1 minute read

Begrippen ISSO-Referentiedetails

Next Article
Symbolenlijst

Symbolenlijst

Waterwerende en dampdoorlatende laag

Aanbevolen wordt een laag met een zo hoog mogelijke dampdoorlatendheid (bijvoorbeeld μ d ≤ 0,015 m of μ < 10 (eenheid [-]) toe te passen. Voorbeelden: geperforeerde folie, geïmpregneerd papier en spinvliesmembraan.

Weerbestendig hoekprofiel

Profiel waarmee het achterhout tegen weersinvloeden wordt beschermd. Voorbeeld: aluminium of kunststof hoekprofiel.

Worteldoek

Zie Vegetatiedak.

Zakgoot

Om aan de akoestische prestaties te voldoen en om hemelwater goed af te voeren is een correcte uitvoering van belang. Aandachtspunten zijn: 1.Dampremmende laag zorgvuldig aanbrengen en afplakken; 2.Gootbodem doorzagen; 3.Afschot aanbrengen; 4.Opstanden voldoende hoog maken; 5.Overlopen aanbrengen of gootbeëindigingen; 6. ≥ 30 mm lager maken dan de opstanden tegen de dakplaten.

Zelfklevend afdichtingsband

Zie Dichtingsmaterialen.

Zwak geventileerde spouw

Een spouw met openingen naar de buitenlucht met een totaal oppervlak tussen 500 en 1500 mm2 per m1 gevel volgens NTA 8800. De mate van ventilatie van de spouw heeft gevolgen voor de warmteweerstand. In NTA 8800 is onderscheid gemaakt in drie ventilatieniveau's. De spouw achter metalen gevelbekleding of dakbedekking wordt in principe zwak geventileerd door alleen aan de onderzijde openingen aan te brengen. Daarmee wordt voorkomen dat condensatie, ten gevolge van nachtelijke uitstraling, tot problemen zal leiden. De openingen aan de onderzijde doen tevens dienst als afvoer voor eventueel in de constructie doorgedrongen condensatievocht. Constructies met zinken gevelbekleding of dakbedekking dienen sterk te worden geventileerd (houten achterconstructies).

Zwevende dekvloer

Zie verend opgelegde dekvloer.

BEGRIPPEN ISSO-REFERENTIEDETAILS

Afdichting

Hiermee worden voegen bedoeld met een tolerantie groter dan 5 mm. Voorbeelden van afdichtingen zijn:  (Flexibele)PUR-schuim. De af te dichten aansluiting is bij voorkeur breder dan 15 mm bij standaard PUR-schuim. Bij elastisch PUR-schuim wordt een minimum voegbreedte van 10mm geadviseerd;  Dichtingsprofielen van TPE (Thermoplastisch elastomeer als kaderprofielen in sponningen van draaiende delen;  Schuimbanden en schuimproducten.

Binnendichting

Flexibele afdichting aan de binnenzijde van een constructie. In principe maakt de binnendichting onderdeel uit van een samengesteld dichtingsysteem: zie 2.3.4. De binnendichting zorgt daarbij voor de luchtdichting aan de binnenzijde van de constructie. In combinatie met een buitendichting is de constructie waterdicht.

Voorbeelden van binnendichtingen zijn:  Schuimbandenbanden met een (semi) open celstructuur;  PUR-schuim;  Kitten;  Tapes en plakbanden.

This article is from: