhuist. Carolien: We moeten kijken: behouden we de synergie die Transvisie en TNN nu hebben of zetten we de rolverdeling duidelijk neer? Maar… ik zou teleurgesteld zijn als de optie om naar Schorer te verhuizen er niet is.’ ■

‘Veel transgenders zijn vroeger uitgescholden voor homo, terwijl ze dat niet waren’

6


Feiten

Het verantwoordelijkheidsgevoel onder MSM is hoog. 60 procent van de respondenten is zeker van plan om hun recente sekspartners in te lichten bij een soa-diagnose en 68 procent geeft aan te wachten met seks totdat de soa genezen is. Effectieve partnerwaarschuwing draagt bij aan het doorbreken van de transmissieketen.

Deze feitenpagina is gebaseerd op de gegevens uit Schorer Monitor 2010. Schorer Monitor is het jaarlijkse online onderzoek naar seksueel gedrag onder mannen die seks hebben met mannen (MSM). Aan het onderzoek hebben dit jaar meer dan 3.600 mannen deelgenomen. Het volledige rapport is te downloaden op www.schorer.nl/monitor Bij 11 procent van de respondenten is ooit hepatitis B vastgesteld. Van de overige respondenten is 59 procent volledig gevaccineerd. Tegen hepatitis B kunnen MSM zich gratis laten vaccineren.

98 procent van de hiv-positieve respondenten zijn onder controle bij een hivbehandelcentrum. Van hen gebruikt 76 procent hiv-remmers. Bij 86 procent van deze mannen is de viral load ondetecteerbaar.

75 procent van de respondenten is ooit getest op hiv. Met een vierjarig Hiv-testenproject willen Schorer, vijf GGD’en, Soa Aids Nederland en de Huisarts Adviesgroep Seksuele Gezondheid (SeksHAG) het percentage op hiv geteste mannen verder verhogen. Volgens de Stichting Hiv Monitoring wordt de hiv-epidemie vooral in stand gehouden door mannen die niet weten dat ze met hiv zijn geïnfecteerd.

Er is dit jaar onderzocht in hoeverre men iets wist over de serostatus van de laatste losse sekspartner. Wanneer wordt gekeken naar alle contacten waarbij sprake was van onbeschermde anale seks bij het eerste sekscontact met een onbekende losse sekspartner, dan speelt in 47 procent van de gevallen serosorteren een rol.

Aan hiv-negatieve en niet geteste respondenten is gevraagd of zij bekend zijn met de mogelijkheid van behandeling met PEP na risicoseks. In totaal geeft 65 procent van de mannen aan PEP vaag te kennen of er mee bekend te zijn.

De meeste mannen die aan het onderzoek deelnamen, hebben gedurende hun leven tussen de 11 en de 50 sekspartners gehad. De respondenten konden kiezen uit zeven antwoordcategorieën oplopend van één sekspartner tot meer dan 500. De gemiddelde leeftijd waarop men voor het eerst seks had met een man is 19,3 jaar.

7


kennisupdate SAFE

SEX

ZONE

Uitbaters van Veiliger Sekslocaties hebben een overeenkomst met Schorer over maatregelen die veilige seks op indoor sekslocaties makkelijker maken. Het pakket maatregelen is uitgebreid met een training voor barpersoneel. Sinds september wordt de kennisupdate landelijk aangeboden. Homosauna Thermos beet het spits af. tekst Caspar Pisters

‘Seksles voor Amsterdamse barmannen’, kopte Het Parool eind 2009: media uit heel Nederland waren maar wat graag aanwezig geweest bij deze pilot. De bedoeling was dat de barjongens vrijuit konden spreken, dus helaas: geen foto’s, geen draaiende camera’s en geen externe journalisten. Ook de eigenaar van de Amsterdamse homosauna Thermos was er niet bij. Wel waren alle saunamedewerkers uitgenodigd om hun kennis over veilige seks, hiv, soa, drugsincidenten en de sociale kaart van Amsterdam bij te spijkeren. Doel: bewerkstelligen dat barmannen een actieve bijdrage leveren aan veilige seks. Peter de Groot, coördinator preventie Amsterdam bij Schorer en een van de cursusleiders: ‘Veel horecamedewerkers blijken veronderstellingen te hebben over hiv, soa en transmissie die niet juist zijn. Naast een kennisupdate trainen de barmannen hun sociale vaardigheden: hoe kun je iemand ertoe bewegen om het safe te doen?’ sekslocaties De barmannentraining is onderdeel van Veiliger Sekslocaties, een omgevingsinterventie van Schorer. Hierbij zijn overeenkomsten gesloten met eigenaren van homosauna’s, homobars met een darkroom en organisatoren van seksfeesten om veilige seks te faciliteren en stimuleren. Eigenaren die de overeenkomst ondertekenen, committeren zich aan een pakket maatregelen die veilige seks op de sekslocatie moet bevorderen, zoals goede verlichting, hygiëne, gratis verstrekking van condooms, glijmiddel, eventueel latex handschoenen en actueel voorlichtingsmateriaal over hiv en soa. Sekslocaties die aan de voorwaarden voldoen ontvangen het vignet Safe Sex Zone. De Groot: ‘Het vignet geeft horecagelegenheden een extra argument om bezoekers te wijzen op de huisregel veilige seks is hier de norm.’ Met het vignet in de hand voert bijvoorbeeld de Amsterdamse Cruise Club Church een actief zero tolerance beleid. Bezoekers die twee keer over de schreef gaan, worden toegang tot de club ontzegd. Schorer start in 2010 met een jaarlijkse inspectieronde. De Groot: ‘Locaties die zich aan de afspraken houden, kunnen rekenen op

8

positieve publiciteit in bijvoorbeeld de Gaymap Amsterdam. Anderen kunnen rekenen op adviezen en aanbevelingen ter verbetering.’ Het personeel van de Thermos weet tijdens de training al een aantal punten te noemen die op hun locatie beter kunnen: een medewerker die op drukke dagen rondloopt om cabines schoon te houden, zou geen overbodige luxe zijn. En, de anale douche voor algemeen gebruik is onhygiënisch en een potentiële bron van soa-infecties. Met opzetstukken, die voor een paar euro aan de bar te koop zijn, kan dit risico ondervangen worden. Ook zouden de gratis condooms en glijmiddel op meerdere plekken beschikbaar moeten zijn. ‘Niet iedereen durft er aan de bar om condooms te vragen. Vooral jonkies vinden dat lastig.’ confrontatie Hoewel condooms en glijmiddel gratis beschikbaar zijn, wordt het personeel regelmatig geconfronteerd met onveilige seks. ‘Zeggen jullie daar wat van?’, wil cursusleider André Witbreuk van GGD Amsterdam weten. De reacties zijn eenduidig: ‘Wij zijn geen politieagenten’ en ‘het is niet aan ons om te bepalen of iemand het onveilig mag doen.’ Een ander zegt: ‘Zonder condoom neuken is een keuze. Wie ben ik om een ander daar op aan te spreken?’ Een medewerker die al dertien jaar in de sauna werkt zegt: ‘Als ik het zie, vraag ik wel eens: gaat ie lekker? Zal ik anders een condoom voor je halen?’ Cursusleider André prikkelt de medewerkers om de eigen standpunten over veilige seks te onderzoeken, en na te denken over hoe zij kunnen bijdragen aan veilige seks. De Groot: ‘In plaats van wachten tot de klant om informatie vraagt, kan je ook actief informatie aanbieden. Ik begrijp dat er niet altijd tijd is om een gesprek aan te gaan of om mensen op hun gedrag te wijzen.’ Seks quiz Met een seks quiz wordt de actuele kennis over hiv en soa van de medewerkers getest: Wat is Pep? Wat is condoom in het Engels? Waar in


barmannen

‘In plaats van wachten tot de klant om informatie vraagt, kan je ook actief condooms aanbieden’

Amsterdam kun je je anoniem laten testen op hiv? Een GGD-presentatie over de meest voorkomende soa bij homomannen moet de kennis van de barmannen opfrissen. Zo wisten lang niet alle medewerkers dat PEP de laatste kans is om een hiv-infectie te voorkomen na risicoseks. ‘Een perfect voorbeeld van hoe een medewerker iemand kan helpen die zich in paniek aan de bar meldt omdat zijn condoom is gescheurd’, aldus De Groot. Direct na de cursus zijn de relaxcabines in Thermos voorzien van bordjes: safe sex is hier de norm. Op meerdere plekken in de sauna zijn

condooms beschikbaar. De opzetstukken voor anale douches zijn besteld. Maar belangrijker is nog dat het denken over de eigen rol in het waarborgen van veilige seks bij de barmannen is veranderd. ‘Ik merk dat ik er meer mee bezig ben’, zegt Thermos-medewerker Daniël de Ronde. ‘Waar ligt mijn grens? Wanneer spreek ik iemand aan? Wat zijn mijn mogelijkheden? Ik wijs mensen er nu op: neem dat condoom nou toch mee. Zeker als iemand voor het eerst binnenwandelt.’ ■

9


Jong & Out geeft meiden zelfvertrouwen Vooral bij meiden zorgt uit de kast komen voor psychosociale problemen. De filmpjes Let’s talk about sex van Jong & Out en Schorer zijn een flinke steun in de rug. Tessa, Eva, Margreet en Daisy hebben meegewerkt aan het filmpje vrouwenseks. tekst Janneke Donkerlo

Toen Tessa (17) op haar vijftiende uit de kast kwam, werd ze op school maandenlang getreiterd. Tessa: ‘Ik was onzeker en zei niet veel terug. Op een dag werd ik door acht buitenlandse jongens na school opgewacht en tot bloedens toe in elkaar geslagen. Daarna werd ik harder. Nu houd ik mijn mond niet meer als ze me uitschelden voor vieze pot. En bij de eerste tik houd ik me rustig, daarna mep ik terug. Ik wil mezelf kunnen zijn.’ Hoewel homoseksualiteit in Nederland meer geaccepteerd is dan in veel andere Westerse landen, worstelen ook veel Nederlandse homoseksuele pubers aanvankelijk met hun identiteit. Omgaan met verliefdheid is op puberleeftijd al een gevoelig onderwerp, uitkomen voor je homoseksuele identiteit is eng en de kans op uitsluiting is groot. Volgens het in juni verschenen vuistdikke rapport Steeds gewoner, nooit gewoon, Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) juli 2010, doet 9% van de homojongens en zelfs 16% van de meisjes een zelfmoordpoging. Afgelopen zomer gingen, op initiatief van COC Nederland en Schorer, twaalf filmpjes voor en door jongeren online. Eva (19) is nooit bewust uit de kast gekomen. ‘Het ging vanzelf. Ik zat op een politiek correcte, middelbare school. In de schoolkrant begon ik op mijn vijftiende een sekscolumn. Het eerste stuk had de titel: ik ben biseksueel. Iedereen wist het toen meteen, maar ik heb er nooit

10

problemen door gekregen. Ook thuis deden mijn ouders niet moeilijk, het maakte ze echt niets uit of ik op een jongen of een meisje verliefd zou worden. Ik realiseer me wel dat ik geluk heb gehad. Ik ken genoeg vreselijke verhalen, van een zelfmoordbericht zou ik niet raar opkijken.’ Tessa en Eva figureren in de filmpjes over seks en liefde op de site van Jong&Out. In let’s talk about sex praten ze op een ontspannen en openhartige manier over hun lesbische gevoelens en ervaringen. En over veilige seks. Intiem Sia Hermanides, regisseuse van de filmpjes, moest wel hard zoeken om meisjes bereid te vinden om mee te doen. Hermanides: ‘Niet iedereen was even enthousiast als Tessa en Eva. Een aantal haakte om onduidelijke redenen af, waarschijnlijk vonden ze het te intiem. Meisjes zijn ook eerder bang om als slet versleten te worden. Jongens hebben meer bravoure, voor hen is seks meer iets om over te praten en mee te pronken. Meisjes voelen zich kwetsbaarder. Daarom heb ik van tevoren nadrukkelijk gevraagd: “zijn er dingen waar je niet over wilt praten?”.’


Margreet (17) besloot ook mee te werken, hoewel ze nog nooit met een meisje ‘all the way’ is gegaan, weet ze wel hoe belangrijk het is om zichzelf te accepteren. ‘Voordat ik uit de kast kwam, was ik stil en teruggetrokken. Ik wist niet wat ik van mezelf moest denken. In een tv-serie had ik gezien hoe twee meisjes, die eerst goede vriendinnen waren, verliefd werden en elkaar zoenden. Ik dacht stiekem, wat heerlijk als je gewoon kunt doen wat je wilt. Maar toch twijfelde ik en dacht dat ik mezelf voor de gek hield. Op een dag las ik in de Cosmo over de website van Jong&Out. Ik heb me meteen aangemeld. Eenmaal ingelogd kreeg ik zulke aardige en behulpzame reacties. Een jongen is zelfs bij mij thuis geweest om me te helpen uit de kast te komen. Toen ik eindelijk mijn ouders vertelde dat ik op meisjes viel, zei mijn vader tot mijn opluchting: ‘dan val je lekker zacht’. In het begin staarde iedereen op school naar me en soms hoorde ik in de gang: kankerlesbi. Mijn reactie was al gauw: doe effe normaal.’ zelfvertrouwen Daisy (18) trok zich van het schelden ook weinig aan. Ze was al vanaf haar veertiende openhartig over haar liefde voor vrouwen. Als ze werd uitgescholden dacht ze: je roept maar en reageerde niet. Ze windt zich wel op over allerlei hardnekkige vooroordelen. ‘Er zijn zat ouders die hun dochters op hun veertiende, vijftiende niet serieus nemen; die denken dat het een fase is die wel overgaat. Of mensen suggereren dat er wat aan je mankeert, dat je verkracht bent of bang bent om met mannen om te gaan. Het geeft me een goed gevoel dat ik door de filmpjes gesprekken op gang kan helpen en meiden zelfvertrouwen kan geven.’ Margreet is sinds ze uit de kast kwam weer een vrolijke, spontane meid. ‘Ik schaam me nu niet meer. Ik hoop dat veel jongeren horen van de filmpjes op jongenout.nl. Als ik niet van de site had geweten, was ik nu nog in de kast, of erger…’ ■

algemeen belang In opdracht van voormalig minister Plasterk deed het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) onderzoek naar de ontwikkeling van de acceptatie van homoseksualiteit in Nederland (zie column Bi curious op pagina 3). Uit het onderzoek Steeds gewoner, nooit gewoon (juni 2010) blijkt dat homoseksualiteit nog niet echt gewoon maar wel steeds meer geaccepteerd wordt. Het percentage dat uitgesproken homonegatief is, is tijdens de afgelopen kabinetsperiode afgenomen van vijftien naar negen. Verbaal en fysiek geweld tegen homoseksuelen komt echter nog steeds voor. Een deel van het onderzoek gaat over de positie en (zelf)acceptatie van homojongeren. Van de homoseksuele jongeren uit het onderzoek heeft negen procent van de jongens en zestien procent van de meisjes ooit een zelfmoordpoging gedaan. In de puberteit staat identiteitsvorming centraal. Homojongeren zijn extra kwetsbaar omdat op scholen de overheersende boodschap nog steeds gender- en heteronormatief is. Het expliciet benoemen van homoseksualiteit in het schoolbeleid stuit op weerstand en schoolleiders verkiezen de term diversiteit. Gebrekkige zelfacceptatie speelt ook een rol. Lesbische meisjes hebben een minder positief zelfbeeld dan homoseksuele jongens. Een meerderheid heeft behoefte aan steun en contact met andere homojongeren. Vergroting van sociale acceptatie is en blijft volgens het SCP een belangrijke doelstelling van het homo- en lesbisch emancipatiebeleid. Vanwege de maatschappelijke en psychosociale kosten die een gebrekkige acceptatie met zich meebrengt, ligt hier ook een algemeen belang. Het rapport is te bestellen (T) (070) 340 70 00 of (E) info@scp.nl

11


Producten en diensten

Social media Sinds oktober 2010 is Schorer op Facebook met Cruise Watch. Deze Facebookgroep is gericht op Amsterdamse homo’s en andere mannen die seks hebben met mannen (MSM). Ze bezoeken wel eens een Safe Sex Zone of zijn daarin geïnteresseerd. Verder zijn ze actief in de homoscene én op Facebook. Een onafhankelijk redactieteam draagt zorg voor het posten van onderwerpen. De onderwerpen hebben altijd een link met seksuele gezondheid en/of psychosociaal welbevinden van MSM. Doel van de profielpagina is het vergroten van de bekendheid van Safe Sex Zones. Met de oprichting van de Facebook profielpagina wordt aangehaakt bij een populaire communicatievorm onder MSM. Schorer wil via social media homo’s en andere mannen die seks hebben met mannen (MSM) betrekken bij het concept Safe Sex Zones en zo met de homogemeenschap in gesprek over veilige en onveilige seks en het gebruik van alcohol en drugs tijdens de seks. Meer informatie Neem contact op met Peter de Groot, medewerker hiv/soa-bestrijding: (T) (020) 573 94 50 (E) p.degroot@schorernet.nl

Vernieuwd In november 2010 heeft Schorer de website allesovergay.nl vernieuwd. De website is gericht op jongens en meiden tussen zestien en de vijfentwintig jaar, die antwoorden zoeken op vragen over homoseksualiteit. Daarnaast geeft de website informatie over geloof, uitgaan, school, discriminatie, vooroordelen, coming out, sport, gezondheid, verliefdheid, seks en relaties. De update was nodig omdat de oude website gebaseerd was op het boek 100 vragen over homoseksualiteit (Mariette Hermans en Veroon Vermeer). Omdat er inmiddels veel meer informatie beschikbaar is, is de inhoud van het boek losgelaten. De nieuwe website biedt meer informatie dan de voorgaande. Bovendien is het ontwerp vernieuwd. Daarbij is uitgegaan van een visueel concept, gericht op zaken waar jongeren zich in het dagelijks leven mee bezighouden, zoals internet en mobiele telefonie, met een knipoog naar applicaties voor de zogenoemde smart phones. In de toekomst staat een uitbereiding van de website in de planning en zal er meer visueel informatiemateriaal worden aangeboden. Meer informatie Neem contact op met Paul van Beek (T) (020) 573 94 46, (E) p.vanbeek@schorernet.nl

12


Nieuwe huisstijl De huisstijl van Man tot Man, het merk voor een gezond seksleven, heeft een opfrisbeurt gehad. De nieuwe huisstijl benadrukt de positieve boodschap: leuke en gezonde mannenseks. De folders, flyers en posters zijn vernieuwd en ook de website mantotman.nl heeft een nieuw jasje. Schorer, GGD Amsterdam en GGD Rotterdam-Rijnmond hebben Man tot Man in 2008 gelanceerd door. Inmiddels is 45% van de mannen die seks hebben met mannen (MSM) bekend met Man tot Man (Schorer Monitor 2010). Door dit succes en de ambitie om Man tot Man landelijk aan te bieden en de bekendheid te vergroten, is een huisstijl nodig die deze ambities ondersteunt: toekomstgericht, flexibel en aantrekkelijk voor een brede groep homo’s en biseksuele mannen. Campagnes Binnen Man tot Man zijn folders, brochures en posters ontwikkeld die bij landelijke campagnes worden ingezet. Deze standaardproducten kunnen ook aangepast worden voor regionale campagnes. Door de flexibiliteit van de nieuwe huisstijl zijn de folders makkelijk te vertalen naar regionaal promotiemateriaal van GGD’en. Meer informatie Geïnteresseerde GGD’en en professionals die willen meedoen met Man tot Man kunnen bellen met het secretariaat van Schorer Preventie, (T) (020) 573 94 52.

Estafette Het consortium Roze 50+ (ANBO, COC Nederland, Movisie en Schorer) is op vrijdag 1 oktober (Nationale Ouderendag) een Roze Loper promotietoer gestart. Het consortium wil met de estafette aandacht vragen voor de positie van roze ouderen in woonzorgcentra. Een roze delegatie bezocht burgemeesters en wethouders in Leiden, Rotterdam en Dordrecht in een acht meter lange roze limousine. Plaatselijke zorgcentra en thuiszorgorganisaties kregen symbolisch een twee meter lange Roze Loper aangeboden. Meer informatie Lees meer op rozezorg.nl. Voor activiteiten van het Landelijk Platform Roze 50+ ga naar roze50plus.nl

13


Internationale leermomenten Partnerorganisatie Suriname Men United (SMU) werkt sinds 2007 samen met Schorer. Doel: verminderen van hiv/soa-overdracht onder mannen die seks hebben met mannen (MSM) in Suriname en gezonde seks bevorderen. tekst Ellen de Vries

Kenneth van Emden (38) presenteerde voorheen de Lotto op de Surinaamse televisie. Sinds hij directeur is van SMU doet hij dat nog incidenteel. Zijn directeurschap vloeit voort uit zijn vrijwilligersactiviteiten voor de Stichting Maxi Linder Association. Deze stichting bekommert zich om de veiligheid en gezondheid van vrouwelijke sekswerkers en mannen die seks hebben met mannen (MSM). SMU zetelt aan de Oude Charlesburgweg in Paramaribo. Aan de muur in het kantoor hangt een poster met daarop de Surinaamse voetballer Ryan Babel, die bedrukt vraagt: ‘Zou je me buitenspel zetten als ik hiv-positief zou zijn?’

Hoe ondersteunt Schorer jullie? ‘Schorer ondersteunt ons onder meer bij de inrichting van ons kantoor en het doen van een behoefteonderzoek onder de doelgroep. Dat onderzoek is in 2008 voortgezet in samenwerking met het Instituut Maatschappij Wetenschappelijk Onderzoek. Er is een karakteristiek gemaakt van MSM. Uit het onderzoek blijkt dat er behoefte is aan: counseling, gezondheidsboodschappen via internet over hiv en soa, thema-avonden en support groups. Er rust een groot taboe op de combinatie homoseksualiteit, seks en hiv in Suriname. Sommige ouders verstoten hun kinderen.’

Jullie poster? ‘Nee, dit is een poster uit Nederland van het Aids Fonds.’

Wat en wie hebben jullie bereikt? ‘In 2009 zijn we gestart met onze preventieactiviteiten. Eind december is onze website gelanceerd. Het publiek moet de weg naar de Vraagbaak nog zien te vinden. Vorig jaar zijn we begonnen met counseling. Zes mannen meldden zich daarvoor aan, van wie er drie begeleiding kregen. De anderen zegden weer af. Dit jaar was er één aanmelding. Counseling is nieuw. Het ontbreekt de mannen nog aan vertrouwen om met ons te praten. Afgelopen week startte

SMU geeft een Infokrant over een gezonde leefstijl en een flyer uit. Diende voorlichtingsmateriaal van Schorer als voorbeeld? ‘In Nederlandse folders komen woorden voor als neuken en fuck. Dat is te cru. We doen bij Schorer vooral ideeën op: hoe ontwikkel je materiaal en maak je het aantrekkelijk?’

14


de support group: circa dertien mannen spraken over hun coming out. We organiseerden in 2009 ook twee thema-avonden over soa. De eerste keer kwamen er acht mannen, op de tweede bijeenkomst in dansclub Mystique – vrijdagavond is gay-avond - waren er 100 tot 150 man.’ Kun je een voorbeeld noemen van de vragen op deze avonden? ‘Men informeert onder meer hoe gevaarlijk bugru is.’ Bugru? ‘In de schenkdop van Redlabel Whisky zitten doseerkogeltjes. Sommige mannen laten die kogeltjes onder de voorhuid plaatsen voor meer seksueel genot. Bugru is een soort piercing die niet ongevaarlijk is. Als de voorhuid niet wordt schoongehouden ontstaan infecties. Bugrus kunnen bovendien de vagina- of anuswand beschadigen. Bloedingen verhogen de kans op hivinfectie.’ Wat doen jullie verder? ‘We doen veel aan outreach-werk op beurzen, tijdens seminars, mensenrechtenconferenties, Wereldaidsdag, enzovoort. Nationaal en internationaal leggen we contacten met gezondheidsorganisaties en bouwen we naamsbekendheid op via de media. Ik ben te gast geweest in het jongerenprogramma Krutu om te discussiëren over het homohuwelijk. De meeste jongeren waren vóór. Men meende dat iedereen dezelfde rechten heeft. Een paar kerkelijke jongeren was tegen. Zij beschouwen homoseksualiteit als een zonde. Veel Surinamers, vooral Creolen, zijn gelovig. Een deel van hen stelt zich wel open om te luisteren. Met de geestelijk leiders van de Hindoe’s (pandits) hebben we minder contact dan met kerkelijke leiders. Op onze uitnodigingen gaan ze vaak niet in. Het overgrote deel van de mannen in Mystique is Hindoestaan of Creool. Ik weet niet of het taboe op homoseksualiteit onder andere bevolkingsgroepen, zoals marrons, indianen, Chinezen, Brazilianen en Javanen, groter is. We moeten nog onderzoeken hoe verschillende etnische groepen denken over homoseksualiteit. ’ In jullie folder staat dat jullie ook diensten verlenen op het gebied van mensenrechten, welke? ‘Vorig jaar vierde telecommunicatiebedrijf Digicel haar eenjarig bestaan in Suriname. Twee Jamaicaanse artiesten waren uitgenodigd die bekend staan om homofobe teksten als verbrand en dood homo’s. Met de antidiscriminatiewet in de hand lukte het ons het repertoire van de muziekgroep aan te passen.’ Wat leerden jullie van Schorer? ‘Schorer heeft veel ervaring in het rekruteren van vrijwilligers, het doen van behoefteonderzoek en het organiseren van outreach-activiteiten. Nodig je veel of weinig mensen uit? Ga je naar clubs? Breng je in kaart waar mensen elkaar ontmoeten? Hoe vergaar je informatie? Welke mythes en praktijken zijn er? Onze samenwerking kende veel leermomenten.’

Hoe gaan jullie te werk? ‘Wij werken vooral in Mystique omdat daar de meeste MSM komen. We delen er condooms en glijmiddel uit, geven voorlichting en demonstreren condoomgebruik. Ook voeren we face to face gesprekken met clubbezoekers, gaan na welke kennis ze hebben van hiv en soa, of ze zich laten testen, weet hebben van onze activiteiten, enzovoort. We houden bovendien enquêtes over condoomgebruik. Uit het behoefteonderzoek blijkt dat sommige mannen die ook seks hebben met vrouwen wél een condoom gebruiken bij vrouwen, maar níet bij mannen. Bij anale seks met mannen ontbreekt the juice - vaginavocht – en gebruiken ze liever geen condoom, omdat ze dan minder voelen. De mannen die dat doen behoren tot de zogenoemde closet cases. We hebben via twee informanten een paar van die mannen opgespoord. Ze komen niet naar Mystique. We proberen speciaal dagen te organiseren voor deze groep. Maar dat is moeilijk.’ Wat kan Schorer van jullie leren? ‘Hoe je werkt in een maatschappij die niet zo tolerant is. En ook dat ongezonde seks lokale varianten kent, die je als Nederlandse gezondheidsorganisatie niet zou verzinnen. Bugru bijvoorbeeld.’ Jullie doel is hiv en aids onder MSM reduceren. Hoeveel infecties zijn er in Suriname? ‘Dat onderzoeken lukt pas in de toekomst. MSM moeten eerst bereid zijn privé-informatie door te spelen naar SMU.’ Komt onbeschermde seks hier veel voor? ‘Geen idee. We promoten een gezonde leefstijl en distribueren condooms. Praten over intieme zaken vereist een zee aan vertrouwen. Dat proberen we stap voor stap te winnen.’ Is SMU er samen met Schorer in geslaagd de doelgroep binnen de reguliere gezondheidszorg opgenomen te krijgen? ‘Dat is een lange weg. Jongeren laten zich wel testen, maar vertellen meestal niet dat ze gay zijn en vragen doorgaans niet om voorlichting. Samen met lokale gezondheidsorganisaties gaan we na hoe onze doelgroep gebruik kan maken van goede gezondheidszorg zonder zich gediscrimineerd of gestigmatiseerd te voelen.’ Oud-directeur Ferdinand Strijthagen en José Pauw van Schorer zijn op bezoek geweest. Wat hebben jullie besproken? ‘In 2011 stopt de samenwerking. We spraken over het aangaan van partnerships: hoe onze organisatie straks kan samenwerken met andere organisaties. We hopen dat we altijd kunnen terugvallen op ons netwerk om fondsen te genereren.’ Heb je nog advies voor Schorer? ‘Blijf zoeken naar mogelijkheden voor samenwerking, dat is noodzakelijk in de strijd tegen hiv.’ ■

Suriname Men United Suriname Men United promoot een gezonde leefstijl onder mannen die seks hebben met mannen (MSM). De stichting richt zich onder meer op preventie van seksueel overdraagbare aandoeningen en hiv door te wijzen op mensenrechten, waaronder het recht op gezondheid: www.surinamemenunited.com

15


Jouw site voor gezonde seks 16


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.