1 minute read
Tragikomische debuutroman van Janneke de Bijl
De agenten hadden het slechte nieuws direct aan mijn moeder verteld. Ze kwam naar boven gelopen en zei tegen ons: ‘Jongens, kom eens gauw.’ We liepen allebei naar de overloop. ‘Er is iets heel ergs gebeurd,’ zei ze meteen. ‘Papa is verongelukt.’
‘Hij is toch niet dood, hè?!’ riep Bas toen. Ik vond dat een domme vraag. Natuurlijk was hij dood, ‘verongelukt’ betekent dood.
Mijn vader is dood (want)
+ (en)
Hij is verongelukt verongelukt betekent ‘dood’
Deze argumentatie is niet meervoudig maar nevenschikkend; als je er één argument weghaalt, stort de hele onderbouwing in. Als mijn vader niet verongelukt zou zijn, was hij niet dood geweest, maar in een wereld waar ‘verongelukt’ iets anders zou betekenen dan dood ook niet. Dan was hij dat geweest in plaats van dood. In onze wereld zou het nergens op slaan als mijn moeder had gezegd:
‘papa is weliswaar verongelukt, maar ze hebben nog goede hoop.’