Polderen in de polder

Page 1

POLDEREN IN DE POLDER

SCENARIOSTUDIE FLEVOLAND 2150 ROBERT-JAN VAN DER LINDEN 17-12-2021 P5 ATELIER: ‘BEST OF BOTH WORLDS; LEARNING FROM OOSTERWOLD’ ACADEMIE VAN BOUWKUNST

1


Titel: Polderen in de polder Ondertitel: Scenariostudie Flevoland 2150 Auteur: Robert-Jan (R.) van der Linden Datum publicatie: 17-12-2021 Type document: Essay; behorende bij P5/O5 atelier Master Landschapsarchitectuur Organisatie: Academie van Bouwkunst Amsterdam Relatie tot organisatie: Student Master Landschapsarchitectuur Titel Atelier: ‘Best of both Worlds; Learning from Oosterwold’ Begeleiding organisatie: Marieke Berkers (Essay, onderzoek O5) Dirk Sijmons (Ontwerpend onderzoek P5) Maurits de Hoog (Ontwerpend onderzoek P5) afbeeldingen: alle afbeeldingen uit dit document zijn eigen opnames, voor het kaartmateriaal zijn onderleggers gebruikt uit de database: Publieke Dienstverlening Op de Kaart (PDOK) dit kaartmateriaal valt onder de CC-BY-4.0 licentie.

2


Inleiding Nederland, het land van grote waterwerken, het land van polders, efficiënte landbouw, en risicoanalyses tot in de verre toekomst. In de Flevopolders komt dit allemaal bij elkaar. Veroverd op de Zuiderzee, drooggelegd voor de landbouw en met modernistische rationaliteit verkaveld, verdeeld en ingericht. Dit ontwerpend onderzoek is de uitwerking van een ideologisch gedreven toekomstvisie voor Flevoland. Een toekomstvisie waarin de stapelende ruimtelijke opgaves integraal worden verkend. Dit in navolging op de modernistische ideologische methodiek waarmee de Flevopolders zijn ontwikkeld. Dit essay is een fragment van het atelier ‘Best of both Worlds; Learning from Oosterwold’ onderdeel van masterprogramma Landschapsarchitectuur (p5) aan de Academie van Bouwkunst. Waarin, parallel aan dit essay, de thema’s: infrastructuur/ mobiliteit, water, energie/ economie, biodiversiteit en sociaal zijn uitgewerkt door andere studenten in separate essays. In dit essay wordt mijn perspectief van de (stads-) landbouw als thematisch focuspunt verkend. Deze thema’s zijn integraal verwerkt in mijn visie en uitgewerkt in het ontwerpend onderzoek.

[1] E.J.Jansma 2021

De meest recente stedenbouwkundige ontwikkeling in de Flevopolders is de ontwikkeling van Oosterwold. Het plan van Oosterwold is om stedenbouw en landbouw met elkaar te mengen. Door minimaal 50% van de eigen grond als stadslandbouw in te richten. [1] Echter is hier tijdens het projectbezoek maar weinig van zichtbaar in de wijk. De gronden zijn vooral ingericht als tuinen waar maar ten dele aandacht is geweest voor de stadslandbouw vereisten. Een oplossing voor waarachtige inpassing van stedenbouw in het agrarisch landschap is het dus niet. Ik zie de trend van integratie van stadslandbouw in stedenbouwkundige planning zoals in Oosterwold, naast de sociaal wenselijke voordelen, als een tegenbeweging. Het agenderen van het feit dat we de grip op het voedselsysteem zijn verloren. Hierdoor kunnen we geen sturing geven aan wat ons wordt voorgeschoteld in de supermarkt. In dit systeem heeft de consument weinig invloed op hoe het eten wordt geproduceerd. Met deze keuze zou de consument, naast een overwogen voedselkeuze, invloed hebben over de bedrijfsvoering van de boer en daarmee invloed kan hebben op natuurinclusiviteit, milieuhinder, tansportbewegingen en recreatieve kwaliteiten van haar leefomgeving. Oosterwold slaagt er niet in deze opgave te vervullen. De menging van stadslandbouw en stedenbouw op de korrel van het perceel levert vooral zelfvoorziening op. Of zelfs, omdat zij niet juridisch gebonden zijn aan stadslandbouw, het ontbreken van productie op het kavel.

[2] Mougeot, 2000

De term Stadslandbouw lijkt geassocieerd te worden met particulieren die aan landbouw doen, landbouw in de stad. Echter is dit in de literatuur anders beschreven. Urban agriculture volgens Luc Mougeot “an industry located within (intra-urban) or on the fringe (peri-urban) of a town, a city or a metropolis, which grows or raises, processes and distributes a diversity of food and non-food products, (re-) using largely human and material resources, products, and services found in and around that urban area, and in turn supplying human and material resources, products, and services largely to that urban area” [2] Stadslandbouw kan dus breder worden geïnterpreteerd. Niet alleen particulieren en participerende boeren kunnen aan stadslandbouw doen. Juist de professionele boer die efficiënt kan produceren voor de lokale markt kan de voedselketen waarachtig veranderen naar een lokaal systeem.

3


De onderzoeksvraag is dan ook: In welke korrel werkt de integratie van stadslandbouw in combinatie met een wens meer keuzemogelijkheden van wonen, werken, leven te bieden wel? De opgave voor de landbouw vanuit de overheid is duidelijk. De landbouw in Nederland moet omschakelen naar Kringlooplandbouw. De visie onder Carola Schouten (ministerie van LNV) werd uitgerold stelt dat de manier waarop we voedsel produceren uit balans is. De omschakeling naar kringlooplandbouw is volgens Minister van Landbouw natuur en visserij Carola Schouten de enige weg om onze voedselvoorziening veilig te stellen. ‘We kwamen er steeds weer op uit dat we de toekomst van onze voedselvoorziening alleen veilig kunnen stellen als we overstappen op kringlooplandbouw. We moeten immers voorkomen dat we bodem, water en grondstoffen uitputten en de temperatuur op aarde onaanvaardbaar verhogen.’ [3] Stadslandbouw is een vorm van kringlooplandbouw met veel overlap met als verschil dat kringlooplandbouw zich focust binnen de branche en bij stadslandbouw wordt gezocht naar symbiose tussen stad en landbouw. Om de volledige voedselketen in kaart te brengen is er in dit onderzoek eerst over de volledige breedte van de landbouw gekeken naar kringlooplandbouw waarna er in de integrale verkenning wordt gezocht naar de verbinding tussen stad en landbouw. Dit onderzoek gebruik gemaakt van meerdere methodieken. Het integrale ontwerpend onderzoek, dat als laatste deel van dit essay wordt beschreven, is tot stand gekomen uit een projectbezoek, lezingen van ruimtelijk planners van de provincie en de gemeente Almere. Daarnaast is in de eerste fase van het atelier een ontwerpend onderzoek middels scenariostudies op niveau van de landbouwbranche uitgewerkt zoals in het eerste deel van dit document te vinden is. Het document is als volgt opgebouwd. Als eerst worden er vier scenario’s voor de omvorming tot kringlooplandbouw geïntroduceerd. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een kruisdiagram om uiterste in korrelgroottes verkennen. Hierna wordt een integraal toekomstscenario behandeld waarin de ruimtelijke gevolgen, dilemma’s en kansen worden verkend. Als laatst worden de oplossingsrichtingen, begrippen en strategieën die in de scenario’s aan bod komen nader toegelicht. In de reflectie worden deze ruimtelijke implicaties uiteengezet en worden de kansen voor het koppelen van landbouw en stedelijke ontwikkeling in de Flevopolder samengevat.

4

[3]Schouten, 2018 Kringlooplandbouw gaat uit van het “optimaal combineren van ecologische principes en moderne technologie, met nieuwe partnerschappen, nieuwe verdienmodellen en maatschappelijke diensten. Niet alleen gericht op een goede opbrengst en zuinig in gebruik van grondstoffen en energie, maar ook op zo min mogelijk belasten van klimaat, milieu en natuur.” [4]WUR, 2021 Het ontwerpend onderzoek is een middel waarmee integrale afwegingen en invloed tussen thema’s kan worden verkend. Door middel van ruimtelijke scenario’s kunnen trends, hun ruimtelijke gevolgen en de dillema’s die ontstaan bij het combineren van meerdere ruimtelijke thema’s inzichtelijk worden gemaakt. Het onderzoek tracht de belangrijkste thema’s, invloeden en trends mee te wegen. Deze trends worden over een tijdsspanne van 129 jaar tot het jaar 2150 doorgezet. De exercitie van het ontwerpend onderzoek zal dan ook geen valide eindbeeld opleveren. Het doel van het ontwerpend onderzoek is het inzichtelijk maken van ruimtelijke dilemma’s die huidige trends, tendensen en of ideologieën voor de toekomst voor gevolgen kunnen hebben.


Inhoud Scenariostudie Smart-City Keurmerklandbouw Gedeeld eigenaarschap Productie tuinen Reflectie Strategisch ontwerp Polderen in de polder 2021 2050 2100 2150 Conclusies en aanbevelingen; Bijlagen: Bijlage I Bijlage II

Pagina 6 Pagina 8 Pagina 10 Pagina 12 Pagina 14 Pagina 16 Pagina 17 Pagina 18 Pagina 22 Pagina 26 Pagina 30 Pagina 34 Pagina 38

Literatuurlijst tijdlijn behorend bij visie: Polderen in de polder

5


Scenariostudie Om grip te krijgen op de ruimtelijke implicaties van de kringlooplandbouw zijn in deze studie de uiterste scenario’s verkend. Er worden in deze studie vier scenario’s beschreven. Deze zijn gevat in een kruisdiagram. Binnen het kwadrant worden twee tegenstellingen tegen elkaar weggezet. De lokale kringloop tegen de grootschalige kringloop en de institutionele/collectieve landbouwvorm tegen de maatwerk/ individuele vormen. Dit diagram leidt tot vier uiterste korrelgroottes van kringlooplandbouw. Door de kleinere ketens die kringlooplandbouw nastreeft zijn de scenario’s ook interpretabel als stadslandbouw. In een studie naar de consequenties van kringlooplandbouw voor de handel die de Wageningen Universiteit heeft uitgevoerd wordt duidelijk dat er een aantal factoren, voornamelijk op Governance niveau, moeilijk maken de kringlooplandbouw op Europese dan wel nationale schaal te sluiten. Zonder ketenafspraken en wijzigingen in wereldhandelsakkoorden kan de kringloop niet op nationale schaal worden gesloten. [5] WUR, 2021,2 [5] Voor Nederland als groot exporteur van landbouwgoederen lijken deze wijzigingen voor de korte termijn niet aannemelijk. Hieruit wordt duidelijk dat het wijzigen van een grootschalige export naar een lokaalere afzet en kringloop voornamelijk moet komen door een veranderend consumentengedrag en of de filosofie van de boer. In de omschakeling van de mondiale voedselketen naar een lokale vorm ontstaan in het nieuwe grensvlak, de regionale schaal, interessante vormen van landbouw. Die vormen kunnen bijdragen en vorm geven aan dit veranderden consumentengedrag en filosofie van de boer. In het schema hiernaast worden twee uitersten beschreven. Als eerst het smart city scenario die voort bouwt op centrumvorming in steden en de service-economie waar de keuze van assortiment wordt bepaalt door de supermarkt en inkoopketen. Als tweede de keurmerklandbouw die voortbouwt op toenemende keuze voor keurmerken in supermarkten zoals vega, vegan, biologisch, etc. en de nieuwe supermarkten die hun merk bouwen rondom een landbouwconcept zoals biologisch of biodynamisch. Zowel Smart city landbouw als keurmerklandbouw kunnen worden geïmplementeerd in de huidige vorm van landbouw en maken de transitie direct toepasbaar. De glijdende schaal van lokaliteit, natuurinclusiviteit en nutrientenkringloop kunnen doorlopend kansen bieden voor agrarisch ondernemers voor de toekomst. De andere zijde van het kwadrant de lokale landbouw is gebaseerd op participatieve vormen van landbouw. Deze directe relatie tussen consument en voedselproductie kan alleen worden toegepast in vormen van landbouw waar ook een directe fysieke relatie is tussen stad en landbouw en maakt het voor de Flevopolder maar beperkt direct toepasbaar. De nabijheid die een grote rol speelt is (nog) niet overal aanwezig in Flevoland.

6


Voor alle scenario’s zijn de belangrijkste factoren rond het inpassen van kringlooplandbouw beschreven. De factoren zijn: De supermarkt; Hoe ziet de inkoop en tussenhandel er uit en waar kan de consument haar voedsel krijgen? De boer; Wie is verantwoordelijk voor de productie en hoe ziet deze productie eruit? Connectie met de stad; Hoe wordt de consument betrokken bij de voedselproductie en hoe worden de boeren betrokken bij de wensen van de consument? Inefficiënte gronden; Wat zijn de ruimtelijke implicaties van dit scenario op gronden die in efficiëntie afnemen? Daarnaast is voor ieder scenario een ontwerpend onderzoek naar mogelijke ruimtelijke uitwerkingen van de beschreven factoren uitgevoerd voor de provincie Flevoland. Deze worden getoond bij ieder scenario.

7


Hoogstedelijke verdichting rondom mobiliteitsknooppunten Bodemdalingsgebied Tuinbouw in kassen en vertical farming

8


Smart city scenario:

[6] Annexum, 2018 [7] Zembla, 2021

Dit scenario richt zich op de service-economie. Supermarkten positioneren zich op plekken rond mobiliteitshubs zoals treinstations en wijkentrees. Supermarkten verkopen al lang niet alleen ingrediënten voor maaltijden. Het assortiment totaalproducten zoals opwarmmaaltijden, maaltijdsalades en versboxen met afgemeten hoeveelheden ingrediënten voor een maaltijd in supermarkten groeit[6] . De supermarkt bepaalt welke ingrediënten er verkocht worden en hebben daarmee ook de macht om, middels hun inkoopbeleid, veranderingen in de voedselketen te maken.[7] Supermarkt: De voedselvoorziening zal zich positioneren rondom mobiliteitshubs en verbindingen. Op basis van doelgroepanalyse wordt er door de markt ingespeeld op wensbeelden vanuit de consument. De boer: De landbouw wordt sterk beïnvloed door de inkoop keten. Zo zijn er vormen van landbouw met gegarandeerde afzet, vaste prijsafspraken per eenheid. Het risico van ‘slechte jaren’ ligt bij de boer. De efficiëntie in de landbouw is in dit scenario zeer belangrijk. Doordat de supermarkten gelijk met hun concurrenten innoveren zal er een homogene langzame verschuiving naar kringlooplandbouw zijn. Connectie met de stad: Supermarkten worden de verbindende schakel van de mineralenkringloop. Door efficiënte inzameling en consistente kwaliteit van reststromen kunnen deze omgezet worden tot waardevolle producten. De inefficiënte gronden: Binnen dit scenario worden de gronden in zo hoog mogelijke efficiëntie gehouden. Als akkerbouw in de bodemdalingsgebieden niet meer mogelijk is kunnen deze worden omgevormd naar hoog efficiënte tuinbouwvormen of een andere bestemming dan landbouw krijgen.

Foto: Floating farm, Rotterdam Een voorbeeld van smart city landbouw. Reststromen van bakkerijen, supermarkten en telers worden gevoerd aan de koeien. De melkproducten worden daarna door supermarktbezorgdienst Gorillas bezorgd in een deel van de Rotterdam.

9


Bebouwing in lage Dichtheden rond en in akkerbouwgebied Verschillende landbouwmethodes Bodemdalingsgebied Natte teelten Recreatieve structuren

10


Keurmerk landbouw scenario:

[8] European commision,2020

Foto: Floriadeterrein Almere, Utopia eiland in aanbouw.

Dit scenario bouwt voort op de ‘from-farm-to-fork’-strategie van de Europese commissie. Eén van de speerpunten uit deze strategie is het ‘food labeling framework’ [8], waarmee consumenten keuze voor duurzame producten wordt gefaciliteerd. Door het actief promoten van keurmerken zoals biologisch, biodynamisch, vegetarisch, veganistisch etc. kan de consument een keuze maken in welke landbouwfilosofie zij investeert. Zo krijgt de consument meer keuze over de duuzaamheidsimpact van haar dieet. Supermarkt: De conventionele (fysieke) supermarkt verkoopt producten met verschillende keurmerken en die zonder keurmerk. Online supermarkten zijn specifieker in hun aanbod. Omdat deze online supermarkten niet afhankelijk zijn hierin tegen van de fysieke aanwezigheid in de buurt van de consument kunnen zij ideologische instelling beter bereiken ook al is deze doelgroep verspreid over een groot areaal. Door een mogelijkheid voor meer keuze en onderlinge concurrentie kan de consument de keuze maken voor de gewenste ideologie. Keurmerken of gespecialiseerde supermarkten ondersteunen de consument bij deze keuze. De boer: Het effect is een landbouwsector met gepolariseerde teeltmethodes. Hierdoor zal er een heterogene koerswijziging naar kringlooplandbouw. Een groep met snelle pioniers en een groep die pas later volgt. Connectie met de stad: Binnen dit scenario wordt de boer publiek verantwoordelijk gehouden voor zijn ideologie. Er ontstaan directe lijnen tussen de boer en de consument. De consument kan hier ook bij de boer op bezoek. De inefficiënte gronden: De omvorming van de inefficiënte gronden binnen dit scenario leiden tot diversiteit in het landschap. Dit komt doordat het moment van omvorming en de landbouw waarnaar de gronden worden omgevormd uiteenlopend zijn. De gronden die niet meer voor efficiënte akkerbouw gebruikt kunnen worden kunnen binnen sommige landbouwvormen nog in cultuur worden gehouden met begrazing, natte teelten of productief natuurbeheer. Als de gronden ook uit deze productie vallen door afnemende efficiëntie kan de grond worden omgevormd naar een andere bestemming dan landbouw.

Kleinschalige testzone voor agro-forestry. Eén voorbeeld van de vele verschillende teeltmethodes die kan worden geïmplementeerd in de landbouw. Agroforestry kan kansen bieden op het vlak van natuurinclusiviteit, ecosysteemdiensten maar ook voor integratie van recreatie op de en rond de akkebouwpercelen.

11


Bebouwingslinten met gemeenschappelijke akkers Verdichting van stadsrand in de buurt van perifere landbouw Akkerbouw Akkerbouw; collectief eigenaarschap Bodemdalingsgebied Natte teelten/ collectief eigenaarschap Kleinschalige tuinbouw

12


Gedeeld eigenaarschap scenario: In de meer lokale scenario’s wordt er ingezet op twee type participatieve landbouwvormen. De meer collectieve vormen en de meer autonome/ individueel geënte vormen van landbouw. Het type voedselketens die bij de collectieve landbouwvorm passen zijn gebaseerd op voorfinanciering vanuit de consument. Door abonnementen of door gedeeld eigenaarschap over de voedselproductie is de consument direct verbonden aan een boer of coöperatie van boeren voor haar voedsel.

Foto: Fruithagen op stadslandgoed de Kemphaan/ Stadsboerderij Almere Een voorbeeld van een openbare ruimte met productie verweven. Door deze vorm van landbouw kunnen er andere activiteiten worden georganiseerd rond het boeren bedrijf die de stadsbewoners betrekken bij de voedselproductie

Supermarkt: In dit scenario verdwijnt de tussenhandel. In de tendens van de service-economie zullen boeren/coöperaties de producten aan huis bezorgen of boeren zullen zich dichter bij de consument vestigen om de afzet direct vanuit de boerderij te kunnen faciliteren. De boer: De boer is hier in dienst van de consument. Mogelijke constructies zijn een pachtconstructie of in een service-contract. Het risico van de boer op afzet is hiermee afgedekt. Sommige vormen zullen zelfs het volledige financieringsrisico wegnemen. De boer wordt dan alleen verantwoordelijk voor het produceren van voedsel. De consument koopt niet alleen voedsel maar ook een ideologie. Hierdoor zal er, voor de boeren die mee doen, een snelle koerswijziging zijn naar kringlooplandbouw. Dit zijn de snelle pioniers die direct omschakelen naar kringlooplandbouw. Connectie met de stad: Binnen dit scenario wordt de boer contractueel verantwoordelijk gehouden voor de door consumenten opgelegde ideologie. Er ontstaan directe zakelijke lijnen tussen de boer en de consument. De consument kan hier ook bij de boer op bezoek of kan mee doen in de productie/oogst. Hiermee worden ook de informele lijnen tussen stad en landschap gelegd. De inefficiënte gronden: De inefficiënte gronden in de buurt van de stad zullen binnen dit scenario zo lang mogelijk in productie worden gehouden. De waarde van de nabijheid wordt gewaardeerd. De gronden die niet meer voor efficiënte akkerbouw gebruikt kunnen worden kunnen nog in cultuur worden gehouden met begrazing, natte teelten of productief natuurbeheer. Als de gronden ook uit deze productie vallen door afnemende efficiëntie kan de grond worden omgevormd naar een andere bestemming dan landbouw. Inefficiënte gronden buiten de agglomeratie van steden zijn onderhevig aan snellere omvorming naar andere bestemmingen dan grondgebonden landbouw.

13


Bebouwingslinten met gemeenschappelijke akkers Verdichting van stadsscheggen rondom productieve parkstructuren Bebouwingscluster in productief gebied Akkerbouw Akkerbouw; eigen beheer, dan wel in collectief beheer Bodemdalingsgebied Natte teelten/ eigen beheeraarschap Kleinschalige tuinbouw

14


Productie tuinen scenario: Multifunctionele landbouw Multifuncionele landbouw zijn agrarische bedrijven met geïntegreerde vormen van zorg, recreatie, educatie en energie. [Roest, 2009] Deze mulifuncionaliteit en meervoudig inkomen kunnen bijdragen aan een gezonde bedrijfsvoering. Volgens Lto-Nederland is er een toenemende vraag aan deze vormen van agrarisch ondernemerschap. Lto-Nederland vraagt hiervoor meer flexibiliteit in ruimtelijk ordeningsbeleid. [LTONederland, 2021]

Dit scenario bouwt voort op de private en of participatieve landbouwvormen zoals voorgesteld in Oosterwold en projecten die worden uitgerold in bestaande stedelijke context. Deze vormen van landbouw stimuleren sociale cohesie, brengen consumenten dichter bij de oorsprong van hun producten en kan identiteit geven aan een plek. Daarnaast geeft het invulling aan groene structuren in de stad. Echter zijn er veel verschillende verschijningsvormen waarin de openbaarheid niet altijd een factor is.

Supermarkt: In dit scenario zitten de consumenten zelf met de handen in de klei oogsten en beslissen zij zelf welke producten zij willen verbouwen op welke wijze. Dit traditionele beeld van stadslandbouw is mogelijk te verweven in alle scenario’s, maar is niet een aannemelijk scenario voor de volledige maatschappij. Het scenario gaat uit van de arbeidsinput van de consument waardoor op kleinere schaal voedsel kan worden geproduceerd. De boer: De consument is hier de boer. Het risico van voedselzekerheid wordt gedragen door de niet-professional. Het is hierdoor dat het scenario als niche moet worden gezien in een sociaal vangnet van andere voedselproductiemethodes. Het scenario kan robuust worden uitgerold en duurzaam worden gefinancierd in combinatie met andere inkomstenbronnen. De multifunctionele landbouw kan mogelijk ook op kleinere schaal professionalisering financieren. Voor de volledige landbouw betekend dit scenario dat de deze ideologisch gedreven vorm van landbouw mogelijke toekomstige teeltmethodes kan verkennen en een inspiratie kan vormen voor opschaling op professionele wijze. Connectie met de stad: Nabijheid is in dit scenario fundamenteel. De landbouw moet onderdeel zijn van het daily (extensieve teelten zoals voedselbossen: weekly) urban system van de consument/ producent. De inefficiënte gronden: Door het kleinschalige karakter van deze stadslandbouwvorm kan ook op kleine schaal Foto: worden ingespeeld op inefficiëntie alsook sneller innovatie worden doorgevoerd. Gordelwegtuinen Het pioniersethos van kleinschalige stadslandbouwvormen kunnen leiden tot relatief Rotterdam. efficiënte teelten op inefficiënte plekken. Het is mogelijk dat op plaatsen waar Een voorbeeld van landbouw binnen de andere scenario’s niet meer mogelijk is deze vorm van landbouw moestuinen. Het complex alsnog kan worden geïnterpreteerd. is geparceleerd in tuinen van ca.30 m2. Uit eigen ervaring is te stellen dat deze groote is met enige training en ervaring op te schalen naar 2x deze oppervlakte als hobby of vrijetijds besteding. Voor een volledig zelfvoorziening is ca. 1000m2 nodig bij een veganistisch dieet, 1650m2 bij een vegetarisch dieet en bij een hedendaags Nederlands dieet 20002500m2 per persoon

15


Reflectie Er zijn trends in de voedselketen binnen alle vier de kwadranten van de scenariostudie. De grotere en meer geïnstitutionaliseerde vormen hebben meer invloed op het voedselsysteem en kunnen zorgen voor een waarachtigere kringlooplandbouw. Echter kan er in de andere vormen sneller progressie worden geboekt. De keuze van de consument voor de ideologie van de duurzame en/of lokale productie zorgt ervoor dat innovatie sneller plaats kan vinden. Flevoland is onderdeel van het mondiale voedselsysteem, maar gespecialiseerd in hoogwaardige producten zoals bollen en zaaigoed maar ook in biologische teelt. De hoge grondwaarde in de Flevopolder leidt ertoe dat bedrijven zich richten op de meest rendabele markt. Keurmerken, lokale afzet, recreatieve en natuurwaarden kunnen de opbrengsten voor de boer vergroten. Rondom de steden zijn de scenario’s met meer van deze waarden logische stappen naar een lokale kringlooplandbouw. De meerwaarde in de buurt van de stad kan dan ook gezocht worden in lokale afzet en sociale waarden. In het volgende hoofdstuk de verdere uitwerking van mijn visie op Flevoland. Hierin is dan ook de focus voor de landbouw gericht op innovatie en verhogen van de meerwaarde door middel van keurmerklandbouw, lokale afzet, recreatieve en natuurwaarden.

16


strategisch ontwerp in dit onderzoeksdeel is het voorkeurscenario in een integrale verkenning naar de toekomst van Flevoland uitgewerkt. De scenario’s zoals in het vorige hoofdstuk zijn beschreven zijn onderdeel van deze uitwerking. De uitwerking is een strategisch ontwerp. Dit wil zeggen dat er door middel van visie wordt gestuurd op de uitkomst van het model. De uitwerking is in drie tijdsstappen verbeeld. Eerst een korte tijdsstap van 29jaar tot het jaar 2050 daarna twee stappen van 50 jaar tot het eindbeeld 2150. De tijdstappen zijn voorzien van enkele principe uitwerkingen ter begeleiding van de meest belangrijke planfragmenten.

17


2150

18


Polderen in de polder Waarom wordt er zoveel potentie gezien voor het inpassen van landelijke opgaves in de Flevopolder? Heeft de Flevopolder een andere status dan de rest van het land of is het eigenbelang van de Flevopolder nog niet volwassen genoeg? In dit onderzoek wordt verkend hoe Flevoland over de aankomende 129 jaar tot het jaar 2150 kan ontwikkelen. Belangrijk daarbij is de insteek om Flevoland autonomer te laten functioneren. Niet in dienst van landelijke opgaves. Maar door het ontwikkelen van een eigen opgave, de verdere ontwikkeling van de eigen identiteit met het instrument van de democratie; discussie en debat tot op de kleinste korrel ‘de buurt’. Daarmee wordt er ingespeeld op de wens voor een meer gedifferentieerde woonconcepten, de ruimte om te innoveren en het adaptief vermogen van de gemeenschapen in de polder voor de bestaande en nog onvoorziene opgaves.

[9]Smit, et al., 2019

[10] Rijksvastgoedbedrijf, 2018

[11] Windpark Noordoostpolder, onbekend

Flevoland is een volledig overheidsgeïnitieerde droogmakerij. Het algemeen belang dat hierbij gediend werd was de voedselzekerheid. In momenten van crisis zou de Flevopolders Nederland volledig kunnen voorzien van voedsel. In de polders, die inmiddels 53 tot 81 jaar oud zijn, worden op dit moment zeer hoogwaardige akkerbouwproducten verbouwd. [9] Deze producten zijn maar ten dele voor de Nederlandse markt. Er kan gesteld worden dat de akkerbouwgronden in de Flevopolder die in dienst van de overheid stonden nu in dienst van de mondiale voedselproductie staan. Anders dan hoe de Flevopolder in beginsel is ontworpen, met een scherpe scheiding van functies. Wordt duidelijk dat de modernistische kijk op efficiëntie door functiescheiding zal gaan vervagen. De verschillende belangen: grondbelang, marktdifferentiatie in supermarktketen, maar ook de verschillende ruimteclaims van energietransitie, woningbouwopgave en klimaatadaptie, gebaat kunnen zijn bij menging van functies. De Flevopolder is door het rijk aangelegd. Het rijk was daarmee ook eigenaar van alle grond. Inmiddels zijn veel van de gronden van de hand gedaan, maar is nog ongeveer 36% van de landoppervlakte van Flevoland in overheidshanden (Rijksvastgoed, Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer)[10]. Deze grondpositie levert in veel gevallen op dat grote opgaves zoals energietransitie, woningbouwcrisis en de uitbereiding van de luchtvaart en datacenters onevenredig worden geprojecteerd de Flevopolder. Al dan wel niet door marktpartijen geïnitieerd. De nog jonge polder heeft al veel inpassingen van landelijke opgaves gehad. Zo was Flevoland was een van de eerste provincies waar op grote schaal windturbines werden ingepast. Maar in een klein gedeelte van de provincie hebben de lokale bevolking ook de baten van deze inpassing. (In de Noordoostpolder is een voorbeeld van een collectief initiatief waarbij burger, boer en ondernemers samen hebben geïnvesteerd in een windpark en ook samen de baten hiervan ontvangen.[11]) In andere delen van de polder zijn de boeren en investeerders de grootaandeelhouders en hebben zij ook het grootste profijt.

19


Ook de woningbouwopgave van de jaren 80 – 90 en het begin van de 21e eeuw hebben gezorgd voor een grote groei van de steden Almere en Lelystad. Zoals veel van de ontwikkelingen uit deze periode zijn deze ontwikkeld op basis van samenwerkingen tussen projectontwikkelaars en overheid. Samen ontwikkelde de combinatie in de polder onder de tijdsgeest van modernisme en postmodernisme gecatalogiseerde woonconcepten met generieke uitwerkingen waarmee een zo’n breed mogelijke doelgroep wordt aangesproken. De recente ontwikkeling van Oosterwold en de ontwikkelingen rondom centrumlocaties in de binnensteden van Almere en Lelystad laten zien dat de wens voor het dominante type eengezinswoning met tuin verschuift naar een gedifferentieerder woningaanbod. De akkerbouw in de Flevopolder is hoog efficiënt en gespecialiseerd. Dit zijn ingrediënten voor een zeer adaptief en wendbare landbouw. Deze vorm van landbouw is constant opzoek naar de nieuwste innovaties en is blijvend optimaliserend. Maar de landbouw is ook gedomineerd door monoculturen en sterk afhankelijk van de afname van producten door het buitenland. Flevoland is een provincie met zeer veel landbouwgrond ten opzichte van het aantal inwoners. Er blijft echter maar weinig van de geproduceerde producten achter in de polder. Omdat de boeren niet direct produceren voor de lokale markt kan de lokale consument ook niet meedingen in de wijze waarop de boer haar landbouw bedrijft. Een keuze waarmee de consument invloed zou kunnen hebben over natuurinclusiviteit, milieuhinder, tansportbewegingen, recreatieve kwaliteiten en bijvoorbeeld het inpassen van windmolens, et cetera. Door de markt dichter bij de boeren te laten plaatsvinden kan de consument sturen in welke waarden voor hun omgeving zij belangrijk vinden. In de huidige markt is er een groeiend aantal consumenten die hecht aan het belang van lokaal, [12] Rol en Lambregts, ambachtelijk en duurzame producten[12]. Dit geeft aan dat de consument opzoek is 2021 naar meer invloed over hoe hun eten is geproduceerd.

20


21


2021

zoom zie pagina 25

22


Stedelijke ontwikkeling

De polder met haar steden is tussen de 50 en 80 jaar oud. Steden zijn vooraf gepland en volgens stedenbouwkundige concepten uitgerold over de polder. De nieuwste ontwikkeling is Almere Oosterwold waar haaks op deze vorm van stedenbouw met zo min mogelijk overheidsbemoeienis en zonder projectontwikkelaars wordt gebouwd.

kringlooplandbouw De Flevopolder is ontwikkeld als dienende provincie. In eerste instantie voor voedselzekerheid, maar heeft zich later ontwikkeld tot zeer efficiënte landbouwprovincie waar veel van de geproduceerde producten worden geëxporteerd.

infrastructuur

In de Flevopolder is een beperkte interregionaal netwerk aanwezig. Het netwerk bestaat uit een treinverbinding tussen Amsterdam en Zwolle via de noordwestzijde van Oost en Zuid Flevoland. De snelwegverbindingen met Amsterdam/ Utrecht en het noorden van het land kruist ook de Noordoostpolder. In de rest van de polder ligt een fijnmazig netwerk van provinciale wegen. Vaak zijn deze wegen overgedimensioneerd. Het vliegveld nabij Lelystad is nog niet geopend.

23


Stadsrand De stadsranden van Almere en Lelystad worden gevormd door de lage-/oostervaart waarna een halve kilometer brede bufferzone ligt. Deze bufferzone is ingericht met verschillende vormen van landgebruik (bos en akkerbouw). De bufferzone wordt afgesloten met snelweg A6. De volledige zone vormt een barrière in de relatie tussen stad en landbouw

Landelijk gebied Het polderlandschap is monofunctioneel in gebruik voor akkerbouw. Daarnaast worden, verspreid door de polder, windturbines ingepast. De structuur van de verschillende polders wijken af in schaal en vormgeving. De overeenkomstigheid tussen de polders is de wijze van clustering van landbouwbedrijven.

24


Zoom plankaart Almere buiten oost 2021

25


2050

zoom zie pagina 29

2050 energie

Windenergie op IJsselmeer Windenergie op land

buurt in boskamer

Lelystad airport

lage dichtheden

nieuw trein station

gemengde stedenbouw

mobiliteit

sociaal

Boerenbuurthuis

26

onderwijs en wetenschap

wonen

verdichting

Universiteit voor agro-stedenbouw Agrarische hogeschool Proefboerderijen


Stedelijke ontwikkeling

Een groot deel van de woningbouwopgave wordt afgestoten naar de Haarlemmermeer waar meer ruimte komt voor de bouw van woningen omdat een deel van het vliegverkeer van Schiphol wordt overgenomen door Lelystad airport. In de Flevopolder wordt aan de vraag voldaan door inbreiding rondom centrumlocaties en op enkele plekken rondom infrastructuur en nieuwe functies wordt grootschalige nieuwbouw ingepast.

kringlooplandbouw Kringlooplandbouw wordt vorm gegeven door koppelingen te zoeken tussen de akkerbouw in de Flevopolder en veeteelt gebieden in de aangrenzende provincies.

infrastructuur

Bij de nieuwe universiteit en bij de stadsuitbreiding Lelystad Warande komen nieuwe treinstations. Het vliegveld gaat open ten koste van twee landingsbanen van Schiphol. Er komt een hoogspanningsverbinding over het IJsselmeer naar de Maximacentrale waar de stroom over het bestaande netwerk wordt verdeeld

27


Stadsrand De bufferzone wordt beter bereikbaar gemaakt aan de aanliggende buurten. Ook worden de testteelten en recreatieve buurten in de zone doorwaadbaar en publiek toegankelijk gemaakt. De bodemdaling zal in deze zone zichtbaar worden door de proeflandbouw natte teelt en de toegevoegde sloten die zorgen voor de ontwatering van de percelen.

Landelijk gebied Het landelijk gebied ontwikkeld door de rijksgronden om te vormen naar biologische teelt. Andere boeren worden hierin gestimuleerd. Mede door voedselverwerking op eigen terrein toe te staan en het faciliteren van een grondstoffen depot waar voedingstoffen kunnen worden uitgewisseld tussen boeren in de regio.

Boeren buurthuis Op logische plekken aan de entree van een boerenweg worden boeren buurthuizen neer gezet op openbare grond. Deze faciliteren de gemeenschap aan de weg met een gemeenschappelijke ruimte voor overleg en educatie over de landbouwtransitie. Ook biedt dit de mogelijkheid om het cluster uit te bereiden met grondstoffenbanken, kleine voedselverwerkingsindustrie en logistiek.

28


Zoom plankaart Almere buiten oost 2050

29


2100

zoom zie pagina 33

2050 energie

water

wonen

+windparken op IJsselmeer grotere molens op land mobiliteit

lage dichtheden

verhogen peil IJsselmeer

lintbebouwing

nieuwe dijken tbv hoger peil

tracé Hsl

dijkverhoging

sociaal

boerenwijkhuis upgrade van boerenbuurthuis

30

landbouw

Alle rijksgronden omgevormd naar biologische/ biodinamische teelten


Stedelijke ontwikkeling

Door de omschakeling naar biologische en biodynamische teelten neemt de hinder van de toch al hinderarme akkerbouw af. De ontwikkeling van nietlandbouw gerelateerde bebouwing in het landelijk gebied kan plaats gaan vinden. De clusters zullen zelf al dan wel niet toestaan de clusters te laten groeien met nieuwe inwoners.

kringlooplandbouw De teelten worden steeds meer biologisch en biodynamisch. Hierdoor zijn de reststromen beperkt en kan er op kleinere schaal gezocht worden naar de nutriënten balans. Hiervoor worden op regionale schaal akkerbouw en veeteeltgebieden aan elkaar gekoppeld.

infrastructuur

Door bodemdaling zijn er enkele infrastructurele werken die groot onderhoud behoeven. De positie van de grootste bodemdaling is rond knooppunt Almere tot de Knardijk. In het groot onderhoud wordt rekening gehouden met de natuurverbinding tussen Oostvaardersplassen en Horsterwold.

31


Stadsrand De bodemdaling in de stadsrand van Almere zet door. De bebouwing aan de vaart komt op terpen te liggen en de akkerbouw wordt verder geparceleerd door sloten om het gebied toegankelijk te houden voor de productie functie. De onderzoek locaties zijn inmiddels omgevormd tot publiek toegankelijke boerderijen.

Landelijk gebied Het grootste deel van de boeren is overgestapt op strokenteelt al dan wel niet in biologische vorm. Het grondstoffendepot is doorgegroeid tot buurtcentrum en enkele niet landbouw gerelateerde bebouwing is ingepast langs bestaande wegen.

Boerenwijkhuis De clusters van boerenbuurthuizen kunnen zich verder ontwikkelen tot wijkhuis. Enkele openbare voorzieningen zoals een plek voor scholing en een marktplein zijn inherent aan de ontwikkeling van de hoeveelheid bewoning in het cluster. Bij de ontwikkeling tot wijk hoort ook de mogelijkheid voor de inpassing van winkels binnen het cluster.

32


Zoom plankaart Almere buiten oost 2100

33


2150

zoom zie pagina 37

2050 energie

natuur vervangen windmolens op land voor molens op IJsselmeer

mobiliteit

wonen

lage dichtheden

openen Hsl

lintbebouwing

boerenbuurthuis

verdichting van buurten met lage dichtheden

sociaal

boerenwijkhuis

34

boerendorpshuis

natuurlijk peil, water, moeras en oever planten ecologische verbinding


Stedelijke ontwikkeling

De ontwikkeling van het landelijk wonen zet door. Hierdoor ontstaan er tal van dorpjes rond de boerenbuurthuizen en in de radialen daar omheen. Door de doorzettende robotisering is het mogelijk tussen de woningen efficiënte akkerbouw plaats te laten vinden hierdoor ontstaat er een nog diffuser bebouwingsbeeld.

kringlooplandbouw Enkele gebieden zijn door bodemdaling niet meer als akkerbouw grond te gebruiken. Dit veranderd de samenstelling van de kringloopgebieden. Door de verbeterde connectie tussen de steden en het buitengebied worden de kringlopen van beide aan elkaar gekoppeld

infrastructuur

Het vliegverkeer neemt af en wordt overgenomen door een Hsl treinverbinding. De verbinding tussen Oostvaardersplassen en Horsterwold worden gerealiseerd. De barrières van infrastructuur worden hiervoor weggehaald. Deze strategie levert ook nieuwe verbindingen tussen Almere en het buitengebied op.

35


Stadsrand Bodemdaling zorgt ervoor dat akkerbouw op de stadsrand niet meer mogelijk is. De natte milieus zorgen voor drassige parkachtige zone langs de vaart. De stadsboerderij vormt de landen om naar grasland voor veehouderij en of gaat over tot natte teelten.

Landelijk gebied Er zijn op kleine schaal landbouwkringlopen ontstaan. Zowel op boerderij niveau als ook in coöperaties binnen de buurt en in enkele gevallen worden grondstoffen uitgewisseld binnen de kringloopregio. Door een doorzettende trend van mechanisatie is het mogelijk teelten te combineren met wonen op de kavel.

Boerendorpshuis De organische groei van de dorpjes gaat door. Ook de openbare ruimte die hier bij hoort groeit mee met functies als openbaar vervoer en zorg. Andere functies kunnen zich modulair rond dit kernprogramma voegen.

36


Zoom plankaart Almere buiten oost 2150

37


Conclusies en aanbevelingen De hoofdvraag onderzocht is in dit rapport is: In welke korrel werkt de integratie van stadslandbouw in combinatie met een wens meer keuzemogelijkheden van wonen, werken, leven te bieden wel? De studie heeft onderzocht wat een goede korrel is waarin stadslandbouw kan plaatvinden. Daar waar nu de nadruk van stadslandbouw ligt in participerende vormen van landbouw zoals moestuinen en gemeenschapstuinen kan stadslandbouw breder en waarachtiger worden vormgegeven door professionalisering. De scenario’s die in deze studie zijn uitgewerkt laten zien dat grootschalige efficiënte landbouw zich ook kan vormen naar meer keuzevrijheid van de consument. De twee scenario’s die hier vorm aan kunnen geven zijn zowel te integreren in de geïnstitutionaliseerde supermarktketen als ook in concept gedreven speciaalzaken en of gespecialiseerde supermarkten. Omdat deze omvorming plaatsvind binnen de huidige vorm van landbouw op grote schaal kan er veel progressie worden geboekt. Flevoland is opgezet als een polder met zeer generieke landbouwomstandigheden. In de toekomst zullen de uitgangspunten voor landbouw wijzigen door bodemdaling/ ondiep grondwater en bodemkwaliteit. Deze verschillende landbouwomstandigheden zullen een grotere differentiatie aanbrengen in de type landbouwvormen die hierop plaats vinden. Anders dan in de modernistische onderleggers is bepaald, word in dit onderzoek een toekomstbeeld geschetst waarin de opstapelende ruimtelijke opgaves leiden tot functiemenging. De harde scheiding tussen de stadse leefruimte en de productieve landbouwgronden worden in dit scenario verzacht. Beide kunnen hiervan profiteren. De inrichting van het productieve landschap kan onderdeel worden van de leefruimte van de stad en dienst doen als recreatiegebied en de stad kan profiteren van producten van lokale oorsprong. De recente ontwikkeling van Oosterwold en de ontwikkelingen rondom centrumlocaties in de binnensteden van Almere en Lelystad laten zien dat de wens voor het dominante type eengezinswoning met tuin verschuift naar een gedifferentieerder woningaanbod. In dit onderzoek is uitgewerkt hoe meer invulling gegeven kan worden aan de uitbereiding van keuzemogelijkheden voor wonen, werken en leven. Binnen de steden betekend dit dat er ingezet moet worden op verdichting rond centrumlocaties en centrumvorming op plekken waar deze ontbreken. Het landelijk gebied wordt niet langer opgeofferd/ omgevormd naar de bestemming wonen er wordt gezocht naar mengvormen van landbouw en stedenbouw. Flevoland heeft als akkerbouwgebied een goede uitgangspositie voor woningbouw. De milieuhinder van akkerbouw is relatief laag ten opzichte van veeteeltgebieden. Door omvorming naar een mix van biologisch, onbespoten, biodynamisch, permacultuur en

38


natuurinclusieve landbouw zal het bezwaar van milieuhinder verder afnemen. Hierdoor hoeft er niet langer gevreesd te worden voor bezwaarprocedures tegen de landbouw en zal het draagvlak voor woningbouw onder agrarisch ondernemers toenemen. Door het agrarisch gebied te beschouwen als stedelijk groeigebied moet er worden geïnvesteerd in sociale infrastructuur. De introductie van lokale landelijke openbare ruimtes wordt samenwerking en coöperatievorming gestimuleerd. Daarnaast ontstaat er debat en discussie binnen de clusters over woningbouw, alternatief grondgebruik en functiemenging. Deze democratisering biedt een tegenwicht tegen de simpele politieke ordening van de Flevopolder. De discussie op de meest lokale schaal ‘de buurt’ zal leiden tot differentiatie tussen de buurten. Hiermee draagt het bij aan het creëren van keuzemogelijkheden van wonen werken en leven in een stedenbouwkundige mengvorm met landbouw. Deze democratisering en verruiming van keuzes lijkt in eerste instantie in te druisen tegen de modernistisch onderlegger van de Flevopolders. De studie laat een ander beeld zien. Een beeld dat de identiteiten die binnen het landschap worden geïnitieerd voortbouwen op de rationele onderlegger van de polder. Daarmee doen zij recht aan de kwaliteiten van openheid, agrarisch landgebruik en ruimte voor pionieren. De differentiatie die binnen dit framewerk wordt gecreëerd versterkt de eigenwaarde van de polder.

39


Bijlage I

literatuurlijst

Annexum. Supermarkten zetten in op gemaksmarkt: trends in verse maaltijden. 19 8 2018. https://www.annexum.nl/nieuws-uit-de-markt/supermarkten-zetten-in-opgemaksmarkt-trends-in-verse-maaltijden/ (geopend 12 13, 2021). CBS. In tien jaar tijd ruim 11 procent minder winkels. 18 december 2019. https://www. cbs.nl/nl-nl/nieuws/2019/51/in-tien-jaar-tijd-ruim-11-procent-minder-winkels (geopend oktober 30, 2021). European Commision. From Fark to Fork; Our food, our health, our planet, our future; The euopean Green Deal. Factsheet, Brussel: European Union, 2020, pagina 2. Jansma, Jan Eelco. A City of Farmers; Oosterwold: the emergence of a new food scape. Amsterdam, 29 9 2021. LTO Nederland. Een nieuwe kans voor goed beleid voor onze boeren en tuinders; Verkiezingsmanifest 2021. manifest, onbekend: LTO Nederland, 2021. Mougeot, Luc J.A. Urban Agriculture: Definition, Presence, Potentials and Risks, and Policy Challenges. Rapport, Ottawa: International Development Research Centre, 2000, pagina 11. Rabobank; Rol, Martijn; Lambregts, Marcel;. Trends en ontwikkelingen voedingsindustrie. 24 augustus 2021. https://www.rabobank.nl/kennis/s011086915trends-en-ontwikkelingen-voedingsindustrie (geopend 12 04, 2021). Rijksvastgoedbedrijf. Koersen naar nieuwe aanpak voor duurzaam grondgebruik in Flevoland. 29 06 2018. https://www.rijksvastgoedbedrijf.nl/over-ons/verhalen/ gebiedsontwikkeling/koersen-naar-nieuwe-aanpak-voor-duurzaam-grondgebruik-inflevoland (geopend 12 04, 2021). Roest, A, et al. Kijk op multifunctionele landbouw, omzet en impact. Achtergronddocument, Den Haag: LEI Wageningen UR, 2009, pagina 17. Roest, A., A.D. Schouten. Kijk op multifunctionele landbouw: Ontwikkelingen per provincie. Rapport, Den Haag: Lei, onderdeel van Wageningen UR, 2010. Rol, M., en M. Lambregts. Rabobank, Detailhandel food: veranderende consument vraagt meer creativiteit. 07 09 2021. https://www.rabobank.nl/kennis/s011087550detailhandel-food-veranderende-consument-vraagt-meer-creativiteit (geopend 10 30, 2021). Schouten, Carola; Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Landbouw, natuur en voedsel: waardevol en verbonden; Nederland als koploper in kringlooplandbouw. Beleidsvisie, Den Haag: Ministerie van Landbouw, Natuur en voedselkwaliteit, 2018, pagina 7.

40


Smit, A.B., H.A.B. Schoorlemmer, D.J.M. van Balen, S.R.M. Janssens, en P.L. de Wolf. Typologie van boeren in Flevoland; Een verkenning van typen boeren die het anders willen. Rapport, Wageningen: Wageningen Economic Research, 2019, pagina 13. Velzen, J. van. Aantal fysieke winkels in Nederland blijft gestaag slinken. 20 april 2021. https://www.trouw.nl/economie/aantal-fysieke-winkels-in-nederland-blijft-gestaagslinken~b70968ba/ (geopend oktober 30, 2021). Wageningen Universiteit en Research. Handel en circulariteit consequenties van kringlooplandbouw voor handel. sd. https://www.wur.nl/nl/show-longread/Handel-encirculariteit-consequenties-van-kringlooplandbouw-voor-handel.htm (geopend 11 28, 2021). Wageningen university & research. Kringlooplandbouw: een nieuw perspectief voor de Nederlandse landbouw. sd. https://www.wur.nl/nl/show-longread/Kringlooplandbouween-nieuw-perspectief-voor-de-Nederlandse-landbouw.htm (geopend 12 11, 2021). Windpark Noordoostpolder. omgevingsbijdrage. datum onbekend. https://www. windparknoordoostpolder.nl/omgevingsbijdrage/ (geopend 12 13, 2021). De macht van de supermarkten in ons voedselsysteem. Regisseur: Zembla. Uitvoerend artiest: Zembla. 20 oktober 2021.

41


2021

2050

2100

2100

Bijlage II tijdlijn behorend bij visie: Polderen in de polder

42

43

44

45

46

47

48

49

50

51


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.