1992 - Nummer 185 - april 1992

Page 1


NOOR DE BRUIN

ZOEKT COLLEGA'S. Want voor elk gemeentelijk onderdeel komen onderwerpen aan de orde zoals investeringsselecties, meerjarenplannen, begroti ngen, analyses en prognoses. Daarbij komt dat de gemeentelijke organisatie volop in beweging is en veel carrieremogelijkheden te bieden heeft. Want de mobiliteit is hoog en het gebruik maken van de carrierekansen wordt gestimuleerd met opleidingsfaciliteiten, die uitstekend vergelijkbaar zijn met de mogelijkheden die het bedrijfsleven biedt. Drs Noor de Bruin, 35, financieel beleidsmedewerkster bij de gemeente Amsterdam. Ze werkt bij de sector Beleidsadvisering en Begroting van de secretarie-afdeling Financien. Haar pakket bestaat uit volkshuisvesting, bouw- en woningtoezicht, vrouwenemancipatie en bejaardenzorg. Werken voor de stad is voor haar de uitdaging om te help en bij het scheppen van randvoorwaarden voor de democratische besluitvorming met als doel een optimale dienstverlening door de overheid. Speciaal voor afgestudeerde bedrijfseconomen Eggen er in dit kader heel wat uitdagingen bij de gemeente Amsterdam. Oat begint eigenlijk al met stageplaatsen en interessante afstudeerprojecten, maar de gemeente Amsterdam heeft met haar ruim 70 bedrijven en diensten voor hen zeker ook zeer belangrijk en afwisselend werk.

ONZE BROCHURE "WERKEN VOOR DE STAD" LIGT VOOR JE KLAAR. Ais je met je financieel-economische opleiding een uitdaging ziet in de implementatie van marktgericht denken en handelen in de overheidssector, lees dan de brochure "Werken voor de Stad". Je vindt 'm op de E.E.F.A.-kamer (nr. 2160) en op de informatietafel tegenover de onderwijsadministratie. Noor de Bruin en een aantal collega's op andere posten plus burgemeester Van Thijn en wethouder De Grave vertellen daarin waarom Amsterdam niet alleen een stad is om van te houden, maar zeker ook een stad met een dynamische, uitdagende werkkring.

SOMMIGE MENSEN HOUDEN NIET ALLEEN VAN AMSTERDAM. ZE WERKEN ER OOK VOOR.


SPECIAL Alles over de verzorgingsstaat. Vanaf pag 9

Arrnlastige studenten doen het bij Orne Jan op pag 27

Eell blik in de speeltuin van onze toekomstige bestuurders. Nobas en Age op pag 28

4 6 9 10 12 15 16 18 20 23 24 27 28 30 31 32 33 33 35

Cannabis: een bloeiende bedrijfstak Marian Vleerlaag, Margreth Hoek Vrijhandel in het gedrang? Sander de Bruyn Veni Vidi Vici Hugo Strikker, Sander de Bruyn Liesbeth Heidstra Verzorgingsstaat in Vogelvlucht Sander de Bruyn De verzorgingsstaat op dieet? dr.R. Knaack Het optimisme van Wolfson Hugo Strikker Koudwatervrees in de Zorgsector Mr.drs.T.M. Bos Sociaal zeker in Europa Toekomst verzorgd, of zorgwekkend? Prof.dr. F.A.A.M. van Winden Dr. R. Kloosterman De creativiteit van het collectief drs.H.A. Gans De grij{n)zende toekomst Bergen van barmhartigheid Jacco Kroon Esther van Dijk Age en Nobas, een pot nat? Roebijn Heintz Cursus of topopleiding? Facts & Figures van een nieuwe prof J.Schuring en P.J.Willems E.E.F.A.-beroependag Jacco Kroon Schweinerei Frank Heemskerk Kort maar Krachtig Train Grand Vitesse Jacco Kroon Blad van de Faculteit der Economische Wetenschappen en Econometrie van d .. Universiteit van Amsterdam Nummer 185 April 1992 Redactie: Sander de Bruyn Esther van Dijk Andreas de Groot van Embden Liesbeth Heidstra Ma rgreth H oek Dr. E. d e Jong Dr. Ir. H. Koster Jacco Kroon Marcel van Schagen Hugo Strikker Pieter Vink Fotografie: Kik Tunnissen - Marian Vleerlaag Opmaak: Andreas de Groot van Embden

APRIL 1992

Agt'nda; Agcndapunten moe ten minstens 6 weken te voren bij Rostra worden aangemeltL Ad reswijzigingen; Studentenadministratic.路 Nieuwe Doelenstraat 15 1012 CP Amsterdam

~EDACTIONEEL Vroeger was er geen verzorgingsstaat. Als je werkloos was, slenterde je wat doelloos door de straten. Rond etenstijd slofte je naar de gaarkeuken en polderde, leuterend met je lotgenoten, een waterig soepje en een homp brood naar binnen. 's A vonds nog een paar uur kleumen onder de brug en dan klom je weer op de brits bij Majoor Boshardt. Socia Ie voorziening in die tijd was volledig in handen van charitatieve instellingen . Maatschappelijk geengageerde vrouwen van de beter gesitueerde klasse stonden met tranen in hun ogen de soep op te scheppen. Ouderdomsvoorziening bestond even min. Oma zat tot ver na de pensioengerechtigde leeftijd garnalen te pellen om het gezinsinkomen op peil te houden. Als het echt niet meer ging timmerde vader wat op het erf en kon het Besje de kleinkinderen vanuit haar lemen hut ongestoord op zien groei en. Toen kwam de verzorgingsstaat. Grootmoeder ging naa r een bejaardenbunker in de periferie en de liefdadigheidsdames moesten zelf hun soep opeten. Wellicht dat oude tijd en nu herleven. Het is niet zeker, maar het kan geen kwaad als u uw oude brood vast bewaart.

Oplage: 9x per jaar in een oplage van 5000 ex. Advertenties: Tarieven op aanvraag verkrijgbaa r. Opdrachten sch riftelijk t.a.v. de penningmeester

Ingezonden brieven, artikelen en studierap. portages kunnen worden ingekort.

Advertenties in d it nummer van; Arthur Andersen Gemeente Amsterdam Moret. Ernst'" Young PTT Procter'" Gamble Uni lever TRN VB Accou ntants

Voorpagina: Charlie路

Zet- en drukwerk: De Bussy Ellerman Harms B.V.

Voor r ..acties, brieven en open sollicitaties . is de redactie bereikbaar op: Kamer oo5(E3) Roetersstraat 11 1018 WP Amsterdam Telefoon: (020) 5254297

ISSN 0166 - 1485

3


Wetenschappers, waaronder economen, werken het liefst met verifieerbare cijfers. Het illegale karakter van de softdrugssector heeft tot gevolg dat er geen eenduidig cijfermateriaal beschikbaar is. Er wordt dan ook veel gespeculeerd over de produktieomvang van de nederwiet. Zo bracht NOS-Laat vorig jaar de volgende cijfers naar buiten: er wordt tenminste 250.000 kilo nederwiet per jaar gekweekt met een handelswaarde van 1flO miljoen gulden. Daarmee komt de nederwiet op de zE'sde plaats van de top 10 van de Nederlandse tuinbouwprodukten, tussen de vleestomaten en de champignons in. Jansen, verbonden aan de vakgroep economie van de regio's, vindt deze cijfers speculatief. Hij heeft echter weI de indruk dat de produktie vannederwiet een zeer florissante periode doormaakt. Indicaties hiervoor ziet hij in de hoge prijs van het produkt ondanks een steeds groeiend aanbod. ONKRUID

Eigenlijk is cannabis gewoon onkruid dat al op schaarse grond groeit. De plant heeft vele toepassingsmogelijkheden: grondverbetering, fabricage van kleding, touw, papier, etc. De softdrugsbe-

Cannabis: een bio Tien jaar geleden kreeg je er nog hoofdpijn van. Momenteel heeH de op Nederlandse grond gekweekte cannabis (nederwiet) een groot marktaandeel veroverd. Kwaliteitsverbetering, Nederlands beleid en duidelijke distributiekanalen lijken hier een aandeel in te hebben. Om meer helderheid in deze mistige bedrijfstak te krijgen, sprak ROSTRA met dr. A.M.e. Jansen (FEE), een coffeeshopeigenaar, enkele kwekers en Justitie.

Margreth Hoek, Marian Vleerlaag

derwiet geen prijs, het bracht niets op", volgens een coffeeshopeigenaar: "Nu is nederwiet duurder dan import, en dit is niet het gevolg van een tekort aan aanbod." Daarnaast heeft het goed geoliede distributiekanaal - d e coffeeshops - een controlefllnctie op de kwaliteit tot gevolg. In de VS is het voorgekomen dat de straathandeI llit gedroogde oregano bestond. Dit is in Nederland

zijnsverruimdende, zinneprikkelende THC (tetrahydro cannabinol) waardoor de bloeiende vrouwelijke plant onder de opium wet valt. Biologische experimenten rich ten zich op d e verhoging van het THC-gehalteo De sinsemilla Oetterlijk: zonder zaad) wordt verkregen door het klonen van de vrouwelijke plant.llet klonen (bewerken van

1\iederland heeft op wereldniveau een llniek drugsbeleid betreffende de wetgeving en de uitvoering. In 1976 werd de opium wet gewijzigd, dit betekende onder andere dat: - het gebruik van softdrugs niet langer als een misdrijf werd beschouwd, maar weI strafbaar bleef. - Ook de niet op winst gerichte handel van kleine hoeveelheden softdrugs (tot 30 gram) werd teruggebracht tot een strafbaar feit. - De strafnorm voor (internationale) handel in heroine en coca'ine werd verhoogd van 4 naar

de stekjes van een vrouwelijke superplant, die genetisch identiek zijn aan die moederplant) zorgt voor een stabiele produktkwaliteit zonder zaad. Daarnaast vormen het toevoegen van voedingsstoffen en de mogelijkheid tot klimaatbeheersing bij het binnenkweken omstandigheden om de kwaliteit van de

4

KLEINSCHALIGHEID

Theoretisch gezien maakt kleinschaligheid de risico's geringer. De financiele gevolgen van struikroverspraktijken of politie-invallen worden beperkt, mede omdat de investering in vaste produktiemiddelen veel kleiner is. Ook ziektes en ongedierte zijn in kleine kwekerijen makkelijker te beperken. Het oogsten en bewerken van het produkt is een arbeidsintensief proces. Bij kleinschaligheid kan men dit in eigen hand houden waardoor men van geheimhouding be-

drijfstak is echterge'interesseerd in de bloem van de vrouwelijke plant. Deze bevat het bewust-

plant te verbeteren. De goede kwaliteit van de nederwiet kwamonderandereaan het licht bij het oprollen van grote kassen. Daar bleek de cannabis 25 c/~ THC te bevatten, dit in tegensteJling tot import cannabis die een percentage heeft van rond de 15%. (1)

de illegaliteit een zeer hoog risico. Niet alleen politie maar ook struikrovers kunnen de buit binnenhalen. Bescherming van de waar met honden en wapens zorgt voor een criminele sfeer.

"Wiet, Nederland heeft het!"

PRODUKTVERBETERING

onmogelijk door de controle van de coffees hops en het bijna geheel verdwijnen van het Nederlandse gedoogbeleid (zie kader) heeft tot gevo\g dat buitenlandse know-how zich in Nederland concentreert. In samenwerking met de aI in ederland aanwezige kennis is deze verder ontwik-

Naast de laboratoriumtesten zijn er economische indicatoren die op een verbetering van het produkt duiden. In de coffees hops is de prijs van de nederwiet gestegen. "Tien jaar geleden had ne-

keld. Verdergaande kwaliteitsverbetering en hogere prijzen hebben een grotere toegevoegde waarde, maar ook een grotere investering tot gevolg. Grootschalige kwekerijen hebben door

12 jaar. De gedeeltelijke decriminalisering van de handel en het gebruik van softdrugs werd hiermee een feit. Niet aile softdrugsproducten vallen onder het gedoogbeleid. De zaadhandel is geheellegaal en valt niet onder de opiumwet. Spacecake en bonbons verhandelen is echter nog steeds een misdrijf. Doordat de concentratie van het THC-gehalte in deze producten moeilijk te controleren is, vallen zij onder een zwaardere categorie van de opiumwet. In 1980 werd door het Ministerie van Justitie een Ieidraad uitgevaardigd, betreffende

APRIL 1992


eiende bedrijfstak trekkelijk verzekerd is. Bij kleine hoeveelheden, van een ons tot enkele kilo's, ondervindt men hoegenaamd geen afzetproblemen. De kleine kweker heeft vaak een vast distributiekanaal een coffeeshop - waardoor tussenhandel overbodig wordt. Het benodigde, betrekkelijk lage startkapitaal en hoge toegevoegde waarde kunnen een kleine thuiskwekerij tot een aantrekkelijke bijverdienste maken. Illegaal weljswaar, maar de criminele sfeer die rond grootschaligheid ontstaat is hierbij vrijwel uitgesloten. THUISKWEKERIJEN

De pers pubIiceerde het afgelopen jaar vele artikelen en achtergrondverha len over de opmars van kleine thuiskwekerijen. Hoewel er geen cijfers beschikbaar zijn, -zelfs justitie houdt geen cijfers bij-, lijkt er een tendens te zijn van grootschalige naar kleinschalige produktie. Een kleine rllimte, bijvoorbeeld een kamertjeof een gedeelte van een zolder, kan met de nodige know-how worden ingericht als kweekruimte. Het startkapitaal is afhankeIijk van de gewenste kweekwijze en produktieopbrengst. Er zijn verschillend manieren van kweken, bijvoorbeeld de hydroteelt en de bio-organische teelt. De kweker kan er voor kiezen zelf eenklonerij op te ze tten in plaats van het kopen van de klonen a drievijftig tot vijf-

Beleid onderzoek en vervolging van overtredingen binnendeopiumwet. Hierwerd gesteld dat in de stedelijke gebieden op basis van het opportuniteitsbeginsel al dan wei of niet tot vervolging kan overgaan. Dit staat tegenover het legitimiteitsbeginsel wanneer er, als de wet overtreden wordt, altijd vervolgd moet worden. Bij het opportuniteitsbeginsel maakt men een afweging op grond van het algemeen belang. Verantwoordelijk voor de uitvoering van de leidraad zijn de plaatselijke Justitie, politie en burgemeester. Dit heeft tot gevolg dat op lokaal niveau binnen de afzonderlijke arrondissementen de leidraad verschillend wordt ge __nterpreteerd. OpvaUend is dat het beleid minder streng gehanteerd wordt in de stedelijke districten. Hier wordt de prioriteit gelegd bij de bestrijding van harddrugs. Mede hierdoor kon in bepaalde plaatsen een uitgebreide coffeeshopcultuur ontstaan waarbij handel, onder bepaalde regels, gedoogd wordt. Volgens Jansen hebben vier elementen een belangrijke rol gespeeld bij het ontstaan van het

APRIL 1992

tien gulden per stuk. Vaste richtlijnen voor het startkapitaal zijn dan ook moeilijk te geven. Hier voigt een indicatie: uitgaande van het feit dat men niet aileen voor eigen consumptie kweekt maar produceert voor de verkoop, kan men met drie tot vier duizend gulden een kleine goed uitgeruste kweek opzetten. Belangrijkste deel van de uitgave beslaan de hogedruk-natriumlampen. Daarnaast zijn er de variabele kosten. Een onderdeel hiervan is de elektra-rekening die al gauw zestig of zeventig gulden per maand hoger zaJ zijn. Er moet niet aileen financieel, maar ook fysiek geinvesteerd worden. Een kweek goed draaiende houden vraagt al gauw anderhalf uur per dag. "Het is als een huishouden in het klein. Je moet het goed bijhouden en hygiene is belangrijk", aldus een thuiskweker. Na een aanloopperiode van eenklein half jaar kan men de eerste opbrengst verwachten. De hierboven geciteerde thuiskweker gaf aan dat het echter soms weI twee jaar kan duren voordat een kweek echt goed draait. Het aanta l plantjes per vierkante meter bepaalt de opbrengst per plant. Men kan vijfentwintig planten op een vierkante meter kwijt, gemiddeld levert een plant dan tien gram per oogst af. Een vermindering van het aantal per vierkante meter heeft een verhoging van de opbrengst per plantje tot gevolg. Afhankelijk van

coffeeshopverschijnsel. Drie daarvan zijn hierboven al genoemd: a. de scheiding tussen soft- en harddrugs ('76) b. de decriminalisering van de niet op winst gerichte hand el in kleine hoeveelheden softdrugs ('76) c. het opportuniteitsbeginsel bij de uitvoering

van de wet. Ais belangrijk vierde punt kan de, niet te onderschatten, rol van de roerige jaren zeventig worden genoemd. In die periode was er vanwt de publieke opinie zware druk ontstaan op met name de burgemeester om het opportuniteitsbeginsel in het voordeel van de coffeeshops uit te Jaten vallen. AfzonderJijk kunnen bovengenoemde zaken geen verklaring bieden voor de unieke Nederlandse positie. Deze moet gezocht worden in de combinatie van de vier factoren. De gevolgen van de voortschrijdende Europese integra tie op het Nederlandse softdrugsbeleid zijn nog niet te overzien. In het Schengenakkoord is vastgeJegd dat ieder land een zekere vrijheid krijgt bij het invullen van haar beleid. Hoe het uiteindelijk zal uitpakken blijft afwachten.

het soort kan er na zeven tot twaalf weken geoogst worden. De nederwiet gaat bij coffeeshops voor zeven tot vijftien gulden per gram over de toonbank. In deze prijs zit een winstopslag varierend van veertig tot zes tig procent. \Iaast financiele aspecten blijkt hobbyisme vaak een grote rol te spelen bij de thuiskwekers: "Natuurlijk zijn er succesvolle kwekers, maar voor velen is het meer een inspirerende hobby. Het leuke van het binnenkweken is het streven naar de optima Ie omstandigheden; de 10J van het uitvinden." Met beduidend minder investering dan de hierboven genoemde kan de liefhebber zichzelf al snel van het eigen rokertje voorzien. GEHEIMHOUDING

Dat het niet aileen lollig is, maar ook illegaal, bewijst het verhaal van de inval bij een bijstandsmoeder duor twaalf politieagenten. Daarbij werden twintig planten en de kweekllitrusting in beslag genomen. De uitvoering van het beleid lijkt willekeurig. De voorJichter van de Amsterdamse Justitie geeft aan dat er weliswaar geen actief opsporingsbeleid wordt gevoerd. "Maar bij geluids, stank of ander overlast wordt er ingegrepen en beslag gelegd op planten en kweekbenodigheden." Op de expliciete vraag naar strafvervolging werd ontwijkend gereageerd. Geheim houding is voor de kweker belangrijk maar de toestemming en medewerking van huisgenoten blijkt ook onontbeedijk. Zo had een ondernemende scholier 42 planten bij zijn moeder in de achtertuin gezet, tussen varkens en kippen. Het groeiproces werd echter twee weken voor de oogst ruw verstoord. Angst voor een poJitieinval deed de moeder naar een hakbijl grijpen. Bij thuiskomst werd de scholier geconfronteerd met een lege omgespitte tum. Een ander voorbeeld is de vrouw die de binnenkweek van haar echtgenoot aangaf omdat hij, naar haar inziens, teveel tijd besteedde aan zijn "vrouwtjes" op zolder. MISTIG

Een illegale onderneming brengt verwachte en onverwachte risico's met zich mee. Ondanks het feit dat de nederwietbranche een mistige bedrijfstak is, blijkt het toch mogelijk om aan informatie te komen. De harde cijfers ontbreken maar de gegevens duiden op een bloeiende bedrijfstak. In de loop van de jaren is er een in Nederland een unieke know-how ontwikkeld omtrent kweekwijzes en kwaJiteitsverbeteringen van cannabis. Meerder bronnen duiden op een tend ens van grootschalige naar kleinschalige produktie. Een ding is echter duidelijk: goede wiet? Nederland heeft het! 1. Soitsf'(n'ts, m{/tllldelijks knipse/sel7)ice 111".14, bIz. 55. Uteratllllr A.c.M . /allSCI1, Can/'labis;l1 Amsterdam, Muiderl'crg, Cnnfitlko.

the det.'e/opmcll t of a "leSar conSl/mers' IIlllrket for cnl11ulhis: The "coffesJwp" plicl1()1IlenOn , A.C . M.lan~n . (ulflt/uscnpIJ

Sofl scads- mnnndelijkse service, Positron;c::;, Amsterdam .

5


Prof. dr. H. Opschoor is inmiddels een toonaangevend econoom een milieudeskundige geworden. De miliell-econoom van de VU neemt regeJmatig zitting in commissies die de regering moet adviseren over energieheffing (de commissie Wolfson), of over het standpunt van Nederland bij de komende lnternationale Conferentie over Milieu en Ontwikkeling in Rio de Janeiro (de CNCED). Op het symposium over internationaIe handel en milieu was Opschoor ook van de partij en gaf een korte schets van de problematiek: "Alle landen op aarde zijn met elkaar verbonden doordat iedereen gebrllik maakt van een en dezelfde biosfeer." Opschoor noemt dit 'ecoscope', de ecologische rllimte die we nodig hebben om te overleven. Economische activiteiten verkleinen de ecologische ruimte. Het gevaar van overexploitatir van de ecologische ruimte kan grotendeels op het canto van de rijken landen worden bijgeschreven. De rijkste land en, waar een kwart van de' wereldbevolking woont, zijn verantwoordelijk voor meer dan 75% van het broeikaseffect. [n 2050 zal de wereldbevoJking naar aile waarschijnlijk meer dan verdubbeld zijn. Als al deze mensen een redelijke (Westerse) levensstandaard willen hebben, diln moet volgens Opschoor de industriele output met een factor 10 tot 15 vergroot worden. Als we onze hllidige attitude naar het milieu toe niet veranderen, dan zullen we versneld in de ecologische gevarenzone terechtkomen. Economen wijzen op het feit dat de kosten van het gebruik van de ecologische ruim te momenteel niet in rekening wordengebracht. En hier ligt het aangrijpingspunt metdeinternationaJe handel. Internationale handelleidt, volgens de economische handboeken, aileen tot

Vrijhandel in In februari bestond het Instituut voor Milieuvraagstukken aan de VU twintig jaar. Ter gelegenheid daarvan werd er een symposium georganiseerd over de relatie tussen Internationale handel en het Milieu. De keuze van het onderwerp had niet actueler kunnen zijn, want de afgelopen maanden is er een stevige controverse ontstaan tussen de vrijhandelsorganisatie GATT en de internationale milieubeweging. Liberalisering van de wereldhandel en het voeren van een effectief milieubeleid lijken met elkaar op gespannen voet te staan.

Sander de Bruyn

daarin gro te successen geboekt. De importtarieyen namen middels zeven onderhandelingsronden af van veertig tot minder dan tien procent. De besprekingen bij de achtste onderhandelingsronde, de zoge naamde 'Urugay round', verlopen echter ongekend moeizaam. Het landbollwbeleid van de EEG en de handelspolitiek van de VS vormen de voornnamstestruikeJblokken. Tach erkenne n aile 108 betrokken landen dat het liefst nog deze mailnd knopen moe ten worden doorgehakt. De verkiezingen in de VS komen er irnmers ann , wat een fJexibele instelling van '5 werelds belilllgrijkste handelspartner onmogelijk za l maken.

DOLFIJNEN

De GATT heeft zich deze kritiek niet bepaald aangetrok ken. In februilri kregen de land en die in het kader van het milieu handelsbeperkende maatregelen had den genomen een veeg uit de pan. De VS moeten de import weer toestaan van

optimale resultaten als in de prijzen aile kosten worden meegenomen. Ais dit niet het geval is, economen spreken dan van externe effecten, dan leidt internationale handel niet tot een optimale alloca-

tonijn die gevangen is met kilometerslange drijfnetten waarbij veel dolfijnen om het leven komen. lndonesie mag haar eigen industrie geen verbod opleggen om tropisch hardhout nClar

Wat doet u nu met dat plastic roerstaafje, Minister Alders 7

tie Viln goederen en diensten. 6

reldnatuurfonds in feite een exportsubsidie. De produkten van dat milieuvervuilende land hebben dan een oneigenlijk 'comparatief voordeel' op de prodllkten van andere landen, waar het gebruik van het milieu wei in de prodllktprijzen tot uitdrukking komI. Dit vormt een ernstige belemmering in het voeren van een nationaal milieubeleid. De industrie, en dus de werkgelegenheid, zal zich immel'S concentreren in die landen die geen eisen stellen op miliellgebied. Dit is onwenselijk vanuit welvaarttheoretisch en milieukundig oogpun t. Bovendien is dit niet in overeenstemming met het door de OEC'D geaccepteerde principe 'de vervuiler betaaJt'. Om dit tegen te gaan bepleit het Wereldnatuurfonds dat de GATT bepalingen opneemt die het mogelijk maken eenzijdige handelsbarricres in te slellen tegen milieu-onvriendelijke produkten .

GENERAL AGREEMENT

De GATT heeft zich vooralsnog niet open gesteld voor de kritiek van economen en milieubeweging. De GATT, General Agreement on Tariffs and Trade, is in 1948 door 23 landen opgericht. Doelstelling was het protectionisme, dat de jaren voor de oorlog kenmerkte, te verminderen. In de eerste dertig jaar van haar bestaan heeft de GATT

Pas vrij recentelijk heeft het Wereldnatuurfonds, als overkoepelende internationale milieu-organisatie, kritiek geuit op het handelsakkoord. De GATT zou volgens het Wereldnatuurfonds bepalingen moe ten opnemen, die het mogelijk maken handelsmaatregelen te treffen tegen landen die de kosten van het gebruik van het milieu niet doorberekenen aan hun indllstrieen. Als een land de eigen industrie niet laat beta len voor het gebruik van het milieu, geeft het volgens het We-

Japan te exporteren. De VS en Indonesie treffen volgens de GATT protectionistische maatregelen onder het mom van het milieu. Een milieubeleid dient, volgens een recent rapport van de GATT, niet worden vormgegeven via handelsbeperkingen, maar kan juist bewerkstelligd (want gefinancierd) worden door de economische groei die het gevolg is van een verdere liberalisering van de wereldhandel. Vrije handel heeft volgens de GATT dus juist een positieve invloed op het milieu. Deze stelling werd door minister J.G.M. Alders, die het symposium open de, als onjllist van de hand gewezen. Het doe I van een internationaal milieubeleid moet 'duurzame ontwikkeling' zijn, zoals dat in het Brundtland-rapport is

APRIL 1992


om nu, in het kad er van nieuwe ontwikkelingen,

het gedrang?

de handelsovereenkomst opnieuw vorm te geven? Het streven om een milieubeleid nationaal en internationaal vorm te geven, wordt in toenemende mate belemmerd doorovereenkom-

geformuleerd. Om dit te bereiken moeten vol-

leid ten koste zal gaan van de mogelijkheden van

sten over internationale handel en economische

gens Alders zowel milieu- als handelsmaatrege-

ontwikkelingslanden. Milieu wordt in de rijke

len genomen worden. "Milieubeleid moet gren-

landen vaak gebaseerd op een notie van recht-

integra tie. De uitdaging voor de jaren negentig is de belangen van internationale handel en

zen steBen aan de vrijhandel, en niet andersom ",

vilardigheid met betrekking tot de toekomstige

milieu met elkaar in overeenstemming te bren-

oordeelde onze minister van VROM. De GATT

genera ties. Dit vindt Agarwal verwonderlijk,

gen. "Lukt dit niet", zo benadrukt Verbruggen,

moet daarom een code vaststellen die aangeeft

gezien de onrechtvaardige verdeling van de wel-

"dan dreigen zowel internationale handel als

welke handelsbeperkende maatregelen kunnen

vaart tussen de huidige generaties. Een consistent

het milieu te verliezen. De toename van protec-

worden getroffen in het kader van het milieu.

milieubeleid moet daarom ook iets doen aan de

tionistische maatregelen, die in het be l.ang van

Mr. R. Eglin, mede-opsteller van het Gatt-rapport

de bescherming van

over vrijhandel en milieu, vindt dat de conclusies

het milieu worden

van de milieubeweging en minister Alders alle-

getroffen, moet dan

maal wat overhaast zijn. De samenhang tussen milieu en vrijhandel is een nieuw gebied voor de

niet worden uitgesloten."

GATT, en niemand kan nu overzien wat de pre-

Handelsbelemme-

cieze consequenties zijn voor het handelsbeleid

ringen zijn volgens

van de GATT.

Verbruggen

"Het zou naYef zijn de ogen te sluiten voor het

meest krachtige in-

gevaar dat protectionisten hun belangen nastre-

strument

yen achter een fa<;ade va n zorg voor het milieu",

duurzaamheid ge-

om

het op

aldus Eglin. Volgens Eglin kunnendebijdeGATT

richte prod uk tie af te

aaneengesloten landen wei degelijk eenzijdige

dwingen, en moeten daarvoor ook wor-

handelsmaatregelen treffen om het milieu te beschermen (artikel20 van de GATT), indien er is

den gebruikt. Mis-

voldaan aan drie voorwaarden: er moet objectief ~ ",'e tenschappeJijk vaststaan dat het produkt scha-

bruik moet echter

1

worden ontmoedigd.

,J,

de lijk is voor mens en milieu, er mogen geen onnodige handelsbelemmeringen wordengetroffen, en de schadelijkheid moet direct met het

Hiervoor moet volgens Verbruggen de GATT aangepast

Opschoor: "We zitten in dezelfde biosfeer."

produkt verbonden zijn. Volgens Eglin is dit niet

huidige onrechtvaardige verdeling. En dat ge-

worden . Verbruggen denkt daarbij ondermeer

het geval bij de tonijnvangst. De dode dolfijnen

beurt volgens Agarwal niet door middel van

aan het opstellen van minimumeisen waaraan

zitten niet in het blikje tonijn. Overigens sluit Eglin niet uit datin de toekomst, na zorgvuldige

overeenkomsten, zoals de GATT of UNCED, die teveel de belangen van de rijke landen vertegen-

produkten en produktieprocessen moeten vol-

stud ie, discriminatie op grond van produktie-

woordigen. Een internationaal milieubeleid dat

arbitrage-commissie die moet beslissen in het

processen wei wordt toegestaan. Landen mogen volgens Eglin hun milieubeleid

rechtvaardig is, ook tegenover de huidige genera-

geval van geschillen.

niet via handelsmaatregelen opdringen aan andere land en: "Als landen wordt toegestaan

heeft plaatsgevonden als uitgangspunt nemen. Als we op die basis vervuilingsrechten gaan ver- .

De uitdaging bij een eventuele aanpassing van de GATT is natuurlijkdaarin gelegen datde aan-

doen op milieugebied, en het instellen van een

tie, moetdan ook de vervuiJing die in het verleden UITDAGING

handelsmaatregelen te treffen indien het milieu-

delen, kan blijken dat de rijke landen in het verle-

beleid van andere landen hun niet aanstaat,

den al hun rechten hebben opgebruikt, terwijl de

vullende maatregelen zo moeten worden vorm-

waarom zou een Iilnd met een minimum-loon-

ontwikkelingslanden nog voldoende rechten over

gegeven dat zij rekening houden met de natio-

wet dan niet de import verbieden uit een land

hebben om milieubelastend te produceren. Het

nale verschillen in milieuproblemen, begiftigd-

met lage lonen?". Buitenlandse politiek moet

treffen van eenzijdige handelsmaatregelen om de

heid in natuurlijke hulpbronnen en de versch.i.l-

z ich niet vertalen in handelspolitiek, dat is het credo van de GATT. Het interna tionale milieu is

milieuvervuilende produkten uit de ontwikkelingslanden te weren, noemt Agarwal -in navol-

betrekking tot de invulling van het milieubeleid.

ging van de GATT- dan ook onrechtvaardig en

Want deze verschillen tussen landen in produk-

hypocriet. De rijke landen moeten de blik wat meer richten op India en Afrika. "Columbus was

slag aan de internationale handel op basis van

belangrijk, maar dient via andere overeenkoms te n gereg eld te worden. De komende UNCEDconferentie over milieu en ontwikkeling biedt hiervoor een goede mogelijkheid.

niet op zoek naar Amerika", zo houdt de Indier ons voor, "hij was op zoek naar ons".

tie en consumptie Iiggen natuurlijk ten grondcomparatieve voordelen. Maar ook aan de meningsverschillen over diezelfde internationale handel. April kan voor de GATT nog een hete

HISTORISCHE VERVUILlNGSRECHTEN

De Indier dr. A. Agarwal, directeur van het Cen-

NIEUWE ONTWIKKELINGEN

trum voor Wetenschap en Milieu in New Delhi, is

Deontwikkelingseconoom dr. H. Verbruggen, zelf

minder enthousiast dan Eglin over de mogelijk-

werkzaam bij het instituut voor Milieu vraagstuk-

heden om via de UNCED tot een goed milieube-

ken, is tenslotte net als Opschoor van mening dat

leid te komen dat ook in het belang is van de

de GATT wei moet worden aangepast. De GATT

ontwikkelingslanden. Agarwal vreest dat de tot-

is in 1947 vormgegeven, toen de milieuproblemen

standkoming van een interna tionaal milieube-

nog nietecht manifest waren. Is het dan zo vreemd

APRll1992

lende wensen die er tussen landen bestaan met

maand worden. Wic //I cer wil Wel!! 11 (Wt.'r hef ~y nlp (1s illl!/ ( WMY IIVg //"leer sprekers voorrirn cf'k n 1,;!!Idell ), knn cO I1/(l cl Opn el!l t?11 mel fief Il1 sliflllli vaor Miliel.mmngs flfkkc!l1, lef: 020-548382 7. Er word! binfleflkorf ook eell

vers /a8

,W I

hef sYlllpos ilim Ififgcg('uell ,

7


Ver oop ustige stu enten gaan nu ill e aan Ie g. •

Op 22 en 23 juni orga niseert Unilever de S,i1es 2-daagse. Twee di1gen li1ng kunnen on dernemende studenten in het laarste ji1i1 r van hun studie hun commerciele ti1 lenten tonen. Op de eerste dag zi11 studenten kennis en vaardigheden worden bijgebrach t dje nodig zijn om op de tweede dag te kll nnen flln ctioneren. Dan zi1 1 name lijk de introductie Vi1n een nieuw produkt bij een in koper van een supermi1rkt worden gesimu leerd. F. Phili ps za l het verschil tussen gelijk hebbe n en gelijk krijgen du idelijk maken en vee I aandacht bested en i1a n het proces van onderhi1ndelen.

-::::::---'-

Het programma biedt ruimschoots gelegenheid om in contact te treden met Unilever mi1nagers dje werkzi1i1m 7. ~n in de Marketing/

binnen zijn vaar 13 mei en ku nnen worden ingezonden

Sales discip line b0 Uni lever.

naar: Step, Stichting Student en Praktijk, t.a.v.

lnschrijving staat open voor studenten die ge'interesseerd zijn in een sales-carriere. Ai1 nmeld ingen moeten

Mw. H. Posthuma, De Boelelaan

nos, 2i1-42, 1081 HV

Amsterdam, tel. 020-5484934, fax. 020-6462645.

UNILEVER SALES 2-DAAGSE 22 EN 23 JUNI 1992 ."'"

~

t.f)

,=> - - - - - - - --

-

U

-

Unilever

EEN WERELD VAN MOGELIJKHEDEN .

- -


Veni Vidi Vici ~

Sander de Sruyn, Hugo Strikker

De opkomst v de verzorgingsstaat is een van de opmerkeIijkste ontwikkelingen die zich in de tweede fase va deze eeuw heeft afgetekend. Voorwerp van vee I discussie, maar ook van veel verwarring. Wat is de verz rgingsstaat eig~nlijk ? et G oot oordenboek van Dale definieert de verzorgin, sstaat als 'de staat waarin de maatschapplj de lasten van de minder bedeelden draagt <loor iddel v nee" k rachtig systeem n socia le verzekeringen'. Lange tijd heiJigde het doel, l1et dragen van de lasten van de minder bedeelden, de middelen. En dus kwam, zag en overspoelde de verzorgingsstaat de overheidsfinancien. De discussie over de verzorgingsstaat richtt~zich uitsluitend op heLmiddel, niet op het doel: politici en economen zochten naar, een compromis tussen rechtvaardige lastenverdeling en efficiente heffingsgrondslagen. Wie zich scepti ch }limet over de verzorgingsstaat, werd genegeerd. Met de WAOingreep van vong jaar is ~e drsc~ssie vrij plotseling omge agen. De solidariteit met de minst bedeelden is onder vuur komerde liggen. Kennelijk dient de verzorgingsstaat 'hogere doelen' in de jaren negentig, bijvoorbeeld'de~economische oei. Verzorgingsstaat en economische groei: het Jijkt eel} haat-liefde verhouding. Enerzijds wordt de verzorgingsstaat gezien als het blok aan het been an de economische motor, de vrije markt. Met name de werkeloosheids- en bijstandsuitkeringen verstoren volgens sommige economen het marktmechanisme. Anderzijds compenseert de venorgingsstaat voor de negatieve effecten van ongebreidelde economische groei, ~oals mas3:werkloosheid en toeneme de psychische belasting. Daarnaast heeft de economische g oei d . verzorgingsstaat nodig. Is he~ ' warmhouden ' van een arbeids- en koopkrachtpotentieel immers,al niet van meet af aan de economische verdienste van de verzorgingsstaat geweest?

, Marian V,leerlaag, Margreth Hoek Naast het geschreven woord bestaat de ROSTRA verzorgingsstaat-special uit de foto-serie: "Verzorgfngsstaat van Wieg tot Graf." De fotoserie vormt een eigen verhaal dat naast de artikelen staat. fnhoud en foto's lopen daardoor niet altijd syncbroon. Laat je meenemen door de foto 's zoals de verzorgingstaat je aan de hand meeneemt van wieg tot graf.

APRll1992

9


Dit socia Ie bewustzijn bestond hieruit dat er een algemeen geaccepteerd besef was ontstaan dat de armoede en tegenslagen in het arbeidersbestaan resllltantes waren van de indllstriele samenleving. De gedachtengang dat het armoedeprobleem zich vanzelf ZOll oplossen zodra de industrie het land met de arbeiders tot voorspoed zou hebben gebracht, werd opgegeven. Men ging zich realiseren dat een kapitalistische samenleving vee I onzekerheden met zich meebracht. Regelmatig gingen bedrijven failliet of vielen er ontslagen zodat de werknemers tot de bedelstaf vervielen of waren aa ngewezen op fam.ilie of de kerk. Deze in zichten waren de aanzet tot het zoeken naar oplossingen. Zo ontstond het idee van een collectieve, verplichte verzekering, opgelegd door de staat. Dit ging echter niet zonder slag of stoot.

Tussen 1880 en 1950 ontstond er in de meeste ontwikkelde landen een stelsel van verplichte, nationale en collectieve verzekeringen. Dat hiermee juist toen een start werd gemaakt moet bezien worden tegen de achtergrond van het ontstaan van een groot bureaucratisch staatsapparaat en het opkomen van een sociaal bewustzijn.

Liesbeth Heidstra weinig geld om ook nog iets opzij te leggen nadat in het dagelijks lev en was voorzien, kwam niet bij hen op.

VERKWISTENDE ARBEIDER

ANARCHISTEN

In het algemeen kan gesteld worden dat er vier partijen een rol speelden bij het proces dat zou lIitmonden in de huidige verzorgingsstaat. Een onrnisbare partij was de overheid. Zij had eindelijk een goed ontwikkeld bureaucratisch apparaat tot haar beschikking, hetgeen een absolute vereiste was voor een路dergelijk collectief stelsel. Men moet zich echter geen al te idealistisch beeld vormen van de redenen van haar sociale bewo-

De arbeidersklasse zelf was in het algemeen negatief over een door de staat ingestelde verplichte verzekering. De marxistisch georienteerden waren tegen elke vorm van zekerheid daar dit een belemmering vormde voor de kornst van de onvermijdelijke Revoilltie. De meer conservatieve werknemers waren niet tegen een collectieve verzekering maar wei tegen staatsinmenging in deze, orndat zij dit als een inbreuk zagen op wat zij zelf hadden voortgebracht, te weten de onderlinge spaar- en verzekeringsfondsen. Deze waren door de arbeiders in de loop der negentiende eeuw opgezet met als doel de spaardiscipline te vergroten. Door het samenvoegen van de spaargelden ontstond een pot waaruit individuele leden een uitkering kregen bij ontslag of ziekte. Tot slot waren uiteraard de anarchisten tegen de invoering van een doorde staat ingestelde regeling daar zij tegen elke staatsinmenging

genheid. Motieven moeten eerder gezocht worden in het winnen van de steun van de arbeiders voor electorale doeleinden en de angst voor opstanden en onrusten. Door middel van het veilig steBen van inkomen voor de werknerners probeerde de regering de onderliggende oorzaken van maatschappelijke beroering weg te nemen. De felste tegenstanders vein een verplichte collectieve verzekering waren d e kleine ondernemers, boeren en ambachtslied en. Zij wantrouwden staatsinmenging en wilden baas in

10

Verzorgingsstaa1

eigen bedrijf blijven. Daarnaast lag een psychologische reden aan hun verzet ten grondslag: juist het feitdat zij zelfhun voorzorgsmaatregelen voor de oude dag en eventuele ziektes konden treffen onderscheidde hen van de arbeidersklasse. I30ven de in hun ogen verkwistende arbeider, die het vertikte om te sparen, voelden zij zich ver verheven. Dat 'let geen onwil was maar overmacht, de arbeider had gewoonweg te

" In goede handen " waren. De werkgevers, de vierde partij, prefereerden door hen zelf opgezette verzekerings-

projecten aangezien zij in de door de arbeiders georganiseerde onderlinges potentiele bronnen van samenzwering of vakbondsactiviteiten zagen. Deze projecten werden het eerst opgezet door de grote ondernemingen zaals de mijnen en de spoorwegmaatschappijen. Een bijkomend voordeel was dat op deze manier de werknemers aan de ondernerning gebonden werden want vjln het meenemen van het pensioen had nog niemand gehoord. Toen d e levensverwachting beter werd bemerkten zi j vee I langer aan pensioenverplichtingen te rnoeten voldoen. Het was dit besef wat de werkgevers ertoe bracht een matig positief geillid te laten horen over een door de staat ingestelde verzekering. BISMARCK

Door het vormen van coalities met of wei (delen van) arbeidersgroeperingen of werkgevers slaagden de verschillende regeringen erin een begin te maken met het collectieve stelsel. De Duitse regering was de eerste die succes boekte. De verplichte verzekering kwam tot stand als gevolg van sam en werking tussen de regering onder leiding van Bismarck en de grote industriele werkgevers en was duideJijk opgezet om arbeidsonlusten te voorkomen. De arbeidersklasse was goed geo rganisee rd en had een uitgebreid stelsel van onderlinges opgesteld. l.ij was vooreerst dan ook sterk gekant tege n bemoeienis van buitenaf temeer daM de enigszins socialistische arbeiders de zittende regering en vooral Bismarck zelf ernstig wantrouwden. Maar al snel zag zij dat de commissies die ingesteld waren om de fondsen te beheren goed gebruikt konden worden bij de organisatie van de arbeidersklasse. Deze commissies bleken een handig hlllpmiddel bij de klassenstrijd. In de jaren tachtig van de negentiende eeuw werden drie verzekeringen ingevoerd, voor ongeva\len, invaliditeit en ziekte, die tot voorbeeld zouden dienen voor de andere sociale stelsels die in Europa en de Ver-

APRIL 1992


in Vogelvlucht

of moet de bu rger d i t ze If doen? De d iscussie over het mini-stelsel is blijkbaar niets nieuws. In 1959 treedt het einde in van de rooms-rode samenwerking. De PvdA verdwijnt uit de regering om er,met uitzondering van een Korte periode in 1965-'66 tijdens het kabinet Cals, pas na veertien jaar onder de leiding van Den Uyl weer

enigde Staten opgezet zouden worden. Saillant detail: de pensioengerechtigde leeftijd was ook

geval bij de socialisten, de wens het bestaande stelsel uit te breiden. Het voorbeeld voor :---reder-

toen al 65 jaar, een ouderdom die vrijwel door

land is het Engelse rapport Social Insurance and

in terug te keren. Het kabinet ondergaat ook beleidsmatig een verandering. Zo wordt onder

geen enkele arbeider behaald werd daar de

Allied Service van sir William Beveridge, opge-

andere de regulerende rol van de overheid afge-

meesten op hun vijftigste reeds versleten waren.

steld in 1942. In 1945 laat Willem Drees, Minister

broken en een vrijere loonvorming aangekon-

Zou men nu dezelfde redenering hanteren dan werd de AOW pas uitgekeerd bij het vieren van

van Sociale Zaken in het kabinet Beel 1 09461948), op basis hiervan uitzoeken hoe de bestaan-

digd. De ontwikkkeling van de verzorgingsstaat

de vijfennegentigste verjaardag.

de verzekeringen kunnen worden omgebouwd

heeft hier echter niet onder te lijden: in 1963 wordt de Algemene Bijstandswet ingevoerd en

tot volksverzekeringen. Financiele ruimte hier-

als afronding van de socia Ie zekerheid komt in

toe is er echter nauwelijks. Aangespoord door de Tweede Kamer brengt Drees wei alvast een ver-

stand.

Het Nederlandse socia Ie verzekeringsstelsel kwam met horten en stoten tot stand. In 1901 werd de Ongevallenwet aangenomen, een collectieve verzekering op Kosten van de werkge-

1967 de Wet op de Arbeidsongeschiktheid tot

vers waarbij het verzekeringsfonds beheerd werd door een regeringsinstelling. De regering had

betering aan in de levensvreugd van de ouden van dagen. In 1947 voert hij de Noodwet-Ouder-

WONINGNOOO

domsvoorziening in die hem de bijnaam Vadertje

Anno 1992 is de financiele omvang van de ver-

gehoopt bij de invoering van deze wet arbeiders en werkgevers te kunnen passeren omdat deze

Drees oplevert. Deze vooruitgang is echter marginaa!, pas in 1965 zal deze uitkering zo hoog zijn

zorgingsstaat groter dan ooit en is zij volgens

als gevolg van de late industrialisering in Neder-

dat zij in de noodzakelijkste levensbehoeften

velen onbetaalbaar geworden. Er zijn echter ook andere geluiden te horen. Zo meent de econoom

land nog slechts een geringe organisatiegraad hadden. Echter, het wetsvoorstel

voorziet. Tijdens het derde kabinet Drees 0952-

J.Pen dat er genoeg geld beschikbaar is maar er politieke onwil heerst om nog

leidde tot groot verzet bij de

langer op dezelfde voet door te gaan. De mainstream is

werkgevers en moest in gewij-

even wei bezig naar oplossin-

zigde vorm worden ingevoerd. Deze wet had zo ook nog een

gen te zoeken voor de problemen. De WAO is een voorde-

onbedoeld neveneffect: in een klap werden de werkgevers

lige afvloeingsregeling geworden, van de bijstand

gemobiJiseerd en verenigden zij zich in de Nederlands Vereni-

wordt op al dan niet grote

ging van Werkgevers. De arbei-

schaal misbruik gemaakt en

ders konden niet achterblijven

tijdelijke maatregelen zoals bijvoorbeeld de hUUfsubsid ie,

en begonnen zich ook, volgens confessionele Jijnen, te organise-

bedoeld om na de oorlog de

ren.

ergste woningnood te verminderen, zijn permanent

Zeventien jaren later pas trad de

geworden. Dit is allemaal

Pensioen wet i n werking, een wet die al in 1913 was ingediend. De uitvoering van de eveneens in

nooit de bedoeling geweest van de ontwerpers van de ver-

1913 aangenomen z iekteverze-

zorgingsstaa t: Drees, Hofstra,

keringswet werd uitgesteld tot 1930. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zorgden de Duitsers ervoor dat er een wetteJijke regeling

1956) gaat het beter op financieel gebied. De naoorlogse wederopbouw is min of meer voltooid,

voor de ziekenfondsen kwam. Over de oorzaak

in 1952 is het tweede industriaJisatieschema

van deze vertragingen bestaat onder historici weinig zekerheid maar moet waarschijnlijk ge-

ingevoerd waarin gezorgd wordt voor voldoen-

zocht worden in het ontbreken van een werkelij-

de werkgelegenheid en twee jaar later is het tijd voor de eerste welvaartsronde: een loonsverho-

Zijlstra, Klompe en andere kopstukken uit de jaren vijftig. Zij zetten het sociale zekerheidsstelsel op uit onvrede met de grote welvaartsverschillen tussen de bevolkingsgroepen die vooral tijdens de Grote Depressie zeer schrijnend waren en hoopten zo de te grote maatschappelijke verschillen enigszins te verminderen.

ke wil tot een sociale wetgeving te komen. Politiek f\;ederland was in de eerste helft van de

ging bovenop de inflatiecompensatie. Eindelijk kan verder gegaan worden met de uitbreiding

Hopelijk zal het tij de komende tien jaar keren en

twintigste eeuw meer met de inrichting van de

van het zekerheidsstelsel.ln 1957 vervangt de Al-

ontstaat alsnog de samenleving die deze socia Iis-

a rbeidsverhoudingen en het corporatisme of wei 'de ordening van de samenleving' bezig.

gemene Ouderdomswet de Noodwet van Drees nadat de SER hiertoe drie jaar eerder heeft gead-

DREES

Na 1945 verandert dit drastisch. f\;a de schrijnen-

in 1965 gebonden zijn aan een sociaal minimum. ;\Iu de welvaart groter wordt, neemt ook de hef-

de armoede van de jaren dertig en de nog steeds

tigheid van de discussies over de rol van de

viseerd. Zoals gezegd zal dit staatspensioen pas

bestaande grote ongelijkheid tussen de verschil-

overheid en de hoogte van de belastingen toe.

lende bevolkingsgroepen is er nu we!, in ieder

Moet de overheid de voorzorgsgelden beheren

APRIL 1992

ten voor ogen hadden: een zorgzame samenleving die de verantwoordelijkheid voor persoonlijk materieel welzijn in grote mate aan het individu overlaat maar die klaarstaat wanneer er echt behoefte aan wrg is.

11


De Nederlandse economie heeft het sinds de jaren '70 in verhouding met de ons omringende landen minder goed gedaan. Hadden wij begin jaren '70 nog het hoogste BNP per hoofd van de bevolking van de EEG, sindsdien is het verval geleidelijk ingezet. Als oorzaak wordt weI de lage arbeidsparticipatie genoemd . Omdat sinds de jaren '70 ook de verzorgingsstaat omvangrijk gestalte kreeg, komt d e VTaag naar voren of de lage arbeidsparticipatie niet het gevoJg is va n de vormgeving va n onze verzorgingsstaat. Volgens de eerste spreker op hetsymposi um, dr. R. Kloosterman (leerstoel: economie der sectoren en regio's), is dit inderdaad het geva l. De lage participatiegraad vloeit voor t uit de specifieke ken merken van onze verzorgi ngsstaat: de decentrale besluitvorming, de nadruk op het gezin en de gemakkelijke u ittredingsprocedures. Hierdoor is de arbeidsparticipatie van met name de vrollwen Jager dan in de andere typen verzorgingsstaten, zoals de libera le welvaartsstaat in de V.S. en de sociaal democra tische verzorgingsstaat in 7.weden. Het gevolg van deze lage arbe idsparticipatie is dat het draagvlak van de verzorgingsstaat, de verhouding actieven/niet-actieven, achterllitholt. oaarom moet onze verzorgingsstaat worden aangepast, hetzij in de richting van de liberaIe welvaartsstaat (V.S.) met een kleine overheid waarbij de werking va n de markt zoveel mogelijk wordt overgeJa ten, hetzij in de richting van de sociaa l-democratische welvaartsstaat (7weden) met een grotere overheid, een sterker.. nadruk op het individll en een sterke arbeidsdwang. MARKTPRIKKELS

Volgens Kloosterman is de aanpassing nu a l merkbaar met het introduceren van meer marktprikkels in het sys teem va n de soeiaJe zekerheid (lees: verlaging van de uitkeringen). Welke richting het hele proces van aanpassing in Nederland op za l gaan is momenteel nog niet te zeggen, maar Kloosterman aeht een aanpass ing in de richting van de soeiaal-democratischr verzorgingsstaat onwailfschijnlijk, vanwege het gedecentraliseerde karakter van de J\iederJandse besluitvormi ng en de po litieke onhaalbaarheid van .lastenverzwaring. lnderdaad is in de hele politieke di scussie het 'Zweedse model' de laa tste jaren

~ I

I

een beetje uit het zieht verdwenen. Prof. dr. J.G. Lambooy, van dezelfde vakgroep als Kloosterman, signaJeerde ook een afnemend draagvlak voor het instandhouden van de verzorg ingss taat. Lambooy na m ech ter de 'a fgedwongen solidariteit' als aangrijpingspllnt van zijn betoog. In de verzorgingsstaat wordt de 50lidariteit 'afgedwongen' middels een uitgebreid stelsel van verpl ichte premiebetalingen. I let draagv lak van de 'afgedwongen solidariteit' van het socia Ie zekerheidsstelsel is volgens Lambooy aan het verrninderen. De gemiddelde Nederlander heeft door de tijd heen genomen steeds gro-

De verzorgings Het afgelopen jaar is ook in de politiek de discussie losgebarsten over de toekomst van de verzorgirigsstaat. Het groeiend aantal niet-actieven dreigt de verzorgingsstaat onbetaalbaar te maken en legt een te grote belasting op de solidariteitsgevoelens van de actieven. Dit wordt ook in de politiek als onwenselijk ervaren. In tegenstelling tot vroeger wordt de oplossing nu niet gezocht in het lanceren van over-ambitieuze banenplannen, maar staat de vormgeving van de verzorgingsstaat zelf ter discussie. De economise he faculteit van de UvA zocht aansluiting bij de actualiteit en organiseerde op 21 februari in het Novotel te Amsterdam het symposium; 'De toekomst van de verzorgingsstaat'. Sprekers waren de kopstukken van onze eigen faculteit. "Een mooi initiatief om nu eens te vertellen waar we al die jaren aan de universiteit mee bezig zijn geweest.", aldus Prof. dr. F.A.A.M. van Winden.

Sander de Bruyn

tere bestedingsverwachtingen. oit is echter niet in overeenstemming met de lage macro-economische produktiviteitsstijging. In de V.s. kan de gemiddelde Amerikaan nu aJ niet meer dan zijn ouders besteden. Dit conflict tussen de 'magere' realiteit en de 'vette' verwachtingen brengt de solidari teitsgedachte achter de verzorgingsstaat in gevaar. oit moet in relatie worden gezien met de veranderde kiezers markt. Deze is niet Janger piramide-vormig met een kleine groep rijken en een grote massa relatief armen, maar ui-vormig. De middengroepen zijn in aa ntal oververtegenwoordigd.

Verslag van een verzorgd symposium Het gevolg is dat de politiek zich steeds meer gaa t richten op die middengroepen, ee n verschijnsel dat versterkt wordt doordat de onderlaag niet meer is ge'in teresseerd in de politiek. Aldus voorziet Lambooy dat de solidariteitsgedachte voor dr lagere inkomensgroepen in de' toekomst niet langer een politiek draagvlak heeft. Oil zaJ leiden tot een andere inrichting van de verzorgingsstaat, waarbij een afslanking zeker niet moet worden uitgesloten. PUBLIC CHOICE

Prof. dr. FA.A.M . van Winden Oeerstoel: openbare finaneien) stelde het ali emaaJ wat sterker, en meent dat de verzorg ingsstaat onmiskenbaa r op zij n retour is. Van Winden biedt een verklaring vanuit de 'Public Choice' -theorie, het wetenschapsgebied dat het gedrag van de overheid

probeert te verklaren vanll it de assump tie van het eigenbeJang. In de 'Publi c C hoice' theorie spelen de diverse maatsc happelijke belangengroeperi ngen die de uitkomst Vil.n het po litieke proces probere n te bein vloeden, een belangrijke ro l. Het interessan te betoog van van Wi nden is verwerkt in het ilftikel dat hij in het kader van deze 's pecial' voor ROSTRA heeft geschreven. De gelnteresseerde verwijs ik door naar pagina 20 en 21 van deze editie. Overigens hoeft een afslanking van de verzorgi ngss taat volgens van Winden nog niel te betekenen dat de overheid ook kleine r wordt. Andere voorzieni ngen, zoals het milieu of de infrastructuur, kllnnen in de toekomst een grotere rol gaan spelen. VORMGEVING

In tegenstelling tot Kloos terman, Lambooy en van Winden ginge n de sprekers die '5 middags aan bod kwamen meer in op de vormgev in g va n de toekomstige verzorgingsstaat. De macro-econo men drs. H. Keuzekamp, still1d -in voor de overuren makende van der Ploeg, en prof. dr. J. Hartog, pleitten beiden voor het introdllceren van meer financiele prikkels in het socia Ie zekerheid sstelsel, die de motivatie om terllg te keren naar de arbeidsmarkt moet vergroten. Een bekend voorbeeld, en het stokpaardje van Hartog, is het vergroten van het verschil tussen loon en lIitkering. Ook bij ziekte, moeten er volgens Hartog prikkels bestaan die ertoe leiden dat men zich eerder op de werkvlocr m eldt. oaarnaast is het noodzakelijk dat de criteria voor het verkrijgen van een llitkering helderder worden. De uitvoeringskosten, die volgens Hartog hoog zijn in EEG-verband, kunnen dan omlaag. Wat dat betreft kan het veelbesproken ministelsel missehien uitkomst bieden. Het ministelsel kent

APRIL 1992


~taat

op dieet?

volgens Hartog echter niet aileen maar voordelen. De omschakelingskosten zouden wei eens heel hoog kunnen zijn. Daarnaast kan de haalbaarheid van particuliere verzekeringen, een essentieel kenmerk van het ministelsel, bemoeiJijkt worden door het fenomeen 'adverse selection'. Dit fenomeen treedt op wanneer verzekerden met verschillende risico's zelf mogen bepalen waar en hoe ze verzekerd zullen zijn. De verzekerden met een laag fisico zullen dan besl uiten zich niet te verzekeren, waardoor de premies om hoog moeten, waardoor weer anderen zullen besluiten zich niet te verzekeren, waardoor de premies wederom omhoog moeten, etcetera. Een even wicht zal niet altijd tot stand komen. PERSONA NON GRATA

Ais argeloos toehoorder op het symposium bekroop je ha lverwege de dag even de vrees dat het de verzorgingsstaa t net zo za l vergaan a ls dat gekke jongetje met die uilebril, stoffen broek en veroud erde schoenen op je lagere school; eerst uitvoerig getreiterd en vervo lgens tot ongewenst persoon verkl.:Jard. Gelukkig bleken er toch nog sprekers te zijn die het voor de verzorgingsstaat durfden op te nemen. De Zweedse hoogleraar in de emancipatieeconomie prof. dr. 5. Gustaffson yond bijvoorbeeld een afslanking va n de verzorgingsstaa t geen optie. Het Zweedse model bied t volgens haa r een a fdoende oplossing v~~r de Nederlandse problemen. Gustaffson merkt op dat veel vrijw illigerswerk in Nederland waarschijnlijk betaald werk in Zweden was. H et Zweedse model, opgetrokken rond het individu, en met een acti ef arbeidsmarktbeleid, is vOlgens haar, ondanks het feit dat het momenteel een beetje bui ten de discussie is komen te staan, nog steeds een aan trekkelijke op tie voor de Nederlandse verzorgingsstaat. SOCIOLOOG

De tweede spreker die het voor de verzorgingsstaat durfde op te nemen, was de de socioloog Dr. D. Engbersen die tevens het symposium afsloo t. Engbersen ging in op de onbedoelde effecten van de verzorgingsstaat. Hij signaleerde vier ontwik-

APRll1992

kelin gen di e als ongewenst kunnen worden beschou wd. Ten eerste heeft d e verzorgingsstaat volgens Engbersen geleid tot een strategische omgeving waar de calculerende burger zich a ls een vis in het water thuisvoelt. De calculerende burger za l meer zorg naar zich toe weten te trekken dan maatschappelijk als wenselijk wordt geacht. Engbersen stelde snerend dat het mensbeeld van de economie, de Homo Economicus, eenma al losgelaten op de verzorgingsstaat, kenneJijk als een probleem wordt beschouwd. Het tweede onbedoelde effect is de doelverschuiving van de uitvoeringsorganisaties. Het kan volgens Engbersen niet ontkend worden dat de socia Ie uitvoeringsorganisaties zich in de jaren '80 te weinig hebben ingespannen om hun clientele weer terug te brengen naar de arbeidsmarkt. Aldus probeerden de organisa ties te komen tot een bestendiging van hun maatschappelijke

als ze weer gewoon aan het werk kunnen gaan. Om de onbedoelde effecten VCln de verzorgingsstaa t tegen te gaan, wordt vaak een inkrimping van de zorgarrangementen bepleit. De vraag is eehter of een dergelijk ministelsel ook niet onbedoelde effeeten met zieh meebrengt. Het sehrikbarende voorbeeld van een ministelsel is volgens Engbersen juist in Amerika te vinden, waar de soeiale eohesie tu ssen d e verschillende in komensklassen is weggeva llen. Een onderklasse die in armoede leeft en een middenklasse die politieke druk uitoefent op de regering om toch vooral de belastingen te verJagen. In Nederland hoeft het volgens Engbersen niet zo ver te komen. Uit enquetes van het NRC-Handelsblad en het 50ciaal-Cultureel plan bureau blijkt dat de meerderheid va n de Nederla ndse bevolking het ministelsel afwijst, en voor een handhaving van het huid ige stelsel is. Dit is deels te verklaren uit eigenbelang, maar voor een g roat gedeelte juist uit een waa rdering voor de ge'insti tutionaliseerde solidariteit. En als het merendeel van de Nederland se bevolking het stelsel steunt, heeft het zijn legitimering. Concluderend stelt Engbersen dat de verzorgi ngsstaat aanpassing behoeft om de problemen van de jaren '90 het hoofd te bieden, maar dat het ministelsel daarvoor zeker geen uitkomst biedt. TEVREDEN

"Boom, Roos, Vis, Vuur, Mus, Pim" bestaan. Ais derde onbedoelde effect kan het feit worden genoemd dat de sociale zekerheid snel etiketten plakt op haar eigen clientele; moeilijk, onhandelbaa[, asociaal, etc. Op deze manier kan er verklaard worden waarom zo weinig allochtonen werkzaam zijn in het Nederlandse bedrijfsleven, en waarom de wet Vermeend-de Yloor (die langdurig werklozen aan een baan wilt helpen door premiekortingen Clan werkgevers) zo weinig resultilten geeft. Het vierde onbedoelde effect is het optreden van cul tu rele kortsluitingen. Het hele verzorgingsstel"sel is, blijkens recente ond erzoeke n, voor bijvoorbeeld de Marokkaanse jongeren helemaal niet zo zaligmakend. Zij zijn het beste geho lpen

Het symposium Iiet in zijn totaliteit een gedegen indruk ac hter. Organisator dr. R. Knaack toonde zic h na a fl oop dan ook nietontevreden.ln tegenstellin g to t wat hij verwacht had, was de opkomst van ongeveer honderd belangstellenden en de gro te participatie vande toehoorders in de discussies een bewijs voor het rendement va n deze voor onze faculteit unieke gebeurtenis. OpvaJlend was dat de 'sociologisering' van de economie zich inmiddels ver heeft doorgezet. De neoklassieke optimaliteitsgedachte met bijbehorende grafieken, waren bij de meeste bijdragen afwezig. Misschien dat het onderwerp daar mede debet aan was. De economen, gefixeerd a Is ze zijn op de vrije markt, hebben altijd al een beetje moeite gehad met het verklaren van het succes va n die verzorgingsstaat. De vraag dringt zich dan oak op of de voorspelde afbraak van de verzorgingsstaat niet de vader van een reeds lang gekoes terde gedachte is.

13


... '

• • • • •• • • • • • • • • •• •

I

...

-•

25

CEN T

Wat heb je aan een belangrijke functie als je geen initiatief mag tonen? Je staat op het punt van afstuderen en denkt aan

Moret Ernst & Young. Onze carriere-policy is bijzonder

je carriere. Begrijpelijk. Dan kun je twee dingen doen. Je

simpel: als je talent hebt kun je bij ons aile kanten op.

zoekt een bedrijf op en wacht netjes tot iemand ook

Zodat je in feite je eigen weg naar de top bepaalt. Meer

naar jou luistert. Of je praat nu met de mensen van

weten? Bel de heer R.J. Ekkebus, tel. 010 - 4074368.

Praat

'ns

met de

mensen

van

Moret Ernst & Young.

ill MORET ERNST &YOUNG


Ret optimisme van Wolfson Ais wetenschapper en actief PvdA-lid volgde Ruud kinderopvang, die de laatste jaAl maanden is Nederland in de ren een reusachtige groei heeft Knaack de discussie over de verzorgingsstaat op ban van de collectieve lastende voet. Het rapport van de commissie Wolfson doorgemaakt als gevolg van de show als gevolg van de beslisvormde daarin een essentieel onderdeel. Het rapto egenomen participatie van sing van het kabinet in de wmer port Wolfson legt de nadruk op het verhogen van de vrouwen, is de ruimte voor laagvan 1991 in te grijpen in de WAO geschoolden toteenminimum beparticipatiegraad. Dr. R. Knaack betwijfelt de efen de Ziektewet. Het kabinet fectiviteit van de door de commissie Wolfson geperkt gebleven. Zowel de vakbedeed dat omdat het aantal uitkelanceerde plannen. weging als de vrouwenbeweging ringsgerech tigden als percentaplei ten voor meer aanstellingen ge van de werkende beroepsbein de kinderopvang van gediplovol king groter dreigde te wormeerde krachten. Maar stel dat het toch zaJ den dan 86% die in het regeerakkoord was afDr. R. Knaack lukken om langdurig werkJozen een aanstelling gesproken. Om deze doelstelling te halen was te geven in de gesubsidieerde zorgsector. Oat is afgesproken dat het beroepop de WAO/ AAW ongetwijfeld goed voor de langdurig werkloze graad in arbeidsjaren bedraagt slechts 47 procent, in 1992 niet meer mocht groeien en het aantal of voor de zorgsector. Maar het geeft geen bijterwijI dit percentage in de EG als geheel op 53 WAO' ers moest in 1994 zelfs terug zijn op het drage aan een betere financierbaarheid van de procent ligt. niveau van 1989, het beginjaar van het kabiverzorgingsstaat. Immers, een de persoon die net. eerst een inkomen genoot uit de WW, ontvangt OPTIMISME PARTICIPATIE De commissie Wolfson hoopt dat de basis van de nu een inkomen uit de AWBZ of het gemeentefonds. Een nieuwe baan in de kwartaire sector verzorgingsstaat kan worden gegarandeerd door De aangekondigde maatregelen brachten de zal wei de afhankelijkheidsgraad verminderen, vanaf nu per jaar zeventig it negentig duizend extra tota le maatschappij in rep en roer en werden banen te creeren. Deze banen zijn voora l bedoeld om maar niet het bruto-netto-traject. Pas wanneer vooral de PvdA aangerekend. Velen hadden allochtonen, vrouwen en gedeeltelijk arbeidsongede nieuwe baan wordt gecreeerd in de marktsechet gevoel dat de PvdA, die altijd had gezegd schikten aan het werk te helpen. Deze banen moeten tor zal dat een positieve bijdrage leveren aan het op te komen voor de minder bedeelden in de gecreeerd worden door een verlaging van de bruto kunnen verminderen van de wig, het verschiJ samenleving, juist deze groep liet vallen. Op loonkosten, vooral op of net boven het minimumtussen het bruto en netto inkomen. grond van deze gebeurtenissen heeft de PvdA loon, (te betalen uit een miin maart 1992eenspeciaal l ieubelasting), door taakafsOVERHEIDSINVESTERINGEN congres gehouden over plitsing, door een wettelijHet bovenstaande betekent dat de toekomst van de verzorgingsstaat. De ke regeling voor werken in de verzorgingsstaa t voor een belangrijk deel zal discussie op het congres deeltijd in te voeren en door afhangen van de ontwikkeling van de marktsecyond plaats aan de hand betere ui tvoeringsorganisator en met name de mogelijkheid tot industriele van het rapport 'Nieties van sociale zekerheid vernieuwing in :"-Iederland. En dan is het maar mand aan de kant' geen arbeidsbemiddeling. Bij de vraag of de ma atregelen die de Commissie schreven door de ComWolfson aanbeveelt soulaas zullen bieden voor het laatste bepleit de commissie Wolfson. missie beter samenwerkende werkgelegenheid in de marktsector. Het conIn fei te gaat het rapport currentievermogen van de marktsector zal voor de of zelfs geheel nieuwe niet, wals de bedoeling een belangrijk deel afhangen van haar vermoorganisaties. was, over de verzorgingsHet rapport-Wolfson is een gen om technologische vernieuwingen te absorstaat, maar over participatiebeleid en volumebeberen. De door de commissie Wolfson bepleitte optimistisch stuk. Het gaat loonmatiging kan in dit verband averech ts uiter van uit dat voor bijna een leid. Het rapport gaat uit miljoen mens en die aan de werken, doordat de bedrijven te lang investerinvan de vooronderstelling kant staan op de arbeidsgen intechnologie kunnen uitstell en. Daarnaast dat de problemen rond markt een betaalde baan te zal de overheid op het gebied van industriele de financierbaarheid van Handleiding en Voorschriften vinden is. Oat is maar de vernieuwingen niet moeten terugtreden, maar het stelsel van socia Ie vraag. Deze een miljoen zich juist actiever moeten opstellen. Met name voorzieningen minder te mensen bestaat uit een harde kern van langdurig bestaat er juist op dit terrein vee I behoefte aan wijten is aan het aantal uitkeringsgerechtigwerklozen (350 duizend), waarvan een belangrijk den, maar meer aan het geringe volume van nieuwe overheidsinvesteringen op het gebied deel all ochtonen zijn van wie 70 procent niet meer van infrastructuur en telecommunicatie. Het de werkende beroepsbevolking. De particidan lager onderwijs heeft, en veelal zelfs dat niet; geaandeel van de overheidsinvesteringen in het patiegraad, dat is het aanta l werkenden per deeltelijk arbeidsongeschikte WAO'ers en AAW'ers nationaal inkomen in Nederland is bijzonder ingezetenen tussen de 15 en 65 jaar, bedraagt (400 duizend); weduwen die met de arbeidsmarkt te klein, met name in vergelijking met Japan. Het is in \lederland 59 procent. Dit percentage is 12 maken zullen krijgen (50 duizend) en herintred ende dus maar de vraag of de door 100l1Iuatiging respectievelijk 13 punten hoger in Japan en de vrouwen (200 duizend). Voor al deze mensen wi l de geschapen ruimte gebruikt moet worden voor Verenigde Staten, maar Jigt op hetzeJfde nicommissie arbeidsplaatsen scheppen. Voor een beveau als de gemiddelde deelnemingsgraad in belastingverlaging in plaats van het verhagen langrijk deel hebben zij behoefte aan laaggeschoold van de overheidsinvesteringen en de uitgaven de totale EG. Echter, wanneer men rekening werk. Echter, het Jaaggeschoold werk dat er is, loopt voor onderwijs. houdt met het feit dat in ~ederland relatief mede als gevo lg van technologische veranderingen erg veel mensen in deeltijd werken, wordt het R""d Kllanck is verbOlldCII aan de vakgroep Micro-ccollomie. terug. ZeJfs in de collectieve sector, bijvoorbeeld de beeld and ers. De Nederlandse participatie-

III

APRIL 1992

15


De sector gezond heidszorg heeft, hand in hand met de verzorgingsstaa t, fli nke proporties aangenomen . Volgens het Fina ncieel Overzicht Zorg 1991 kwame n de kos ten va n de gezondheidszorg vorig jaar uit op 50 miljard, ofwel bijna 10% van het BNP. Per Nederlander komt dat neer op 2478 gulden. Met 554.000 werknemers neemt de zorgverlening 11 % van de totale werkgelegenheid voor haa r rekening. Net a ls de verzorgingsstaat zelf heeft de gezondheid szorg ook perioden va n grote kostenstijgingen achter de rug, met na me in de jaren 70. De ex treme bureaucratie in de sec tor was daar debet aan. Zorginstellingen werd iedere verantwoordelijkh eid on tn omen. Je kon bij wijze van spreken nog geen potlood op eigen initiatief aansc haffen. De zorgsec tor was verticaal georganiseerd: de overheid. als subsidient, daaronder de zorginstellingen en verzekeraars, en tenslotte d e patient die niets te zeggen had. PLAN-DEKKER

Oro de kostenstijgingen op ma cron ivea u in te dammen werd begin jaren tachtig d.e 'centrale aanbodregulering' van kra cht. Zorginstellingen, waaronder zie ke nhui zen, kwamen op een budge tsys teem. Daa rmee verdween de incentive om patienten lan ger op de ziekenzaa l te houd en dan strikt nodig WilS. Oat was ec hter meteen de schaduwzijde van de nieuwe o pzet. De kostenbeheersin g op macro ni veau we rd inderdaad gerealiseerd. Maardit g ing gepaard me t een verslechterde zorgvoorziening. De greep van d e overheid wreekte zich and~r­ maal, nu in d e kwaliteit van de zorg. Om he t diJ emmil te doorbreken, waren nieuwe verhoudi ngen in de gezon dheidszorg nodig. De neerw aartse druk op kos ten en kwaliteit rooest tegenspel krijgen.

16

Koudwatervrees Nog zo'n bolwerk van de verzorgingsstaat, maar dan in de produk· tiesfeer, is de zorgsector. Doch ook daar rammelt het vrije·markt. den ken aan de poort. Economen breken zich het hoofd over de vraag hoe de zorgmarkt in een eenvoudig stel vraag/aanbodcurven gedrukt kan worden. Maar een vrije markt voor gezondheidszorg is omstreden. Op zoek naar het waarom stuiUe Rostra op eigenaar· dige wetmatigheden binnen de zorgverlening, en kwam tot een geheel andere kijk op het plan·Simons.

Hugo Strikker

hoeksverhouding beoogd tussen pa ti ent-client, verzekeraar en zo rginste lling. De onderl inge verhoud ingen worden formeel juridisch vastgelegd in: a. de polis, tussen patient-client en verzekeraar; b. het zorgvedeningscontract, tu sse n verzekeraar en zorgverlener; c. kwaliteitswetgeving va n overheidswege tussen zorgverlen er en patientclient.

na uwelijks een markt overhouden om met elkaar te concurreren . Het basispakket, dat voor ied ereen geld t, beslaat 95% Viln de totale zorgvoorzieningen. De top, en daarmee de mogelijkh eid to t polis- en premied ifferentiatie, is gered uceerd to t 5% Viln de zorgverleningsmarkt. Al met al komt er, in de oge n van eco nomen, wei ni g terec ht van een evenwichtige vraag/ aa nbodverhouding in de zorgsector.

Maar economen teke ne n erns tige bez wilfen aa n tege n Simons' versie van het plan-Dekker. ESB

AMERIKA

van 20 / 11 /1 991 spreek t van 'een slap aftreksel'. Ais principieel bezwaar kom t naar voren da t Simo ns en het kabinet he t p lan-Dekker besmuiken met inkomenspolitiek. De oorspro nkeJijk z uivere kwestie van het plan-De kker (hoe komen we' tot allocatieve efficiency in de zo rg, ofwei hoe komt de zorg daar waar ze het meest nodig is?) is verdoeze ld met het algehele rechtvaardige- inkome nsverdelingsv raagstuk.

De vrije concurre ntie krijgt in het plan-Simons du s nallwelijks een voe t aan de grond. De vraag d ringt zich op of Sim ons da ar wei op aa ns tuurde. In hoeve rre leent de zo rgsector zich voor de vr ije ma rkt? Drs. M .E Palte van Pa lte Project Management, het interim-manage me ntbu reau voor sa menwerkingsprojecten in de zorg- en welzijnssec tor, schetst de moeilijkheden in deze kw es tie. Palte: "Echte concurrentie is ni et mogelijk in de

De co mmissie-Dekker ontwierp h iertoe in 1987 een m odel van 'coUll tervailing powers', bedoeld om een vraag /a anbod-verhouding te creere n. Enerzijds de zo rgins tellingen a ls aan bieders, anderzijds verzekeraars en patienten als vragers. De verzekeraars zouden namens de pa tienten onderhandelen met d e zorgaanbieders over hoeveelheid, pri js en kwaliteit. Om dit te realiseren zouden zowel aa nbod- als vraagzijde veranderingen moe te n o ndergaan: 1. Mee r concurrentie onder de aanbieders zou monopo lievo rm ing en praktijken van kunstmati ge schaars te doorbreken waardoor de prijzen omlaag kunnen; 2. \!leer ke uzevrijheid voor de patient/ client als cons ument van zorgvoorzieningen. De patient moet zelfs tandige r zijn zorgbehoefte samen kunnen s tell en en zo consumptiedwa ng ontlo-

mers, er vindt d ubbele overconsllmptie va n de zo rg plaats: enerzijds de lagere jnkomen s die meer zorg consumeren d an nodig omda t ze te weinig beta len; anderzijds d e hogere in komens omdat ze juist teveel betalen, niet kunnen com-

pen. Het zorgpakket wordt daartoe gesplitst in een basispakket en een vrije-keuzecomponent. Het heeft meer dan vier jaar geduurd voor de po litiek he t plan-Dekker heeft omgezet in een beJeidspla n . In dit plan-Simons wordt een drie-

p enseren en dlls hun premie 'eruit willen halen'. De inkomenspolitieke component in het planSimons dwarsboomt dus het s treven naar meer efficiency in de gezondheidszorg. Een tweede bezwaar is dat de zorgverzekeraars

"Het zijn vrouwenberoepen. Dat zegt helaas genoeg." De zorgvoorzieningen krijgen 'irikomenspri jzen': prijzen gerelateerd aan d e inkomens van de consument. In dat geval is er sprake van prijsd iscrimina tie. Voor hetzelfde basispakke t va n zorg beta len hogere in komens meer dan Jagere inkomens. Djt verstoort de allocatieve efficie11cy. Im-

Nederlandse zorgverlen in g. Als basisdoelstelling ge ldt immers dat zorg voor iederee n toega nkelijk moet zijn . Om die reden wordt de zorg publiek gefinancierd ." Daar mee samenhangend word t in Nede rland de o utpu t van d e zorgsector ni et gewa ardeerd in ge ld . Zodra dat wei gebeurt, komtdedoelstelling va n gelijke toegan kelijkheid in gevaar. [n dat geval bepalen immers niet Langer de meest behoeve nden, maar de mees t vermogend en waar de beste zorg het eerst verleend wordt. Palte: "Daar beginnen we in Nederland da n ook nj et aan. De vraag hoe je de output van de zorgsector in ge ld moet uitdrukken is hier nauwelijksaan de orde. De solidaritejtsgedachte leeft in dit opzicht erg sterk." En hij vervolgt: "A ls je voUedige cuncurrentie d oo rvoert, krijg je een sitl.latie zoals in de Ve renigde Staten. \!laar daar is beslis t geen sprake van allocatieve efficiency van de zorgvoorzieningen. Enerzijds zie je een publiek gefinancierd zorgsysteem met een belabberd kwaliteitsniveau: de patienten liggen in sommige ziekenhu izen le tterlijk in de gangen. And erzijds is er het lu xe

APRIL 1992


in de Zorgsector particuliere zorgsysteem waar de beste artsen ten allen tijde klaar staan en het de pati_nt aan niets ontbreekt. Het is duidelijk datde kosten van die particuliere gezondheidszorg in Amerika de pan uit rijzen. Daar betaalt de particulier verzekerde dan ook flinke premies voor." De moraal van het Amerikaanse verhaal is nu, dat de werking van de markt niet aileen onrechtvaardig is, maar juist in het geheel geen allocatieve efficiency tot stand heeft gebracht in de gezondheidszo rg. Van kostenbeheersing is geen sprake. Aileen de schrijnende kwaliteitsverschillen zijn zichtba<1r. VERKOKERD

Het heil moet dus vanuit de collectieve sfeer zelf komen. Maarals de coardinatie van zorgverlening niet wordt overgelaten aan marktprijzen, wat is dan het alternatief7 Welnu, het plan-Simons kan gei'nterpreteerd worden als het streven naar een alternatieve basis v~~r coord ina tie in de gezondheidszorg. Overigens wordt daar allanger aan gewerkt. Geen enkeleandere sector was immers organisatorisch zo 'verkokerd ' als de gezondheid szorg. En in financieel opzich t geldt dat nu nog steeds. Palte: "Je moet binnen de zorgsector onderscheid maken tussen 'cure' (waaronder specialisten en ziekenhuizen), 'care' (zoals gehandicaptenzorg en kruiswerk) en het welzijnswerk (bijvoorbeeld jeugdwelzijn). Er is een beleving van onderling statu sverschil in deze Sllbsectoren. Dat zie je terug in de beloningsverschillen. De hoogste salarissen vindt je in de cure waar de snelle en speetaculaire

zorging en het kruiswerk bijvoorbeeld werden rechtstreeks gesubsidieerd door WVc. Verzorgingshuizen daarentegen krijgen hun geld nog steeds uit provinciale middelen. Veel andere zorgvoorzieningen worden betaaJd uit diverse soorten premies. Dit financiele labyrint belemmert een soepele afwikkeling van devergoedingen tussen zorgverleners onderling. Palte: "Daarom is het planSimons ook zo goed. Het plan-Simons is er immers op gericht die lappendeken van premies en subsidies onder te brengen in een enkel finaneieringsstelse.l, de AWBZ." Met het plan-Simons wordt dus getracht een

gaan beheersen, in de zin van 's turen'. Maar dat wordt ook hoog tijd . De zorgsec tor is momenteel sterk in beweging: produktinnovatie, samenwerkingsvormen, personeelsbeleid. Allemaal za ken die betrekkelijk nieuw zijn in de care-sector. Zorginstellingen, vroeger uitgesproken platte organisaties, worden nu complexe Iijnorganisaties; grootschaliger en professioneler. Deze zorginstellingen nieuwe-stijl stellen geheel andere eisen aan het management. Vroeger richtte een directeur zieh Jouter op de da ge lijkse, interne ga ng van zaken. Nu wordt hij gedwongen ook van externe ontwikkelingen op de hoogte te blijyen. De omsc hakeling naar een nieuwe organisa-. tie verloopt natuurlijk zelden zonder problem en. Oude structuren moeten doorbroken worden. Oat leidt nogal eens tot hooglopend e conflicten. Dit zijn dan ook precies de situatiE's waar Palte Project Management mee te maken krijgt: fllsies, mllurvaste conflicten, nieuwe functies ." ONEINDIGE VRAAG

Zal de zorgvraag in de toekomst nog groeien7 Palte: "Jazeker. En de care gaat een dominerende plaats innemen in die groei door de 'dubbele vergrijzing'. De lonen zullen moeten stijgen om voldoende arbeidskrachten te vinden." Het Financieel Overzicht Zorg 1991 meldt dat er sprake is van een toenemende schaarste aan arbeidskrachten in de zorg. Het 'arbeidsoverschot' in de zorg draagt weliswaar 2.5% maar dat lig t onder de frictiewerkloosheid van 3%. Oat betekent dus sehaarste, met als gevolg ee n opwaartse druk op de lonen. Maar met name in de care-sector is er ook sprake van neerwaartse druk op de 10nen. Het relatief grote aanta l vrouwen hangt daarmee samen. Palte: " Loonontwikkeling in de care? Het zijn vrouwenberoepen. Dat zegt helaas genoeg." Daarmee doelt hij op het merkwaardige verschijnsel in de jaren zeventig, toen de medische successen geboekt worden. ~ lonen van de ziekenhuisverpleegkundi~ Werknemers uit de care- en welzijnszorg ij gen pas gingen stijgen naarmate er meer hebben het nakijken." ,L ~~~~~~~~~~~~~~"""""""""""""""""""""""""~~~~ mannelijke coUega's kwamen. Dit sugHet statusversc hil houdt weUicht vergereert dat de magere loonontwikkeling band met het verschil in 'herkomst'. Pas met de meer samenhangt met het vrouwelijk aandeel in 'financiele uni e' tot stand te brengen binnen de oprichting van het ministerie van WVC in 1982 zorgseetor, als coardinatiebasis vQor aile zorgde beroepsgroep dan met vraag/ aanbodverhoukwamen cure, care en welzijnszorg meer onder dingen. Toeh wei een treurige zaak, ergens. verl eners. Een grote belemmering voor betere saeen beleidsregie. Voorheen waren de sectoren onVerder is de uitbreiding van de gezondheidszorg menwerking wordt d aarmee weggenomen. Oat dergebracht in diverse ministeries. Het samenin de toekomst een politieke kwestie. De politiek maakt de zorgverlening effectiever en efficienter. brengen onder een beleidsregie moest de effectibepaalt hoeveelgeld er voor de gezondheidszorg Een aantal zorgvoorzieningen is inmiddels overviteit en efficiency van de totale gezondheidsgeheveld naar de AWBZ. Er is een omslag merkbeschikbaar is en legt daarmee de grenzen van de zorg ten goede komen. Door de betere coordinabaar. Palte: " Het denken in kostprijzen is nu zorgverlening vast. Palte: "Je moet toch ergens tie zouden patienten een op maat gesneden zorgeen grens trekken in die 'oneindige vraag' naar geaecepteerd. Dat was vijf jaar geleden absoluut pakket kunnen verkrijgen. niet het geva!. Het is een belangrijke stap . Met de zorgverlening. Oat is aan de arts niet besteed. Die Maar er was een kink in de kabe!. De financiezogenoemde 'bedrijfsmatige invoering' va n de behandelt in principe immers iedereen, die te ringska nalen binnen de zorg waren (en zijn) nog genezen is." kostprijzen is kostenbeheersing op micronivea u erg gescheiden. Met name de care-sector wordt mogelijk geworden. Dat wil zeggen, organisaties uit allerlei bronnen gefinancierd. De gezi ns verkunnen de kosten van ieder van hun activiteiten

APRIL 1992

17


Zo'n 150 jaar geleden werd verkondigd dat er een spook door Europa waart. Het spook van het communisme dat het eind van het kilpitalisme zou inluiden. Zoills toen de wens nailr de hei!staat fungeerde als de moeder van de gedachte, zo vormt nu het 'Europa zonder binnengrenzen' de basis voor (ill te) hooggespan nen verwachtingen. De opheffing van de Europese binnengrenzen zal ongetwijfeld niet probleemloos en zonder haperen tot stand komen maar een proces in de richting van economische integra tie en ilfs tem-

Sociaal zek In de discussie over de verzorgingsstaat wordt de indruk gewekt dat de kosten van de sociale zekerheid in Nederland (in de Miljoenennota 1992 geraamd op 148 miljard) volledig uit de hand zijn gelopen. De vraag dringt zich op wat voor figuur Nederland hiermee slaat in Europees perspectief. Wat zijn de gevolgen van de Europese eenwording voor ons stelsel sociale zekerheid?

ming valt niet te ontkennen. Daartegenover heeft de ontwikkeling van wat wordt genoemd 'de socia Ie dimensie' Hauwelijks inhoud gekregen . Van onderlinge afstemming tussen de lidstilten of cobrdinatie van het sociaal beleid is geen sprake. De arbeidsvoorwaarden en de arbeidsverhoudingen lopen van land tot land uiteen, terwijl ook destelsels va n sociale zekerheid verschillen, zowel in de risico's diedaarin coJlectief zijn afgedekt als in de uitkeringsniveaus. Is nu de verwachting gerechtvaardigd dat in het

Mr.drs. T.M. Bos

stelsels tot stand komen en zich ontwikkelen per lidstaat. In bepaalde stelsels is de arbeidsongeschiktheidsverzekering beperkt tot ziekten gerelateerd aan de arbeid (de beroepsziekten), terwijl in ederland aJJe werknemers (m/v) toegang hebben tot de WAO, ongeacht of de oorzaak van de ongeschiktheid terug te voeren valt op de beroepsuitoefening. In bepaalde stelsels is de werkloosheidsuitkering vooral bij CAO overkielzog van de economische eenwording binnen eengekomen en verschilt dus per bedrijf of bede EG ook desocialc drijÂŁstak, terwijl de zekerheid wordt gewerkloosheidsu i tharmoniseerd? Kunkeri ng in "Jedernen we vanuit 'E uINFORMATIE VAN land is gebaseerd ropa' invloed op het op een wet met de Nederlandse sociale mogelijkheid van zekerheidssysteem een bij CAO of 50verwachten en op ciaal Plan overeen grond daarvan een te komen bovenbijstelling in neer... "'" . .. " .. ,, .

wettelijke uitkering. Per lidstaat van de EG loopt het bed rag datten behoevevan de socia Ie zekerheid (werknemers- en

waartse richting tegemoet zien? Bovendien: is in het Iicht van de economische eenwording van Europa en de toenemend e concurrentie ons sociaaJ ze kerhei d sste Ise I nog wei betaalbaar?

to

vol ks verzekeringen en voorzicnin gen zoals de Algemene Bijstandswet) Voor beantwoor- < ~ wordt uitgegeven, ding van deze vra- 1 L!!!~!!!!!!!!~~~!!!!!!~~~~~~~~~ sterk uiteen. "iedergen moet een o nd erland behoort tot de scheid worden gelanden met de hoogste uitgaven. In 1988 gaf :'\lemaakt tussen de kortere en de langere termijn, derland 30,7% van het BBP uit aan kosten voor waarbij we ervan uitgaan dat de economisc he insocia IE' zekerheid, meer dan in enig ander land tegratie op de langere termijn ee n aa nta l stappen van de EG. Is de socia Ie zekerheid daarmee "onvoorwaarts heeft gezet. betaalbaar" aan het worden? Even afgezien van de dogmatiek van de maximale collectieve lasONBET AALBAAR tendruk van 52,2 % die door het zittende kabinet Voor de kortere termijn kunnen we vaststellen als politiek uitgangspunt wordt gehanteerd, zijn dilt de EG nauwelijks form ele invloed heeft of zal de lasten van de sociale zekerheid in Nederland krijgen op de stelsels van socia Ie zekerheid in de - ook in Europees perspectief - in theorie zeker belidstaten. De verschillende stelsels vertonen een taalbaar, zolang de poJitieke wil en het maatgrote verscheidenheid en zijn onderling tamelijk scha ppelijk draagvlak aanwezig zijn. onvergeIijkbaar. Tenslotte verschilt het politieke De lasten van de socia Ie zekerheid kunnen nameen maatschappelijk krachtenveld waarbinnen de

f

lijk worden gezien als een van de elementen va n de loonkosten die bedrijven moeten beta len om een bepaalde produktie te halen. Waar het gaa t om de loonkosten in Nederland , lopen wij aardig in de pas met onze concurrenten. Uitsluitend kijkend naar de loonkosten per werkende op jaarbasis (in Eeu's) scoort Ned erland samen met Duitsland en Frankrijkerg hoog (cijfers 1987). Ais we deze loonkosten echter relateren aan de arbeidsproduktiviteit per 1000 Ecu van het BBP, dan blijken Nederland en Duitslilnd de laags te en Griekenland de hoogste relatieve loonkos ten per eenheid van het BBP te hebben. Deze cijfers betekenen dill d e produktie Viln bijvoorbeeld kaas ter waarde Viln 1000 Ecu de ondernemer (M/V) in :'\lederland 611 ECl! kost aan loon kosten, terwijl de o nd ernemer in Griekenland 764 Ecu moe! neertell en aan loonkosten om voor 1000 Eeu aan kaas te hebben geprodl!ceerd. De loonkosten per werkende li ggen in Nederland en Duitsland hager dan in Griekenland, maar die hogere kosten worden meer dan gecampenseerd door de hogere produktiviteit. Daar komt bij dat de stijging van de loonkosten in Nederland in de periode 1981-1987 behoorlijk is ilchtergebleven bij die Viln de concu rren ten: in Nederland een gemiddelde jaarJijksE' stijging van 2,4 % (4,9 % in Ecu'sL terwijl die stijging in Duitsland 6,8% bC'droeg. De kosten van de sociille ~ekerheid als een va n de elementen van de arbeidskosten voor bedrijven vormen dus op kortere termijn geen bedreiging voor de concurrentiepositie van "iederlandse ondernemingen. PORTUGESE LONEN

Bij de start van het proces van Europese econom ische integra ti e begin jaren '60, werd het vanuit die invalshoek - de socia Ie zekerheid bezien als een van de elementen van de loo nkosten - niet noodzakelijk geacht de sociale zekerheidsstelsels te harmoniseren om de ondernemingen uit de verschillende Iidstaten gelijke concurrentiekansen te geven op de gemeenschappelijke markt. De Europese regelgeving en rechtspraak heeft zich in het algemeen terughoudend opgesteld

APRIL 1992


~r

groeien - of moe ten groeien - dankanmen er niet omheen te cons tateren dat de grote verscheidenheid aan sociale zekerheidsstelsels een beJangrijke (arbeidskosten)faktor is die van invloed is op

in Europa?

ten opzichte van de diversiteit van de socia Ie zekerheidsstelsels. Wei is in twee EG-Verordeningen een zekere coordinatie aangebracht in de arbeidsrechtelijke regelgeving die van toepassing is op werknemers die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen. Hoofdregel daarbij is datwerknemersl zelfstandigen onderworpen zijn aan de wetgeving van het land waar zij werkzaa m zijn (het werkland-principe). Er zijn echter nogal wat uitzonderingen. Een belangrijke uitzondering geldt in het geval dat een werknemer in een ander land wordt gedetacheerd: bij detachering korter dan een jaar is niet het werklandbeginsel van toepassing, maar blijft de wetgeving van het woo nl and van toe passing. Deze detacheringsbepaling is bijvoorbeeld van belang in de bouwsektor waar de aannemer met uit Portugal afkumstig personeel in Duitsland een bouwproject uitvoert tegen "Portugese lonen". Op de genoemde terughoud endheid van de EG op het gebied van de harmonisatie van de socia Ie zekerheid mag echter een belangrijke uitzondering niet onvermeld blijven. Niet vanuit de inva Ishoek van de socia Ie zekerheid, maar op grond va n de bepaling in het EG-Verdrag (art. 11 9) die stelt dilt ieder li ds taat het beginsel van gelijke beloning voor mannelijke en vrou welijke werknemers voor geli jke arbeid verzekert, zijn door de EG twee Richtlijnen uitgevaard igd die in hun effecten belangrijk zijn voor de sociaJe zekedleid. Deze Richtlijnen verplichten de lidstaten om hl't eventuele onderscheid tu ssen mannen en vrouwen in de werknemers- en volksverzekeringen en in de bovenwettelijke bedrijfs- of bedrijfstakregeli ngen inzake socia Ie zekerheid te beeindigen. Deze harmonisatie-maatregel heeft er

Jaarlijkse toename in de totale loonkosten per werkende (Iandbouw, industrie en diensten) per jaar tussen 1981 en 1987 in enkele EG-ICl,nden (in %) " iri:nationale valuta

in Ecu

Belgie

5,2

4,3

Denemarken

7,5

7,3

BRD

3,8

6,8

Griekenland Frankr1jk lerland Nederland Portugal Verenigd Konirikr.

19,8

4,8

8,7

6,1

10,3

8,2

2,4

4,9

18,6

5,4

8,2

5,9

Bron: European 路Economy, 1989

APRIL 1992

onder meer toe geleid dat in '\!ederland sinds 1 april 1985 de gehuwde vrouw een zelfstandig recht op AOW heeft; deze AOW-uitkering bedraagt voor ieder der ech tgenoten nu 50% van het minimumloon. Daarvoor had een gehuwde vrouw geen zelfstandig recht op AOW en ontving haar wettige echtgenoot 100% van het minimumloon aan AOW. HARMONISATIE

Watde kortere termijn betreft, ziet het er niet naar uit dat er "vanuit Brussel" initiatieven op het terrein van de socia Ie zekerheid ontplooid zulJen worden om tot harmonisatie van de diverse stelsels te komen. Er is echter weI iets aan de hand met de sociale zekerheid in Europees perspektief, dat meer te maken heeft met de concurrentieverhoudingen op een geintegreerde Europese binnenmarkt dan met de regelzucht in Brussel. Voor de langere termijn lijkt een discussie over de har- monisatie en over de inhoud van een geha rmoniseerd s telsel onontkoombaar.

de concurrentiepositie van de ondernemingen in de verschillende landen. Men kan aan d.eze constatering voorbijgaan en hopen dat het niet zo'n vaart zallopen met de Europese coordinatie van het economisch beleid en dat het dan ook zal meevallen met het behoud van een zekere nationa le economische beleidsruimte. Indien deze hoop in werkelijkheid niet wordt gehonoreerd, loopt men het risico dat de harmonisatie van de sociale zekerheid voor :'-Jederland een koude sanering van het stelsel gaat betekenen. Een andere en meer wenselijke

============================

LANG ERE TERMIJN

De Ellropese terughoudendheid op het gebied van de sociale zekerheid kwam voort uit de opvatting dat de loonkos ten - met d,' sociale zekerheidskosten als een va n de componenten op nationaal niveau werden bepaald en bi) een te ontstuimige ontwikkeling gecompenseerd konden worden met bijvoorbeeld nationale fiscale maatregelen. Indien nu echter op economisch gebied destap in de richting van een EMu wordt gezet met de daarbij behorende inperking van de nationale beleidsruimte op economisch en financieel gebied, betekent dit een aanzienlijk geringere manoeuvreerruimte voor nationale overheden om de loonkostenontwikkeling concurrerend te houden. Het betekent uiteindelijk bij een nog slechts minimale nationale economische beleidsvrijheid dat de luonkosten en daarmee de kosten van socia Ie zekerheid niet buiten de internationale concurrentiestrijd op het Europese niveau gehouden kunnen worden. Als allerlei andere faktoren en elementen die de concurrentiepositie van de ondernemingen in de verschillende lidstaten bepalen, naar elkaar toe-

"Alles aet! in de hnnd

7"

benadering lijkt te zijn om een sterke economischC' coordinatie en integra tie op de langere termijn te onderkennen als ee n reele optie; uiteraard met behoud van gevoelens en opvattingen over de wenselijkheid daarvan. Op basis van dat uitgangspunt kan het verstandiger zijn tijd.ig een discllssie over een gewens t sociaal zekerheidsstelsel en gewenst uitkeringsniveau voor de gehele Europese Gemeenschap te voeren. Harmoni satie van de sociale zekerheid in het verlengde van de economische integra tie biedt de mogl'lijkheid dC' socia Ie zekerheid te onttrekken aan de concurrentieslag tussen ondernemingen uit de verschillende lidstaten. Voor het \Jederlillldse stelsel zal dat ungetwijfeld ook de nodige wijzigingen en wellicht verslechteringen met zich meebrengen. Een weloverwogen,gefaseerde harmonisatie lijkt echter de voorkeur te verdienen boven een paniekerig afbraakbeleid op een moment dat de verschillen in kosten voor de sociale zekerheid onderwerp va n concurrentie gaan vormen. Tilia Bos is IIl1iversitair dount bij de mkgroep Rechl .

19


Allereerst wil ik iets zeggen over het karakter van de verzorgingsstaat. Een verzorgingsstaat wordt weI gezien als een type maatschappij -maarvooral ook als een type overheid- waarvan het beleid gericht is op herverdeling en socia Ie zekerheid. In Nederland is met deze activiteiten ongeveer de helft van de collectieve uitgaven gemoeid, ongeveer 30% van het nationaal inkomen. Om de ontwikkeling van de verzorgingsstaat te kunnen doorgronden is het derhalve noodzakelijk de determinanten te bepalen van het feitelijke beleid van een overheid. Daartoe is een gedragstheorie vereist, omdat het overheid sbeleid nu eenmaal bepaald wordt door het gedrag van degenen die van de overheidsorganisatie deel uitmaken, in easu politici en ambtenaren. Dit is

Toekomst verzorgc "Aan de verzorgingsstaat ligt niets moois ten grondslag. Hij is er gewoon gekomen." Een prikkelende uitspraak, afkomstig van de bekende ex·vakbondseconoom Piet Vos. De uitspraak prikkelt, omdat zij ingaat tegen de opvatting dat de verzorgingsstaat het resultaat zou zijn van een tamelijk weloverwogen en samenhan· gend beleidsplan, verankerd in gevoelens van solidariteit. En verder, omdat de constatering dat hij "er gewoon gekomen' is wetenschappelijk niet erg bevredigt. In het vervolg van dit artikel zal ik trachten toe te lichten waarom ik me goed kan vinden in het eerste gedeelte van de uitspraak, maar niet in het tweede deel. Mijn stelling zal zijn dat er wei degelijk structuur te ontdekken valt in de ontwikkeling van de verzorgingsstaat en dat daaraan ver· wachtingen ontleend kunnen worden voor de toekomst. Deze zullen leiden tot de conclusie dat de toekomst van de verzorgings· staat er somber uit ziet.

een belangrijke constatering, omdat eeonomen veelal een andere weg kiezen ter verklaring van overheidsbeleid, namelijk de welvaartstheoretisehe waarbij het beleid in verband wordt gebraeht met de (Pareto-)efficientie en de rechtvaardigheid van het functioneren van de marktsector. Inefficientie of onrechtvaardigheid is in de praktijk even wei noch een voldoende noch een noodzakelijke voorwaarde voor overheidsbeleid of een verandering daarin, zoals de geschiedenis mijns inziens duidelijk aantoont. Oat is slechts dan het geval- en dit beperkt de betekenis van de welvaartstheorie - wanneer dergelijke informatie van belang is in het licht van de motieven van de beleidsmakers zelf. En daarmee zijn we tewg bij de noodzaak van een gedragstheorie.

Prof. dr. F.A.A.M. van Winden

ten die met het bevorderd krijgen van belangen gemoeid zijn, niet de belangen op individlleel niveau maar op groepsniveau centraaJ. Daarbij worden de volgende vier groepen van betekenis geacht: l.kapitaaleigenaren (waaronder zelfstandigen), 2. werknemers in de particuliere sector, 3. degenen die werkzaam zij bij de overheid en de 'afha nkelijken' die bll.iten het prodllktieproces staan, zoals gepensioneerden en arbeidsongeschikten. De tweed e reden waarom eng gedefinieerd eigenbelang niet voldoet als verklaring voor het gedrag, is het feit dat een individu tegelijkertijd meerdere posities kan bekleden (mllltipele posities), en daardoor de belangen van anderen delen; een kapitaaleigenaar kan bijvoorbeeld gepensioneerd zijn. En tenslotte kan men als gevolg van de kansdat men in eenandere positie terechtkomt gei'nteresseerd zijn in de belangen van anderen (het zogenaamde mobiliteitsmotieD; denk aan ollderdom, werkloosheid of arbeidsongeschiktheid . V~~r zover deze motieven actlleel zijn voor dege-

PUBLIC CHOICE

De economische theorie van de politieke besluitvorming (public choice) poogt in zo'n gedragstheorie te voorzien. In overeenstemming met de benadering van de particuJiere sector in de economische wetenschap wordt verondersteld dat ook in de politieke sfeer individuen (waaronder politici en ambtenaren) het eigenbelang nastreyen. In het onderzoek dat binnen de sectie Openbare Financien op dit terrein is verricht, vindt de verklaring van het overheidsbeleid schema tisch als voigt plaats. Het beleid wordt bepaald door de belangen van socia Ie groepen en de politieke invloed die deze groepen uitoefenen. Door die invloed wordt een compromis tussen de belangen tot stand ~~-gebracht. De belangen betreffen voorkeuren voor marktgoederen (inkomen) en overheidsvoorzieningen, maar rei ken om een drietal - voor het doorgronden van de verzorgingsstaat belangrijke redenen verder dan het enge eigenbelang in de vorm van het inkomen en de overheidsvoorzieningen die een individu in een bepaalde maatsehappelijke positie geniet. Ten eerste staan in de politieke sfeer, vanwege de kos-

.

20

••

nen die bij de overheid werkzaam zijn (politici en ambtenaren) zal het beleid mede afgestemd worden op de belangen van de andere social" groepen. Deze afstemming kan door genoemde groepen echter ook nog afgedwongen worden via 'politieke pressie' . Daarvan is sprake in geval van directe be'i nv]oeding op basis van sancties zoals via lobbyen - waardoor 'gevestigde belangen' worden opgebouwd die bij de beleidsbepaling een rol spelen. Aldus komt een compromis tussen de belangen van de verschillende socia Ie groepen tot stand, waarbij de belangen gewogen worden met de relatieve politieke invloed van de groepen. De .mate waarin deze gewogen belangen gerealiseerd kunnen worden hangt tenslotte nog af van een aantal restricties waarmee de overheid geconfronteerd wordt. Deze kllnnen worden samengevat onder de noemer 'structureIe dwang'. Het betreft hier zowel technische als gedragsrestricties. In het eerste geval kan gedacht worden aan de budgetrestrictie, terwijl het in het laatste geval om gedragsreacties gaat die niet een poging tot bei'nvloeding van het beleid betreffen, maar wei effect hebben op de resultaten daarvan; denk bijvoorbeeld aan de verplaatsing van investeringen naar het buitenland als gevolg van belastingen, of de mate waarin individuen zelf voor bepaalde voorzieningen zorgen in reactie op de beschikbaarheid van overheidsvoorzieningen. VERANTWOORDELlJKE FACTOREN

"Wederzijdse Zorg"

Op basis van dit theoretische model vanhet overheidsbeleid en empirische toepassingen daarvan op Nederland lijken de volgende factoren voor de ontwikkeling van de verzorgingsstaat, waarin de groei van de overdrachtsuitgaven een

APRil 1992


of zorgwekkend? dominante rol spelen, verantwoordelijk te zijn geweest. In de eerste plaats de structurele daling van de relatieve numerieke ster.kte van de zelfstandigen (als benadering v~~r de groep van kapitaaleigenaren), die een relatief geringe voorkeur voor overdrachten blijken te hebben. Theorie en empiriesuggereren dat de numerieke sterkte van socia Ie groepen belangrijk is v~~r poJitieke invloed, maar dan wei in combinatie met andere zaken , zoals organisatie en betrokkenheid hij de produktie. De ontwikkeling van de numerieke sterkte van gepensioneerden blijkt bijvoorbeeld geen zelfstandig effect te hebben gehad op de overdrachten (en de directe bestedingen) van de overheid. De groei van overdrachtsuitgaven zou derhalve te maken hebben gehad met de relatief sterkere voorkeur voor d eze uitgaven van degenen die in de particuliere sec tor en bij de overheid werkzaam zijn. Deze voorkeur dient volgens de theorie in verbillld te worden gebracht met het voorkomen van multipele posities en het mobiliteitsmotief. Wat het eerste betreft kan gewezen worden op het feit dat voor genoemde groepen inkomsten uit overdrachten niet onbelangrijk zijn (denk aan uitkeringen bij ziekte, kinderbijslag of huursubsidies). Wat het laatste aangaat is de toegenomen levensverwachting en, met name in de jaren 70 en 80, d e toegenomen kans om werkloos of arbeidsongeschikt te worden van betekenis. Tenslotte dient nog gewezen te worden op een element van structurele dwang. Als gevolg van de toegenom en geografische en beroepsmobiliteit zijn sociale netwerken verbroken waarbinnen zorg werd gedragen voor bepaalde sociaIe voorzieningen. Hierdoor is de druk op de overheid om hierin te voorzien toegenomen. ONTWIKKELINGEN

In het licht van deze theoretische en empirische observaties zijn de volgende vier ontwikkelingen mijns inziens van gewicht voor de toekomst van de verzorgingsstaat: de technologische ont-

APRIL 1992

wikkeling, de internationalisering van de economie, de trendbreuk in de ontwikkeling van het aantaJ zelfstandigen en de demografische ontwikkeJing. De technologische ontwikkeling heeft

sterke positie van de kapitaaleigenaren op dat beleidsniveau. Deze negatieve impulsen kunnen enigermate worden afgezwakt door een verder toenemende geografische mobiliteit , waardoor sociale netwerken worden aangetast en een sterkel' beroep op socia Ie voorzieningen van de kant van de overheid het gevolg kan zijn. VERGRIJZING

De trendbreuk in de ontwikkeling van het aantal zelfstandigen, die in verschillende westerse landen in de tweede helft van de jaren 70 is waargenomen en volgens de officiele statistiek in NederI.and in de jaren 80, levert, in het licht van wat eerder ten aanzien van de voorkeuren (belangen) van deze sociale groep is geconstateerd, eveneens een negatieve impuls v~~r de verzorgingsstaat op. Tenslotte de demografische ontwikkeling. De toenemende 'vergrijzing' van de maatschappij lijkt partieeJ gezien een positieve (ondersteunende) impuls op te Jeveren voor de ve rzorgingsstaat. Om het uiteindelijke effect te kunnen bepalen dient evenwcl rekening gehouden te worden

g rote invloed op het vermogen in forma tie te verwerven en te verschaffen en versterkt de betekenis van dt> produktiefactor kennis. Belangengroepen kunnen en zullen hierdoor waarschijnIijk een steeds grotere rol gaan spelen in het politieke proces buiten de officiele electorale kanalen van de representatieve democratie om. Omdat de afhankelijken, qua eigen politieke invloed, het vooral moe ten hebben van hun stem, verwacht ik hiervan een negatief effect. Van de toenemende internationalisering kunnen belangrijke gevolgen verwacht worden voor de politieke pressie en de structurele dwang wa armee de overheid geconfronteerd wordt. Door de internationalisering van het ondernemen en de graei van multinationale ondernemingen krijgm kapitaaleigenaren een sterkere positie ten opzichte van nationale overheden, terwijl de positie van werknemers - die internationaal slecht georganiseerd zijn - verzwakt. Dit geldt ook v~~r degenen die bij de (centrale) overheid werkzaam zijn, omda t het beleid meer en meer bepaald wordt op EG-niveau en op dat niveau de kapitaaJeigenaren de beste entree hebben. Voor d e verzorgingsstaat is dit een negatieve ontwikkeling. De VOOl'llitzichten vanuit een oogpunt van structurele dwang zijn niet veel beter. Restricties zullen worden opgelegd door een toenemende beleidsconcllrrentie tussen overheden, waardoor belastingen en premies onder druk komen te staan. Beleidscoordinatie te Brussel zal deze druk niet wegnemen, maar eerder extra restricties opleveren voor de verzorgingsstaat vanwege de relatief

met de terugkoppeling van deze on twikkeling op het politieke besluitvormingsproees. Daarvoor is onderzoek nodig met behulp van een algemeen politiek-economisch model. Onderzoe ksresultaten die met een dergelijk model zijn verkregen, waarbij gebruik is gemaakt van die benadering dit in het begin is beschreven, laten duidelijk de betekenis zien van de aanwezigheid van Illultipele posities (gepensioneerden die over kapitaal besehikken), het mobiliteitsmotief (de subjectieve kans zelf bejaard te worden) en de mate waarin numerieke sterkte zich laat vertaJen in politieke invloed. Omdat bovengemelde empirisehe resultaten v~~r \iederland geen ondersteuning opleveren voor de veronderstelling dat deze vertaling voor de afhankelijken opgaat, verwaeht ik, ondanks een mogelijk positief dfectvanwege het mobiliteitsmotief, persaldo een negatieve impuls van de demografische ontwikkeling op de' verzorgingsstaat (de AOW in het bijzonder). AI met al schat ik de' overlevingskansen van de verzorgingsstaat op grand van bovenstaande overwegingen niet hoog in . Waarbij wei benadrukt moet worden dat deze overwegingen speculatief van aard zijn. Met name is dit het geval omdat de analyse per sa ld o laat zien dat de verzorgingsstaa t als type overheid niet los gezien kan worden van zijn maatschappeJijke omgeving en de wetenschappeIijke kennis van de interactie tussen beide grote lacu nes vertoont. Hier is een mooie taak weggelegd voor (aankomende) economen, vooral indien men bereid is ook aandacht te sehenken aan wat andere soeiale wetenschappen op dit gebied te zeggen hebben.

21


EEN ECONOOM DIE WIL WETEN HOE DE WERELD ACHTER DE CIJFERS IN ELKAAR ZIT, GAAT OP ONDERZOEK UIT BIJ VB ACCOUNTANTS.

De accountants van VB zijn intensief betrokken bij hec

werkcerrein van hun clienten, bij de wereld achcer de cijfers. Ze krijgen ce maken mer de complexe vraagstukken waannee

de aandachc voor persoonlijke ontplooiing en de open relacies mec colJega's en client en. Car r i ere - p I ann i n g.

Je srare je loopbaan

de overheid en de non-proficsector worden geconfronteerd.

bij een organisatie die innovarie hoog in haar vaandel voere.

De accountants van VB verdiepen zich in financieringsproblemen,

Natuurlijk invesceere VB in zijn medewerkers. VB kent een uic-

begroringstekorten, herverdeling van geldscromen en in kwesties

gebreid intern opleidingsprogramma, een loopbaanplan voor

als stadsvernieuwing, milieuzorg, privacisering en fusies.

economen een managemenc development-programma voor pas

De wereld van VB. VB is mer ruim 1.300 mede-

afgestudeerde registeraccountants. Het loopbaanplan is erop ge-

werkers en 30 vestigingen een van de grore accountantskancoren van

richt dar stareende economen zo snel mogelijk als zelfsrandig

her land. Een eigencijdse organisacie mec een veelzijdig diensten-

werkende accountants funerioneren. In ongeveer drie jaar cijd groei

pakker en een eigen visie op dienscverlening.

je door naar de funclie van concroleleider. VB biedt je bovendien

VB werkt voornamelijk voor organisalies aJs gemeenten,

minisceries, nucsbedrijven, ziekenhuizen en rheacers. Een dynamische

een prima salaris, ruime Joopbaanmogelijkheden en uitstekende andere voorzieningen, die meegroeien merjouw ontwikkeling.

wereld waarin naasc economische ook sociale en policieke afwegingen

lnformatie en 50llicitatie. Wilje meer wecen over VB of

een beJangrijke rol spelen. In de cultuur van VB ligr dan ook een

wil je solliciteren 7 Schrijf dan een brief naar VB Accountants, Afd per-

sterk accenr op maacschappelijke becrokkenheid. Dac is re merken

soneel en organisacie, Posrbus 19331, 2500 C~VB Accountants

aan de sfeer in het bedrijf, de manier waarop wij georganiseerd zijn,

's-Gravenbage of bel: 070-3738388.

.::.

WERKEN

BIJ VB IS INVESTEREN IN JEZELF .

:t...

Advles

Bel.stingadviseu"


Creativiteit van het collectief Al weer enige tijd doen zich op verschillende delen van de arbeidsmarkt duidelijk kraptes voar. Men voert weer ilctie ter

De loonontwikkkeling van de werknemers in de collectieve sector is in de jaren tachtig vergeleken met die in de particuliere sector ongunstig geweest. De loonvorming in eerstgenoemde sector kan verklaard worden door het spanningsveld waarbinnen de overheid zich bevindt als werkgever, aanbieder van een uitgebreide verzorgingsstaaat en herverdeler. Nu de arbeidsmarkt krapper is geworden, kunnen werknemers in de collectieve sector weer looneisen stellen en trachten hun achterstand (deels) in te lopen. De wijze waarop maakt niet echt warme gevoelens los.

verbetering van de arbeidsvoorwaarden. Zalen vol met mensen, wonderlijk uitgedost met bedrukte petjes en t-shirts. Spandoeken met gevatte leuzen ills "De gezondheid szorg is ziek". De mensen scanderen "actie, actie". De woordvoerde r van de vakbond meldt weer eens dilt "We het niet meer pikkeh" en dreigt voor de verandering met "harde ache". De verzamelde menigte is boos, ja zelfs erg boos. De "actiebereidheid" is, zo blijkt desgevraagd, gelukkig groot. HOllANDSE KNEUTERIGHEID

Soms zou je willen dat in Ned erland , net als in andere ontwikkelde Iilnden, gewoon gestaakt werd. Dan ZOLl de televisiekijker en kta.ntenlezer

Dr. R. Kloosterman laagbetaalde banen in '\iederlilnd. Als we kijken naar de ontwikkeling van de werkgelegenheid naar loonniveau in de periode 1979 - 1988 dan blijkt dat van een totale netto-groei van 633.000 banen (particulierc en collectieve sector) 457.000 banen, of wei 72,2 procent, in het laagstbetaalde kwartiel (banen met een uurloon tot 114,85 in 1988) moet worden gesitueerd (R.c. Klooster-

dit afges]eten voJkstoneel bespaard bJijven. In "iederland zijn in de periode 1981 - 1990 gemiddeld 15 dagen per duizend werknemers verloren gegaa n als gevolg van .lrbeidconflicten. Oat is hetgeringste aantal binnen de Europese gemeenschap. Los van de weinig inspirerende actiecultuur is dit extreme la ge aantal stakingsdagen eigenlijk weI gunstig voor "iederland. Het com penseert een beetje voor typisch \lederlandse schaduwzijden als het hoge aantal arbeidsongeschikten en het hoge ziekteverzuim. LOONEISEN

Misschien dat in de jaren negentig di t geringe aantal stakingsdilgen overtroffen word t. Vooral van werknemers in de collectieve sector kunnen we in de komende tijd, op welke wijze dan ook geuit, looneisen verwilchten. Oat is ook wei begrijpelijk als we kijken naar de loon ontwikkeling in die collectieve sector. In de jaren tachtig is de loonontwikkeling daar achtergebleyen - en soms zelfs ver achtergeb le- ~ yen - bij die in de particuliere sector. ~

groei van de werkgelegenheid in de periode na 1985. V~~r het eerst sinds jaren overtrof de groei van het aantal banen in de particuliere sectur die in de collectieve.

LOONMATIGING

De verk laring voor het gevonden patroon in de collectieve sector moet mede gezocht worden in de spanni ng die bestaat tussen de taken die de overheid in '-'ederland heeft in het kader van de uitgebreide verzargingsstaat als grote werkgever enerzijds en als herverdeler anderzijds. Zeker als de economie door een Forse exogene schok getroffen wordt, zoals de tweede oliecrisis in 1979, wordt die spanning manifest. Als in de peri ode 1980 - 1985 het gemiddeld aantaJ jilarlijkse uitkeringen drastisch is toegenomen van 2.714.000 3.740.000, een stijging van 37,8 procent, wordt de armslag va n de overheid als werkgever aanz ienlijk beperkt. De recessie geeft de overheid echter ook de handelingsruimte om als werkgever te bezuinigen. Het grote overschot maakt de arbeidsmarkt immers tot een "buyers market". Werkgevers in de collectieve en particuliere sector profiteren van de algehele Joonmatiging die in het Stichtingsakkooord van 路1982 is afgesproken. De zittende

~ en in het onderwijs kunnen daar over ! = ======== ===== ===============.l

APRIL 1992

De groei van de werkgelegenheid in de collectieve sector is derhalve niet over rozen gegaan. Een lichtpunt wat dit betreft is het verminderde belang van de collectieve sector als bron van

werknemers zijn onder druk van de toen zeer snel oplopende werkloosheid bereid tot een welhaast

Werknemers in de gezondheidszorg

mee praten. In het afgelopen decennium is de collectieve sector in beJangrijke mate verantwoordeJijk geweest voor de hoge groei van het aantal

liefst 329.000 banen v~~r rekening van de collectieve sector. Oat is bijna driekwart van de totale groei van het aanta I laagstbetaalde banen.

'De laatste veilige haven' man & T. Elfring, 1991, Werken in Nederland). Van die 457.000 laagbetaalde banen komen maar

unieke Teele Loonsverla ging duur af te zien van de prijscompensa tie. V~~r de nieuwkomers op de arbeidsmarkt komen daar nog twee andere elementen bij. De aanVeruolg pagina 24

23


vangssalarissen van de weinig openstaande banen worden verlaagd en daarnaast kan men door neerwaartse verdringing in veel gevallen geen baan op het eigen kwalificatieniveau krijgen en moet men genoegen nemen met een lager functieniveau. Nadat Nederland in 1983-1984 aarzelend uit het dal is gekropen, trekken ook de lonen in de particuliere sector weer aan. De overheid blijft evenwei vol harden in een matigingsbeleid voor ambtenaren en uitkeringsgerechtigden. Dit kan ook omda t op de deelmarkten van onderwijs, gezond heid szorg en aLgemeen bestuur dan nog steeds een ruim aanbod bestaat. Eind jaren tachtig zijn ook deze overschotten verschrompeld en de arbeidsmarkt is geen uitgesproken "buyers market" meer. De werknemers in de collectieve sector konden weer looneisen gaan stellen. Daarmee wordt de overheid voor meer dan alleen maar een conjunctureel probleem gesteld. De arbeidsproduktiviteit is in veel delen van de collectieve sector (m.n. gezondheidszorg en onderwijs) vaak moeilijk te verhogen zonder aantasting van de kwaliteit. Een verhoging van de Ion en in de collectieve sector in Jijn met de gemiddelde produktiviteitsverhoging in het bedrijfsleyen zal dan tot een steeds groter beslilg op de overheidsfinancien leggen zonder een dat van een evenredige verhoging van de produktie sprake is. Bovendien zijn de uitkeringen (nog) gekoppeld ilan de ambtenarensalarissen. Een verhoging van de Ion en leidt zo tot een fors hogere rekening bij de overheid.

De grij(n)zende 1 Alhoewel de AOW geen centrale plaats is toebedeeld in de huidige discussie, lijkt de betaalbaarheid van de ouderdomsvoorziening als een donkere wolk boven de verzorgingsstaat te hangen. De vergrijzing van de bevolking is een bron van onbehagen. Maar hoe terecht is dat beklemmende gevoel? Reden voor wat demografische onderbouwing. Aan het woord drs. H.A. Gans van de Faculteit Planologie over het CBS, het dreigend 'verlies aan volkskracht' en het be lang van immigratie. De zorg om de voortgaande vernoom Pen, in de jaren zeventig dat grijzing is bepaaJd niet iets van Drs. H.A. Gans ter bestrijding van de sterkI' bevoldeze hjd. Bekijken we de geschiekingsgroei hoe dan ook en op zo denis van Nederland indezeeeuw, kort mogeJijke termijn een situatie dan zien we dat perioden met zorg om een te van 'zero population growth' bereikt moest worsterke bevolkingsgroei afgewisseld werden den (De Gans, 1974). Voldoende reden dus voor met period en waarin angst voor uitsterven, enig voorlichtingswerk. voor verlies van 'volkskracht' of voor vergrijzing overheerste. DUBBELE VERGRIJZING. In wezen gaat het vrijwel steeds om angst Wij beperken ons bij de bespreking van de demovoor de gevo lgen van stijgende of van dalengrafische aspecten van vergrijzing tot wat er in de de vruchtbaarheid. Angsten die samengevat hoogste leeftijdsklassen gebeurt en houden ons kunnen worden onder de noemer: angst voor niet bezig met 'vergrijzing' in deelbevolkingen, de gevolgen van bJijvend hoge dan wei Viln bijvoorbeeld binnen de potentiele beroepsbevoldalende vruchtbaarheid. In beide situaties king. Vergrijzing is een proces dat de ontwikkeling van het aantal grijsaards in de bevolking beschrijft. Doorgaans wordt daarbij gedacht aan de bevolking van 65 jaar en ouder. Vanwege verschillen in zorgbehoefte worden daarbinnen twee deelbevolkingen onderscheiden, die van de bejaarden en van de hoogbejaarden. De bevolking van 65-79 jaar wordt veelal bejaard en die van 80 jaar en ouder hoogbejaard genoemd. Neemt het aantal va n de bevolking in beide leeftijdsklassen toe, dan wordt van dub-

STERKE POSITIE

De tekorten aan bepaalde verpleegkundigen, docenten en andere gekwalificeerde werknemers in de collectieve sector geeft hen vooralsnog een sterke positie (al zou een beroep doen op - goedkope - buitenlandse werknemers, zoals in het geval van de het VU-ziekenhuis dat Pooise verpleegsters in dienst nam, mogelijk de krachtsverhouding kunnen veranderen). De voortdurende financiele problemen bij de overheid, de koppeling tussen ambtenarensalarissen en uitkeringen en het structurele probleem van de arbeidsproduktiviteit maken de handelingsruimte van de overheid als werkgever even wei niet bijster groot. In de komende tijd zullen we, tenzij een nieuwe recessie hard toeslaat, dus weer vaak onthaald worden op de adembenemende crea tiviteit van actievoerend Nederland, met name in de collectieve sector. bracht het mensen die vaak hoogstbekwaam Robbl!fl Kloosterman is vL'fbourleu a(lll hd Ecol1oll1;sch-Ceugrn!lscll

24

!nsfilllul UIIn

de Ullivl!rsileif

iJ(IH

Amsterdam

waren op hun eigen vakgebied maar die niet veel notie had den van de eigenschappen van bevolkingsdynamische processen tot dwaze voorstellen voor oplossing van het gesignaleerde bevolkingsvraagstuk. Zo herinnert de wat oudere demograaf zich nog steeds met lichte gene de eis van het lid van de Staatscommisie Bevolkingsvraagstuk, de eco-

bele vergrijzing gesproken. Voor de goede verstaander: het gebruik van de term bejaarde voor iemand die ouder dan 65 jaar is, is door tijd en gedrag achterhaald en nauwelijks meer op het geheel van deze bevolkingsgroep van toepassing. De 65-jarige 'bejaarde' van rond [900 was misschien nog wei te vergelijken met de 65-jarige van 1950 maar niet meer met die van nu. Vergelijking met een SO-plusser van nu ligt meer in de rede: de bejaarde van toen is equivalent met de hoogbejaarde van nu. Hoe de ouderen en bejaarden van overmorgen er uit zullen zien, laat zich slechts gissen. Dit relativeert meteen de prognose-uitkomsten van het CBS voor de jaren 2020 en verder. Weliswaar worden de aantaJlen personen van 65 jaar en ouder over

APRil 1992


)ekomst 25 jaar berekend maar het zal om mensen met geheel andere kenmerken, daarbij inbegrepen hun positie in de samenleving, gaan. Een ander relevant onderscheid is dat tusse n abso lute en relatieve vergrijzing. Onder absolu te vergrijzing word t het toenem end aantal oudefen in de hoogste leeftijdsklassen verstaan. Dit proces is vooral het gevolg van verschillen in bezetting van de opeenvolgende geboortejaargangen die over de leeftijdsgrens van 65 jaar heen schuiven. Deze bezetting wordt op de korte en middellange termijn vooral bepaald door de omva ng va n die geboortegeneraties op het moment van on tstaan. Voor de wat langere termijn komt daar ook het effect van de bui tenlandse m igratie in de afgelopen decennia bij. Een voorbeeld daarvan is te vinden in tabel l. Tussen 2010 en 2020 verwach t het CBS een veel groter stijgin g va n het aantal mannen en vrouwen van 65-79 dan van 80 plus. Oorzaak: niet zozeer de tw ee keer zo lange periode (tien in plaa ts van vijf jaar) maar het feit dat in die periode de naoorlogse geboortegolf over d e 65jaar-grens heenschuift. Na 2020 zal dit doo rschuifeffect in de leeftijdsklasse van de hoogbejaarden zic htbaar zijn. Anders is het gesteld met de relatiev e vergr ijzing. Deze zal toenemen van omstreeks]3 % va n de totale bevolking in 1992, via ]3.5 % in 2000 tot 18.1 % in 2020 (som van de rij-percentages in tabel 1). De relatie ve vergrijzing word t vooral bepaald door wat er 'o nder aan de' bevolkingspramide' gebeurt: dat wil zeggen door ontwikkeling in de nataliteit, dat wil zeggen van de aantaUen levendgeboren kinderen in opeenvolgende jaren. De re latieve vergrijzin g is dus in principe al begonnen op het moment dat vrouwen zo'n honderd jaar geleden hun 'vruchtbaarheidsgedrag' g inge n wij zigen. Van tijd to t tijd werd de hieruit res ulterende vruchtbaarheidsdaling gemaskeerd. Voorbeelden: de bezettingvan vrouwen in de vruchtbarC' leeftijdsklasse (15-49 jaar)

Tabel 2. De bevolkingsprognoses van het CBS voor het jaar. 20 (totalen) publikatie j.aar

aantal inWOIJ&S ( • 1000 )

20.976 1965 20.048 1967 17.058 t971 1976 15.220 15.147' 1984 1987 15.718' 15.717' 1988 15.696' 1989 15.860' 1990 1991 16.019* bron: CBS (*uitkomsten middenvarianten)

APRIL 1992

Tabel 1. Bevolking van Nederland in de hoogste leeftljdsk!assen in de periode 1992-2020, ~bsoluut en ., in 410 van de totalli bevolklng • 1000 (CBS, bevolklngsprognose 1991, midde~varlant) leeftijds klasse jaar 1992 1995 2000 2005 2010 2020

6!!-79 mannen abs. % 646 671 ~. 723

759 834 1105

4.3 4.3 4.5 4.6 5.0 6.5

vrouwen % abs 868 887 929 938 998 1310

5.7 5.7 _5:8 ' 5.7 6.0 7.7

was sterk als gevolg van de hoge vruchtbaarheid van eerdere genera ties, waardoor desondanks toch veel kinderen geboren konden worden; het inhaaleffect van na de tweede wereldoorlog, toen omvangrijke geboortegeneraties op sta pel werden gezet (de 'geboortego1f').

TRAUMATISCH Bevolkingsprognoses worden sinds WO II m et s teeds hoger frequentie door het CBS gemaakt. Deze prognoses hebben een zekere autoriteit. u itkomsten en verondeTstellingen van deze prognoses d ienen veelal als referen tiekader voor prognoses die door anderen worden gemaa kt. Autoriteit betekent in dit geva l niet per definitie grote trefzekerheid. De regelmatige bijstellingsnoodzaak blijkt uit de cijfers van tabel 2. Het ligt voor de ha nd dat bijstellingen geringer zullen zijn naarma te de afstand tussen het jaar wa arin de prognose gemaak t werd en het jaa r 2000 korter wordt. Hieruit va llen de gro te verschillen tussen bijvoorbeeld 1965 en 1971 ec hter nauwelijks te verklaren. De 'misser' van het jaar 1965 toen voor Nederland een kleine 21 miljoen inwoners in het jaar voor 2000 werd voorspeld was VOOT het CBS een traumatische erva ring. Ais gevolg hiervan zijn sindsdien de bevolkingsprog noses op het gebied va n de 'assumpties' aa n de conserva tie ve kant geweest, met name op het geb ied van de inscha ttin g van de toekomstige omvang van de buitenlandse migratie. Met name yond tussen 1989 en 1990 een aanpa.ssing plaats, met voor de uitkomsten bepaald ni et onaanzienlijke gevolgen die op het con to van de migratie-ass umptie moeten worden geschreven, Een mogelijke verwac hting dat de trefzekerheid van bevolkingsprog noses za I toenemen omdat er sprakC' za l zijn van verbetering va n de prognosemethodologie, wordt als men naar de afgelopen decennia kijkt, niet door de feiten bevestigd (Keilman, 1990, 183 en verde r). DEMOGRAFISCHE REDMIDDELEN

Mag de prognose van de aantalsbezetting van de oudste leeftijdsklassen gemeten worden? Wat de absol ute vergrijzi ng betreft niet. De ouderen in de periode 1992-2057 zijn nu aJlem aal al aanwezig? Uitsluitend verand ering van hun overlevingskansen en buitenlandse m igratie kunnen hun

80 + mannen % abs 136 145 152 174 187 211

0'.9 0.9 0.9 1.1 1.1 1.2

vrouwen abs % 311 338 361 407 430 456

,2.1 2.2 2.3 2.5 2.6 2.7

totaal vr m absoluut 782 816 875' 933 1021 1316

1179 1225 1290 1345 1428 1766

.":",

_. .C

aa n ta llen nog be'in vloeden. Ram ps poeden en derge.lijke daargelaten, wordt geen sterke verandering in de overlevingskansen in de komende jaren verwac ht. Blijft over de buitenlandse migratie als permanente onzekerheidsfactor{direct: de migratie van ouderen; indirect: de vergri jzi ng van migranten die nu nog jong zijn). Wat de relatieve vergrijzi ng betreft, ligt dit and~rs. In zijn proefschrift over onzekerheid in onze nationa le bevolkingsprognoses conclud eert Keilman dat de voorspeJling van de leeftijdsstructuur in de afgelopen periode gekenmerkt werd door een patroon van gro te fouten op jonge en hoge leeftijd en en van geringe foute n in de leeftijd sklassen tussen 20 en 75 jaar (Keilman, 1990, 186). Abso.I.ute vergrijz ing za l blijven voortgaan; de trefzekerheid va n relatieve vergrijzingsvoorspellingen is onze kerder. Relatieve vergrijzing bleek vooral het gevo lg van het tekort aan geboorten aan de basis van de leeftijdspyramid e. Het huidige tekort is het gevolg van een nu reeds jaren bestaand vruchtbaarheidsniveau beneden vervangingsniveau. \ofodelber~keningen hebben aangetoond dat zelfs een snelle stijging van de vruch t baar h ~ id tot boven vervang ingsnivea u (tot een niveau waarop gemiddeld 2.3 kinderen per vrollw worden gebo ren) weinig effect op de steTke stijging va n het percentage bejaarden zou hebben , SoortgeJijke modelberekenin gen laten zien dat zelfs een constante jaarlijkse netto immigrat i ~ van 30000 personen pec jaar (de ma xim um mig rati e veronderstelling in de CBS-prog nose) over de periode 1987-2032 in combinatie met een stijging van de vruc htbaa rheid tot boven vervangingsniveau niet ka n voorko men dat een verdubbeLing van het bejaardenpercentage optreedt, a l zou dan een daling va n het bevolkingsaantal ku nn en worden tegengegaan (Kuijsten, 1991/3). Zonder de steun van een (hypothetische) snelle vru chtbaarheidss tijging onder vrouwen van Nederlandse nationaliteit zouden enorme aantall en immigranten (gedacht moet worden aan tussen de 3.8 en 6.9 miljoenlJ nodig zijn om de vergrijzing te compenseren. Likm/uur: Galls. HCllk A. de (J9 74), Twee bevolkil1gsg roeilllodelfen . KN A". C<ografi>cli Tiidsclirift VlIl(l974)S. 417-425). Kcilmfll l. ."J.W. (1990), Ut/Ct!l'tai/fly in Natiolfal Papilla/loll Forecasting: Issues, 8nckgr(l llNds, allnlyscs . recommendations. A"' ~ / erdnm l l.;s ;- ~~: $,((I,'/S

& Zdtlinger.

Kuijsl en,,4,,C. (1991), /mmigra fie: middcllcgel1 bevolkll7gsajn(lll1f .

III

25


Met

aile kanten

f

e

Econom

nan c

e e

U I

t

E con

of

b

de

- z a k e

k

m et r i e

0

nt

u

ondernemende

m e est

k e d

U

ens t v e r len e r.

DE TRN GROEP HEEFT MEER TE BI路E DEN ALS U ....VAART IN UW CARRIERE WILT HOUDEN. Kiest u als afstuderend econoom of econometrist voor een voortvarende loopbaa nsta rt' Dan biedt de TRN Groep u een parcours waarin u de wind voortdurend in de zeilen hebl. De TRN Groep is een van de vier grote financieel-zakelijke dienstverleners in Nederland, waarin onde r meer registeraccountants, belastingadviseurs, accountants-administratieconsulenten en organisatieadv iseurs samenwerken. Onze decentrale organisa tie en resultaatgerichte, sterk gediffere ntieerde marktbenadering bieden u een uitstekende ca rrierestal1 in de accountancy of de fiscale dienstverlening. Door middel van een brede orienta tie doet u ervaring op met vrijwel ail e facetten van he t financiele werkveJd. Centraal in het individuele Joopbaanplan staan een snelle ontwikkeling en doorstroming.

Zo groeit u in e nkele jaren uit van trainee tot professional van formaat. In- en el>.'terne (vervolg) opJeidingen - zoweJ vakinhoudelijk als soeiaal en commercieel g~ richl - spelen hierbij een wezenlijke ral. Zet u graag vaart aehler uw carrierepJannen en wilt u meer weten over uw kansen bij de TRN Groep' Vraag dan onze borchure aan. C kunt bellen of schrijven. TRN Groep, mevrouw 01[. B.G. Tanis, Postbus 75121 , 1070 AC Amsterdam. Telefoon 020 - 6733012.

IRN Groep

o

SAM

E

N

N

Z

A

KEN


Bergen van barmhartigheid Pandjeshuis. De lommerd. Namen die associaHet hoofdgebouw van de bank is, ZONOAGSE PAK sinds haar oprichting in 1614, gevesties oproepen met in lompen gehulde dronkOp de zitjes in het publieke gedeeJte tigd in een monum entaal pand aan aards, die hun schamele bezittingen verpatsen van de bank heeft zich een bont deOud ezijds Voorburgwal, waarvan voor een fles goedkope jenever. Zakenlieden gezelschap verzameld. Een neger met het oudste deel ooit dienst deed als op de rand van de afgrond, door hun schul deiras tavlechten heeft een grote tabaturfpakhuis. Het gebouw aan de sers in de armen gedreven van de pandjesbaas. trommel tussen zijn benen geklemd. voormalige Fluwelenburgwal lag Een welig tierende instelling in tijden van De man naast hem, in grijs kostuum, indertijd temidden va n en kele nonarmoede en wan hoop, die bij de donkere midspeelt wat verveeld met een aantal nenkloosters en het Pesthuis. Er drindeleeuwen lijkt te horen als pest en open rioringen die hij in zijn hand houdt. De gen zich beelden op van vervuilde len. Niets is minder waar. De Stadsbank van rij bankloketten wordt bemand door Lening in Amsterdam, de laatste in zijn soort in stegen, devoot geprevel en kermenintern opgeleide taxateurs die de de verdoemden. Hier deed de lomNederland, bloeit als nooit tevoren. stroom goederen op hun waarde merd zijn zaken. Hanebalken en moeten schatten. Het grootste deel Jacco Kroon getraliede ramen met uitzicht op de Nes maken van de aangeboden waar betreft goud, zUver en het gemakkelijk de sfeer van vroeger dagen op te juwelen. Het overige dee\, zo'n vijftien procent snuiven. DeStadsbank va n Lening werd door het bestaat uit diversen, veelal audiovisuele apparaVroedschap (zoiets als het huidige College van tuur. 'Als het door de deur kan mag het beleend is een snelle manier om een periodiek geldtekort burgemeester en wethoudersl in leven geroepen worden' is de stelregel die de Stadsbank hante overbrugggen. Slechts 4.5 procent va n de om woekerpraktijken aan het begin van de zeventiende eeuw tegen te gaan. Naar ons land getrokken Lombarden hadden de geldhandel ge路introduceerd en berekenden hierbij enonne rentes. Ook toen de kerk het heffen van rente als onchristelijk had bestempeld hield de geld handel aan en besloot de gemeente zelf een bank in het leven te roepen die sociaal aanvaardbare tarieven hanteerde. Montes pietatis was het credo van d e zo ontstaneStadsbank van Lening. Bergen van barmhartigheid . ARME SLOEBERS

"Het in onderpand nemen van goederen is misschien wei het oudste beroep ter wereld", glimlacht de heer de Waal, directeur van de Stadsbank. 路'De oude Grie-

goederen die wij als onderpand krijgen aangeboden wordt gevei ld . Bovendien is anonimiteit gewaarborgd, omdat bewijs aan toonder wordt verstrekt." Ook de opmerking of een pandjeshuis niet door andere vonnen van kredietverlening is achterhaald blijkt niet op waarheid te berusten . "Zo'n vijfentwintig jaar gel eden d ach t

gevo.\g dat de omzet in vergelijking met twintig jaar geleden is vertienvoudigd. Met name mensen die afkomstig zijn uit zuideJijke Landen als ltalie en Spanje, maken veel gebruik van onZe diensten. [n hun cultuur is belenen, veel meer dan in :-.JederJand, een ingeburgerd verschijnse\.

We II icht het oudste beroep ter wereld De leensom bedraagt 80 procen t va n de waarde van het onderpand . De leen termijn is zes maa nden, tegen 9.5 procent rente. Wordt een goed na deze periode niet opgehaald, dan gaat het naa r de veiling. Er wordt vier dagen per maand geveild. Kijkdagen en el'n gedetailleerde ca talogus stellen de poten tiele koper in de gelegenheid zijn voorkenr vas t te stellen.

ons in de pas gerestaureerd e Rege nt<:nkamer waar De Waa l kantoor

VONOEL'S GARENWINKELT JE

Ais uitsmijter heeft directeur de Waal nog een leuke anekdote uver d e dichter Vonde\. Het garenwinkeltje dat deze beza t werd door zijn zoon naar de ramsj geholpen. Van de muze aileen kun je niet leven, dus werd Vandel een betrekking aangeboden bij de Bank van Lening. De jaren dat hij er werkte vielen samen met zijn vruchtbaarste periode als sch rijver.

houdt.Glanzend parket en fraaie kroon lu chters geven de ruimte een voorname sfeer. De Waal wijdt uit over het verkeerde imago waar de door hem geleide instellin g onder lijdt. " Iedereen denkt dat

APRIL 1992

Dit is om hygienische reden en niet meer mogelijk.

iedereen dat het belenen van goederen zijn la ngste tijd gehad had . [mmigratie had echter tot

ken verpandden alhun vronw en kinderen en de Egyptenaren maakten zelfs hun mummies te gelde." We bevi nd en

onze bank er aileen maar is voor arme sloebers. Dit berust op een misverstand. Onze bank is er voor iedereen. Het

teert. Tot in de' jaren vijftig konden ook kleren beleend worden . Kleine luyden verpandden bijvoorbeeJd hun zondagse pak. Bij binnenkomst van het weekloon werd het pak opgehaald, om het '5 maandags weer bij de lommerd te staJlen.

Onze bank heeft thans 56 mensen in dienst en heeft vijf filialen verspreid over Amsterdam."

27


Op wie moeten we in godesnaam stemmen? Met grote bril en grootse gebaren brengt Xander van U He len, num mer een op de Age-lijst, geestd ri ftig dedoelstelling van zijn iacu lteitsvereniging 'Aktie Groep Economen' (Age) onder woorden: "Het nauwkeurig volgen en waar mogelijk verbeteren van het onderwijs." Lijsttrekster Ellen Bien van 'De Nieuwe Organisatie voor Belangenbehartiging van Amsterdamse Studenten' (NOBAS) houdt het nog algemener door te steJlen dat haar vereniging gaat voor "het behartigen van belangen van studenten in het algemeen en speeiaal op de FEE". Het k link t mooi, maar op basis van deze doelstellingen va lt er natuur lijk niets te kiezen.

AGEenNOBA~ Het zal je een rotzorg zijn wat er gebeurt Op deze faculteit. Zolang je je punten maar binnen kunt halen en weet welke vakken te volgen, vind je alles allang best. Het verschil tussen Age en NOBAS? 0 ja, de NOBAS beheert die uittrekseltjesbusiness. De Age bestaat -geloof je- uit wat radicalere types. Aldus de gedachtengang van het gros der studenten. Dit onkundige gros mag wei weer vanaf 22 april zes studenten, afkomstig uit Age of NOBAS, voor de Faculteitsraad kiezen. Het moment dus om de ware verschillen tussen de twee faculteitsverenigingen te ontdekken. Twee lijsttrekkers aan het woord.

POLITIEK?

[n historisch opzicht versehi llen beide verenigingen in ieder geva l weI. De Age bestaat al sinds ]968. Zeven jaar terug heeft de \!OBAS zich afgesplitst van de OBAS, die de belangen van de student op UvA-gebied behartigt. De NOBAS wilde specifiek op onze fac ulteit tegenwieht bieden aan de toendertijd nog linkse Age. Anno 1992 manifesteert de Age zich nog steeds als politieke organisatie, althans zo staat het in de studiegids. 'Politiek' is echter een marginaal begrip geworden voorde Age, ZO blijkt lIit de uitleg van van Uffelen: "Wa t er zo politiek is aan de Age? Politiek is overtuigen, lobbyen, mensen op dezelfde lijn brengen. Age begon als radicaal links, maar is nu vrij gematigd. Zo'n actie als wij enkele jaren terug tegen Shell voerden, ZOli nu niet kunnen. Age-Jeden pretenderen niet meer een politieke vis ie te hebben." De NOBAs bemoeit zich uberhaupt niet met po litiek. Bien vindt politiek dan ook een vreemd woord voor organen op de facu lteit. "Wij zijn bezig voor studenten en of je dat nu politiek kunt noemen, tja ..... " Sinds dit jaar is de "lOBAs niet langer een Ltittrekselcentrum, noch organisa tor van luchtige uitstapjes. Dergelijkeactiviteiten heeft zij overgeheveld naar moedervereniging E.E.FA, de Economisehe en Econometrische Faeulteitsvereniging Amsterdam. De NOB AS houdt zich nu, net a ls de AGE, aileen met het beleid van de FEE be zig, onder andere via zetels in de Faculteitsraad (FR).

Age (30 leden, EvD) . Op vergaderingen zijn er altijd zo'n dertig aanwezig, zodat je vee I verschUlende meningen krijgt. Nobassers liggen meer uit elkaar dan de Agers. In werkwijze zijn wij minder radicaal, schoppen niet zo, praten meer met doeenten en zijn consensus-gerich ter", aJdlls Bien . Hoe frappant is het antwoord van Van Uffelen hierbij vergeleken l Niet op de hoagte van de ideeen van Bien, poneert hij met grote stelligheid: "Het grote verschil met de :-.JOBAS is onze werkwijze, de grondhouding. Wij staan positiever

puntswerkstllk, of moet je het aJs vervanger van een scriptie zien? Je kaart het 'probleem' aan bij het facliiteitsbureau, praat met mensen van de onderwijscommissies tot het lIiteindeJijk op de agenda van de FR terechtkomt." HET AFGELOPE N JAAR

Wat hebben Age en NOBAS in het afgelopen jaar voor de studenten klaargespeeld? Vele onderwerpen vliegen over de tafel. Natullrlijk is daar het nieuwe doctoraalprogramma. Gezamenlijk zaten en Age en NOBAS studen ten in een studieadviescommissie en hebben het studieprogramma, in overleg met docenten, sterk veranderd (zie Rostra's maarteditie). Dit programma is goedgekeurd door de FR en zal per een september aanvangen. Verder wordt het Tinber-

gen institullt, .een onderzoeksschool voor aio's, llitgebreid. De VU en de Erasmus zullen hier ook in deelnemen. Daarbovenop komtTRACE, hetTinbergen- Rotterdam-AmNOBAS, twee handen Op _n buik? (Ellen Bien: tweede van reehts) sterdam-Centre for Economics, waar docenten van verschillende facu lteitegenover het bestllur, alhoewel we kritisch blij-

H ET VERSCHIL

28

Esth er van Dijk

Het verschil, waar elke kiezer vast wanhopig naar op zoek is, zit hem dus duideJijk niet in een politieke richting. Waarin dan wel? Wanneerdeze vraag haar wordt voorgelegd, voelt Bien zich ietwat in het nauw gedreven: "Mag hel opnameapparaat even wt? [k geloof eerlijk gezegd niet echt dat er verschil is." Uitei.ndelijk komt het er volgens haar toch op neer dat de NOBAS gevarieerder is dan de Age en een andere werkwijze heeft: "Wij zijn met 50 leden groter dan de

ven. De Age is assertiever, heeft meer ideeen, en neemt vaker initiatief." Ervan bewLtst da t er enige arrogantie schllilgaat in zijn antwoord, verdllidelijkt hij: "Je moet dus niet afwachten wat er op de agenda staat in een Faculteitsraadvergadering, maar het Bestuur prikkelen om JOLtW ideeen op de agenda te zetten. Anders zit je sJechts op controlerende wijze in de FR, marginaal toetsend. '-Ieem bijvoorbeeld een stage. De Age denkt erover na: wat is de rol van een stage in je opleiding, staat het voor een vijf-

ten gezamenlijk onderzoek kunnen doen. De studentenverenigingen hebben ook hun invloed laten geld en in de manier waarop de vakgroepen hun geld krijgen toegeschoven: het formatieverdeelmodel. In tegenstelling tot voorgaande jaren, zullen de vakgroepen het volgend jaar voor elk vak twee Ullr hoor- en twee llur werkcollege moeten geven, willen zij nog iets in het laatje krijgen. Een stevige intensivering van het onderwijs dus. Van Uffelen benadrukt nog even de grote rol van

APRil 1992


DE DOCENTEN

, een pot nat ?! de Age in de korte-termijn belangen van studenten: "De co mputerruimtes waren slechts half gevu ld met computers. Voordat die eindelijk gekoch t werden moest de Age er eerst wat van zeggen. ;\Ieem verder de

ideeen uit te wisselen en nuances aan te brengen. Als er toch geen verschil tussen de verenigingen te bespeuren valt, waarom dan niet gezellig

tweede bibliotheekzaal die maar gesloten bleef. Daar moet je ook weer als een dolle achteraan voorda t er wat gebeurt !" Andere specifieke Age-initiatieven zijn volgens hem het blijven hameren op de uitbreiding van het Faculteitsbureilu, wai\[ inmiddels gehoor aan wordt gegeven, een nieuwe medewerker voor zowel studies in het buitenland als voor probkmen van deeltijdstudenten, en een mentorensysteem dat ook per september van start gaat. Bien reageert heftig ills zij later telefonisch nog om commentaar wordt gevraagd: "Het mentorensysteem is zeker ge路i nitieerd door de NOBAS en niet door de Age. Voor internationalisering is er een notitie door twee Agers en twee l\iobassers opgesteld. Het is toch jammer dat de Age zich illtijd tijdens verkiezingen af gaat zetten, terwijl we het hele jaar door De Age ... (Xander van LTffelen: tweede van links) prettig samenwerken." Kortom, geharrewar en onduidelijkheid alom als beide verenigingen de eer van bepaalde inisamen? Van Uffelen: "Het is een gezondeco mpetiatieven naa! zich toe willen trek ken. titie, je houdt elkaar wakkec" Bien: "Van mij mogen Age en '\I0BAS best samengaan, maar..... je houdt elkaar wakker."

Er zijn nog meer verenigingen op de faculteit, zij het wat obscuurder aanwezig dan Age en NOBAS. Eens in de twee jaarmogen ook de docenten hun stem laten gelden voor zeven zetels in de FR. Zij kunnen kiezen uit de 'Partij van de Economisten ' (PvdE), aangevoerd door Reuten, of de 'Economische en Econometrische Facultaire Belangen'(EEFB), onder leiding van de heer Kiv iet. De partijen houden zich in de FR voornamelijk bezig met zaken als de koppeling van onderwijs en onderzoek. Net a ls bij de Age en NOBAS valt hier eenzelfde trend naar consensus te ontdekken. "Vroeger was de PvdE duidelijk linkser dan de EEFB, tegenwoordig gaat het slechts om karakterverschillen tussen de fracties, aldus Kiviet." Zijn partij is met 5 zetels in de FR, tegen 2 zetels voor de PvdE, verreweg het populairst onder de docenten. Alhoewel, populairst?? Zowel Kiviet il ls Reuten hebben geen idee in hoeverre de verkiezingen serieus worden genomen door de docenten. Aanplakbiljetten en foldertjes laten zij dan ook achterwege, in de postvakjes van de docenten komen slechts twee keurige verk iezingsprogram ma 's te liggen. BLANCO

j\;a de waanzinnige orka nen van woede en ru zies die het voorgaande jaar door de faculteit heen raasden, heerst er nu duidelijk een 'vrede op aarde' -gevoel op de FEE. Conflicten tussen de faclllteitsverenigingen bestaan niet meer, maar nll lijken ze dan ook in bijna niets meer te verschil len . Wat nll te doen op 22 apriJ? Herinneringen nan het autoreferendum komen boven: kiezen tussen A of B, waarbij A voor B staat en omgekeerd. Belangrijk is wei dat meer dan 35 procent van de studenten hun kaartje op de bus doet, wit er gee n zetel verloren gaan. E n opwekkend bericht: een blanco stem telt ook l

Minstens 35 procent moet stemmen! DE FACULTEITSRAAD (Hel parlement)

Wat bl'treft het komend jaar wordt het o nd erwijs een hot item. Van Uffelen gaat zich inspannen voor een goede overgang naar het nieuwe doctoraal, tijdige evaluatie hiervan, kleinere werkgroepen, het invoeren van meer actualiteit in de colleges en een afstudeerpakkettenmarkt. Ook Bien gaa t voor het intensivl'ren van onderwijs, een soepele invoering van het doctoraa!, en een goede start van het mentorensysteem. GEZELLIG SAMEN

Inderdaad komen beide verenigingen uiteindelijk op hetzelfde eindpunt terecht, benadrukken de lijsttrekkers. Ze vergaderen dan ook voor iedere FR-vergadering eerst nog eens samen om

APRIL 1992

HET BESTUUR (de mlnrsterraad)

HET FACULTEITSBUAEAU (de amblenaren)

29

De Faculteitsraad is het hoogste bestuursorgaan van de faculteit. Zij bestaat uit 14 raadszetels, wa~rva.n 7 voor docenten, 1 voor het ondersteunend en het beheerspersoneel, .en6 voor de studenten_ In de maandelijkse bijeenkomst worden besluiten geftomen over onderwijs- en onderzoeksprogiamma's, controle en evaluatie, de facultaire begroting, etcetera. Aile b~/angrij/fe beslissingen aangaande de faculteit worden genomen door de Faculteitsi"aad.


Cursus of topopleiding? Sinds 1987 is het mogelijk om een 1-jarige postdoetorale opleiding aa n de we inig bekende Ams terdam School of International Relations te volgen. De opleidi ng voorziet in kennis op het geb ied van internationaal

'Stepping into a career in international and European policy making' zegt de poster op de deur van Rein Brolsma, directeur van de Amsterdam School of International Relations. Toch blijkt na een interview dit advies niet voor de afgestudeerde econoom te gelden. Die doet er verstandiger aan het niet geringe bedrag aan collegegeld in een postdoctorale opleiding in het buitenland te investeren.

reeht,internationale politiek en econom ie. Oit kan volge ns een chiqu e folder leiden tot een carriere in de di plomatieke sieer, bij de overheid en in bedrijven of organisaties met interna tionale inslag. De ASIR is een onafhankelijke instelling di e sa menwerkt met d e CvA. Deze samenwerking komt tot uiting in het beschikbaa r stellen van onderwijsruimten en docenten door de UvA. Van de eco nomische facu lteit zijn dato.a. prof. dr. H.Jager, drs. W. Haack en dr E. deJong. De school is opgerieht op initiatief van vier faculteiten: economie, politicologie, let teren en rechten. H et doel was in de groeiende vraag naa r internationaa l postdoctoraal onderwijs te voorzien . Diu. Brolsma hoop t dan oo k bi nnen kort aa n het niveau van de Eu ropese topopleidingen a ls het fran se INSEAO en de Londo n Business School te kUJ1nen tippen, al is de opzet van de opleiding minder bedrijfseconomisch gerich t. Oeopleid ing heeft een eigen identitei t waardoor het enigszins aan de co ncurrentie kan ontkomen . De kracht zit in de breedte: ee n combina tie van 'up to date' kennis op juridisch, economiseh en politiek gebied.

Niet interessant voor Nederlandse economen Oit geldt vooral voor een van de tw ee va ria nten in de dagopleiding: internationale en Eu ropese relaties. Naast deze richting is er een dagopleiding voo r Europees recht. Aileen de eerste var ian t is toegankelijk voor een afges tud eerde econoom. Naast de basisvakken internationaal recht, internationale economie en -pol itiek worden er colleges over men senrechten, milieu en

30

management gegeven. Oaarbij wordt rege lmatig gebruik gemaakt van gas tdocenten en specia listen uit bin nen- en buitenland. Zo traeh t de ASIR ook de praktijk aandacht gegeven. De cursus is erg intensief en de student moet regelmatig in korte tijd een paper schrij ven. De deelnemers verkeren in een eehte internationale omgeving; er zijn 18 verschillende nationaliteiten en de voertaa! is engels. Voor de Nederlandse manager wt het bedrijfsleven of de overheid bestaa t d e

R. Heintz

mogelijkheid een deeltijdcursus te vo lgen, met als doel de deelnemers beter in staat te stellen te anticiperen op wa t er in de wereld- en met name op Europees vlak- gaa nd e is. De school bestaat nu 5 jaar en heeft inrniddels 65 leerlingen.

onze faculteit worden aangeboden. H etzelfde geldt voor een aanta l vakken di e de studieric h-

ting internationale betrekkingen bij politicologie biedt. Jager: "Het niveau is wat de economische vakken betreft niet hoger en m isschien zelfs lager dan het doctoraal niveau." Hier botst zijn m ening met die van Brolsma, die het niveau van de opleiding beduidend hoger acht. TIij praat over een opleiding voor ' echte toppers'. Van de 200 aa nmeldingen worden er jaarlijks 65 aa ngenomen, waarvan30studenten voorde rich ting internationale en Europese relaties. !\iaast hoge cijfe rs en goede referenties word t ook naar werkervaring gekeken. ECHTE TOPPERS

Guy Tjoa is een va n de Nederlandse stud enten di e de studierichting internationale en Europese relaties vo igt. Het nivea u vindt hij hoger dan het verpli cht doctoraal van massacommunieatie aa n de Universi teit va n Amsterdam. H et is voora l veel intensiever. De eco nomisc h e vakken vindt hij te bleek weinig lutheoretisch. Behalve een studiereis naa r cratief om geld en tijd in werving Geneve met een bevan Nederlandse zoek aan een aantal studen ten te steinternationale orgaken. Die doen er nisaties is er we inig beter aan hun aandacht aan d e 12.500 gulden in praktijk een buitenla nd se gegeven."Wa t d at o pleid in g te inbetreft va lt d e o pleives teren. Ditisde ding een beetje teMiriam , de onvolprezen secetaresse bij ASIR. v isie van Prof. H . gen", aldus Guy. Eline Heroys, afgestudeerd aan de rechtenfaculJager. Het programma komt g rotendeels overeen teit van de Cniversiteit van Amsterdam, sluit met een combinatie van de internationale speciazich hierbij aan. Ze heeft deze opleiding gekozen lisa ties va n de studierkhtingen economie, recht en poli ticologie. omdat zij hoopte een aanslui ting tu ssen theorie en praktijk te vinden, die deze variant bij uitstek zou bieden. Oat een meer praktijkgerichte aanpak uitblijft vindt zij toch niet echt verrassend gezien de klas uit 32 leerlingen bestaat. Ze heeft slechts eenma al een soort presentatie gedaan. Waa rom er zo weinig ,:\Iederlanders zijn? "Het is CURSUS ALGEMENE ONTWIKKELING

Van de 65 deelnemers zijn er slechts 5 Nederlanders. Brolsma: "Voor afges tud eerd e Nederland se economen is deze opleiding eigen lijk overbodig, het is meer een cursus algemene ontwikkeling voor gevorderden." Het

"Go! and step into a career"

weinig bekend en er worden haast geen stud iebeurzen beschikbaar gesteld: het is met and ere Zo komen de vakken In ternational Economic Relations, Trade and In vestment, Ee Economics en Interna tiona l Finance and Monetary Affairs inhoudelijk sterk ove reen met vilkken die aan

woorden gewoon te duur. " RM/lijn H(.'iulz is vierde aars (!co nomie路sludf!111 S08w(lorncJ1

APRIL 1992


FACTS AND FIGURES VAN EEN NIEUWE PROF Naam: Bob J.J. Alting von Geusau Geboorte datum/plaats: 28 augustus 1946, Den Haag Burgerlijke staat: Gehuwd, wee kinderen Vooropleidinglvorige functies: Studie Actuariaat UvA, daarna actuaris NRG, raadgevend actuaris Bureau Ten Pas en nu raadgevend actuaris in Actuarieel Bureau 3A (eigen bedrijf) Huidige functie: Buitengewoon Hoogleraar Actuarie Ie Leer der Socia Ie Verzekering en Pensioenfondsen (AL SVEP) Kleur ogen: Bruin Lengte: 1 meter 94 Borst omvang: Zal jullie niet echt interesseren Kleur haar: DOl1ker wordt grijs Gewicht: 85 kilo Schoenmaat: 45 Bijnaam: Het schrijverspseudoniem Gustavu Anglione Meest geliefde imago: De soepele jOl1gen die alles sl1apt en dat gemakkelijk kal1 vertellen Muzikale voorkeur: Zware Russen, Jacques Brei en Bob Dylan Lieve Iingsgerech t: Indonesisch of Japans Favoriete boek: "A brief history of time" door Stephen W. Hawking Favoriete kunstenaar: Gaudi Bourbon zonder ijs Favoriete drank: Favoriete kleur: Zwart - voor zover dat een kleur is -. Favoriete kleding: Geen: zowel in jeans als in een net pak draag je een uniform Favoriete vervoermiddel: Fiets als het kan, auto (lIs het moet Hobbies/tijdverdrijf: Bridge, lange afstand tochten per fiets Welke kranten/tijdschriften leest u: Helaas veel te weinig Hoe brengt u uw vakat.ttie door: Op uitmiddelpuntige plaatsen

APRIL 1992

Grootste ergernis: Gezeur van andere mensen die zich daardoor proberen te onttrekken aan hun eigen verantwoordelijkheid Kan me wakker maken voor: Ja, ook wei voor een spe/letje bridge Mooiste avond uit: Die komt nog Slechtste gewoonte: Ik heb de neiging mijn agenda dicht te willen metselen Beste eigenschap: Dat ik na 4 april 1984, 3 utlr n.m. niet een sigaret meer gerookt heb Leukste eigenaardigheid: Relativerend vermogen Wie bewondert u het meest als mens: Mijn schoonvader Meest gebruikte grap in de collegezaal: "Hoeveel mensen studeren er in Amsterdam? Toch meer dan de helft, hoop ik?" Hoe denkt u over studenten: "Ze hebben het heel wat moeilijker dan wij indertijd." Favoriete econoom/actuaris/wiskundige: Ramanujan Wat is de grootste misvatting onder actuarissen: Dat ze onmisbaar zijn Wat isd~. meest gangbare misvatting over actuarissen: Dat het .. "','" een duf en suf volkje is Watis ¡ uw~mees.t:gekoesterde opvattinglovertuiging: Dat actuarissc~ maatschappelijk vee I nuttiger kunnen worden - - - ":" • aangewend Grootste 'ltitda.g1!lg: Het actuarele vak in mensentaal transparant te maken Grootste angst: Dat, nadat ik dat bijvoorbeeld bij mijn oratie op 11 mei a.s. geprobeerd heb, sommige beroepsbroeders zich totrizij wenden met een "Ach, dnt wiste11 we toch allemaal al?", de schouders ophalen en daarna overgaan tot hun matglazen orde van de dag Hoelangblijftu 'hier: Nog heel lang, hoop ik

31


PROGRESS WAS NEVER CREATED BY 'STANDARD' PEOPLE. Wac is her verschil tussen de groten Punica. Maar de fllosofle dar aileen en de grootsten? Talenr? Kennis? her besre goed genoeg is. geldr nier Doorze ningsvermogen? Of geld? aileen voor de produkren. We ~ou kllnnen. Maar hec belangrijksre invesreren ook in de kwalireir van onderscheid zir in een menralire ir. onze mensen. waarbij individuele Een eigen visie. van mensen die behoefi:en cenrraal sraan. H er prinbereid zijn desnoods rechr regen de cipe van o n-rh e-job-rraining is dan scroom in re roeien om hun doel ookdiep verankerd in de culruu rvan re bereiken . Hec zijn die mensen P rocrer & Gamble. diede wereld nieuwe mogelijkheden Z akeiij ke beslissingen nemen geven. Ofgaven. Zoals bijvoorbeeld we op basis van een goede balans rusLouis Armsrrong. sen de harde cijfers en gurfeeling. Of William Proccer en James Oat geldt nier aileen voor financ e. Gamble. Zij deelden de vaste oversales en marketing. maar ook v~~r tlliging dat de consumenr behoefi:e aile andere vakgebieden. heefi: aa n superieure produkten. Academici die deze visie mer Een visie die vorm heefi: gekregen in ons delen kllnnen voor meer een mulrinationaal bedrijf, dar zich informa tie concact opnemen mer op de N ederlandse marh presenProccer & Gamble N ederland . teerr met A-merken als Arie l. J." posr bus 13+5. JOoo BH Ro[[erPampers. Vidal Sassoon en g-~4 J) dam. ceiefoon 010-468791[,

....

PROCTER & GAMBLE L OUIS ARMSTRONG (190o-1971). INVLOWRJJK JAZZ TROMPETnSr EN ORKESTLEIDER. ACTEERDE DAAR.NAAS"r IN ENKELE SPEELFILMS.

E.E.F.A.-Beroependag -met studeren alleen kom je er nietDe tijd dat hoger opgeleiden automatisch een vaste baan aangeboden kregen is voorbij. Tegenwoo rdig za! oak de pas afges tudeerde academicus genoegen moeten nemen met een kort contract. Was vroeger door het vraagoverschot 'job-hopping' aan d e orde van de dag, nu is het de bellrt aan de

32

Het bedrijfsleven klaagt al jaren over de slechte aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. Deze 'mismatch' tussen vraag en aanbod is voor een belangrijk deel te wijten aan de geringe hoeveelheid informatie die studenten krijgen over de arbeidsmarkt. De E.E.F.A. speelt hierop in en organiseert op 15 mei de Beroependag. Op deze dag zullen 16 afgestudeerde economen, econometristen en actuarissen over hun beroep vertellen en na afloop van de sessies kan er informeel met de sprekers gesproken worden.

werkgevers om over te gaan op wat misschien we! 'candidateswitching' genoemd zou kunnen worden. Een kandidaat wordt aangenomen voor een proeftijd waarin de werkgever 'de kat uit de boom kan kijken'. Er blijkt een tendens te zijn waarbij werkgevers niet zo zeer naar de specifieke opleiding van een kandidaat kijken, maar des te meer naar de persoonJijke invulling die hij / zij aan de studie heeft gegeven. Het onderscheid tu ssen de verschillende stud ierichtingen valt weg. Zo moeten academici uit de sector economie in advertenties de

}. Schuring, P.}. Willems aandacht steeds vaker met anderen deien. Ongeveer eenderde deel va n het vacature-aanbod is bestemd v~~r meerdere studies. Voor bedrijfseconomen zijn ook HEAO'ers geduchte concurrenten. Bij werkgevers overheers t het beeld dat HEAO'ers taalvaardiger zijn en dat het hen niet aan analytisch vermogen ontbreekt.

Verder zouden HEAO'ers breder opgeleid zijn, waardoor werkgevers mindel' de kans lopen een 'verkeerde studierichting' in hui s te halen. Geen enkele net afgestudeerde kan in aile rust afwach ten totdat de

aanbiedingen binnen komen. Wie goed terecht wil komen, dient een grondige kenni s van de arbeidsmarkt te hebben en voora! een goede kennis van de eigen kwaliteiten. Op de E.E.F.A.-Beroependag is een gedeelte va n deze informatie te verkrijgen door het volgen va n sessies en bij de bedrijvenmark t, waar onder andere bedl'ijven als Nationale-Nederlanden en KPMG Klynveld aanwezig zullen zijn. }OOSI Sclllfring en Palll leraen Will ems zijll tweedr!jaars t?cotlOmie el1

(merle) organisatoren van de E.E.F.A.-Brroependag, wnorvoor je je klin t inscflrijvel1 op de E.E.F.A.-kmncr (1.28), BrolluelJ: NRC Hmldefsblrui t'll lntermcriiair

APRIL 1992


AGENDA Mei 7 Kreet van de Week, tijd: 12.15. (Zie voor onderwerp en plaats posters) 11 Laatste dag van de verkiezingen. 14 Kreet van de week, tijd: 12.15. (Zie voor onderwerp en plaats posters) 15 EEFA beroependag, i nforma tie: kamer 1.28 12 Seminar algemene.economie, L. Bovenberg, Environmental taxation and labour market distortions, tijd: 15.30 - 16.30, Plaats: VU, Zaal 2A-39, De boelelaan 1105. 21 Kreet van de Week, tijd: 12.15. (Zie voor onderwerp en plaats posters) 26 Seminar algemene economie, G.B. Di Masi, Pricing of options on assets with Markovian volatility, tijd: 15.30 - 16.30, Plaats: VU, Zaal 2A-39, De Boelelaan 1105. Mededelingen: Nieuwe AGE-readers: -Europese Eenwording (verwikkeling rond 'Maastricht') -Ontwikkelingssamenwerking verkrijgbaar bij Age (kr. 1.27) en SEF Sef Activiteiten Mei Zaalvoetbal toemooi Squash Toemooi Excursie naar Shell Excursie naar GAK Consultancy Dag Excursie naar Price Waterhouse Lezing over Japan

APRIL 1992

Schwei nerei . door Jacea Kroon Democratie is een slopende bezigheid. Een oprechte aanhanger van deze maatschappijvorm wordt belaagd door een constante stroom verkiezingen, breed maatschappelijke discussies en volksraadplegingen. Landelijke, regionale en lokale verkiezingen van politieke vertegenwoordigers zijn iedereen van oudsher bekend, al is het betrekkelijk nieuw dat democratische organen zich tot wijkniveau uitsplitsen. Verse inspraakvormen blijven echter ontstaan. Bij gevoelige topics, bijvoorbeeld kernenergie, stuurt Den Haag nu en dan een legertje ambtenaren in den lande, die aldaar in schemerige achterzaaltjes de stemming peiJen en de schamele toehoorders bedelven onder foldermateriaal. De laatste trend is het referendum, onlangs met stip gestegen op de democratische hitlijsten. Daarnaast wordt er nog beroep gedaan op de kiezer voor de totstandkoming van allerhande maatschappeLijke organisaties in zijn directe omgeving, zoals ondernemingsraden, Blijf-van-m'n-Lijfhuisbesturen, figuurzaagcomites en sportkantinecommissies. Wanneer de vermoeide kiezer, na de gang richting stembus ter verkiezing van de zoveelste buurtwijkdeelraad, thuis tevreden de benen strekt, is hem weinig rust beschoren. De rode inkt van het ingekleurde hokje is nog nauwelijks droog of er dienen zich alweer prangende kwesties aan waarover hij zich moet uitspreken. Het aantal standvastige democraten is gering, getuige de vaak gebrekkige opkomst bij gelegenheden waar de burger zich mag doen gelden. Aan de landeJijke verkiezingen wil het merendeel van de kiesgerechtigde populatie zijn medewerking, mits het niet regent, nog wei verlenen. De gemeenteraad moet het al snel met de helft stellen. Voor pseudo-democratische experimenten als een adviserend referendum is slechts zevenentwintig procent bereid het hoofd buiten de deur te steken. Maar het laagterecord moet ongetwijfeld nog komen. De jaarlijkse verkiezing van de studentenvertegenwoordigers in de faculteitsraad. Onze faculteit is rijk aan reisjes organiserende en uitreksels stencillende clubjes die, als het even meezit, ook nog een blaadje uitgeven. Elk jaar rond mei bJijk je op enkele van deze cJubjes te kunnenstemmen. Dan duiken er opeens posters op in de kantine. Stem Nobas, stem Age. De magerheid van hun boodschap laat zich raden getuige het ontbreken van enige informatie waaruit de verbaasde observant een stand punt zou kunnen filtreren. De ideologische afbakening tussen de partijen lijkt op even willekeurige wijze tot stand te zijn gekomen als de grenzen in koloniaal Afrika. De gemiddelde student weet nauwelijks van het bestaan van de faculteitsraad, laat staan de Nobas en d e Age. De afwezigheid van adequate informering werkt een status quo in de hand. "Onbekend maakt onbemind", zei mijn oma altijd en LO verdwijnt mijn stembiljet, tesamen met duizenden andere, jaarlijks onaangeroerd in de oud papierbak. Elders in dit nummer doen de partijen nog een dappere poging zich op de valreep te profileren. Een schouderklop voor degene die er wijzer van wordt. Het lot van de kandidaten wordt, zoals te doen gebruikelijk, bepaald door een handjevol doorknede democraten. Ik ken ze niet.

Kart maar krachtig Frank Heemskerk Het Faculteitsbestuur roept alsmaar dat de onze faculteit (weer) in beweging is. Voor een buitenstaander is dat misschien minder duid elijk. Daarom nog eens een korte opsomming van veranderingen in de organisatiestructuur, het onderzoek en het onderwijs. Het faculteitsbllreall onder leiding van directellr a.i. Van Dijk omgevormd tot een betere, dienstverlenende instantie. Een niellwe organisatiestructuur, met duideJijk afgescheiden deeltaken, en aan aantal nieuwe medewerkers moet hiertoe bijdragen. De vakgroepstructuur staat ook ter discussie. Over leg van het faclliteitsbestuur met de vakgroepen moet reslIlteren in minder vakgroepen, flexibeler en groot van omvang. De faculteit wordt dan beter bestllllrbaar, er kan makkeJijker met taken binnen vakgroepen geschoven worden. Met betrekking tot het onderzoek worden er grote presta ties en impulsen verwacht van het TRACr. (Tinbergen Rotterdam Amsterdam Centre for Economics), een onderzoeksinstitullt dat door de VU, de Erasmus en onze faclliteit wordt opgericht. I-lierin zal een aantal medewerkers van de drie faculteiten'gezamenlijk onderzoek verrichten. In het onderwijs is er ook sprake van verandering en in mijn ogen verbetering. Er worden in het doctoraal duidelijker afstlldeerpakketten aangegeven, overigens met beholld van keuzevrijheid. Bovendien heeft de werkgroep onderwijsvormen onlangs haar rapport aan het Faculteitsbestllllr gepresenteerd. Na een uitvoerige inventarisatie ondermeer bij de zusterfaculteiten lllidt de conclusie dat de F.E.E. het onderwijs verder dient te intensiveren. Zowel in de propaedellse als in het doctoraal moet actiever onderwijs gegeven worden in kleinere groepen met discussiecolleges, referaten, alternatieve toetsvormen en waar mogelijk met docentonafhankelijke leermiddelen. Het Faculteitsbestuur heeft deze aanbevelingen uit het rapport overgenomen. Zij heeft ('en stuurgroep opdracht gegeven leiding te geven aan de onderwijsvernieuwing en de aanbevelingen uit te voeren. Onder bezielende leiding van bes tuursJid Rob de Klerk zal de stuurgroep ala de projectgroep Sociale Vernieuwing van Jan Schaefer als een wervelwind door de faculteit gaan om in overleg met de vakgroepen nieuwe onderwijsvormen te vinden en het onderwijs te verbeteren. Stond het studiejaar 91/92 in het teken van (onderwijs)herstrucfurering, het jaar 92/93 moet het jaar van de onderwijsvernieuwing worden. Tegen de tijddat deze Rostra verschijnt, zal ons nieuwe gebouw, waar ik trouwens nog heel weinig kunst gezien heb, ongetwijfeld versierd zijn met vele verkiezingsposters van de NOBAS en de Age. Beide studenten6tga nisaties op deze faculteit verrichten in mijn ogen veel en ook goed werk. Het is daarom belangrijkdatzij gesteund worden door een goede verkiezingsopkomst. Stem dus in ieder geval NOBAS of Age.


Dus u denkt bij PTT Nederland een vliegende start te kunnen maken?

Koninklijke PIT Nederland NV zoekt (bijna) afgestudeerde

eigen loopbaan u.it te stippelen. Die in staat zijn onze - en

bedrijfseconomen en econometristen. Geen dames en heren die

hun eigen - belangen met verve te verdedigen en geeh kans

van plan zijn om rustig naar het pensioen toe te schuifelen.

onbenut laten om die verder uit te bouwen.

Maar mensen, die een goed verstand koppel en aan

De selectieprocedure is even gevarieerd als zwaar. Als

een krachtige, resultaatgerichte aanpak en een besmettelijk

u bovenstaand vraagstuk snel heeft weten op te loss en, is dat

enthousiasme. Als u vindt dat wij nogal hoge eisen stellen,

een pre, maar onze selectieprocedure heeft veel meer om het

heeft u gelijk. Want we willen namelijk absoluut zeker zijn

lijf. Denkt u te passen in ons profiel, dan is uw gemotiveerde

van de kwaliteiten van onze medewerksters en medewerkers.

sollicitatiebrief welkom bij Koninklijke PTT Nederland NV,

Ook van onze nieuwe genera tie generalisten en specia-

concernstaf Management Development,

Postbus

15000,

listen. PTT is's lands grootste transporteur van informatie.

9700 CD Groningen. Voor meer informatie kunt u ons

En dat willen wij graag bJijven. Dat betekent alert reageren,

bellen: 06-0142.

investeren - in techniek en mensen - en vooruit lopen op ontwikkelingen. PTT gaat als marktgerichte organisatie deze uitdaging op aile fronten aan. Vaak tot ver over onze grenzen. Kortom beweging en expansie zijn synoniem aan PTT. Daarom zijn wij uitsluitend geInteresseerd in jonge vrouwen en mannen met het talent en de mentaliteit om hun

nederland •

PTT. Waar mensen 't maken.


Train Grand Vitesse feuilleton

over

de

Wat er aan voorafging De reis van Flipstra en Pim, werkzaam als privedetechves, naar Mexico begint catastrofale vormen aan te nemen. Flipstra's broer Hendrik blijkt onaangenaam vee I vijanden te maken met zijn operatie' IJzeren Sombrero'. Betrokkenen moeten het , naar Zuidamerikaanse traditie , met de dood bekopen Kolonel Rodriguez, geducht opponent van Hendrik, laat bij een vuurgevecht in een obscure cantina als eerste het leven. Wat is toch die geheimzinnige operatie 'IJzeren Sombrero'? Vandaag de onthulling "Ik moet pissen l" Pim tikte driftig tegen de achterruit van de bestuurscabine. Hij zat samen met Pablo, het Mexicaanse hulpje van Hendrik, in de laadbak van de pick-up-truck De zandweg waarover ze reden voerde door een overvloedig tropische beg roe iing; de niet minder talrijke launa liet hun gezamel ijke kakalonie aanzwellen tot oorverdovende proporties Het sporadisch gefrequen teerde onderdeel van de Mexicaanse inlrastructuur vertoonde diepe kuilen en vergde het uiterste van de terreinwagen Met hartverscheurend gekraak daalde de chassis op en neer en dwong de inhoud van de laadbakPim, Pablo en enkele houten kistjes met opschrift ' danger, handle with care'regelmatig van positie te wi sselen. De Mexicaan had de rand van zijn locale hoolddeksel over de ogen laten zakken en Iiet zich onaangedaan meevoeren in de cadans van het onregelmatige wegdek. Het ongedierte dat ongestrait rond zijn korstige lippen kon samenklonteren, verried dat hij sliep Pims fysiek schikte zich iets minder soepel in de erbarmelijke omstandigheden. Zijn kleren had den zich aan zijn Iichaam vastgezogen en hij gesticuleerde als een dirigent in vervoering om de opdringerige insecticiden te weren. Eenlichtedeiningvandestreekbus A'dam- Purmerend pleegde zijn blaas al onherroepel ijk te activeren. De druk op zij n onderbui kwas nu dan ook vol strekt ondragelijk en hij bonsde nogmaals de vuisten op het gepantserde glas. De twee broers waren in een heftige woordenwisseling verwikkeld. Pim verstond geen woord maar kon liplezend constateren dat het taalgebru ik zi ch veelvuldig buiten de paden van het Aigemeen Beschaald Nederlands begaf Verwoede pogingen de aandacht te trekken kon het kibbelende duo niet vermurven en Pim besloot een andereuitweg te kiezen. Hi j poogde wijdbeens in de taadbak te staan , zijn kn ieen leunend op de buitenrand . Nadat hij een min of meer stabiele positie had verworven pelde hij zi jn broek open en zelle de bevrijdende stroom op gang Een niet geanticipeerde oneffenheid in de zandweg deed Pim achterovertuimelen, die onmachtig was het in gang gezette proces te stoppen Pablo's sombrero werkte echter als een volmaakt afwateringskanaal zodat deze ongemerkt de waternoodsramp doorstond en een tevreden grommend slaapgeluid liet horen. "Godverdomme, Hendri k. Dit is me veel te li nk." Na een almattende rit was de pick-up tot stilstand gekomen . Door het geopende portier sijpelde de verhitte conversatie binnen gehoorsafstand . "Denk toch eens na, Cornel ius", probeerde Hendrik zijn broer te overtuigen "Deze handel is puur goud. Zeker nu we die brui loltgeneraal Rodriguez naar de eeuwige tacovelden hebben gezonden." "Sick bastard", gromde Flipstra. "Je laat je lamilie bijna aan lIarden schieten

APRll1992

vaderlandse jeugd voor je eigen ongure handeltjes en een grote zak pegels." "Landhuizen met eindeloze veranda's, langbenige vrouwen met oogverblindende borsten, de complete verzameling postzegels van voormalig Nederlands-Indie (Flipstra's ogen lichtten even op), alles in de pocket", lachte Hendrik en sloeg zijn broer amicaal op de schouder. "Dat heb je Rodriguez zeker ook beloold", schamperde Flipstra, zijn schouder wegdraaiend . Hendriks gezicht verstrakte. "Laten we maar even binnen gaan kijken", mompelde hij. "Wat is er aan de hand?", vroeg Pim aan de nors voor zich uitkijkende Flipstra. "Dat gaat je geen zak aanl" Pim deed er het zwijgen toe. De loden deuren waarvoor de auto geparkeerd stond, werden omsloten door dicht groen lover. Pablo ontsloot de zware ijzeren hengsels. De spieren in zijn pezige lichaam spanden zich , de deur zwenkte krakend opzij Deze bleek naar een gigantische loods te leiden. Door enkele spleten in het golfplaten dak lekle zonlicht in de donkere ruimte. Pim sleepte, aangetrokken door de verkoelende schaduw, zijn uitgebluste lichaam als eerste naar binnen. Hendrik haalde de lichtschakelaar over. Een cluster kale peren verjoeg genadeloos de duisternis Tegen aile wanden stonden stellingen volgepakt met dozen. Een groot aantal vaten kerosine was opeengestapeld in een piramide, als blikken maaltijdsoep bij een voordeelaktie. In de romp van de eenmotorige Cessna, in het midden van de loods, zaten enkele kogelgaten. Pim hoorde de gebroeders schreeuwen aan de andere kant van de loods. Pablo had zich inmiddels weer een slaapplaatsje verworven en nestelde zich knorrend in een liggende tros kabeltauw. Pim volgde zijn voorbeeld en zocht een plekje tussen de stellingen . Hij probeerde enkele dozen opzij te schuiven, hetgeen niet lukte. Uit nieuwsgierigheid scheurde hij een doos open Deze was gevuld met, in cellofaan verpakte, stapeltjes zinn eprikkelende lectuur. Zoals gebruikelijk in dit gen re werd de voorkant in beslag genomen door in elkaar verstrengelde lichaamsdelen van dubieuze kwalitei! Het was genoeg om Pims interesse tewekken en hij scheurde het plastic open "Oat Fl ipstra zich hier zo druk over maakt", dacht Pim en sloeg een blaadje open. Eenuitsparing inhet midden ,die de erotische afbeeldingen hun essentie ontnam, bevatte een zakje poeder. "Aha, illegaal feestpoeder." Pims vermoeden werd bevestigd toen hij proefde Net wat hij nodig had om weer lit te worde n. Pim rolde zijn museumkaart strak op en brachtzijn neus in positie Een hand greep hem vast en sleurde hem omhoog. "Meekomen", zei Flipslra bars "We vertrekken uit dit stinkland." Aan de achterkant van de loods was een kleine startbaan waar de Cessna met draaiende motor klaarstond . Flipstra duwde Pim achterin Hendri k zat er ook, met geboeide handen en dichtgetapete mond Flipstra stak dynamietstaven tussende vaten kerosineen rolde een koord op veilige alstand. Een enorme explosie blies de vlammenzee tot hoog boven de boomtoppen. Hendrik kreunde zachtjes.

35


COMPONISTEN GEZOCHT (M/V).

H

et financieJe reilen en zeilen van een bedrijf

zal u een ding op vallen: hier doen mensen met plezier

kan natuurlijk gezien worden als een droge

hun werk.

combinatie van cijfers. Maar toch.

Voor onze vestigingen in Den Haag, Rotterdam,

Tussen die cijfers besta at wei degelijk een ver-

Eindhoven en Amsterclam zijn we nu op lOek na ar

band. Allemaal dragen ze een betekenis met zich mee.

jonge bedrijfseconomen en HEAO'ers die net zoveel

Elke post vertelt z'n eigen verhaal.

plezier aan hun yak beleven. Of op z'n min st lOuclen

Wie ze op die manier beziet, ontdekt feilloos de valse noot in de partituur. Wie ze

lo

kan lezen,

willen beleven. Heb je 'n dergelijk enthousiasme voor je yak'

voelt snel genoeg of het hier gaat om een grandioze

Schrijf dan naar mevr. E. Piller, Stadhouders-

ouverture of een zwanezang.

plan tsoen 24, 2517 JL Den Haag. Of bel 070 - 342 5625.

Wie dit kan,

lOU

bij Arthur Andersen kunnen

We maken graag 'ns kennis met je.

werken. Wij zien accountancy als meer dan een plichtmatig controleren. Veel eerder gaat het om adviseren. Daarin kan de ene accountant zich van de andere onderscheiden.

ARTHUR ANDERSEN

Dat deze filosofie in de praktijk werkt, blijkt. Arthur Andersen heeft wereldwijd circa

ARTHUR ANDERSEN &

Co SC

60.000 medewerkers verspreid over meer dan 300 vestigingen. Maar waar u ook binnenkomt, overal

ACCOUNTANCY


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.