Goese Inventarissen nr. 3.
INVENTARIS van de ARCHIEVEN van de PAROCHIE van de H. MARIA MAGDALENA TE GOES (1607) 1674-1970
Door F.H. de Klerk 1983 Gedigitaliseerd door: I. Kepil
pagina INHOUDSOPGAVE
I-III
Inleiding
IV-X
Geschiedenis van de rooms-katholieke parochie Goes
IV-V
Organisatie
VI-VIII
Inventaris
VIII
Noten
IX
Literatuur
X
Inventaris
1-40
I.
PASTOOR Stukken van algemene aard 1. Correspondentie 2. Geschiedkundige aantekeningen Stukken betreffende bijzondere onderwerpen 1. Doop, Communie, vormsel, bekering, trouwen en begraven 2. Misviering 3. Pastoraal toezicht 4. RelikwieĂŤn 5. Gewijde voorwerpen
1 1 1 1 2 2 4 6 8 8
II.
KERKBESTUUR Stukken van algemene aard 1. Reglementen 2. Notulen 3. Correspondentie Stukken betreffende bijzondere onderwerpen 1. FinanciĂŤn a. Begrotingen b. Rekeningen c. Boekhouding d. Leningen 2. Eigendommen a. Stukken van algemene aard b. Onroerende goederen: i. gronden ii. huizen iii. kerkgebouw en pastorie iv. kerkhof c. Roerende goederen d. Waardepapieren e. Legaten 3. Maatschappelijk werk 4. Schoolbestuur a. Stukken van algemene aard i. Correspondentie b. Stukken betreffende bijzondere onderwerpen i. Boekhouding ii. Waardepapieren iii. Leerlingen en leerkrachten c. Het St. Jacobusgesticht, c.a. i. Boekhouding ii. Schoolgebouw iii. Roerende goederen iv. Waardepapieren v. Leerlingen en leerkrachten d. De St. Jozefschool, c.a. i. Boekhouding ii. Schoolgebouw iii. Roerende goederen iv. Leerlingen en leerkrachten e. De bewaarschool aan de Wijngaardstraat, c.a. i. Boekhouding
9 9 9 9 9 9 9 9 10 11 12 13 13 13 13 14 15 17 17 17 18 19 19 19 19 19 19 19 20 20 20 20 21 21 21 21 21 22 22 22 22 22
f. III.
IV.
ii. Leerlingen en leerkrachten Stukken betreffende overige rooms-katholieke scholen
23 23
ARMBESTUUR
24
Stukken van algemene aard 1. Reglementen 2. Notulen 3. Correspondentie Stukken betreffende bijzondere onderwerpen 1. Armmeesters 2. Financiën a. Begrotingen b. Rekeningen c. Boekhouding 3. Eigendommen a. Onroerende goederen b. Roerende goederen c. Waardepapieren en geldleningen d. Legaten 4. Bedeling
24 24 24 24 24 24 25 25 25 28 29 29 29 30 30 30
GEDEPONEERDE ARCHIEVEN 32 1. De archieven van verenigingen en broederschappen die een kerkelijk of algemeen godsdienstig karakter dragen. 32 a. De broederschap van de Altijddurende Aanbidding van het Allerheiligste Sacrament 32 b. De broederschap van de Levende Rozenkrans 32 c. De broederschap van de H. Familie Jezus, Maria en Jozef 32 d. De broederschap van het Apostolaat des Gebeds 32 e. De broederschap van het H. Hart 32 f. Het rooms-katholieke zangkoor St. Caecilia 34 Stukken van algemene aard 34 Stukken betreffende bijzondere onderwerpen 34 1. Financiën 34 2. Leden 34 3. Aktiviteiten 34 g. De retraitevereniging 35 h. De broederschap van de Zeeuwse processie naar Kevelaar 35 i. De kleine meisjeskongregatie van Maria Onbevlekte Ontvangenis en de H. Anna 35 j. De kleine jongenskongregatie van Maria Onbevlekte Ontvangenis en de H. Jozef 35 k. De vrouwenkongregatie van Maria Onbevlekte Ontvangenis 35 l. De meisjeskongregatie van Maria Onbevlekte Ontvangenis 35 m. De mannenkongregatie van Maria Onbevlekte Ontvangenis en de H. Aloysius 35 n. De oudere jongenskongregatie van Maria Onbevlekte Ontvangenis en de H. Aloysius 36 o. De oudere meisjeskongregatie van Maria Onbevlekte Ontvangenis en de H. Theresia van het kindje Jezus 36 p. De parochieraad 36 2. De archieven van verenigingen en instellingen die een sociaal-maatschappelijk karakter dragen 36 a. “Conferentie van de H. Maria Magdalena der Vereniging van de H. Vincentius à Paulo” (de St. Vincentiusvereniging) 36 b. De St. Elizabethsvereniging 36 Stukken van algemene aard 36 i. Statuten 36 ii. Notulen 36 iii. Jaarverslagen 37 iv. Correspondentie 37 Stukken betreffende bijzondere onderwerpen 37 i. Financiën 37 ii. Eigendommen 37 iii. Bedeling 37 iv. Feesten 37 c. Het parochieel comité voor de rooms-katholieke universiteit 38 d. De rooms-katholieke gidsen St. Bernadettegroep 38 e. De rooms-katholieke welpen St. Jansknapen 38 f. Het collectantenkollege 38 g. Het rooms-katholieke comité Amate 38 Stukken van algemene aard 38 Stukken betreffende bijzondere onderwerpen 38
3.
V.
39 39 40 40
BIJLAGEN A. B. C. D.
VI.
Overige gedeponeerde archieven a. Stukken betreffende de administratie van de fundaties van de landsparochie van ZuidBeveland b. Stukken betreffende de parochie van het oosten van Zuid-Beveland (Kapelle) c. Varia
Naamlijst van pastoors van de stadsparochie van Goes Naamlijst van pastoors van de landsparochie van Zuid-Beveland Reglement op het kerk- en armbestuur van de rooms-katholieke stadsparochie van Goes, 1779 Stukken betreffende de parochie Goes, aanwezig in andere archieven a. Rijksarchief Utrecht b. Archief Bisdom Haarlem c. Archief Bisdom Breda
INDEX OP PLAATS- EN PERSOONSNAMEN
41 41 42 43
INLEIDING A. Geschiedenis van de rooms-katholieke parochie Goes. De Reformatie, die in Zuid-Beveland in 1578 plaatsgreep, leidde voor de Bevelandse rooms-katholieken een groot aantal veranderingen in. Met strenge plakkaten verbood de gewestelijke overheid het rooms-katholicisme, de kloosters werden opgeheven, en de roomse kerken en veel van de rooms-katholieke bezittingen gingen over naar de hervormden. In de praktijk bleef een vrij behoorlijk deel van de bevolking van het eiland bij het oude geloof, waarmee ze tot in de 18de eeuw een behandeling als tweederangs burgers trotseerden. De eerste tientallen jaren na de grote omwenteling kon van een regelmatige geestelijke bijstand door vaste herders geen sprake zijn. Slechts af en toe bewogen missionarissen zich in vermomming door de Bevelandse contreien om hier en daar in het heimelijke een mis te lezen, een kind te dopen, een huwelijk te sluiten, of een overledene ter aarde te bestellen. Deze als boer of werkman uitgedoste pastoors waren afkomstig uit de Zuidelijke Nederlanden, waar de roomskatholieke kerk haar machtspositie behouden had. Ze waren ondergeschikt aan de apostolische vicaris, die gekozen werd uit de diverse aartspriesters in de Noordelijke Nederlanden. Zeeland vormde met West-Friesland en Holland één aartspriesterschap. De benoeming van de vicaris geschiedde door de pauselijke nuntius, die zijn residentie had in Brussel. Tot 1853 behield de Italiaanse nuntius van daaruit de supervisie over de Noord-Nederlandse missiegebieden. In de eerste jaren na de Reformatie bevonden zich incidenteel roomse geestelijken op Zuid-Beveland. Doordat zij in het geheim optraden is er weinig over hen bekend, doch van een aantal van hen zijn de namen bekend gebleven. Het waren: - Martinus Conincx (Regius), van c. 1585 met tussenpozen tot c. 1625. - Pater De Leeuw s.j., in 1602. - Engelbert van Kenniphoven, in 1607. - Martinus Schaap (Scapius), in 1608. - Mattheus Clinger s.j. (Clingerius), van 1608 tot 1610. Vermoedelijke heeft deze geestelijke een eerste poging gedaan om een vaste stads- en/of landsparochie op Zuid-Beveland op te richten; - Nicolaas van Loon (Lonius), tot c. 1609. - Wilhelmus Keyting (Pater Wilhelmus), omstreeks 1612; - Godefridus van Rueveren (Roverius, of Govert de Rovere), omstreeks 1612. - Johan Trutius, omstreeks 1610, en opnieuw in 1615 en 1616. Van deze pastoor wordt aangenomen dat hij definitief een vaste stadsparochie gesticht heeft; wellicht heeft hij daarnaast ook op het land van Goes een statie in het leven geroepen (1). Vanaf 1616 werd Joannes Griffinus pastoor te Goes; het is zeer aannemelijk dat hij behalve in de stad ook over het omringende land rondtrok om de rooms-katholieken te dienen. Meestal ontving hij hierbij assistentie van een kapelaan, die meer speciaal met het platteland bezig was. Iedere acht dagen verhuisde Griffinus binnen Goes naar een andere aanzienlijke familie, om daar de mis op te dragen. Uit voorzichtigheid had deze schuwe herder tot 1633 geen eigen woonruimte; hij beschikte over zo'n 16 adressen waar hij wisselend min of meer ondergedoken zat. In deze tijd begon het omkopen van de adjudanten van de baljuw, die tegen betaling van aanzienlijke geldsommen oogluikend de missen lieten doorgaan. Deze vorm van corruptie zou tot in het midden van de 18de eeuw stand houden. Lang niet altijd bleek deze beveiliging echter afdoende; als de pastoor betrapt werd moest hij de wijk nemen naar rustiger oorden, en zijn kudde werd nog eens extra beboet (2). In 1639 moest Griffinus op last van het stadsbestuur Goes verlaten. Zijn opvolger Joannes Kuijsten werd een vrij rustig verblijf in de stad gegund. Hij overleed te Goes op 11 november 1664. Tijdens zijn werkzaamheden schijnt er een organisatorische scheiding ontstaan te zijn tussen de stadsparochie en de landsstatie. Enkele gegevens uit het midden van de 17de eeuw wijze hierop (3). Het is waarschijnlijk, dat terwijl de zielzorg in de stad vanaf 1616 met enige moeite en hoge kosten onafgebroken door kon gaan, er op het platteland slechts bij tijd en wijle een landspastoor aanwezig was. Deze kunnen best een vaste betrekking gehad hebben, doch sporen hiervoor ontbreken. Dat de betrekking van "veldpastoor" veelvuldig vacant was, kwam ongetwijfeld door de schamele salariëring., het ongezonde Bevelandse klimaat, en de vijandige wijze waarop de andersdenkende boerenbevolking de pastoors tegemoet trad. Van pastoor Jacobus Eversdijk, stammend uit een oud en aanzienlijk geslacht uit Goes, weten we met zekerheid dat hij een deel van zijn religieuze loopbaan op het land rond Goes gesleten heeft. Vanaf 1652 tot 1664 trok hij het eiland door, waarna hij pastoor Kuijsten opvolgde als stadspastoor. De assistent van Kuijsten, kapelaan Kempe, ging zich daarna met het platteland bezig houden (4). In de 17de en 18de eeuw leverde de dwaalleer van het jansenisme veel moeilijkheden op in stad en land. Tussen 1665 en 1721 kwam het niet minder dan acht keer voor dat de parochianen in een van de twee parochies te maken hadden met een jansenistische pastoor. Het jansenisme was een door paus Alexander VII veroordeelde opvatting, welke terugkeer naar de leer van Augustinus predikte. In "Augustinus", een in 1640 postuum verschenen werk van Cornelius Jansenius, verkondigde deze bisschop van Ieperen een aantal afwijkende opvattingen inzake verschillende vraagstukken in de rooms-katholieke kerk, voornamelijk betreffende de genade en de vrije wil. Geen der beide parochies stelde echter prijs op een jansenistische herder, zodat men na korte of wat langere tijd trachtte deze geestelijken weg te werken.
Tussen de stads- en landspastoor, beiden te Goes woonachtig, kwamen veelvuldig meningsverschillen en ordinaire ruzies voor. De ruzies vonden meestal hun oorsprong in de jaloezie van de landspastoor ten aanzien van het veel eenvoudiger baantje van zijn stadse collega, hoewel ook het jansenisme van een van beiden soms aanleiding kon zijn. In de praktijk betekende het jansenisme dat een pastoor ook bij zijn eigen parochianen zeer impopulair werd; zijn kudde trok dan massaal naar zijn ambtsgenoot. In het begin van de 18de eeuw liep de rivaliteit tussen beiden dermate hoop op, dat notabele katholieken van het eiland met nuntius onder één hoedje speelden, en er een samenwerking tussen de parochies voorgeschreven werd. Beide pastoors werden verplicht beurtelings de stad en het land te bedienen, waarbij de inkomsten broederlijk gedeeld moesten worden. Dit contrakt vermocht evenmin christelijke naastenliefde en eendracht te brengen tussen de pastoors. Bovendien hadden de kerkmeesters van de stadsparochie met lede ogen de samenwerking van kracht zien worden. Zij werden hierdoor belemmerd in de vrijheid van beheer van de kerkelijke goederen. Al spoedig gingen zij met de magistraat, die zich steeds soepeler ten aanzien van andersdenkenden ging opstellen, overleggen op welke wijze de collega’s, Van de Velde en Kistemaker, konden worden verwijderd. Het contract zelf bood hun een uitnemende kans: de laatste bepaling luidde immers, dat bij vertrek, verbanning of overlijden van één der contractanten het verdrag ongeldig zou worden. Na nog enkele vruchteloze verzoeningspogingen van hoge kerkelijke functionarissen werd in 1738 de twee stokende herders de wacht aangezegd, en moesten zij het veld ruimen. Hiermee werden beide parochies ook formeel weer onafhankelijk. In de praktijk was deze hernieuwde onafhankelijkheid al eerder tot stand gekomen. Aan het einde van de 18de en het begin van de 19de eeuw werd de landsparochie geleidelijk aan opgesplitst in kleinere zelfstandige staties. In 1798 kwam de parochie van het westen tot stand, met als centrum 's-Heerenhoek, in 1801 die van het zuiden met als kern Kwadendamme, en in 1802 die van het oosten, met Kapelle als middelpunt. Na een voorspoedig begin namen de baten van deze laatste parochie snel af. De eerste en enige pastoor, Cornelis Kuijper, vertrok in 1806 naar elders. De Goese pastoor werd daarna waarnemer van de parochie. Wekelijks werd er nog in het kerkje een mis door hem of door zijn kapelaan gelezen. Pastoor Van Steenwijk van Goes noemde zich zelfs nog enige tijd "pastor Goesae et Capelle". De rekening over 1817/1818 sloot met een negatief saldo van f 16:13:12, dat omgeslagen werd over de weinige parochianen. Dit was de laatste rekening; in 1839 werd het kerkgebouw verkocht. Het laatste overblijfsel van de voormalige landsparochie waren de fundaties, die vanaf het midden van de 17de eeuw vastgesteld waren. Een speciale boekhouder hield zich met de administratie van ontvangsten en uitgaven hieruit bezig. Op deze administratie hield de pastoor van Goes het toezicht. Een aantal jaren onttrok de stadsparochie zich aan het toezicht van de vicaris. Met de komst van de franciscaan Claus in 1738 ging de statie over naar de franciscaner orde. Tot 1808 bleef de parochie hiertoe behoren, waarna de wereldlijke geestelijken er weer bezit van namen, in de persoon van pastoor Stook. In het concordaat van 1827, gesloten tussen koning Willem I en de paus, werd onder andere bepaald dat Zeeland zou gaan behoren tot een nieuw bisdom Den Bosch. Daar dit concordaat goeddeels gesloten was op aandrang van de Zuidelijke Nederlanden, kwam er na 1830 niets meer van de uitvoering terecht. Willem II slaagde er echter wel in om delen van zijn zuidelijke gewesten onder zeggenschap van de Belgische bisschoppen uit te halen. De pauselijke breve “Ex Qua Die” van 4 maart 1853 verhief de apostolische vicariaten Roermond, Den Bosch en Breda tot bisdommen; noordelijk daarvan werd een aartsbisdom Utrecht en een bisdom Haarlem gecreëerd. De Zeeuwse eilanden gingen onder dit laatste bisdom ressorteren. In 1956 werd Zeeland ingedeeld bij het bisdom Breda. Vanaf 1633 beschikte de stadsparochie over een huis in Goes, waar men samenkomsten kon houden, en waar ook de pastoor meestal verbleef. Dit huis stond in de Singelstraat tegenover de oude Maria Magdalenakerk. In 1694 ging men ertoe over om een zolderkerk in te richten boven dit huis. Ten tijde van pater Claus werd de benedenverdieping van dit huis als kerk ingericht. De landsparochie verkreeg in de 18de eeuw een eigen pastorie in Goes in de Korte Kerkstraat (5). Aan het einde van de 17de eeuw had men op het platteland getracht bij Dijkwel en Ovezande boerenschuren als kerken in te richten; na enkele jaren werden deze zwaar beschadigd door protestantse jongeren zodat men telkens in andere schuren bleef kerken. Nadat in 1795 de vrijheid van godsdienst een feit was, kregen de rooms-katholieken van Goes de beschikking over de oude Gasthuiskerk nabij de Oostwal. In 1815 verrees aan de Singelstraat op de plaats van de oude huiskerk een nieuwe kerk, ontworpen door architect Fernandus Gillo. Deze kerk was ruim en luchtig gebouwd, zo luchtig zelfs dat ze in 1905 afgebroken moest worden wegens haar bouwvalligheid. In 1906 verrees op haar plaats de huidige St. Maria Magdalenakerk, gebouwd naar een ontwerp van Margry en Snickers te Rotterdam.
B. Organisatie Over de organisatie van het parochiebestuur in vorige eeuwen zijn we slecht geïnformeerd. Reeds pastoor Claus verzuchtte in zijn kroniek uit het midden van de 18de eeuw, dat hij moeite had om hieromtrent voldoende gegevens vast te krijgen. In het begin van de 17de eeuw bestond binnen het bestuur uitsluitend de functie van armmeester. Deze werd gerekruteerd uit de groep notabele rooms-katholieken, evenals zijn assistent, die hem het jaar daarop opvolgde. De enige bronnen van inkomsten waren de collecten, huis-aan-huis bij de roomsen en in de kerk, en de offerbussen, die bij elke misviering in de kerk werden geplaatst. De armenrekeningen werden door vier of vijf notabelen nagezien en goedgekeurd, onder leiding van de pastoor. In de rekeningen over 1615, 1616 en 1618 vond Claus, dat de pastoor zijn salaris ontving uit de armenmiddelen. In 1685 bedroeg zijn jaarloon f 600,- waarbij dan nog inkomsten uit jaargetijden kwamen. In 1633 viel voor zover bekend voor het eerst weer een legaat toe aan de kerk; geleidelijk aan volgden er meer, zowel voor de kerk als voor de armen. Vanaf 1644 trad een kerkmeester op, die afzonderlijke kerkrekeningen opmaakte. Door de toename van de bezittingen werden meer bestuurders nodig voor de administratie. Vanaf 1670 werd het werk gedaan door vier kerkmeesters. Op welke wijze de armengoederen bijgehouden werden in die tijd is niet bekend. In 1720 bestond de hele administratie van de parochie uit vier personen, die tegelijkertijd kerk- en armmeester waren. Eén van hen was kerkboekhouder, een ander was armenboekhouder. De overeenkomst tussen de pastoors Van de Velde en Kistemaker die in 1722 gesloten werd leidde in de administratie tot een chaos. Ondanks alle bepalingen in het contract bleef er onenigheid bestaan tussen de pastoors, die hun inkomsten moesten delen. Ook tussen de verschillende bestuurders van de stads- en landsparochie wilde het niet boteren. Beide staties bleven zelfstandig, doch men was naar de strekking van de overeenkomst nauw op elkaar aangewezen. Onder deze omstandigheden kon van een deugdelijk bestuur natuurlijk geen sprake zijn. Door het wanbeheer en het dooreen lopen van de administraties verarmden de parochies zienderogen. In 1730 maakte de nuntius persoonlijk hieraan een einde. Hij benoemde nieuwe kerkmeesters voor stad en land. In de stadsparochie kwamen aldus vier nieuwe kerkmeesters aan het roer te staan, die tegelijkertijd armmeesters waren. In het vervolg mochten zij zelf hun opvolgers kiezen. De kerk- en armenrekeningen moesten in het vervolg vijftien dagen na Driekoningen ter goedkeuring aangeboden worden aan de pastoor. Deze organisatievorm bleef verder de hele 18de eeuw gehandhaafd. In de loop van de 18de eeuw ontstond er tussen de stadsparochie en het bestuur van de stad een steeds nauwere band. Bij verschil van mening of andere problemen wendden de roomsen zich steeds gemakkelijker tot de stedelijke bestuurders voor een oplossing. In 1779 werd een officieus bestuursreglement voor de parochie door het stadsbestuur vastgesteld. Enkele bepalingen hierin vallen op vanwege de rol die de burgemeester en raden zich toebedeelden. Zo was voor vervulling van vacatures in het kerk- en armbestuur goedkeuring van de stedelijke overheid vereist. Verder mocht de armenbedeling niet willekeurig gescheiden; bij klachten hierover konden gedupeerde parochianen zich wenden tot de stad. De rekening van de parochie werd in het vervolg door een burgemeester met enkele parochianen nagezien. Tot slot dienden veranderingen in de mistijden vooraf aan het stadsbestuur opgegeven te worden (6). De steeds toenemende zorgen voor de rooms-katholieke armen leidden eveneens tot meer samenwerking en overleg tussen kerk- en armbestuur enerzijds en het stadsbestuur anderzijds. Bij besluit van de Prefect van 24 juni 1813, van kracht wordend op 21 november van dat jaar, werden de rooms-katholieke armen van Goes onder de weeshuisarmen gebracht. Deze laatste instelling was een onderdeel van het Bureau de Bienfaisance, ofwel het Bureau voor Weldadigheid. Aanleiding hiervoor waren de voortdurende roomse aanvragen om subsidie of vermeerdering daarvan, zodat van een feitelijke zelfstandigheid van de roomse armen geen sprake meer was. Het rooms-katholieke armbestuur kreeg inkomsten uit landerijen, landrenten, collectes in de kerk en wekelijkse huiscollectes. Vanaf 1808 verkreeg men tevens medegerechtigheid in de goederen van de H. Geestarmen, die nog uit de vóór-Reformatorische tijd dateerden (7). Ondanks diverse wijzigingen in de regeling van de armenzorg te Goes bleven de roomse armen ressorteren onder stedelijk bestuur. Bij de herinvoering van de bisschoppelijke hiërarchie in Nederland kwam hierin verandering. De bisschop van Haarlem, vanaf 1853 in functie, achtte het niet juist om de toestand van afhankelijkheid van de roomskatholieke armen, die in vele plaatsen bestond, nog langer te laten duren. In elke parochie diende een rooms-katholiek armbestuur opgericht te worden. De besturen werden samengesteld door de bisschop. Nu bestond er dus in de parochie Goes een afzonderlijk kerkbestuur en een armbestuur. Aanvankelijk werden de rekeningen en begrotingen slechts door het bestuur zelf geaccordeerd, doch vanaf het begin van deze eeuw werd dit een taak voor de bisschop. Met de toenemende emancipatie van de rooms-katholieken ontstond in de tweede helft van de vorige eeuw ook te Goes het verlangen naar bijzondere onderwijs in rooms-katholieke geest. Kort nadat zusters Penitenten Recollectinen zich te ’s-Heerenhoek gevestigd hadden ten behoeve van een roomse meisjesschool aldaar, startten leden van dezelfde orde in 1881 te Goes met een lagere school, bewaarschool en een naaischool aan de Vlasmarkt. De zakelijke kant van het zich uitbreidende rooms-katholieke onderwijs te Goes werd behartigd door het kerkbestuur, dat er aldus een omvangrijke taak bij kreeg. In1957 werd een stichting rooms-katholieke schoolbestuur in het leven geroepen, en had het kerkbestuur hier verder geen directe bemoeienis meer mee (8).
De broederschappen waren een stimulans voor het rooms-katholieke leven in de parochie, waarmee tevens controle uitgeoefend kon worden op de zedelijke wandel van de parochianen. De retraitevereniging had als voornaamste taak het organiseren van retraites. Zij fungeerde als kassier, die bij beetjes de hiervoor benodigde gelden verzamelde. De retraites werden gehouden in het retraitehuis te Seppe in Noord-Brabant. De parochieraad heeft als taak te adviseren ten behoeve van het pastoraal beleid in het parochie. Doordat men hiermee de heersende mening van de doorsnee-parochinanen kan peilen is een goede wisselwerking tussen parochieleiding en parochieleden mogelijk. Binnen de parochie bestonden een drietal instanties die zich bezighielden met de armenzorg. In de eerste plaats uiteraard het armbestuur. Dit hield zich bezig met zorg voor armen in de ruimste zin van het woord. Onderstand werd gegeven aan alle soorten gebrek dat geleden werd, zowel in geld als in natura. Ook trok men zich het lot van wezen, bejaarden en zieken aan. Voor tal van zaken reserveerde het roomse armbestuur gelden, zoals voor het rooms-katholieke ziekenhuis St. Joanna, inrichtingen in andere plaatsen waar parochianen opgenomen waren, huur van het Oude Manhuis ten behoeve van bepaalde parochianen, bijdragen voor de gemeentegeneesheer, de T.B.C.-bestrijding en ook de Goese St. Vincentiusvereniging. Bronnen van inkomsten waren verpachtingen van onroerende goederen, aandelen en obligaties, collectes, enzovoort. De St. Vincentiusvereniging, opgericht aan het einde van de vorige eeuw, hield zich met meer specifieke armenzorg bezig. Ondersteuning vond vrijwel uitsluitend plaats in natura, zoals kleding, levensmiddelen, brandstof, huishuur. Bijzondere aandacht werd geschonken aan de jeugd en aan het onderwijs. Ook hield men zich middels huisbezoek op de hoogte van de zedelijke toestand van behoeftige parochianen. Als bleek dat hierin geen verbetering kwam kon overwogen worden de onderstand te verminderen of te stoppen. Bronnen van inkomsten waren de ledenkontributies, collectes en bijdragen van de St. Elizabethsvereniging en het armbestuur. Hiermee komen we aan de derde vereniging met sociale doelstellingen binnen de parochie, namelijk de St. Elizabethsvereniging. Deze vereniging werd in het leven geroepen in 1897, en had een drieledige taak. In de eerste plaats bezochten de leden behoeftige kraamvrouwen, in de tweede plaats werden aan deze vrouwen versterkende middelen en nuttige goederen,dienstig voor de kraamkamer, uitgereikt, en ten derde trachtte men tot samenwerking te komen met soortgelijke verenigingen. Het lidmaatschap werd slechts gegund aan getrouwde vrouwelijke parochianen of weduwen, die over veel vrije tijd moesten beschikken. In tijd van nood was het toegestaan om ook ongehuwde bejaarde dames in aanmerking te laten komen voor het lidmaatschap. Geleidelijk aan werd steeds meer samengewerkt met de twee hiervoor besproken instellingen. In de ‘ 50er jaren ging de St. Elizabethsvereniging zich steeds meer richten op steun aan bejaarden, zieken en “stille armen”. Met de uitbreiding van de sociale voorzieningen na de Tweede Wereldoorlog veranderden de doelstellingen van de St. Elizabeths- en de St. Vincentiusvereniging. Zij gingen zich toeleggen op ziekenen bejaardenzorg in pastoraal verband. Het armbestuur veranderde in de rooms-katholieke Charitasinstelling en ging zich toeleggen op allerlei werk van kerk en samenleving, dichtbij en veraf. Nog een woord van toelichting bij de doelstelling van het comité Amate: dit comité had als taak op zich genomen om de rondreizende Algemene Missie Actie Tentoonstelling naar Goes te halen. Dit doel werd in 1961 bereikt; de tentoonstelling vond plaats in het Schuttershof. De overige verenigingen en instellingen van wie in deze inventaris stukken zijn opgenomen behoeven geen verdere toelichting met betrekking tot hun doelstellingen. Uit de benamingen is exakt af te leiden waar zij zich mee bezig hielden. Voor de administratie van de fundatiegoederen van de landsparochie was een speciale boekhouder aangesteld. In de oudst bewaardgebleven rekeningen had hij reeds een positie die los stond van de verdere zaken van de landsparochie. Ook toen de landsparochie was opgedeeld bleef de boekhoudersfunctie bestaan. De pastoors van de nieuwe parochies ontvingen een deel van de opbrengst uit de goederen, terwijl tevens armen hieruit steun ontvingen. Met de toename van de armoede aan het einde van de 18de eeuw werd een steeds groeiend deel van de opbrengst besteed aan de armenzorg, zodat op den duur te weinig overbleef voor de pastoors die missen voor de fundateurs moesten lezen. Ook ontstonden er twistpunten over de verdeling van de opbrengst, en over de herkomst van de fundaties. In 1814 werd een nieuwe verdeling van de gelden van kracht en was een afzonderlijke administratie nier meer nodig. De rol van de Goese pastoor was die van toezichthouder op de administratie, en van bemiddelaar in de geschillen. Hierdoor zijn de desbetreffende archiefstukken ook in het archief van de parochie terecht gekomen. De taak van de Goese pastoor in Kapelle had nog meer betekenis. Hier was hij waarnemer van het pastoorsambt. Daar de parochie opgeheven werd zonder dat hij van die functie ontslagen was kwamen ook de archiefstukken van de parochie van het oosten in Goes terecht. F. Hagenaar, een Goese parochiaan, heeft een doopboek bijgehouden in een kamp in Duitsland. Na zijn terugkeer heeft hij het boek overgedragen aan de pastoor van Goes.
C. Inventarisatie. In 1972 werd door pastoor Bastiaensen het parochiearchief aan de gemeentelijke archiefdienst van Goes in bewaring gegeven. In het begin van 1974 volgde het archief van het voormalig armbestuur, later bekend als rooms-katholieke Charitasinstelling. In 1977 kwamen nog enkele aanvullingen op deze archieven binnen. Een ordening was er niet in deze stukken. De materi毛le toestand van de archieven was goed, met uitzondering van een deel van het archief van het armbestuur. Een aantal archiefstukken hiervan had enkele jaren in een vochtige muurkast gelegen, en was danig beschadigd. Verder werden alle archiefstukken ontdaan van nietjes, paperclips, elastiekjes en andere beschadigende elementen. Als afsluitdatum voor deze inventaris is gekozen voor het jaar 1970, omdat tot die tijd de archieven kompleet aan de gemeentelijke archiefdienst in bewaring werden gegeven. Een uitzondering hierop vormt het archief van het kerkbestuur in de rol van schoolbestuur. In 1957 werd een onafhankelijke stichting rooms-katholiek schoolbestuur in het leven geroepen, en daarvan berust het archief nog steeds bij de secretaris. Stukken betreffende de rooms-katholieke scholen te Goes van na 1957 worden dus tevergeefs in deze inventaris gezocht. Bij het inventariseren van de archieven van de parochie bleek dat veel stukken verloren zijn gegaan. Voor een deel is dit toe te schrijven aan de moeilijke positie waarin de roomsen zich in de 17de en 18de eeuw bevonden. Bij het doorlezen van de kroniek van pater Claus uit het midden van de 18de eeuw bleek dat sinds die tijd ook nog veel bescheiden verdwenen zijn. Met name de kerkrekeningen waaruit hij citeert werden niet aangetroffen. De enkele stukken uit de 18de eeuw die wel overgeleverd zijn weerspiegelen de chaos in de administratie van die tijd. Vanwege het feit dat van een oude orde in de archieven geen sprake was, is gekozen voor een ordening waarbij het restauratiebeginsel is toegepast. Hiermee wordt de indeling in de hoofdstukken Pastoor, kerk-/school- en armbestuur en de gedeponeerde archieven verklaard. Een aantal stukken is buiten de inventaris gelaten om uiteenlopende redenen. In deze eeuw kwam het enkele malen voor dat de Goese pastoor tevens de functie van deken van Middelburg (nu dekenaat Zeeland) bekleedde. Deze dekenaatbescheiden werden niet in de parochie-inventaris opgenomen. Ook archiefstukken van jonger datum dan 1970 werden niet opgenomen, evenmin als die bescheiden die de pastoors als persoon toebehoren. Volledigheidshalve zijn de retroakta van de Burgerlijke Stand van Goes van v贸贸r 1811 in de inventaris opgenomen, voorzover het rooms-katholieke doop-, trouw- en begraafboeken betreft. Eveneens zijn de nog in de pastorie berustende doop-, trouw- en begraafboeken in deze inventaris opgenomen. Enige toelichting op de inventarisatie van de stukken van het kerkbestuur als schoolbestuur is hier op zijn plaats. In deze stukken bleek het soms moeilijk te zijn om te achterhalen welke school men bedoelde in de stukken. Vaak werd slechts de naam van het gebouw genoteerd, bijvoorbeeld de St. Jacobusschool. Vanwege het onderdak dat meerdere onderwijsinstellingen hierin vonden was vermenging van de tennaamstelling en adressen geen uitzondering. Voor zover mogelijk is per school een onderverdeling gemaakt; waar dit niet mogelijk bleek is gekozen voor een groepsgewijze beschrijving van de stukken. In de hoofdafdeling Pastoor, Kerkbestuur en Armbestuur is een verdeling gemaakt in stukken van algemene aard, en stukken betreffende bijzondere onderwerpen. In de gedeponeerde archieven is dit, voor zover nodig, eveneens toegepast. Deze vierde hoofdafdeling, Gedeponeerde archieven, is verdeeld in archieven van verenigingen en broederschappen die een kerkelijk of algemeen godsdienstig karakter dragen, de archieven van verenigingen en instellingen die een sociaal-maatschappelijk karakter dragen, en overige gedeponeerde archieven. Deze laatste afdeling is weer verdeeld in stukken betreffende de fundaties van de landsparochie van Zuid-Beveland, stukken betreffende de parochie van het oosten van Zuid-Beveland (Kapelle) en een rubriek Varia. Voor alle gedeponeerde archieven geldt dat ze gedeponeerd zijn bij de pastoor. Na de inventaris zijn enkele bijlagen opgenomen, om te beginnen naamlijsten van stads- en landspastoors. Tevens is de tekst van het oudste reglement op kerk- en armbestuur van de parochie uit 1779 als bijlage opgenomen. Verder een lijst van stukken betreffende de parochie Goes, aanwezig in andere archieven. Achteraan is tot slot een index op plaatsen persoonsnamen bijgevoegd.
Noten bij de inleiding 1.
Voor meer gegevens over deze geestelijken, zie Van der Loos, Kerkgeschiedenis, blz. 16-20, en Roof, Herleving, blz. 128 en 130, met uitzondering van Engelbert van Kenniphoven. Zie hiervoor GA. ’s-Gravenhage, Kerkelijke Registers, inv. nr. 324/nr. 377, Doopboek 1605-1680. In dit register komen rooms-katholieke dopen en huwelijken voor uit een groot aantal plaatsen; in 1607 blijkt Van Kenniphoven te Goes werkzaam te zijn geweest.
2.
Arch. Par., inv. nr. 17, blz 95. In 1620 bedroeg de jaarlijkse omkoopsom £ 2:2:0, in 1676 £ 4:4:0, en van 1691 tot c. 1768 £ 6:6:0.
3.
Idem, blz. 5 en 6. Pastoor Kuijsten werd te Kruiningen beboet, welke boete betaald werd door de gemeente van het land. In 1656 legateerde Cornelis Celse zijn bezit aan de pastorie van het land.
4.
Van der Loos, Kerkgeschiedenis, blz. 24, meent dat eerst in 1665 een definitieve splitsing van stad en land in afzonderlijke parochies plaatsvond. Hij baseerde zich op de oudste regelmatige doop- en trouwaantekeningen die van de stad vanaf 1665, en van het land vanaf 1666 bewaard zijn gebleven. Op grond van de gegevens uit noot 3, uit de kroniek van pater Claus, kan de splitsing een tiental jaren eerder worden gesteld.
5.
Arch.Par., inv.nr. 772, blz 4.
6.
ASG.inv. nr. 37. Resoluties en notulen 1779 september 25.
7.
Arch. Gem. Goes, Relatieven bij de notulen van 1856, nr. 546.
8.
Voor een wat uitgebreider historisch overzicht betreffende het rooms-katholieke onderwijs te Goes raadplege men de jubileumuitgave van het parochieblad Contact: “ 100 jaar r.k. onderwijs te Goes, 1881-1981.”
Literatuur Brand, W.
Monnik in opspraak. In: Historisch Jaarboek voor Zuid- en Noord-Beveland, 1975.
Bruggeman, J.
Inventaris van de archieven bij het metropolitaan kapittel van Utrecht van de roomsch katholieke kerk der oud-bisschoppelijke clerezie. ’s-Gravenhage 1928.
Leeuwenberg, H.L. Ph, Inventaris 16, Aartspriesters Hollandse Zending. Rijksarchief Utrecht. A.M.A. van Geloven. Utrecht 1982. Loos, J.C. van der.
Kerkgeschiedenis van Zuid-Beveland. Haarlem 1934.
Mulder, Abr.
Retroacta van den burgerlijken stand in Zeeland. ’s-Gravenhage 1925.
Post, M.J.H.
De katholieken op Zuid-Beveland in de tweede helft van de zeventiende en de eerste helft van de achttiende eeuw. In: Voor Rogier. Hilversum – Antwerpen 1964.
Rogier, L.J.
Geschiedenis van het katholicisme in Noord-Nederland in de 16de en 17de eeuw. Amsterdam-Brussel 1964.
Roof, J.
Geschiedenis van de parochie van de H. Maria Magdalena van Goes. In: Katholiek Handboek voor Goes en omstreken, 1966.
Roof, J.
De herleving van de stads- en landsparochie van Ter Goes (1615). In: Historisch Jaarboek voor Zuid- en Noord-Beveland, 1979.
Sloots, C.
Pater Franciscus Claus O.F.M. In: Bijdragen voor de geschiedenis van de provincie der minderbroeders in de Nederlanden, bundel VI.
INVENTARIS I Pastoor Stukken van algemene aard. 1.
Correspondentie. 1 – 15.
Ingekomen stukken. 1846, 1849, 1854-1860, 1863-1868, 1870, 1872, 1874-1876, 1878-1885, 1887-1917, 1919-1930, 1932, 1933, 1935-1945, 1947-1961. 15 omslagen. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 13. 14. 15.
1846, 1849, 1854-1860, 1863-1868, 1870, 1872, 1874-1876, 1878-1885. 1887-1898. 1899-1908. 1909-1917, 1919-1928. 1929, 1930, 1932, 1933, 1935-1939. 1940, 1941. 1942. 1943 februari – mei. 1943 juni – augustus. 1943 september – december. 1944 mei – december, 1945. 1947-1950. 1951-1954. 1955-1961
16. Afschriften van uitgegane brieven. 1927, 1943, 1944.
1 omslag.
2. Geschiedkundige aantekeningen 17. “ De Katholieken op Zuid-Beveland sedert de invoering der Hervorming” , door pastoor Franciscus Claus, pastoor van Goes en handelende over de geschiedenis van de stads- en landsparochies vanaf het einde van de 16de tot het midden van de 18de eeuw. Z.j. (c. 1739-1768). 1 deel. 18. Aantekeningen betreffende de geschiedenis van de parochie tussen 1688 en 1829; met lijst van namen van pastoors over 1661-1814. 1841, 1829. 2 stukken. N.B. Hierin tevens: aantekeningen betreffende verloren gegane doopboeken, z.j. (2de helft 19de eeuw) 19. Aantekeningen betreffende de regeling van de jurisdictie van de pastoors Van de Velde en Kistemaker in 1721 over de stads- en landsparochies. Z.j. (2de helft 19de eeuw) 2 stukken. 20. Aantekeningen betreffende de ruzie tussen de pastoors Van de Velde en Kistemaker in 1738 en 1739 en betreffende de moeilijkheden bij de benoeming van pater Claus tot pastoor van Goes in 1739 tussen het stadsbestuur en een aantal rooms-katholieken. Z.j. (2de helft 19de eeuw) 2 katernen. N.B. Gepubliceerd in “Bijdragen voor de geschiedenis van de provincie der Minderbroeders in de Nederlanden”, bundel VI, 1950. 21. Aantekeningen uit rekeningen van ontvangsten en uitgaven van het kerkbestuur en betreffende geldschenkingen. Z.j. (2de helft 19de eeuw). 1 katern. 22. Lijst van namen van pastoors over 1618-1897; met lijst van data van belangrijke gebeurtenissen voor de parochie over 1818-1900. Z.j. (2de helft 19de eeuw) – 1900. 1 deel. N.B. Hierin tevens: lijst van geschonken en gewijde voorwerpen, 1861-1900; lijsten en staten van misintenties, van gedoopten, uitgereikte hosties, onwettige kinderen, eerste communicanten, vormelingen, huwelijken, overledenen, broederschappen, relikwieën en van de totaalbedragen van de rekeningen van het kerkbestuur over 1649-1899, z.j. (2de helft 19de eeuw) – 1902.
23. Aantekeningen betreffende bijzondere gebeurtenissen in de parochie en geldschenkingen. 1893. 1 katern. 24. Aantekeningen betreffende bijzondere gebeurtenissen in de parochie. 1900-1958, 1960-1970.
1 deel.
N.B. Hierin tevens: staten van misintenties, legaten en van de totaalbedragen van de rekeningen van ontvangsten en uitgaven van het kerkbestuur, 1900-1957. Stukken betreffende bijzondere onderwerpen. 1.
Doop, communie, vormsel, bekering, trouwen en begraven. --. Aantekeningen van dopen en huwelijken te Goes, gedaan door de rondreizende pastoor Engelbert van Kenniphoven. 1607 augustus 14 – oktober 16. N.B. Deze aantekeningen bevinden zich in het gemeentearchief van ’s-Gravenhage. Kerkelijke Registers, inv.nr. 324. Rooms-katholiek doop- en trouwboek, 1605-1680. --. Doop- trouw- en begraafboeken. 1665-1714. N.B. Mulder, Retroacta, blz. 22, nrs. 6, 17 en 26. Hierin tevens: fundatieboek over 1634-1709. --. 1714-1810. N.B. Mulder, Retroacta, blz. 22, nrs. 8, 18 en 27. Hierin tevens: aantekeningen betreffende personen van buiten Goes, waarschijnlijk parochianen van de landsparochie. 25 - 33.
Doopboeken. 1811-1975. 25. 26. 27. 28. 29. 30. 31. 32. 33.
10 delen.
1811-1850 1851-1858. 1859-1881 juli 7. 1881 juli 8 – 1920. 1921-1932 juli 15. 1932 juli 31 – 1945 april 23. 1945 mei 11 – 1955 augustus 15. 1955 augustus 16 – 1964 oktober 5. 1964 oktober 7 – 1975 augustus 27. N.B. Inv. nrs. 28 – 33 bevinden zich nog in de pastorie.
34 - 37.
Trouwboeken. 1811-1972. 34. 35. 36. 37.
5 delen.
1811-1864 augustus 1864 oktober – 1929. 1896-1920 (kladexemplaar). 1930-1972. N.B. Inv. nr. 37 bevindt zich nog in de pastorie.
38 – 42.
Begraafboeken. 1873-1939, 1964-heden. 38. 39. 40. 41. 42.
5 delen.
1873-1919. 1886-1911. 1892-1912 mei. 1912 juni – 1920. 1964 – heden. N.B. Inv. nr. 42 bevindt zich nog in de pastorie.
43. Attestatie van de ondertrouw van Johannis Wilhelmus Bussing, geboren te Buslich in Kleefland en wonende te Rotterdam, en Anne Maria de Kijser, wonende te Goes. 1807 maart 23. 1 stuk. --. Lijst van namen van eerste communicanten, vormelingen en bekeerden. 1809-1895. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 656. 44. Akte waarbij de pauselijke nuntius aan de pastoor dispensatie verleent om P. Bal en J. Houtpenne te trouwen. 1842 januari 25. 1 stuk. 45. Staat van het aantal gedoopten uit gemengde huwelijken en bekeerden tot de rooms-katholieke kerk. 1865-1879. 1 stuk. 46. Lijst van namen van overledenen. 1886.
1 stuk.
47. Lijst van namen van eerste en plechtige communicanten en vormelingen, na 1961 ingedeeld naar school. 1896-1969. 1 deel. --. Staten van het jaarlijks aantal gedoopten, eerste communicanten, vormelingen, huwelijken en overledenen, over 1809-1902. Z.j. (2de helft 19de eeuw). – 1902. N.B. Bevindt zich in inv.nr. 22. 48. Lijst van namen van eerste communicanten. Z.j. (2de helft 19de eeuw). N.B.
1 stuk.
Hierin tevens: aantekeningen voor een preek, z.j. (2de helft 19de eeuw).
--. Aantekeningen betreffende verloren gegane doopboeken. Z.j. (2de helft 19de eeuw). N.B. Bevindt zich in inv.nr. 18. 49. Uittreksel uit het register van huwelijken van de burgerlijke stand van de gemeente Goes betreffende het huwelijk gesloten tussen Judocus Durinck en Antonetta Francina Maria Dirkse. 1918 augustus 8. 1 stuk. 50 – 78.
Lijsten van vragen door de pastoor gesteld aan toekomstige echtparen, met vermelding van de antwoorden; met bijlagen. 1942-1970. 28 omslagen. 50. 51. 52. 53. 54. 55. 56. 57. 58. 59. 60. 61. 62. 63. 64.
1942. 1943. 1944. 1945. 1946. 1947. 1948. 1949. 1950. 1951. 1952. 1953. 1954. 1955. 1956.
65. 66. 67. 68. 69. 70. 71. 72. 73. 74. 75. 76. 77. 78.
1957. 1958. 1959. 1960. 1961. 1962. 1963. 1964. 1965. 1966. 1967. 1968. 1969. 1970.
79. Platen ter herinnering aan de eerste communie en de hernieuwing van de doopbeloften, monsterzendingen van uitgeverij De Fontein te Utrecht en uitgeverij Kunst Adelt te Maastricht. Z.j. (ca. 1945-1965). 1 omslag.
80. Staten van het jaarlijks aantal gedoopten, bekeerden, vormelingen, eerste communicanten, huwelijken en begrafenissen, opgemaakt ten behoeve van het bisdom Breda. 1955-1964. 1 katern. N.B. Hierin tevens: staten van het jaarlijks aantal roepingen, uitgereikte hosties en kinderen die godsdienstlessen gevolgd hebben, 1955-1964. 81. Lijst van namen van vormelingen in het rooms-katholieke internaat Den Berg te Goes. 1963. 1 stuk. 2.
Misviering. --. Fundatieboek over 1634-1709. Z.j. (2de helft 17de eeuw). N.B. Mulder, Retroacta, blz. 22, nrs. 6, 17 en 26. --. Lijst van namen van personen die fundaties voor missen hebben vastgesteld over 1640-1862. Z.j. (1ste helft 19de eeuw). N.B. Bevindt zich in inv. nr. 242. 82. Lijst van fundaties voor missen. 1862-1864.
1 stuk.
83. Lijsten van maandelijks uitgereikte hosties. 1869, 1870.
1 deel.
--. Aantekeningen voor een preek. Z.j. (2de helft 19de eeuw). N.B. Bevindt zich in inv.nr. 36. --. Staten van namen van personen die fundaties voor missen hebben vastgesteld over 1643-1899, staten van jaarlijks uitgereikte hosties over 1865-1902. Z.j. (2de helft 19de eeuw). - 1902 N.B. Bevindt zich in inv.nr. 22. --. Staten van fundaties voor missen. 1900-1957. N.B. Bevindt zich inv. nr. 24. 84 – 94.
Afleesboeken lijsten van gedane mededelingen tijdens de missen. 1904-1909, 1912-1918, 1921-1940.
11 delen.
84. 1904 januari 1 – 1906 juni 30. 85. 1906 juli 1 – 1909 december 31. 86. 1912 januari 1 – 1914 juni 20. 87. 1914 juni 21 – 1918 december 31. 88. 1921 januari 1 – 1922 augustus 6. 89. 1922 augustus 13 – 1925 september 13. 90. 1925 september 20 – 1929 februari 10. 91. 1929 februari 17 – 1932 februari 28. 92. 1932 maart 6 – 1935 maart 31. 93. 1935 april 7 – 1938 juni 12. 94. 1938 juni 19 – 1940 maart 24. 95-103.
Lijsten van namen van personen die fundaties voor missen hebben vastgesteld. 1925-1930, 1935-1956 10 delen.
95. 1925 96. 1926 97. 1927 98. 1928 99. 1929 100. 1930 101. 1935-1939 102. 1940 januari 1 – 1944 oktober 2. 103. 1944 oktober 5 – 1950 december 31. 104. 1949 – 1956 105. Misboekjes, programma’s voor missen. 1929, 1932, 1936, 1948-1950, 1952, 1963 en z.j. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
1 omslag.
106. Kerkbericht, lijsten van mistijden. 1940-1942.
1 omslag.
107-109. Parochieberichten, lijsten van fundaties voor missen en mistijden, wekelijks opgemaakt. 1940, 1941, 1947, 1948. 3 omslagen. 107. 1940. 108. 1941. 109. 1947 december 28 – 1948 december 31. 110. Parochieagenda, lijsten van fundaties voor missen en mistijden, wekelijks opgemaakt. 1941 november 16 – december 28, 1942 januari 4 juni 28. 1 omslag. 111. Publicatie betreffende een bijzondere mis vanwege de behouden terugkeer van in Duitsland te werkgestelde parochianen. 1944 oktober 29. 1 stuk. 112. Lijsten van namen van personen die tijdens de missen opgelezen worden. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw). 4 stukken. 113. Concept van een lijst van aanvangstijden van missen. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
3 stukken.
114-120. Parochieberichten, lijsten van mistijden en fundaties voor missen, van geboorten, huwelijken en overlijdens in de parochie. 1952-1958. 7 omslagen. 114. 1952. 115. 1953 januari 1 – augustus 2, augustus 16-30, september 13 – december 31. 116. 1954 januari 1 – augustus 29, september 12 – december 31. 117. 1955. 118. 1956 januari 1 – september 2, september 16 – december 31. 119. 1957. 120. 1958 januari – oktober. 121. Lijsten van fundaties voor missen, met aantekening van de verplichtingen voor de pastoor. 1954-1956 en z.j. (3de kwart 20ste eeuw). 1 omslag. 122. Lijst van te houden kerkdiensten en van rooms-katholieke instellingen en verenigingen in de parochie. Z.j. (c. 1955). 1 katern. ---.
Staten van uitgereikte hosties. 1955-1964. N.B. Bevindt zich in inv.nr. 35.
123. Lijsten van aanvangstijden van missen en van fundaties voor missen. 1958. 124-126. Contact, maandelijks parochieblad. 1968-1970 124. 1968 januari – september, november 125. 1969 januari – maart, mei – juli, september, december. 126. 1970 maart – augustus, oktober – december.
1 omslag. 3 omslagen.
127. Parochie-nieuws, lijsten van fundaties voor missen en aanvangstijden van missen, wekelijks opgemaakt. 1970. 1 omslag. 128. Lijst van gebeden die door de misdienaar opgelezen moeten worden; in tweevoud. Z.j. (3de kwart 20ste eeuw). 2 stukken. 3. Pastoraal toezicht. ---.
Lijst van namen van parochianen met aantekening van het voldoen van de jaarlijkse parochiebijdrage. 1846-1854. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 241.
129. Akte waarbij de bisschop van Haarlem aan de rooms-katholieke armen van Goes toestemming verleent om op onthoudingsdagen toch vlees te eten, behalve op Goede Vrijdag. 1854 maart 18. 1 stuk. 130. Akte waarbij A. Vandermeulen van het klooster van de H. Franciscus te Rome verklaart dat P. Bruscketto daar gebiecht heeft. 1 stuk. 1869 maart 24. 131. Staten van het aantal parochianen en van schenkingen aan verschillende rooms-katholieke fondsen door de parochie. 1971, 1922, 1923 en z.j. (c. 1925). 1 stuk. 132. Akte waarbij de bisschop van Haarlem aan de pastoor van Goes toestemming verleent om hosties in de kapel van de zusters van Etten te bewaren. 1882 oktober 8. 1 stuk. 133. Akte waarbij de bisschop van Haarlem aan de pastoor van Goes toestemming verleent om in de kapel van de zusters van Etten een kruisweg op te richten. 1883 april 7. 1 stuk. 134. Circulaires betreffende de Katholieke Actie te Goes. 1941-1950. 135-138. Lijsten van namen van parochianen die door de pastoor bezocht zijn. 1942-1945.
1 omslag. 4 delen.
135. 1942 (huisbezoek in de paastijd). 136. 1942-1945. 137. 1943, 1944. 138. Z.j. (c. 1943). 139. Lijst van adressen van in Duitsland te werkgestelde parochianen. 1943, 1944.
1 omslag.
140. Lijsten van namen van parochianen met aantekening van het voldoen van hun rooms-katholieke plichten. 1946, 1949, 1956. 1 omslag. 141. Schema, richtlijnen betreffende het geven van godsdienstonderwijs aan kinderen die op het punt staan het vormsel te ontvangen. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw). 2 stukken. 142. Circulaires van de pastoor betreffende het rooms-katholiek opvoeden van kinderen van parochianen. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw). 2 stukken. ---.
Staten van het jaarlijks aantal religieuzen, kinderen die godsdienstlessen gevolgd hebben, roepingen en uitgereikte hosties in de parochie. 1955-1964. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 35.
143. Lijst van het aantal parochianen en van rooms-katholieke onderwijsinstellingen in de parochie. 1956. 1 stuk.
4. Relikwieën 144-167. Akten waarbij in de kerk berustende relikwieën voor authentiek verklaard worden. 1844, 1861, 1863, 1866, 1869, 1870, 1885, 1886, 1900, 1920, 1923, 1933, 1954 en z.j. (1ste helft 20ste eeuw). 19 stukken en 5 charters. 144. 1844 augustus 18 (H. Maria Magdalena). 145. 1861 oktober 23 (H. Leonardus) 146. 1863 april 19 (kruis van de H. Petrus). 147. 1863 mei 13 (kleed van de H. Jan). 148. 1866 juni 9 (alle apostelen). 149. 1866 juni 9 (H. Jacobus de Meerdere). 150. 1869 maart 3 (kleren van Sebastian Valfre). 151. 1870 januari 27 (graf van de H. Maria, werkplaats van de H. Jozef, as van de H. Cornelius en van de H. Barbara). 152. 1870 maart 8 (één van de martelaren van Gorcum). 153. 1885 april 15 (martelaren Bataleonus, Jomedus, Fortunatus en Venerandus) (1 charter). 154. 1885 april 17 (martelaren Bataleonus, Jomedus, Fortunatus en Venerandus) (1 charter). 155. 1885 april 17 (martelaren Benedictus en Patientus) (1 charter). 156. 1885 april 17 (martelaren Patientus, Hansuetus, Fortunatus, Venerandus en nog anderen, niet genoemd) (1 charter). 157. 1885 september 17 (kruis van Jezus Christus). 158. 1886 november 17 (martelaren Fortunatus en Venerandus) (1 charter) 159. Z.j. (2de helft 19de eeuw) (opschrift van het kruis van Jezus Christus, zoals dat in 1496 werd opgetekend). 160. 1900 juli 13 (H. Maria Magdalena). 161. 1900 juli 28 (H. Kruis). 162. 1920 maart 21 (afbeelding van het gelaat van Jezus Christus). 163. 1923 juni 16 (H. Jeroen). 164. 1933 februari 15 (H. Theresia). 165. 1933 april 13 (ijzeren nagel welke aangeraakt is met een nagel uit het kruis van Jezus Christus). 166. 1933 mei 16 (H. Gemma Galgani). 167. 1954 mei 30 (Pius X). ---.
Afschriften van akten waarbij in de kerk berustende relikwieën voor authentiek verklaard worden, 1844, 1865, 1867. Z.j. (2de helft 19de eeuw). N.B. Bevindt zich in inv. nr. 22.
5. Gewijde voorwerpen 168. Akte waarbij de pastoor als deken van Middelburg toestemming verleent om in de kerk te Goes een kruisweg op te richten. 1852 december 22. 1 stuk. 169. Akte waarbij de bisschop van Haarlem het aflaatprivilege van het hoofdaltaar vernieuwt. 1865 mei 11. 1 stuk. 170. Akte waarbij de pastoor als deken van Middelburg toestemming verleent om in de kerk een kruisweg op te richten. 1872 februari 18. 1 stuk. 171. Akte waarbij de pastoor aan zijn parochie toestemming verleent om in de kerk een missiekruis op te richten. 1875 december 26. 1 stuk. 172. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent aan de pastoor van Goes om een H. Hartbeeld te wijden. 1882 augustus 25. 1 stuk. ---.
Lijst van geschonken en te wijden voorwerpen in de kerk, 1861-1900. Z.j. (2de helft 19de eeuw)-1900. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 22.
173. Akte waarbij de pastoor als deken van Middelburg toestemming verleent om in de nieuwe kerk te Goes een kruisweg op te richten. 1906 maart 27. 1 stuk.
174. Akte waarbij de bisschop van Haarlem een vergunning van 1903 bevestigt, betreffende het oprichten van een kruisweg. 1906 maart 27. 1 stuk. 175. Akte waarbij de bisschop van Haarlem verklaart dat het interieur van de nieuwe kerk te Goes de bisschoppelijke wijding ontvangen heeft. 1908 augustus 10. 1 stuk. II. Kerkbestuur Stukken van algemene aard. 1. Reglementen. 176. Reglement. 1836 november 14.
1 stuk.
177. Reglement. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
1 katern.
178. Reglement. Z.j. (3de kwart 20ste eeuw).
1 katern.
2. Notulen. 179-181. Notulen van de vergaderingen van het kerkbestuur. 1911-1951.
2 delen en 1 stuk.
179. 1911-1925 januari. 180. 1925 augustus 4 (1 stuk). 181. 1926 januari – 1951 april. ---.
Notulen van de gezamenlijke vergaderingen van het kerk- en armbestuur. 1911-1922, 1924-1953. N.B. Bevinden zich in inv. nrs. 463-466.
3. Correspondentie. 182-186. Ingekomen stukken. 1871, 1884-1886, 1889, 1890, 1897-1900, 1902, 1904-1921, 1928, 1935-1938, 1940-1944, 1949, 1950, 1952-1960, 1962, 1963. 5 omslagen 182. 1871, 1884-1886, 1889, 1890, 1897-1900, 1902, 1904-1915. 183. 1916-1919. 184. 1920, 1921, 1928, 1935-1938, 1940, 1941. 185. 1942-1944, 1949, 1950, 1952-1954. 186. 1955-1960, 1962, 1963. 187. Concepten en minuten van uitgegane stukken. 1889, 1894, 1925.
2 stukken.
Stukken betreffende bijzondere onderwerpen. 1. FinanciĂŤn. a. BEGROTINGEN. 188-198. Begrotingen van ontvangsten en uitgaven, goedgekeurd door de bisschop van Haarlem, na 1956 door de bisschop van Breda. 1937, 1949-1958. 11 katernen. 188. 1937, goedgekeurd 1936. 189. 1949, idem 1948. 190. 1950, idem 1950. 191. 1951, idem 1951. 192. 1952, idem 1952. 193. 1953, idem 1952. 194. 1954, z.j. (concept). 195. 1955, goedgekeurd 1954.
196. 1956, idem 1956. 197. 1957, idem 1956. 198. 1958, idem 1957. 199. Begroting van ontvangsten en uitgaven betreffende het zangkoor, de koster en de kerkekas bij rouwen trouwdiensten. Z.j.(1ste helft 20ste eeuw). 1 stuk. 200. Begroting van uit te betalen toelagen aan de koster. 1957.
1 stuk.
201. Begroting van ontvangsten uit verpachtingen van gronden te Borsele en Kloetinge. Z.j. (c. 1957). 1 stuk. b. REKENINGEN. 202. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven, goedgekeurd door de kerk- en armmeesters en de pastoors. 1719-1721, goedgekeurd 1722 en 1724. 1 deel. N.B. Hierin tevens: rekeningen van ontvangsten en uitgaven van het kerkbeStuur, fungerend als armbestuur c. 1721-1729, goedgekeurd 1728 en 1729. 203. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven, goedgekeurd door de kerk- en armmeesters en de stadsen landspastoor, na 1738 door de stadspastoor. 1730-1739, goedgekeurd 1732-1739. 1 deel. 204. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven, goedgekeurd door de kerk- en armmeesters en de pastoor. 1815-1856, goedgekeurd 1819-1857. 1 deel. N.B. Over de jaren 1815-1817 slechts uittreksels. Hierin tevens: lijst van onbebouwde eigendommen, 1824. 205. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven. 1836 september – december.
1 stuk.
206-214. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven, met balansen en bijlagen, goedgekeurd door het kerkbestuur en de bisschop van Haarlem, na 1954 door de bisschop van Breda. 1948-1956. 9 pakken. 206. 1948, goedgekeurd 1949. 207. 1949, idem 1950. 208. 1950, idem 1952. 209. 1951, idem 1952. 210. 1952, idem 1954. 211. 1953, idem 1954. 212. 1954, idem 1955. 213. 1955, idem 1956. 214. 1956, idem 1957. 215, 216. Afschriften van rekeningen van ontvangsten en uitgaven. 1938, 1939.
2 stukken.
215. 1938, 1939. 216. 1939. 217. Concept van een rekening van ontvangsten en uitgaven. Z.j. (3de kwart 20ste eeuw). 218-231. Bijlagen bij de rekeningen van ontvangsten en uitgaven. 1873, 1880, 1887, 1898, 1900, 1902, 1905-1912, 1915-1922, 1924-1927, 1929-1935, 1939-1942, 1944-1947, 1965. 10 stukken, 7 omslagen, en 3 pakken. 218. 1873, 1880 (3 stukken). 219. 1887. 220. 1898. 221. 1900. 222. 1902 (1 stuk). 223. 1905. 224. 1906-1909.
225. 1910-1912, 1915-1922, 1924-1927, 1929-1933. 226. 1934, 1935 (5 stukken). 227. 1939-1942. 228. 1944 (1 pak). 229. 1945, 1946 (1 pak). 230. 1947 (1 pak). 231. 1965 (1 stuk). 232-238. Rapporten opgemaakt door het accountantsbureau W. de Glas te Goes betreffende de kontrole van de rekeningen van ontvangsten en uitgaven. 1949-1953, 1955, 1956. 7 stukken. 232. 1949. 233. 1950. 234. 1951. 235. 1952. 236. 1953. 237. 1955. 238. 1956. ---.
Staten van de totaalbedragen van ontvangsten en uitgaven in de rekeningen, 1649-1899. Z.j. (2de helft 19de eeuw)-1902. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 22.
---.
Staten van de totaalbedragen van ontvangsten en uitgaven in de rekeningen, 1900-1957. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw)-1957. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 24.
239. Aantekeningen uit de rekeningen van ontvangsten en uitgaven. 1954-1956.
6 stukken.
c. BOEKHOUDING. 240-250. Kasboeken. 1697-1739, 1797-1818, 1830-1921, 1940-1952.
11 delen.
240. Ontvangsten uit verpachtingen van onroerende goederen van de kerk, van aflossingen van obligaties en andere verplichtingen; uitgaven van gereedschappen en arbeidsloon voor werkzaamheden ten behoeve van de kerk. Met index op namen van pachters en personen die obligaties af moeten lossen, en op trefwoorden. 1697-1739. 241. Ontvangsten uit verpachtingen van onroerende goederen van de kerk en van aflossingen van obligaties; lijst van onroerende goederen en waardepapieren, 1798. Met index op namen van pachters en personen die obligaties af moeten lossen. Met alfabetische naamlijst van ingeschreven parochianen die hun paasschuld jaarlijks voldoen, 1846-1854. 1797-1817. 242. Ontvangsten uit verpachtingen van onroerende goederen van de kerk en van aflossingen van obligaties; lijst van fundaties over 1640-1862; lijst van verkregen onroerende goederen en waardepapieren, 1628-1825, met aantekeningen van verplichtingen. Met index op namen van pachters en personen die obligaties af moeten lossen. 1797-1818, 1830-1857. 243. Ontvangsten en uitgaven ten behoeve van het kerkorgel en –interieur. 1836-1920. N.B. Hierin tevens: kasboek van ontvangsten en uitgaven van de broederschap van de Altijddurende Aanbidding van het Allerheiligste Sacrament, 1836-1921. 244. Ontvangsten uit verpachtingen van onroerende goederen. 1884-1921. 245. Ontvangsten en uitgaven betreffende het kerkhof. 1886-1899. 246. Ontvangsten en uitgaven betreffende kerk- en schoolbestuur. 1898-1908, 1910. 247. Idem. 1910-1918. 248. Idem. 1913-1919.
249. Idem. 1919, 1920. 250. Idem. 1940-1952. N.B. Hierin tevens: lijst van onroerende goederen, 1940-1952. 251-253. Grootboeken van ontvangsten en uitgaven. 1918-1921, 1923, 1945-1947, 1952-1966.
3 delen.
251. 1918-1921, 1923. 252. 1945-1947. 253. 1952-1966. 254. Lijsten van financiĂŤle gegevens van de parochie opgemaakt ten behoeve van het bisdom Haarlem. 1927, 1929-1933, 1935, 1938, 1940, 1941, 1943, 1944, 1947, 1949, 1951-1953, 1955 en z.j. (c. 1955). 1 omslag. 255. Dagafschriften van de girodienst. 1931-1936, 1941, 1944-1952. 1 omslag. 256-262. Tabellarische kasboeken. 1937-1959. 256. 257. 258. 259. 260. 261. 262.
7 delen.
1937-1940. 1940-1944. 1940-1950. 1948-1951. 1951-1953. 1954-1956. 1957-1959.
263-266. Maandstatenboeken, maandelijks opgemaakte staten van ontvangsten en uitgaven. 1937-1956. 4 delen. 263. 264. 265. 266.
1937-1946. 1947. 1948-1956. 1951-1956.
267. Stukken betreffende de uitbetaling van toelagen aan personeel, en betreffende te betalen loonbelasting. 1941-1943. 1 omslag. 268-271. Journalen van ontvangsten en uitgaven. 1948-1956. 268. 269. 270. 271.
4 delen.
1948, 1949. 1950. 1951-1953. 1954-1956.
272. Giroboekjes. Z.j. (c. 1950), 1955-1960.
2 deeltjes.
273. Staat van toelagen van pastoors en kapelaans. 1959.
1 stuk.
d. LENINGEN. 274. Obligaties ten laste van het kerkbestuur. 1860, 1913.
1 omslag.
275. Staten van verkochte obligaties en van leningen ten laste van het kerkbestuur, met aantekening van de aflossingen. 1905-1945. 1 deel. 276. Afschrift van een akte waarbij het kerkbestuur verklaart een som geld geleend te hebben van mevrouw H.M. Pennings te Goes, 1920 april 22. Z.j. (c. 1920). 1 stuk.
2. Eigendommen. a. Stukken van algemene aard. ---.
Lijst van verkregen onroerende goederen en waardepapieren, 1628-1825, met aantekening van verplichtingen. Z.j. (1ste helft 19de eeuw). N.B. Bevindt zich in inv. nr. 242.
277. Stukken betreffende een schikking tussen het kerkbestuur en de regenten van de Godshuizen van Goes waarbij het kerkbestuur de aanspraken op rechten, onroerende en roerende goederen van het weeshuis of het Burgerlijk Armbestuur, waarin de rooms-katholieke armen tussen 1813 en 1855 opgenomen waren, en welke aanspraken door nalatigheid in de administratie nog kunnen bestaan, voor vervallen verklaart. 1858. 5 stukken. 278. Lijst van roerende en onroerende goederen en waardepapieren. 1885.
1 katern.
279. Lijst van roerende en onroerende goederen. 1898.
1 katern.
280. Lijst van aandelen en onroerende goederen. 1920-1933.
1 deel.
N.B. Hierin tevens: lijst van aandelen van het schoolbestuur, 1920-1933. ---.
Lijst van onroerende goederen. 1940-1952. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 250.
b. Onroerende goederen. i. gronden. ---.
Lijst van onbebouwde eigendommen. 1824. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 204.
281. Akten waarbij het kerkbestuur gronden te Borssele, ’s-Heer Abtskerke, Hoedekenskerke, Nisse en Vlake verpacht. 1853, 1857, 1912, 1913, 1919. 7 stukken en 2 katernen. 282. Stukken betreffende de vrijmaking van tiendblokken te Nisse en Hoedekenskerke van tiendrechten, voor zover deze toebehoren aan het kerkbestuur. 1875, 1877. 2 katernen en 1 stuk. 283. Uittreksel uit het kadastrale plan van de gemeente ’s-Heer Arendskerke, sectie C, nr. 210. 1890. 1 stuk. 284. Aantekeningen betreffende de aankoop van gronden te ’s-Heerenhoek door M. van Stapele ten behoeve van het kerkbestuur, en betreffende aankoop van gronden te Hoedekenskerke en Nisse door het kerkbestuur in 1716. Z.j. (2de helft 19de eeuw). 1 stuk. 285. Uittreksels uit de schattingslijsten tot schadeloosstelling van eigenaren van tienden rustend op gronden van het kerkbestuur in de gemeente 's-Heer Abtskerke, Hoedekenskerke, Schore en Vlake, opgemaakt door de tiendkomissie van het district Middelburg. 1911, 1912. 6 stukken. 286. Akte waarbij het kerkbestuur toestemming verleent aan enkele van haar pachters te 's-Heer Abtskerke hun pachtgronden aan andere pachters over te geven. 1915 april 12. 1 stuk. 287. Uittreksels uit de perceelsgewijze kadastrale leggers van de gemeenten Goes, s-Heer Abtskerke, 's-Heerenhoek, Hoedekenskerke, Nisse en Schore. 1918, 1919, 1927, 1928. 9 stukken.
288. Akte waarbij het kerkbestuur een stuk grond, kadastraal bekend gemeente Hoedekenskerke sectie C, nr. 160, verkoopt aan de n.v. Spoorwegmaatschappij Zuid-Beveland. 1921 februari 24 en 27. 1 katern. 289. Afschrift van een notariële akte van 1921 waarbij het gemeentebestuur van Goes een stuk grond aan de Westsingel, kadastraal bekend gemeente Goes sectie C, nr. 1752, ruilt tegen een stuk grond aan de Westsingel van het kerkbestuur, kadastraal bekend gemeente Goes sectie C, nr. 1749, op verzoek van het gemeentebestuur in het belang van de volkshuisvesting. 1921 juli 7. 1 katern. 290. Uittreksels uit het kadastrale plan van de gemeente 's-Heerenhoek sectie B, nrs. 853 en 854. 1925 juli 16. 1 stuk. 291. Uittreksel uit het kadastrale plan van de gemeente Borsele sectie A en de gemeente 's-Heerenhoek secties A en B, uitmakende de Nieuwe West-Kraaiertpoler, de West-Kraaiertpolder en de Nieuwe Kraaiert. 1934 juli 16. 1 stuk. 292. Uittreksel uit het kadastrale plan van de gemeente Goes sectie C, nr. 862. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw). 1 stuk. ii. huizen. 293. Retroakta van de koop van het huis Wijngaardstraat 50, kadastraal bekend gemeente Goes sectie D, nr. 2897 door het kerkbestuur. 1860 augustus 14, 1911 maart 14, 1915 juni 7. 3 katernen. 294. Akte waarbij de erfgenamen van W.A. de Laat de Kanter het huis op de hoek van de Vlasmarkt en Wijngaardstraat, kadastraal bekend gemeente Goes sectie D, nr. 1143 aan het kerkbestuur verkopen; met akte waarbij enkele leden van het kerkbestuur gemachtigd worden dit huis te kopen; met uittreksels uit het kadastrale plan van de gemeente Goes van een gedeelte van sectie D. 1880 april 21 en 23, 1903 februari 26. 3 katernen en 2 stukken. 295. Akte waarbij C.A.C. Hiecking, gemachtigde van J.J.P. Hiecking en namens zichzelf, A.H. Fluijt en M.P.A. Hiecking het huis Wijngaardstraat 84, kadastraal bekend gemeente Goes sectie D, nr. 786 verkopen aan het kerkbestuur; met retroakta. 1852 augustus 31, 1894 augustus 28. 2 stukken en 1 katern. 296. Afschrift van een notariële akte aan 1913 waarbij D. Dekker en W.J.M. Bitter een huis in de Ganzepoortstraat, kadastraal bekend gemeente Goes sectie D, nr. 2102 verkopen aan het kerkbestuur. 1913 december 16. 1 katern. 297. Akte waarbij het kerkbestuur toestemming verleent aan de bewoonster van een pand aangrenzend aan het pand van het kerkbestuur om een venster te plaatsen in haar achtergevel. 1916 oktober 9. 1 stuk. 298. Afschrift van een notariële akte van 1918 waarbij P. Chamuleau het huis Wijngaardstraat 51, kadastraal bekend gemeente Goes sectie D, nr. 729 verkoopt aan het kerkbestuur; met retroakta. 1917 juli 11 en 30, 1918 maart 12. 3 katernen. 299. Afschrift van een notariële akte van 1918 waarbij J. de Keijzer het huis Wijngaardstraat 52, kadastraal bekend gemeente Goes sectie D, nr. 1577 verkoopt aan het kerkbestuur; met retroakta. 1901 september 10, 1918 maart 13. 2 katernen. 300. Polis waarbij de Brandwaarborgmaatschappij voor Zeeland te Zierikzee een huis in de Nieuwstraat, kadastraal bekend gemeente Goes sectie D, nr. 125a, eigendom van het kerkbestuur, tegen brand verzekert. 1919 juli 19. 1 stuk. 301. Uittreksel uit de notulen van de vergadering van het kerkbestuur van 31 mei 1923 betreffende de verkoop van het huis Nieuwstraat 62 aan C. Borghgraaf. Z.j. (1ste kwart 20ste eeuw). 1 stuk. 302. Uittreksel uit het kadastrale plan van de gemeente Goes sectie D, nr. 2717. 1927 december 30. 1 stuk.
303. Akte waarbij het kerkbestuur verklaart dat het bij brand het betaalde verzekeringsgeld zal aftrekken en van de kosten van herstel of nieuwbouw, dit als gevolg van de weigering van de verzekeringsmaatschappij om een clausule op te nemen in haar polis, welke clausule door de gemeente Goes verplicht gesteld wordt. 1937 december 6. 1 stuk. 304. Uittreksel uit een notariĂŤle akte van 1941 waarbij de erfgenamen van J. Meeuwse het huis Wijngaardstraat 4, kadastraal bekend gemeente Goes sectie D, nr. 3310, verkopen aan het kerkbestuur; met polis van de brandverzekering en uittreksel uit het kadastrale plan. 1941 maart 18, 1946 juli 27. 1 katern en 2 stukken. 305. Afschrift van een notariĂŤle akte van 1951 waarbij N. Ribbens het huis Wijngaardstraat 38, kadastraal bekend gemeente Goes sectie D, nr. 769, verkoopt aan het kerkbestuur; met retroakta en polis van de brandverzekering. 1869 maart 13, 1896 april 14 en 16, 1918 maart 19, 1924 april 29, 1942 mei 1, 1951 mei 7 en 16. 1 omslag. iii. Kerkgebouw en pastorie. 306. Dagboek van N.N. van de bouw van de nieuwe kerk. 1814, 1815. 307. Bouwtekeningen van de St. Maria Magdalenakerk. 1905.
7 stukken.
308. Bestek voor het bouwen van de St. Maria Magdalenakerk. 1905 februari z.d.
1 katern.
309. Akte waarbij de firma Margry en Snickers te Rotterdam verklaart de kerkbanken tegen de bepalingen uit het bestek te laten leveren. 1905 juli 25. 1 stuk. 310. Akte waarbij P. Siemons te Goes verklaart de armenbanken tegen de bepalingen uit het bestek te zullen leveren. 1905 juli 27. 1 stuk. 311. Dagboek van de bouw van de St. Maria Magdalenakerk door de opzichter J.F. Sinjorgo. 1905-1907. 1 deel. 312. Tekeningen van het St. Antoniusaltaar, het tegelmozaĂŻek van de vloer, de preekstoel, het doopvont, de wijwaterbakken en de gebrandschilderde ramen. 1905, 1906. 6 stukken. 313. Akte waarbij de opzichter van de bouw van de St. Maria Magdalenakerk verklaart dat de in opdracht van de firma Margry en Snickers te Rotterdam door H. Clement vervaardigde kerkbanken overeenstemmen met de bepalingen uit het bestek. 1906 april 28. 1 stuk. 314. Polis waarbij de verzekeringsmaatschappij De Nederlanden van 1845 uit Den Haag de in aanbouw zijnde kerk tegen brand verzekert op naam van N. van Groenendaal, aannemer te Hilversum. 1906 september 24. 1 stuk. 315. Stukken betreffende de bouw van een orgel in de kerk. 1917-1919.
7 stukken.
316. Begroting van de veranderingen van de toiletten in de pastorie. 1921 februari 3.
1 stuk.
317. Bestek van de veranderingen van de toiletten in de pastorie; in tweevoud. 1921 februari z.d. 2 stukken. 318. Akte waarbij W. Koevoets, aannemer te Goes, het veranderen van de toiletten in de pastorie en de Meisjesschool aanneemt. 1921 maart 29. 1 stuk. 319. Tekening van het St. Antoniusaltaar. 1926.
1 stuk.
320. Bouwtekening en bestek voor het herstel van het dak van de St. Maria Magdalenakerk. 1927. 3 stukken. 321. Akte waarbij C. Reijerse, loodgieter te Goes, zich garant stelt voor 10 jaar voor de door hem aangebrachte dakbedekking op de pastorie. 1934 z.d. 1 stuk. 322. Reglement voor de huurders van zitplaatsen in de kerk; met wijzigingen. 1943 maart 24, z.j. (c. 1950). 2 stukken. 323. Potloodtekening van de St. Maria Magdalenakerk door S. Burgs te Goes. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw). 1 stuk. 324. Lijst van te verhuren zitplaatsen in de kerk. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
1 stuk.
325. Blanko formulieren waarbij parochianen aangemaand worden om hun plaatsengeld te betalen. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw). 3 stukken. 326. Bouwtekening van de pastorie. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
1 stuk.
327. Aantekeningen betreffende muurschilderingen in de kerk; met desbetreffend krantenknipsel. 1951. 2 stukken. 328. Plattegrond van de omgeving van de sacristie. 1954.
1 stuk.
329. Rapport opgemaakt door de firma L. Verschueren, orgelbouwers te Heijthuijsen, betreffende reparatie van het kerkorgel. 1958 oktober 30. 1 katern. 330. Tekening van het kerkorgel. Z.j. (3de kwart 20ste eeuw).
1 stuk.
iv. kerkhof. 331. Plattegrond van het rooms-katholieke kerkhof. 1886 en z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
1 stuk.
332. Reglement op het kerkhof; met concept. 1902 december 31 en z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
2 katernen.
333. Aantekeningen betreffende onkosten voor begrafenissen. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
1 stuk.
334. Ontwerptekening voor een nieuw kerkhof. 1969 en z.j. (3de kwart 20ste eeuw).
4 stukken.
c. Roerende goederen. 335. Lijst van roerende goederen in de kerk opgemaakt ten behoeve van de Onderlinge Kerkelijke BrandWaarborgmaatschappij St. Donatus te Amsterdam. Met afschrift. 1942 september 2. 2 katernen. 336. Concept van een lijst van roerende goederen in de kerk en de pastorie, opgemaakt ten behoeve van de Onderlinge Kerkelijke Brandwaarborgmaatschappij St. Donatus te Amsterdam. Z.j. (c. 1950). 1 katern. 337. Lijst van roerende goederen in de pastorie. 1954 oktober 24.
1 stuk.
338. Akte waarbij de Nederlandsche Kredietbank te Goes verklaart een safe te verhuren aan het kerkbestuur ter bewaring van roerende goederen. 1962 april 18. 1 stuk. d. Waardepapieren. 339. Uittreksel uit het register van hypothecaire inschrijvingen betreffende hypotheken ten voordele van het kerkbestuur in 1811 en 1812. 1813 september 20. 1 stuk en 1 katern.
340. Uittreksel uit het Grootboek der Nationale Werkelijke Rentegevende Schuld. 1839 oktober 18. 1 stuk. 341. Afschrift van een notariële akte van 1850 waarbij J. Bek een geldbedrag leent van het kerkbestuur tot betaling van een deel van de koopsom van zijn huis te 's-Gravenpolder aan D. Boonman; met borderel van hypothecaire inschrijving. 1850 juli 1, augustus 5. 1 katern en 1 stuk. 342. Lijst van aandelen en obligaties. 1898-1918.
1 deel.
343. Lijst van namen van parochianen die bijgedragen hebben aan aandelen van het kerkbestuur. Z.j. (2de helft 19de eeuw). 1 stuk. 344. Lijst van aandelen en obligaties, met uittreksel hieruit. 1911-1934.
2 stukken.
345. Obligaties, aandelen en koupons uit Arabië, België, Hongarije, Nederland, Oostenrijk en Rusland. Z.j. (1ste kwart 20ste eeuw). 1 pak. 346. Staten van te betalen couponbelasting op aandelen. 1935-1938.
1 deel.
e. Legaten 347. Akte waarbij een aantal notabele rooms-katholieken aan pastoor Eversdijck toestemming verleent om de aanspraken van de parochie op de nalatenschap van de heer Van Melsse en mevrouw M. Croeck te Antwerpen te bepleiten. 1674 januari 22. 1 stuk. 348. Afschrift van een akte uit 1659 waarbij de erfgenamen van Jacob Balten verklaren volgens diens laatste wil een lamp op te zullen hangen in de kerk te Goes. Z.j. (2de helft 17de eeuw). 1 stuk. 349. Lijst van legaten met de daaraan verbonden verplichtingen voor het kerkbestuur. 1872. 1 katern 350. Lijst van legaten met de daaraan verbonden verplichtingen voor het kerkbestuur, 1640-2de helft 19de eeuw. Z.j. (2de helft 19de eeuw). 1 katern. 351. Aantekeningen betreffende legaten met de daaraan verbonden verplichtingen voor het kerkbestuur, 1643-1861. Z.j. (2de helft 19de eeuw). 1 katern. ---.
Staten van legaten. 1900-1957. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 24.
352. Uittreksel uit een notariële akte waarbij C. Koens te Goes een geldbedrag legateert aan het kerkbestuur; met afschrift van het koninklijk besluit waarbij toestemming wordt verleend tot aanvaarding. 1902 juni 9, november 24. 1 katern en 2 stukken. 353. Uittreksel uit een notariële akte waarbij mevrouw J. Kegel te Goes een geldbedrag legateert aan het kerkbestuur. 1903 september 8. 1 katern. 354. Stukken betreffende de nalatenschap van J. Pieters te Goes. 1915, 1934, 1935, 1951, 1955 en z.j. (c. 1950).
1 omslag.
355. Uittreksel uit een notariële akte waarbij D. Jacobs te Goes een geldbedrag legateert aan het kerkbestuur; met afschrift van het koninklijk besluit waarbij toestemming wordt verleend tot aanvaarding. 1918 april 14, 1919 november 28. 1 katern en 2 stukken. 356. Stukken betreffende de nalatenschap van J.M. Jellema te Goes. 1920, 1929, 1949, 1950.
1 omslag.
357. Lijst van namen van legateurs, met vermelding van de grootte van hun legaten. Z.j. (1ste kwart 20ste eeuw). 1 stuk.
358. Stukken betreffende het legaat van G. van der Reit te Goes. 1938.
1 omslag.
359. Koncept van een akte waarbij het kerkbestuur verklaart de geldschenking van mejuffrouw E. Smolders te Bergen op Zoom gebruikt te hebben tot extra aflossing van 4% schulden van de kerk, ten gevolge waarvan het kerkbestuur de verplichtingen bij de geldschenking bepaald, op zich neemt. Z.j. (c. 1945). 1 stuk. 3. Maatschappelijk werk. 360. Doorslag van een notariĂŤle akte waarbij het kerkbestuur de rooms-katholieke Stichting voor Maatschappelijk Werk opricht. 1946 februari 11. 1 stuk. 4. Schoolbestuur. a. Stukken van algemene aard. i. Correspondentie. 361-365. Ingekomen stukken bij het schoolbestuur. 1918, 1928, 1931, 1935-1938, 1940-1946, 1948-1957. 361. 362. 363. 364. 365.
5 omslagen.
1918, 1928, 1931, 1935-1938. 1940, 1941. 1942-1946, 1948, 1949. 1950-1953. 1954-1957.
b. Stukken betreffende bijzondere onderwerpen. N.B. Hier volgen eerste de archiefstukken die betrekking hebben op de roomskatholieke scholen te Goes in het algemeen, of die over meer dan een school gaan. i. Boekhouding. 366-370. Bijlagen bij de rekeningen van ontvangsten en uitgaven. 1900, 1905, 1924, 1934, 1940-1944, 1947. 366. 367. 368. 369. 370.
5 omslagen.
1900, 1905, 1924, 1934. 1940, 1941. 1942. 1943, 1944. 1947.
371. Kasboek van ontvangsten en uitgaven van de diverse rooms-katholieke scholen te Goes. 1918-1921, 1923-1925. 1 deel. 372. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven, goedgekeurd door de algemene ledenvergadering van het kerkbestuur. 1939-1941. 1 omslag. 373. Balansen van bezittingen en schulden van de gezamenlijke rooms-katholieke scholen. 1952, 1954. 2 stukken en 1 katern. ii. Waardepapieren. 374. Lijst van aandelen en obligaties, jaarlijks goedgekeurd door het kerkbestuur. 1910-1918. 1 stuk. 375. Lijst van obligaties ten laste van het kerkbestuur als schoolbestuur, met vermelding van de eigenaren van de obligaties, uitgegeven ten behoeve van de bouw van verschillende rooms-katholieke scholen. 1912-1947. 1 deel. ---.
Lijst van aandelen van het kerkbestuur als schoolbestuur. 1920-1933. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 280.
376. Stukken betreffende de couponbelasting op aandelen tenlaste van de Jongensschool. Bewaarschool en Zusterschool. 1934-1937. 1 omslag. iii. Leerlingen en leerkrachten. 377. Staten en kwitanties betreffende uitgekeerde salarissen aan onderwijzers aan rooms-katholieke scholen. 1939. 8 stukken. 378. Naamlijsten van leerlingen aan de Jongensschool en Meisjesschool. 1940, 1953.
3 stukken.
379. Lijsten van leerboeken, van vraagstukken voor het onderwijzersexamen; met concept van een overeenkomst tussen een hoofdonderwijzer en een rooms-katholiek schoolbestuur. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw). 1 deel. 380. Krantenknipsels betreffende het 75-jarig jubileum van het rooms-katholieke onderwijs te Goes. 1956. 2 stukken. c.
Het St. Jacobusgesticht, ook genaamd de Jacobusscholen, de Meisjesschool, Naaischool, Bewaarschool, en school aan de Vlasmarkt; hier werd Kleuter Onderwijs, Lager Onderwijs en Uitgebreid Lager Onderwijs gegeven.
i. Boekhouding 381-387. Exploitatieboeken van de St. Jacobusschool l.o. en u.l.o. 1941-1943, 1945-1949, 1951. 381. 382. 383. 384. 385. 386. 387.
9 katernen en 3 omslagen.
1941-1943; l.o. (3 katernen). 1941-1943, 1945; u.l.o. (4 katernen). 1946; l.o. en u.l.o. Met bijlagen (1 omslag). 1947; idem (1 omslag). 1948; idem (1 omslag). 1949; l.o. en u.l.o. ( katern). 1951; idem (1 katern).
388. Bijlagen bij de rekeningen van ontvangsten en uitgaven van de St. Jacobusschool l.o. en u.l.o. 1942. 1 omslag. 389. Staten van ontvangsten en uitgaven van de St. Jacobusschool l.o. en u.l.o., opgemaakt volgens de bepalingen uit de Lager Onderwijswet van 1920; met bijlagen. 1945. 1 omslag. 390-394. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven van de Meisjesschool l.o. en v.g.l.o., goedgekeurd door de bisschop van Haarlem. 1952-1956. 6 katernen. 390. 391. 392. 393. 394.
1952, goedgekeurd 1954. 1953, idem 1954. 1954, idem 1956. 1955, idem 1956. 1956, z.j.; in tweevoud.
395-397. Begrotingen van ontvangsten en uitgaven van de Meisjesschool l.o. en v.g.l.o., goedgekeurd door de bisschop van Haarlem. 1953, 1954, 1956. 3 stukken. 395. 1953, goedgekeurd 1952. 396. 1954, idem 1954. 397. 1956, idem 1956. ii. Schoolgebouw. 398. Bouwtekeningen voor het zusterhuis en de scholen aan de Vlasmarkt. 1912.
6 stukken.
399. Akte waarbij de n.v. Utrechtse Asphaltfabriek verklaart de dakbedekking op de scholen en het zusterhuis aan de Vlasmarkt voor 15 jaar te garanderen. 1913 november 26. 1 stuk. 400. Bestek en lijsten van voorwaarden voor het plaatsen van toiletten in de Meisjesschool; in tweevoud. 1921 februari z.d. 2 stukken. ---.
Akte waarbij W. Koevoets, aannemer te Goes, het veranderen van de toiletten in de pastorie en de Meisjesschool aanneemt. 1921 maart 29. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 318.
401. Stukken betreffende het herstel van de schade aan de St. Jacobusschool, de Zusterschool, de Frรถbelen Naaischool en de Bewaarschool. 1945-1949. 1 omslag. iii. Roerende goederen. 402. Lijst van roerende goederen in de Naaischool, opgemaakt ten behoeve van de Onderlinge Kerkelijke Brandwaarborgmaatschappij St. Donatus te Amsterdam. 1937. 1 katern. 403. Lijst van roerende goederen in het St. Jacobusgesticht, de Naaischool, Meisjesschool l.o. en v.g.l.o. aan de Vlasmarkt, opgemaakt ten behoeve van de Onderlinge Kerkelijke Brandwaarborgmaatschappij St. Donatus te Amsterdam. 1937, 1942. 1 katern en 2 stukken. iv. Waardepapieren. 404. Stukken betreffende de couponbelasting op aangegane geldleningen ten laste van de Meisjesschool. 1934-1941. 1 omslag. v. Leerlingen en Leerkrachten. 405. Stukken betreffende het feest ter gelegenheid van het 25jarig bestaan van de St. Jacobusschool. 1941. 1 omslag. 406. Lijst van kandidaten voor het eindexamen aan de rooms-katholieke u.l.o. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw). 407. Sollicitatiebrieven betreffende een vakante onderwijzersplaats aan de Meisjesschool. 1953. 1 omslag. d. De St. Jozefschool, rooms-katholieke jongensschool aan de Westsingel. N.B. Voorheen bestond er een St. Jozefschool aan de Wijngaardstraat, die onderdeel was van het St. Jacobuskomplex. Later werd hierin de Francescoschool gevestigd. i. Boekhouding. 408-414. Staten van ontvangsten en uitgaven van de St. Jozefschool, opgemaakt ovlgens bepalingen uit de Lager Onderwijswet van 1920. 1925-1940, 1942-1951. 1 pak en 6 omslagen. 408. 409. 410. 411. 412. 413. 414.
1925-1940, 1942-1945 (1 pak). 1946; met bijlagen. 1947; idem. 1948; idem. 1949; idem. 1950; idem. 1951; idem.
415. Exploitatieboeken van de St. Jozefschool. 1940, 1941, 1943-1949, 1951.
1 omslag.
416-420. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven, goedgekeurd door de bisschop van Haarlem. 1952-1956. 6 katernen.
416. 417. 418. 419. 420.
1952, goedgekeurd 1954. 1953, idem 1954. 1954, idem 1956. 1955, idem 1956. 1956, z.j.; in tweevoud.
ii. Schoolgebouw. 421. Bestekken voor de bouw van de St. Jozefschool aan de Westsingel; in tweevoud. 1920 december 30. 2 katernen. 422. Bouwtekeningen voor de bouw van de St. Jozefschool. 1920.
4 stukken.
423. Begrotingen voor de bouw van de St. Jozefschool. 1920 december z.d.
2 stukken.
424. Rapporten betreffende het bestek voor de bouw van de St. Jozefschool, opgemaakt door de bouwkundig inspecteur van het bisdom Haarlem en de schoolopziener in het district Goes, met opmerkingen hieromtrent door de architect L.B. Mudde te Goes. 1920, 1921. 1 omslag. 425. Stukken betreffende een aan te leggen verwarmingssysteem in de St. Jozefschool. 1921. 4 stukken. 426. Bouwtekening voor het bouwen van een onderwijzerswoning bij de St. Jozefschool aan de Westsingel. 1929. 1 stuk. 427. Rapport van het bouwkundig onderzoek betreffende het bouwen van een onderwijzerswoning aan de Westsingel. Z.j. (c. 1929). 1 stuk. 428. Stukken betreffende reparaties aan en verhuizing uit de St. Jozefschool ten gevolge van oorlogshandelingen en vordering door de Duitse bezetters. 1941, 1942. 1 omslag. 429. Stukken betreffende het herstel van de schade aan de St. Jozefschool, veroorzaakt door oorlogshandelingen. 1945-1949. 1 omslag. 430. Bouwtekeningen en bestek voor het bouwen van twee leslokalen aan de Jongensschool. 1948. 2 stukken. iii. Roerende goederen. 431. Afschrift van een lijst van roerende goederen in de Jongensschool ten behoeve van de Onderlinge Kerkelijke Brandwaarborgmaatschappij St. Donatus te Amsterdam. 1937. 1 katern. iv. Leerlingen en leerkrachten. 433. Sollicitatiebrieven betreffende een vakante onderwijzersplaats aan de Jongensschool. 1955. 1 omslag. e. De Bewaarschool aan de Wijngaardstraat, Frรถbelschool, Francescoschool. i. Boekhouding. 434-437. Bijlagen bij de rekeningen van ontvangsten en uitgaven. 1945-1949, 1955. 434. 435. 436. 437.
1945-1947. 1948. 1949. 1955.
4 omslagen.
438-442. Staten van ontvangsten en uitgaven van de Francescoschool, opgemaakt volgens bepalingen uit de Lager Onderwijswet van 1920; met bijlagen. 1950-1954. 5 omslagen. 438. 439. 440. 441. 442.
1950. 1951. 1952. 1953. 1954.
ii. Leerlingen en leerkrachten. 443.-448. Aangiftebiljetten voor het schoolgeld van de leerlingen. 1950-1955. 443. 444. 445. 446. 447. 448.
5 omslagen.
1950. 1951. 1952. 1953. 1954. 1955.
449. Lijsten van namen en de aantallen kleuters. 1955.
1 omslag.
f. Stukken betreffende overige rooms-katholieke scholen. 450-453. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven van de u.l.o. aan de Westsingel, goedgekeurd door de bisschop van Haarlem. 1952, 1953, 1955, 1956. 5 katernen. 450. 451. 452. 453.
1952, goedgekeurd 1954. 1953, idem 1954. 1955, idem 1954. 1956, z.j.; in tweevoud.
454-456. Begrotingen van ontvangsten en uitgaven van de Jongensschool aan de Bergweg, goedgekeurd door de bisschop van Haarlem. 1953, 1954, 1956. 3 stukken. 454. 1953, goedgekeurd 1952. 455. 1954, idem 1954. 456. 1956, idem 1956. 457-459. Begrotingen van ontvangsten en uitgaven van de u.l.o. aan de Westsingel, goedgekeurd door de bisschop van Haarlem. 1953, 1954, 1956. 3 katernen. 457. 1953, goedgekeurd 1952. 458. 1954, idem 1954. 459. 1956, idem 1956.
III. Armbestuur. N.B. V贸贸r 1955 werd het armbestuur waargenomen door de kerkbestuursleden. STUKKEN VAN ALGEMENE AARD. 1. Reglementen. 460, 461. Reglementen. 1855, 1857.
2 katernen en 1 stuk.
460. 1855. Met uittreksel. 461. 1857. 2. Notulen. 462-466. Notulen van de vergaderingen van het armbestuur. 1870-1885, 1911-1922, 1924-1953.
5 delen.
N.B. In inv. nrs. 463-466 bevinden zich tevens notulen van de vergaderingen van kerk- en armbestuur, over dezelfde jaren. Inv. nrs. 462-466 zijn zwaar beschadigd door vocht. 462. 463. 464. 465. 466.
1870-1885. 1911-1922. 1924-1934. 1934-1945. 1945-1953.
3. Correspondentie. 467-483. Ingekomen stukken. 1891, 1908-1910, 1913, 1915-1962, 1967. 467. 468. 469. 470. 471. 472. 473. 474. 475. 476. 477. 478. 479. 480. 481. 482. 483.
17 omslagen.
1891, 1908-1910, 1913, 1915-1919. 1920-1924. 1925, 1926. 1927. 1928, 1929. 1930. 1931. 1932-1934. 1935, 1936. 1937-1939. 1940-1942. 1943, 1944, 1946-1950. 1951-1953. 1954, 1955. 1956. 1957, 1958. 1959-1962, 1967.
484-492. Minuten, afschriften en doorslagen van uitgegane stukken. 1855, 1857, 1876, 1883, 1892, 1897-1899, 1906, 1915, 1916, 1918, 1920, 1921, 1923-1942, 19481961. 484. 485. 486. 487. 488. 489. 490. 491. 492.
1855, 1857, 1876, 1883, 1892, 1897-1899, 1906, 1915, 1916, 1918, 1920, 1921, 1923-1927. 1928-1930. 1931, 1932. 1933-1935. 1936-1938. 1939-1942. 1948-1953. 1954-1958. 1959-1961.
STUKKEN BETREFFENDE BIJZONDERE ONDERWERPEN. 1. Armmeesters.
---.
Lijsten van namen van armmeesters, 1887-1914. Z.j. (c. 1914). N.B. Bevindt zich in inv. nr. 641.
493. Lijsten van namen en armmeesters die tussen 1884 en 1919 afgetreden zijn. Z.j. (c. 1920). 1 stuk. 2. FinanciĂŤn. a. BEGROTINGEN. 494. Begroting van ontvangsten uit aan de rooms-katholieke armen van Goes geschonken gronden. Z.j. (c. 1810). 1 stuk. 495-536. Begrotingen van ontvangsten en uitgaven, goedgekeurd door het kerk- en armbestuur, na 1940 door kerk- en armbestuur en de bisschop van Haarlem, na 1956 door het kerk- en armbestuur. 1918, 1920-1941, 1945-1962, 1964. 49 katernen en 4 stukken. 495. 496. 497. 498. 499. 500. 501. 502. 503. 504. 505. 506. 507. 508. 509. 510. 511. 512. 513. 514. 515. 516. 517. 518. 519. 520. 521. 522. 523. 524. 525. 526. 527. 528. 529. 530. 531. 532. 533. 534. 535. 536.
1918, goedgekeurd 1918. 1920, idem z.j. 1921, idem 1921; in tweevoud. 1922, idem 1921. 1923, idem 1922; in tweevoud. 1924, idem 1923; in tweevoud. 1925, idem z.j. 1926, idem 1925. 1927, idem z.j. 1928, idem z.j. 1929, idem z.j. 1930, idem z.j. 1931, idem 1930. 1932, idem z.j. 1933, idem z.j. 1934, idem z.j. 1935, idem 1935. 1936, idem z.j. 1937, idem z.j. 1938, idem z.j. 1939, idem z.j. 1940, idem z.j. 1941, idem 1940. 1945, idem 1945. 1946, idem 1945. 1947, idem 1946. 1948, idem 1948. 1949, idem z.j.; afschrift. 1950, idem 1950; in tweevoud. 1951, idem 1951. 1952, idem 1952; in tweevoud. 1953, idem 1952; met concept (1 katern en 1 stuk). 1954, idem 1954; in tweevoud; met wijziging. (2 katernen en 3 stukken). 1955, idem 1954. 1956, idem 1956; in tweevoud. 1957, idem 1957; in tweevoud. 1958, idem 1957; in tweevoud. 1959, idem 1958. 1960, idem 1959. 1961, idem 1960. 1962, idem 1962. 1964, idem 1963.
b. REKENINGEN. 537-580. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven van de rooms-katholieke armen van Goes, goedgekeurd door kerk- en armmeesters en de pastoors, vanaf 1897 goedgekeurd door het kerk- en armbestuur en de bisschop van Haarlem, na 1954 de bisschop van Breda; met bijlagen. 1714-1718, c. 1721-1729, 1809, 1897, 1918-1932, 1934, 1936-1939, 1941-1945, 1947-1962. 2 delen, 36 omslagen, en 7 katernen.
537. 1714-1718, goedgekeurd 1718 (1 deel). ---. c. 1721-1729, idem 1728 en 1729. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 202. 538. 539. 540. 541. 542. 543. 544. 545. 546. 547. 548. 549. 550. 551. 552. 553. 554. 555. 556. 557. 558. 559. 560. 561. 562. 563. 564. 565. 566. 567. 568. 569. 570. 571. 572. 573. 574. 575. 576. 577. 578. 579. 580.
1809 (1 deel). 1897, goedgekeurd 1898 (1 katern). 1918, idem 1919 (1 katern). 1919, idem 1920; in tweevoud (2 katernen). 1920, idem 1921 (1 katern). 1921, idem 1922 (1 katern). 1922, idem 1923 (1 katern). 1923, idem 1924. 1924, idem 1925; in tweevoud. 1925, idem 1926; in tweevoud. 1926, idem 1927. 1927, idem 1928. 1928, idem 1929. 1929, idem 1930. 1930, idem 1931. 1931, idem 1932. 1932, idem 1933. 1934; concept. 1936, goedgekeurd 1937. 1937, idem 1938. 1938, idem 1939. 1939, idem 1940. 1941, idem 1941. 1942, idem 1943. 1943, idem 1944. 1944, idem 1945. 1945, idem 1946. 1947, idem 1948. 1948, idem 1949. 1949, idem 1950. 1950, idem 1952. 1951, idem 1952; in tweevoud. 1952, idem 1954; in tweevoud. 1953, idem 1954. 1954, idem 1956; in tweevoud. 1955, idem 1956; in tweevoud. 1956, goedgekeurd 1957; in tweevoud. 1957, idem 1957; in tweevoud. 1958, idem 1959. 1959, idem 1960. 1960, idem 1961. 1961, idem 1962. 1962, idem 1963.
581. Giroafschriften. 1926, 1927, 1931-1940. 582-587. Bijlagen bij de rekeningen van ontvangsten en uitgaven. 1933, 1935, 1940, 1946, 1963, 1964. 582. 1933. 583. 1935. 584. 1940. 585. 1946. 586. 1963. 587. 1964.
1 omslag. 6 omslagen.
588. Giroboekjes. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
1 omslag.
c. BOEKHOUDING. 589-591. Pachtboeken, kasboeken van ontvangsten uit verpachting van onroerende goederen van het armbestuur. 1797-1812, 1875-1939. 3 delen. N.B. Inv. nrs. 590 en 591 zijn zwaar beschadigd door vocht. 589. 1797-1812; met alfabetische index op voornamen van de pachters. N.B. Hierin tevens: kasboek van ontvangsten uit obligaties, 1797-1812; akte waarbij de rooms-katholieke armmeesters verklaren dat ze een som van £ 8:4:4ž in ontvangst genomen hebben van Job Timmerman, die dat geld van derden ontvangen had, 1801 november 20. 590. 1875-1909. 591. 1904-1939. N.B. Hierin tevens: lijsten van hypotheken ten voordele van het armbestuur, 1904-1939. 592-609. Kasboeken van ontvangsten en uitgaven. 1891-1956.
18 delen.
N.B. Inv. nrs. 593-600, 604-607 zijn zwaar beschadigd door vocht. 592. 593. 594. 595. 596. 597. 598. 599. 600. 601. 602. 603. 604. 605. 606. 607. 608. 609.
1891-1900. 1894-1901. 1902-1909. 1909-1916. 1909-1917. 1917-1921. 1921-1926. 1927-1933. 1932-1936. 1934-1937. 1938-1942. 1943-1945. 1946-1948. 1946-1949. 1948-1951. 1950-1953. 1952-1955. 1954-1956.
610-613. Grootboeken van ontvangsten en uitgaven. 1902-1921, 1934-1938.
4 delen.
N.B. Deze inv. nrs. zijn zwaar beschadigd door vocht. 610. 611. 612. 613.
1901-1912. 1913-1920. 1921. 1934-1938.
614-617. Tabellarische kasboeken. 1922-1933, 1940-1957.
4 delen. N.B. Deze inv. nrs. zijn zwaar beschadigd door vocht.
614. 615. 616. 617.
1922-1933. 1940-1945. 1945-1950. 1951-1957.
618, 619. Maandstatenboeken. 1940-1967.
2 delen. N.B. Deze inv. nrs. zijn zwaar beschadigd door vocht.
618. 1940-1950. 619. 1951-1967. 3. Eigendommen. a. ONROERENDE GOEDEREN. 620-622. Lijsten van onroerende en roerende goederen en waardepapieren. 1877, 1958 en z.j. (c. 1950).
2 delen en 1 katern.
620. 1877. 621. 1958 (1 katern). 622. Z.j. (c. 1950). 623. Akten en afschriften van notariële akten waarbij de armmeesters, vanaf 1855 het armbestuur gronden te Baarland, Bakendorp, Borssele, Ellewoutsdijk, Eversdijk, ’s-Heer Abtskerke, ’s-Heerenhoek, Kapelle, Nisse en Vlake verpachten. 1797, 1801, 1803-1805, 1809, 1811, 1863, 1896, 1930, 1937, 1940, 1953, 1959, 1965. 1 omslag. N.B. De akte van 1896 is zwaar beschadigd door vocht. 624. Omslag van een overeenkomst gesloten tussen de armmeesters en J. Dijserink Dekker. 1807 januari 26. 1 stuk. 625. Uittreksels uit de kadastrale plans van de gemeenten Baarland, ’s-Heer Arendskerke, Kapelle, Kloetinge, Nisse, Ovezande en Schore. 1858, 1909. 1 omslag. N.B. Deze inv. nrs. zijn zwaar beschadigd door vocht. 626. Afschrift van een gerechtelijke aanzegging aan het armbestuur door deurwaarder Jan Kornelis Verhoek dat op verzoek van Johannes Baptist, Dignus Johannes Beptist en Eliza Kornelis Arentz te Goes het recht op erfpacht op 4 perceeltjes bouwland te Goes in het openbaar verkocht zal worden. 1905 november 2. 1 stuk. 627. Naamlijst van pachters van gronden van het armbestuur. 1917-1921.
1 deel.
N.B. Dit inv. nr. is zwaar beschadigd door vocht. 628. Afschrift van een akte waarbij het gemeentebestuur van Goes onder andere aan het rooms-katholieke armbestuur een gedeelte van het Manhuis te Goes verhuurt. 1930 februari z.d. 1 stuk. 629. Afschrift van een notariële akte waarbij mevrouw B.P. van Aartssen, weduwe van C. Bolier te Middelburg, een pakhuis aan de Scherminkelstraat, kadastraal bekend gemeente Vlissingen sektie E, nr. 1568, verkoopt aan het armbestuur te Goes. 1953 oktober 2. 1 katern. 630. Afschrift van een notariële akte waarbij R.A. Puis en mevrouw C.G. Puis-Lauwereins uit Oostende twee huizen, Sarazijnstraat 6 en Scherminkelstraat 9, kadastraal bekend gemeente Vlissingen sektie E, nr. 1437, en sectie D, nr. 1444, verkopen aan het armbestuur te Goes; met polis van de brandverzekering. 1953 oktober 2. 1 katern en 1 stuk. b. ROERENDE GOEDEREN. ---.
Lijsten van onroerende en roerende goederen en waardepapieren. 1877, 1958 en z.j. (c. 1950). N.B. Bevinden zich in inv. nrs. 620-622.
631. Inventaris van aandelen en obligaties. Z.j. (c. 1890)-1939.
1 deel.
N.B. Dit inv. nr. is zwaar beschadigd door vocht. 632. Polis van de inbraakverzekering voor de roerende goederen van het armbestuur. 1930 oktober 2. 1 stuk. c. WAARDEPAPIEREN EN GELDLENINGEN. ---.
Kasboek van ontvangsten uit obligaties. 1797-1812. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 589.
---.
Lijsten van hypotheken ten voordele van het armbestuur. 1904-1939. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 591.
633. Obligaties uit Hongarije, Nederland, Oostenrijk en Rusland. Z.j. (1ste kwart 20ste eeuw).
1 omslag.
634. Stukken betreffende een geldlening aan mevrouw G.V. van Sluijs te Vlissingen, weduwe van A.C.L. Louwereins, met vaststelling van het onderpand en met polissen van de brandverzekering hiervan. 1928, 1931, 1931. 1 omslag. 635. Stukken betreffende verzekering van het motorschip Schelde van mevrouw J. Broeckaert, welk schip als onderpand dient voor een geldlening aan mevrouw J. Broeckaert. 1929, 1931, 1932. 1 omslag. 636. NotariĂŤle akte van schuldbekentenis door het armbestuur aan Johannes Martens. 1932 mei 3. 2 katernen. N.B. Dit inv. nr. is zwaar beschadigd door vocht. 637. Stukken betreffende de geldlening van de Nationale Levensverzekeringsbank te Rotterdam aan het armbestuur, met vaststelling van het onderpand. 1934. 3 katernen en 4 stukken. 638. Stukken betreffende de geldlening van het armbestuur aan mevrouw E.J.M. van Dierendonck, weduwe van F.J.M. Weyens te Vlissingen. 1959, 1960. 4 stukken en 1 katern. d. LEGATEN. 639. Akte waarbij mevrouw C. van Aerdt en haar zuster E. van Aerdt te Antwerpen, als erfgenamen van hun overleden zuster A.M. van Aerdt, F. van Lievendael aanstellen tot zaakwaarnemer in de boedel van hun zuster; met verklaring van de zaakwaarnemer, waarbij hij uit naam van de erfgenamen afstand doet van de boedel ten voordele van de rooms-katholieke armen te Goes. 1779 april 14 en 17. 1 stuk. 640. Staten van namen van personen die geld aan de rooms-katholieke armen van Goes geschonken hebben, met vermelding van de bedragen en het gebruik van het geld. 1810. 1 stuk. 641. Stukken betreffende het legaat van mejuffrouw P. Knuit te Goes. 1894, 1915, 1919, 1925.
5 stukken en 1 katern.
4. Bedeling. 642. Aantekeningen betreffende een regeling waarbij het armbestuur de geneesmiddelen van het Gasthuis voor een deel zal betalen, over de periode 1903-1905. Z.j. (c. 1905). 1 stuk. N.B. Hierin tevens: lijst van namen van armmeesters, 1887-1914, z.j. (c. 1914). 643. Akte waarbij het armbestuur verklaart J. Stieger uit Goes financieel te zullen steunen bij de opvoeding van een pleegkind. 1914 januari 20. 1 stuk.
644. Lijsten van het aantal ondersteunden te Goes en de uitgaven daarvoor, opgemaakt ten behoeve van het gemeentebestuur van Goes. 1915-1923. 1 omslag. 645. Staat van namen van zieken die door het rooms-katholieke armbestuur gesteund worden. 1919-1945. 1 pak. 646. Lijst van namen van personen die wekelijks financiÍle steun van het armbestuur genoten hebben. 1919-1945. 1 pak. 647. Kwitantiekaarten van levensverzekeringsmaatschappijen betreffende door het armbestuur betaalde premies ten behoeve van ondersteunden. 1921-1943. 1 omslag. 648. Lijsten van het aantal ondersteunden en uitgaven daarvoor, opgemaakt ten behoeve van het gemeentebestuur van Goes. 1924-1932, 1934-1939, 1941-1944, 1946. 1 omslag. 649. Brochure van het armbestuur aan rooms-katholieke Goesenaren die niet verzekerd zijn voor ziekenhuisverpleging. Z.j. (c. 1930). 1 omslag. N.B. Dit inv. nr. is zwaar beschadigd door vocht. 650. Naamlijsten van rooms-katholieke zieken die door de gemeentegeneesheer behandeld worden. 1931. 1 omslag. N.B. Dit inv. nr. is zwaar beschadigd door vocht. 651. Herdenkingsgeschrift betreffende de uitbreiding van het St. Antoniusgesticht te Oostburg. 1932. 1 katern. N.B. Dit inv. nr. is zwaar beschadigd door vocht. 652. Stukken betreffende de uitkeringen aan werkloze rooms-katholieke arbeiders door het bisdom Haarlem; met naamlijst van werklozen, opgemaakt door de pastoor. 1941-1943. 1 omslag. 653. Naamlijsten van personen die steun genoten hebben van het armbestuur. 1942-1947. 8 stukken. 654. Naamlijsten van parochianen met aantekening betreffende hun verzekerd zijn bij het Wit-Gele Kruis, opgemaakt ten behoeve van het rooms-katholieke armbestuur. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw). 1 katern. 655. Akte waarbij het armbestuur zich borg stelt voor J.G. Leendertse uit ’s-Heer Arendskerke. 1961 juni 28. 1 stuk.
IV. Gedeponeerde archieven. 1. De archieven van verenigingen en broederschappen die een kerkelijk of algemeen godsdienstig karakter dragen. a.
DE BROEDERSCHAP VAN DE ALTIJDDURENDE AANBIDDING VAN HET ALLERHEILIGSTE SACRAMENT. 656. Naamlijst van leden, met aantekening van het uur en de dag waarop zij zich in de kerk moeten bevinden. 1809-1841, 1846-1863. N.B. Hierin tevens: naamlijst van eerste communicanten, van vormelingen en Bekeerlingen, 1809-1895. ---.
Kasboek van ontvangsten en uitgaven. 1836-1921. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 243.
657. Blanko formulieren voor het lidmaatschap van de broederschap. 1862.
2 stukken.
658. Aantekening betreffende de regeling van misintenties voor de broederschap. 1879. 1 stuk. b.
DE BROEDERSCHAP VAN DE LEVENDE ROZENKRANS. 659. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om in Goes de broederschap op te richten. 1867 mei 25. 1 stuk. 660. Kasboek van ontvangsten en uitgaven. 1901-1920.
1 deel.
N.B. Hierin tevens: kasboek van de broederschappen van de Zeeuwsche processie naar Kevelaar, 1913-1919; van het H. Hart, en van het Apostolaat des Gebeds, 1901-1920. 661. Reglement voor de broederschap. 1902 augustus z.d. c.
1 stuk.
DE BROEDERSCHAP VAN DE H. FAMILIE JEZUS, MARIA EN JOZEF. 662. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om in Goes de broederschap op te richten. 1872 juli 2. 1 stuk. 663. “Kroniek�, aantekeningen betreffende de activiteiten van de broederschap. 1872-1886. 1 deel. 664. Naamlijsten van leden. Z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
1 katern.
d. DE BROEDERSCHAP VAN HET APOSTOLAAT DES GEBEDS. ---.
Kasboek van ontvangsten en uitgaven. 1901-1920. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 660.
665. Ingekomen circulaires van het Nationaal Bureau van het Apostolaat des Gebeds. 1954. 3 stukken. e. BROEDERSCHAP VAN HET H. HART. ---.
Kasboek van ontvangsten en uitgaven. 1901-1920. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 660.
666. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om in Goes de broederschap op te richten. 1916 augustus 29. 1 stuk.
f.
HET ROOMS-KATHOLIEKE ZANGKOOR ST. CAECILIA.
Stukken van algemene aard. 667-669. Notulen van de ledenvergaderingen en jaarvergaderingen. 1946-1965.
1 deel, 1 omslag en 1 stuk.
667. 1946-1959 (ledenvergaderingen en jaarvergaderingen; 1 deel). Met naamlijst van leden, 1914-1954. 668. 1950-1953, 1957, 1960-1965 (jaarvergaderingen; 1 omslag). 669. 1960 (ledenvergadering). 670. Agenda’s voor de jaarvergaderingen. 1957-1965.
1 omslag.
671. Jaarverslagen. 1952-1954, 1957-1966.
1 omslag.
672. Ingekomen stukken. 1959-1969.
1 omslag.
673. Concepten en afschriften van uitgegane stukken. 1960-1962, 1964, 1967.
1 omslag.
Stukken betreffende bijzondere onderwerpen. 1. Financiën. 674. Nota van J.M. Hoogesteger betreffende zaalhuur in 1904 en 1905. 1905. 675, 676. Kasboeken van ontvangsten en uitgaven. 1912-1941.
1 stuk. 2 delen.
675. 1912-1928. 676. 1929-1941. N.B. Hierin tevens: aantekeningen betreffende mutaties in het ledenbestand, 1936-1942. 677. Staat van ontvangsten uit het zingen tijdens bijzondere missen. 1914.
1 stuk.
678. Jaarrekening. In tweevoud. 1961-1962.
2 stukken.
2. Leden. 679. Gedicht en liederen vervaardigd ter gelegenheid van het afscheid van dirigent J. Stieger. 1924. 2 stukken. 680. Naamlijst van leden. 1960, 1963 en z.j. (c. 1960).
6 stukken.
3. Activiteiten. 681. Tekstboekje van een humoristisch zangspel in twee bedrijven, uitgevoerd door het zangkoor. 1917. 1 katern. 682. Tekstboekje van een uitvoering ten bate van de Mariastichting, gegeven door het zangkoor. 1921. 1 katern. 683. Stukken betreffende reizen van het koor. 1922, 1961-1964.
1 omslag.
684. Programma’s van speciale missen en optredens van het koor. 1959-1967.
1 omslag.
685. Krantenknipsels betreffende het koor. 1960, 1963-1965.
1 omslag.
686. Stukken betreffende de korenkring van het dekenaat Middelburg. 1936-1965. 1 omslag.
g.
DE RETRAITEVERENIGING. 687. Staten van de door de leden betaalde gelden voor deelname aan retraites. 1911-1923. 1 deel. 688. Reglement op de retraitevereniging. 1936 december 28.
h.
1 stuk.
DE BROEDERSCHAP VAN DE ZEEUWSCHE PROCESSIE NAAR KEVELAAR. 689. Concept van de statuten van de broederschap. 1913 april 16.
1 stuk.
690. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om in Goes de broederschap op te richten. 1913 april 17. 1 stuk. 691. Akte waarbij de bisschop van Haarlem de broederschap een aantal aflaten schenkt. 1913 mei 8. 1 stuk. ---.
Kasboek van ontvangsten en uitgaven. 1913-1919. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 660.
692. Ingekomen nota’s voor de broederschap. 1933, 1935, 1937, 1939. i.
6 stukken.
DE KLEINE MEISJESKONGREGATIE VAN MARIA ONBEVLEKTE ONTVANGENIS EN DE H. ANNA. 693. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om in Goes de congregatie op te richten. 1920 oktober 27. 1 stuk 694. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om de congregatie in de internationale congregatie te laten opnemen. 1920 oktober 27. 1 stuk. 695. Akte waarbij de Societaris Jesu uit Rome de congregatie in de internationale congregatie opneemt. 1940 september 14. 1 stuk.
j.
DE KLEINE JONGENSKONGREGATIE VAN MARIA ONBEVLEKTE ONTVANGENIS EN DE H. JOZEF. 696. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om in Goes de congregatie op te richten. 1920 oktober 27. 1 stuk. 697. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om de congregatie in de internationale congregatie te laten opnemen. 1920 oktober 27. 1 stuk. 698. Akte waarbij de Societatis Jesu uit Rome de congregatie in de internationale congregatie opneemt. 1940 september 14. 1 stuk.
k.
DE VROUWENCONGREGATIE VAN MARIA ONBEVLEKTE ONTVANGENIS. 699. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om in Goes de congregatie op te richten. 1930 februari 7. 1 stuk.
l.
DE MEISJESCONGREGATIE VAN MARIA ONBEVLEKTE ONTVANGENIS. 700. Akte waarbij de Societatis Jesu uit Rome de congregatie in de internationale congregatie opneemt. 1930 maart 21. 1 stuk.
m. DE MANNENCONGREGATIE VAN MARIA ONBEVLEKTE ONTVANGENIS EN DE H. JOZEF. 701. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om in Goes de congregatie op te richten. 1940 augustus 10. 1 stuk. 702. Akte waarbij de Societatis Jesu uit Rome de congregatie in de internationale congregatie opneemt. 1940 september 14. 1 stuk.
n.
DE OUDERE JONGENSCONGREGATIE VAN MARIA ONBEVLEKTE ONTVANGENIS EN DE H. ALOYSIUS. 703. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om in Goes de congregatie op te richten. 1940 augustus 10. 1 stuk.
o.
DE OUDERE MEISJESCONGREGATIE VAN MARIA ONBEVLEKTE ONTVANGENIS EN DE H. THERESIA EN HET KINDJE JESUS. 704. Akte waarbij de bisschop van Haarlem toestemming verleent om in Goes de congregatie op te richten. 1940 augustus 10. 1 stuk.
p.
DE PAROCHIERAAD. 705. Notulen van de vergaderingen van de parochieraad. 1968 augustus – 1970 november.
1 omslag.
706. Ingekomen stukken. 1968 november – 1970.
1 omslag.
707. Doorslagen van uitgegane stukken. 1969, 1970.
1 omslag.
2.
De archieven van verenigingen en instellingen die een sociaal-maatschappelijk karakter dragen.
a.
“ CONFERENTIE VAN DE H. MARIA MAGDALENA DER VEREENIGING VAN DE H. VINCENTIUS À PAULO,, (DE ST. VINCENTIUSVERENIGING). 708. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven. 1890-1921, 1928-1933, 1935-1948, 1950. 709-712. Kasboeken van ontvangsten en uitgaven. 1920-1944. 709. 710. 711. 712.
1 omslag. 4 delen.
1920-1928. 1928-1933. 1933-1940. 1940-1944.
713. Bijlage bij de rekening van 1928. 1928.
1 stuk.
714. Naamlijsten van begunstigers van de vereniging, met aantekening van de donaties. Z.j. (c. 1928). 1 stuk. 715. Statistische opgaven betreffende de ondersteuning van hulpbehoevenden, opgemaakt op verzoek van de gemeente Goes. 1930-1943. 1 omslag. 716-719. Weekstaten van ontvangsten en uitgaven van de vereniging. 1945-1953. 716. 717. 718. 719. b.
4 delen.
1945-1948. 1948, 1949. 1949-1951. 1951-1953.
DE SINT ELIZABETHVERENIGING.
Stukken van algemene aard. 1.
Statuten. 720. Statuten van de vereniging. 1914 augustus 5.
2.
1 katern.
Notulen. 721-729. Notulen van de ledenvergadering. 1897-1958.
8 delen en 4 stukken.
721. 722. 723. 724. 725.
1897-1908. 1909-1911 november 6. 1911 december – 1913. 1914-1920. 1921-1926. N.B. Hierin tevens: aantekeningen van het aftreden van bestuursleden. 1921-1925.
726. 727. 728. 729. 3.
1927-1934 februari 1. 1934 maart 8 – 1948 februari 20. 1948 juni 1 – 1958. 1897 november 17, 1898 mei 16, augustus 5; afschriften (4 stukken).
Jaarverslagen. 730. Jaarverslagen van de vereniging. 1925-1941, 1953-1958.
4.
1 omslag.
Correspondentie. 731. Ingekomen stukken bij de vereniging. 1897, 1914, 1919-1924, 1927, 1930-1952, 1968 en z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
1 omslag.
732. Concepten en minuten van uitgegane stukken. 1914, 1921, 1930 en z.j. (1ste helft 20ste eeuw).
5 stukken.
Stukken betreffende bijzondere onderwerpen. 1.
Financiën. 733. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven. 1914-1933.
1 deel.
N.B. Hierin tevens: lijst van eigendommen van de vereniging, 1914-1933. 734, 735. Spaarkasboekjes. 1922, 1927-1930.
2 delen.
734. 1922. 735. 1927-1930. 2.
Eigendommen. ---.
Lijst van eigendommen van de vereniging, 1914-1933. 1914-1933. N.B. Bevindt zich in inv. nr. 733.
3.
Bedeling. 736. Staten van ontvangen of uit te reiken goederen of geldbedragen. 1915-1922, 1926.
1 omslag.
737. Blanco formulieren voor het verstrekken van goederen en levensmiddelen. Z.j. (c. 1930). 3 stukken. 4.
Feesten. 738. Stukken betreffende de feestelijkheden ter gelegenheid van het 20-, 30-, 40- en 50 jarig bestaan van de vereniging. 1917, 1922, 1927, 1937, 1947. 1 omslag.
c.
HET PAROCHIEEL KOMITE VOOR DE ROOMS-KATHOLIEKE UNIVERSITEIT. 739. Reglementen. Z.j. (c. 1955).
3 stukken.
740. Ingekomen stukken. 1940, 1951, 1956, 1957.
1 omslag.
741. Lijst van ontvangsten en uitgaven. 1950, 1951, 1956-1958.
3 stukken en 3 katernen.
742. Naamlijst van aanwezigen tijdens een vergadering van het comité . Z.j. (c. 1955). d.
DE ROOMS-KATHOLIEKE GIDSEN ST. BERNADETTEGROEP. 743. Rekening van ontvangsten en uitgaven. 1949.
e.
1 stuk.
DE ROOMS-KATHOLIEKE WELPEN ST. JANSKNAPEN. 744. Ingekomen stuk van J. Nederlof te Vlissingen betreffende een schema om programma’s uit te wisselen tussen de verschillende welpenhorden. Z.j. (3de kwart 20ste eeuw). 1 stuk. 745. Bundel liederen en gedichten van toepassing zijnde op de welpen. Z.j. (3de kwart 20ste eeuw).
1 omslag.
f. HET KOLLECTANTENCOLLEGE. 746. Akte waarbij 9 collectanten verklaren onschuldig te zijn aan de vermissing van collectegelden. 1950 november 20. 1 stuk.
g.
747. Lijsten van de opbrengsten uit wekelijkse collecten. 1954-1958.
1 omslag.
748. Minuten van uitgegane stukken. 1959.
4 stukken.
749. Naamlijst van leden het college. 1959.
1 stuk.
750. Notulen van de jaarvergaderingen. 1960-1964, 1966-1970.
1 omslag.
751. Reglement op het college. Z.j. (c. 1960).
4 stukken.
HET ROOMS-KATHOLIEKE KOMITE AMATE.
Stukken van algemene aard. 752. Notulen van de vergaderingen van het comité. 1961.
1 omslag.
753. Ingekomen stukken. 1961.
1 omslag.
754. Minuten van uitgegane stukken. 1961.
1 omslag.
Stukken betreffende bijzondere onderwerpen. 755. Akte waarbij E. Bordui, beheerder van het Schuttershof, verklaart dit gebouw te verhuren aan het comité. 1961 februari z.d. 1 stuk. 756. Dagafschriften van de Twentsche Bank te Goes. 1961.
1 katern.
757. Naamlijst van leden van de diverse parochiële komitées. 1961.
1 stuk.
758. Plattegrond van het Schuttershof, met aantekening van de plaats van de diverse kramen. 1961. 1 stuk. 759. Publicatie betreffende de plaats en de openingstijden van de tentoonstelling. 1961. 1 stuk. 760. Lijst van predikbeurten van missionarissen in de parochies in het dekenaat Middelburg. 1961. 1 stuk. 761. Stukken betreffende de te verloten goederen op de tentoonstelling. 1961.
4 stukken.
762. Aantekeningen betreffende de opening van de tentoonstelling. 1961.
1 stuk.
3.
Overige gedeponeerde archieven.
a.
STUKKEN BETREFFENDE DE ADMINISTRATIE VAN DE FUNDATIES VAN DE LANDSPAROCHIE VAN ZUID-BEVELAND. 763. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven van de fundaties van de landsparochie, goedgekeurd door de pastoors van de parochies van het westen, zuiden (vanaf 1801) en oosten (vanaf 1802). 1787/1788, 1789/1790-1795/1796, 1801-1810. N.B. Hierin tevens: afschriften 1784/1785-1786/1787, 1788/1789, 1796/ 1797. De rekeningen vóór 1801 zijn in 1797 vervallen verklaard. De boekhouder heeft in 1802 zijn benoeming ontvangen van de pastoors van het westen en zuiden. 764. Rekening van ontvangsten en uitgaven voor de armen van de voormalige landsparochie, door armvader J. Fronhoff, pastoor van het westen van 1798-1806. 1803. 1 katern. 765-767. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven van de fundaties van de landsparochie, goedgekeurd door de pastoors van de parochies van het westen, zuiden en oosten. 1811-1813. 3 katernen. 765. 1811. 766. 1812. 767. 1813. N.B. De opbrengsten hieruit vallen toe aan de pastoors, en de armen van de voormalige landsparochie. 768. Notulen van een vergadering van afgevaardigden van de kerkbesturen van de parochies van het westen, zuiden en oosten betreffende de verdeling van de inkomsten uit de fundaties van de voormalige landsparochie, in verband met onenigheid over de vroegere verdeling hiervan. 1814 juni 21. 1 stuk. 769. Aantekeningen betreffende de herkomst van de fundaties van de voormalige landsparochie, en het gebruik van het geld van de fundaties voor steun aan de armen, met de daaruit voortvloeiende financiële konsekwenties voor de pastoors van de drie parochies, opgemaakt door de voormalige boekhouder van de fundaties H.J. van ’t Westeinde op verzoek van de armmeesters van de parochie-in-oprichting Heinkenszand. 1815 januari 4. 1 katern. 770. Lijst van fundaties van de voormalige landsparochie, ingedeeld naar maand, met vermelding van de hiervoor te betalen tarieven, met afschriften van akten waarbij geldbedragen, roerende of onroerende goederen ter beschikking worden gesteld, 1660-1803. Z.j. (c. 1805). 1 deel. 771. Lijst van fundaties van de voormalige landsparochie, ingedeeld naar maand, met vermelding van de hiervoor te betalen tarieven, 1656-1807. Z.j. (c. 1810). 1 katern.
772. Lijst van fundaties van de voormalige landsparochie, ingedeeld naar maand, met vermelding van de hiervoor te betalen tarieven, 1652-1808. Z.j. (c.1810). 1 deel. 773. Nota’s betreffende de verpachting van onroerende goederen gefundeerd aan de voormalige landsparochie. 1895, 1896, z.j. (eind 19de eeuw). 3 stukken. b. STUKKEN BETREFFENDE DE PAROCHIE VAN HET OOSTEN (KAPELLE). 774, 775. Rekeningen van ontvangsten en uitgaven, goedgekeurd door de pastoor, vanaf 1806 waarnemend pastoor, en het kerkbestuur. 1803-1818. 1 katern en 1 deel. 774. 1803-1806, goedgekeurd 1806 (1 katern). N.B. Hierin tevens: akte waarbij Gerrit Steijn, voormalig armmeester, alle armenschulden die gemaakt zijn tot 20 april 1822, op zich neemt. Z.j. (c. 1822). 775. 1807-1818, goedgekeurd 1807-1818. N.B. Hierin tevens: afschrift van de rekening 1803-1806. aantekeningen betreffende het ontstaan van de parochie en de opbouw van de kerk, 1803 juni 17. Naamlijst van parochianen die bij moeten dragen in het loon van de kapelaan, 1815 maart 6. Rekening van ontvangsten en uitgaven voor de armen, 1815, goedgekeurd 1816. Kasboek van ontvangsten van het verhuren van zitplaatsen in de kerk, 1815-1816. c. VARIA. 776. Doopboek bijgehouden door F. Hagenaar uit Goes, met namen van de Oost-Europeanen die door hem gedoopt zijn in Barbaralager Barak 4, Jüterbog-Altes Lager in Duitsland, waarbij als getuigen optreden H. Mes, R. Henrionnet, G. Jumel, R. Lorraine en J. de Waard. 1944 augustus 1 – 1945 februari 11. 1 deeltje.
V. Bijlagen. A. NAAMLIJST VAN PASTOORS VAN DE STADSPAROCHIE VAN GOES. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23.
Joannes Griffinus Joannes Kuijsten Jacobus Eversdijk Walterus Bolk Guilielmus van Dijk Joannes van de Velde Simon Charliers Jacobus Kistemaker * Joannes van de Velde * Franciscus Claus Wilhelmus Weiler Henricus van der Putten Theodorus Stook Michaël Antonius van Steenwijk Simon van der Heijden Gabriël van Gent Petrus Thielings Jacobus Adrianus Eversteijn Jacobus Maria Jozef Baede Leonardus Dolle R.M.A. Nieveen van Dijkum C.P.M. Holtkamp F.W.J. Bastiaensen
1618-1639. 1639-1664. 1664-1675. 1675-1677. 1677-1694. 1694-1699. 1699-1714. 1714-1738. 1722-1738. 1739-1768. 1768-1808. 1808. 1808-1817. 1817-1819. 1819-1836. 1836. 1836-1864. 1864-1897. 1897-1921. 1921-1939. 1939-1959. 1959-1972. 1972-heden.
* De stadsparochie was van 1722 tot 1738 gecombineerd met de landsparochie van Zuid-Beveland. N.B. Zie de Inleiding voor de eerste pastoors die na de Reformatie te Goes werkzaam waren, toen er nog geen vaste stadsparochie bestond. B. NAAMLIJST VAN PASTOORS VAN DE LANDSPAROCHIE VAN ZUID-BEVELAND. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21.
Jacobus Eversdijk Jacobus Kempen Franciscus van der Lisse Guilielmus van Dijk ? van der Moer Cornelis Oosterlaen Amandus van Nispen Joannes Kelders Joannes Schoonebeek Henricus Lanzink Joannes Schoonebeek ? Hach Melchior van Dreunen Joannes van de Velde * Jacobus Kistemaker * Fredericus Sourhuijs Joannes Kolk Hermanus van Westerloo Joannes Zacharias van Papenhoven Adrianus Zacharias Josephus Heijdendaal Simon van Veen **
1652-1664. 1664-1665. 1665-1670. 1671-1677. 1677. 1677-1697. 1680-1682. 1682-1686. 1686-1688. 1688-1697. 1698-1713. 1713. 1713-1721. 1721-1838. 1722-1738. 1739. 1739-1761. 1766-1770. 1770-1791. 1791-1796. 1796-1801.
*
De landsparochie was van 1722 tot 1738 gecombineerd met de stadparochie van Goes.
** Na 1798 was hij pastoor van de landsparochie met uitzondering van de nieuwe parochie van het westen (centrum ’s-Heerenhoek).
C. REGLEMENT OP HET KERK- EN ARMBESTUUR VAN DE ROOMS-KATHOLIEKE STADSPAROCHIE VAN GOES, 1779. Resolutie rakende de directie van den pastor en kerk- en armmeesters van de roomsche gemeente. Bij resolutie gedelibereerd zijnde op het request den 18 dezer aan hun edelachtbare gepresenteerd door enige leden van de roomsche gemeente binnen deze stad, houdende verscheiden klagten over de directie der tegenwoordig dienende kerk- en armmeesters van die gemeente, alsmede gedelibereerd zijnde op het berigt door de voorszeide kerk- en armmeesters op de gemelde requeste gerequireerd en heden ingekomen, is goedgevonden en verstaan te statueeren de navolgende poincten: 1.
Dat de kerke- en armenmiddelen dezer gemeente, als van ouds, zullen bestuurd worden door den pastor met permissie van hun edelagtbaren alhier fungeerdende, en vier vaste kerk- en armmeesters, en dat, wanneer er onder hen een vacature voorvalt, dezelve door de aanblijvende zal worden gesuppleerd, met voorkennis van den heer voorzittenden burgemeester in der tijd, behoudens dat de naam van zodanig verkoren persoon ook in ’t openbaar aan de gemeente zal worden voorgesteld, ten einde een yder gelegenheid moge hebben, indien er iets tegen denzelven mogt in te brengen zijn, waarom hij niet in de directie behoorde te zijn, hetzelve bekend te maken.
2.
Dat de pastor en fungerende kerk- en armmeesters in der tijd ernstig worden gerecommandeerd, in de bedeeling van hunne dagelijksche armen, zoo wel zomer- als winterbedeelingen, niet willekeurig of naar gunst, maar naar mate van den nood en last er arme personen of huisgezinnen te werk te gaan, zo als zij in conscientie zullen kunnen verantwoorden, blijvende altoos onverlet aan andere leden der gemeente wanneer zij oordelen dat aan deze recommandatie niet voldaan wordt zig aan hun edelachtbare te beklagen, met aanwijzing van de bijzondere gevallen in welke de kerk- en armmeesters hunnen plicht zouden overtreden hebben.
3.
Dat ten derden, ten aanzien van de rekeningen der kerke- en armemiddelen de kerk- en armmeesters in der tijd zullen gehouden zijn te continueren in het doen van hunne respectieve rekeningen om te twee jaren, gelijk tot nu toe gedaan is, dat zij de gemelde rekeningen alvorens zullen presenteren aan den heer voorzittenden burgemeester, welke alsdan benoemen zal twee of meer leden van de roomsche gemeente, om dezelve rekeningen te helpen aanhoren, en, is het nodig, hunne bedenkingen daar op in te brengen, om de zaken onderling tot bewaaring van de goede orde, rust en genoegen der gemelde gemeente te schikken en wanneer er enige disputen over de gemelde rekening mochten vallen, dezelve ter kennis en arbitrage van den heer voorzittenden burgemeester in der tijd te brengen.
4.
Dat ten vierden, ten aanzien van de plaatsen in de kerk, zal worden in acht genomen, dat de vaste plaatsen in den zoogenaamde tuin, voor een redelijken prijs zullen worden bezeten, doch zonder daar in een vasten rang van personen te distingueerden, maar zodanig, dat van de genen welke recht hebben tot de voorszeide plaatsen, die eerst in den tuin komt, ook de keuze van een plaats zal hebben.
5.
Ten vijfden, dat belangende het verzoek der supplianten en der rescribenten, om de goederen en effecten de kerke en armen toekomende, van de namen waarop zij thans staan te mogen transporteren op de corpora waar aan zij behoren, hun edel achtbaren geen zwarigheid zouden maaken, het zelve te accordeeren voor zoo veel hunne stad aangaat, mits ten allen tijde, des gerequireerd, visie hebbende van het employ dier goederen en derzelver inkomsten, op dat hier door niet worde gepecceerd tegen het placcaat van hun edelmogende heren staten van Zeeland van den 12 november 1655.
6.
Ten Zesden, dat belangende het verzoek der rescribenten, ten einde hun edelachtbaren zouden gelieven te permitteren dat legaten en andere voordelen aan de roomsche kerk of armen met effect zouden mogen gemaakt worden gelijk de rescribenten zeggen, dat te Zierikzee plaats heeft, hun edelachtbaren de dispositie daar over aanhouden tot dat gebleken zal zijn hoe in andere steden dezer provincie daar omtrent gehandeld wordt, te meer dewijl diergelijke verzoeken van roomsche gemeenten in de provincie van Holland niet door de steden maar door de heren staten zijn ingewilligd geworden.
7.
En eindelijk met opzicht tot het reguleren van de zoogenaamde zondags- en weekdiensten en de verplichtingen van den pastor daar omtrent dat hun edelachtbaren het zelve overlaten aan de schikkingen van den pastor met de kerk- en armmeesters, een yder van hun recommanderende zich van zijnen post te kwijten, en wanneer er enige verschrikkingen in den tijd der voorszeide diensten mocht komen, dat de gemeente daar van behoorlijk gewaarschouwd worde.
En zal extract hier van aan den pastor en kerk- en armmeesters der roomsche gemeente worden ter hand gesteld om zich naar te reguleren en aan een der supplianten tot informatie van hem en zijn medeteekenaars. ASG.inv.nr. 37, fol. 111v-112v. Resoluties en notulen 1779 september 25.
D. STUKKEN BETREFFENDE DE PAROCHIE GOES, AANWEZIG IN ANDERE ARCHIEVEN. a.
Rijksarchief Utrecht, Archieven van het metropolitaan kapitel van Utrecht van de rooms-katholieke kerk der oud- bisschoppelijke Clerezie. Inventaris door J. Bruggeman. ’s-Gravenhage 1928. Hierin bevinden zich tal van stukken betreffende de parochie Goes, over de periode begin 17de eeuw-1727. Daar het systeem van deze inventaris niet uit inventarisnummers bestaat, moet hier volstaan worden met het vermelden van de bladzijden van de gedrukte inventaris, waarop stukken betreffende de parochie Goes staan. Blz. 20, 46, 52, 60, 84, 182, 195, 229-306, 310, 333, 358-395, 423, 424, 425, 428, 435 en 443. N.B. Van deze stukken zijn bij het gemeentearchief te Goes fotokopieën voorhanden.
b.
Archief bisdom Haarlem, Archieven van de aartspriesters van de Hollandse Zending. Inventaris door H.L. Ph. Leeuwenberg en A.M.A. van Geloven. Utrecht 1982. Onder meer de stukken die de parochie Goes betreffen bevinden zich in genoemd archief. De overige stukken berusten in het Rijksarchief Utrecht. Deze stukken sluiten aan bij de onder a. genoemde bescheiden, en zijn uit de periode 1730-1844. 786. Stukken betreffende geschillen tussen de seculiere en reguliere geestelijken te Goes. 1730-1739. 1 omslag. 787. Ingekomen en uitgegane brieven van en aan het kerkbestuur van Goes. 1803-1808. 1 omslag. 788. Machtiging door aartspriester Cramer aan pastoor M.A. van Steenwijk tot oprichting van een broederschap van Eeuwigdurende Aanbidding van het H. Sacrament. 1817. 1 stuk. 789. Verslag van de consecratie van de nieuwe kerk door P.A. Kervel, pastoor te Nootdorp, bestemd om in een der katholieke tijdschriften te worden gepubliceerd. 1818. 1 stuk. 790. Lijsten van roerende en onroerende goederen en waardepapieren. 1838-1844.
1 katern en 1 stuk.
791. Rekening van het kerkbestuur van Goes. 1843.
1 stuk.
N.B. Ook van deze stukken zijn bij het gemeentearchief van Goes fotoKopieën voorhanden. c.
Archief bisdom Breda. Over de periode 2de helft 19de eeuw – 1ste helft 20ste eeuw bevinden zich hier ook diverse stukken betreffende de parochie Goes. Daar hiervan geen inventaris is, wordt hier volstaan met deze mededeling. Pastoor W. Brand, archivaris van het bisdom, was zo vriendelijk na te speuren van welke aard genoemde stukken zijn. Hierbij is vast komen te staan dat het geen stukken zijn die toebehoren aan het archief van de parochie Goes, doch door het parochiebestuur aan de bisschop zijn ingestuurd. Volledigheidshalve zijn zij hier vermeld.
VI Index op plaats- en persoonsnamen. Aartssen, B.P. van 629. Aerdt, A.M. van, 639. Aerdt, C. van, 639. Aerdt, E, van, 639. Amsterdam, 335, 336, 402, 403, 431. Antwerpen, 345. Arabië, 345. Arentz, Dignus Johannes Baptist, 626. Arentz, Eliza Kornelis, 626. Arentz, Johannes Baptist, 626.
Goes (stad/gemeente) 43, 49, 81, 276, 289, 292, 293, 294, 295, 296, 299, 300, 302, 303, 304, 305, 310, 318, 321, 338, 348, 352, 353, 371, 380, 424, 494, 357-580, 626, 628, 629, 630, 641, 643, 644, 648, 715. (parochie) 17, 20, 129, 132, 133, 134, 168, 172, 173, 175, 639, 640, 662, 666, 690, 693, 696, 697, 699, 701, 703, 704, 756. Gorcum, 152. 's-Gravenhage, 314. 's-Gravenpolder, 341. Groenendaal, N. van, 314.
Baarland, 623, 625. Bakendorp, 623. Bal, P. 44. Haarlem, 129, 132, 133, 169, 172, 174, 175, 188-198, Balten, Jacob, 348. 206-214, 254, 395-397, 416-420, 424, 450-453, Barbara, H. 151. 454-456, 457-459, 495-536, 537-580, 652, 659, Barbaralager Barak 4, 776. 662, 666, 690, 691, 693, 694, 696, 697, 699, 701, Bataleonus, 153, 154. 704, 704. Bek, J. 341. Hagenaar, F, 776. België, 345. Hansuetus, 156. Benedictus, 155. 's-Heer Abtskerke, 281, 285, 286, 287, 623. Berg, Internaat Den, 81. 's-Heer Arendskerke, 283, 625, 655. Bergen op Zoom, 359. 's-Heerenhoek, 284, 287, 290, 291, 623. Bergweg, 454-456. Heinkenszand, 769. Bitter, W.J.M. 296. Henrionnet, R, 776. Bolier, C. 629. Heijthuijsen, 329. Boonman, D, 341. Hiecking, C.A.C. 295. Bordui, E, 755. Hiecking, J.J.P. 295. Borghgraaf, C, 301. Hiecking, M.P.A., 295. Borssele, 281, 191, 623. Hilversum, 314. Brandwaarborgmaatschappij voor Zeeland, 300. Hoedekenskerke, 281, 282, 284, 287, 288. Breda, 80, 188-198, 206-214, 495-536, 537-580. Hongarije, 345, 633. Breckaert, J, 635. Hoogesteger, J.M., 674. Bruscketto, P, 130. Houtepenne, J, 44. Burgs, S, 323. Buslich, 43. Jan, H., 147. Bussing, Johannis Wilhelmus, 43. Jacobs, D., 355. Jacobus, H., 151. Chamuleau, P, 298. Jellema, J.M.,356. Claus, Franciscus, 17, 20. Jeroen, H., 163. Clement, H, 17, 20. Jezus Christus, 157, 159, 162, 165. Cornelius, H, 313. Jomedus, 153, 154. Croeck, M, 347. Jozef, H., 151. Jumel, G., 776. Dekker, D, 296. Jüterbog-Altes Lager, 776. Dierendonck, E.J.M. van, 638. Dirkse, Antonetta Francina Maria, 49. Kapelle, 623, 625. Donatus, St., 335, 336, 402, 403, 431. Katholieke Actie, 134. Duitsland, 111, 139, 776. Kegel, J., 353. Durinck, Judocus, 49. Kevelaar, 660. Dijserink Dekker, J, 624. Keijzer, J. de, 299. Kleefland, 43. Ellewoutsdijk, 623. Kloetinge, 625. Etten, 132, 133. Knuit, P., 641. Eversdijck, pastoor, 347. Koens, C., 352. Eversdijk, 623. Koevoets, W., 318. Kunst Adelt, Uitgeverij, 79. Fluijt, A.H., 295. Kijser, Anna Maria de, 43. Fontein, Uitgeverij de, 79. Fortunatus, 153, 154, 156, 158. Laat de Knater, W.A. de, 294. Franciscus, H, 130. Leendertse, J.G., 655. Fronhoff, J, 764. Leonardus, H., 145. Lievendael, F. van, 639. Ganzepoortstraat, 296. Lorraine, R., 776. Gasthuis, 642. Louwereins, A.C.L., 634. Gemma Galgani, H, 166. Glas, W. de, 232-238.
Maastricht, 79. Manhuis, 628. Margry en Snickers, Firma, 309, 313. Maria, H., 151. Maria Magdalena, H., 144, 160. Maria Magdalenakerk, St., 307, 308, 311, 313. Martens, Johannes, 636. Meeuwse, J, 304. Melsse, Van, 347. Mes, H., 776. Middelburg, 168, 170, 173, 285, 629, 760. Minderbroeders, 20. Mudde, L.B., 424. Nederland, 20, 345, 633. Nederlanden van 1845, Verzekeringsmaatschappij De, 314. Nederlof, J., 744. Nieuwe Kraaiertpolder, 291. Nieuwe West-Kraaiertpolder, 291. Nieuwstraat, 300, 301. Nisse, 281, 282, 284, 287, 623, 625. Oostburg, 651. Oostende, 630. Oostenrijk, 345, 633. Oost-Europeanen, 776. Ovezande, 625. Patientus, 156. Pennings, H.M., 276. Petrus, H., 146. Pieters, J., 354. Pius X, paus, 167. Puis, R.A., 630. Puis-Lauwereins, C.G., 630. Reit, G. van der, 358. Reijerse, C., 321. Ribbens, N., 305. Rome, 130, 695, 698, 700, 702. Rotterdam, 43, 309, 313, 637. Rusland, 345, 633. Sarazijnstraat, 630. Schelde, motorschip, 635. Scherminkelstraat, 629, 630. Schore, 285, 287, 625. Schuttershof, 755, 758. Siemons, P., 310. Sinjorgo, J.F., 311. Sluijs, G.V. van, 634. Smolders, E., 359. Stapele, M. van, 284. Stieger, J., 643, 679. Steijn, Gerrit, 774. Theresia, H., 164. Timmerman, Job, 589. Twentsche Bank, 756. Utrecht, 79. Valfre, Sebastian, 150. Vandermeulen, A., 130. Venerandus, 153, 154, 156, 158. Verhoek, Jan Kornelis, 626. Verschueren, L., 329. Vlake, 281, 285, 623. Vlasmarkt, 294, 398, 399, 403. Vlissingen, 629, 630, 634, 744.
Waard, J. de, 776. Waterstaatskerk, 306. Westeinde, H.J. van ‘t, 769. Westkraaiertpolder, 291. Westsingel, 289, 421, 426, 427, 457-459. Weyens, F.J.M., 638. Wijngaardstraat, 293, 294, 295, 298, 299, 304, 305. Zierikzee, 300. Zuid-Beveland, Spoorwegmaatschappij, 288.