Naam: ……………………………………………….……………………………………. Nr:….......
1
De kaft van het boek. Welke gegevens vind je allemaal op de kaft van een boek? En welke overige gegevens vind je in een boek?
Op het kaft.
In het boek.
………………………………………….. …………………………………………
................................................................ ….……………………………………..
…………………………………………
.………………………………………..
…………………………………………
....……………………………………..
…………………………………………
...……………………………………...
…………………………………………
....……………………………………..
…………………………………………
………………………………………..
…………………………………………
………………………………………..
…………………………………………
………………………………………..
Soorten boeken. Leesboeken:
Weetboeken:
…………………………………………..
………………………………………….
…………………………………………..
………………………………………….
…………………………………………..
………………………………………….
…………………………………………..
…………………………………………..
…………………………………………..
…………………………………………..
…………………………………………..
…………………………………………..
…………………………………………...
…………………………………………...
2
Tijd voor een spelletje. 1. Van 3 maart tot 18 maart 2007. 2. Er zijn verschillende soorten boeken. Er zijn leesboeken en ook ......... 3. De korte inhoud op de achterzijde van het boek. 4. Een ander woord voor de auteur van een boek. 5. Een ander woord voor de omslag van het boek. 6. Dit dier staat op de affiche van de jeugdboekenweek. 7. Lees jij ook zo graag de boeken van Harry ............? 8. Dit is het thema van de jeugdboekenweek. 9. De tekenaar of ................. zorgt voor de tekeningen. 10. Gedichten of ............
1
2
3
4
5
6
8
9 10
7
Van schrijver tot boek. Ieder zijn taak… Verbind wat samen hoort. boekbinder
●
verbetert fouten
●
schrijft het boek
●
maakt de tekeningen
●
bedrijf dat het boek laat maken
●
eerste lege bladzijde
●
schrijft het boek in een andere taal
●
leest het boek kritisch na en zegt of het een goed boek is
●
bindt papier en omslag mooi samen tot een boek
●
geeft het boek vorm
●
drukt het boek op mooi papier
●
corrector ●
auteur ●
illustrator ●
uitgeverij ●
schutblad ●
drukker ●
ontwerper ●
vertaler ●
lector ●
Het boekkiemonster
Mmm, een boek…
In een kleurboek dansen wasco’s in een fotoboek leven foto’s in een sprookjesboek zit een tovenaar. Bij een liedjesboek hoort een gitaar.
maar het leukste is oma’s kookboek want daarin zit een pannenkoek.
Verschillende boeken 1) Vul in. Boeken verdelen we in 2 grote groepen: de ………………………………………=……………………………………...... en de …………………………………...=………………………………………..
2) Voor welk soort boek staan volgende pictogrammen? 1.
………………………………….
6.
………………………………..
2.
…………………………………
7.
………………………………
3.
…………………………………
8.
………………………………
4.
…………………………………
9.
………………………………
5.
…………………………………
10.
……………………………
3) Zoek het soort verhaal aan de hand van de titel 1. De verdwenen vulpen : …………………………………………………...... 2. Voor altijd bij jou : …………………………………………………………… 3. De Griezelbus 4 : ……………………………………………………………. 4. Tarzan : ……………………………………………………………………….
4) Maak je eigen pictogram in de kader. Betekenis ? ..……………………………………..
………………………………..................................
Mijn avonturenverhaal.
Enquête: Boekpromotie en leesbevordering: ‘Wat vind ik van lezen?’ 1) Lees je graag boeken? (kleur het juiste bolletje in) 0 ja, heel graag 0 nogal graag
0 niet zo graag 0 nee, helemaal niet graag
2) Wat lees je het liefste? (kleur het juiste bolletje in) 0 dikke boeken
0 dunne boeken
0 om het even
3) Welke van volgende soorten lees je het liefst? Schrijf een 1 voor het genre dat je het liefste leest. Schrijf een 2 voor het genre dat je het tweede liefste leest. Schrijf een 3 voor het genre dat je het derde liefste leest. __ Griezelverhalen __ Liefdes/vriendschapsverhalen __ Gedichten __ Waar gebeurde verhalen __ Dierenverhalen __ Verzonnen verhalen
__ Strips __ Avonturenverhalen __ __ __ __
Grappige verhalen Spannende verhalen Boeken over mijn hobby of sport Sprookjes
4) Heb je graag prenten in je boek? (kleur het juiste bolletje in) 0 ja
0 nee
0 om het even
5) Hoe dikwijls lees je? (kleur het juiste bolletje in) 0 vaak
0 soms
0 nooit
6) Wanneer lees je? (kleur het juiste bolletje in) 0 ’s avonds in bed 0 enkel in de vakanties
0 wanneer ik tijd heb 0 andere _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
7) Wat vind je het leukst? (kleur het juiste bolletje in) 0 als je zelf leest
0 als iemand voorleest
0 als iemand vertelt
8) Ga je naar de bibliotheek? (kleur het juiste bolletje in) 0 ja, vaak
0 ja, soms
0 alleen als het moet 0 nee, nooit
9) Wat is je lievelingsboek? (schrijf de titel en eventueel de schrijver op de lijntjes) _____________________________________________ Waarom? _____________________________________________ 10) Vind je lezen belangrijk? 0 ja
0 niet echt
0 helemaal niet
Waarom wel/niet? _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _____________________________________________
Kamishibai: Kleine draak. 1. Wat wil kleine draak bereiken in het verhaal? Wat wil hij worden? ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… 2. Wat doen mama en papa dan? ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… 3. Hoe heet de kleine jongen? ………………………………………………………………………………………………… 4. Hoe ziet de kleine draak eruit? ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… 5. Bereikt de draak zijn doel of gebeurt er iets anders? ………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………… 6. Zoek de volgende woorden in het rooster en doorstreep ze: draakje beppo mamadraak
kind bangerik papadraak
schrik vuur donker
groen wit tanden
P
A
P
A
D
R
A
A
K
D
x
Q
L
G
M
K
S
C
B
H
O
Z
S
D
R
A
A
K
J
E
R
N
D
V
M
B
M
F
I
T
P
O
K
F
H
U
N
A
G
N
I
P
A
E
G
G
T
U
D
N
D
S
O
Z
R
S
R
A
Q
R
F
G
V
Z
V
C
K
O
N
S
A
V
W
E
R
H
B
T
E
D
D
A
X
U
I
R
K
L
I
N
E
G
K
C
Y
I
S
I
M
W
J
N
B
P
S
K
K
G
H
K
N
Kleine draak. Kleine draak is de laatste tijd flink gegroeid. Vliegen kan hij al en vuur spuwen lukt ook al goed. Nog even en hij is een echte grote Draak, waar iedereen bang voor is. Elke dag opnieuw oefent hij. Mamadraak, Papadraak en alle andere grote draken zijn trots op hem. “Wat we nu nodig hebben, is een bangerd, zodat je meer oefenen kunt”, zeg Mamadraak. “En de beste bangerd is een KIND!” “Kijk,” zegt Mamadraak. “Zo ziet een kind eruit. Een kind heeft geen start, geel vleugels en spuwt nooit vuur. Het heeft kleine tandjes en zijn velletje is oh zo zacht.” “Een kind is vlug bang. Wanneer het een draak ziet, begint het te trillen en te beven en wordt het wit en groen van schrik.” “Ja!” roept Kleine Draak, “ik wil een kind.” En Mamadraak vliegt uit om in het dorp een kind te halen. Al snel komt zij bij een huis. Hier ruikt ze wat. Kinderkleertjes en kinderspeelgoed en kinderkoek. Ze snuift en sniffelt, maar… ze ziet geen kind. Die bangerd heeft zich vast in de kast verstopt. Plotseling hoort Mamadraak iets. Ze kijkt omhoog. Mamadraak is stomverbaasd. Is dit een écht kind? Het trilt niet en het beeft niet en het wordt niet bleek. Nou goed, het ziet er toch uit als een kind. Kleine Draak zal er blij mee zijn! “Kijk eens, Kleine Draak,” roept Mamadraak, “dit kind is helemaal voor jou!” “Laat eens zien hoe groot en verschrikkelijk je al bent.” Binnen in de burcht is het donker en koud. Mamadraak kijkt gespannen toe. Driftig fladdert Kleine Draak op en neer en op en neer. Is het kind bang? NEEN, het kind is niet bang! “En nu spuw ik VUUR!” roept Kleine Draak. Hij proest en blaast en sputtert. Maar wat is er met het kind? Is het dan niet bang? NEEN, het kind is niet bang! Dan stoppen de draken het kind in bed. “Nu,” zeggen de Draken, “nu wordt het kind zeker bang. Let op, dadelijk schreeuwt hij om zijn moeder.” De Draken wachten… En wachten… Het blijft stil. Er gebeurt niets…
Is het kind dan eindelijk bang? NEEN, het kind is niet bang. De grote Draken zijn radeloos. Wat moet Kleine Draak nog doen? Hij heeft gevlogen, vuur gespuwd en hij was zo angstaanjagend als alleen een kleine Draak zijn kan. En toch is het kind niet bang. Misschien is het geen echt kind? Maar het heeft toch kleine handjes en kleine tandjes? Het heeft toch geen staart en vleugels heeft het ook al niet… Wat is er mis met dit kind? Plotseling barst een vreselijk gebrul en gekrijs los boven de koppen van de grote Draken. “Wij zijn groot en verschrikkelijk, wraaagh…!” De grote Draken worden wit en groen van schrik. Dit kind vliegt en brult als een Draak. Dat KAN toch niet. “Luister eens hier, jullie grote Draken,” roept Kleine Draak. “Dit is helemaal geen bangerd en hij heet ook niet kind. Hij heet Beppo en ik breng hem nu naar huis!” “Het was fijn bij jou, Kleine Draak!” “Kom me snel weer opzoeken. Goede nacht.” Kleine Draak vliegt naar huis. “Nu heb ik een vriend,” jubelt hij, “en samen zijn we groot en verschrikkelijk!”
Rebus Los de rebus op en antwoord op de vraag.
+
R=W
-K -T
T=J
GR = F -S
+
- ET
+E
OT = EK
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Antwoord : ……………………………………………………………………………………