VersoDirect nr2-jg18

Page 1

VersoDirect nr. 2 / april - mei 2016 / jaargang 18 V.U. Bruno Aerts, Kolonel Bourgstraat 122 bus 4, 1140 Brussel

VersoDirect is de nieuwsbrief van de Vereniging voor Social Profit Ondernemingen vzw, de intersectorale werkgeversorganisatie voor de Vlaamse socialprofitsector. Verso verenigt ondernemers uit de gezondheidszorg, de welzijnssector, de socioculturele sector, de sector van de aangepaste tewerkstelling, het onderwijs en de mutualiteiten.

INHOUD Stijging armoede grootste pijnpunt 2 Vlaamse begroting, nog veel vraagtekens 4 Arbeidsmarkt crisis eindelijk te boven 4 Zorg en welzijn cruciaal voor opvang migratiegolf 5 Visie voor ouderenbeleid 5 Duaal leren krijgt vorm 6 Nooit eerder zo veel langdurig zieken 7 “Vlaanderen is onvoldoende voorbereid op revoluties in de zorg” 7 Werkbaar werk plus 8 Is een democratischer Europa mogelijk? 8 Save the date! Sociaal ondernemerschap en ‘intrapreneurship’ 9 Sociare start SCWITCH 9 Op bezoek bij WEB vzw! 9 Basisbudget voor personen met een handicap start in september 10 De HRscan 10 Extra personeel voor ouderenzorg 11 Doelgroepenbeleid krijgt groen licht 11 AANKONDIGINGEN

“ Ongelijkheid en risico op armoede namen de laatste vijf jaar sterk toe” Lees meer p 2

11 1


EDITO

Welzijn en geluk in cijfers Het bbp is niet langer heilig. Uiteraard blijft het belangrijk om de economische toestand en de evolutie ervan te meten. Maar het inzicht en de overtuiging groeit dat het minstens even belangrijk is om het welzijn van de mensen en de ontwikkeling van de samenleving te meten. Daarbij wordt meer en meer de vraag gesteld of onze economie en onze groei voldoende bijdraagt tot het welzijn, de levenskwaliteit en het geluk van mensen. Of hoe te komen tot een meer menselijke economie? De eerste publicatie door het Federaal Planbureau van 64 aanvullende indicatoren naast het bbp is een mijlpaal. Voor het eerst worden naast het bbp ook de levenskwaliteit, de menselijke ontwikkeling, de sociale vooruitgang en de duurzaamheid van onze economie gemeten. Dit nieuw instrumentarium komt er niet zomaar: het is sinds 2014 wettelijk verankerd. Het sluit ook aan bij recente internationale werkzaamheden en referentiekaders (UNICE). De indicatoren zullen ons heel wat leren over hoe het welzijn van de bevolking en de samenleving evolueert en of de beleidsdoelstellingen worden gehaald. Zo blijkt alvast dat sinds 1990 de evolutie van de sociale indicatoren (bijvoorbeeld armoede, sociale uitsluiting en werkloosheid) onrustwekkender is dan die van de milieu-indicatoren. Het samen monitoren van economische met andere relevante aanvullende indicatoren is hoopvol. Het kan op termijn helpen om ons economisch denken en de economische keuzes voldoende breed te kaderen, met meer inzicht op hun effecten op mens en samenleving. Bruno Aerts, directeur Verso 2

SECTORNIEUWS

Stijging armoede

grootste pijnpunt in eerste alternatieve meting bbp Het Instituut voor de Nationale Rekeningen en het Federaal Planbureau hebben voor het eerst een set van 64 indicatoren gepubliceerd die het welzijn en de ontwikkeling van de samenleving beter in kaart moet brengen. De lijst kwam er op vraag van de regering-Di Rupo in 2014 als aanvulling op de jaarlijkse meting van economische gegevens voor het bruto binnenlands product. Het bbp laat immers niet toe ­om uitspraken te doen over zaken zoals gezondheid, werk­ gelegenheid en de kwaliteit van het milieu.

“Voor gezondheid, opleiding, vorming en milieu is de balans meestal positief”

De onderzoekers hebben op basis van subjectieve en objectieve gegevens uitspraken gedaan binnen 12 thema’s, waaronder levensstandaard en armoede, werk en vrije tijd en gezondheid. Voor 58 van 64 indicatoren was het ook mogelijk om de scores te koppelen aan een beleidsdoelstelling en zo te zeggen of er vooruitgang geboekt is. Op vlak van gezondheid, opleiding, vorming en milieu is de balans meestal positief. Op het vlak van armoede, sociale uitsluiting en werkloosheid is er echter op veel vlakken een negatieve tendens te meten. Tot aan de financieel-economische crisis ging het de goede kant uit, maar zeker de laatste vijf jaar zien we de ongelijkheid en het risico op armoede weer sterk toenemen. Een overzicht van indicatoren met een bijzondere betekenis voor socialprofitdiensten: Levenstevredenheid 7,4 op 10 Belgen is tevreden over zijn of haar leven.


Levensstandaard De gemiddelde jaarlijkse consumptie van huishoudens bedraagt 23.860 euro per inwoner. Deze indicator steeg tussen 1995 en 2010 en bleef daarna vrij stabiel.

Zorguitstel om financiële redenen In 2008 piekte het aantal mensen dat zorg moest uitstellen of afstellen om financiële redenen tot 11,9%. Dat percentage is echter terug gedaald tot 7,8% in 2013.

Ontwikkelingshulp In 2014 gaf België 0,45% van het bbp uit aan ontwikkelingshulp. Dat is evenveel als in 1990. Het percentage bereikte een dieptepunt in 1999, waarna het terug steeg tot 0,64% in 2010. De wettelijk vastgelegde norm van 0,7% is dus nog nooit gehaald.

Deze cijfers zullen jaarlijks geüpdatet worden. Vanaf volgend jaar mogen we ook internationale vergelijkingen verwachten.

Armoederisico In 2014 konden 2,34 miljoen mensen gerekend worden tot de groep met een risico op armoede of sociale uitsluiting. Deze groep kromp tussen 2005 en 2009, maar zit terug in stijgende lijn sinds de crisis. Levensverwachting De levensverwachting blijft toenemen, zowel voor mannen als voor vrouwen, en bedraagt nu 83,5 jaar. Het verwacht aantal gezonde levensjaren zakt wel. Depressie Tussen 1997 en 2004 daalde het aantal mensen dat lijdt aan depressie, maar in 2013 zaten we weer aan de cijfers uit 1997.

www.plan.be

WA ARVAN AKTE... “ Investeringen in gezondheidszorg bete kenen niet alleen een economische meerwaa rde door de bouw van ziekenhuisinfrastr uctuur. Gezonde werknemers leveren ook een indirecte meerwaarde aan de economie doordat ze minder afwezig zijn op het werk. Maar bovenal is een goede gezondheid een van de allerbela ngrijkste voorwaarden voor geluk.” Peter Van Rompuy (CD&V) pleit voo r een meer menselijke economie in zijn nieu we boek ‘Economie zkt geluk.’ 3


SECTORNIEUWS

Vlaamse begroting bevat nog veel vraagtekens In haar jaarlijkse begrotingsadvies vraagt de Serv aan de Vlaamse regering om de komende jaren rekening te houden met broodnodige investeringen, onder meer in de gezondheidssector. Dat hoeft echter niet te botsen met het begrotingsevenwicht dat de Vlaamse regering wil bereiken in 2017. Begin februari verspreidde de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen haar advies voor de begroting van dit jaar. Om tegen 2017 een begroting in evenwicht te presenteren - zoals vooropgesteld door de Vlaamse regering - mag het begrotingstekort in 2016 maximaal 243 miljoen euro bedragen. Daarvoor moet de regering bij de begrotingscontrole later dit jaar nog op zoek naar 54 miljoen euro. Dit lijkt misschien niet veel, maar toch bespeurt de Serv enkele addertjes onder het gras die het de Vlaamse regering nog “Het budget voor moeilijk zouden kunnen maken.

de ziekenhuis­ infrastructuur is ontoereikend”

De Serv wijst er onder andere op dat de Vlaamse regering nieuwe inkomsten in het verschiet heeft, zoals de kilometerheffing en de energieheffing, maar tegelijkertijd de impact van belangrijke dossiers onvoldoende kan inschatten. Zo komt de financiering van de ziekenhuisinfrastructuur na de zesde staatshervorming in Vlaamse handen, maar is het overgekomen budget ontoereikend om alle voorziene investeringen te doen. De Serv raamt de uitgaven op 505 miljoen euro, terwijl de inkomsten slechts 348 miljoen euro bedragen. Deze cijfers houden bovendien nog geen rekening met nieuwe dossiers die vanaf 2016 binnenkomen. De Serv roept op om al deze uitgaven en inkomsten nauwgezet in kaart te brengen. Investeringen De Serv vindt het ook positief dat de Vlaamse regering via verschillende kredietlijnen wil blijven investeren in de economie, maar vraagt wel een betere opvolging van de financiering van dit investeringsbeleid. Momenteel heeft de Vlaamse regering voor meer dan 500 miljoen euro aan engagementen nog geen middelen voorzien. Dat hoeft geen probleem te zijn omdat investeringsprojecten over meerdere jaren lopen, maar de sociale partners raden toch aan om een sluitende financiering uit te werken in een meerjarenplan. Meevaller in 2015 Voor de begroting van 2015 kreeg de Vlaamse regering dan weer goed nieuws. Het monitoringscomité schat het begrotingstekort voor 2015 op 407 miljoen euro, 153 miljoen euro minder dan gevreesd. Die meevaller is vooral te wijten aan 400 miljoen euro extra ontvangsten van de federale regering. Daar tegenover staat wel dat de inkomsten uit de gewestbelastingen lager liggen dan gehoopt (dit is zo’n 300 miljoen euro minder). Deze cijfers zijn zoals steeds onder voorbehoud. De uiteindelijke raming van meevallers en tegenvallers zal bepalend zijn voor de omvang van de extra inspanning die Vlaanderen zal moeten leveren in de begroting van 2016. Meer informatie vindt u op de website van de Serv: www.serv.be 4

Arbeidsmarkt komt crisis eindelijk te boven In 2015 kwamen er netto 37.500 banen bij in België. Daarbij valt op dat de dynamiek binnen de verschillende sectoren erg uiteenlopend is: terwijl het aantal ambtenaren en onderwijzers voor het eerst in jaren daalt en er ook in de industrie nog altijd banen verloren gaan, wordt er in de dienstensector weer volop banen gecreëerd. Ook in de social profit worden er weer meer jobs gecreëerd. Dat meldt de Nationale Bank in haar jaarverslag. Binnen wat de Nationale Bank ‘conjunctuurgevoelige bedrijfstakken’ noemt kwamen er in 2015 16.200 banen bij, terwijl er sinds 2012 elk jaar een aanzienlijk banenverlies te noteren viel. ‘Overheid en onderwijs’ telden 2600 banen minder en ‘overige diensten’ (o.a. gezondheidszorg, maatschappelijke dienstverlening, kunst, amusement en recreatie) creëerde 14.000 banen, een stijging ten opzichte van de 7300 nieuwe banen in 2014. Volgens de Nationale Bank is de werkgelegenheidsgroei binnen industrie en diensten vooral een gevolg van het aantrekken van de economie en de rem op de stijging van de loonkosten. Ook voor de komende jaren verwacht de Nationale Bank nog een sterke heropleving van de tewerkstelling. www.nbb.be

... WA ARVAN AKTE voorzien voor “ Er worden wel middelen daar eigenlijk nog op proeftuinen, maar wie zit oon consequent zijn te wachten? Laat ons gew ook uitvoeren.” en het afgesproken beleid is streng voor Jos Wouters van GRIP vzw en zorgtrajecten. stilstand in decreet werkZorgwijzer maart 2016.


SECTORNIEUWS

Zorg en welzijn cruciaal voor opvang migratiegolf Dat de grote toestroom van oorlogsvluchtelingen ook in de social profit voor extra ondersteuningsvragen zal zorgen, staat buiten kijf. In een reflectienota lijst de Strategische Adviesraad Welzijn, Gezondheid en Gezin de maatregelen op die de Vlaamse regering dient te nemen om de opvang en integratie van deze nieuwkomers te laten slagen. De SAR WGG keek zowel naar wat er op korte termijn moet gebeuren als naar maatregelen op langere termijn. Vooral rond psychosociale begeleiding en omgaan met oorlogstrauma’s lijkt de vraag momenteel het aanbod ruimschoots te overtreffen. Op langere termijn ziet de adviesraad vooral problemen met het vinden van voldoende degelijke huisvesting en taalondersteuning. Binnen zorg en welzijn is er nood aan expertiseopbouw binnen de eerstelijnsopvang, een goede spreiding van laagdrempelige hulpinitiatieven, het ondersteunen van het zelforganiserend vermogen van nieuwkomers en een preventief zorgaanbod. Om deze migratie in goede banen te leiden, is er in het algemeen meer inzicht nodig in de noden van deze

doelgroep. De regering kan de situatie best aanpakken door acties op te zetten binnen alle beleidsdomeinen, bij voorkeur via een ambtelijke werkgroep. Daarnaast is er nood aan draagvlakverbreding bij de bevolking en ruimte voor innovatieve projecten. Woonproblematiek Minister Liesbeth Homans, bevoegd voor het woonbeleid van de Vlaamse regering, werd in het Parlement ondervraagd over de nota van de SAR WGG. Zij verklaarde nog geen enkele opmerking ontvangen te hebben van lokale besturen over huisvestingstekorten of andere problemen gerelateerd aan de vluchtelingeninstroom. Ze verwees wel naar de 120 miljoen euro die de regering dit jaar reserveert voor de opvang en integratie van vluchtelingen. Op vlak van wonen kende de minister in 2015 een recordaantal huursubsidies en huurpremies toe en maakte ze 1,3 miljard euro vrij voor de bouw van sociale woningen. Bij de begrotingscontrole in het voorjaar hoopt ze bovendien extra geld vrij te maken voor sociale woningbouw. Ze werkt ook aan de versterking van de private huurmarkt. Deze maatregelen zijn echter niet specifiek gericht op de doelgroep van vluchtelingen.

Lees de nota van de SAR WGG op www.sarwgg.be

Vlaanderen ontwikkelt visie voor ouderenbeleid De Vlaamse regering heeft een concept­ nota uitgewerkt dat de toekomst van het Vlaams ouderenbeleid moet veiligstellen. Door de vergrijzing worden de noden alsmaar groter en rijst de vraag of Vlaanderen wel een antwoord zal kunnen bieden aan alle vragen voor residentiële en ambulante zorg. De conceptnota geeft de visie weer van de Vlaamse regering en moet leiden tot een onderbouwd Vlaams welzijns- en zorgbeleid voor ouderen tegen 2018. De Strategische Adviesraad Welzijn, Volksgezondheid en Gezin drukt zich in haar advies over deze conceptnota positief uit over de visieontwikkeling van de Vlaamse regering, maar heeft ook enkele bedenkingen bij het plan. Zo is er nog geen budget opgenomen. Nochtans zullen de budgettaire beperkingen een belangrijke weerslag hebben op de bewegingsruimte van de Vlaamse regering. Aan welke acties zal de regering prioriteit geven wanneer blijkt dat het budget onvoldoende is om alle voornemens uit te voeren? Ook betreurt de raad dat de ambities op het vlak van interdisciplinaire en intersectorale samenwerking onvoldoende onderbouwd zijn in de conceptnota. Daarnaast is er onvoldoende aandacht voor preventie en gaat de nota te veel uit van een mondige burger die zelf de regie voor zijn of haar zorg in handen kan nemen. Op het vlak van zorginnovatie heeft de raad bedenkingen bij de betaalbaarheid, evidence based beleid, de digitale kloof, de meerwaarde van innovaties voor de gebruiker, de keuzevrijheid, de privacy en het menselijke aspect van de zorg. Lees het advies van de SAR WGG op www.sarwgg.be

5


SECTORNIEUWS

Duaal leren krijgt vorm Na de fase van de conceptnota’s zette de Vlaamse regering op 4 maart een volgende stap in de hervorming van het duaal leren met het voorontwerp van decreet tot ‘regeling van bepaalde aspecten van alternerende opleidingen’. Over welke aspecten gaat het? Duaal leren is een systeem waarin leerlingen hun opleiding deels op de schoolbanken en deels op de werkvloer in de ondernemingen krijgen. Leerlingen die een deel van hun opleiding op de werkvloer volgen, sluiten daarvoor een overeenkomst met de school en de onderneming. Vandaag bestaan er elf verschillende soorten overeenkomsten. Indien dit voorontwerp van decreet en de bijhorende uitvoeringsbesluiten tijdig worden goedgekeurd, zullen er vanaf 1 september 2016 nog slechts twee soorten overeenkomsten overblijven. Ofwel wordt het een overeenkomst alternerende opleiding, ofwel een stageovereenkomst alternerende opleiding. De overeenkomst alternerende opleiding geldt vanaf 1 september 2016 voor alle jongeren die minstens 20 uur per week opleiding op de werkvloer volgen. Dat kan bijvoorbeeld in het huidige stelsel

WAARVAN AKTE... t het er totaal “ Macro-economisch gezien doe rdt bij de wo erd niet toe of een job gecreë enige Het r. cto overheid of in de privése de extra oen vold wat telt is of die extra job astingen bel dan r toevoegt aan het bbp, waa uit voortvloeien.” m Gert Peersman in Econoo 6 12 maart 2016.

De Standaard,

leren en werken, in één van de zeven studierichtingen in de proeftuinen duaal leren, waaronder zorgkundige, of in het toekomstig duaal leren. Ze regelt onder meer de rechten en plichten van de partijen, de manier waarop een overeenkomst beëindigd kan worden, aansprakelijkheid, vergoedingen en vakantiedagen. Jongeren die minder dan 20 uur per week opleiding bij een bedrijf volgen, krijgen een stageovereenkomst alternerende opleiding: de modaliteiten zijn gelijklopend, met uitzondering van de vakantiedagen en de vergoeding.

“Bijna 700 leerlingen via leren en werken in de social profit” Uitzondering voor de social profit Is dit werkbaar voor socialprofitondernemingen? Sinds het derde intersectoraal akkoord uit 2005 zet de social profit voluit in op dit systeem. Dit schooljaar bereikt de social profit bijna 700 leerlingen via leren en werken. Ongeveer een kwart hiervan is met een werkgever verbonden via een werknemersleerovereenkomst (ILW). De overige 75% is aan de slag via

een deeltijds arbeidscontract. Om deze laatste werkleerplekken niet te laten verloren gaan in het nieuwe systeem, heeft Verso bij de Vlaamse overheid aangedrongen om voor de social profit bij wijze van uitzondering deeltijdse arbeidscontracten toe te laten. Goed nieuws is dat de Vlaamse regering deze vraag uit de sector heeft gehonoreerd. Naast de twee hierboven geschetste opties, zal het in de social profit nog mogelijk zijn te werken met deeltijdse contracten als alternatief voor de alternerende opleiding. Syntra Vlaanderen Een tweede aspect van het ontwerpdecreet regelt de rol van SYNTRA Vlaanderen en de wisselwerking met de sectoren. Die krijgt voortaan vorm via sectorale partnerschappen en het Vlaams Partnerschap Duaal Leren. Hun opdracht is een duurzaam netwerk van erkende leerondernemingen uitbouwen en beheren, het monitoren en beheren van de (stage)overeenkomsten, en advies verlenen over alle facetten van de werkplekcomponent in duaal leren. Deze organen worden opgericht in de schoot van SYNTRA Vlaanderen, als neutrale regisseur van de werkcomponent.


SECTORNIEUWS

Nooit eerder waren zo veel mensen langdurig ziek

lange tijd uitvallen. Ook tussen mannen en vrouwen of tussen voltijds of deeltijds werkenden zijn er weinig verschillen. Er kan wel verwacht worden dat deze cijfers nog zullen stijgen aangezien ook de gemiddelde leeftijd op de werkvloer stijgt en oudere medewerkers meer kans hebben om langdurig ziek te zijn.

Het langdurig ziekteverzuim blijft in alle sectoren stijgen en bereikte in 2015 een absoluut record. Dat meldt HR-dienstenverlener SD Worx op basis van eigen onderzoek. In 2015 bedroeg het langdurig verzuim 2,81%. Dat wil zeggen dat per honderd verwachte arbeidsdagen er 2,81 dagen niet gepresteerd worden omdat een medewerker langer dan een maand afwezig is wegens ziekte. In 2008 bedroeg dit percentage nog 1,75%.

Daarom is het volgens SD Worx nodig dat alle arbeidsmarktactoren actie ondernemen om het langdurig ziekteverzuim in te perken. Dat kan zowel preventief als reactief. Meer thuiswerk of het invoeren van zelfsturende teams heeft een merkbaar effect op het aantal afwezigheden. Wanneer medewerkers toch uitvallen, is het belangrijk dat de onderneming contact houdt met de medewerker om de re-integratie te bespoedigen, aldus SD Worx.

Deze langdurige afwezigheden zijn niet direct terug te voeren tot een bepaalde sector of een bepaalde jobinhoud. Zowel arbeiders als bedienden kunnen voor

De gezondheidszorg scoort trouwens iets slechter dan gemiddeld op vlak van ziekteverzuim, ondanks maatregelen zoals arbeidsduurvermindering voor oudere medewerkers.

“ Vlaanderen is onvoldoende voorbereid op revoluties in de zorg” In een nieuw actieplan voor de periode 2015-2019 van Flanders’ Care schetst de Vlaamse regering de beleidslijnen waarop ze wil inzetten op het kruispunt tussen zorginnovatie en ondernemer­ schap. In het actieplan komt het ontbreken van een sense of urgency als een van de voornaamste bekommernissen naar voren. De implicaties van de vergrijzing, technologische innovatie en nieuwe sociologische patronen voor de manier waarop we vandaag zorg verlenen, lijkt nog niet bij iedereen ten volle doorgedrongen. In haar actieplan kijkt Flanders’ Care naar mogelijke technologische doorbraken in de zorg zoals het ‘internet of things’, artificiële intelligentie, robotica en 3D-printing. Maar ook nieuwe organisatievormen in de zorg en het centraal stellen van de zorgvrager komen aan bod.

Co-creatie Het actieplan steunt in belangrijke mate op de input van een raad van advies. Deze raad krijgt ook in de verdere aansturing van Flanders’ Care heel wat bevoegdheden. Het verbaasde ons dan ook dat er tijdens het proces bijzonder weinig transparantie was over de werkzaamheden en de samenstelling van deze raad van advies. Zeker wanneer het de bedoeling is om met deze raad “een blik vanuit diverse invalshoeken te garanderen” komt het ons zeer merkwaardig over dat noch Verso noch één van haar federaties vertegenwoordigd is in de adviesraad. Verso en haar federaties, die het ruime werkgeverslandschap binnen de social profit afdekken, zijn toch de belangrijkste stakeholders waar het actieplan veelvuldig - en zelfs in de titel ‘Co-creatie van beleid en stakeholders’ naar verwijst. Daarnaast zien wij in de samenstelling ook geen weerspiegeling

van de verbreding van Flanders’ Care naar welzijn. Ook stellen we vast dat de gebruikers niet vertegenwoordigd zijn. Verso is tevreden dat deze lang aangekondigde doorstart van Flanders’ Care er nu is, maar naar inhoud lijkt het ons dat de bekommernissen van het brede zorglandschap onvoldoende gecapteerd werden. Hopelijk kan de voorziene ‘Community Flanders’ Care’ hierbij een rol opnemen.

“De bekommernissen van het brede zorg­land­ schap lijken onvoldoende gecapteerd” Flanders’ Care Flanders’ Care is een gemeenschappelijk project van vier ministers, gecoördineerd door minister van Welzijn en Volksgezondheid Jo Vandeurzen. Door wetenschappelijke en technologische innovatie in de zorgsector te stimuleren willen zij de kwaliteit en betaalbaarheid van onze zorg overeind houden in de toekomst, maar ook inspelen op economische opportuniteiten voor het bedrijfsleven. www.flanderscare.be 7


SECTORNIEUWS

Zorg- en welzijnsmede­ werkers horen vaak tot de top van de klas op vlak van werk­ baar werk

Het volledige onderzoek lees je op www.serv.be.

Met het definiëren van de kenmerken van werkbaar werk plus voegt de Stichting Innovatie & Arbeid een nieuw instrument toe aan de goedgevulde gereedschapskoffer voor wie werk wil maken van werkbaar werk. De Stichting is gaan kijken wie tot de beste leerlingen van de klas behoort op vlak van werkbaar werk en wat hun werk zo werkbaar maakt. De zorg- en welzijnssector scoort ook hier weer goed op vlak van werkbaarheid, maar kampt met de gekende werkpunten: emotionele belasting en autonomie. Voor hun laatste rapport op basis van de driejaarlijkse werkbaarheidsmonitor zijn de onderzoekers van de Stichting Innovatie & Arbeid gaan kijken naar de werknemers die het op elk van de vier deeldomeinen van werkbaarheid beter deden dan 50% van de ondervraagden. Zij hebben interessant werk, kunnen hun competenties onderhouden, hebben de tijd en ruimte om te herstellen van lichamelijke en mentale vermoeidheid en kennen een goede werk-privébalans. Deze werknemers zijn minder vaak op zoek naar ander werk en hebben meer kans om hun werk vol te houden tot aan het pensioen.

20% binnen gezondheid en welzijn Binnen het openbaar bestuur, de gezondheids- en welzijnssector, de bouw en de chemische sector behoort ongeveer 1 op de 5 werknemers tot deze hoogste categorie van werknemers met werkbaar werk. In het algemeen hebben mannen vaker werkbaar werk plus dan vrouwen en is er geen verschil tussen grote en kleine ondernemingen of tussen wie voltijds of deeltijds werkt. Voor zorgmedewerkers zijn er ook geen verschillen te bespeuren tussen jongeren en ouderen. In de gezondheids- en welzijnszorg is er wel een duidelijk verschil tussen arbeiders en bedienden, waarbij arbeiders opmerkelijk slechter scoren. Let op werkdruk, emotionele belasting en autonomie Het grootste verschil tussen deze groep met uitmuntende resultaten op vlak van werkbaar werk en zij die gewoon goed scoren, ligt op het vlak van taakafwisseling en werkdruk. Dit zijn dan ook de twee belangrijkste werkpunten voor wie van werkbaar werk zeer werkbaar werk wil maken. Werkdruk is samen met emotionele belasting en zorgen voor voldoende autonomie zeker ook een aandachtspunt voor sommige delen van de zorg- en welzijnssector.

Is een democratischer Europa mogelijk? Minister-president Geert Bourgeois werkt als verantwoordelijke voor Buitenlands beleid aan een Vlaamse toekomstvisie op de Europese Unie. Die visietekst zal zich uitspreken over de rol van de EU en zal onder andere ook scherpstellen op de gewenste bevoegdheidsverdeling tussen het Europees niveau en het regionaal/ nationaal niveau. In de aanloop naar deze toekomstvisie heeft ministerpresident Bourgeois aan het Vlaams-Europees Verbindingsagentschap (vleva) gevraagd om in samenwerking met de Dient Internationaal Vlaanderen een aantal gesprekken op te zetten met stakeholders. Op 9 februari vond het laatste van drie toekomstseminaries plaats, met als onderwerp het ‘versterken van het democratische gehalte van de EU’. Beleidsmakers in de lidstaten van de EU hebben vaak een moeilijke verhouding tot de 8

Europese instellingen: vaak wordt ‘Brussel’ voorgesteld als een moloch waar niet mee te onderhandelen valt en die de eigen bewegingsruimte drastisch inkort. Maar dit is geen vaststaand feit. De deelnemers aan het debat op 9 februari stelden vast dat het wel degelijk mogelijk is om te wegen op het Europees beleid. Daarvoor moeten nationale en Europese parlementsleden wel beter gaan samenwerken en dienen de nationale parlementen beter toe te zien op de standpunten die hun ministers innemen in de Europese Raden. Ook kan er beter geanticipeerd worden op nieuwe Europese regelgeving en zijn duidelijke afspraken over de bevoegdheidsverdeling tussen Europa en de lidstaten onontbeerlijk. Tot slot moet er geïnvesteerd worden in een kritisch Europees middenveld dat de stem van de burger kan vertolken. Meer informatie: www.vleva.eu


SECTORNIEUWS te! 18 mei Save the da

Sociaal ondernemerschap en ‘intrapreneurship’ Op woensdag 18 mei bent u van harte welkom in het Muziek­ instrumentenmuseum in Brussel voor een studienamiddag rond sociaal ondernemerschap. Want ondernemerschap is geen vies woord in de social profit. Integendeel! Om in te spelen op nieuwe vragen en behoeften vanuit de samenleving, moeten ondernemers in de social profit al hun creativiteit aanspreken om hun aanbod steeds bij te sturen naargelang de wensen van de gebruiker, de patiënt of de cliënt. Wat betekent het om ‘sociaal ondernemer’ te zijn? Hoe maakt u van uw medewerkers ‘intrapreneurs’? En welke ondersteuning kan de raad van bestuur bieden? Op deze en veel andere vragen zoeken we een antwoord en we doen dat onder andere samen met Caroline Ven van de netwerkorganisatie voor geëngageerde ondernemers ETION, die een key note zal brengen. Caroline Ven

Deze studienamiddag vindt plaats op woensdag 18 mei van 12u30 tot 15u40. Deelname is gratis. Meer details over het programma vindt u binnenkort op onze website: www.verso-net.be.

Sociare start SCWITCH Verso-lid Sociare start samen met de Federatie van Organisaties voor Volksontwikkelingswerk (FOV) SCWITCH, een ondersteunende dienstverlener voor het management van socioculturele organisaties. Op 19 april wordt SCWITCH gelanceerd tijdens een event in de KVS in Brussel. Dirk Vermeulen, directeur van Sociare, wordt afgevaardigd bestuurder van SCWITCH. Anke Grooten volgt hem op en neemt ook de plaats van Sociare in in de bestuursorganen van Verso. SCWITCH verleent diverse diensten voor het zakelijk organisatiemanagement op maat van socioculturele organisaties. Ze zullen er terechtkunnen voor instrumenten en organisatiebegeleiding, onder andere op het vlak van statuten- en bestuurswijziging, vzw-beheersinstrumenten en sociale administratie, en voor veel open source informatie en tools. Die ondersteuning moet hen toelaten om zich beter te concentreren op hun kerntaken. SCWITCH is een coöperatieve vennootschap met sociaal oogmerk. Socioculturele sectorfederaties en -steunpunten vormen een centrale overleggroep en de basisorganisatiesvennoten geven als gebruikersgroep de diensten zoals samenaankoop mee vorm en inhoud. Meer informatie: www.scwitch.be

Op bezoek bij WEB vzw! Op 29 januari organiseerde Jobkanaal Verso een meet and greet met de sociale economie in de Kempen. In de voormiddag kregen een 45-tal arbeidsbemiddelaars een voorstelling van de verschillende werkvloeren die WEB vzw rijk is: een eethuis, een kringwinkel, een klusjesdienst en het ResourceLab voor ecodesign. Chris Dielis van WEB vzw gaf meer toelichting over het takenpakket, de functieprofielen die er werken en het uitgebreid opleidingsaanbod. De deelnemers kregen ook een boeiende rondleiding binnen de kringwinkel. In de namiddag kaderde Caroline Van de Manacker, expert sociale economie voor de provincie Antwerpen, de veranderingen binnen het maatwerkdecreet door het arrest van de Raad van State en lichtte expert werkplekleren Kim Van De Put de verschillende vormen van werkplekleren toe. Na deze toelichtingen was het tijd om te netwerken en konden de arbeids-bemiddelaars via een standenmarkt kennismaken met een 6-tal werkgevers uit de buurt en met I-Diverso, een ondersteuningsaanbod op de werkvloer van WEB vzw. Voor meer informatie over dit bedrijfsbezoek of voor de presentaties kunt u terecht bij Silvia Van Cauter (silvia.vancauter@verso-net.be).

... WA ARVAN AKTE pt met rlijk archi-moeilijk en loo “ Sociaal overleg is natuu het als ter in crisistijden, be golfbewegingen. Slechter zowel eer nn Het werkt beter wa economische goed gaat. ban ter ach n rsorganisaties hu werknemers- als werkgeve en e idig hu spanning tussen durven aanspreken op de tantt is geen methode die ins He . toekomstige belangen oplossingen aanreikt.” ale rzitter van de Internation Luc Cortebeeck, ondervoo ing ner sio pen de 9 een speech bij Arbeidsorganisatie, tijdens ri. rua feb 29 op st Serv-studiedien van Michel Dethée van de


SECTORNIEUWS

Basisbudget voor personen met een handicap start in september Vanaf september zal een eerste groep personen met een handicap het basisondersteuningsbudget van 300 euro per maand ontvangen. Dat meldt minister Vandeurzen in een persbericht. Dit basisondersteuningsbudget, of BOB, is een eerste stap in de introductie van persoonsvolgende financiering voor de ondersteuning van personen met een handicap. Met die 300 euro mogen personen met een handicap zelf kiezen welke zorg of ondersteuning ze inkopen. In eerste instantie wordt prioriteit gegeven aan volwassenen die al langer dan een jaar op een wachtlijst staan voor ondersteuning. De minister benadrukt echter dat zij hiermee hun plaats op de wachtlijst niet verliezen. Het budget is combineerbaar met rechtstreeks toegankelijke hulp en met tussenkomsten voor hulpmiddelen. Zij zullen op een later tijdstip ook nog steeds in aanmerking komen voor uitgebreidere ondersteuning via een persoonsvolgend budget. Zo’n 6200 mensen zullen dit jaar al een budget krijgen. Vanaf 2017 wordt deze groep uitgebreid met ongeveer 16.000 minderjarigen en jongeren. De zorgkassen zullen instaan voor de uitbetaling van deze BOB. Het BOB wordt dus een onderdeel van de Vlaamse Sociale Bescherming. 10

De HRscan maakt een foto van je personeelsbeleid

In februari lanceerde HRwijs op een workshop in Gent zijn HRscan. Die tool maakt via gerichte meerkeuzevragen een stand van zaken van het medewerkersbeleid van socialprofitorganisaties. Is dat beleid een vertaling van de organisatiedoelen? Gebeuren aanwervingen ad random of passen ze in een personeelsplan? Hoe zit het met functioneringsgesprekken, opleidingen en diversiteit? De HRscan is er voor drukbezette coördinators of personeelsverantwoordelijken in kleine organisaties binnen de social profit. Hun medewerkersbeleid is vaak nog niet echt ‘state of the art’, maar er zijn al stappen genomen. “Met de HRscan nemen zij even de tijd om te zien hoe ver hun organisatie al staat”, zegt HRwijs-adviseur Kirsten D’Hooghe. “In acht domeinen leggen we korte vragen voor met telkens drie mogelijke antwoorden. Naargelang het antwoord zie je meteen op welke domeinen je er goed voorstaat en waar er nog een tandje kan worden bijgestoken.” Kirsten benadrukt wel dat de drie antwoorden niet per se een beoordeling inhouden. “Het antwoord van de organisatie zegt iets over de systematiek waarin of de vanzelfsprekendheid waarmee HR een plaats krijgt in de onderneming. Het is aan de organisatie zelf om te evalueren of een minder uitgewerkt HR-beleid toch voldoende kan zijn.”

Horizontale en verticale domeinen Met de tool gaan organisaties in twee richtingen onder de scanner. Horizontaal of ‘organisatiebreed’ komen het strategisch HR-beleid, de expertise van de HR-medewerker of -verantwoordelijke en de diversiteit binnen de onderneming aan bod. Is de raad van bestuur bijvoorbeeld een drijvende kracht in het personeelsbeleid? Kan de HR-professional zich volop richten op die taak? Is het team een realistische weergave van de diversiteit in de samenleving? Binnen de verticale domeinen belicht de HRscan werving, selectie en onthaal van medewerkers, functioneren en evalueren, opleiding en ontwikkeling, loopbaanplanning en psychosociaal welzijn. Interesse in de HRscan? HRwijs organiseert op 28 april een nieuwe workshop in Antwerpen. Deze workshop staat in het teken van uitwisseling met andere socialprofitorganisaties. Organisaties kunnen zo leren van elkaar op vlak van personeelsbeleid. In de zomer zal deze workshop nog herhaald worden in Leuven, in het najaar in Hasselt en Brugge. Of wilt u een gratis HRscan ontvangen? Ook dat is mogelijk! Kirsten D’Hooghe kan de HRscan in huis afnemen. U krijgt dan ook meteen tips op maat van uw personeelsbeleid. Contacteer daarvoor Kirsten op 0474/98.70.65 of kirsten.dhooghe@verso-net.be. www.hrwijs.be


AANKONDIGINGEN

Extra personeel voor residentiële ouderenzorg In 2016 maakt de Vlaamse regering bijna 11 miljoen euro vrij om de hoogste noden te leningen in de ouderenzorg. Met dat budget moeten er 1226 plaatsen bijkomen voor zwaar zorgbehoevende ouderen. Woonzorgcentra zullen daarvoor extra personeel kunnen aanwerven. In totaal zou het gaan om 162 voltijdsequivalenten. Koepelorganisatie Zorgnet-Icuro lanceerde in september nog een actie om te wijzen op de dringende nood aan bijkomende plaatsen voor zwaar hulpbehoevende ouderen.

Doelgroepenbeleid krijgt groen licht van Parlement Op 24 februari keurde het Vlaams Parlement het ontwerpdecreet voor het nieuwe Vlaamse doelgroepenbeleid goed met 77 stemmen voor en 20 stemmen tegen. Verso klaagt al geruime tijd de ongelijke behandeling van het merendeel van de socialprofitondernemingen in het decreet aan. Zij kunnen immers geen gebruik maken van de doelgroepenkorting voor oudere werknemers. De stemming leverde geen verrassingen op voor het voorstel van de Vlaamse regering. Parlementslid Yasmine Kherbache (sp.a) diende nog enkele amendementen in - onder andere om de uitsluiting van de social profit van de doelgroepenkorting voor oudere werknemers ongedaan te maken - die allemaal werden weggestemd. In de Commissie Werk had minister Muyters eerder al verklaard dat de Vlaamse regering een procedure heeft opgestart om de geplande doelgroepvermindering voor oudere werknemers aan te melden bij de Europese Commissie om te bepalen of het hier om niet-toegelaten staatssteun gaat. Deze aanmelding was ook een vraag van de Raad van State. De minister hoopt op een snel antwoord van de Commissie opdat de uitrol van het doelgroepenbeleid geen vertraging oploopt. Hij verwacht nog altijd dat het doelgroepenbeleid tegen de zomer van 2016 operationeel zal zijn.

Knooppunt-online

Meer info: www.knooppuntonline.be

In veel sectoren is onlinehulpverlening al goed ingeburgerd. In andere sectoren staat het nog in de kinderschoenen. Om organisaties te begeleiden bij het aanbieden van onlinehulp, lanceren vijf partners knooppunt-online, een informatie- en vormingspunt voor onlinehulp.

Knooppunt-online is er voor alle welzijns- en zorgorganisaties, ook voor diegene die al veel ervaring hebben met onlinehulp. Zij willen onder andere zorgen voor een correcte beeldvorming bij zorgverleners en gebruikers. Want onlinehulp betekent niet het vervangen van face-toface-contacten door hulp via het internet. Onlinehulp kan wel een verbreding zijn van het aanbod van de hulpverlener. Het knooppunt-online is een samenwerkingsverband van Steunpunt Algemeen Welzijnswerk, Arteveldehogeschool, Online-hulpverlening.be, UC Leuven-Limburg en Jongerenbegeleiding Informant. Scriptieprijs onlinehulp Eind 2015 lanceerde Flanders’ Care de Vlaamse Scriptieprijs Onlinehulp. Op 10 maart 2016 werd de winnaar al bekendgemaakt. Ann Neefs van de hogeschool Thomas More kreeg de allereerste Scriptieprijs Onlinehulp voor haar eindwerk rond zelfverwonding op het internet.

Open minds: congres geestelijke gezondheid Zorgnet-Icuro organiseert op 26 en 27 mei een breed congres over de toekomst van de zorg voor geestelijke gezondheid, volgens trendanalyses hét gezondheidsthema van de komende decennia. De netwerkorganisatie, die onder meer initiatieven uit de geestelijke gezondheidszorg bundelt, pleit voor een integrale aanpak van psychische kwetsbaarheid. De sleutel tot meer geestelijke gezondheid zit immers in elke ministerportefeuille, in elk beleidsdomein, in elk segment van de samenleving: volksgezondheid, welzijn, onderwijs, economie, wonen, werk, cultuur, justitie, gelijke kansen, ... Op het congres Open Minds blikt Zorgnet-Icuro tien jaar vooruit. Hoe zal de samenleving er in 2026 uitzien? Wat zal er nodig zijn om ons dan psychisch weerbaar te maken? Op het congres bieden internationale en nationale topsprekers een referentiekader om de broodnodige paradigmashift echt vorm te geven. Het congres is daarom bedoeld voor iedereen die zich wil inzetten voor de geestelijke gezondheid van de toekomst: medewerkers en beleids­ makers uit de zorgsector maar zeker ook uit alle andere domeinen (onderwijs, wonen, werk, welzijn, cultuur, …). Zowel professionals als gebruikers, families en vrijwilligers. www.zorgneticuro.be 11


AANKONDIGINGEN

Bouwstenen voor een cultuursensitieve zorg- en welzijnsorganisatie In 2013 startte VIVO, Het Vlaams Instituut voor Opleiding en Vorming in de social profit, een onderzoek naar cultuursensitieve zorg. De Vlaamse samenleving wordt namelijk steeds diverser en ook in de hulpverlening wordt het cliëntenbestand een weerspiegeling van die ‘superdiverse’ samenleving. Dit onderzoek leidde ertoe dat VIVO een netwerk opstartte rond cultuursensitieve zorg, dat in 2014 een studiedag organiseerde over cultuursensitieve zorg voor hulpverleners. Heel wat informatie en voorbeelden werden gebundeld op www.pigmentzorg.be. VIVO heeft nu samen met dit netwerk een boek uitgewerkt over cultuursensitieve zorg voor leidinggevenden. Zij leren daarin hoe zij hun zorg- of welzijnsorganisatie kunnen omvormen tot een organisatie die cultuursensitief denkt en werkt. In hun nawoord wijzen Jan-Piet Bauwens en Bruno Aerts (respectievelijk voorzitter en ondervoorzitter van VIVO) op de opdracht voor bestuur en directie van socialprofitondernemingen met betrekking tot cultuursensitieve zorg. Zij zullen het cultuursensitief beleid binnen de ondernemingen op de kaart moeten zetten door het vrijmaken van tijd, ruimte en middelen. Ook al zijn de loopbaan- en diversiteitsplannen afgeschaft, cultuursensitieve zorg structureel opnemen in de opdracht van de organisatie blijft cruciaal. Het boek Bouwstenen voor een cultuursensitieve zorg- en welzijnsorganisatie is uitgegeven bij Uitgeverij Politeia. Het is te bestellen op www.politeia.be.

Aan de slag met interculturalisering en radicalisering in de jeugdsector Vandaag de dag is het noodzakelijk om als hulpverlener te beschikken over interculturele kennis en vaardigheden. De realiteit daagt ons uit om een doordachte visie te bepalen over de problematieken van interculturalisering en radicalisering. Om dit te kunnen verwezenlijken heeft de Vlaamse overheid middelen vrijgemaakt voor de jeugdhulpverleningssector om een dubbel vormingstraject op te zetten. De voorzieningen kunnen rekenen op praktische ondersteuning van vzw De Touter en OTA Vlaams-Brabant/ Brussel. Die twee organisaties bieden bijstand om het thema radicalisering in te bedden in het ruimer verhaal van diversiteit en cultuursensitief werken. De Touter, zelf een jeugdwelzijnsorganisatie, heeft zich doorheen de jaren gespecialiseerd in hulpverlening op maat van een superdiverse samenleving en wil anderen inspireren om zelf ook een diversiteitsbeleid te ontwikkelen. Ook Ondersteuningsteam Allochtonen Vlaams-Brabant/Brussel biedt bijstand aan andere organisaties bij hun zoektocht naar antwoorden voor een cultuursensitieve hulp en ondersteuning. Beide organisaties bieden basisvorming, modules op maat en lerende netwerken aan. De kennis die organisaties er kunnen verwerven is gebaseerd op jarenlange ervaring met werken met een divers klantenbestand.

12

Knooppuntonline

Veel beweging in zorg en welzijn op 20 maart! Op zondag 20 maart vond al voor de vijfde keer in heel Vlaanderen de Dag van de Zorg plaats. Meer dan 160 ziekenhuizen, revalidatiecentra, woonzorgcentra, Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg, kinderdagverblijven, thuiszorgorganisaties, et cetera zetten hun deuren open voor het publiek. Het thema was dit jaar ‘Zorg in beweging’. Op dinsdag 15 maart organiseerde de Dag van de Zorg ook een groots congres rond dit thema. Op het congres mocht het publiek ook meestemmen op het ‘Zorgverhaal van het jaar’, een award van Rode Kruis-Vlaanderen en het Leuvens Instituut voor Gezondheidszorgbeleid. Uit drie genomineerden werd Onafhankelijk Leven aangeduid als winnaar. Zij gingen met een cheque van 10.000 euro naar huis. De organisatie ijvert voor de integratie van personen met een handicap in de samenleving door ondersteuning te bieden voor mensen die gebruik maken van een persoonsgebonden budget. De andere laureaten waren Landelijke Thuiszorg en OPZC Rekem. Meer foto’s vindt u op www.dagvandezorg.be

Vereniging voor Social Profit Ondernemingen vzw - www.verso-net.be Kolonel Bourgstraat 122 bus 4 - 1140 Brussel - T 02 739 10 71 - F 02 736 75 06 - info@verso-net.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.