Mozaïek - 2008 - november

Page 1

MOZAIEK stadsvernieuwing leuven

editie NOVEMBER 2008 jaargang 5 nummer 3

DE CENTRALE WERKPLAATSEN

EN ANDERE WOONPROJECTEN

CENTRALE WERKPLAATSEN


1992

COLOFON Concept en realisatie infohuis stadsvernieuwing Redactie Geert Antonissen, Karlien Stroeykens, Erna Vanesch, Wendy Maes Schepen van communicatie Els Van Hoof Directeur communicatie Alfons Verdyck Fotografie Geert Antonissen, Karlien Stroeykens, Erna Vanesch, Wendy Maes Met dank aan Stad Leuven: AGSL, dienst ruimtelijke planning, technische dienst wegbeheer, persdienst, communicatiedienst, groendienst, milieudienst, technische dienst gebouwen, college van burgemeester en schepenen De Familie De Belder-Robijns, Vectris, Nero architecten, Matexi, Lava architecten, Bogdan & Van Broeck Architects, Karel Vandenhende, De Gregorio & Partners, Resiterra, BOB361architecten, Acco, BUUR, Honk architecten, ’ t Jonck-Nilis architecten, D+A Consult nv, Desmedt architecten, DAS en WIT architecten, Swal (Sociaal wonen arrondisement Leuven), Dijledal Verantwoordelijke uitgever College van burgemeester en schepenen Contactgegevens (NIEUW) Communicatie stadsvernieuwing Stadskantoor Professor Van Overstraetenplein 1 B-3000 Leuven infohuis@leuven.be, tel. 016 272 234 Meer info: www.leuven.be/stadsvernieuwing Volgend nummer februari 2009

2

2006, © ’t Oogenblik

Inhoudstafel Blz. 03 Centrale Werkplaatsen (1) Blz. 14 Vlierbeekveld (2) Blz. 16 Wakkerzeelsebaan/ Ursulinenstraat (3) Blz. 18 Janseniushof (4) Blz. 20 Eikenbergstraat (5) Blz. 21 Wittebolsstraat (6) Blz. 22 Parkveld (7) Blz. 24 Voor & na (8)


2007, © Henderyckx

2008, © Henderyckx

Centrale Werkplaatsen Een nieuw hart voor Kessel-Lo Het hart van de deelgemeente Kessel-Lo gaat weer slaan. De plek waarrond de deelgemeente gedurende bijna 150 jaar was gegroeid, komt weer tot leven. Verschillende nieuwe projecten pompen opnieuw vers bloed in een dichtbevolkte deelgemeente van de stad die haar ontstaan en groei grotendeels aan de Centrale Werkplaatsen heeft te danken. Het was namelijk op die plek, achter het station, dat in de jaren ’60 van de 19de eeuw stelselmatig grote spoorwegateliers werden opgebouwd die bevolkt werden met honderden arbeiders. Overal in de buurt vestigden zich handelaars en ambachtslui. Tegelijk bouwde men ook massaal arbeiderswoningen die tot vandaag het straatbeeld rond de Centrale Werkplaatsen bepalen. Al die activiteit zorgde ervoor dat het oorspronkelijk landelijke Kessel-Lo een enorm ingrijpende economische, sociale en stedenbouwkundige ontwikkeling kende en veranderde in een dichtbevolkte gemeente. Maar sinds 1993 is de industriële functie van het gebied definitief geschiedenis. Het verdwijnen van iedere spoorwegactiviteit maakte van dit deel van Kessel-Lo een blinde, ommuurde plek, een vervuilde restruimte zonder veel betekenis voor de stad. De hele herontwikkeling heeft dan ook de ambitie om een nieuw hart te maken voor Kessel-Lo: een bloeiende, hedendaagse woonwijk met tal van andere functies die aansluiten op de rest van de omgeving. Toch wil de stad bij de heropbouw de geschiedenis van deze plek niet zomaar van tafel vegen. Daarom koos men bij het globale inrichtingsplan bewust om een aantal historische elementen als uitgangspunt te nemen. Zo wordt bijvoorbeeld een deel van de imposante industriële hallen gerestaureerd en hergebruikt. Naast de Centrale Werkplaatsen staat er in deze Mozaïek nog een reeks van woonprojecten die samen met het Vaartkomproject, de woondruk in onze stad moeten verlichten.

CENTRALE WERKPLAATSEN

3


Wat komt er?

1. 2. 3. 4.

4

CENTRALE WERKPLAATSEN

7 9

8

 © Vectris

Centraal park (zie blz. 6 en 7) Centrale as (zie blz. 6 en 7) Sociale koopwoningen (zie blz. 8 en 9) Private woningen en woningen voor middengroepen van NV Matexi (zie blz. 10 en 11) 5. Hal 9 (zie blz. 12 en 13) 6. Hallen 4 en 5 en tussengebouw. Na de restauratie komen in en bij deze hallen: - het bibliotheekfiliaal van Kessel-Lo - een nieuw gemeenschapscentrum, ter vervanging van de gesloopte zaal ‘t Bad aan de Martelarenlaan met een grote multifunctionele zaal en ook kleinere ontmoetings- en vergaderruimten - een wijkgezondheidscentrum voor Kessel-Lo (www.wgcdecentral.be) - een horecazaak - een overdekte ruimte met buitenklimaat voor de organisatie van beurzen en dergelijke - een groenzone naast hal 5 - een stedelijk plein naast hal 4 Timing: afhankelijk van de verhuis van o.a. Spit en Wisper (verhuis vermoedelijk tweede helft van 2009) 7. Nieuwbouw ter vervanging van het huidige administratiegebouw aan de Werkhuizenstraat. Het AGSL (Autonoom Gemeentebedrijf Stads­ontwikkeling Leuven) neemt samen met de sociale huisvestings­maatschappij Dijledal het initiatief. In het gebouw komen: - op de gelijkvloerse verdieping handelsfuncties en diensten - op de andere verdiepingen sociale huurwoningen voor specifieke doelgroepen (ouderen en/of personen met een handicap) - ondergrondse parkeerplaatsen Timing: na de verhuis van de organisaties die er nu huizen (verhuis vermoedelijk de tweede helft van 2009). 8. Nieuwbouwappartementen op de huidige NMBS parking door een nog aan te stellen private ontwikkelaar. Timing: parking kan pas in gebruik worden genomen wanneer de nieuwe parking op de Kop van Kessel-Lo af is. 9. Stedelijk plein Timing: na bouw sociale woningen (vermoedelijk 2011) 10. Plein aan hal 9 Timing: na restauratie hal 9 (vermoedelijk 2012-2013)

WERKHUIZENSTRAAT

- in totaal ongeveer 325 woningen waarvan sociale huurwoningen voor specifieke doelgroepen, sociale koopwoningen, private koopwoningen en woningen voor middengroepen (waar een inkomensgrens geldt) - een centraal park op het terrein - openbare pleinen - voet- en fietspaden in alle richtingen - gerestaureerde en beschermde industriële hallen die een publieke functie krijgen

5


DIESTSESTEENWEG

SMIDSESTRAAT

4

4 6

2  4 3

3

3 Karel schurmansstraat CENTRALE WERKPLAATSEN

5


De openbare ruimte verrijkt de stad Een nieuwe stadswijk heeft nood aan een goed openbaar ­domein. Zeker in stedelijk gebied vormen aangename straten, pleinen en parken een meerwaarde voor de huizen. Aangezien op de Centrale Werkplaatsen meer dan de helft van het terrein – ongeveer 4,5 hectare – publiek toegankelijk zal zijn, tekenden de ontwerpers een globaal en samenhangend plan dat zeer veel aandacht schenkt aan goede materialen en aangepaste bomen en planten. Tegelijk zal ook het verkeer zo gestructureerd worden dat de auto – net als bij andere stadsvernieuwingsprojecten in Leuven – het straatbeeld niet zal bepalen.

Verkeersorganisatie Het autoverkeer van en naar de Centrale Werkplaatsen zal gebeuren via de twee bestaande aantakpunten op de Diestsesteenweg: de Werkhuizenstraat en de verbrede Smidsestraat. Langs daar moeten de bewoners en bezoekers naar hun parkeerplaatsen die voornamelijk ondergronds zitten. Doorgaand autoverkeer op de site is niet mogelijk. Ook niet op de centrale as die de Werkhuizenstraat en de Smidsestraat met elkaar linkt. Voetgangers en fietsers kunnen het terrein in de toekomst in alle richtingen doorkruisen. Voor hen komen er ook toegangen vanaf de Diestsesteenweg en de Karel Schurmansstraat. Tussen de Centrale Werkplaatsen en de Martelarenlaan wordt het zogenaamde Locomotievenpad – het pad langs de jeugdherberg – omgevormd tot een voet- en fietspad in het kader van het project ‘Kop van Kessel-Lo’. Dankzij dit pad geraak je vanuit de Centrale Werkplaatsen gemakkelijk autovrij tot in de Bondgenotenlaan of tot aan het provinciehuis.

Concrete onderdelen Smidsestraat De Smidsestraat zal heraangelegd worden in drie delen: • tussen de steenweg en de Richard Valvekensstraat wordt de Smidsestraat een tweerichtingsstraat en komt er een breder voetpad aan de bestaande woningen. • tussen de Richard Valvekensstraat en de Opvoedingstraat komen er brede voetpaden aan beide zijden, parkeerstroken met boomvakken en een asverschuiving in de weg. • tussen de Opvoedingstraat en de Karel Schurmansstraat vormt de Smidsestraat een in- en uitgang van de ontsluitingsweg van de sociale koopwoningen op de Centrale Werkplaatsen en verder blijft ze een éénrichtingsstraat aansluitend op de Karel Schurmansstraat. De nieuwe centrale as op het terrein tussen de Werkhuizenstraat en de Smidsestraat (Locomotievenstraat) • vormt de ruggengraat voor het fiets- en voetgangersverkeer • zorgt voor de ontsluiting van het autoverkeer van en naar de private woningen maar laat geen doorgaand autoverkeer toe • is voorzien van bezoekersparkings en zitbanken aan de huizenzijde (met zicht op het park)

doorsnede door terrein © Vectris

6

CENTRALE WERKPLAATSEN


Het centraal gelegen openbaar park (Treinpark) • krijgt drie delen met elk een eigen sfeer - een polyvalente ruimte tegenover de beschermde hallen 4 en 5, uitermate geschikt voor sport en spel en occasioneel evenementen. - een meer intieme ruimte tussen de private en de sociale woningen waar men in rust van het park kan genieten (zonnen, luieren, lezen, knuffelen, …) - een speeltuin voor peuters en kleuters • omvat een open bufferbekken voor het regenwater met een zitrand aan het water en een zacht hellende kant met moeras- en waterplanten • maakt de overgang met de sociale koopwoningen via grote hagen die zorgen voor enige afscherming tussen beide

Opdrachtgever: VMSW (Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen) voor het openbaar domein horende bij de sociale koopwoningen AGSL (Autonoom Gemeentebedrijf Stadsontwikkeling Leuven) voor de rest van het openbaar domein op het terrein van de Centrale Werkplaatsen Ontwerper (na wedstrijd): NV Groep Infrabo (voor VMSW) THV NV Groep Infrabo – cvba Vectris (voor AGSL)

De ontsluitingsweg voor de sociale koopwoningen (Stoomstraat): • is ingericht als woonerf • sluit via een speciaal aangelegde helling aan op de Smidsestraat • geeft auto’s toegang tot de sociale koopwoningen • omvat parkeerplaatsen voor bezoekers en personen met een handicap • is via trappen en hellende vlakken voor voetgangers en fietsers verbonden met de Karel Schurmansstraat Treinpark © Vectris

De woonstraten aan de woningen van NV Matexi (Paswerkerij, Ketelmakerij, Koperslagerij) • worden aangelegd als woonerf (autovrij) • krijgen op bredere plaatsen bomen en zitbanken Bomen Alle bomen in het park en de straten op en rond de site zijn van de familie van de esdoorns. De esdoorn is niet alleen ­onderhoudsarm en vandaalbestendig, maar verkleurt in de herfst ook mooi in combinatie met de baksteenarchitectuur van de bestaande hallen en de nieuwe gebouwen.

plein aan hal 9 © Vectris

CENTRALE WERKPLAATSEN

7


Sociale koopwoningen geven vorm aan het gebied De tijd dat sociale woningen levensloze, uniforme op elkaar ­gestapelde hokjes waren, is reeds lang voorbij. Vandaag slagen de architecten er niet zelden in om ondanks de afgemeten ­financiële ruimte, toch gebouwen neer te zetten die een opvallende meerwaarde betekenen voor de omgeving. Zo ook op de Centrale Werkplaatsen. Hier komen 74 sociale koopwoningen. Geen 74 kopieën, maar wel verschillende woningtypes (rij­ woningen, gestapelde woningen, bel-etagewoningen en parkwoningen) die elk de structuur van de nieuwe Centrale Werkplaatsen mee vormgeven.

Rijwoningen (1) Langsheen de Karel Schurmansstraat komen 21 rijwoningen. Door hun specifieke inplanting met de voordeur aan de nieuwe Stoomstraat op de Centrale Werkplaatsen zelf en hun tuin grenzend aan de Schurmansstraat, kan men deze laatste vrij smalle straat luchtiger maken. De huidige blinde bak­ stenen muur in deze straat wordt nog maar half zo hoog en zal dienst doen als afsluiting van de tuinen van de nieuwe huizen. Daarmee behouden de Centrale Werkplaatsen hun besloten karakter, maar krijgen de passanten en huidige bewoners van de Schurmansstraat toch een veel aangenamer en – door de bomen van de tuinen – groener zicht.

Niet alle rijwoningen zijn overigens hetzelfde. Zo zijn er rij­ woningen met één verdieping en een autostaanplaats aan de woning, rijwoningen met twee verdiepingen en – op de kop aan de Smidsestraat – in elkaar geschakelde (verweven) woningen.

Bel-etagewoningen (2) Verder door op het terrein – richting de grote beschermde hal 9 – komt er nog een hele reeks bel-etagewoningen die op eenzelfde manier ingeplant zal worden als de rijwoningen. Opvallend is wel dat deze gebouwd worden op een onderin doorlopende parkeergarage. Daarboven staan 10 gezinswoningen met verdieping. Helemaal bovenaan komen nog eens 7 ­appartementen. De parkeergarage bestaat uit twee niveaus: één onder de grond en één op de gelijkvloerse verdieping. In deze garage zijn meer parkeerplaatsen voorzien dan nodig voor de 74 sociale koop­ woningen. De extra parkeerplaatsen kunnen dienen voor buurtbewoners die niet over een parkeerplaats beschikken of voor de functies die in hal 9 komen.

plan en schetsen © Nero architecten bel-etagewoning

8

CENTRALE WERKPLAATSEN


Parkwoningen (3) De meest opvallend geplaatste woningen zijn ongetwijfeld deze in het park. In plaats van een nieuwe straatwand op te bouwen op het terrein zelf, gaat men de woningen zo inplanten dat het groen van het centrale park doorheen de verschillende huizen waaiert tot aan de rijwoningen en de bel-etagewoningen. De bewoners zien zo op een groenere omgeving en de Centrale Werkplaatsen in het algemeen krijgen een groener karakter. Om dit te kunnen bereiken, tekenden Nero architecten een specifiek ontwerp. In elke parkwoning komen er namelijk vier woongelegenheden: twee woongelegenheden op de gelijkvloerse verdieping met een tuin, en twee woningen op de verdiepingen met een groot terras.

Verbindingen en hoogteverschillen De vrij grote hoogteverschillen tussen de Schurmansstraat en het terrein van de Centrale Werkplaatsen zijn vandaag niet zichtbaar door de muur. Toch was dit zeer determinerend voor het ontwerp. Zo zorgde het hoogteverschil ter hoogte van de bel-etagewoningen ervoor dat er daar een extra verdieping op kon, zonder dat dit de buurt zou storen.

Daardoor komen er kortere en aangenamere verbindingen doorheen het park. Zowel naar de publieksgerichte gebouwen op de Centrale Werkplaatsen zelf, als naar het Locomotievenpad en de Diestsesteenweg.

Conclusie De vormgeving en inplanting van de sociale koopwoningen 足geven het hele gebied extra mogelijkheden. Ondanks de in足 planting van 74 woningen gaat de omgeving opener en groener lijken. De start van de bouw van de koopwoningen, voorafgegaan door de sloop van de nog bestaande ateliers tegen de muur aan de Schurmansstraat, is voorzien in het voorjaar 2009. Ontwerpers sociale koopwoningen: De Multidisciplinaire Architectenvennootschap Nero Info over de aankoop van een sociale woning: SWAL, info@swleuven.be, tel. 016 31 62 00

Op verschillende plaatsen in de Schurmansstraat komen ver足bindingen voor voetgangers en fietsers, via trappen en 足hellingsbanen, tussen de straat en het terrein van de Centrale Werkplaatsen.

rijwoningen

parkwoningen

CENTRALE WERKPLAATSEN

9


2   3

Private koopwoningen maken intieme woonstraTEN Wie regelmatig langs de Diestsesteenweg komt, ziet reeds sinds eind 2007 ongeveer ter hoogte van de Blauwputkerk een hele reeks nieuwe woningen uit de grond schieten. Op de hoek van de Smidsestraat en de Diestsesteenweg verrijzen namelijk de eerste woningen van de Centrale Werkplaatsen nieuwe stijl, geheel in de filosofie van het gebied dat veel mensen in een aangename, stedelijke context wil herbergen. Het is het eerste deel van de in totaal ca. 170 woningen die ontwikkelaar Matexi in dit gedeelte bouwt.

10

CENTRALE WERKPLAATSEN

© Matexi

Verdicht bouwen Door de bijzonder gunstige ligging – op wandelafstand van het station en de centra van Kessel-Lo en Leuven – konden er best heel wat woningen komen. Daarom zochten de Leuvense ­architecten in hun ontwerp naar een goed evenwicht tussen bebouwing en open ruimte. Bij het appartement langs de Smidsestraat en de langsbebouwing aan de Diestsesteenweg gebeurt dit op een eerder klassieke manier, maar bij de woonstraten gebeurt dit op een unieke wijze.


Woonstraten (1) De truc om de nodige kwaliteit te brengen in dit dichtbebouwd gebied is de omdraaiing van het klassieke woonblok. Normaal gezien liggen de private tuinen ingesloten in bouwblokken en ligt het publieke gedeelte aan de buitenzijde. Vandaar dat klassieke tuinen in woonblokken weinig daglicht ontvangen. Daarom draaide men het systeem hier om. De voordeuren van de huizen komen aan de binnengebieden van de bouwblokken te liggen, die uitgewerkt worden als woonerven, terwijl de ­tuinen aan de buitenkant komen en dus meer zonlicht krijgen. De koppen van het bouwblok worden overbouwd zodat de woon­erven een meer intiem/omsloten karakter krijgen. Onder twee van de woonerven zijn er ondergrondse parkeer­ plaatsen voorzien. Zo blijven de woonerven zelf maximaal ­autovrij. Opvallend zijn ook de achterzijden van de gebouwen die zeer on-Vlaams strak ontworpen zijn. De voorgevels daarentegen verspringen wel op verschillende plekken, waardoor iedere ­woning aan die kant wel een eigen identiteit krijgt. De combinatie van deze verspringende gevels en het woonerf, zullen de binnenstraat ongetwijfeld een specifiek karakter geven.

Het appartementsgebouw in de Smidsestraat (2) Dit gebouw vormt de sluitsteen van het centrale park. Het bestaat uit twee volumes: een hoger volume dat zich op het park richt en een lager volume dat zich inpast in de kleinere schaal van de Smidsestraat. De 30 appartementen in het hoger volume zijn maximaal opengewerkt naar het park met ruime terrassen, terwijl het lager volume met 6 wooneenheden de meer gesloten vorm van de traditionele woningen aan de Smidsestraat aanneemt. Tussen beide volumes ligt een informele toegangsstraat en ondergronds zit de autoparking.

De langsbebouwing van de Diestsesteenweg (3) Deze wand vervolledigt de gebouwenwand langsheen de Diestsesteenweg. Net als in het appartementsgebouw in de Smidsestraat is ook hier in de ondergrond een autoparking. Op de gelijkvloerse verdieping zijn winkelruimten terwijl er op de verdiepingen bovenaan 39 appartementen gerealiseerd worden. De langsbebouwing is geen monolitisch blok langs de steenweg, maar is opgedeeld in verschillende aaneengesloten volu-

mes waarvan er een aantal iets verder van de steenweg staan. Op drie plaatsen is er een twee bouwlagen hoge overbouwing voorzien. Daar zitten de toegangen tot de appartementen en ontstaan er zichten en doorgangen van de Diestsesteenweg naar de woonstraten op de site zelf. In één van de winkelruimten komt over twee verdiepingen de nieuwe vestiging van het integratiecentrum van de stad ­Leuven. Dit ‘open huis’ zal direct zichtbaar zijn vanaf de straat door de glazen wanden. In de polyvalente ruimte op de gelijkvloerse ­verdieping zullen allerlei inter-culturele evenementen voor de Leuvenaars (debatten, workshops, tentoonstellingen, …) georganiseerd worden. Op de verdieping krijgen de basiswerkers van de stedelijke integratiedienst een nieuw onderkomen. Eind 2009 zal het integratiecentrum naar hier verhuizen.

Duurzaam bouwen In dit project is er bijzondere aandacht besteed aan duurzaam bouwen. De woningen moeten op dit vlak beter scoren dan een doorsnee nieuwbouwwoning en de wettelijke norm. Heel concreet betekent dit dat er extra inspanningen gedaan zijn op het vlak van de isolatie en de luchtdichtheid van de woningen, het hergebruik van regenwater, het gebruik van hout afkomstig uit duurzaam bosbeheer, het gebruik van hoogrendementstechnieken bij de verwarming, enz.

Toekomstige bewoners Ontwikkelaar NV Matexi verkoopt het leeuwendeel van zijn ­woningen op de vrije markt. Toch moet een deel van de ­woningen opengesteld worden voor zogenaamde midden­ groepen. Met deze maatregel wil de stad de mensen onder­ steunen die een belastbaar inkomen hebben dat te hoog is om in aan­merking te komen voor sociale koopwoningen, maar te laag om een w ­ oning te betalen op de klassieke vrije woonmarkt. Tegenover een lagere aankoopprijs voor die ‘middengroep­ woningen’ staat wel de verplichting dat de koper de woning 20 jaar lang zelf bewoont en in eigendom houdt.

Ontwikkelaar: NV Matexi Ontwerpers: BVBA VBM Architecten (nu: Lava Architecten en Bogdan & Van Broeck Architects) en Architectenvennootschap BVBA WIT Verkoopswebsite: www.centralewerkplaatsenleuven.be

CENTRALE WERKPLAATSEN

11


Hal 9: tweede leven als jeugdcentrum Het meest opvallende beeld van de oude Centrale Werkplaatsen waren zonder twijfel de grote hallen. Veel van deze enorme industriële complexen werden binnenin gekenmerkt door een mooi diffuus licht dat via raamopeningen in de gevels en lichtstroken in het dak binnenviel. De grote overspanningen en het licht maakten de hallen ook in de jaren na de leegloop bijzonder populair bij onder andere fotografen. Ondermeer daarom besliste men de mooiste en de qua erfgoedwaarde meest interessante exemplaren te bewaren en te reserveren voor de (semi-) publieke functies op de nieuwe Centrale Werkplaatsen. De meest indrukwekkende van alle hallen is zonder twijfel hal 9, op de hoek van de Schurmansstraat en de Werkhuizenstraat. Dit gebouw – dat dateert uit de jaren ‘20 van de vorige eeuw – is binnenin één open ruimte waarvan het dak gedragen wordt door grote, ijzeren spanten. Op deze opvallende plek die vroeger een ketelmakerij was, zal de stad haar jeugdcentrum vestigen. Concreet betekent dit dat het gebouw een hele reeks kinder- en jeugdvoorzieningen zal huisvesten: naast een grotere ontmoetingsruimte komen er ondermeer opvanglokalen, atelier­

ruimten en een overdekte speel- en sportruimte. Daarnaast is ook ruimte voorzien voor kantoren van de stedelijke jeugddienst, vergaderlokalen en een infopunt.

Open oproep Om een ontwerper voor de restauratie en herbestemming van deze beschermde hal te selecteren, maakte de stad gebruik van het ‘Open oproepsysteem’ van de Vlaamse Bouwmeester. Uit de oorspronkelijk 148 kandidaat-ontwerpers koos men finaal architect Karel Vandenhende en zijn team. Zijn voorstel concentreert een aantal functies in een nieuwe voorbouw, zodat de openheid en de lichtinval in de historische hal optimaal bewaard blijven.

Opbouw van het gebouw Concreet komt er tegen hal 9, op de plaats waar vroeger ook bijgebouwen stonden, een nieuwe twee bouwlagen hoge voorbouw

plan en tekeningen © Karel Vandenhende

12

CENTRALE WERKPLAATSEN


in staal en glas. Dit vrij smal volume geeft hal 9 een duidelijk gezicht naar de Centrale Werkplaatsen en de Werkhuizenstraat toe. Op de gelijkvloerse verdieping van de voorbouw komen de ­publiek toegankelijke ruimten van de jeugddienst (onthaal, info­ punt,… ), terwijl op de eerste verdieping kantoren komen voor het personeel van de jeugddienst.

Blokken Om de openheid van de hal optimaal te behouden en de binnen­gevels van het gebouw maximaal te bewaren, bedachten de ontwerpers een opvallend systeem. Alle nieuwe ruimten in het gebouw (ateliers, leslokalen, vergaderruimten, eetruimten) worden geplaatst in grote houten blokken die los staan van de bestaande wanden.

Zicht in hal 9

Dit systeem vrijwaart niet alleen de mooie bestaande structuur van de hal, maar maakt ook de invulling van de hal bijzonder flexibel. De blokken zijn namelijk makkelijk uitbreidbaar of inkrimpbaar al naar gelang de behoeften van het moment: kleinere blokken kunnen bijvoorbeeld functioneren als bergplaatsen en zijn ook eenvoudig verplaatsbaar of kunnen samengevoegd worden tot trappen, tribunes, verdeelwanden enz. De resterende open ruimte in de hal kan dan gebruikt worden als een grote en een kleine overdekte speelruimte, al dan niet in combinatie met de buitenruimte rond de hal waar ondermeer een stedelijk plein ligt. Op de andere plekken rondom het gebouw komen verschillende hellingen en buitentrappen die het hoogteverschil tussen de omliggende straten en het terrein van de Centrale Werkplaatsen voor voetgangers en fietsers overbruggen.

Zicht vanuit de Schurmansstraat

Conclusie De hele hal 9 wordt dus geen definitief afgewerkt gebouw waar alle functies voor eens en altijd vastgelegd zijn, maar zal een flexibel geheel vormen dat de jeugddienst naargelang de noden en wensen wisselend kan invullen binnen het historisch kader van een ‘monument’. Dit basisvoorstel zal verfijnd worden na overleg met de toekomstige gebruikers en Monumentenzorg. De start van de restauratie- en herbestemmingswerken is voorzien in 2012. Ontwerper: architect Karel Vandenhende Zicht vanuit het aangrenzende plein

CENTRALE WERKPLAATSEN

13


Vlierbeekveld een HEDENDAAGSE sociale tuinwijk In de deelgemeente Kessel-Lo – in het binnengebied tussen de abdij van Vlierbeek en de supermarkt langs de steenweg – komt een tuinwijk van zes hectaren. Rond een park zo groot als twee kleinere voetbalvelden samen, komt een hele reeks sociale woningen. Om de nodige variatie te brengen in de wijk en tegelijk toch een logisch stedenbouwkundig geheel te maken, koos men ervoor het stedenbouwkundig ontwerp te laten opmaken door één bureau (Nero), en de gebouwen zelf te laten ontwerpen door drie andere bureaus (cf. verder).

Rustige woonstraten De straten in de wijk zullen voornamelijk gebruikt worden door de toekomstige inwoners. Het doorgaand verkeer zal zwaar ontmoedigd worden, ondermeer door de inrichting van de straat. Zo zullen het straatmeubilair, de belichting, de bomen enz. vooral oog hebben voor de veiligheid van de fietser en de voetganger.

Een centraal park Het park – midden in de woonwijk – is een stapsteen in de ­keten van groenstructuren in de omgeving die via de abdij van Vlierbeek naar het Heuvelhofpark leidt. Maar uiteraard is het park vooral interessant voor de bewoners van de wijde om­ geving. Het zal dan ook drie zones omvatten die elk een eigen sfeer en inrichting krijgen. • Centraal komt een rustige lig- of speelweide.

© DAS en WIT Architecten

14

VLIERBEEKVELD

• De zone rondom zal worden ingericht als een tuinzone. Verschillende grote bomen geven er schaduw aan ondermeer een kinderspeeltuintje en een sportveld. • De zone tussen de centrale weide en de ‘tuinzone’ tenslotte, overbrugt het hoogteverschil tussen beide via hellinkjes met gras en wandelpaden. Op het laagste punt komt een rietveldje dat zorgt voor de opvang en insijpeling van het regenwater in de bodem.

Vier verschillende woonontwerpen De ruimte rond het park is opgedeeld in verschillende zones. De gronden aan de achterkant van de Delhaize (4) worden verkocht als sociale koopkavels, maar de drie andere zones krijgen een specifieke ontwerper. DAS en WIT architecten (1) In het park komen 29 appartementen in twee woonblokjes. Tussen beide komt een centraal pleintje dat het achterliggende centrale park verbindt met de groene buffer achter de ­woningen in de Molenstraat. Desmedt architecten (2) Langs de Kortrijksestraat komen 22 rijwoningen met twee bouwlagen. Samen zullen ze een levendige rand van het park vormen, doorsneden met twee openingen die het zicht vanuit het park naar de abdijkerk moeten vrijwaren.


© D+A consult nv

De huizen zijn vooral gericht op het comfort van de bewoners met veel invallend licht en veel opbergplaatsen. T’Jonck-Nilis Ingenieur-Architecten (3) Ook dit project creëert een volwaardige wand voor het park. Opvallend aan dit ontwerp is de visie van de architecten om het project als geheel te benadrukken en niet te veel aandacht te schenken aan de accentuering van ieder van de 37 individuele woningen. Om dit te realiseren tekenen ze ondermeer weinig opzichtige buitendeuren of laten ze glaspartijen doorlopen over verschillende woningen zodat de perceelsgrens aan de buitenkant niet duidelijk zichtbaar is. Om de levendigheid van de straatzijde te stimuleren, komen aan deze zuidzijde naast carports ook de zonneterrassen.

© Desmedt architecten

De woonkamers bevinden zich op de eerste verdieping. Dit ­verbetert niet alleen de privacy van de bewoners, maar biedt ook een goed zicht op de abdij en het park. Elke woning is ook bedacht met een eigen, rechtstreekse toegang tot de tuin.

Stedenbouwkundige studie: De Multidisciplinaire Architectenvennootschap Nero Bouwheer sociale woningen: SWAL en Dijledal. Invulling publieke ruimte: D+A consult, i.o.v. de Vlaamse Maatschappij Sociaal Wonen afdeling gesubsidieerde infrastructuur

© ’t Jonk-Nilis Ingenieur-Architecten

VLIERBEEKVELD

15


Inrichtingsplan Wakkerzeelsebaan-Ursulinenstraat Een nieuwe woonwijk langs de sporen Jonge gezinnen vinden in Leuven niet altijd makkelijk een goede betaalbare woning. Om hen tegemoet te komen zal de stad een nieuwe, vrij uitgebreide groene woonwijk laten bouwen in ­de deelgemeente Wijgmaal, meer bepaald in de gebieden tussen de Wakkerzeelsebaan en de Ursulinenstraat. Beide gebieden waren in het structuurplan geselecteerd als woonontwikkelingsgebieden, wat betekent dat ze prioritair in aanmerking komen voor de bouw van bijkomende woningen. Het hele project is gemaakt op maat van Wijgmaal. De wijk zal de kern van de deelgemeente versterken en de omringende open r­ uimte blijft gevrijwaard van onnodige bebouwing. De meest specifieke eigenheid van dit gebied is zonder twijfel de drukke spoorlijn Leuven-Mechelen die het gebied doorsnijdt.

alle plannen en afbeeldingen©BUUR

Centraal park Om het geluid van de treinen niet in de woonwijk te laten binnendringen, voorziet het inrichtingsplan een groot park. Door zijn specifieke opbouw vormt het een akoestische ­buffer tussen de woningen en de treinen. Naast de aangepaste groeninplantingen komen er ook heuvels en geluidsschermen. De heuvels maken deel uit van een speelweide terwijl de schermen – die aan de publieke zijde ondermeer kunnen dienst doen als klimmuur of zitbank – volledig opgenomen zijn in de inrichting van het park. Dwars door het park, parallel aan het spoor, komt een fietspad dat aansluit op de reeds bestaande fietsverbindingen in Wijgmaal.

16

Alles samen komt er 2,5 ha nieuwe publieke ruimte in de omgeving bij. Daarmee zal dit groengebied samen met het Rietens­ park een groene stapsteen vormen tussen de Dijlevallei en het open agrarisch gebied ten noorden van Wijgmaal.

WAKKERZEELSEBAAN-URSULINENSTRAAT


Recht op het park komen de nieuwe straten uit die ingericht worden als woonerf. Zo is het park uitgesproken aanwezig en duidelijk zichtbaar in heel Wijgmaal.

Woningen Rondom het park komen ca. 220 nieuwe woningen: ongeveer 50 gestapelde woningen en 170 ééngezinswoningen met tuin.

geluidsabsorberende heuvel in speelweide

Aan het park en de bestaande straten komt een gesloten bebouwing. In de woonerven – dwars op het park – zijn ook half open huizen voorzien. Op de hoeken van de site komen gestapelde woningen die herkenningspunten vormen binnen het project en voor de omgeving. Er zijn zowel private woningen als sociale huur- en koopwoningen. Daarnaast zullen ook enkele onbebouwde kavels te koop aangeboden worden, sommige als sociale bouwkavels. De gronden van het betreffende gebied zijn vandaag nog in ­eigendom van het OCMW van Leuven, de ontwikkelaar Matexi en een aantal particulieren. Naast de woningen is er ook ruimte voorzien voor gemeenschapsvoorzieningen (bv. buurthuis, kinderkribbe ...) en voor kleinschalige commerciële activiteiten (bv. buurtwinkel, bakker, …).

perspectief vanuit het park

Verder verloop procedure Dit inrichtingsplan van het Leuvense bureau BUUR is in de loop van oktober en november 2008 voorgesteld aan de buurtbewoners. Op basis van hun opmerkingen kan het plan nog worden bijgestuurd. Begin 2009 start de dienst planning van de stad Leuven dan met de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP). Pas als dit RUP klaar en goedgekeurd is kan men starten met de concrete ontwerpen van de woningen. inrichtingsplan: BUUR

geluidsschermen met recreatieve functies

WAKKERZEELSEBAAN-URSULINENSTRAAT

17


Het Janseniushof zal samen met Barbarahof en Hertogeneiland de Leuvense benedenstad opnieuw inkleuren. Deze drie nieuwe woon­ gebieden zullen met elkaar verbonden zijn via een park langs de opengelegde Dijle. Het Janseniushof zelf ligt langs de Dijle, tussen de Minderbroedersstraat en de Janseniusstraat.

Janseniushof Nieuw leven langs de Dijle

Een nieuw park langs de Dijle maakt een aantal monumenten zoals de oude stadsmuur, de Jansenius- en de Lipsiustoren, het Justus Lipsiuscollege en de Dijlesluis opnieuw zichtbaar in het stadsbeeld. Het park omvat ook het speelplein van het Paridaensinstituut dat tijdens de schooluren gereserveerd blijft voor de leerlingen, maar daarbuiten voor iedereen toegankelijk wordt.

Justus Lipsiuscollege

Dijlesluis

In Janseniushof komen maximaal 214 woningen, van verschillende types en groottes, met extra aandacht voor minimaal energieverbruik. In overleg met de stad engageert de ontwikkelaar zich om een 20-tal sociale huurwoningen voor senioren en een 20-tal woningen voor midden­groepen te realiseren. Tegelijk komt er ook ruimte voor een gemeenschapsvoorziening, bijvoorbeeld kinderopvang. 18

JANSENIUSHOF

Een nieuwe verbindingsweg tussen de Janseniusstraat en de Minderbroedersstraat vormt de as van het project. Halfweg komt een stedelijk pleintje met bomen. Vanaf dit pleintje zijn er zichten op half verscholen binnentuinen en het nieuwe park.

links Lipsiustoren, rechts Janseniustoren


Fietsers en voetgangers krijgen twee specifieke routes die het gebied doorkruisen: ééntje langs de Dijle en op termijn een dwarse verbinding tussen het Grasmushof en het Damiaanplein.

In het park staan twee geïsoleerde gebouwen: één laag volume tegen het speelplein en één alleenstaand volume op de grens van het stedelijk pleintje en het park dat mogelijk als een slanke toren gaat ontworpen worden.

speelplein Paridaens

Aan de overzijde van het park lijnen panden van 4 à 5 bouwlagen de nieuwe hoofdstraat af. In het achterliggende gebied richting Kapucijnenvoer zijn de gebouwen – van gemiddeld drie bouwlagen en een dak – geordend langs een nieuwe straatlus.

© De Gregorio & Partners

© De Gregorio & Partners

Door de wagens in twee ondergrondse parkings te plaatsen, blijven de straten aangenaam autoluw. Bovengronds blijven er nog wel enkele bezoekersparkeerplaatsen over ter hoogte van een kiss&ride zone aan het speelplein van de school.

Ontwerpers: Pilootproject De Gregorio & Partners i.s.m. Conix Architects en professor Paul Van Aerschot en Wirtz International voor de parkaanleg Ontwikkelaar: Resiterra NV Openbaar onderzoek ruimtelijk uitvoeringsplan: najaar 2009 Start bouwwerken: najaar 2010

JANSENIUSHOF © De Gregorio & Partners

19


WOONWIJK NABIJ ROESELBERGDAL – EIKENBERGSTRAAT Doorzonwijk Op een ruim onbebouwd perceel, midden in een woonwijk uit de jaren ’60 en ’70, komt een reeks nieuwe huizen. Tussen de Eikenbergstraat en het Roeselbergdal in de deelgemeente Wilsele, plant men een nieuwe straat, met aan beide zijden sociale koop- en huurwoningen (verhouding 2/3 - 1/3).

Groen karakter In deze nieuwe verkaveling – op de plek waar de nieuwe straat een knik maakt – komt een centraal gelegen publiek pleintje met een groene speelzone. Samen met het aangrenzende Roeselbergdal én de bomen in de voortuinen, krijgt het nieuwe wijkje zo een specifiek groen karakter dat zeer bevorderlijk zal zijn voor de woonsfeer.

Woningen Iedere kavel zal ongeveer even breed zijn. Toch komen er verschillende soorten woningen.

Ook de woningen met een grotere perceelsdiepte worden teruggetrokken t.o.v. de straat. Bewoners profiteren dan zowel van de ochtend- als de avondzon. Om het ruimtegevoel op de vrij beperkte percelen te vergroten, schenken de ontwerpers veel aandacht aan de inrichting van de overgangen: zowel de overgangen tussen woningen en tuinen als de overgangen tussen publieke en private ruimten. Zo heeft elke koopwoning bijvoorbeeld een parkeerzone en een fietsenstalling die tegelijk dienst zal doen als toegang naar de berging in de woning. De leefruimten in de huizen zijn ontworpen volgens het ‘doorzon’-principe. Er is dus contact met de straat én de tuin. Grote glasvlakken vergroten het ruimtegevoel en geven een mooi uitzicht op de omgeving. Door het terugtrekken en in- en uitspringen van verschillende volumes in de gevels ontstaat een gevarieerd, maar toch sober, ruimtelijk geheel.

De woningen met ondiepe, noordgerichte tuinen staan centraal op het perceel. Zo blijft er ruimte over om voor- en achtertuinen te maken die zullen afgeboord worden met muren en planten.

Ontwerpers na wedstrijd AGSL (Autonoom Gemeentebedrijf Stadsontwikkeling Leuven): HONK-architecten Opdrachtgever en info over de aankoop en huur van een sociale woning: SWAL, info@swleuven.be, tel. 016 31 62 00 © Honk-architecten

20

EIKENBERGSTRAAT


wittebolsstraat omgeving bepaalt nieuw woonwijkje In de Wittebolsstraat in Wijgmaal ligt vandaag een groot stuk onbebouwd maar hellend terrein. Het terrein wordt sterk gedetermineerd door de specifieke omgeving. Zo loopt aan de ene zijde van het terrein een hoge bakstenen muur van het kerkhof, terwijl aan de andere zijde een diep in het terrein liggende vrijstaande woning staat. Tussen beide werelden komt een woonproject van 11 sociale woningen dat duidelijk beïnvloed is door deze specifieke randvoorwaarden. Zeker het terreinverloop structureert het project.

Verschillende soorten rijwoningen De Leuvense architecten kozen bewust voor rijwoningen in plaats van vrijstaande of koppelwoningen. Niet alleen omdat dit een meer economische bouwwijze is, maar ook omdat in de sociale koopsector rijwoningen voor 30% extra worden gesubsidieerd. Iedere rijwoning telt 4 kamers, maar is verder op diverse manieren opgebouwd. Zo is de rij aan beide zijden afgesloten door een gelijkvloerse hoekwoning. Omwille van het terreinverloop is er bij de linkse woning echter een hoogteverschil tussen straat- en tuinzijde. Rechts daarvan staan 5 gelijkvloerse rijwoningen, met een zelfde hoogteverschil voor-achter. Hierdoor heeft men tel-

kens vanaf de straat al een ongewoon groot zicht op de tuin. Rechts van deze rij zijn er vier bel-etagewoningen met een fietsenberging onderin. De gelijkvloerse woningen hebben een fietsenberging aan de straat. Alle woningen hebben een parkeerplaats op eigen terrein. Omdat de woningen links van de rij lager ingeplant zijn dan de straat, is daar de parkeerplaats opgehoogd tot straatniveau. Een keerwand in beton scheidt deze verharde zone af van een voortuin die de woningen privacy biedt. De reeks woningen verspringt over de hele lengte licht in de diepte en in de hoogte om de overgang te maken tussen kerkhof en woning links. Twee verschillende kleuren gevelsteen brengen nog meer variatie in het straatbeeld. Een nadeel van rijwoningen in een vrij landelijke omgeving is uiteraard dat de tuin moeilijk bereikbaar is. Deze woningen passen daar een mouw aan: ze bieden een onbelemmerde, brede doorgang van voor- naar achterdeur. Zo kan er nog vrij eenvoudig tuingerei binnengebracht worden door het huis zonder het wonen veel te verstoren.

Ontwerp: T’Jonck-Nilis Ingenieur-Architecten Opdrachtgever en info over de aankoop van een sociale woning: SWAL, info@swleuven.be, tel. 016 31 62 00

© ’t Jonk-Nilis Ingenieur-Architecten

WITTEBOLSSTRAAT

21


Parkveld Ruimtebesparende bouwmethoden In de Mozaïek van 2007 stond reeds uitvoerig het inrichtingsplan van Parkveld. De plannen voor deze zone – grofweg het gebied tussen de abdij van Park en het bedrijvenpark van Haasrode – zijn intussen geëvolueerd van een (onderzoekend) inrichtingsplan naar een concreet ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) waarvan het openbaar onderzoek midden november 2008 eindigde. Het gaat over een project dat zowel de bestaande woonwijk aan de Vinkenbosstraat en de Milseweg als het bedrijvenpark aan de Meerdalboslaan zal vergroten. De meest in het oog springende elementen zijn het grote, groene buffergebied tussen beide en de zeer ruimtebesparende bouwmethoden die zowel in de woonwijk als het bedrijvenpark zullen toegepast worden.

© basisplan BOB361architecten

Groengebied De groene zone tussen de uitgebreide woonwijk en het bedrijvenpark zal deel uitmaken van de schakel groengebieden tussen de deelgemeente Heverlee en Haasrode (met o.a. het Heilig Hart, het militaire oefenveld, de abdij, de Philipssite…). Deze groene linken zijn niet alleen interessant voor omwonenden, maar ook ecologisch erg waardevol. Het groengebied zelf bestaat uit twee delen: het bospark en de actieve buffer. In het bospark bepaalt het bestaande reliëf niet alleen de ligging van de voet- en fietspaden, maar vormt het ook de basis voor de verschillende poelen die het water uit de deels verharde omgeving moeten opvangen. Daarnaast komt 22

PARKVELD

ook een zogenaamde actieve buffer: een groene zone met veel speel- en sportinfrastructuur voor de buurtbewoners en de mensen van de naastgelegen bedrijven.

Vernieuwende woontypes Aan de rand van het groengebied – langsheen de Geldenaaksebaan – komen opvallende parkwoningen. Deze woningen zullen geclusterd worden in enkele woonblokken. Zo zijn alle woningen gericht op het groen en blijft het park tegelijk toch grotendeels onbebouwd. Ook in de aanpalende woonwijk komen huizen die niet ruimteverslindend zijn. In de tuinwijk – die aansluit op de verlengde Vinkenbosstraat – plaatst men de huizen niet zoals gewoonlijk in het midden van het perceel, maar op de perceelsgrens. Zo worden de tuinen ruimer en lichter. Ook de woningen in de gesloten bebouwing langs de Parkweg – de verbindingsweg tussen de Geldenaaksebaan en de ­V inkenbossstraat – krijgen een opvallende opbouw. Onder de bel-etagewoningen loopt daar namelijk een onopvallende halfonder­grondse parkingstraat. Door het wegzinken van de auto’s onderin en het feit dat de grens tussen de straat en het park volledig onbebouwd blijft, krijgt de buurt een uniek woonkarakter.

De zeer opvallende rijwoningen langs de Parkweg © BOB361architecten


Compact bedrijventerrein Net als bij de woningen, zal ook het bedrijvenpark een ruimte­ vriendelijke structuur krijgen. Zo groepeert men ondermeer de bedrijven in vier aaneengesloten blokken zodat de manoeuvreer­ ruimte van vrachtwagens bijvoorbeeld gecentraliseerd en gedeeld kan worden door de verschillende bedrijven binnen eenzelfde bouwblok. Een ander opvallend element is de parking die bovenop de gebouwen komt.

Verkeersstructuur Het verkeer van en naar het bedrijventerrein zal via de Meerdaalboslaan gebeuren. Zo is er de rotonde op de Meerdaalbos­ laan aan het op- en afrittencomplex van de E40. Daarnaast is er ook een principieel akkoord tussen de stad Leuven en het Vlaams Gewest over de aanleg van een rotonde op het kruispunt van de Geldenaaksebaan en de Meerdaalboslaan. Beide rotondes zullen de hele verkeersstroom in de omgeving her­ organiseren. De ontsluiting van de nieuwe woonwijk gebeurt via de Parkweg, het verlengde van de Vinkenbosstraat. Deze sluit aan op de Geldenaaksebaan recht tegenover de Petrusberg.

de autoparkeerplaatsen op het dak © BOB361architecten

Infohuis stadsvernieuwing niet langer in Tweebronnen Vanaf begin december verhuist een groot aantal stadsdiensten naar het stads­ kantoor aan het station. Ook het infohuis stadsvernieuwing gaat mee. In het stadskantoor zal niet langer een balie zijn, maar uiteraard kan je nog wel steeds bij ons terecht via infohuis@leuven.be of via het nieuwe telefoonnummer 016 272 234. Via deze media kan je ook een afspraak maken voor meer persoonlijke uitleg. Daarnaast blijven natuurlijk de website www.leuven.be/stadsvernieuwing, de Mozaïek, de infovergaderingen , de rondleidingen enz. doorgaan. Meer info over de verhuis van de stadsdiensten in het algemeen: www.stadskantoor.be

PARKVELD

23


Š foto: AndrÊ Nullens

VOOR

NA woning De Belder-Robijns (BOB361 Architecten) | medewinnaar van de vierjaarlijkse architectuurprijs Leuven 2004-2008 voor de publieksjury | organisatie Stad en Architectuur vzw in opdracht van de stad Leuven


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.