Wie zijn wij?
Bunty
Dat ben ik. Ik heb eigenlijk maar één wens; een huisdier. Ik moet van mijn vader eerst oefenen met een tamme gossie. Daarmee bedoelt hij dat virtuele huisdiertje, de Tamagotchi. Maar ik heb een beter idee. Ik begin gewoon met een buitenaards wezen dat niet van chocolade af kan blijven.
Timo
Timo is mijn buurjongen. Hij is gek op sciencefictionfilms en is altijd overal op voorbereid. Hoewel hij, sinds hij mij kent, nogal eens voor verrassingen komt te staan.
Papa
Mijn vader heeft een kapsalon voor honden. Papa zegt altijd dat hij beter met dieren overweg kan dan met mensen.
Mama
Mijn moeder is heel avontuurlijk en heeft dus laatst een chocoladefabriek gekocht. Gewoon omdat ze dat ook weleens wilde proberen. Ik zou willen dat ik zoveel durfde.
Meneer de Haas
Mijn knuffelkonijn. Ik praat vaak met hem, omdat ik niemand anders heb. Totdat Nix kwam.
Nix
Nix komt van een planeet waarvan ik de naam niet kan uitspreken. Nix is ontzettend lief, maar je moet hem geen chocolade geven, want dan gebeuren er vreemde dingen.
Mees
Mijn nieuwe meester heet Mees en is dus mees Mees. Vandaag is mijn eerste schooldag, dus ik hoop maar dat hij leuk is.
Elif
Elif is een meisje dat bij mij in de klas zit.
MIZ-1 en MIZ-2
Een afkorting van Man In het Zwart. Geheime politie die achter Nix aanzit.
Kleintje
De hond van de familie
Knibbels is een komondor. Een heel bijzondere rashond. Hij kreeg laatst een kleurtje in papa’s salon. Nu is hij knalroze.
Wout
Wout Knibbels is het baasje van Kleintje en zit achter mij in de klas.
Hallo! Mijn naam is Bunty. Een paar weken geleden ben ik verhuisd. Mijn moeder zag een advertentie staan: Chocoladefabriek te koop. En hoppa, we waren onderweg naar een nieuwe stad.
Waarom koopt iemand zomaar ineens een chocoladefabriek, vraag je je af? Nou, mijn moeder is heel avontuurlijk en heeft al van alles geprobeerd. Zo is ze brandweervrouw geweest, kaasmaker, dobbelsteeninspecteur, onderwaterlasser, piloot, schansspringer en nog veel meer. En nu dus directeur van een chocoladefabriek. Mijn vader is kapper. Hij begon ooit met mensen, maar hij vindt het (net als ik) een beetje moeilijk om met ze te praten, dus besloot hij een aantal jaren geleden om honden te gaan knippen. Dat leek hem een stuk gemakkelijker. Nu heeft hij een trimsalon voor honden in de bijkeuken.
Nou moet je weten dat ik al mijn hele leven niets liever wil dan een huisdier. Net als mijn vader kan ik beter met dieren overweg dan met mensen. Dus een hond of een kat, dat lijkt
me echt geweldig. Dan heb ik altijd een vriendje als ik weer eens alleen uit school kom. Wat overigens iedere dag is.
Maar mijn vader werkt de hele dag al met honden, dus die wil hij ’s avonds niet meer zien. En mijn moeder begint al te niezen als er een reclame voor kattenbrokken op televisie komt.
Heb ik weer!
Ze zeggen weleens dat je voorzichtig moet zijn met wat je wenst. Ik weet niet precies wie die ‘ze’ zijn, maar ze hadden wel gelijk. Want mijn wens kwam uit en ik heb in mijn leven nog nooit zoveel meegemaakt!
Voordat ik het vergeet: dit verhaal kun je samen met iemand anders lezen. Met je buurjongen, je vader of, als je geluk hebt, met je beste vriend(in). Hardop, en ga vooral los op alle eh … wezens.
Aan het begin van ieder hoofdstuk zie je wie de hoofdrollen spelen. Spreek samen af wie welke rol leest. Als er meer dan twee zijn, staat de rolverdeling in de blauwe inleiding uitgelegd. Spreek ook af wie de inleiding leest en de schuingedrukte stukjes. Zijn jullie er klaar voor?
Zo klinkt het zo echt mogelijk:
Een zin met een uitroepteken klinkt luid. Wacht even bij een punt en een komma. Bij … en bij – wacht je nog iets langer. Geef elke persoon een eigen stem. Nix klinkt natuurlijk heel anders dan mama.
Woorden met HOOFDLETTERS mag je roepen of schreeuwen. Kleine letters fluister je. Leg extra nadruk op woorden die schuingedrukt staan.
In dit hoofdstuk doe ik weer eens een poging om mijn moeder ervan te overtuigen dat ik een huisdier moet. Binnenkort is mijn verjaardag en dat is altijd een uitstekend moment om er weer eens over te beginnen. Maar ik word al negen en het is me dus nog steeds niet gelukt.
Bunty Over twee weekjes is mijn verjaardag! Veertien oktober. Heb je al een cadeautje gekocht?
Mama Nee, ik wacht op jouw verlanglijstje.
Bunty Nou, grappig dat je dat zegt. Want toevallig heb ik dat hier net bij me.
Mama Ja, dat verwachtte ik al.
Ik geef mijn moeder het verlanglijstje. Ze laat haar ogen bedenkelijk over het papier gaan terwijl ik haar hoopvol aankijk.
Mama Pfff! Wil je een dierentuin beginnen ofzo?!
Bunty Van de bovenste twee weet ik al dat dat niet kan. Papa is allergisch voor honden en jij voor katten.
Mama Papa is niet allergisch voor honden, maar hij werkt de hele dag met ze en wil ze in zijn vrije tijd niet meer zien. Wat ik wel kan begrijpen.
Bunty Nummer drie dan!
Mama Een rat!?
Bunty Een tamme rat!
Mama Al kan ie bedden opmaken en koffiezetten! Een rat!? Iiieuw!
Bunty Ratten zijn hartstikke lief!
Mama De meeste mensen doen er alles aan om geen ratten in huis te krijgen en jij wilt er eentje binnenhalen!? Ik wil echt geen rat in mijn huis!
Bunty Oké, lees verder, er staat nog meer op mijn verlanglijstje!
Mama Een muis? Wil je papa op de kast jagen?
Bunty Hoezo?
Mama Papa is doodsbang voor muizen!
Bunty Echt? Ik dacht dat alleen mama’s bang waren voor muizen.
Mama Hoe kom je daar nou bij?
Bunty Dat zie je toch altijd in tekenfilms. Dat ze met hun rokken omhoog, gillend op een krukje springen.
Mama HAHA, inderdaad, maar ik ben de uitzondering.
Bunty Pfffffff, heb ik weer. Waarom heb ik geen gewone ouders?
Mama Ben maar blij!
Bunty Ook geen muis dus. Een hamster misschien?
Mama Een hamster is gewoon een muis met een leuker pakje aan.
Bunty Een kip? Geitje?
Mama Waar wil je die in hemelsnaam laten?
Bunty Eh … in de achtertuin?
Mama Ik dacht dat je een huis dier wilde?
Bunty Ik zie het ruim.
Mama Héééééél ruim.
Bunty Ga verder.
Mama Een varkentje? Ze worden wel steeds groter, niet?
Bunty Nee hoor, ga maar verder.
Mama Een marmotje.
Bunty Zie je wel. Alweer veel kleiner.
Mama Wat is een marmot eigenlijk voor dier?
Bunty Nou, dat is zo’n schattig, klein, pluizig … ding,
met een gestreept dinges op zijn … eh … dinges.
Mama Dinges. Duidelijk. Ik ga verder. Een cavia, een slang? Brrrrr. Die glimmende, gladde glibberdingen?
Bunty Een slang staat eerlijk gezegd ook niet bovenaan mijn lijstje.
Mama Waarom geen goudvis?
Bunty Een goudvis!? Krijg ik er dan ook een zwembad bij?
Mama HAHAHA … een zwembad!? Waarom heb je een zwembad nodig voor een goudvis?
Bunty Omdat ik ’m in zijn vissenkom niet kan knuffelen! Daarom!!
Mama Waarom niet meteen een dolfijn?
Bunty Ik dacht niet dat dat een optie was.
Mama Wat dacht je van een kanariepietje?
Bunty Een kanarie zou mogen?
Mama Daar kunnen we het nog over hebben. Nou?
Bunty Een kanariepietje staat niet op mijn verlanglijstje.
Mama Waarom eigenlijk niet?
Bunty Omdat die in een vogelkooitje zit. Ik wil geen dier dat meestal opgesloten zit. Ik wil een huisdier waarmee ik kan knuffelen.
Die lekker tegen me aan komt liggen als ik alleen ben.
Mama Ik begrijp het wel, maar ik zie een huisdier niet zo zitten. Straks heb je er genoeg van en dan mogen wij ervoor zorgen.
Bunty NIETES! Ik zal er altijd voor blijven zorgen.
Mama Weet je wel wat dierenvoeding kost? Of als zo’n beestje naar de dierenarts moet?
Bunty AAGH! Je ziet altijd beren op de weg!
Mama Ik ben gewoon realistisch.
Bunty Nee, zag je maar overal beren, dan had ik in ieder geval een huisdier.
Olifant
Papa
Ik ga stampvoetend met mijn verlanglijstje naar beneden. Ik weet dat ik papa het beste om iets kan vragen als hij bezig is met de rekeningen enzo. En ik heb geluk, want hij zit met gepijnigd gezicht te turen naar zijn computerscherm. Maar eerst doe ik even een testje om te kijken of hij wel echt luistert.
Ik zet mijn allerliefste zeurstem op.
Bunty Pááááp?
Papa Ja, lieverd.
Bunty Mag ik een olifant?
Papa Natuurlijk, lieverd. Ik verkoop de auto en dan breng ik je vanaf nu met de olifant naar school.
Bunty SERIEUS!?
Papa Nee, natuurlijk niet! Waar wil je een olifant laten? In de achtertuin? Laat me dat verlanglijstje eens zien!
Bunty Hoe weet je dat ik een verlanglijstje heb?
Papa Je moeder stuurde net een berichtje om me te waarschuwen.
Bunty Oké, die olifant was alleen maar om even te kijken of je wel oplette. Maar de volgende op mijn verlanglijstje ...
Papa Een al-pa-ca? Wat is in hemelsnaam een al-pa-ca?
Bunty Een alpaca is echt superlief. En grappig. Met zo’n veel te lange nek en van die superzachte, krullende haren.
Papa Zijn dat niet van die beesten die spugen, of zijn dat lama’s?
Bunty Ze spugen allebei, maar een lama staat niet op mijn verlanglijstje.
Papa Een alpaca gaat het sowieso niet worden.
Bunty Een luiaard dan? Die zijn zóóóóó lief!
Papa Ik ben gek op luiaards, maar zo’n beest kun je niet in huis halen, Bunty! Otters en stinkdieren trouwens ook niet. Waarom heb je geen normale huisdieren op je lijstje staan?
Bunty Die had mama al afgekeurd! Zelfs een hamster mag niet! Ze is bang dat ik er niet goed voor zal zorgen en dat jullie dat dan moeten doen.
Papa Daar ben ik het wel mee eens. Weet je wel dat je zo’n hamsterhok wel twee keer per week moet verschonen?
Bunty Dat doe ik dan toch gewoon!?
Papa Lieverd, je kunt je eigen hok niet eens schoonhouden! Of ben je die berg rommel op je slaapkamer vergeten?
Bunty Mijn slaapkamer is hartstikke netjes!
Papa Dus je wilt zeggen dat – als ik nu naar je slaapkamer ga – dat ik daar dan geen enorme hoop rommel aantref?
Bunty Eh …
Papa Weet je nog die tamme gossie?
Bunty Tamme gossie?
Papa Ja, dat virtuele huisdiertje dat je zo nodig moest hebben.
Bunty Een Tamagotchi, pap!
Papa Dat zeg ik; een tamme gossie. Die vonden we na drie weken onder een berg kledingstukken. Morsdood.
Bunty Ja, maar dat ding was zo piepklein dat ik ’m de hele tijd kwijtraakte.
Papa Dat kan wel zijn, maar het idee blijft overeind. Net als mijn punt!
Bunty En je punt is?
Papa Dat je je rotzooi niet opruimt en je niets in leven kunt houden.
Bunty Maar toen was ik zes! Nu ben ik bijna negen!
Papa HAHAHA, ja, dat maakt een enorm verschil.
Bunty Voor jou is drie jaar misschien niet veel, maar voor mij wel!
Bunty is een verlegen meisje dat moeilijk vrienden maakt. Een nieuwe school maakt dat er niet makkelijker op. Ze heeft maar één wens: een eigen huisdier. Als er op een nacht een buitenaards wezen dwars door het dak valt, is Bunty dolgelukkig.
Maar Nix, zo heet het wezen, blijkt een eigen willetje te hebben. Gelukkig krijgt Bunty hulp van haar buurjongen Timo. Maar hoe houd je een buitenaards wezen verborgen?
Bunty en Timo beleven heel wat avonturen met Nix. Dit boek lees je samen: dan weer ben je Bunty, dan weer Timo, en als je Nix bent, praat je heel vreemd. Kruip ook in de huid van een Man in het Zwart, of de meester op school en maak alles mee wat Bunty en Timo beleven!
met tekeningen van Geert Gratama
Bunty
NUR 282
ISBN 978-90-487-4496-1
Timo