5 minute read

Interview met Michael Varekamp

MICHAEL VAREKAMP: ‘MILES DAVIS EN LOUIS ARMSTRONG GAVEN MIJ PLENTY ESPRIT’

De meeste muzikanten spelen in hun jeugd een blokfluit om noten te leren en bladmuziek te lezen. Het wachten is dan op een vonk die het muzikale vliegwiel op gang brengt. Trompettist Michael Varekamp weet daar alles van. Op zijn tiende levensjaar hoort hij voor het eerst de muziek van Louis Armstrong. “Dit wil ik later ook, moet ik gedacht hebben”, bekent de Hagenaar die als trompettist, zanger, componist, organisator, radiomaker, theaterproducent en bandleider door het leven gaat.

De ophokplicht die de overheid ons oplegde vanwege het coronavirus heeft geen invloed gehad op de nimmer aflatende inspiratie van Varekamp. Integendeel. De pandemie bood de trompettist extra prikkels tot zelfreflectie. Het resultaat masseert ieders trommelvliezen. En hoe. In de afgelopen maanden is het assortiment van de platenzaak verrijkt met twee nieuwe geluidsdrager van deze Haagse jazzmuzikant. Allereerst werd ‘Spirits’ gelanceerd. Het is inmiddels al zijn veertiende album. “Het is een innerlijke reis naar mijn artistieke essentie”, duidt de 53-jarige Varekamp. Hij toonde onlangs nog een staaltje van zijn muzikaliteit bij het Nederlands praatprogramma M met presentatrice Margriet van der Linden. “In de opnamestudio diende zich een bonte mengeling van inspiratiebronnen aan. Behalve mijn voorouders uit Trinidad & Tobago, NoordAfrika en Frankrijk, gaven m’n voorbeelden Miles Davis en Louis Armstrong mij plenty esprit.” Tijdens de fotosessie nabij de uitgestorven boulevard in Scheveningen, kijkt hij even op naar de majestueuze achtergevel van het Kurhaus. “Weet je trouwens dat Davis en Armstrong hier nog hebben gelogeerd?”, bekent Varekamp “Enfin, mijn vijftiende CD is half maart uitgebracht waarin ik de muziek van Miles Davis en Jimi Hendrix heb samengebracht. ‘More Elektra’ is een voortzetting van het dubbelalbum ‘Elektra’. Op de nieuwe geluidsdrager speel ik weer met Jerome Hol. We zoeken de randen op van ons muzikale en creatieve spectrum.” Wie de naald in de groef zet geniet van sinistere ritmes die plots overgaan in verstilde soundscapes. De snijdende gitaarsolo’s van Hol en de trompet van Varekamp vormen bij tijd en wijle een woest punkjazzcollectief, inclusief stampende grooves. Een musthave voor elke jazzliefhebber.

met een blokfluit is begonnen. Meer dan veertig jaar geleden kreeg hij onderwezen welke magie school achter de acht gaatjes waarmee het houten instrument is uitgevoerd. “Maar toen ik Louis Armstrong voor het eerst hoorde, kreeg ik echt een thuisgevoel”, aldus Varekamp. “Ik ben trompet gaan spelen en ben na de middelbare school naar het Koninklijk Conservatorium in Den Haag gegaan, ondanks dat ik thuis vaak hoorde dat ik een echt vak moest leren. Tijdens mijn studie werd ik gevraagd om in de Fra Fra Sound te spelen. Deze band bestaat overigens nog steeds en verweeft Caribische en Afrikaanse ritmes en grooves met jazzimprovisatie. We zijn de hele wereld afgereisd. Fantastische tijd. En dat gold ook voor de Dutch Swing College Band waar ik niet veel later onderdeel van was. Het was een flinke tijdsinvestering. Maar ik kreeg zo mijn behoefte om mijn blik in mijn muziek te verruimen ervoor terug. Dat is ook de reden waarom ik zeven jaar over mijn studie heb gedaan. In 1997 studeerde ik cum laude af bij Ack van Rooijen, Jarmo Hoogendijk en Beatrijs Korevaar. Daarna kon ik dankzij een beurs mijn studie voortzetten in New York. Een optreden met Rembrandt Frerichs en Joris Teepe in de fameuze jazzclub Birdland was natuurlijk een van de hoogtepunten.” Er kwam in die tijd meer op zijn pad want Varekamp werkte ook met een reeks musici uit verschillende muzikale richtingen; Branford Marsalis, Kenny Ball, Scott Hamilton, Louis van Dijk, Pim Jacobs, Rob van Kreeveld, Jarmo Hoogendijk, Peter Beets en Frits Landesbergen. Voorts speelde ik op talloze festivals in binnen- en buitenland.

INDIA Zijn brede kijk op de muziek kreeg nog een impuls toen Varekamp in 2000 een studiereis maakte naar India met stadgenoot en saxofonist Ben van den Dungen. “Dat was in velerlei opzichten een openbaring”, vertelt de trompettist uit de hofstad. “In Mumbay, een verschrikkelijke stad overigens maar muzikaal interessant, zochten we naar een muziekdocent. We belden met toen nog een vaste telefoon wat rond en kwamen uit bij de bansurispeler Nityanand Haldipur. Ik nam de Indiase muziek mee in mijn bagage. Tot op de dag van vandaag. Het is muziek zonder beperkingen.” Dat is ook te horen op zijn CD ‘Spirits’ die de criticaster van de Franse krant Le Monde kwalificeerde als ‘astonishing sound and beautiful phrasing to the honor and glory of jazz.’ “Het komt, naar mijn overtuiging, de jazz ten goede. Immers, als je iets muzikaals kwijt wil, dan kan dat in de jazz. Ook Louis Armstrong en Miles Davis plaatsten bij vrijwel ieder aspect van de jazz het menselijke element naar de voorgrond. Het sterkst blijkt dit wel uit de verwerping van het verschil tussen compositie en uitvoering, zoals dat bestaat in de westerse muziektraditie. Het is het helder maken van abstractie dat toegankelijk is voor het grote publiek. Kijk, een klassiek componist heeft altijd de muziek van Bach in zijn hoofd opgenomen. En zo vormt de muziek van Armstrong en Davis de ondergrond waarmee een jazzmuzikant zich kan inspireren en ontwikkelen. Dat geldt zeker voor mij. De muziek die ik met mijn muzikale vriendengroep speel is ruimtelijk en uitgerekt en verzinkt in klanken. We gaan een intuïtieve verbinding met elkaar aan waarbij ieder put uit zijn eigen achtergrond en artistieke bibliotheek. Dit levert de intense en kleurrijke muziek op waarbij het meditatieve element niet wordt geschuwd.”

ONRUSTIG We gaan nog veel van Varekamp zien en horen. Hij is volgend seizoen te zien als trompettist in de voorstelling PRYOR waarvoor hij ook de muziek componeert. Ook trekt de trompettist door het land met een nieuwe voorstelling van The Legends, Helden van Toen & Nu. Bovendien is hij any time any place te horen. De podcast Achterklap die hij met Bas van Lier maakte, trekt veel luisteraars. Het zijn ‘verhalen uit de kleedkamer van de jazz’. Uiteraard zal het voorlopig – gelukkig maar – artistiek en muzikaal onrustig blijven in zijn hoofd. “Er is altijd wel iets waarmee ik me bezig houd”, duidt Varekamp. “Ik noteer mijn ideeën dan ook altijd in boekjes. Ik sta nooit stil. Van het een komt het ander. Het is lekker om in de creatieve stroom te blijven staan en rond te kijken.”

This article is from: