VersoDirect nr4 - jg16

Page 1

VersoDirect nr. 4 / oktober - november 2014 / jaargang 16 V.U. Bruno Aerts, Kolonel Bourgstraat 122 bus 4, 1140 Brussel

VersoDirect is de nieuwsbrief van de Vereniging voor Social Profit Ondernemingen vzw, de intersectorale werkgeversorganisatie voor de Vlaamse socialprofitsector. Verso verenigt ondernemers uit de gezondheidszorg, de welzijnssector, de socioculturele sector, de sector van de aangepaste tewerkstelling, het onderwijs en de mutualiteiten.

INHOUD VERSONIEUWS ‘Vlaams Regeerakkoord vergt nog veel overleg’

2

SECTORNIEUWS Cera Award zoekt opnieuw technische uitdagingen uit de social profit 4 Ziekenhuiskoepel wil financiering omgooien 5 Opleidingsinspanningen van socialprofitondernemingen blijven toenemen 6 SAR WGG reageert op groenboek staatshervorming 7 Nieuwe website rond diversiteit 7 Werken in de gezondheids- en welzijnsector is dicht bij huis werken 7 Sociale vooruitgang stagneert 8 Welke maatschappelijke uitdagingen tegen 2025? 8 Social profit blijft motor van banengroei 9 Naar een sociaal overleg op Europees niveau? 10 Commissie Sociale Economie officieel van start 11 Wit-Gele Kruis wint Europese innovatieprijs 11 AANKONDIGINGEN

“Regering investeert in sociaal beleid, maar zal ook besparen” Lees meer p 2-3

11 Vereniging voor Social Profit Ondernemingen vzw - www.verso-net.be Kolonel Bourgstraat 122 bus 4 - 1140 Brussel - T 02 739 10 71 - F 02 736 75 06 - info@verso-net.be

1


EDITO

VERSONIEUWS

Facelift voor sociaal overleg

‘ Vlaams regeerakkoord vergt nog veel overleg’

Het Vlaamse sociaal-economisch landschap wordt grondig hertekend. De zesde staatshervorming hevelt niet alleen een aanzienlijk pakket arbeidsmarktbevoegdheden over, er komen ook belangrijke bevoegdheden in het gezondheids-, welzijns- en gezinsbeleid over. Het Vlaamse beleid zal de komende jaren dus fundamentele keuzes maken over de manier waarop Vlaanderen deze nieuwe bevoegdheden invult. Het is alvast hoopgevend dat de nieuwe Vlaamse regering “de onschatbare waarde van het sociaal overleg, het middenveld en hun vele vrijwilligers voor de Vlaamse samenleving erkent en waardeert” en dat ze “een systematisch overleg en het verzekeren van een goed maatschappelijk draagvlak voor de aanpak” belangrijk vindt. Verder lezen we in het regeerakkoord dat er “voor het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin een tripartite overlegmodel zal worden geïnstalleerd om zowel de sociale partners als de partners van het beleidsdomein op een structurele manier te betrekken bij het beleid en de wijze waarop de nieuwe bevoegdheden worden ingekanteld.” Verso onderschrijft deze keuze voor een versterking van het overleg in het beleidsdomein WVG. Daarnaast blijft het belangrijk dat de sociale partners uit de verschillende paritaire comités van de social profit (welzijn/gezondheidszorg, sociaalculturele sector, sociale economie) in een geëigend sociaal overleg coördinatie en afstemming zoeken over de collectieve arbeidsverhoudingen. Maar er komt ook nog heel wat werk op de plank voor het breder sociaal- economisch overleg van Serv en Vesoc. Denk maar aan het activerend arbeidsmarktbeleid en tewerkstellingsmaatregelen, het banenpact, de decreten rond maatwerk en lokale diensteneconomie en een coherent beleid rond arbeidsmarktgerichte opleidingen. Deze belangrijke thema’s bieden ongetwijfeld mogelijkheden voor een nieuw versterkt elan en optimalisering van deze overlegorganen met Verso als een constructieve partner. Bruno Aerts, directeur Verso 2

In juli presenteerde de nieuwe Vlaamse regering haar regeerakkoord en wanneer u dit leest heeft ministerpresident Geert Bourgeois ook al zijn Septemberverklaring uitgesproken. Wat kunnen we al afleiden op basis van het Vlaams regeerakkoord? Deze regering zal investeren in sociaal beleid, maar tegelijkertijd worden er ook heel wat besparingen aangekondigd. Daarnaast worden er een reeks hervormingen aangekondigd, waarvan de exacte modaliteiten nog verder moeten worden uitgewerkt. Verso kijkt uit naar het geplande overleg hieromtrent. Groeipad De toekomstige Vlaamse regering erkent de grote uitdagingen in de zorg en maakt daarvoor een extra budget vrij van 500 miljoen euro op kruissnelheid. Wegens de grote tekorten in de sector voor personen met een handicap wordt er voor die sector al vanaf dag 1 een groeipad voorzien. Ook voor ouderenzorg, kinderopvang en de gezinszorg wordt er uitbreiding voorzien. Ondanks de verwijzing naar ‘het versterken van de sociaal-culturele sector’ zijn de sector en het brede verenigingsleven ongerust over de verwachte besparingen voor deze sector die bovenop de besparingsrondes in de vorige beleidsperiode komen. Regelluw kader De socialprofitondernemers zijn ook verheugd dat de toekomstige Vlaamse regering zich engageert om de administratieve lasten en betutteling te verminderen voor verenigingen en meer vertrouwen en autonomie te geven aan de partners die het beleid uitvoeren. Verder is het hoopgevend dat het regeerakkoord expliciet vermeldt dat de principes van corporate governance gelden voor alle partners, dus zowel profit als social profit. Tewerkstellingsmaatregelen Binnen het beleidsdomein Werk zitten er heel wat hervormingen aan te komen. De overkomst van belangrijke bevoegdheden in het kader van de zesde staatshervorming is daar niet vreemd aan. Zo zullen er heel wat banenplannen die veelvuldig benut worden in de social profit zoals Gesco, Activa, Sine en DSP verdwijnen. De Vlaamse regering kondigt aan om het doelgroepenbeleid te vereenvoudigen en te focussen op jongeren, 55-plussers en personen met een arbeidshandicap. De modaliteiten van deze hervorming zijn echter nog niet duidelijk. De vraag stelt zich of een vereenvoudiging impliceert dat andere tewerkstellingsmaatregelen zoals Gesco, Activa, Sine en DSP zullen verdwijnen. Het zijn maatregelen die in


de social profit heel wat werkgelegenheid ondersteunen. Verso gaat ervan uit dat de middelen in de nieuwe stelsels voldoende zullen zijn om het huidige personeel aan de slag te houden en de noodzakelijke dienstverlening verder te garanderen.

“Het doelgroepenbeleid zal focussen op jongeren, 55-plussers en personen met een arbeidshandicap”

Aanmoedigingspremies Ook de aanmoedigingspremies voor wie minder gaat werken, worden hervormd. Het is de bedoeling dat er enkel nog aanmoedigingspremies worden uitbetaald aan mensen die verlof opnemen voor zorg of ouderschap. Dit zou ook voor de socialprofitsectoren grote repercussies hebben. Sociale economie Voor de sociale economie is het belangrijk om te weten dat het maatwerkdecreet en het decreet lokale diensteneconomie, die vorige legislatuur gestemd werden, vanaf begin 2015 van start zullen gaan. De uitvoeringsbesluiten zullen dus zo snel mogelijk moeten genomen worden. Beide decreten zullen nog deze legislatuur geëvalueerd worden, waarbij expliciet zal gekeken worden naar de doorstroming van personen met een handicap naar het reguliere arbeidscircuit. Er wordt ook een beperkt budgettair groeipad voorzien.

WA ARVAN AKTE... “ De welvaart en het welzijn van de Euro peanen, daar gaat het om. Samen met de lidstaten en regio’s wil ik de komende jaren de best mogelijke omstandigheden creëren voor méér werkgelegenheid en wil ik de mensen zoveel mogelijk versterken om hen max imale kansen te geven op de arbeidsmarkt. Dat versta ik concreet onder sociale vooruitgang.” Kersvers Europees Commissaris Mar ianne Thyssen op Knack.be, 10 september 2014.

“ Zij staan voor een veranderend maa tschappijmodel, waarin het evenwicht tussen meritoc ratie en zorg voor de zwakken definitief in de richting van eerstgenoemde overhelt.” Rik Torfs reageert op www.demorge n.be op de besparingsplannen van de Vlaamse overheid. 22 september 2014.

3


Diversiteit Verso vindt het spijtig dat het regeerakkoord de thematiek van diversiteit en evenredige arbeidsdeelname nauwelijks belicht. Ook rond gelijke kansen en armoedebestrijding toont de tekst weinig ambitie.

Volksgezondheid en Gezin en de representatieve sociale partners uit de welzijns- en zorgsector hieraan deelnemen. Wat zal hier worden besproken en hoe verhoudt dit nieuwe overlegorgaan zich tot de bestaande overlegstructuren binnen de sector?

Sociaal overleg Voor wie begaan is met het sociaal overleg binnen de sectoren welzijn en gezondheid is er heel wat te vinden in het regeerakkoord, maar ook hier moet nog veel uitgeklaard worden. Voor de uitvoering van de zesde staatshervorming zal er overleg zijn binnen een tripartiet overlegmodel. Naast de interprofessionele sociale partners zullen ook de minister van Welzijn,

Een goed werkend interprofessioneel sociaal overleg zal ook beslissend zijn voor de uitrol van het activerend arbeidsmarktbeleid en tewerkstellingsmaatregelen, de uitrol van de decreten rond maatwerk en lokale diensteneconomie en een coherent beleid rond arbeidsmarktgerichte opleidingen. Verso kijkt ernaar uit hierin de stem van de social profit op een constructieve wijze te laten horen.

Wat betekent Zesde Staatshervorming voor social profit? Op een druk bijgewoond congres op 2 oktober boog Verso zich samen met de leden van haar federaties over de gevolgen van de zesde staatshervoming voor de social profit. De studievoormiddag was opgedeeld in een luik over het beleid voor Werk en het beleid voor Welzijn en Gezondheid, met

SECTORNIEUWS

Cera Award zoekt opnieuw technische uitdagingen uit de social profit Speelgoed aanpassen voor kinderen met een handicap? Aangepaste applicaties maken voor een bepaalde doelgroep? Woonaanpassingen? Planningssystemen en energievraagstukken? Studenten die meedoen aan de Cera Award draaien er hun hand niet voor om. In het kader van een eindwerk of ontwerpopdracht gaan zij de uitdaging aan om een technischwetenschappelijke vraag van een socialprofitonderneming op te lossen. Ondertussen zijn ook de projecten bekend die vorig jaar zijn afgerond. Deze studenten kregen hiervoor een Cera Award. Neem een kijkje op de website van Cera Award voor een overzicht van alle projecten. Heeft uw organisatie ook een technisch-wetenschappelijke vraag of idee? Ga naar www.cera-award.be en dien uw idee/ project online in. Indienen kan tot eind oktober 2014. Het initiatief werd trouwens onlangs beloond met een ‘Sustainable Partnerships Award’. Deze erkenning van Business & Society Belgium en KAURI bekroont de mooiste samenwerkingen tussen bedrijven en middenveld. Meer informatie: www.sustainablepartnerships.be 4

een inbreng van de respectievelijke kabinetten. Ook hier bleek weer dat de sector nog met heel wat vragen zit over de invulling van de nieuwe bevoegdheden en vooral hoopt op voldoende maatregelen om de overgangsperiode zonder kleerscheuren door te komen.

WA ARVAN AKTE... “Er is een nieuwe generatie opgestaan van jongeren met vreemde roots die hier geboren zijn en hier leven, maar de verantwoord elijke actoren in de maatschappij zijn niet mee geëvolueerd. Er zijn nog altijd veel misv attingen over mensen met een andere etnie.” Sihame El Kaouakibi, oprichtster van Let’s Go Urban, in Knack van 11 juni 2014.

“Investeren in onze mensen is geen kost enpost maar levert geld op voor de overheid , voor de samenleving en uiteraard ook voor de persoon zelf.” Eva Verraes, directeur van de koep el van sociale werkplaatsen, in Knack van 11 juni 2014.

“Werkgevers moeten via doelgroepko rtingen gestimuleerd worden om ook voor laag geschoolden jobs te blijven creëren en behouden. Laaggeschoolde jobs wor den immers nog sneller verplaatst naar het buitenland of weggesaneerd. Een dege lijke job is nog steeds de eerste stap naar een geslaagde integratie.” ABVV-topvrouw Caroline Copers op www.knack.be, 11 september 2014.


SECTORNIEUWS

Ziekenhuiskoepel wil financiering omgooien Nu het debat over de moeilijke begrotingsoefeningen van onze regeringen volop woedt, viseren beleidsverantwoordelijken ook het budget voor de gezondheidszorg. Zorgnet Vlaanderen, de koepel van christelijk geïnspireerde ziekenhuizen, geestelijke gezondheidscentra en woonzorgcentra, heeft de boodschap begrepen en presenteert in de publicatie ‘Together we count. Naar een patiëntgerichte financiering van de algemene ziekenhuizen’ haar eigen voorstellen om het budget onder controle te houden en tegelijkertijd de klemtoon in de financiering te verschuiven naar de kwaliteit van de zorg. De huidige financiering op basis van geleverde prestaties staat al langer onder druk wegens het gevaar op overconsumptie. Verder komen ziekenhuisdirecties en artsen steeds meer in conflict omdat ziekenhuizen gedwongen worden een steeds groter deel van hun inkomsten te halen uit de afdrachten van de artsenhonoraria. Zorgnet Vlaanderen probeert beide pijnpunten te ontzenuwen met haar financieringsmodel. Dat model telt drie kernpunten: besparen waar het kan, de onderfinanciering van de ziekenhuizen wegwerken en meer financieren in functie van kwaliteit in plaats van prestaties. Middelen vrijmaken Volgens de werkgeversorganisatie is het mogelijk om gericht middelen vrij te maken door bijvoorbeeld enkel behandelingen te financieren die hun nut bewezen hebben of door financiële prikkels in te bouwen om niet-essentiële ingrepen te vermijden. Ook blijkt uit internationaal vergelijkend onderzoek dat de ligduur in onze ziekenhuizen nog steeds te lang is. Zorgnet Vlaanderen pleit er wel voor om de efficientie-

winsten die op deze manier geboekt worden, terug te investeren in de ziekenhuizen. Enerzijds om de onderfinanciering van de werkingskosten te compenseren en anderzijds om investeringen in kwaliteit aan te moedigen.

huidige middelen minsten vijf jaar op peil moeten blijven terwijl een nieuw financieringsmodel op punt gesteld wordt. Ook stelt de koepel voor de komende jaren een groeinorm van 2% bovenop inflatie voor.

Pax medica Om de samenwerking tussen ziekenhuizen en artsen te bevorderen, zouden de kosten voor infrastructuur en werking van ziekenhuizen voortaan moeten worden opgevangen door het algemeen ziekenhuisbudget (de zogenaamde budget financiële middelen). Vandaag zijn het de artsen die dit betalen via de afdrachten van hun honoraria. Het nodige budget hiervoor wordt gezocht binnen het budget dat de overheid besteedt aan de artsenhonoraria. Op die manier betalen de artsen enkel nog rechtsreeks voor uitrusting of omkadering die de normering overstijgt. Zorgnet Vlaanderen hoopt zo de vrede te bewaren tussen artsen en ziekenhuisdirecties.

Meer informatie: zorgnetvlaanderen.be, rubriek ‘publicaties’

Bonussen voor kwaliteit Voor het belonen van kwaliteitsvolle zorg, schuift de publicatie van Zorgnet Vlaanderen meerdere pistes naar voren. De meest veelbelovende is het besparen op budget en honoraria en dan die middelen laten ‘terugverdienen’ als bonus op basis van benchmarks die de geleverde kwaliteit kwantificeren. Eventueel kunnen daar ook resultaatsindicatoren zoals mortaliteit aan gekoppeld worden. In een eerste fase zouden ziekenhuizen die een accreditatietraject hebben afgerond moeten kunnen genieten van die bonussen. 2% groeinorm Zorgnet Vlaanderen vraagt trouwens om bij de volgende begrotingsgesprekken niet te bruusk te raken aan de financiering van de ziekenhuizen. Om ongelukken te vermijden zouden de

Netwerkzorg: een nieuw model voor chronische zorg Zorgnet Vlaanderen heeft ook een nieuw boek uit waarin de organisatie een nieuw zorgconcept uitwerkt op maat van mensen met chronische aandoeningen. Zoals gekend stijgt het aantal personen dat nood heeft aan langdurige zorg, maar is de huidige zorgorganisatie onvoldoende aangepast aan die nieuwe situatie. Volgens Zorgnet Vlaanderen ligt het antwoord bij intensieve samenwerking van zorg- en welzijnsactoren in een netwerk. Binnen zo’n netwerk moet elke zorgaanbieder zich engageren om de verschillende aspecten van zorg en ondersteuning op elkaar af te stemmen. Binnen een zorgnetwerk moeten de partners samen minimaal volgende vijf zorgaspecten kunnen aanbieden: preventie en vroegdetectie, algemene zorg, gespecialiseerde zorg, revalidatie en zorgcoaching. Volgens Zorgnet Vlaanderen zijn er ook acht elementen die binnen elk netwerk terug te vinden moeten zijn: een laagdrempelig contactpunt, een doorverwijzingsprotocol, een geüniformiseerde indicatiestelling, een digitaal zorgdossier, goede afspraken rond communicatie, transparante facturatie en coördinatie.

5


Opleidingsinspanningen van socialprofitondernemingen blijven toenemen Uit analyse van de cijfers die het Steunpunt WSE onlangs publiceerde, blijkt dat de opleidingsdeelname in de social profit hoger ligt dan gemiddeld op de Vlaamse arbeidsmarkt en dat de participatie is blijven toenemen in de afgelopen jaren. Vooral in de gezondheidszorg ligt de opleidingsverwachting hoog.

In 2012 nam een groter aandeel van de medewerkers uit de social profit deel aan een formele of informele opleiding dan gemiddeld op de Vlaamse arbeidsmarkt. Dat blijkt uit de ramingen van de Sociale Balansen die het Steunpunt WSE publiceerde op 30 juni. In de ‘gezondheidszorg’ en in de ‘maatschappelijke dienstverlening’ namen respectievelijk 62,8% en 51,7% van de medewerkers deel aan een formele opleiding, tegenover 36,2% gemiddeld op de Vlaamse arbeidsmarkt. Ook voor de informele opleiding ligt de opleidingsdeelname in de social profit hoger dan gemiddeld. Voor de subsector ‘gezondheidszorg’ maakte het totaal aantal formele opleidingsuren 1,56% uit van de totale werkduur. Voor ‘maatschappelijke dienstverlening’ lag dit met 0,86% een stuk lager, maar nog steeds hoger dan het Vlaams gemiddelde (0,71%).

Toch maakte ‘maatschappelijke dienstverlening’ een sterke inhaalbeweging ten opzichte van 2010. Uitgedrukt in tijd betekent dit dat over alle ondernemingen in de ‘gezondheidszorg’ heen op honderd “Een medewerker in werkuren er 1 uur en 34 minuten de ‘gezondheidszorg’ aan formele opleiding wordt besteed, terwijl dit in de volgde in 2012 ‘maatschappelijke dienstver 24,3 uren opleiding” lening’ 52 minuten bedraagt en gemiddeld op de Vlaamse arbeidsmarkt 43 minuten. Gemiddeld kon een medewerker in de ‘gezondheidszorg’ in 2012 maar liefst 24,3 uren opleiding, wat ruim boven het gemiddelde van de Vlaamse werknemer is (15,3 uren).

Evolutie van de opleidingsindicatoren in de gezondheidszorg, de maatschappelijke dienstverlening en de Vlaamse arbeidsmarkt (Vlaanderen, 2010-2012)

Maatschappelijke dienstverlening

Gezondheidszorg 2010

2012

Opleidingsparticipatie

2010

Vlaamse arbeidsmarkt

2012

2010

2012

In % van de medewerkers

Formele opleiding

58,6

62,8

48,0

51,7

32,4

36,2

Informele opleiding

34,3

35,1

30,0

36,6

19,9

23,1

Opleidingsuren

In % van de gewerkte uren

Formele opleiding

1,58

1,56

Informele opleiding

0,43

0,46

Gemiddelde opleidingsduur

0,81

0,86

0,64

0,71

0,45

0,45

0,40

0,45

Uren per deelnemer in de ondernemingen met vorming

Formele opleiding

31,4

29,9

17,7

17,5

26,0

25,8

Informele opleiding

14,5

15,8

15,7

12,8

26,3

25,8

13,7

15,3

Opleidingsverwachting Formele + informele opleiding

Uren per medewerker 23,4

24,3

13,2

13,7

Bron: WSE-raming Sociale Balansen o.b.v. NBB & RSZ via Steunpunt WSE

Voor meer arbeidsmarktcijfers (tabellen en figuren) uit de sociale profit verwijzen we naar www.verso-net.be. De arbeidsmarktgegevens op de website worden tweemaal per jaar geüpdatet aan de hand van de meest recent beschikbare statistische gegevens. 6


SECTORNIEUWS

SAR WGG reageert op groenboek staatshervorming Eind juni besprak de Strategische Adviesraad Welzijn, Gezondheid en Gezin de verschillende opties voor het gezondheids- en welzijnsbeleid die de Vlaamse overheid uitschreef in het groenboek voor de staatshervorming. In een nieuw advies geeft de SARWGG aan naar welke keuzes de voorkeur van de stakeholders van de sector uitgaat. De raad gaf haar mening over heel wat onderwerpen die ter discussie staan nu er bijkomende bevoegdheden van het federale niveau naar het Vlaamse komen. Onder andere ziekenhuisnormering, ziekenhuisfinanciering, woonzorgbeleid, geestelijke gezondheidszorg, gezinsbijlagen en jeugdsanctierecht komen aan bod. De raadsleden herhalen ook hun vraag om de sectoren beter te betrekken bij het beleidsproces, zowel op het vlak van strategisch overleg als voor medebeheer.

Nieuwe website rond diversiteit Voor ondernemers die vragen hebben over diversiteit bij hun wervings- en selectiebeleid of de diversiteit binnen hun onderneming beter willen beheren, is er een nieuwe website die antwoorden biedt op heel wat mogelijke vragen. eDiv heet de website die ontwikkeld is door het Interfederaal Gelijkekansencentrum. U kunt er bijvoorbeeld terecht met vragen over het onthaal en de integratie van werknemers of rond de hulpmiddelen die overheden ter beschikking stellen. eDiv biedt zowel een basisopleiding over de antidiscriminatiewetgeving als 120 voorbeeldsituaties uit de dagelijkse praktijk. Voor elke situatie is er een juridisch antwoord en een advies voor de manager, om zo het diversiteitsbeleid van ondernemingen te helpen ondersteunen. Voor meer informatie: www.ediv.be

U kunt het advies raadplegen op www.sarwgg.be.

Werken in de gezondheidsen welzijnssector is dicht bij huis werken Begin dit jaar verscheen een Verso-cahier (1/2014) waarin we de werkbaarheid in de Vlaamse gezondheids- en welzijnssectoren belichtten. Onlangs verscheen ook het onderzoeksrapport van de Stichting Innovatie & Arbeid ’Sectorprofiel werkbaar werk in de gezondheids-en welzijnszorg 2004-2013, op basis van de Vlaamse werkbaarheidsmonitor werknemers 2004-2013’. Het onderzoeksrapport van de Stichting geeft een uitgebreide analyse van de kwaliteit van de arbeid zoals gerapporteerd door medewerkers werkzaam in een aantal gezondheids- en welzijnssectoren en die in het Vlaams Gewest wonen. We pikken er het thema van de pendeltijd uit. Aan de medewerkers werd gevraagd hoe lang men normaal onderweg is van thuis naar het werk en terug. Onderstaande figuur toont het resultaat. De figuur toont dat werken in de gezondheids- en welzijnssector vaak dicht bij huis werken is. Drie op vier van de medewerkers in de Vlaamse gezondheids- en welzijnssector pendelt dagelijks minder dan een uur heen en terug naar het

werk. 41,2% zelfs minder dan een halfuur. Gemiddeld op de Vlaamse arbeidsmarkt pendelt 66,9% van de medewerkers minder dan een uur en 37,1% minder dan een half uur. Vooral in de rusthuizen en in de gezins- en bejaardenhulp wordt er dicht bij huis gewerkt, met respectievelijk 56,6% en 52,9% van de medewerkers die dagelijks minder dan een halfuur heen en terug naar hun werk pendelen. Meer dan de helft woont dus op minder dan een kwartier van het werk.

Pendeltijd van de medewerkers in de gezondheids- en welzijnsector (Vlaams Gewest, 2013)

< 1/2 u

1/2 - 1 u

<1u

Gezins- en bejaardenhulp

52,9

32,8

85,7

Jeugdbijstand, Gehandicaptenzorg en Welzijnswerk

35,6

34,5

70,1

Ziekenhuizen

34,9

37

71,9

Rusthuizen

56,6

27,7

84,3

Kinderopvang en centra ggz

43,9

30,6

74,5

Gezondheids- en welzijnssector

41,2

33,3

74,5

Vlaamse arbeidsmarkt

37,1

29,8

66,9

Bron: Stichting Innovatie & Arbeid, De Vlaamse Werkbaarheidsmonitor 2013

Meer informatie: www.serv.be/stichting 7


Sociale vooruitgang stagneert De afgelopen twee decennia lijken de inspanningen voor sociale vooruitgang in België nog weinig vruchten af te werpen. Dat toont het Federaal Planbureau dat de duurzaamheid van ons ontwikkelingspatroon heeft gemeten van 1992 tot 2013. De cijfers geven aan de economische en financiële crisis niet enkel een weerslag heeft gehad op de economie, maar ook op de samenleving en het milieu. Het Federaal Planbureau heeft 25 indicatoren verzameld in vier deelgebieden: inclusieve samenleving, milieubescherming, duurzame consumptie en governance. De balans is voor de meeste sociale indicatoren zorgwekkend. Van de zeven indicatoren gaan er vier achteruit ten opzichte van het vooropgestelde doel. Zo blijft het aantal personen met een risico op armoede of sociale uitsluiting toenemen sinds de economische en financiële crisis. In Vlaanderen leeft 11% onder de armoederisicodrempel volgens de laatste Armoedemonitor van de Studiedienst van de Vlaamse Regering. Vlaanderen heeft de crisis relatief goed overleefd en behoort in de Europese Unie nog steeds tot de top op vlak van armoede­ bestrijding. Maar het zelfopgelegde doel van een daling van 30% tussen 2008 en 2020 lijkt vandaag moeilijk te halen. Ook de jeugdwerkloosheid, obesitas bij volwassenen en de bevolking met harten vaatziekten kennen een ongunstige evolutie in België. Voor het deelgebied ‘sociale cohesie’ zijn er twee indicatoren die wel vooruitgaan: de levensverwachting en het aantal vroegtijdige schoolverlaters. Maar ook op het vlak van het aantal schoolverlaters lijken we de doelstelling 2020 niet te halen. Een duidelijke bood­­ schap aan het adres van de beleidsmakers! Meer informatie: www.indicators.be en www.vlaanderen.be/svr

8

Welke maatschappelijke uitdagingen tegen 2025? De Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie ondernam de afgelopen twee jaar met de hulp van 230 experts een grootschalige denkoefening over de maatschappelijke uitdagingen die Vlaanderen het hoofd zal moeten bieden tegen 2025. In haar eindrapport heeft de raad zeven transitiegebieden verkend, waaronder één rond de uitdagingen in de gezondheidszorg. Het Federaal Planbureau heeft 25 indicatoren verzameld in vier deelgebieden: inclusieve samenleving, milieubescherming, duurzame consumptie en governance. De balans is voor de meeste sociale indicatoren zorgwekkend. Van de zeven indicatoren gaan er vier achteruit ten opzichte van het vooropgestelde doel. Zo blijft het aantal personen met een risico op armoede of sociale uitsluiting toenemen sinds de economische en financiële crisis. De experts pleiten hierbij voor een grondige hervorming om het evenwicht te bewaken tussen kwaliteitsvolle zorg die beschikbaar is voor iedereen en de betaalbaarheid ervan voor de belastingbetaler. Het rapport geeft ook een aantal pistes waarop kan worden ingezet om deze transformatie te bewerkstelligen: meer preventie, toepassen van ‘evidence based medicine’, de effectiviteit van behandelingen beter opvolgen en het tegengaan van overconsumptie zijn enkele van de aanbevelingen. Daarnaast bespreekt het rapport nog acht andere prioriteiten voor een kwalitatieve gezondheidszorg: een nieuw zorgmodel, het elektronisch patiëntendossier, gezondheidszorg op afstand, nieuwe inzichten voor onderzoek en innovatie, werken met ‘big data’ binnen klinische processen, stimuleren van onderzoek naar de werking van het brein, ontwikkelen van gepersonaliseerde behandelingen en inzetten op cel- en immuuntherapieën. U kunt het rapport ‘VRWI Toekomstverkenningen 2025’ downloaden op www.vrwi.be.


SECTORNIEUWS

Social profit blijft motor van banengroei Tussen 2013 en 2019 zullen er zo’n 45.000 arbeidsplaatsen bijkomen in de Vlaamse social profit. Dat concludeert Verso op basis van de nieuwe regionale economische vooruitzichten die het Federaal Planbureau in juli publiceerde. Dat betekent dat de social profit ongeveer een derde van de nieuwe banen op middellange termijn voor zijn rekening zal nemen. In juli raamde het Planbureau dat de economische groei in het Vlaams Gewest (bbp in volume) opnieuw zou aantrekken van 0,3% in 2013 naar 1,5% in 2014 en 1,7% in 2015. Van 2016 tot 2019 zou de economie dan groeien met 1,6% per jaar. Dat geeft een gemiddelde van 1,5% voor de hele projectieperiode (2013-2019). Ondertussen circuleren er cijfers voor België waarbij de economische groei voor 2014 is bijgesteld van 1,4% naar 1,1%. Het is dus uitkijken naar de nieuwe regionale projecties waar ook de groeicijfers voor Vlaanderen lager zullen uitvallen. Volgens de oude ramingen zou het echter vooral de dienstensector (inclusief social profit) zijn die verantwoordelijk is voor een groot deel van de creatie van bruto toegevoegde waarde. De sector groeit van 61,4% naar 62,4%. 15.000 jobs per jaar De totale binnenlandse werkgelegenheid in het Vlaams Gewest (loontrekkenden en zelfstandigen) trekt volgens het Planbureau na de lichte daling in 2013 (-01% of 2000 jobs) opnieuw aan in 2014 (+0,3% of 8400 jobs) en in 2015 (+0,8% of 20.300 jobs). Deze werkgelegenheidsgroei zet zich voort op middellange termijn (jaarlijkse groei van +0,7% of 19.600 jobs in de periode 2016-2019). De gemiddelde groei van de binnenlandse werkgelegenheid in het Vlaams Gewest bedraagt 0,6% of 15.000 jobs per jaar gedurende de hele projectieperiode 2013-2019. In België zal er in dezelfde

periode 0,5% banengroei zijn. Anders uitgedrukt stijgt de totale binnenlandse werkgelegenheid in het Vlaams Gewest van 2.631.400 banen in 2013 naar 2.738.400 banen in 2019. Dat is een netto jobcreatie van 107.000 banen, waarvan ongeveer 101.200 loontrekkende jobs en 5.800 zelfstandige jobs. Zoals steeds is deze netto jobcreatie binnen de loontrekkende binnenlandse werkgelegenheid (101.200 banen) het saldo van banengroei in sommige sectoren en banenverlies in andere sectoren. De sectoren die het aantal arbeidsplaatsen zullen zien toenemen

“ De social profit creëert 45.000 jobs in zeven jaar” zijn vooral de ‘gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening’ (met inbegrip van de beschutte en sociale werkplaatsen) en de ‘overige marktdiensten’ (waaronder de socioculturele sector). Het banenverlies zal zich voornamelijk in de industrie afspelen. 45.000 banen in de social profit Uit de regionale economische vooruitzichten blijkt meer bepaald dat er tussen 2013 en 2019 42.750 bijkomende loontrekkende jobs gecreëerd worden in de sector van de gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening (Nace 86-87-88) in het Vlaams Gewest. Een eigen Verso-raming (mede op basis van de recentste regionale rekeningen) schat de loontrekkende jobcreatie in de socioculturele sector (Nace 90 tot en met 93) op 2020 jobs, wanneer we dezelfde jaarlijkse groeivoet toepassen als in de gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening. Anders uitgedrukt zou de binnenlandse loontrekkende werkgelegenheid in de socialprofitsectoren stijgen van bijna

300.000 arbeidsplaatsen in 2013 tot bijna 345.000 arbeidsplaatsen in 2019. Dit is een gemiddelde jaarlijkse groeivoet van 2,3%. Dit betekent dat de hele socialprofitsector in het Vlaams Gewest 44.770 extra banen creëert tussen 2013-2019. Dit is 34% op een totaal van 130.900 nieuwe banen die worden verwacht binnen de diverse ‘groeisectoren’ in het Vlaamse Gewest. We benadrukken ten slotte dat deze ramingen van het Federaal Planbureau waarschijnlijk nog zullen wijzigen op basis van aanpassingen van diverse sociaaleconomische parameters. Meer informatie: www.plan.be

WAARVAN AKTE... sociale“Wij vinden dat we het beste hebben, een zekerheidssysteem ter wereld id is dat dit ‘monument ’. Maar de waarhe rheid bij monument inzake bestaanszeke kinderen onderpresteert.”

euven/ Frank Vandenbroucke, KUL veld Centrum Sociaal Beleid, in Blik mei 2014. (Koning Boudewinstichting), “Ik deel de bezorgdheid van het rdt ingezet middenveld dat [er] te veel wo te en op technologische innovatie zuivere t weinig op sociale innovatie. Me n we gaa en technologische innovatie alle .” geen samenleving vernieuwen

gshoofd Brigitte Mouligneau, afdelin ViAen stafdienst Vlaamse regering het 4, procesmanager, in wascabi 201 zen den ten jaarmagazine over beleid en in het sociaal-cultureel werk. 9


SECTORNIEUWS

Naar een sociaal overleg op Europees niveau? Een sociaal overleg voor de social profit op Europees niveau is een stap dichterbij gekomen met de afronding van het grensoverschrijdend onderzoeksproject PESSIS. Dat acroniem staat voor ‘Promoting employers’ social services organisations in social dialogue’. Het is het vervolg op een eerste verkennende oefening in 2012. Het onderzoeksproject is een samenwerking tussen sociale partners op Europees niveau en uit vijf EU-landen. Voor België was Unipso, de Waalse federatie van socialprofitondernemers, de projectpartner en heeft ook Verso haar inbreng geleverd. De partners kwamen tot een duidelijke aanbeveling om het sociaal overleg op Europees niveau vorm te geven. Want er zijn goede redenen om ook voor de social­ profitsector het overleg op Europees niveau aan te gaan, aldus de projectpartners. Europa ontwerpt steeds meer beleid voor socialprofitondernemers en deze ondernemers worden in de verschillende lidstaten ook geconfronteerd met heel wat gedeelde uitdagingen die gebaat zijn met overleg en gezamenlijke actie. Zo heeft het sectoraal overleg binnen de ziekenhuissector geleid tot een Europese richtlijn rond naaldenbeheer. Momenteel zijn er in Europa al overlegorganen voor het interprofessioneel overleg en voor enkele individuele

10

sectoren, zoals voor de ziekenhuizen. De voornaamste vraag die in het project naar boven kwam, is of de partners uit de social profit zich best aansluiten bij een bestaand overlegorgaan dan wel een nieuw orgaan uit de grond stampen. De meeste partners gaven de voorkeur aan een dubbel spoor: aansluiten bij de Europese koepelorganisatie voor werkgevers in de publieke dienstverlening (CEEP) voor het interprofessioneel overleg en daarnaast een apart sectoraal comité oprichten voor sociale diensten. Maar voor het zover is, moeten er nog heel wat vragen worden uitgeklaard “ Het Europees de reikwijdte van overleg moet het rond dit overleg en moeten nationaal overleg er nog meer partners en lidstaten aan boord versterken” stappen. We moeten er ook op blijven toezien dat de definitie van het toepassingsgebied alsook van de activiteiten compatibel is met de Belgische realiteit zodat het Europees sectoraal overleg versterkend werkt ten opzichte van het nationaal sectoraal overleg.

Meer informatie: www.easpd.eu/en/content/pessis-2-promoting-employers-social-services-organisations-social-dialogue


SECTORNIEUWS

AANKONDIGINGEN

Commissie Sociale Economie officieel van start

INtoCARE14

Op 9 september kwam de Commissie Sociale Economie voor het eerst bijeen. Haar opdracht is het overleg organiseren over het beleid op het vlak van de sociale economie in Vlaanderen. Welke visie heeft Vlaanderen voor de sociale economie? Wat zijn de krachtlijnen van het beleid? Hoe worden de maatregelen van de overheid geëvalueerd door de stakeholders? Wat gebeurt er in Europa?

Voor wie inspiratie zoekt voor technologische oplossingen, organiseert iMinds Health op 23 oktober in Brussel voor de allereerste keer INtoCARE14. Als onafhankelijk digitaal onderzoekscentrum voor de Vlaamse zorg- en gezondheidssector, wil iMinds Health bruggen slaan tussen de huidige realiteit en de ICT-verwachtingen binnen de socialprofitsector. Meer informatie: Iminds.be/intocare14

De Commissie Sociale Economie bestaat uit: de representatieve werknemers- en werkgeversorganisaties vertegenwoordigd in de Serv (waaronder Verso), vertegenwoordigers van de ondernemingen in de sociale economie (beschutte en sociale werkplaatsen, lokale diensteneconomie, invoegbedrijven, activiteitencoöperaties en coöperatieve vennootschappen), vertegenwoordigers van het Departement WSE en onafhankelijke deskundigen. Prof. Dr. Emeritus Josse Van Steenberge is de onafhankelijke voorzitter. De Commissie is gevestigd in de gebouwen van de Serv, maar fungeert als een autonoom overlegorgaan. Tijdens de installatievergadering werd aandacht besteed aan een kennismakingsronde met de diverse vertegenwoordigers, het ontwerp van huishoudelijk reglement en een eerste gedachtenwisseling over het werkprogramma en de vergaderkalender.

Wit-Gele Kruis wint Europese innovatieprijs Het Wit-Gele Kruis van Oost-Vlaanderen heeft begin september de award voor meest innoverende organisatie in de zorg mogen ontvangen van de Europese denktank PRoF. Wit-Gele Kruis Oost-Vlaanderen ontving deze onderscheiding omdat zij werkt aan een verregaande organisatievernieuwing met meer zelfsturing voor lokale wijkteams. Meer informatie: http://www.witgelekruis.be

Vijfde Flanders Synergy Congres Op 21 oktober organiseert het innovatie­ platform Flanders Synergy haar vijfde Congres. Tijdens deze dag wordt in Mechelen teruggeblikt op de verwezenlijkingen van de voorbije jaren en gere­­­flecteerd over de uitdagingen van de toekomst. Er zijn ook heel wat workshops, waaronder socialprofitworkshops, waarin u kunt ervaren wat een innovatieve arbeidsorganisatie voor uw organisatie kan betekenen. Meer informatie: www.flandersynergy.be

WAARVAN AKTE... “Met de nieuwe bevoegdheden ar vooral kinderbijslag, woonbonus ma de kan k arbeidsmarktbeleid en wer e: rme overheid (en ik bedoel daa komst regering én parlement) in de toe . Werk is nen efe rechtstreeks invloed uito kunnen we die de belangrijkste hefboom e.” hanteren tegen de armoed

entsvoorzitter Uit de toespraak van parlem Jan Peumans op 11 juli.

11


Zet je HR-beleid op het juiste spoor met

Een website { HRwijs.be } Beknopte en heldere uitleg rond een waaier aan HR-thema’s. Bij elk thema vindt de lezer praktische instrumenten, tools en inspirerende voorbeelden.

rond actuele HR-thema’s

Interactieve inspiratiesessies Praktijkgerichte workshops, behapbare inhoud en een goede transfer van inzichten naar de werkplek.

Aanspreekpunt Vragen over je medewerkersbeleid? Contacteer HRwijs!

12

Aanbod voor starters in HR


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.