2 minute read

In het spoor van de nieuwe veldwachter

OP PAD MET RON ARNAR NOËT, ONZE NIEUWE BIJZONDERE VELDWACHTER

Sinds kort is er in onze natuurgebieden een bijzondere veldwachter aan de slag. We gingen met Ron Arnar Noët een kijkje nemen op een stukje van zijn werkgebied. Dat is behoorlijk uitgestrekt. Van de Sahara tot de Heuvelse Heide, de Watering, Blekerheide, Kattenbosserheide, Hoeverheide, Riebosserheide, Meysterbergen en meer.

Wat houdt de functie van ‘bijzonder veldwachter’ in?

“Een bijzondere veldwachter is een officier van de gerechtelijke politie. De opleiding is ook bij de politieschool. Kwestie van wetgeving gaat het over de handhaving van het jachtdecreet, het natuurdecreet, de wet op de riviervisserij, het bosdecreet en het veldwetboek. Ik ben actief op het terrein en voer sensibiliseringsacties uit bij de gebruikers.”

Is het enkel sensibilisering of gaat het verder?

“Het gaat ook over handhaving. De stad ziet duidelijk de noodzaak in dat ik in de natuurgebieden inbreuken kan vaststellen die kunnen uitmonden in een administratieve sanctie.”

Kan je enkele voorbeelden geven?

“Simpel gezegd moet de fauna en flora de nodige rust krijgen. Ik spoor bezoekers van de natuurgebieden aan om eerbied te hebben voor de natuur. Het zijn de gekende zaken: honden aan de leiband, mountainbikers in wandelgebieden, picknicken of sluikstorten. Een man zei me ooit dat zijn loslopende hond toch ook een stukje natuur was. Nee, want het is ondertussen een huisdier, maar de hond kan bijvoorbeeld een ree achterna zitten in de natuur. Sommige zaken moet ik keer op keer uitleggen, maar dat is geen probleem.”

Waar kan je het verschil maken?

“Mijn aanwezigheid heeft zeker effect. Ik rij herkenbaar rond met de auto en ik ben in uniform. Ik maak een praatje met de mensen. Ik ben niet op zoek naar overtredingen, maar als ik er tegenkom, doe ik er iets mee.”

Mis je geen collega’s? Want je bent alleen aan het werk.

“Nee, dat mis ik niet. Ik kan het nog goed met mezelf vinden (lacht). De natuur is mijn vriend. En ik heb regelmatig overleg met bepaalde instanties, zoals de politie.”

Je middelste naam, Arnar, klinkt Noors.

“Dat klopt. Mijn roots liggen in Noorwegen. Ik ga er elk jaar naartoe. Daar kan het nog echt stil zijn in de natuur. Mijn vader was trouwens ook een natuurmens, een jager. Hij nam me altijd mee naar het bos. Ik kan het zelf ook niet laten. Niet alleen voor mijn werk, maar ook in mijn vrije tijd vind je me in het bos.”

This article is from: