Schorer Magazine

Page 1

nummer 17

Schorer Community ontmoeten en kennisdelen veilig vrijen niet moraliseren maar motiveren hiv-testeninterventies stimulerend en normversterkend

als het botst steunpunt Veilige Haven

april 2010


inhoud

transgenderproof Schorer biedt lesbische vrouwen, homomannen, biseksuelen en transgenders (LGBT) informatie, kennis en faciliteiten om hun gezondheid en welzijn te verbeteren (bron: website Schorer). Transvisie, centrum voor genderdiversiteit, verleent hulp aan transseksuelen en transgenders én aan hun omgeving (bron: website Transvisie). Vast niet toevallig komen de transgenders bij Schorer achteraan in de opsomming en bij Transvisie de naasten. Zoals Transvisie vindt dat de naasten meer aandacht nodig hebben dan ze nu krijgen, neem ik aan dat Schorer kritisch kijkt naar de mate waarin de missie ten aanzien van transgenders wordt waargemaakt. Door teksten LGBTproof te maken worden transgenders in elk geval genoemd, maar dit zegt weinig over de praktijk. Mijn voorlopige rapportcijfer voor Schorer als transgenderorganisatie is een 7, waarmee ik mijn waardering wil uitdrukken voor het buddywerk voor transseksuelen, voor de bereidheid tot samenwerken en voor het aantal keren dat transgenders worden genoemd in woord en geschrift.

Schorermagazine # 17, april 2010

Schorer heeft mij uitgenodigd om deze column te schrijven naar aanleiding van het kinder- en jongerenwerk van Transvisie dat onlangs de diversiteitsprijs van Movisie heeft gewonnen. Graag wil ik deze plek gebruiken om de T binnen LGBT een kleur te geven.

Transgender is niets anders dan een parapluterm. Net zo bruikbaar of onbruikbaar als homoseksueel voor alle homo’s en lesbo’s tezamen. Transgender gaat over jonge kinderen met genderdysforie, over volwassen transseksuelen en over travestieten: het gaat over alle mensen die zich niet honderd procent man of vrouw voelen. Zij hebben heel verschillende zorgvragen en heel verschillende informatiebehoeften. Schorer zou als LGBT-organisatie een actieve rol kunnen spelen in het delen van actuele en betrouwbare informatie voor de verschillende groepen transgenders: over de risico’s van hormoongebruik bijvoorbeeld of over goede huidtherapeuten, over stemontwikkeling en de voor- en nadelen van metaidoioplastie ten opzichte van falloplastie. Maar ook over verzekeringen, over rechten en plichten van de werkgever en over het aanpassen van papieren.

2 column Thomas Wormgoor

4 als het botst steunpunt Veilige Haven 6 8

hiv-testeninterventies stimulerend en normversterkend Schorer Community ontmoeten en kennisdelen

10 veilig vrijen niet moraliseren maar motiveren 12 producten en diensten

14 interview: Anton Koolwijk pleitbezorger homovriendelijke ouderenzorg foto Maarten van Haaff

En dan gezondheid en welzijn. Transgenders hebben niet allemaal toegang tot behandeling. Mensen die bij de genderkliniek aankloppen moeten vaak langer dan een jaar wachten op hun eerste diagnostische gesprek. Behandelingen worden niet zonder meer vergoed. Transgendervriendelijke hulpverleners zijn er nauwelijks. Aanbod voor een stel of gezin in transitie bestaat niet, evenmin als maatschappelijke ondersteuning bij of na een geslachtsveranderende operatie. Transvisie maakt zich sterk voor deze zaken. Bij Transvisie spreken wij vanuit onze ervaringsdeskundigheid. Dat is belangrijk, net zoals het jaren geleden belangrijk was dat homo’s en lesbo’s zelf opkwamen voor hun belangen en zichtbaarheid in de maatschappij. Ik denk dat de tijd rijp is om de handen ineen te slaan en ben verheugd met een samenwerkingspartner als Schorer. Ik nodig Schorer van harte uit om ook een transitie door te maken. Thomas Wormgoor, coördinator Transvisie

COLOFON uitgave Schorer Postbus 15830 1001 NH Amsterdam (020) 573 94 44 magazine@schorer.nl www.schorer.nl

2

Schorermagazine april 2010

hoofd- en eindredactie Jacob van Megen

redactieassistentie Yvonne Benjamens

fotografie Bettina Neumann/Colombo

oplage 3.300

redactieraad Paul van Beek Michelle Delleman Esther van Doorne Ruth Kaufmann Justin de Vries Wim Zuilhof

aan dit nummer werkten mee Janneke Donkerlo Hansje Galesloot Mariette Hermans Jeroen Mirck Caspar Pisters Thomas Wormgoor

vormgeving Gerrald Plasmeijer

issn 1574-1486

drukwerk Springer & Lippes drukkers

Schorer is het landelijk instituut voor homoseksualiteit, gezondheid en welzijn. De stichting wordt financieel ondersteund door onder andere het ministerie van VWS en Soa Aids Nederland.

column/inhoud/colofon


seksuele gezondheid

O

p 27 november 2009 verscheen de Beleidsbrief Seksuele Gezondheid van het ministerie van VWS. Met de brief geven minister en staatssecretaris gehoor aan de brede oproep van het hiv/soa-werkveld om te komen tot een integrale beleidsvisie op het terrein van seksuele gezondheid. Schorer kan zich vinden in de aangegeven centrale waarden autonomie, weerbaarheid, besef van wederkerigheid en respect, recht op seksuele en relationele vorming ĂŠn goede hulpverlening. Schorer meent dat hiv en soa integraal opgenomen dienen te worden in de beleidsvisie seksuele gezondheid. Helaas hebben minister en staatssecretaris ervoor gekozen hiv/soa-beleid vooruit te schuiven naar een nog te ontwikkelen preventieplan hiv en soa. In Nederland is de laatste jaren een stijging waarneembaar van hiv onder mannen die seks hebben met mannen (MSM). Het aantal soa-infecties onder MSM is over het algemeen stabiel, maar blijft hoog. Deze tendensen worden toegeschreven aan seksueel risicogedrag. Onbeschermde anale seks met losse partners lijkt onder meer gerelateerd aan een jongere leeftijd, druggebruik, het zoeken van sekspartners in darkrooms en op internet en het niet hebben van een vaste partner. Uit onderzoek van de Stichting Hiv Monitoring blijkt dat een kwart van de hiv-positieve MSM onbekend is met de eigen hiv-status. Deze groep is verantwoordelijk voor het overgrote deel van de nieuwe hiv-infecties.

intentie om de seks veilig te houden hoog. Ook laten steeds meer MSM zich testen op hiv. Voor Schorer is het duidelijk dat vernieuwing van de hiv/soa-bestrijding het meeste kans van slagen heeft als toekomstig beleid zich richt op meer testen op hiv en soa, het bereiken van jongere MSM en mannen met hoogrisicogedrag, het versterken van de veilige seksnorm en beĂŻnvloeding van achterliggende determinanten van onveilig seksueel gedrag en niet willen testen. Schorer vindt dat de hiv/soa-bestrijding sterk aan effectiviteit kan winnen als deze samenhangend met de andere beleidsterreinen voor seksuele gezondheid wordt ontwikkeld en aangeboden. De huidige scheiding van deze beleidsterreinen staat optimale zorg in de weg en is daardoor beperkt effectief. Gezien de sinds jaren hoge prevalentie en incidentiecijfers voor hiv en soa onder MSM volstaat aan deze groep alleen een optimaal aanbod. Binnen dit aanbod zijn hiv en soa gekoppeld aan andere aspecten van seksuele gezondheid die, meer of minder, direct een rol spelen bij overdracht van hiv en soa. Schorer zal zich blijven inspannen om hiv/soa-beleid die positie en inhoud te laten krijgen die nodig is

Ferdinand Strijthagen directeur

Het hiv/soa-preventiebeleid dat Schorer de laatste jaren voerde, werpt zijn vruchten af. Zo geeft het overgrote deel van de MSM in onderzoeken aan hiv en soa wel degelijk ernstig te vinden en is de

reacties: redactieraad@schorernet.nl beleid

Schorermagazine april 2010

3


als het botst

Veilige Haven is het steunpunt voor jongeren uit multicultureel Amsterdam met homoseksuele, lesbische of transgender gevoelens. Inmiddels bestaat Veilige Haven ruim vijf jaar. De aanloop is verdubbeld, maar het budget is beperkt. tekst Mariette Hermans

I

n 2004 keurde de Gemeente Amsterdam het eerste projectvoorstel van Veilige Haven goed. Daarmee startten Schorer en haar samenwerkingspartners een pilot om allochtone jongeren met lesbische, homoseksuele en transgender gevoelens te ondersteunen. Veilige Haven was een feit. Volgens Ferdinand Strijthagen, directeur Schorer, begon het met het boek Mijn geloof en mijn geluk: ‘Daarvoor spraken we met 24 jongeren met een islamitische achtergrond over hun homoseksuele gevoelens. Het bleek niet makkelijk om die gevoelens vorm te geven. Om juist die jongeren die tussen wal en schip van de reguliere opvang en hulpverlening raakten, te ondersteunen, is Veilige Haven opgericht.’ Schorer werkt vanaf het begin samen met Amsterdams Centrum Buitenlanders en Habibi Ana voor voorlichting en doorverwijzing, HVO Querido voor opvang en COC Amsterdam. Ook zij hadden duidelijke signalen dat er hulp nodig was. Dennis Boutkan, voorzitter COC Amsterdam: ‘Ons doel is emancipatie van homoseksuelen, biseksuelen en lesbiennes. We zijn daarvoor actief in multiculturele buurten. Maar zodra een emancipatieproces op gang komt, levert dat botsingen op en dus hulpvragen voor Veilige Haven.’ 4

Schorermagazine april 2010

caseload De toeloop naar Veilige Haven groeide snel. Schorer startte met een caseload van dertig cliënten per jaar. Dat verdubbelde al snel. In 2009 kwamen ruim honderd nieuwe cliënten op Veilige Haven af – gemiddeld twee per week. Strijthagen: ‘Het woord succes is misplaatst, maar we voorzien duidelijk in een behoefte. We houden met opzet de werving klein, omdat we beperkte capaciteit hebben.’ Cliënten van Veilige Haven hebben te maken met complexe problemen. Boutkan sprak laatst een cliënt: ‘Hij is negentien en moest uit het dorp verhuizen omdat zijn ouders zijn homoseksualiteit niet accepteren. Hij stopte met school. Via Veilige Haven ging het beter. Nu had hij een huis, een relatie en was opnieuw aan een opleiding begonnen. Maar je moet er niet aan denken dat zo’n jonge jongen op straat terecht komt.’ Behalve dakloosheid, krijgt Veilige Haven te maken met de gevolgen van huiselijk of eergerelateerd geweld, financiële problemen, gebrek aan eigenwaarde, stress door het leiden van een dubbelleven en eenzaamheid. Veilige Haven biedt psychosociale gesprekken, ondersteuning bij het regelen van opvang en actueel


boekentip Het boek Mijn geloof en mijn geluk. Islamitische meiden en jongens over hun homoseksuele gevoelens (Schorer Boeken, 2002) is te bestellen via Gay&Lesbian Switchboard .

project. ‘We zijn tenslotte Gay Capital, een topstad, waar iedereen zichzelf moet kunnen zijn. Als iemand worstelt, moet hij of zij dat op een goede manier kunnen doen, kunnen ademen. Veilige Haven staat voor een veilige toekomst.’ maatwerk Omdat Veilige Haven steeds vaker cliënten binnen kreeg op de vlucht voor eergerelateerd geweld, zocht Schorer contact met lokale partijen die zich hard maken tegen deze vormen van geweld. In 2008 opende het Meldpunt Eergerelateerd Geweld in Amsterdam. Cecilia Pérez Yáñez is zorgcoördinator van het meldpunt. ‘Jongeren die uit de kast komen in een eercultuur kunnen tussen wal en schip vallen. In hun cultuur is homoseksualiteit een ziekte die genezen moet worden: met medicatie, psychische hulp of met geweld. Ook worden mensen uitgehuwelijkt om zogenaamd te genezen. Daarom is Veilige Haven onmisbaar.’ Volgens Pérez Yáñez kunnen alle vormen van eergerelateerd geweld worden ingezet tegen deze jongeren: dreiging, mishandeling, achtervolging. ‘Wij maken een risico-analyse en dat kan bijvoorbeeld betekenen dat we iemand niet plaatsen in de stad waar de familie woont. Het is maatwerk, want elke persoon is anders.’

inkomen, doorverwijzing naar Buddyzorg of naar specialistische hulpverleners en ontmoeting in het Wereldcafé. Myra Karg, hoofd Maatschappelijke Ondersteuning Schorer: ‘Voor deze groepen jongeren zijn we het enige loket in de regio. Schorer wil niemand in de kou laten staan, maar we hebben beperkte mogelijkheden voor een groep die het juist zo hard nodig heeft.’ methodiek Met steun van het ministerie van OC&W heeft Schorer de Methodiekbeschrijving Veilige Haven ontwikkeld. Jerry Straub, PvdA-raadslid voor de gemeente Amsterdam, onderstreept deze werkwijze: ‘Het belangrijkste van de methodiek is het winnen van vertrouwen. Het gaat niet over een 10-minutengesprek waarin iemand uit de kast komt. De medewerker van Veilige Haven luistert naar de persoon en brengt in kaart wat er precies aan de hand is. Dat is een kwetsbaar proces voor de betrokkene. Je moet iemand binden want hij kan zo weer wegglippen. Daar is veel tijd en aandacht voor nodig, maar als je dat kan, is dat onbetaalbaar.’ Straub is blij dat Amsterdam landelijk voortrekker is met dit actueel

toeloop In 2009 vroeg Schorer bij Gemeente Amsterdam extra geld aan om de grote toeloop te kunnen bekostigen en de deskundigheid onder hulpverleners te vergroten. Deze aanvragen zijn afgewezen. Straub: ‘De lagere subsidieverstrekking is vreselijk jammer. Maar we zitten met een crisis en moeten scherpe keuzes maken. Ik zal er persoonlijk voor zorgen dat het onderwerp op de agenda blijft. Ik ben heteroseksueel, maar heb ervaren hoe het is wanneer andere groepen voor je in de bres springen.’ Myra Karg: ‘Als we deze jongeren niet kunnen helpen kan dat grote gevolgen hebben voor hun psychische en fysieke welzijn.’ Dennis Boutkan bevestigt dit. ‘Homoseksualiteit kan nog altijd betekenen dat je je hele vangnet kwijtraakt: je ouders, je huis, je vrienden. Zeker voor jonge mensen kan dat een vreselijke klap zijn. Een goede infrastructuur als Veilige Haven is daarom broodnodig.’ ■

reacties op dit artikel: Andrea Vogelsanger a.vogelsanger@schorernet.nl Schorermagazine april 2010

5


hiv-testeninterventies

stimulerend en normversterkend

6

Schorermagazine april 2010

actueel


Vergeleken met het Verenigd Koninkrijk en Australië blijft het aantal op hiv geteste homo- en biseksuele mannen in Nederland achter. Met het vierjarig Hiv-testenproject wil Schorer het aantal op hiv geteste mannen verhogen en recent geïnfecteerden vroegtijdig opsporen. GGD-interventies moeten MSM stimuleren en de norm halfjaarlijks testen op hiv versterken. tekst Caspar Pisters

U

it Schorer Monitor 2009 blijkt dat het aantal op hiv geteste homo- en biseksuele mannen ligt stijgt. Van de mannen die seks hebben met mannen (MSM) is 44% in het voorgaande jaar getest op hiv, waarvan de meeste minder dan 6 maanden geleden. Uit onderzoek van de Stichting Hiv Monitoring blijkt dat 25% van de hiv-positieve MSM onbekend is met de eigen hiv-status. Deze groep is naar schatting verantwoordelijk voor 90% van de nieuwe hiv-infecties. Het is daarom belangrijk dat veel meer MSM zich halfjaarlijks laten testen op hiv dan nu het geval is. Ook voor de gezondheid van hiv-positieven zelf is het belangrijk dat zij onder medische controle staan. Schorer, vijf stedelijke GGD‘en, Soa Aids Nederland (SANL) en de Huisarts Advies Groep Seksuele Gezondheid (seksHAG) willen met het vierjarig Hiv-testenproject werken aan de verbetering van het hiv-testengedrag van MSM. Aan het eind van het project is het aantal MSM dat bekend is met zijn hiv-status toegenomen, het aantal opgespoorde recente primaire hiv-infecties gestegen en de norm halfjaarlijks testen op hiv binnen de MSMgemeenschap versterkt. In 2009 ontwikkelde Schorer hiertoe de themacampagne: Hiv-test, maak er een gewoonte van. Met de campagne worden MSM op individueel niveau gemotiveerd zich te laten testen op hiv. Speciale aandacht gaat uit naar jongeren en naar mannen met hoogrisicogedrag.

huisartsen Naar schatting vijftig tot zeventig procent van de soa-consulten vindt bij de huisarts plaats. Hoewel dit cijfer toeneemt, zijn er aanwijzingen dat het aantal hiv-testen uitgevoerd door huisartsen juist afneemt. Veel huisartsen zijn terughoudend met het actief aanbieden van een hiv-test aan MSM, zeker indien de reden voor het consult geen soa-gerelateerd probleem is. Hierdoor worden veel preventiemomenten gemist. SANL werkt aan de ontwikkeling van nieuw aanbod dat de norm halfjaarlijks testen op hiv ook in de huisartsenpraktijk moet versterken. Ook worden huisartsen door deskundigheidsbevordering gestimuleerd de hiv-test eerder bespreekbaar te maken. In samenwerking met het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg (Nivel) wordt er een behoefteonderzoek uitgevoerd. De bestaande bijscholingsmodule Actief hiv-testen wordt aangepast, uitgevoerd en getest op effectiviteit. Hierin wil SANL samenwerken met Huisarts Advies Groep Seksuele Gezondheid (seksHAG). SeksHAG adviseert, schoolt, onderzoekt en ontwikkelt richtlijnen om de zorg rond seksuele gezondheid te verbeteren. Hiertoe inventariseert de seksHAG wat huisartsen weerhoudt om actief een hiv-test aan te bieden en hoe huisartsen seksuele oriëntatie bij patiënten bespreekbaar kunnen maken. actueel

De GGD’en van Amsterdam, Rotterdam-Rijnmond, Den Haag, Groningen en Zuid-Limburg hebben zelf interventieplannen ontwikkeld om MSM actief te stimuleren. Schorer financiert de uitvoering van de plannen met een subsidie van het ministerie van VWS. Nog voor de zomer starten de eerste regionale activiteiten. interventies GGD Amsterdam wil het gebruik van Test Lab door MSM stimuleren. Test Lab is een onderdeel van website mantotman.nl, waarbij MSM online een afspraak kunnen maken voor een soacheck en hiv-test bij het dichtstbijzijnde laboratorium. Ook wil GGD Amsterdam Test Lab uitbreiden met een optie waarbij gebruikers de onderzoeksuitslagen online kunnen ontvangen. GGD Zuid-Limburg, regionaal soa-centrum Den Haag en soacentrum regio Noord Nederland onderzoeken of Test Lab ook in hun regio’s kan worden ingevoerd. GGD Rotterdam-Rijnmond werkt al met Test Lab. Om het gebruik ervan te stimuleren, worden onder meer seksshops ingeschakeld. Bij aanschaf van homo-erotische artikelen wordt een gadget verstrekt waarmee informatie wordt gegeven over het belang van regelmatig testen, en waarbij verwezen wordt naar mantotman.nl. Ook in uitgaansgelegenheden gaan voorlichters van GGD Rotterdam-Rijnmond Test Lab actief onder de aandacht brengen. Ter plekke kunnen MSM op een laptop het Test Lab-formulier voor een hiv/soa-test invullen of hun e-mail adres achterlaten. Zij ontvangen via de mail een uitnodiging en krijgen informatie over de soa-poli: hoe werkt het en wanneer kun je er terecht. huiskamerbijeenkomst Een opmerkelijke interventie van GGD Rotterdam-Rijnmond is de op Tupperware Party’s geïnspireerde Rubberware huiskamerbijeenkomsten. Via sleutelfiguren worden jongens en mannen uitgenodigd, maximaal acht per keer. De sleutelfiguur stelt zijn huiskamer ter beschikking voor de avond. Een sociaal verpleegkundige van de GGD geeft voorlichting over hiv en soa, veilig vrijen en het halfjaarlijks testen op hiv en stuurt gelijk aan op een hiv-test, zonder de aanwezigen onder druk te zetten. Marijn Kuijper van GGD Rotterdam-Rijnmond: ‘Met deze avonden richten we ons op MSM die we normaal niet zo gauw tegenkomen. Jongens en mannen die niet snel uit zichzelf naar de soa-poli komen. Jongeren dus, en allochtonen die de homohoreca mijden, of nog niet out zijn. Maar ook oudere mannen, die er voor kiezen om zich wel op andere soa te laten testen, maar niet op hiv omdat ze bang zijn voor de uitslag. We hopen dat we hen in een huiskamersetting tot andere inzichten kunnen brengen dan in de beperkte tijd die beschikbaar is tijdens een regulier consult bij de GGD.’ Niet iedereen zal het prettig vinden om in de aanwezigheid van anderen een hiv-test te doen, erkent Kuijper. ‘We hopen op een sneeuwbaleffect. In een pilot bekijken we of het werkt. Natuurlijk creëren we privacy. Niet alles vindt in één en dezelfde huiskamer plaats.’ Nog dit voorjaar hoopt GGD Rotterdam-Rijnmond per doelgroep twee avonden georganiseerd te hebben. ■

reacties op dit artikel: Tobias Dorfler t.dorfler@schorernet.nl Schorermagazine april 2010

7


Schorer Community

ontmoeten en kennisdelen Voor Schorer is internet de snelste manier voor kennisuitwisseling met haar partners. Sinds november is er de Schorer Community, een internationaal platform in vier talen: contact houden en van elkaar te leren.

tekst Jeroen Mirck

D

e Schorer Community is een online platform voor uitwisseling van kennis en informatie in vier talen voor de zeventien samenwerkingspartners van Schorer in negen landen in het Zuiden. Tijdens de Internationale Partnermeeting in november 2009 was de officiële lancering. De eerste ervaringen van medewerkers die nu al gebruik maken van het platform, zijn vooral ook bedoeld om de webcommunity nog beter te laten aansluiten op de gebruiksbehoeften.

8

Schorermagazine april 2010

Daría Suarez van CIPAC, een Costa Ricaanse partnerorganisatie die participeert in de webcommunity: ‘Het is belangrijk dat we ons niet alleen voelen of eilandjes zijn in de zee. Goede voorbeelden zijn nodig om ons werk te ondersteunen, een boost te geven en bij te sturen om betere diensten te leveren aan onze doelgroep.’ digitale ontmoetingsplek Waarom een online platform? Omdat er onder partners behoefte was aan een permanente uitwisseling van informatie, aldus Bram Langen, die binnen Schorer verantwoordelijk is voor de uitrol van het platform. Langen: ‘Een keer per jaar ontmoeten wij de partners bij een regiobijeenkomst. Vanuit die meetings kwam de vraag of we door het jaar heen kennis en ervaring konden uitwisselen. Dat is uitgemond in deze digitale ontmoetingsplek.’ Regiobijeenkomsten worden per taalgebied georganiseerd. Eens per twee jaar komen alle partners samen, wat altijd een complexe organisatie is met veel tolken. In sommige landen is Engels de voertaal, in andere landen Spaans, Portugees of Nederlands. Langen weet hoe ingewikkeld dat is: ‘Wie Portugees spreekt is niet altijd het Spaans machtig, en vice versa.’ actueel


openbare bibliotheek Alle documenten in de bibliotheek worden in 2010 openbaar op de Schorer Community. Naast Schorer en haar partners kan iedereen die zich wereldwijd bezighoudt met planmatige en evidence based hiv/soa-preventie daar documenten downloaden en inzien. Meer info: http://community.schorer.nl

tragere verbindingen waar bijvoorbeeld Afrikaanse gebruikers mee te maken hebben’, aldus Van Kouwen.

Ralf van Kouwen, die het platform in nauw overleg met Schorer ontwikkelde, vertelt: ‘Bij de Schorer Community is het belangrijk dat anderstaligen toch met het systeem aan de slag kunnen.’ Op de webcommunity is het taalprobleem dan ook vakkundig opgelost. Iedereen die inlogt, krijgt de website te zien in zijn of haar eigen voorkeurstaal. Daarbij is er keuze uit Engels, Spaans, Portugees en Nederlands. Partners kunnen er foto’s delen en bijvoorbeeld lokaal preventiemateriaal publiceren in hun eigen taal, waarna medewerkers van Schorer de titel en samenvatting van het document (indien nodig) vertalen naar de andere drie talen. Zo kunnen gebruikers snel bepalen welke documenten interessant voor ze zijn. Ook moest de community zo laagdrempelig mogelijk zijn, met zo min mogelijk toeters en bellen. Van Kouwen: ‘De site stuurt je nergens naartoe, maar nodigt je uit om zelf rond te kijken. Daarom heeft de zoekfunctie ook een centrale plek.’ Gebruikers kunnen hun profielpagina naar eigen voorkeur indelen door de verschillende informatieblokken te verschuiven of dicht te klappen. ‘Alles is functioneel, er zijn geen leuke en nutteloze gimmicks. Dat maakt de site ook lichter, wat prettig is voor actueel

zelf bouwen ‘Het draait bij de webcommunity in goed Nederlands om best practices en lessons learned op het gebied van planmatige hiv/ soa-preventie voor seksuele minderheden’, zegt Schorer-directeur Ferdinand Strijthagen. ‘Wij willen geen waterput aanleggen, maar organisaties adviseren hoe ze zelf die waterput kunnen bouwen. Het gaat om het delen van kennis en ervaringen, zowel tussen de partners onderling als tussen Schorer en haar partners. Welke lessen leer je in Zimbabwe en wat kun je daarmee in ZuidAfrika? Via internet kan dat snel, ook al zit je duizenden kilometers van elkaar vandaan.’ Iemand die al actief met de webcommunity werkt, is Kenneth van Emden van de Surinaamse partnerorganisatie SMU (Suriname Men United). ‘Via het platform kunnen we leren van andere partners en onze contacten uitbreiden. Zelf voeg ik documenten toe en lees ik over andermans projecten. Ik verwacht dat het platform nog veel interactiever wordt naarmate meer partners informatie gaan delen.’ Vanuit Ecuador laat Pilar Rivas, verbonden aan Corporación Kimirina, weten dat het voor haar organisatie cruciaal is om te laten zien wat ze doen voor de doelgroep. ‘In mijn land is internet nog niet zo wijd verspreid en zijn veel mensen nog niet online. Toch is het een manier om contact te leggen en kennis te delen. We zitten nu nog in de experimenteerfase, maar bouwen aan een solide netwerk waarbij we steeds meer mensen kunnen informeren.’ Daría Suarez, van CIPAC, Costa Rica: ‘De webcommunity geeft ons feedback van alle partnerorganisaties, zonder dat tijds- of plaatsverschillen er toe doen. Ik verwacht dat we via het platform meer en meer hiv-preventie in de Latijns-Amerikaanse regio op de kaart kunnen zetten, in het bijzonder het werk dat onze organisatie doet voor minderjarigen.’ Een collectief geheugen opbouwen door informatie te halen en brengen, zo omschrijft Schorer het doel van de webcommunity. Langen: ‘Partners kunnen hun preventiemateriaal laten zien en feedback krijgen op het ontwerp of de achterliggende strategie. Voor anderen kan zoiets weer inspirerend zijn bij de ontwikkeling van eigen materiaal. Naarmate er meer gedeeld wordt, neemt die rol alleen nog maar toe. In feite is de ontwikkeling van het platform pas begonnen bij de lancering.’ ■

reacties op dit artikel: Bram Langen b.langen@schorernet.nl Schorermagazine april 2010

9


veilig vrijen

niet moraliseren maar motiveren Soa-verpleegkundigen krijgen op het spreekuur te maken met cliënten voor wie veilige seks niet vanzelfsprekend is. Is het lastig als jouw normen botsen met die van de cliënt? Hoe bespreek je dat met hen?

tekst Hansje Galesloot

B

innen het Awareness-project (zie kader bewustwording) is nagegaan hoe professionals in de spreekkamer omgaan met onveilig seksgedrag van hun cliënten. Bij een rondgang in het veld blijkt motiveren tot gedragsverandering de kern van de benadering te zijn. Het voorschrijven of opleggen van gedragsnormen is niet effectief. In de trainingen die Soa Aids Nederland aanbiedt aan deze beroepsgroep, staat motiverende gespreksvoering centraal, vertelt Ralph Spijker van Soa Aids Nederland. Volgens hem is het belangrijk een luisterende, empathische en accepterende houding aan te nemen: ‘Als soa-verpleegkundige ben je in zo’n consult altijd uit op een samenwerkingsrelatie en op het verkrijgen van toestemming van de cliënt voor verdere stappen. Je probeert zijn gedrag bespreekbaar te maken door te kijken naar de motieven. Vooral de ambivalenties daarin kunnen een aangrijpingspunt zijn voor gedragsverandering. Het thema veilig of onveilig vrijen is toch al met schaamte- en schuldgevoelens beladen. Met moralisering schiet je je doel voorbij. En cliënten moeten tenslotte zelf veilige seks praktiseren. Daarvoor is inzicht nodig in wat er precies gebeurt als ze het niet altijd veilig doen. Belemmeringen moeten op tafel komen. Daar is een open en veilige sfeer voor nodig.’ vonk overbrengen Maar wat als cliënten met verhalen komen waaruit onveilig of grensoverschrijdend gedrag blijkt? Hoe vaak botsen de normen van de soaverpleegkundigen en de normen van de cliënt? Edward de Haan van GGD Hart voor Brabant: ‘In casuïstiekbesprekingen in ons team komen geregeld voorbeelden ter tafel. Je blijft altijd professioneel en netjes, maar draagt wel je boodschap uit. Je probeert een vonkje over te brengen bij de cliënt: denk in elk geval na over wat je doet. Maar soms dring je niet door. Niet iedereen staat open voor verandering. Dit kan een onbevredigend gevoel geven. Sommige mannen die seks hebben met mannen (MSM) nemen de houding aan: je hoeft mij niks meer te vertellen, ik weet het allemaal al en ik doe toch mijn ding. Ook zie ik bij MSM soms een consumptieve houding: jij zit er voor mij, ik heb recht op gratis onderzoek, dus ik hoef geen moraliserend verhaal, ik wil gewoon m’n prik. Dan zeg ik: zo vrijblijvend als je het nu stelt, is het niet. En vervolgens ga ik toch het gesprek aan.’ houden van De Haan draait er niet omheen als hij cliënten aanspreekt op hun gedrag. Hij vertelt een casus over een cliënt die een nieuwe partner had, waarmee hij het onveilig deed omdat ze zoveel van elkaar hielden. Deze cliënt is al jaren hiv-positief en bleek syfilis te hebben. ‘Dan vraag ik door over wat houden van precies voor hem betekent. Is dat iemand moedwillig ziek maken? Hem meenemen in je eigen ziekte-

10

Schorermagazine april 2010

proces?’ Soms maakt hij iets los bij de cliënt door nieuwe informatie aan te dragen. ‘Als je hiv-positief bent, kunnen bijvoorbeeld soa als hepatitis B en C tot veel ernstiger complicaties leiden. Dat weet lang niet iedereen. Door maatwerk qua informatie te leveren, maak je een cliënt geïnteresseerd.’ De Haan prikt desnoods door drogredenen heen. Bijvoorbeeld als een sekspartner niet informeert naar de hiv-status, deze zelf ook wel hivpositief zal zijn. Biseksuele mannen die op de baan actief zijn en een soa oplopen, maar van wie de vrouw helemaal niet weet dat ze risico loopt, wijst hij op de gok die ze nemen. ‘Je moet keuzes maken, zeg ik dan. Wie stel je bovenaan? Soms schrikken mensen van een dergelijke directheid, maar ik schud ze wel wakker.’ tegenstrijdigheden Herbert Visser van de GGD Rotterdam-Rijnmond is minder confronterend in zijn benadering. Net als De Haan legt hij de nadruk op het creëren van een veilige situatie, waarin cliënten zelf problemen op tafel durven te leggen. ‘Door te spiegelen wijs ik cliënten op tegenstrijdigheden in hun gedrag. Zo probeer ik ze te motiveren om hun gedrag te veranderen.’ Visser is geregeld verbaasd over de openheid van zijn cliënten. ‘Binnen tien minuten krijg ik vaak al vertrouwelijke informatie: dat ze verslaafd zijn aan internetseks of een dubbelleven leiden. Het is goed als cliënten erkennen dat ze moeite hebben met veilig vrijen. Als dat eenmaal op tafel ligt, kun je doorpraten. Ik schrik niet van iemand die zegt honderd onveilige contacten te hebben gehad. Maar ik heb wel moeite met machtsmisbruik, geweld, situaties waarin kinderen beschadigd worden. Dan komen mijn grenzen in zicht.’ Visser vertelt over een casus waarin zijn persoonlijke normen in het geding kwamen. Een homostel van in de dertig had geregeld seks met een jongen van twintig, over wie zij zich ontfermd hadden. De jongen had een slechte thuissituatie. Tijdens een vakantie in Brazilië had het stel onveilig gevreeën. Daarna hadden ze onbeschermde seks met de jongen. Enkele maanden later bleken beide homomannen te zijn geïnfecteerd met hiv en syfilis. De jongen bleek gelukkig hiv-negatief. Visser: ‘Mijn gevoel hierbij was dat het stel onvoldoende verantwoordelijkheid nam voor de jongen, terwijl ze zich wel als redders opwierpen. Ik zoek dan naar manieren om hierover het gesprek aan te gaan en mijn cliënten aan het denken te zetten.’ ■

reacties op dit artikel: Astrid Roggen a.roggen@schorernet.nl actueel


bewustwording Met het tweejarige project Awareness onderzoeken Schorer, GGD Amsterdam en GGD Rotterdam-Rijnmond op uiteenlopende ontmoetingsplekken voor MSM de aldaar geldende sociale normen rond veilig vrijen en hoe deze normen van invloed kunnen zijn op het individuele seksuele gedrag van MSM. De sociale normen, zoals die uit het onderzoek naar voren komen, worden in een latere fase van het project ter discussie voorgelegd aan de MSM-gemeenschap. Om ook zicht te krijgen op hoe hiv/soaprofessionals in de praktijk omgaan met onveilig seksgedrag organiseerde Schorer tijdens het Nationaal Congres Soa*Hiv*Seks op 1 december de workshop Normvervaging hoezo? Tijdens deze workshop stonden vragen centraal als: Wat te doen als de normen en waarden over seksueel gedrag als professional strijdig zijn met de opvattingen en het gedrag van je cliënten? Waardoor laat je je als professional leiden in zo’n situatie? Hoe zorg je ervoor dat de cliënt zijn gezondheid en die van anderen kan beschermen?

actueel

Schorermagazine april 2010

11


informatiefolder

I

n samenwerking met Hiv Vereniging Nederland (HVN) heeft Schorer een nieuwe A5patiëntenfolder ontwikkeld over hepatitis C (HCV). Met de slogan: Hepatitis C? Dat wil je écht niet, worden MSM met hiv geïnformeerd over HCV.

De patiëntenfolder is onderdeel van de informatievoorziening over (HCV) aan MSM met hiv waarmee Schorer en Hiv Vereniging in 2009 zijn gestart. Eerder verschenen al een A7folder, artikelen in homomedia en Dossier C op mantotman.nl. De patiëntenfolder is speciaal ontwikkeld voor gebruik in spreek- en wachtkamers van hivbehandelcentra, soa-poli en huisartsen. MSM met hiv worden ermee geïnformeerd over overdracht en hoe dat te voorkomen, welke testen er zijn om het virus op te sporen en over behandeling van een HCV-infectie.

Hepatitis C? Dat Dat wil wil je je écht écht niet niet Informatie informatie voor hiv+ voor mannen hiv+ mannen die seks hebben met mannen

De inhoud van de patiëntenfolder is opgesteld in overleg met de Nederlandse Vereniging van Aids Behandelaars (NVAB), enkele grotere GGD’en en de sectie Poz&Proud van HVN. Hiv-behandelcentra en soa-poli kunnen de folder bestellen via schorer.nl/bestelformulier Meer informatie: Wim Zuilhof w.zuilhof@schorernet.nl MAN tot MAN is een initiatief van Schorer, GGD Amsterdam en GGD Rotterdam-Rijnmond. Deze folder is ontwikkeld samen met Hiv Vereniging Nederland. 07-09

best practices in de soa/hiv-bestrijding bij MSM

I

n 2008 deed Schorer een literatuurstudie naar effectief gebleken methodieken in de hiv/soa-bestrijding bij mannen die seks hebben met mannen (MSM). In het rapport Best practices in soa/hiv-bestrijding bij MSM is beschreven in hoeverre deze methodieken toepasbaar zijn voor MSM in Nederland. Interventies die geassocieerd worden met effectiviteit in het bevorderen van veilige seks bij MSM zijn gebaseerd op theoretische gedragsmodellen, maken gebruik van interpersoonlijke vaardigheidstraining, hanteren verschillende wijzen van implementatie en bevatten meerdere sessies. Cognitieve methoden, zoals motivational interviewing en self justifications, kunnen bruikbare instrumenten zijn voor peer educators. Componenten die veilige seks erotiseren kunnen interventies effectiever maken doordat zij de aandacht trekken en zo een grotere groep wordt bereikt. Community interventies zijn zowel gedragseffectief als kosteneffectief gebleken in het bevorderen van condoomgebruik bij anale seks. Het rapport Best practices in de soa/hiv-bestrijding bij MSM kun je downloaden op schorer.nl/280/rapporten-en-notities/best-practices Meer informatie: Astrid Roggen a.roggen@schorernet.nl

best practices in de soa/hiv bestrijding bij MSM 2008

12

Schorermagazine april 2010

producten en diensten


Zuid-Afrikaanse versie van lesbisch.nl

S

chorer partnerorganisatie OUT-LGBT Well-Being in Pretoria heeft een website gelanceerd voor lesbische en biseksuele vrouwen in Zuid-Afrika. De site womyn2womyn.co.za is bedoeld voor vrouwen die seks hebben met vrouwen (WSW) tussen de 18 en 30 jaar. De site informeert en adviseert jonge vrouwen over seksualiteit, veilig vrijen en seksuele gezondheid. Schorer financierde de Zuid-Afrikaanse versie van lesbisch.nl. De site womyn2womyn.co.za is uniek voor ZuidAfrikaanse lesbische en biseksuele vrouwen, die in het dagelijks leven vaak te maken krijgen met discriminatie en uitsluiting vanwege hun seksuele identiteit. De website informeert vrouwen die van vrouwen houden over uiteenlopende onderwerpen zoals seksualiteit, hiv/soa, veilig vrijen, testen en leven met hiv. Bezoeksters vinden er de A-Z of W2W-sex en uitgebreide informatie over onder meer het vrouwenlichaam, persoonlijke hygiëne, zwangerschap, seksuele problemen en onder vrouwen veel voorkomende ziekten zoals borstkanker. Ook wordt aandacht besteed aan ontmoetingsmogelijkheden voor vrouwen, zowel online als op locatie, en worden heersende mythes over vrouwen die van vrouwen houden ontkracht. Verder levert de site speciale services zoals de online vragenrubriek van Dr. Delicious, de hiv-risicocalculator en een actuele activiteitenkalender. Meer informatie: Bram Langen b.langen@schorernet.nl

themacampagne

O

p 1 februari lanceerde Schorer de campagne Neuk mét. Condooms en glijmiddel beschermen. De campagne is gericht op mannen die seks hebben met mannen (MSM) die bij anale seks met losse partners niet consequent condooms gebruiken. De boodschap was dit keer: gebruik altijd een condoom en voldoende glijmiddel bij het kontneuken. Zo bescherm je jezelf en je partner, voorkom je hiv-overdracht en verklein je de kans op soa.

Neuk mét Condooms en glijmiddel beschermen

Tot en met april zijn de A7-flyers en posters van de MAN tot MAN themacampagne Neuk mét. Condooms en glijmiddel beschermen te vinden in de homohoreca in onder meer Amsterdam, Rotterdam, Groningen en Eindhoven. Ook wordt in de campagneperiode flink gebannerd op sites als gk.nl, gayromeo.nl, chatboy.nl en verliefdejongens.nl. Op mantotman.nl krijgen MSM informatie en praktische tips aangereikt over condooms, glijmiddel en veilig kontneuken. MAN tot MAN is een initiatief van Schorer, Meer informatie: WimGGD Zuilhof Amsterdam en GGD Rotterdam-Rijnmond. w. zuilhof@schorernet.nl 01-10

producten en diensten

Schorermagazine april 2010

13


ouderenzorg

homovriende Het zorgpersoneel van woonzorgcentrum De Rietvinck bijt het spits af met de workshop Zorgvuldig. De workshop is ontwikkeld door Schorer en moet medewerkers in de ouderenzorg inzicht geven in homoseksualiteit: coming out, geschiedenis, sociaal isolement en uitsluitingsmechanismen, een must om in aanmerking te komen voor het KIWA-certificaat, een tolerantiescan voor homovriendelijke ouderenzorg. tekst Janneke Donkerlo

A

nton Koolwijk (51) is geestelijk verzorger bij de OsiraGroep, een grote zorgorganisatie in Amsterdam. Al vele jaren is hij actief pleitbezorger van diversiteit. Vier jaar geleden ging hij zich sterk maken voor roze ouderen. ‘Daar waar je als homoseksuele oudere woont, moet je bij uitstek jezelf kunnen zijn’, is zijn motto. Hoe ben je geestelijk verzorger geworden? ‘Mijn roeping was dominee. Van huis uit ben ik protestants, geboren en getogen in Vlissingen. Op de middelbare school merkte ik dat ik me tot jongens aangetrokken voelde. Het knaagde aan me en ik durfde me niet te uiten. Via de kerk kreeg ik een evangelisch boek in handen dat beweerde dat je door geloof normaal kon worden. Toen ik in Amsterdam naar de opleiding voor godsdienstleraar ging, raapte ik al mijn moed bij elkaar en belde de evangelische hulpdienst op. Ik werd uitgenodigd en heb er verschillende gesprekken gevoerd.’ En, hielp dat? ‘Ach, wat zal ik zeggen… Ik kwam tot de conclusie dat mijn geloof niet sterk genoeg was. Als het om liefde gaat, wat is er dan mis mee? dacht ik steeds. Maar ik moest er niet aan denken om er openlijk over praten. Mijn vader had een zaak, die zou vast failliet gaan als het uitkwam. Mijn geheim droeg ik als een zware last met me mee. Intussen leerde ik op de opleiding dat er nog meer geloven waren dan het christendom, met elk hun eigen heilige boeken. Mijn oorspronkelijke geloof is 14

Schorermagazine april 2010

klaarblijkelijk niet het enige zaligmakende. Het geestelijk leven bleef echter boeien. In plaats van dominee te worden, ging ik daarom naar de opleiding voor humanistiek.’ Toen kwam alles goed? ‘Nou nee, toen raakte ik pas echt in een identiteitscrisis. Bij humanistiek ging het er vóór alles om wie jij was, als persoon. Daar werd ik doodzenuwachtig van, ik was bang dat ze dwars door me heen konden kijken en mijn geheim zouden ontdekken. De studentenpsycholoog verwees mij gelukkig door naar Schorer, voor therapie. Eerst was ik bang dat ze me daar tot homo zouden ompraten. Maar mijn therapeut was biseksueel en woonde samen met een vrouw. Toen wist ik dat het goed zat. Op mijn 28e kwam ik eindelijk uit de kast. Wat een feest was dat.’ Hoe heeft jouw persoonlijke worsteling je werk als geestelijk verzorger bij de OsirisGroep beïnvloed? ‘Juist omdat ik zelf heb ervaren hoe beklemmend het is om op je hoede te zijn, weet ik hoe belangrijk het is om je fysiek en mentaal veilig te voelen. Of het nu gaat om huidskleur, culturele, religieuze of politieke achtergrond of je seksuele geaardheid. Vooral voor ouderen is het belangrijk dat ze zich niet anders hoeven voor te doen dan ze zijn.’ Waarom bekommer je je vooral om ouderen? ‘Ouderen zijn extra kwetsbaar. Hun vermogen om zich te verweren neemt in de loop der jaren

af. Ook een bejaarde homo of lesbo wil serieus genomen worden als hij of zij vertelt dat zijn of haar levenspartner is overleden. Het motto van OsirisGroep is altijd geweest: we zijn er voor alle Amsterdammers. Dus ook voor roze ouderen, was mijn conclusie.’ Sinds wanneer maak je je sterk voor roze ouderen? ‘Jarenlang werd er in zorgcentra vrijwel geen aandacht besteed aan seksuele diversiteit. Sterker nog, als ik collega’s vroeg: Kennen jullie een roze oudere? kreeg ik steevast een ontkennend antwoord. Maar ik wist dat dát niet kon kloppen, want zes en een half procent van de Amsterdamse bevolking is homo of lesbo. interview


delijk

‘Daar waar je als homoseksuele oudere woont, moet je bij uitstek jezelf kunnen zijn’

Vier jaar geleden constateerde het Groenboek Belweek Roze Ouderen dat er een homo-onvriendelijk klimaat heerst in woonzorgcentra en dat veel roze ouderen eenzaam zijn. Daarna is het balletje gaan rollen. We zitten nu in een fase dat we kunnen gaan oogsten.’ Wat gebeurt er nu allemaal in het kader van diversiteit? ‘In november is De Rietvinck opengegaan. Naast het algemene zorgcentrum hebben we hier – heel uniek – aanleunwoningen speciaal voor homoseksuele ouderen. In januari zijn we begonnen met ons maandelijks Café Roze, waar ook de buurtbewoners welkom zijn. Wekelijks is er speciale dagopvang voor roze interview

ouderen. Verder organiseer ik tijdens de verschillende feestdagen virtuele wereldreizen. Tijdens Keti Koti vertelt iemand bijvoorbeeld hoe vrouwelijke slaven vroeger met hun hoeden communiceerden. En op roze zaterdag komt de geschiedenis van homoseksuelen aan bod. In drie zorgcentra sta ik tijdens individuele- en groepsgesprekken met mensen stil bij de vraag: wat past bij mij? Ik geloof niet in één visie, iedereen moet zichzelf kunnen zijn, vanuit respect voor de ander. Ook organiseer ik op verzoek solidariteitsbijeenkomsten waarbij het onderwerp seksuele diversiteit aan bod komt.’ Hoe reageren medewerkers? ‘Heel goed. Ons aannamebeleid is gericht op

diversiteit in het algemeen. Momenteel krijgen medewerkers een training seksuele diversiteit van Schorer. Ook op dit punt heeft De Rietvinck het spits afgebeten.’ Hoe vind je het om te werken met ouderen? ‘Ontzettend leuk! Als ik op vakantie ga, mis ik de bewoners al na een week.’ ■

reacties op dit artikel: Andrea Vogelsanger a.vogelsanger@schorernet.nl

Schorermagazine april 2010

15


2009

2010

2011

2012

Schorer Monitor 2010

geef je bloot Schorer en Universiteit Maastricht

willen de feiten weten! Doe mee aan Schorer Monitor 2010, het jaarlijkse onderzoek over gezondheid, welzijn en seksualiteit onder mannen die seks hebben met mannen. Vul de vragenlijst in op schorermonitor.nl. Het onderzoek is online en anoniem, en loopt van 22 maart tot en met 2 mei.

schorermonitor.nl

A2_poster_2010_def.indd 1

05-03-2010 10:05:58


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.