Het Ondernemersbelang Twente/Salland 5 2014

Page 1

VAN

TWENTE SALLAND / ZWOLLE E.O.

MKG laat metaalbedrijven beter presteren Zwolle-Kampen zit in een winning flow Platform Bèta Techniek pleit voor nieuw elan

EDITIE

05 2014


MRC KLIMAATSERVICE Mensen maken het verschil. Ook op de werkvloer. Heeft u praktische ondersteuning nodig in personele zaken, neem dan contact op met Pro-P&O. Wipstrikkerallee 34, 8023 DK ZWOLLE M 06 14 99 23 50 | T 038 452 40 71 F 038 452 40 72 | E s.goei@pro-pno.nl info@pro-pno.nl

zoekt sponsors!

naam

museum aan de melkmarkt - stedelijkmuseumzwolle.nl

Klaar voor morgen BOUDESTEYN & PARTNERS

“Wij zijn uw specialist in arbeidsrecht!”

t. 038 - 33 179 49 | i. www.bouwmeestercommunicatie.nl

BREDEROSTRAAT 91, 8023 AR ZWOLLE T (038) 453 50 25 F (038) 455 05 17 E INFO@BERTTOL.NL W WWW.BERTTOL.NL

zaal op

ten e projec v ie t a c u ed en activiteit

Mr. Bert Tol van Bureau Arbeidsrecht steunt op meer dan 27 jaar praktijkervaring als arbeidsrechtjurist en bemiddelaar.

“Vooral tijdelijke contracten en ontslagrecht houden ons bezig, dat laatste vaak in de vorm van vaststellingsovereenkomsten. Maar ook bij andere vormen van gedwongen ontslag geven we advies of gaan we indien nodig voor u naar de Rechtbank. Op de nieuwe wettelijke regels na 1 juli 2014 hebben we ons inmiddels voorbereid. Verder zijn we er voor problemen bij re-integratie en passende arbeid tijdens en na ziekte. Wij zijn onafhankelijk, vertrouwd met het MKB en kleinschalig. Dat maakt ons succesvol en betaalbaar. We kunnen snel en betrouwbaar advies en rechtsbijstand verlenen.”

ositie

voor exp


INHOUD INTERVIEW

GEMEENTE KAMPEN

REPORTAGE

RONDE TAFEL

SAXION ACADEMIE LED: TECH FOR FUTURE

ZWOLLE-KAMPEN ZIT IN EEN WINNING FLOW

“Wij geven toegepast onderwijs en zorgen ervoor de kennis van het HBO dusdanig in te zetten dat het bedrijfsleven er iets aan heeft. In feite werken wij dan ook voor het bedrijfsleven.” Aan het woord is directeur Peter van Dam, die samen met managers Coby Flier (Life Science) en René Nijssen (Engineering) leiding geeft aan Academie Life Science, Engineering & Design (LED) van Saxion Hogeschool Enschede en Deventer.

Vorig jaar door Elsevier uitverkozen als economische regio nummer één van ons land zit de regio Zwolle-Kampen in een winning flow. De IJsseldelta is druk bezig om zich zelfbewust op de (inter)nationale kaart te zetten. Eeuwen geleden al was Zwolle een vooraanstaande handelsstad. Net buiten de vesting was het herenlogement De Zeven Provinciën een geliefd oord voor handelslieden om zaken te doen. In het gebouw is nu Muller Bedrijfs Onroerend Goed gevestigd. Daar praten negen mannen uit de IJsseldelta over nieuwe kansen, valse bescheidenheid en fris elan.

LEES VERDER OP PAGINA 12

INTERVIEW

LEES VERDER OP PAGINA 20

LEES VERDER OP PAGINA 36

MKG LAAT METAALBEDRIJVEN BETER PRESTEREN Bedrijfsvoeringen worden almaar complexer. Controle is daarbij essentieel, maar niet eenvoudig. MKG levert voor dit doel, metaalbedrijven toegespitste ERP software en consultants met verstand van de branche. Metaal Kennis Groep in Hengelo ging op 1 januari 2000 van start, toen nog met een team van zeven medewerkers. “We zagen op dat moment kansen om het samen beter te doen dan anderen” vertelt Oscar Postma, één van de drie directeuren van MKG.

LEES VERDER OP PAGINA 8

PLUS

PLATFORM BÈTA TECHNIEK PLEIT VOOR NIEUW ELAN Nederland levert techniek van wereldklasse, en toch lijdt de industrie onder een tekort aan technisch geschoold personeel. Het probleem situeert zich niet zozeer aan de top als wel in het middelste en onderste niveau van het onderwijs. Directeuren van metaalbewerkingsbedrijven en installateurs klagen geregeld dat de jonge technici die ze in dienst nemen over te weinig basiskennis beschikken. Hans Corstjens, directeur Platform Bèta Techniek, begrijpt de verzuchting van deze ondernemers heel goed.

LEES VERDER OP PAGINA 22

EN VERDER...

3 Inhoud 5 Column / Colofon 6 Nieuws 14 Ronde Tafel Techniek 21 Wereldwijde nieuwe dimensie industriële evolutie vanuit Twente 23 Vosteq scoort met totaalvoetbal 24 Innovatie begint bij je primaire processen 25 Technische bedrijfsopleidingen voor de maakindustrie 27 A. Leering Enschede

28 Technisch leren, werken, groeien 29 VJansen Machine Management 30 Heel Europa met één druk op knop 31 Ondernemerspanel 32 Bij Friction Welding zit een las ook echt vast 33 Succes boeken met partners door creativiteit 34 MKB Manager TNO Erik Ham: “Technologie zoekt Ondernemer” 40 Eerste resultaten Onderzoek

Financieringsmarkt MKB 41 Raven Advies 42 Ficare 44 Dienstverlening maak je waar, samen met je klant 47 IJsseldelta Center zit flink in de lift 50 Marktplaats: ook voor nieuwe producten het startpunt voor een goede deal 51 Bwefar rental 52 WarmCO2: Koploper in hoogwaardige restwarmte en rest CO2 HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

3


Welke bedrijven hebben uw website bezocht? Slechts 2 á 3% van uw online-bezoekers neemt daadwerkelijk contact met u op. Wie zijn die andere 97% en hoe bereikt u die alsnog? Het antwoord is even simpel als doeltreffend: Website-Leads.

Hoe werkt het:

1

Een potentiële klant bezoekt uw website

2 3

De bezoeker wordt geïdentificeerd via zijn IP-adres (Internet Protocolnummer) Aan de hand van het verkregen IP-adres wordt het bijbehorende bedrijf opgezocht in de database van het DATA-collectief

4

Voorbeeld overzicht Website-Leads

gelegd, zoals hoe uw bezoeker op uw website gekomen is, welke pagina’s hij

Geachte heer Rademaker,

heeft bezocht, hoe lang hij op die pagina’s

De heer W.S. Leads van DATA collectief B.V. heeft vandaag om 15:53 uur uw website bezocht. Hierbij een overzicht van het bezoek. DATA-collectief B.V. Coltbaan 4 C/D 3439 NG Nieuwegein T: 0800-2028 Donderdag 3 januari 2013

Alle relevante informatie wordt nu vast-

is gebleven en waar hij is afgehaakt

5

De heer W.S. Leads E: ws.leads@datacollectief.nl M: 06-21231892

Het DATA-collectief maakt een bezoekrapport van het websitebezoek en stuurt u een e-mail met alle informatie zodat u direct contact kunt opnemen met uw

Bezochte pagina’s

websitebezoeker

AdWords: (Google: “reclamebureau utrecht“) 15:53:41

18s

home | reclame- en marketingbureau Utrecht

15:53:59

28s

referenties | diverse projecten

15:54:27

17s

klanten | overzicht van alle klanten

15:54:44

29s

nieuws | nieuwsberichten reclamebureau

15:55:13

10s

Contact | contactgegevens

15:55:23

58s

Werkzaamheden | reclame utrecht

15:56:21

98s

Over ons | Reclamebureau binnenstad Utrecht

15:57:59

34s

Algemene voorwaarden

Totale tijd: 00:04:18

Pagina’s bezocht: 8

Score: 40

Website-Leads

Met vriendelijke groet, Ineke Peppelenbosch Uw Personal Sales Assistant

Voor meer informatie (0800-2028)

www.websiteleads.nl

Onderdeel van:


COLUMN

HARTSTIKKE KNETTERGEK Mijn neef woont op de Zuidpool in een grote iglo ingericht met Ikeameubelen. Aan zee heeft hij een weekend-iglo. Hij leeft van vis en ijsbeer; de huiden verkoopt hij aan toeristen, die vooral uit Japan, China en Rusland komen. Voor hen heeft hij een hotel gebouwd, een super-iglo. Zijn bedrijfje loopt goed. Hij betaalt geen belasting; dat kennen ze niet op de Zuidpool. Eens in de vijf jaar komt neef Onni naar Nederland. Onlangs was hij er weer, ditmaal met een bijzondere reden. Een oudtante was overleden, die hem één miljoen euro naliet. Dat dacht hij tenminste. De Nederlandse fi scus eiste 645.000 euro erfbelasting op. Neef Onni dacht dat het een vergissing was. Dat kon toch niet? Dat de rijksoverheid meer dan de helft van het bezit van een overleden burger inpikt. Dat is toch je reinste diefstal? Ja, daar lijkt het inderdaad wel op, gaf ik toe. Neef Onni, die het hier erg warm heeft als het buiten elf graden is, veronderstelde dat de Staat zijn burgers verder niet lastig valt. Hij had gelezen dat er elke dag 370 mensen overlijden in Nederland. En dat vooral de ouderen in Nederland relatief rijk sterven. Dat is dus kassa voor de overheid! Nu moest ik neef toch uit de droom helpen. Ik vertelde hem dat het Rijk, de provincies en de gemeenten tientallen verschillende belastingen innen. Wie werkt, moet belasting betalen. Wie een huis koopt, moet belasting betalen. Wie in dat huis woont, moet elk jaar opnieuw belasting betalen. Een huiseigenaar betaalt ook elk jaar extra belasting alsof hij inkomsten uit verhuur heeft, wat meestal niet zo is.

Iedereen moet voor alles wat hij koopt, belasting betalen, meestal 21 procent. Dat een ondernemer die een personeelslid honderd euro opslag geeft, twee keer zoveel kwijt is door belasting en premies, wilde er bij Onni niet in. En dat diezelfde ondernemer ook belasting moet betalen voor een zonnescherm dat boven de stoep hangt als hij een winkel of een restaurant heeft, bezorgde hem de slappe lach. Toen ik vertelde dat je twee keer belasting moet betalen als je een auto koopt - één keer over de fabrieksprijs en nog een keer over het totale bedrag - keek hij mij niet begrijpend aan. Zijn ogen werden steeds groter toen hij hoorde dat je ook belasting moet betalen voor het feit dat je een auto hebt. Als je er ook mee wil rijden, gaat 80 procent van de prijs voor een liter brandstof als belasting naar de Staat. Neef Onni was een zenuwinzinking nabij. Hoe kan het dat jullie dit allemaal over je kant laten gaan? Tja, zei ik, de overheid heeft veel geld nodig en ze heeft een gat in de hand. Er zijn ruim een miljoen ambtenaren, die elke maand salaris krijgen. Bovendien smijten ze vaak veel geld over de balk aan projecten die altijd te duur uitvallen. Ook geven ze elk jaar meer uit dan er binnenkomt. Jullie zijn hartstikke knettergek dat je dat allemaal tolereert, zei neef Onni. Wie is er nu eigenlijk de baas, zij of jullie? Dat is een goeie om over na te denken.

«

André Vermeulen // info@avoor.nl

COLOFON Het Ondernemersbelang verschijnt vijf keer per jaar. Twaalfde jaargang, nummer 4, 2014 Oplage 5.000 exemplaren Cover Ilja Kloosterman, general manager van de Zwolse vestiging van Regus Business Centers

Uitgever Novema Uitgevers BV / Jelte Hut Postbus 30, 9860 AA Grootegast Weegbree 1, 9861 ES Grootegast Telefoon 0594 – 51 03 03 Fax 0594 – 61 18 63 info@novema.nl www.novema.nl

Regionale verbinders Linda van Duppen, Novema Valkenswaard Telefoon 040-8450457 l.vanduppen@ondernemersbelang.nl

Eindredactie Erik van Raalte Telefoon 0594-510303 e.vanraalte@ondernemersbelang.nl

Vormgeving Sprog | strategie + communicatie

Website www.ondernemersbelang.nl

Druk Veldhuis Media, Raalte

Aan deze uitgave werkten mee: Theo Bennes Gerrit Boer Jasper van den Bovenkamp Maarten Feenstra Laura de Haan Peter van Huijkelom Harry Knevelbaard Rien Linthout Henk Poker Wendy van Schie Jessica Schutten André Staas André Vermeulen (column) Ruud Voest

ADRESWIJZIGINGEN Adreswijzigingen, veranderingen van contactpersoon of afmeldingen kunt u per mail doorgeven aan Tiny Klunder, t.klunder@novema.nl. Vermeldt s.v.p. ook de editie er bij, die vindt u bovenaan in het colofon. ISSN: 2213 - 9389 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of overgenomen zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de inhoud van de advertenties.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

5


KORT NIEUWS

RENOVATIE STADSKANTOOR ZWOLLE IS SROI DOOR SALLCON

In opdracht van de gemeente Zwolle verbouwt Van Wijnen het Stadskantoor Zwolle. Het kantoor wordt in zeven fases gerenoveerd, terwijl het gebouw in gebruik is. 5% van de werkzaamheden wordt uitgevoerd op basis Social Return on Investment (SROI), een methode om investeringen in maatschappelijke initiatieven inzichtelijk te maken. Sallcon ontwikkelde voor de renovatie isolatiepanelen die tevens geluiddempend zijn. Van Wijnen werkt voor het inzetten van SROI samen met Sallcon, waar vakmensen met een afstand tot werk in een beschermde omgeving werken. Onlangs vond de tweede levering van de ge誰soleerde panelen plaats. De verbouwing van het Stadskantoor in Zwolle is een logistieke uitdaging voor alle betrokkenen. Het gebouw wordt per (deel)verdieping in zeven fases gerenoveerd. Tijdens de renovatie blijft het gebouw in gebruik voor zowel medewerkers als klanten. De bestaande inrichting van het Stadskantoor wordt zoveel mogelijk hergebruikt. Bij de herinrichting van de kantooromgeving staat het Nieuwe Werken Centraal, een initiatief van de Gemeente Zwolle waarbij het flexibel kunnen werken waar en wanneer je wilt wordt ge誰ntroduceerd.


UW NIEUWS IN HÉT ONDERNEMERSBELANG? Gaat u verhuizen, een nieuwe vestiging openen of heeft u een nieuw product? Laat het ons weten en mail uw persberichten naar: e.vanraalte@ondernemersbelang.nl. Dan staat wellicht ook uw nieuws binnenkort in Hét Ondernemersbelang.

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

7


MKG laat metaalbedrijven beter presteren

Bedrijfsvoeringen worden almaar complexer. Controle is daarbij essentieel, maar niet eenvoudig. MKG levert voor dit doel, metaalbedrijven toegespitste ERP software en consultants met verstand van de branche.

8

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014


COVERINTERVIEW

Tekst: Theo Bennes // Fotografie: Wim van ‘t Hoff

Metaal Kennis Groep in Hengelo ging op 1 januari 2000 van start, toen nog met een team van zeven medewerkers. “We zagen op dat moment kansen om het samen beter te doen dan anderen”, vertelt Oscar Postma, één van de drie directeuren van MKG. “In 2001 hadden we de eerste versie van onze software klaar. Onze consultants kennen de branche goed; het zijn geen IT’ers, maar mensen die uit de metaal komen – dat is een wezenlijk onderscheid. Met onze tools kunnen we metaalbedrijven beter laten functioneren.” Binnen het directiedriemanschap houdt Oscar Postma zich bezig met verkoop en marketing. Henk Abbring beheert consultancy en support en Gérard Altena is hoofd ontwikkeling en de financieel verantwoordelijke. Henk Abbring: “Wij leveren een standaard product, wat als maatwerk aanvoelt voor metaalbedrijven uit het MKB. Het gebruik vindt plaats in de vorm van een abonnement, de klant betaalt per maand, heel transparant. Het abonnementsconcept smeert de kosten uit over lange termijn en is jaarlijks opzegbaar. Dit dwingt MKG tot een prestatieplicht, haar klant moet immers tevreden blijven. Na een reële inschatting van het aantal implementatiedagen wordt de implementatie in een relatief korte tijd uitgevoerd. “Hierbij realiseren wij ons goed dat de dagelijkse werkzaamheden bij de klant door moeten gaan.

“Onze klanten en hun omgeving evolueren” Met ruim 400 implementaties is het inmiddels een beproefd traject” vult Gérard Altena aan. De naamgeving Metaal Kennis Groep is een heel bewuste keuze geweest. Het bedrijf biedt niet enkel IT, maar voegt kennis toe. Er wordt een oplossing geboden aan ambitieuze bedrijven die gericht hun bedrijfsproces willen optimaliseren. De specialisten van MKG ontwikkelen dan ook voortdurend door, zodat er telkens nieuwe aspecten worden toegevoegd. “Onze klanten en hun omgeving evolueren”, zegt Henk Abbring. “Samen met de klanten gaan we een jarenlange relatie aan.”

ALLE INFORMATIE OP DE JUISTE PLEK “Wil je ERP optimaal benutten, dan moet een bedrijf ook over alle beschikbare softwaremodules kunnen beschikken”, zegt Oscar Postma. ”Daarmee voorkom je dat de klant allerlei subsysteempjes gaat inzetten, met alle gevolgen van dien.” “Informatie moet simpelweg overal op de juiste plek komen”, stelt Gérard Altena.

“De man op de werkvloer neemt immers ook beslissingen aan de hand van de informatie die hij krijgt.” Ook wordt inzichtelijk gemaakt wat het gevolg is als iets niét wordt gedaan. Informatie van de werkvloer gaat net zo goed weer terug naar bijvoorbeeld planning. Een onderdeel van het totaalpakket is de Productconfigurator. Deze helpt stukken uit een productfamilie sneller te calculeren, ook voor technisch minder onderlegde medewerkers; er ontstaat geen wildgroei aan artikelen en stuklijsten voor ‘look-a-likes’. Bovendien is de complete financiële administratie geïntegreerd: financiën plus logistiek geven een beter inzicht in wat iets nu echt gekost heeft. Zo genereert men meer efficiency, controle en inzicht. Facturen worden direct geboekt en kredietbewaking voorkomt risicovolle verplichtingen. Het feit dat alle financiële informatie in het systeem wordt meegenomen, is ook naar de banken toe zowel helder als positief overtuigend, doordat de liquiditeitsprognose inzicht geeft in de bankstand voor de nabije toekomst. Oscar Postma vertelt dat de doelgroep van MKG varieert van 1 tot 150 man bedrijfsgrootte. MKG werkt momenteel met 33 man, verspreid over het hele land. De grootste metaalmarkt bevindt zich rond Eindhoven, vandaar dat MKG dan ook een eigen kantoor in Waalre heeft. “We zetten daar regionaal woonachtige eigen consultants in. En we groeien nog steeds geleidelijk, ook de afgelopen jaren.”

KETENINTEGRATIE ALS DE OPLOSSING Kenmerkend voor de Nederlandse metaalmarkt is de onderlinge klant/toeleverancierrelatie en de hoge mate van samenwerking. Dagelijkse communicatie tussen verschillende partijen is het gevolg. Maar er kan steeds meer digitaal, wat stukken sneller en efficiënter werkt dan papier. “Wij zien ontstaan dat je in die héle keten moet kunnen communiceren”, zegt Henk Abbring. “Communicatieprocessen verlopen naar alle schakels c.q. betrokkenen. Het gaat allemaal verder dan enkel je eigen bedrijf.” Grote partijen in de keten laten

bijvoorbeeld hun toeleveranciers de facturen zelf invoeren op internetportals; daardoor verplaatsen zij de administratieve last in de richting van hun toeleveranciers. MKG biedt standaard een ketenintegratie-oplossing om een gecontroleerde digitale koppeling tot stand te brengen tussen verschillende informatiesystemen. Handmatig invoeren gaat hiermee tot het verleden behoren, en wat ook belangrijk is: metaalbedrijven kunnen in hun eigen systeem beschikken over informatie uit de keten en daar naar handelen. Sommige ondernemers zien wel dat ze iéts moeten doen. Oscar Postma: “Het is in de regel niet hun vakgebied, maar metaalbedrijven moeten serieus aandacht besteden aan hun informatiesysteem, willen ze uiteindelijk kunnen overleven.”

VERTAALSLAG NAAR ANDERE PAKKETTEN “Kijk, elk zichzelf respecterend pakket kan onderlinge communicatie bieden, en het imen exporteren van info en data”, legt Gérard Altena uit. “Echter – wij hebben een schil om MKG gebouwd, die data-uitwisseling standaard en eenvoudig vanuit elk proces mogelijk maakt.” Dit maakt ketenintegratie voor elk MKB metaalbedrijf toegankelijk en betaalbaar. Het resultaat is dat de ondernemer een aanzienlijk concurrentievoordeel heeft als hij kan beschikken over data uit de keten. Omdat de administratieve lasten omlaag gaan en men op het juiste moment de juiste informatie ontvangt, krijg de gebruiker zijn proces veel beter bestuurd. Mensen die ermee werken, gaan van een uitvoerende naar een controlerende rol. “Bovendien haalt het risico’s van een foute handeling weg, wat controletechnisch een hele zorg minder is” vervolgt hij. De komende jaren wordt die ketenintegratie steeds belangrijker in de branche – die zal MKG dan ook steeds meer gaan vervolmaken. “Voor de komende jaren geldt dat men in toenemende mate voorspellingsgericht zal gaan opereren. Je gaat trends waarnemen waarmee je sturend kunt opereren in de toekomst.” www.mkg.nl

« HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

9


Als elke seconde telt

T-INSPIRATIEPOINT

De meest effectieve veiligheidsdouches Sanitair voor de industrie en het laboratorium Lichterweg 31, 8042 PW Zwolle, www.steendam.nl

UNIFACT BV

ositie

zoekt sponsors!

voor exp

zaal op

naam

cten ve proje en activiteit

educatie

museum aan de melkmarkt - stedelijkmuseumzwolle.nl


HUIZEN

|

ZWOLLE

www.slokkervastgoed.com

SLOKKER VASTGOED | HEEFT OOG VOOR KWALITEIT

Slokker Vastgoed is een onafhankelijke ontwikkelaar die voor eigen risico maar ook samen met corporaties, gemeenten en andere marktpartijen duurzame woningbouwprojecten ontwikkelt en realiseert. Projecten welke volledig voldoen aan de eisen van de eindgebruiker en die in harmonie zijn met de omgeving en de maatschappelijke randvoorwaarden, in uitbreidingsgebieden maar ook bij binnenstedelijke herstructureringen. Slokker Vastgoed heeft oog voor kwaliteit.


SUBKOP

Gemeente Kampen Intro

12

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014


INTERVIEW

Tekst: Naam // Fotografie: Naam

At voluptat mod quidenti untinve nimus, sitaeped quidella sim qui corio. Ovit laborias ut il modi re, simus. Sum fugiti tem. Xerunt quiatios repta sincto explitio to ipis maiore, sint faciam sit perspienis explaut aut apic temquo et enda venis renda dunt oditatur, cus simi, sima explatiisint aut ut est, incias imenimint veles endaeped magnis et vel ium sed eostiur? Nus voluptatem que nullanihit ad quo earia vid qui odigenis dusti odit es quas ducitame ex et quo in res experit, omnis isquidem ium alitat. Obis il mo to blat la eriorum et qui sus eossi ressum ex eria plam, sin por sitatem faccae liquod molorer uptatibusam, eaquis dendem disci cus, cuptaqui consecumqui vereped et dolora ex eaquo temolupic tempedi dicto odis sit qui ipis etur?

IGENIHITAM Eos molorepera sitem et quatusdaessi comnima ximoloruntio corere similit mollacia doluptas et, ea dolupta vendamus eosa doluptatusam rerum vit il is que lacil iusaes et quiasse optat aliquidipsam ut qui doloritatus dolupta tusdae omnis pro et quos inimus dessi vendelibus recus auta ilitiis et omniendita que sintoritae aut laborro eligenda in nos molecullanis nis simagnieture porpore necto od ut in evelenturest quas cuptaque pelliqu undunt quae recaborum fugiat maios parum ea quaecuptam volorer spellorerit unt ex essimetur? Quia duci blaboru mquam, ullendessed mintemquo bernatet, consequide sum nes esci sum nos est min con nulpa volupta pedicipid exceati busdaectur? Ribusciis ma vel etur audis eost hillautat. Od que corae dolupta tibus, cuptatatur? Am ellaborerum si rerspis inctectur, int ommolup tamenisciis doloremo od et ea nobis eum qui nobiscimi, ut la cum dolorem sum int omnitamusa is unde verio. Nem et excest ratur, saerum esedis autem sitiat dolest ut facipsam ducipici cusandu scimpori dem estorio blabor aborenihil et landebit restemo volori incipis quae parumque im rehendus reiur? Rae nullani hillore voluptiate nit, sit ommolor aborem faccusdae. Harum laborpo rporestem earuptur? Faceat laute parchilis nimusdam fugit, volendae voluptas et quat quibea nobis excerum eos ne labo. Et hitio ipsam ea deles aut de prae niet a pel experios eiunt, consequae dolori rerferis qui consecto te etur? Tisquas simossuntio blam seribus, conessum facid molore, od ut quiam et autaturibus. Am di im adis etur aut liquas a verovitia con con re nes explicia non perchil ist placcum as estia suntibusant fugitem que quam volut voluptatio. Antisci denimin verore qui comnias venducipis molupta tessunt. Genihilignis aut elliass itatquaspit ea que eossiti aut et et, sitat que volest, vellor mod quisquossi offic temoles enti vendam ipid expel is qui optur

rae eturitatum simet quis ius et, sunt, nim es ilignim volessit utem nectin corecum velessi nulluptate ex et latur, quatis mi, sention secest et ex es con numet eaquam et aut etur aligni ommo blab iusciis es voluptatus suntur?

IPSAM FUGIA DIT IPSAM ES VENT Umet voluptaquam di dera es magniendam experia volorep taspiciet odis erum sandam re preped mod es earchil landist atin nus es sapis dus ium alignihil int odi consequodio. Ullit ut et voluptatio beaque est vent. Arum eosant rehent laborem hariores sunt dolor repella borum, que endae veri doluptam aut il invellest omnias audaes dus esciaeptae nempelis dolut aspe et lant imin re et es experci doluptatia nimodis accaest, con ea cus mod qui to diant reptatur as dolupta turectem aut arumend itatentius, asitiaturit plignis maio. Ovident voluptam si totaerc hitius, quo dem hillatquo dolo blaudigent rem accullab illorrorem que od quunt etum facipsam simi, offictia nobit etur sum qui sit aspelen ectusdae. Tota se et quunt aces seque litium quam, sint aut et entemqui quidernam ipsunt qui aut quam, sumque simaios verchil lorepud itionse quiducim cone nonsed esecus eic te aut et que aut ut lam quame volupta tusdanduciis est a comnia quae porunt dic tem quis si berorendae exerio con comnimagniet facerume nobitiust quis id quam doloreicipid eos rae.

atecerfernam quatinveri berspe et endant offic tem sum volut rem fuga.

UT QUAS ET ABO Et hilla veles quaspitas exercia simo velessi maximagnate nos perores aut volendaest, consequo omnisinus et volendae lab ipidus nos essi audaepudit repellu ptatio. Oluptam, natemporem siniendenim idel ium re sae nobisto officit pratem consequ undiostem que latem sunt omnihil lignate provite venim fugit etur, ne molupta cum aut venis assequi odigeni hiciliti bea dolorror seque nusdant es volorias di cus dolest, iduci optatus autesti beatis ditist, alit fuga. Et ad quis et ut minulpa volore dit exceatq uatquaturem voloreptatum quae consecum que pedit erorem viducim inctio etur aboriorum iliquat ionsed quiae nonsequiae qui bearis acea voluptatur a doluptae moloritiost a volore nem. Nem reperfe rferitio. Nemolorum voluptatus dollantiur sit quam autemped qui ut ut quation seriaspid quam, sustia volupta venis expere nes ex et laboriti tecepratur, quiditat eossi a por sequi dendit quaectorepro cuptatis ut accullit impos el id moluptum faccuptat. Ossitatiis nonsequat etur, qui de dolorae offic tem asitianda num rat aliquam autem re voluptis sapitatur?

«

Natusdaero magnihit voloressi tet inctium volorati totature venisciae etusdandi voluptures dolorem aborror sin entio que non reprae volesti oreicia et latus experunt as dolorum delia dis dolorume el incto occuptiosam, consento del eniet voluptat verum que pa verciat ioneceped ut officiatur alique plam aut faccus, ni consedita commo doloreh enest, apis aspelic illessequat atureperro corem landi dolorer empelignim del etus, ipiscipsust ligentio tem quidit que pro berum sae volorro est, ommosaerio. Untempos alias est, oditatibus, officat reseque rem res quid quiae pa adic te nis sitatur ad quo quas est liquia quasper ibusape digendigni il expliqui totaturio quaeces enis aut quos volor secturia invellu ptiundi psuntius eius. Ectorib uscidic iatiorepro tento iunt facepudae volum netur, cus dit quosant, accupta ssinis aut re omnis escia poresto eius vendam sunt explici pietus ab inctem et et, nonseque culpa dolum iderumquid que quos con pere est, ut que dit, esendi blabo. Dolupti officim posaper ectaqui beaqui volupta dolorum inverum volorissim ipicabo. Qui officiant accus estissit lautas aut et re preheni mpores dionet earunt, quaectur, corpore ssimusdaeste vellestrum fugit laut voloreh enienti re ipsant et voluptiur accus elest fuga. Namet eostibusae. Nequiam, sum eribus volectatem am, ad ut pe cumquod ut officiliciis molor adit, id moluptatem cone laborios nis nihit, con conem hil et di ratesti

{BEDRIJF } {Adres} {Postcode + Plaats} Telefoon {0000 - 000 000} E-mail {info@bedrijf.nl} {www.bedrijf.nl}

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

13


Samen werken aan een betere beeldvorming van techniek Voor dit rondetafelgesprek, met als thema Techniek & Innovatie, zijn we te gast in het complex van TRUMPF Nederland in Hengelo. De groep deelnemers is groot – het scala van hun disciplines divers.

14

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014


RONDE TAFEL

Tekst: Theo Bennes // Fotografie: Wim van ‘t Hoff

In de loop van het rondetafelgesprek zal blijken dat we rechtstreeks en via omwegen telkens weer uitkomen op aspecten als opleidingen, samenwerking in zowel de branche als de keten en de wellicht iets te bescheiden opstelling van de regio Twente als het gaat om wat men er op het gebied van hightech te bieden heeft. Bovendien is men het erover eens dat er nodig moet worden gewerkt aan een betere beeldvorming van techniek. Stuk voor stuk zaken die sterk blijken te leven bij de opleiders en het bedrijfsleven in Oost-Nederland.

Industrie Menzing: “Vooral de maakindustrie kampt met een imagoprobleem, mensen denken daarbij nog steeds meteen aan een aambeeld. Wij hebben echter juist Havisten nodig.” René Nijssen vraagt zich af hoe je het keuzeproces positief kunt beïnvloeden, en wat maakt dat iemand die bepaalde keuze maakt en met welk baanperspectief. “Maar wij zoeken wel toppers, met zowel een cognitief hoog niveau als passie en drive”, legt Evert van Engelenhoven uit. “Wij zullen beter moeten gaan uitstralen naar de opleidingen wat ‘techniek’ inhoudt.”

IMAGOPROBLEEM MAAKINDUSTRIE

HET BELANG VAN OPEN DAGEN

De eerste stelling die ter sprake komt, luidt: Bij de vakgerichte opleidingen is het van belang dat er voldoende aandacht is voor ‘de juiste jongere op de juiste plek’. Jeroen Boerkamp van Technisch Werk Nederland staat daar vierkant achter: “Vergrijzing in het technische bedrijfsleven en instroom van jeugd zijn momenteel sterk aan de orde. Door de juiste jongere op de juiste plek te plaatsen, voorkom je afbreuk aan de situatie.” René Nijssen (Academie Life Science, Engineering & Design van Saxion) reageert: “Door een verkeerd imago bij jongeren, en dan in het bijzonder bij meisjes, loop je het risico de helft van de doelgroep kwijt te raken. Techniek heeft helaas nog altijd een ‘vies’ imago, ook bij ouders. We moeten met de juiste beelden meer meisjes interesseren voor werken in de techniek.” “Initieel maakt men vaak een andere keuze in opleiding en switcht vervolgens – dus is het heel moeilijk om de juiste jongere al op de geschikte plek te krijgen”, zegt Tonnie Janssen van Leering Enschede. “Er heerst een beeld van ‘de afvallers komen bij ons in de techniek terecht’.” Evert van Engelenhoven van Mechanische

Volgens André Jansen (Jansen Machine Management) begint dat proces al op de basisschool. Dick Fix van Friction Welding Holland beaamt dat: “Het initiatief van op bezoek gaan bij bedrijven ligt bij de school.” Evert van Engelenhoven: “Maar dat bezoek komt nu enkel van VMBO-scholen – met de moeders erbij.” Jeroen Boerkamp stelt dat open dagen van groot belang zijn; aan Techniek Pact wordt vanuit Twente steeds meer invulling gegeven. “Wij sponsoren basisscholen en voorzien ze van materialen”, vertelt Gerrit Schalk van REMO West-Twente. “Er wordt veel gepraat – maar bij ons in de regio dóen we. Kies je voor BBL? Dan moet je wel het perspectief hebben van een vervolgopleiding. Dat moet je laten zien, bedrijven moeten zich openstellen! En het dicht bij de jongeren brengen.” Tonnie Janssen: “In Twente zijn veel opleidingenaanbieders: waar moet je als ondernemer terecht?” Jeroen Boerkamp beaamt dat er veel overlap in aanbieders van opleidingen is: “Die moeten niet concurreren. Wij proberen juist de schakel tussen de partijen te zijn.” Waarop Gerrit Schalk zegt: “Je

moet in onderling overleg goed kijken waar die dubbeling zit. Docenten willen jongeren vaak vrij laten in hun keus. Wij willen meer adviseren om gericht te kiezen.” Menko Eisma van TRUMPF Nederland vraagt of de verschillende opleidingsinstituten wel aansluiten op wat het bedrijfsleven nodig heeft: “Je moet ergens beginnen. Wij hebben een eigen HRM-systeem ontwikkeld om goede stagiaires te kunnen trekken.”

ZELFBEWUSTZIJN VAN TWENTE René Nijssen: “Een belangrijke factor is interactie tussen opleider, student en bedrijf. Ik hoor dan dat de student trots is. Daar ga je uiteindelijk voor.” “REMO heeft 3000 vierkante meter praktijkruimte tot zijn beschikking; we hebben bedrijven bereid gevonden om daar machines te plaatsen, dus kunnen we praktijkgericht werken”, aldus Gerrit Schalk. Hij zegt dat op die manier theorie en praktijk in lokalen kunnen worden geïntegreerd in plaats van gescheiden. Als ik stel dat Twente zich er veel meer (zelf) bewust van zou moeten worden dat het veel te bieden heeft op het gebied van hightech, reageert hij: “Dat geldt voor Twente zeker op onderwijsgebied. Met onze opleidingen kunnen we hier op landelijk niveau gaan meespelen.” Ook André Jansen vindt dat de opleidingen in Twente van oudsher goed bekend staan. De kanttekening die René Nijssen daarbij plaatst, is dat beeldvorming ook hier hardnekkig kan zijn, waarbij Twente nog vaak de aanduiding “de voormalige textielindustrie” meekrijgt: “Terwijl bijvoorbeeld de UT in Enschede wereldspeler is als het gaat om nanotechnologie.” Menko Eisma: “De focus ligt in veel gevallen wel heel erg op Eindhoven, en Twente wordt dan vaak onterecht als tweede genoemd.”

DEELNEMERS MENKO EISMA

HANS ONSTEIN

JEROEN BOERKAMP

HENK ABBRING

Sales Manager TRUMPF Nederland BV en gastheer van dit rondetafelgesprek. TRUMPF verzorgt in Hengelo de verkoop en service van TRUMPFproducten, met name plaatbewerkingsmachines. www.nl.trumpf.com

Human Resource Manager van Universal Electronics in Enschede; de onderneming ontwikkelt consumentenelektronica voor de wereldmarkt (productie vindt plaats in China).

Technisch Werk Nederland in Hengelo: “Wij zijn een innovatief instrument dat bij BBL-opleidingen fungeert als maatschappelijk middelpunt tussen opleiding, jongere en bedrijf.”

Directeur (Consultancy en Support) van Metaal Kennis Groep in Hengelo. MKG ontwikkelt en levert op de branche toegespitste ERP software en consultants voor metaalbedrijven.

www.uei.com

www.technischwerknederland.nl

www.mkg.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

15


RONDE TAFEL

“Maar het ontbreekt dan ook wel vaak aan de bekendheid van wat hier te halen is”, stelt Hans Onstein van Universal Electronics. André Jansen: “In principe geldt: In Twente kun je alles maken.” “Twentse jongeren trekken vaak toch liever naar het westen”, zegt Menko Eisma. “Dat geldt overigens voor alle regio’s buiten de Randstad.”

VERKEERDE BEELDVORMING “Onze regio Zeeland, waar één van onze twee vestigingen zich bevindt, zou al blij zijn als

ze 10% had van wat Twente te bieden heeft”, vertelt Guust van Liere van Unitron Innotech. “Wij hebben als Nederland als algemeenheid dat de maakindustrie niet uit de verf komt. En toch zijn hier heel veel specialistische bedrijven, zéker ook in Twente.” Gerrit Schalk vindt dat maakindustrie eigenlijk een verkeerde term is. “Het beeld daarbij is ‘in de werkplaats met de hand maken’ – terwijl werkplaatsen inmiddels véél beter en uiterst hightech geoutilleerd zijn.” Volgens André Jansen doen de media daar ook gretig aan mee. De beeldvorming

is halsstarrig en vanuit Den Haag wordt daar amper iets tegen gedaan. Hans Onstein: “De media roepen eerder: De maakindustrie wordt minder, dus maak een andere keuze.” “Techniek wordt een echt vak en zou dus qua promotie hetzelfde budget moeten krijgen als bijvoorbeeld defensie”, aldus Gerrit Schalk. Menko Eisma zegt dat die beeldvorming nog verder gaat: “Als je naar de Duitse tv kijkt, is er altijd wel een programma op over techniek. Het is ook een cultuurkwestie. Daar heb je aanzien als technicus.” Jeroen Boerkamp vraagt zich af wat het bedrijfsleven

DEELNEMERS EVERT VAN ENGELENHOVEN

ANDRÉ JANSEN

GUUST VAN LIERE

JEROEN ROUWHOF

Managing Director van Mechanische Industrie Menzing BV in Haaksbergen, gespecialiseerd in de productie van kleine series voor OM-bedrijven in de energiewinningsmarkt.

Directeur van Jansen Machine Management in Hengelo. Het bedrijf verzorgt machineonderhoud en helpt organisaties met het eenvoudig uitvoeren ervan.

Directeur van Unitron Innotech BV met vestigingen in Hengelo en IJzendijke (Zeeland): ontwikkelt en produceert medische apparatuur en industriële producten in opdracht.

www.menzingmim.com

www.jansen-mm.nl

www.unitron.nl

Directeur van STODT, Toekomsttechniek in Hengelo, de praktijkopleider voor BBL-opleidingen in de verspaning en mechatronica – technische bedrijfsopleidingen voor de maakindustrie. www.stodt.nl

16

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014


daar dan aan kan en/of wil doen. Henk Abbring van MKG gelooft in een gezamenlijke aanpak om die achterhaalde beeldvorming te kunnen omturnen. Jeroen Rouwhof (STODT Toekomsttechniek): “Wij moeten zelf het initiatief nemen. Net als Eindhoven moeten we onze stem aan Den haag laten horen.” “Net als bij een bedrijf: Men zet wel een mooi pand neer, maar niemand ziet wat er binnen die muren gebeurt”, vult Guust van Liere aan. “In Zeeland zetten verschillende bedrijven een aantal keren per jaar de deuren open en laten kinderen, ouders en grootouders binnen om hen te enthousiasmeren – heel laagdrempelige PR. Dat besef moet echt leven bij zowel ondernemers als opleiders.”

EEN CREATIEVE SAMENWERKING Hij stelt vervolgens dat ondernemers proces en product op gelijk niveau zouden moeten stellen en met gelijke intensiteit moeten gaan innoveren. “Als het gaat over innovatie denkt iedereen altijd enkel aan producten, maar op korte termijn zou je juist moeten innoveren in je processen. Het is belangrijk om naar slimmere methodes te gaan. Niet alleen naar miniaturisatie toe, wat je vaak hoort, maar de aansluiting met de markt niet uit het oog verliezen.” Menko Eisma: “Dat klopt, maar men kiest voor innovatie van een product omdat dat makkelijker is. In het proces kunnen we

echter veel slimmer zijn.” “Dat geldt ook voor de toeleverancier van de klant”, meent Evert van Engelenhoven. “Wat moet het toestel kunnen doen? Het gaat om meedenken met de klant, met elkaar creatief zijn. Klant plus toeleverancier is relatie. Een bedrijf verzint soms een product, maar er kan nog veel worden aangepast voor kostenreductie van productieproces en methodes.” Guust van Liere: “Dán ga je gevestigde waarden doorbreken. Je gaat zaken anders organiseren, ook de ondersteunende processen.” Jeroen Rouwhof is van mening dat de gemiddelde machinefabriek vaak niet mag meepraten, alleen een klein aantal grote spelers op de markt. Daar is Guust van Liere het niet mee eens. Tonnie Janssen: “Als je maar met een goede oplossing en calculatie komt.” “Dan willen de meeste bedrijven écht wel luisteren”, valt Evert van Engelenhoven hen bij.

COMBINATIE TECHNIEK EN CREATIVITEIT Dick Fix: “Engineers zijn juist blij als je komt met een betere tolerantie in het productieproces.” “Voor de techniek geldt: Je hebt je vakmanschap, maar je moet een stap verder – op mijn eigen werkvloer zo optimaal mogelijk

opereren”, zegt Guust van Liere. “Als een klant op die manier meer kan produceren met minder kosten, is ie daar gelukkig mee”, vervolgt Evert van Engelenhoven. “Creativiteit is het sleutelwoord. Dan kom je bij de beste oplossingen terecht. Dat hebben we gewoon nodig. Mensen die over technisch niveau én creativiteit beschikken en de ruimte krijgen, ontwikkelen zich razendsnel. Maar daar moet je als bedrijf wel in investeren en hen de ruimte geven.” “Bedrijven in het MKB bieden die ruimte wel”, vindt André Jansen. “Wat lastig is: Bij behoefte aan een MBO’er – waar meld je je bij Saxion en UT? Hoe kom je in contact met zulke organisaties?” René Nijssen: “Je zou eigenlijk één frontoffi ce moeten hebben; één meldpunt voor allerlei projecten, opdrachten, enzovoort. Wij zijn daarom bezig een transferbureau in te richten, als een soort makelaarsfunctie.” “Als we met elkaar willen excelleren, moeten we niet kijken naar het gemiddelde, maar streven naar een hoger niveau”, zegt Guust van Liere. “Het MKB moet daarin geholpen worden, men weet vaak niet hoe en waar men op zoek moet. Opleiders moeten daarin mee kunnen en willen spelen. Op die manier houd je concurrentiekracht.”

UITWISSELING VAN DATA Daarop reageert René Nijssen: “In vergelijking met studenten uit het buitenland zijn

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

17


RONDE TAFEL

18

Nederlandsen studenten vaak creatiever en durven out of the box te denken, dat is echt een meerwaarde.” Dat brengt ons op het punt van ketenintegratie. De stelling daarbij is: Het bestaansrecht van het metaalbedrijf in de keten is over vijf jaar sterk afhankelijk van de mate waarin het data kan uitwisselen. Henk Abbring: “De fabrikant zegt namelijk dat je wel zijn leverancier mag worden, maar dan moet je je wel kunnen aanpassen aan zijn systeem. Bij kleine series gaat de administratieve last omhoog; wij leveren ERP software die daarop gefocust is. Samen ga je een verbond aan, inzicht in elkaars gegevens is daarbij onontbeerlijk. Ook bij engineering, het delen van tekeningen met de klant. Vertrouwen speelt dan een grote rol.” “Je moet het in de stelling eigenlijk breder trekken”, vindt Guust van Liere. “In plaats van data moet je ‘kennis’ zetten.” “Er zullen ook bedrijven zijn die die onderlinge inzage niet willen, die houden louter vast aan scherp onderhandelen”, zegt Evert van Engelenhoven. “Kennis delen én krachten delen, inclusief de data, geeft een onderscheidend resultaat voor alle partijen op de korte en lange termijn.”

afdwingen.” Jeroen Rouwhof: “Bij assemblage geef je immers ook aan klanten je proces al prijs.” “Maar als het gaat om productinnovatie wil je niet alle kennis naar buiten brengen, je wilt toch een bepaalde bescherming van je proces”, zegt Menko Eisma. Evert van Engelen: “Als je streeft naar gezamenlijk voordeel, krijg je een heel ander plaatje dan alleen bij je eigen voordeel. Soms moet je je inderdaad hard opstellen – kan het niet dan kan het niet.” Menko Eisma vertelt dat werkzaamheden nu hoofdzakelijk bestaan uit software en apparatuur in plaats van enkel de steeksleutel van voorheen: “Je moet anticiperen op diverse factoren die eerder niet aan de orde waren.” Op André Jansen’s opmerking dat je in wezen straks capaciteit verkoopt in plaats van producten, reageert hij: “Dat klopt. De mensen waar we mee werken, moeten dat ook gaan begrijpen.” “Het is belangrijk dat de mensen die voor je werken ook je klanten kennen”, benadrukt Evert van Engelenhoven. “De samenwerking begint al in je eigen bedrijf: Een goede prijs, begeleiding van je toeleverancier en vertrouwen. Dan is de klant blij en zíjn klant nog blijer.”

DE ROL VAN DE KLANT

SPECIALISTISCHE OPLEIDINGEN

“De maakindustrie van de toekomst drijft op een tweetal aspecten: Superspecialisme en combinatorisch vermogen, het kunnen combineren van diverse factoren tot één geheel”, aldus Guust van Liere. “Soms moet je niet alleen de gelegenheid krijgen maar ook

Tonnie Janssen: “De klant legt soms zelf de mensen bij ons op de vloer uit wat en hoe iets moet gaan gebeuren. Daar gaat echter wel veel tijd in zitten.” “Je moet het al in een vroeg stadium inwerken in je systeem”, zegt Guust van Liere. “Dan begrijpen ze de toegevoegde

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

waarde. Het moet in je systeem worden ingebed.” André Jansen: “Moet je onderscheid maken tussen bedrijven die in het hogere segment werkzaam zijn? Het staat of valt op den duur met wie die transparantie en datauitwisseling wil hanteren. Wij hebben met STODT samengewerkt: Onze eigen ervaren man geeft met de faciliteiten van STODT les aan onze minder ervaren mensen, onder de vlag van STODT. Dat werkt perfect.” Jeroen Rouwhof: “Je moet specialisme pas aanbrengen nadat de basiskennis is aangeleerd.” “Het gaat om samenwerking; het is een trend dat er steeds meer specialisten ontstaan”, vertelt Guust van Liere. “Om specialistische opleidingen in leven te houden, moeten opleidingsinstituten onderling blijven samenwerken. Bepaalde specialismen kan ik niet in mijn bedrijf opleiden – maar ik heb ze wel nodig. Een opleider zou dus mee kunnen werken om een bepaalde specifi eke, specialistische opleiding aan te bieden.”

DE KRACHT VAN DE REGIO Als ik opmerk dat de bedrijfsprocessen in de metaalsector wel heel specifi ek zijn en vraag of er wel voldoende tools beschikbaar zijn voor de ondernemer in de branche, zegt Henk Abbring: “Wij implementeren zo’n 40 metaalbedrijven per jaar. De juiste tools en kennis zijn bij de ondernemer niet altijd aanwezig.” “Op onderwijsniveau moet je scherpe keuzes maken”, legt René Nijssen uit. “De vraag vanuit de bedrijven is heel divers. Naast de vakinhoud moeten wij studenten vooral zelfsturend en zelfl erend vermogen aanleren.” Jeroen


Rouwhof vertelt dat de opleidingen in de regio goed op elkaar aansluiten, waarop René Nijssen zegt: “Deze regio heeft dan ook gezamenlijk die keuze gemaakt. Techniek is daarbij een speerpunt.” Jeroen Rouwhof grijpt terug naar de eerder genoemde stelling dat Twente zich best eens meer bewust zou mogen worden van het gegeven dat de regio heel veel te bieden heeft op het gebied van hightech: “Als we de regio meer op de kaart willen zetten, moeten we wel beseff en dat Twente heel versnipperd is qua ondersteunende organisaties. De kracht van Twente lijkt verborgen. Maar is dat ook echt zo?”

STERK IN HIGHTECH “Ik zei het al eerder: Ik wou dat Zeeland 10% had van wat Twente heeft”, reageert Guust van Liere. Twente heeft heel veel op hightech gebied.” Jeroen Boerkamp: “Bijeenkomsten op ons gebied, de techniek, vinden vaak plaats in Eindhoven. Wij moeten gaan leren om iets meer onze mond open te doen en trots te zijn op wat hier allemaal gebeurt en bereikt wordt. Iedereen doet zijn best en heeft goede bedoelingen. Maar we moeten meer samenwerken – dan komt het wél in de publiciteit.” “We missen in Twente een boegbeeld”, oppert Menko Eisma. “En sponsoring mis je hier ook”, vult Tonnie Janssen aan. Jeroen Rouwhof: “Kijk nou bijvoorbeeld eens naar zo’n luchthaven. In de regio Eindhoven wordt een discussie over Veldhoven beslecht en onderneemt men

actie voor het bedrijfsleven. Hier in Twente liep het met het vliegveld heel anders.” “Onderling weet men vaak niet wat er plaatsvindt, ook publicitair”, stelt Jeroen Boerkamp. “In Eindhoven werken die zaken veel beter.” “Bovendien zijn de grote spelers hier inmiddels een beetje weg”, zegt André Jansen. “Of beter gezegd: Ze zijn in de loop der jaren meer versnipperd.” Tonnie Janssen: “Als kleine zelfstandige sta je vaak niet in je eentje op, zeg je niet wat er allemaal zo goed aan je is.” “Dus komt daar weer het belang van samenwerking om de hoek kijken”, zegt Jeroen Boerkamp. “Samen maakt sterk.”

«

DEELNEMERS TONNIE JANSSEN

DICK FIX

GERRIT SCHALK

RENÉ NIJSSEN

Algemeen directeur van A. Leering Enschede. De onderneming verzorgt een viertal activiteiten: Tank- en apparatenbouw, Plasma- en lasersnijden, Laserwelding en Metaalbewerking.

Directeur van Friction Welding Holland BV in Kampen, gespecialiseerd in frictielassen van componenten.

Directeur van REMO West-Twente in Rijssen, opleidingscentrum voor BBL-leerlingen niveau 2, 3 en 4 in de elektrotechniek, installatietechniek, metaaltechniek en mechatronica.

www.leering-enschede.nl

www.frictionweldingholland.com

www.remo-wt.nl

Manager Engineering van Academie Life Science, Engineering & Design (LED) van Saxion Enschede en Deventer. Specialisaties zijn nanotechnologie, mechatronica en slimme materialen: Living Technology. www.saxion.nl/led

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

19


REPORTAGE

Tekst: Theo Bennes // Fotografie: Wim in ‘t Hoff

Saxion Academie LED: Tech For Future “Wij geven toegepast onderwijs en zorgen ervoor de kennis van het HBO dusdanig in te zetten dat het bedrijfsleven er iets aan heeft. In feite werken wij dan ook voor het bedrijfsleven.” Aan het woord is directeur Peter van Dam, die samen met managers Coby Flier (Life Science) en René Nijssen (Engineering) leiding geeft aan Academie Life Science, Engineering & Design (LED) van Saxion Hogeschool Enschede en Deventer. “Onderwijs is de laatste jaren enorm veranderd. Het HBO is allang niet meer dat van de jaren 90, toen opleidingen nog bestonden uit de combinatie hoorcolleges, stages en afstuderen, met geringe interactie met het beroepenveld. Vanaf het begin van deze eeuw is de opdracht aan het HBO veranderd, namelijk: realiseer onderwijs en toegepast onderzoek. Om dit te bereiken werden bovendien lectoren ingezet – stuk voor stuk specialisten op een bepaald vakgebied, afkomstig uit de praktijk. Sindsdien lieten wij als HBO niet alleen mensen afstuderen, maar gingen we grotere inhoudelijke projecten met het beroepenveld tot een goed einde brengen. Het beroepenveld voor de Engineering en Life Science is natuurlijk de (maak)industrie en onderzoeksinstellingen. Voor Life Science komen daarbij de ziekenhuizen. In de loop der jaren zijn we gegroeid naar een behoorlijk aantal lectoren. Vanaf circa 2010 heeft er een bundeling van lectoraten plaatsgevonden, in de vorm van een Expertisecentrum. In de startup heette dat ECHO: Expertise Centrum HTSM Oost Nederland, waarbij HTSM staat voor High Tech Systemen & Materialen. Tegenwoordig gebruiken wij de naam TFF: Tech For Future.”

20

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

DE PAY OFF: LIVING TECHNOLOGY

HET BELANG VOOR BEDRIJVEN

“Saxion als hogeschool heeft één speerpunt: techniek – dat vertaalt zich in HTSM” licht René Nijssen toe. “De drie specialisaties zijn nanotechnologie, mechatronica en slimme materialen. Samen vormen zij Living Technology, te koppelen aan óf de sociaalmaatschappelijke factor – de mens dus, óf aan de economische factor.” De technische opleidingen van de academie (ca. 2400 studenten en ca. 150 medewerkers) variëren van Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek, Chemie, Chemische Technologie en Forensisch Onderzoek tot Elektrotechniek, Industrieel Product Ontwerpen, Technische Informatica, Technische Natuurkunde, Werktuigbouwkunde en Mechatronica. “HBO doet geen fundamentele research, waarbij het vaak 7 tot 10 jaar duurt voordat bewezen is dat iets werkt, de zogenaamde ‘proof of principle’”, vertelt Peter van Dam. “Het HBO doet toegepast onderzoek, wat binnen 1 à 2 jaar moet resulteren in een voor de praktijk bruikbaar eindresultaat.” Samen met Windesheim staat Saxion in maximale verbinding met het bedrijfsleven en biedt middels TFF meer expertise in HTSM en meer én beter opgeleiden in de techniek. “Die samenwerking van twee hogescholen is van doorslaggevend belang geweest bij de toekenning door het ministerie van het Expertisecentrum. Ons doel is het versterken van de innovatiekracht in HTSM van de regio Oost-Nederland, ten behoeve van economische en maatschappelijke mogelijkheden.

Peter van Dam: “Voor bedrijven geldt uiteraard ook dat zij op deze manier in contact kunnen komen met toekomstig personeel. Een even groot belang is dat met name het MKB op deze manier in co-creatie met het HBO innovatieve stappen kan nemen, waar het MKB zelf niet de tijd en/of expertise voor heeft. Deze weg zijn wij sinds begin van de eeuw ingeslagen – die vormt dus ons groeipad. In september dit jaar toonden de cijfers aan dat wij qua Kritische Prestatie Indicatoren voor het Expertisecentrum op schema zitten en op een aantal punten nu al het voor 2016 gestelde doel zijn voorbijgestreefd, zoals het aantal valorisatieprojecten, de In Kind bijdrage van bedrijven, startups vanuit octrooi en de derde geldstroom. Met als resultaat dat we op de ingeslagen weg mogen doorgaan, wat een uiterst positieve zaak is.” Hij vertelt dat de opleidingen in Twente (MBO, HBO en Universiteit) het onderling eens zijn over de gezamenlijke richting. “Op die manier creëer je samen dus een ‘ecosysteem’ – en dat werkt.”

«

SAXION HOGESCHOLEN Academie Life Science, Engineering & Design M.H. Tromplaan 28 7513 AB Enschede Telefoon 053 – 4871294 www.saxion.nl/led


REPORTAGE

Tekst & Fotografie: Jan Hammink

Wereldwijde nieuwe dimensie industriële evolutie vanuit Twente Een wereldwijde nieuwe dimensie in de industriële evolutie. Het Twentse bedrijf TRUMPF Nederland staat daarbij aan de basis. Vanaf 2016 wordt de consument daar in de dagelijkse praktijk mee geconfronteerd.

Mobiele telefoons, camera’s, audioapparatuur, computers en dat soort gebruiksvoorwerpen krijgen een veelheid aan nieuwe toepassingsmogelijkheden. “Dat geeft een geweldige nieuwe input aan de economie”. Ger van der Endt, directeur van het Hengelose bedrijf, is ervan overtuigd dat zijn bedrijf meewerkt aan baanbrekende nieuwe ontwikkelingen die binnen enkele jaren gerealiseerd worden, waardoor talloze nieuwe mogelijkheden ontstaan door ICT-toepassingen. Vijftien van de 73 medewerkers heeft TRUMPF vanuit Hengelo op dit moment gedetacheerd bij ASML in Veldhoven. Samen met collega’s van het Brabantse bedrijf zijn ze nieuwe apparatuur aan het installeren die revolutionair is binnen de ontwikkeling met lasertechnieken. “De functionaliteit wordt enorm versterkt: tal van nieuwe toepassingsmogelijkheden die iedereen wil gaan gebruiken. Dat eff ect realiseren we internationaal.”

DRIE CONTIGENTEN Als Van der Endt over internationaal spreekt, dan bedoelt hij verspreid over drie contigenten: Europa, Amerika (Noord en Zuid) en Azië waar het familiebedrijf TRUMPF tal van vestigingen heeft met duizenden medewerkers. TRUMPF in Hengelo is sinds 2006 een honderd procent dochter van de hoofdvestiging in het Duitse Ditzingen, dat in 1926 werd opgericht door Christian TRUMPF. De productie van fl exibele assen stond aan het begin nog centraal. Het bedrijf groeide spectaculair, maar vanaf 1978 werd onder leiding van Berthold Leibinger de basis gelegd voor een internationale doorbraak met de introduc-

tie van bijzondere lasertechnieken. Het bedrijf werd trendsetter en is dat anno 2014 nog steeds.

QUICK SCAN

LASERBRONNEN EN PLAATWERK

HÉT PROBLEEM VAN DE MARKT

De ontwikkelingen en productie van laserbronnen is één tak van sport waarmee TRUMPF zich bezighoudt. De andere is de plaatwerksector. “Iedereen die met plaatwerk bezig is behoort tot onze potentiele klanten: van eenmanszaken tot multinationals. In Nederland werken we onder meer samen met DAF, VDL, Nedcar, Van der Lande en Panalytical.

» Onzekerheid die door de media inzake de wereldeconomie steeds negatief wordt belicht.

ONTWIKKELING

UW OPLOSSING

Dat TRUMPF een van de meest innovatieve bedrijven is, blijkt alleen al uit het feit dat acht procent van de 2,6 miljard aan jaarlijkse omzet wordt besteed aan ontwikkeling. Vanaf het begin dat Van der Endt in 2006 bij de overname van het voormalige bedrijf Möller & Co directeur werd, legde hij daar het accent op. Maar nog meer met het aanbreken van de crisisjaren. “We mochten van de centrale directie in Duitsland twee jaar werken aan een pilot om over te kunnen stappen op nieuwe strategieën. Nog meer gingen we het accent leggen op de wensen van de klant. We traden nauw met ze in overleg. Leiden hun mensen op met onze kennis. Daar worden uiteindelijk beiden beter van. Vele bedrijven draaien op onze machines en we zijn actief in heel Nederland. Onze monteurs en vertegenwoordigers wonen op diverse locaties verspreid over het land.”

» Innovaties die leiden tot nieuwe mogelijkheden.

ALL OVER THE WORLD De nieuwe input van TRUMPF in Hengelo in de laserontwikkeling lijkt echter vooral de komende jaren

ONZE VISIE » Herstel heeft zich in meerdere branches al definitief ingezet. De rest komt vanaf 2015.

intercontinentaal zijn vruchten af te werpen. Aangestuurd vanuit het nieuwe zeer moderne, multifunctionele en energiezuinige pand, dat sinds kort in gebruik werd genomen, wordt in samenwerking met ASML gewerkt aan diverse toepassingmogelijkheden, die straks niet alleen in ons land, maar intercontinentaal worden toegepast door de zusterbedrijven all over the world.

«

TRUMPF NEDERLAND B.V. John Maynard Keynesstraat 301 7559 SV Hengelo Telefoon 088 - 400 24 00 www.nl.trumpf.com

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

21



REPORTAGE

Tekst & Fotografie: Jan Hammink

Vosteq scoort met totaalvoetbal Productieprocessen verbeteren. Met minder moeite meer de fabriek uit in veel minder tijd. Met een efficiënte nieuwe speelstijl het resultaat verbeteren. Dat is de aanpak van Vosteq met totaalvoetbal. “We noemen het gemakshalve maar even zo”, zegt Harry van de Vosse, die samen met Willem Lenselink de directie vormt van Vosteq. “Uiteraard is voetbal iets anders dan een productieproces in een bedrijf. Toch is onze manier van denken heel goed uit te leggen door het te vergelijken met voetbal. Wij hebben binnen twee jaar met deze methode een 400 procent hogere orderintake met mooie integrale doorbraakprojecten in de maakindustrie bereikt. En als we er niet van overtuigd zijn dat een opdrachtgever met onze methode onze kosten er binnen één jaar weer uit heeft, dan nemen we de opdracht niet aan. We willen er zeker van zijn ook daadwerkelijk te scoren.”

Lenselink het als ze totaalvoetbal vertalen naar de methodiek voor de industrie. Waarbij TOL staat voor Techniek, Organisatie en Logistiek. “Je moet deze drie aspecten integraal aanpakken en synergetisch laten samenwerken als je een productieproces wilt verbeteren. Zo zijn nieuwe voetbalsystemen ook uitgevonden: door te denken over de gehele linie. Ook wij gaan in de maakindustrie uit van het principe: hoe verslaan we onze concurrent. Hiermee opereren we in heel Nederland en het Duitse deel van de Euregio. We werken van procesindustrie tot kunststofverwerkers en van de metaal tot de glasindustrie. Zowel bij leveranciers als OEM’ers, oftewel maakbedrijven met een eigen product.”

Spelers wisselen bij totaalvoetbal voortdurend van positie en beschikken over goede technieken en inzicht om optimaal op elkaar te kunnen inspelen en samenwerken. “En als je dat principe toepast in de maakindustrie kan daarmee ook de beste performance worden bereikt. Het gaat erom dat je kennis van elkaars werkgebied uitwisselt. Alle betrokken partijen maximaal laten samenwerken, niet alleen intern, maar je moet daar ook externe partners, zoals toeleveranciers, bij betrekken. Op zichzelf niet nieuw, maar het verschil is dat wij dit doen op basis van een andere nieuwe horizon, dan de bedrijven zelf zouden kiezen. De kunst van het spel is om deze competentiesynergie tussen alle partijen op doel te richten. Wij willen met innovatieve combinaties en wisselingen van spelpositie doel treff en in de productieketen.”

FLEXIBEL

TOL TOL-strategie. Zo noemen Van de Vosse en

De medewerkers van Vosteq managen de aanwezige competenties, vullen ideeën aan en geven nieuwe richting aan methoden op het speelveld in de maakindustrie. “We hebben het meermalen bewezen: met vreemde ogen zien we vaak meer potentie en nieuwe mogelijkheden. Ontwikkelingen en nieuwe kansen dienen zich in sneltreinvaart aan. Het is een dilemma om vast te stellen welke investering het beste past en leidt tot de nieuwe doorbraak, maar stilstand is het begin van het einde. Want als jij de spelstijl en -methode niet aanpast, doet de concurrentie het en ben jij weg.”

DURVEN SCHAKELEN Durven schakelen juist in deze tijd van crisis, dat is volgens Van de Vosse van groot belang. Ook wij hebben het in de crisis moeilijk gehad, maar hebben juist fl ink veel tijd besteed aan de omschakeling naar

QUICK SCAN HÉT PROBLEEM VAN DE MARKT » Veranderen en realiseren van ‘next level’ concurrentiekracht in onze maakindustrie.

ONZE VISIE » TOL-Strategy; oftewel totaalvoetbal in de maakindustrie naar Industrie 4.0.

UW OPLOSSING » Uw nieuwe horizon: een nieuwe speelstijl met doelgerichte combinaties van bestaande en nieuwe deeloplossingen op maat.

nog betere methodes. Als je dat durft te doen als bedrijf, ben ik ervan overtuigd dat je er net als wij des te sneller uitkomt.” Wie belangstelling heeft in het handzame boekwerkje ‘Totaalvoetbal in de Maakindustrie’ aan de hand van Harry van de Vosse en Willem Lenselink, kan een gratis exemplaar aanvragen via www.vosteq.nl

«

VOSTEQ INNOVATIONS B.V. Edisonstraat 11 7601 PS Almelo Telefoon 088 – 250 08 00 E-mail info@vosteq.nl www.vosteq.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

23


REPORTAGE

QUICK SCAN HÉT PROBLEEM VAN DE MARKT » Men denkt bij innovatie te vaak aan nieuwe producten die gemaakt moeten worden. Dat is echter slechts een deel van je organisatie. Als ik kijk bij andere ondernemers, zie ik dat processen vaak achter blijven. Die zijn in veel gevallen niet goed afgestemd op het product.

ONZE VISIE » Als producent zul je je proces en je product op gelijk niveau moeten plaatsen, beide aspecten met gelijke intensiteit moeten vernieuwen. Het extra gevaar wat ik zie optreden, is dat er te veel generalistisch in plaats van specialistisch wordt gedacht. Momenteel zie je slechts een beperkt aantal specialistische opleidingen.

UW OPLOSSING » In je primaire processen moet je net zo veel innoveren als in je producten. Dát is als producent je bestaansrecht. Bovendien moet je je voortdurend blijven ontwikkelen. En ondernemers zullen hun concurrentiekracht juist meer en meer door het inzetten van specialisten moeten bewerkstelligen. Het is onze missie op die manier kwalitatief hoogwaardige producten te ontwikkelen en produceren voor de medische en industriële markt.

UNITRON INNOTECH BV Asveldweg 2 7556 BP Hengelo Telefoon 0117 – 30 73 00 www.unitron.nl

Tekst: Theo Bennes // Fotografie: Wim van ‘t Hoff

Innovatie begint bij je primaire processen Unitron Innotech in Hengelo maakt deel uit van Unitron Group in het Zeeuwse IJzendijke. Het bedrijf bundelt ontwikkeling, engineering, productie en distributie: van idee tot eindproduct, waarin elektronica een belangrijke rol speelt. “Bij innovatie wordt vaak gedacht aan nieuwe producten die je moet maken – maar dat is slechts een deel van je organisatie”, stelt Guust van Liere, directeur van Unitron Innotech. “Je primaire processen, het uiteindelijke produceren dus, daarin moet je net zo veel innoveren als in je producten. Dát is je bestaansrecht. Als producent zul je je proces en je product op gelijk niveau moeten plaatsen, beide met gelijke intensiteit moeten vernieuwen.” Unitron (gestart in 1988) ontwikkelt en produceert hoofdzakelijk medische apparatuur en industriële producten in opdracht van en in nauwe samenspraak met haar klanten. Het gaat daarbij zowel om het verwezenlijken van volledig nieuwe concepten als de modifi catie en optimalisatie van bestaande producten. De specialisten van Unitron begeleiden de klanten bij het ontwikkelen van een compleet businessconcept. Met dit scala van activiteiten is de onderneming wereldwijd actief in verschillende markten. “Onze mensen zijn heel erg gewend om veranderingen door te voeren. Als ik kijk bij andere ondernemers, zie ik dat processen vaak achter blijven. Ze zijn in veel gevallen niet goed afgestemd op het product.”

BELANG VAN PRODUCTCERTIFICERING Hij vertelt dat de collegiale werksfeer waarin de

24

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

medewerkers van het team specialisten samenwerken kenmerkend is voor de onderneming. Op die manier worden talloze innovatieve producten gerealiseerd middels dito technieken. “Techniek gaat heel vaak over het maken van tastbare zaken. Wij zijn daar al tien jaar mee bezig maar nog altijd niet klaar. Je dient je dan ook voortdurend te blijven ontwikkelen.” Naast techniek spelen kwaliteitssystemen een belangrijke rol. Unitron beschikt over grote expertise op het gebied van productcertifi cering voor haar klanten (zoals ISO 13485 voor de ontwikkeling en productie van medische apparatuur). Vooral voor technostarters is dit een belangrijk aspect. Bovendien is Unitron een volwaardige partner als het gaat om het opstellen van rendabele businessconcepten. Men is zich er namelijk terdege van bewust dat het gezamenlijke doel binnen een samenwerking immers is dat de producten die ontwikkeld en geproduceerd worden, uiteindelijk goed verkocht gaan worden. “De technische opleidingen sluiten onvoldoende aan bij de praktijk van het bedrijfsleven”, stelt Guust van Liere daarnaast. “Het extra gevaar wat ik daarbij zie optreden, is dat er te veel generalistisch wordt opgeleid in plaats van specialistisch. De concurrentiekracht komt juist van specialisten. Maar momenteel zie je daarentegen slechts een beperkt aantal specialistische opleidingen.”

«


REPORTAGE

Tekst: Theo Bennes // Fotografie: Wim van ‘t Hoff

Technische bedrijfsopleidingen QUICK SCAN voor de maakindustrie

HÉT PROBLEEM VAN DE MARKT

STODT Toekomsttechniek in Hengelo is de praktijkopleider voor BBL-opleidingen in de verspaning en mechatronica. Directeur Jeroen Rouwhof: “STODT verzorgt technische bedrijfsopleidingen voor de maakindustrie. Wij leiden mensen op uit het bedrijfsleven.”

Als zelfstandig applicatiecentrum helpt STODT bedrijven in de industrie om hun engineering- en productieprocessen te verbeteren. Daartoe verzorgt het opleidingsinstituut ruim 250 verschillende praktijkgerichte opleidingen op mbo- en hbo-niveau. “Wij hebben een meerwaarde voor bedrijven”, zegt Jeroen Rouwhof. “Die hebben met een bepaalde problematiek te maken, zoals lagelonenlanden, kleinere series van een product, enzovoort. Wij helpen hen om zich in die markt staande te houden. Zij hebben personeel nodig dat hightech machines kan bedienen. STODT Toekomsttechniek beschikt hier over die hightech machines, moderne apparatuur volgens de nieuwste technieken. En onze docenten zijn vakspecialisten uit het bedrijfsleven. Bovendien leiden wij ook docenten op om op hoog niveau opleidingen te kunnen geven. Wij helpen dan ook op het scheidsvlak van mens en machine, niet alleen in Twente maar in heel Nederland.” Hij vervolgt: “Verspaning, mechatronica, productieautomatisering en bedrijfsvoering vormen het hart van wat STODT te bieden heeft – dat zijn de technieken waarop wij ons hebben toegelegd. Binnen al onze opleidingen creëren we, naast BBLopleidingen, in veel gevallen maatwerk, afgestemd op de wensen van de opdrachtgever.”

BEHOUD EN UITBOUW VAN DE MAAKINDUSTRIE Het zwaartepunt van alle opleidingen ligt op de

praktijk, deskundige begeleiding, een up-to-date lesprogramma en dat al eerdergenoemde moderne machinepark. Op die manier legt STODT Toekomsttechniek de nadruk op een optimale inzet van medewerkers, organisatie en moderne technologie. Jeroen Rouwhof: “Wij zijn de complete bedrijfsopleider met als doelstelling het behoud en de uitbouw van de maakindustrie in Nederland. Dat is tegelijk ons bestaansrecht. Om dat te kunnen realiseren, kijken we scherp naar de trends in het bedrijfsleven en passen daar de opleidingen op aan. Zo proberen we bijvoorbeeld het huidige tekort aan technici op te lossen. Vaak blijkt namelijk dat geschoolde werknemers weinig technische praktijkkennis hebben, onder meer omdat reguliere opleidingen niet goed aansluiten op de beroepspraktijk. Er is dus een groeiende behoefte aan aanvullende technische trainingen voor bestaand personeel.” Naast opleidingen geeft STODT Toekomsttechniek adviezen, zoals welke stappen de ondernemer met zijn bedrijf moet nemen om binnen een bepaalde periode een bepaald gewenst c.q. noodzakelijk punt te bereiken. “Het bewijs van de kwaliteit van onze opleidingen wordt geleverd door de deelnemers van STODT”, stelt Jeroen Rouwhof. “De afgelopen jaren heeft een vijftal mensen van onze opleidingen hoge ogen gegooid bij kampioenschappen op zowel landelijk als Europees niveau, de zogenoemde ‘Vakkanjers’. Een betere reclame kun je je als praktijkopleider niet wensen.”

«

» In economisch mindere periodes moet je eigenlijk juist mensen gaan opleiden – dus andere initiatieven gaan ontplooien. Dat wordt vaak niet onderkend. Het is een investering in verbetering van de bedrijfsvoering op het gebied van doorlooptijdverkorting, kwaliteitsverbetering en kostenreductie.

ONZE VISIE » Wij mogen in Twente met z’n allen best die boost krijgen, de bewustwording dat wij heel veel te bieden hebben op het gebied van hightech. Ons doel, waarmee wij ons ook willen onderscheiden, is om op hoog niveau moderne technieken te scholen.

UW OPLOSSING » STODT wil in de toekomst meer zichtbaar worden met haar missie en talenten. Onze opdrachten bewijzen onze kracht en de mogelijkheden die we te bieden hebben. Wij leiden mensen op uit het hele land, op mbo- en hbo-niveau, en dat sluit naadloos aan op de behoefte vanuit het bedrijfsleven. Met het onderscheid dat wij opleiden op wat bedrijven vragen en daar snel in kunnen schakelen. We helpen bedrijven bij het maken van de vertaalslag van strategie naar concrete aanpak.

STODT TOEKOMSTTECHNIEK Gieterij 212 7553 VZ Hengelo Telefoon 088 – 011 23 45 www.stodt.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

25


Dirkzwager zorgt dat u het weet.

Wij delen onze kennis graag. Het juridische antwoord op een simpele vraag, is vaak gecompliceerder dan verwacht. Met gezond verstand komt u een heel eind, maar voor een ĂŠcht antwoord is meer kennis nodig. Dirkzwager deelt die kennis graag met u. Ontdek snel hoe Dirkzwager haar kennis deelt op www.partnerinkennis.nl


REPORTAGE

Tekst: Hans van der Heijden // Fotografie: Wim van ‘t Hoff

A. LEERING ENSCHEDE, PRODUCENT VAN HOOGWAARDIGE EN TAILOR-MADE RVS APPARATUUR

‘Vooruit kijken en nieuwe technieken onderzoeken zit in de DNA van ons bedrijf’ A. Leering te Enschede is gespecialiseerd in de verwerking en bewerking van diverse soorten metaal, waarbij roestvast staal en hoog gelegeerde metalen de boventoon voeren. De hoogwaardige en tailor-made producten vinden hun weg in ondermeer de voedingsmiddelen-, pharmaceutische, offshore- en chemische industrie. Het bedrijf kent vier divisies, welke zijn ondergebracht in aparte bedrijven: Leering Tank- en Apparatenbouw BV is specialist op het gebied van roestvast stalen tank- en apparatenbouw. Plasmasnijden/Lasersnijden BV richt zich op het snijden van roestvast staal. Laserwelding BV specialiseert zich in het laserlassen van Thermplate® platen. De divisie Metaalbewerking is sterk in kleine en middelgrote serieproducties van alle mogelijke metalen. ONDERSCHEIDEND VERMOGEN Directeur Tonnie Janssen: “Ons onderscheidend vermogen ligt in de constante kwaliteit die wij leveren, dat klinkt als een cliché, maar als je moet concurreren met lage loonlanden is dat een punt waarmee je het verschil kunt maken. En dat verschil in kwaliteit wordt bij ons op de werkvloer gemaakt. We investeren daarom continu in onze medewerkers, zowel vakinhoudelijk als in werkplezier. Je krijgt namelijk geen tweede kans om een goed product te maken. Nederland heeft nog steeds voldoende werkgelegenheid in de metaalsector. Een punt van aandacht is de verbetering van het imago van deze bedrijfstak, zodat we metaal weer ‘cool’ voor de jongeren maken. Het slechte imago van de metaalsector komt ook wel een beetje van vroeger, metaalarbeiders zagen er op foto’s smoezelig uit. Maar dat is allang niet meer het geval, bovendien moeten ze vandaag de dag aan allerlei arbeidsvoorwaarden voldoen zoals veiligheidsschoenen, gehoorbeschermers, veiligheidsbrillen, etcetera. Ook de werkvloer is schoon en als prospects komen kijken willen ze toch de fabriek in, dan maakt een opgeruimde bedrijfshal een goede eerste indruk. Ik zeg altijd schoon is mooi. Mooi voor de opdrachtgever die een hoogwaardig product geleverd krijgt, mooi voor ons bedrijf én voor de veiligheid en ge-

zondheid van de mensen die er werken. De meeste van onze producten zijn klantgestuurd, worden niet en masse geproduceerd en zijn veelal unieke exemplaren. Er moet dus heel wat kennis en kunde in eigen huis zijn om op nieuwe aanvragen in te spelen. Om daaraan te kunnen voldoen zijn onze medewerkers TÜV gekwalifi ceerd (Technischer Überwachungsverein, red.). Met name voor onze Duitse relaties is dat een pluspunt.”

TECHNIEK EN INNOVATIE “Vooruit kijken en nieuwe technieken onderzoeken zit in het DNA van ons bedrijf. We zijn daarom continu bezig om nieuwe productmarktcombinaties te ontwikkelen. Bijvoorbeeld met het door ons ontwikkelde Thermplate®, een dubbelwandig warmte- en koudeoverdrachtsysteem, hebben we onderzocht voor welke industrieën we dit product kunnen toepassen. In samenwerking met een HTS’er hebben we marktonderzoek gedaan en kwamen ondermeer terecht bij de pharmaceutische-, food- en chemische industrie. Voor deze en andere industrieën hebben we dit systeem nu met succes binnen hun productiecyclus weten te integreren. Vorig jaar hebben we een nieuwe wals gekocht en begin volgend jaar wordt een nieuwe plasma lasbank geïnstalleerd, ook onze lasapparatuur gaat tijdig

in de vernieuwingsrondes mee.”

OPLEIDINGEN Janssen: “Opleiding is een speerpunt binnen Leering, we plaatsen daarom elk jaar twee leerlingen van de SMEOT op onze afdelingen (Stichting Metaal- en Elektro Opleidingen Twente, red.). Ze gaan een halfjaar naar school voor het theoriedeel en het tweede halfjaar komen ze hier werken voor het praktijkdeel. Het is een betaalde opleiding en wij vergoeden ook het theoriedeel. Binnen Leering zijn twee medewerkers aangesteld als leerlingbegeleiders. De leerlingen krijgen specifi eke opdrachten toebedeeld en zijn dan aan het eind van hun opleiding op het door ons vereiste werkniveau. Daarna hebben ze de vrije keuze wat werkgever betreft. Desondanks zien we weinig leerlingen vroegtijdig vertrekken, onze werksfeer is goed en wij maken gevarieerde producten, dat spreekt hun aan.”

«

A. LEERING ENSCHEDE Kanaalstraat 151 Telefoon 053-4802450 E-mail tek@leering-enschede.nl www.leering-enschede.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

27


REPORTAGE

QUICK SCAN HÉT PROBLEEM VAN DE MARKT » Je hebt te maken met een verscheidenheid aan situaties. Het ene bedrijf houdt zich non-stop bezig met de instroom van jongeren, sommige andere bedrijven hebben er de middelen niet voor. En dan heb je nog de bedrijven die jongeren bij anderen willen gaan wegkopen.

Tekst: Theo Bennes // Fotografie: Wim van ´t Hoff

Technisch leren, werken, groeien “Bij techniek heb je het over een heel breed spectrum” zegt Jeroen Boerkamp van Technisch Werk Nederland. “Wij zijn een innovatief instrument dat fungeert als maatschappelijk middelpunt tussen een school, jongere en bedrijf.”

ONZE VISIE » Maar met welke situatie je ook te maken hebt, wij moeten blijven overtuigen dat die instroom van groot belang is. Wij proberen voortdurend een bewustwording bij bedrijven neer te leggen, ze moet blijven beseffen dat er een tekort is aan technisch personeel. Men moet de focus nog meer gaan leggen op die vakopleidingen.

UW OPLOSSING » Wij profileren ons nadrukkelijk als een innovatief instrument dat fungeert als maatschappelijk middelpunt tussen de opleiding, de jongere en het bedrijf. En in die hoedanigheid constateren we nog altijd dat er nu nog relatief te weinig werkplekken zijn voor te veel jongeren. Dus moet men nú gaan schakelen, geld vrijmaken, goed gericht gaan bekijken ‘welke’ jongere je nodig hebt als bedrijf.

TECHNISCH WERK NEDERLAND F. Hazemeijerstraat 800 7555 RJ Hengelo Telefoon 085 – 760 0360 www.technischwerknederland.nl

28

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

DE ROL VAN INNOVATIEF INSTRUMENT De Hengelose organisatie begon in eerste instantie als Technisch Werk Twente en paste haar expertise regionaal toe, maar al snel constateerde men dat de problematiek in heel Nederland speelt en werd besloten om het werkgebied uit te breiden naar een landelijke aanpak. Jeroen Boerkamp: “Het innovatieve instrument dat wij willen zijn, is gebouwd op een drietal zaken: ten eerste de koppeling van de juiste jongere op de juiste plek, vervolgens een intensieve professionele begeleiding en als derde pijler communicatie. Bij het eerste punt speelt vooral dat je goed moet kijken naar wat zo’n jongere beleeft, beweegt en hoe hij of zij als persoon in elkaar zit. Die periodieke begeleiding bestaat eruit dat wij om de twee à drie weken telefonisch en separaat contact hebben met zowel het bedrijf als de jongere. En elke zes weken zitten we dan samen op locatie bij het bedrijf om tafel. Wat betreft het aspect communicatie maken wij gebruik van evaluatieformulieren om de vorderingen te kunnen blijven volgen, worden er afspraken gemaakt, is er verdieping, zijn er aanvullende opleidingen nodig, enzovoort. Die jongere komt bij ons terecht c.q. wordt door ons bereikt via verschillende kanalen: dat kan zijn via social media, middels onze eigen app of gedrukte media. Als Technisch Werk Nederland kijken wij

altijd naar de situatie vanuit de jongere, dat is consequent ons uitgangspunt.”

PASSIE EN PLEZIER IN TECHNISCH WERK De werkgebieden die Technisch Werk Nederland bestrijkt, zijn mechatronica, elektronica, metaal, installatie- en elektrotechniek, procestechniek en de bouw. De organisatie richt zich op de instroom van starters en jonge talenten in de techniek met als doel een vast dienstverband en een gezonde toekomst bij werkgevers. “Het gaat bij ons om leerlingen die de capaciteiten hebben om door te groeien naar MBOniveau 4+ c.q. HBO” aldus Jeroen Boerkamp. In het geval van plaatsing bij een bedrijf verzorgt Technisch Werk Nederland tijdens de opleidingsperiode zaken als verloning en facturering via een payroll-organisatie, aanmelding bij het opleidingsinstituut (en indien nodig faciliteren bij het accrediteren van de opdrachtgever) en de eerder genoemde periodieke evaluatie. Bovendien zorgt men voor betaling van lesgelden en studiemateriaal, en het opstellen van de leer/werkovereenkomst. Het uitgangspunt is dat de betreff ende BBL-er na het behalen van zijn of haar vakdiploma in dienst treedt bij de opdrachtgever. “De juiste koppeling tussen de partijen, intensieve begeleiding en strakke communicatie vóór, gedurende en na het BBL-traject zijn de bewezen factoren om het proces te laten slagen.”

«


REPORTAGE

Tekst: Naam // Fotografie: Naam

SUBKOP

Jansen Machine

QUICK SCAN HÉT PROBLEEM VAN DE MARKT

Intro

Natusdaero magnihit voloressi tet inctium volorati totature venisciae etusdandi voluptures dolorem aborror sin entio que non reprae volesti oreicia et latus experunt as dolorum delia dis dolorume el incto occuptiosam, consento del eniet voluptat verum que pa verciat ioneceped ut officiatur alique plam aut faccus, ni consedita commo doloreh enest, apis aspelic illessequat atureperro corem landi dolorer empelignim del etus, ipiscipsust ligentio tem quidit que pro berum sae volorro est, ommosaerio. Untempos alias est, oditatibus, officat reseque rem res quid quiae pa adic te nis sitatur ad quo quas est liquia quasper ibusape digendigni il expliqui totaturio quaeces enis aut quos volor secturia invellu ptiundi psuntius eius.

IPSAM FUGIA DIT IPSAM ES VENT Umet voluptaquam di dera es magniendam experia volorep taspiciet odis erum sandam re preped mod es earchil landist atin nus es sapis dus ium alignihil int odi consequodio. Ullit ut et voluptatio beaque est vent. Arum eosant rehent laborem hariores sunt dolor repella borum, que endae veri doluptam aut il invellest omnias audaes dus esciaeptae nempelis dolut aspe et lant imin re et es experci doluptatia nimodis accaest, con ea cus mod qui to diant reptatur as dolupta turectem aut arumend itatentius, asitiaturit plignis maio. Ectorib uscidic iatiorepro tento iunt facepudae volum netur, cus dit quosant, accupta ssinis aut re omnis escia poresto eius vendam sunt explici pietus ab inctem et et, nonseque culpa dolum

» Agnatiu mquasit quid excerfe ruptassit, cullam quam, qui consequatus, qui aut arisqua menisciis quia niendipsae nonseque comniatur. Harum eumquia ecestium hit, sum volupis autemque volor sitasitiunt, tori consedi blatemped qui omnia voleculla aut odi ad ut pratium nus qui a dollam facium natibus aeptatio blab ipsunt. iderumquid que quos con pere est, ut que dit, esendi blabo. Dolupti officim posaper ectaqui beaqui volupta dolorum inverum volorissim ipicabo. Qui officiant accus estissit lautas aut.

UT QUAS ET ABO Et hilla veles quaspitas exercia simo velessi maximagnate nos perores aut volendaest, consequo omnisinus et volendae lab ipidus nos essi audaepudit repellu ptatio. Oluptam, natemporem siniendenim idel ium re sae nobisto officit pratem consequ undiostem que latem sunt omnihil lignate provite venim fugit etur, ne molupta cum aut venis assequi odigeni hiciliti bea dolorror seque nusdant es volorias di cus dolest, iduci optatus autesti beatis ditist, alit fuga. Et ad quis et ut minulpa volore dit exceatq uatquaturem voloreptatum quae consecum que pedit erorem viducim inctio etur aboriorum iliquat ionsed quiae nonsequiae qui bearis acea voluptatur a doluptae moloritiost a volore nem. Nem reperfe rferitio. Nemolorum voluptatus dollantiur sit quam autemped qui ut ut quation seriaspid quam, sustia volupta venis expere nes ex et laboriti tecepratur, quiditat eossi a por sequi dendit quaectorepro cuptatis ut accullit impos el id moluptum faccuptat. Ossitatiis nonsequat etur, qui de dolorae offic tem asitianda num rat aliquam sustia volupta venis autem re voluptis sapitatur?

«

ONZE VISIE » Maximin comnis eaqui quibus veliquis elestibus mo inihic te pre con nem quam verum as et ut haria vent ut qui bera quis magnim endis aborece rerchil in reperia sime con re, con nihillu pidundit. Nobis as doluptaque consequi te molupta tendae ium qui aut harunt moluptas dolorios num ra con rerciis magniende.

UW OPLOSSING » Maximin comnis eaqui quibus veliquis elestibus mo inihic te pre con nem quam verum as et ut haria vent ut qui bera quis magnim endis aborece rerchil in reperia sime con re, con nihillu pidundit. Que simaxim olendem uta volentio quam, intio. Itatem ut autatus reperum et, inus ius dolore quiasimpore, ut et la quis consecto te cus dem ex essitio.

{BEDRIJF } {Adres} {Postcode + Plaats} Telefoon {0000 - 000 000} E-mail {info@bedrijf.nl} {www.bedrijf.nl}

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

29


REPORTAGE

Tekst & Fotografie: Jan Hammink

Heel Europa met één druk op knop

QUICK SCAN HÉT PROBLEEM VAN DE MARKT » Er komen steeds meer diensten van diverse televisieaanbieders. Het pakket dat de consument daardoor krijgt aangeboden wordt dermate complex dat hij door de bomen het bos niet meer ziet.

ONZE VISIE » Door de snelle opkomst van internettelevisie en de diverse apparaten die dit aanbieden nemen deze keuzes steeds meer toe. Bedrijven die de consument helpen om op een eenvoudige manier zijn tv-voorkeur te vinden en te laten kijken zullen de markt leiden.

UW OPLOSSING » Met één apparaat en één druk op de knop alles toegankelijk maken: het bos wordt bij wijze van spreken teruggebracht tot één boompje.

Iedereen herkent ze inmiddels: de apparaten waarmee je op afstand meer apparatuur van diverse merken kunt bedienen. Alweer bijna dertig jaar geleden werden ze uitgevonden door een stel ingenieurs in een garage in het Amerikaanse Ohio. In 1992 kwam er een Amerikaan, die het trucje kende op bezoek bij zijn familie in Hengelo. Hij ontdekte dat in Twente een uitstekend ondernemersklimaat heerste en besloot een Europese tak op te bouwen vanuit de omgeving van de UT in Enschede. De vestiging werd een enorm succes en UE is anno 2014 verantwoordelijk voor de jaarlijkse productie en verkoop van meer dan 250 miljoen afstandsbedieningen. Al deze apparaten achtereen gelegd kunnen bijna duizend keer een cirkel rond de aarde maken…

NASDAQ De vestiging in Enschede groeide uit tot een zelfstandige BV onder de formele verantwoordelijkheid van het beursgenoteerde (Nasdaq) Amerikaanse moederbedrijf dat thans in Santa Ana in Californië is gevestigd. Een echte bijsturing

30

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

Het begon in 1986 met de uitvinding van de afstandsbediening voor meerdere apparaten. Het is mede in Enschede als Universal Electronics (UE) uitgroeit tot de wereldleider in universele draadloze controle waarbij met één druk op de knop nagenoeg alle audio-video thuisapparatuur in heel Europa wordt aangestuurd. vanuit Amerika is volgens vicepresident Menno Koopmans niet aan de orde: “Daarvoor is ons bedrijf vanaf het begin te goed functionerend en internationaal strategisch van belang geweest. Niet alleen in Europa, maar wij hebben vanuit Enschede ook de basis gelegd van de vestigingen in ZuidAmerika, Indië en Azië.”

DOET WAT JE DENKT De kern van het bestaan van UE is volgens Koopmans dat het bedrijf toonaangevend is in het ontdekken, verzamelen en op een slimme manier toepasbaar maken van alle controlecommando’s van alle thuisapparatuur die wereldwijd op de markt is en komt. Dit betreft de traditionele infraroodcommando’s tot de laatste generatie radiofrequentie zoals Bluetooth en Wi-Fi. “Wij zijn strategisch toeleverancier aan talloze fabrikanten die onze innovaties in een verscheidenheid aan producten toepassen; van televisies en ontvangstkastjes, tot game consoles, mediaspelers, en meer recentelijk ook smartphones en tablets. Het betreft werkelijk alle grote merken in deze branche, zoals Samsung, Sony, Microsoft Xbox, Google maar ook meer lokale spelers zoals UPC en Ziggo. Aangezien de ontwikkelingen en innovaties elkaar steeds sneller opvolgen, zijn onze groeimogelijkheden werkelijk onbeperkt. Onze wereld verandert van het leveren van de ouderwetse afstandsbediening met slechts een aantal knoppen, naar apparaten en technologieën die je tegen je televisie laten praten, ervoor bewegen en wellicht in de toekomst te laten denken wat je wilt gaan kijken. Alles met het doel om de grote verscheidenheid aan televisieprogramma’s, films en

applicaties makkelijker te bedienen.”

TWEE TAKKEN

Het Enschedese bedrijf heeft zich vrijwel vanaf het begin toegelegd op twee takken van sport in Europa. Allereerst de retailmarkt onder het eigen merk One for All (naast afstandsbedieningen ook digitale tv-antennes, wandsteunen, en audio en tv-kabels) en groeide daarmee uit tot de grootste leverancier in deze branche in Europa. Daarnaast de business-to-business markt waar onder de naam Universal Electronics producten aan bijna alle televisieproviders in Europa wordt aangeboden.

ENSCHEDE STRATEGISCH Dat de hoofdvestiging al die jaren in Enschede bleef, heeft volgens Koopmans (overigens zelf ook een geboren en getogen nuchtere tukker) vier strategische redenen. “Om te beginnen zijn we gevestigd aan de grens van het grootste Europese afzetgebied: Duitsland, we liggen relatief dichtbij de grootste doorvoerhaven van Europa: Rotterdam, we hebben een goede samenwerking met de naastliggende technisch meest hoogstaande universiteit van Europa: de UT en we zitten in een woonomgeving waarin redelijk betaalbaar personeel te vinden is ten opzichte van het veel duurdere westen.”

«

UNIVERSAL ELECTRONICS Colosseum 2 7521 PT Enschede Telefoon 053 488 8000 www.uei.com


Worden techniek en innovatie de katalysator van onze economie? Minister Jet Bussemaker (Onderwijs) wil dat méér jongeren voor techniek kiezen. Het startpunt is volgens haar ‘innovatief en uitdagend onderwijs dat goed samenwerkt met het regionaal bedrijfsleven’. In totaal willen overheid en ondernemingen de komende jaren 300 miljoen euro uittrekken voor een betere doorstroming naar de technische sector, te beginnen met 75 miljoen vanaf 2015 voor technische mbo-opleidingen. Hoe maak je de technische opleidingen (weer) aantrekkelijk voor jongeren? De mening van ons panel.

{NAAM}

{NAAM}

{NAAM}

{BEDRIJF}

{BEDRIJF}

{BEDRIJF}

Me cone niscilluptum iniaess itatas dolorpo restiantur audam dolessu ntiunt est fugit re volupit, quas isquo omnis quisquam sit este. Quiat fuga. Igenis dest, exerro voluptatassi de ati dolupturit, sitate sitas is debitinusa culparum simi, occumquia sum restruptis di cus, culpa volent omnihit, con porrovit offi cit rerferro everum am, conet volum a que sus el ipsae volor sim comnia cus, simpori cus alique a volecus, volum consequam re ne magnis et erunt ut od minvendent reped qui ut volorpos autectium ex et quae rehendis eum rende del iunt harita vel miliquia in natet a qui ut am ad quunto quias es illam que nistiis rem natemporrum fuga. Adis eossern ataepre sectae. Edistrum harum voluptatur? Taspis nobit aut ut vendis es nempore susae optassimi, apisimp orumquod qui derchit ut et, coneceaquam fuga. Itaeperi sus aut volupid ma quisquo mos enest, iumque vitatiati blaut dolupicipic tore di cullace aquidigendis vita dolectur recti re omnim qui sum fugita dolorio. Nam rehendicti blabo. «

Me cone niscilluptum iniaess itatas dolorpo restiantur audam dolessu ntiunt est fugit re volupit, quas isquo omnis quisquam sit este. Quiat fuga. Igenis dest, exerro voluptatassi de ati dolupturit, sitate sitas is debitinusa culparum simi, occumquia sum restruptis di cus, culpa volent omnihit, con porrovit offi cit rerferro everum am, conet volum a que sus el ipsae volor sim comnia cus, simpori cus alique a volecus, volum consequam re ne magnis et erunt ut od minvendent reped qui ut volorpos autectium ex et quae rehendis eum rende del iunt harita vel miliquia in natet a qui ut am ad quunto quias es illam que nistiis rem natemporrum fuga. Adis eossern ataepre sectae. Edistrum harum voluptatur? Taspis nobit aut ut vendis es nempore susae optassimi, apisimp orumquod qui derchit ut et, coneceaquam fuga. Itaeperi sus aut volupid ma quisquo mos enest, iumque vitatiati blaut dolupicipic tore di cullace aquidigendis vita dolectur recti re omnim qui sum fugita dolorio. Nam rehendicti blabo. «

Me cone niscilluptum iniaess itatas dolorpo restiantur audam dolessu ntiunt est fugit re volupit, quas isquo omnis quisquam sit este. Quiat fuga. Igenis dest, exerro voluptatassi de ati dolupturit, sitate sitas is debitinusa culparum simi, occumquia sum restruptis di cus, culpa volent omnihit, con porrovit offi cit rerferro everum am, conet volum a que sus el ipsae volor sim comnia cus, simpori cus alique a volecus, volum consequam re ne magnis et erunt ut od minvendent reped qui ut volorpos autectium ex et quae rehendis eum rende del iunt harita vel miliquia in natet a qui ut am ad quunto quias es illam que nistiis rem natemporrum fuga. Adis eossern ataepre sectae. Edistrum harum voluptatur? Taspis nobit aut ut vendis es nempore susae optassimi, apisimp orumquod qui derchit ut et, coneceaquam fuga. Itaeperi sus aut volupid ma quisquo mos enest, iumque vitatiati blaut dolupicipic tore di cullace aquidigendis vita dolectur recti re omnim qui sum fugita dolorio. Nam rehendicti blabo. «

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

31


REPORTAGE

Tekst: Harry Knevelbaard // Fotografie: Gerrit Boer

FRICTIELASSEN SNELLER EN GOEDKOPER DAN TRADITIONELE LASTECHNIEKEN

Bij Friction Welding zit een las ook echt vast!

QUICK SCAN HÉT PROBLEEM VAN DE MARKT » Onder meer bedrijven die actief zijn in de cilinderbouw hebben regelmatig te kampen met een vervelend probleem: breuken in gelaste materialen. Dat heeft alles te maken met de traditionele lastechnieken.

ONZE VISIE

“Als ergens een sterke las voor nodig is, kunnen wij altijd een oplossing bieden”, zegt directeur Berry Fix van Friction Welding. “Met frictielassen zijn tal van toepassingen mogelijk. Diverse combinaties van materialen als staal, koper, aluminium en roestvrij staal kunnen aan elkaar worden gelast.”

» Friction Welding Holland in Kampen weet dat probleem prima te tackelen. Dit bedrijf heeft zich gespecialiseerd in frictielassen, ook wel wrijvingslassen genoemd. Met dit moderne systeem wordt een volledige doorlas gemaakt. Afzonderlijke delen worden via een geavanceerde wrijvingstechniek tot één geheel samengesmeed.

Friction Welding is in de Benelux de enige onderneming die gespecialiseerd is in de techniek van frictielassen. Weliswaar werkt ook DAF met deze methodiek, maar dat is uitsluitend voor eigen gebruik. Het gat in de markt deed Berry en zijn ouders Dick en Janny – samen vormen ze de driehoofdige leiding van het bedrijf – vier jaar geleden besluiten om Friction Welding op te richten.

UW OPLOSSING

MARKTONDERZOEK

» Met frictielassen worden oersterke lasverbindingen gerealiseerd, waardoor breuken definitief tot het verleden behoren en producten ook nog eens langer meegaan. Want eenmaal vast is ook daadwerkelijk vast bij deze hoogwaardige manier van lassen!

“Dat hebben we gedaan na gedegen marktonderzoek waarbij we ook gepeild hebben of er voldoende behoefte bestond aan deze nieuwe manier van lassen”, vertelt Berry. “Die behoefte bleek er te zijn. Inmiddels werken we – inclusief de directie – met acht medewerkers. We hebben een breed scala aan opdrachtgevers. Niet alleen in Nederland, maar ook in landen als Duitsland, België, Denemarken, Noorwegen, Ierland, Frankrijk en Slowakije.”

FRICTION WELDING HOLLAND Eckertstraat 37 8263 CB Kampen Telefoon 038-3331530 E-mail info@fwholland.nl www.fwholland.nl

32

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

SNEL EN KOSTENBESPAREND “Een betere las dan een frictielas is er niet”, stelt Berry vast. “Omdat je delen via wrijving samensmeedt tot één geheel, ontstaat een ijzersterke verbinding. Bij een frictielas is de las zelfs sterker dan

het moedermateriaal. Maar frictielassen heeft nog veel meer voordelen. Het proces is ook supersnel en eff ectief. Het gaat allemaal veel sneller dan bij conventionele technieken. Bovendien is het proces kostenbesparend. Er is geen voorbewerking nodig. Weliswaar is het uurtarief van een frictielasmachine duurder dan bij het traditionele lassen, maar door de tijdwinst ben je uiteindelijk een stuk goedkoper uit.” Het frictielasproces kan eventueel ook volledig geautomatiseerd verlopen door de machine met een robot te vullen. “Maar dan moeten de te produceren series wel groot genoeg zijn”, licht Berry toe. “Kleinere series verwerken we handmatig, voor grotere series kunnen we eventueel de robot inzetten.”

DUURZAAM PROCES Berry wijst erop dat Friction Welding met haar activiteiten duurzaam opereert. “We zijn groen bezig”, zegt hij. “Een frictielas wordt op een duurzame wijze aangebracht. Er komen bij ons geen giftige dampen vrij. Het is eigen materiaal wat we versmelten en er wordt geen draad toegevoegd. De milieubelasting bij frictielassen is dan ook aanmerkelijk lager dan bij de conventionele lastechnieken. Het is absoluut niet ongezond en bij wijze van spreken kun je in je nette pak de machine bedienen…”

«


REPORTAGE

Tekst: Naam // Fotografie: Naam

SUBKOP

Menzing

QUICK SCAN HÉT PROBLEEM VAN DE MARKT

Intro

Natusdaero magnihit voloressi tet inctium volorati totature venisciae etusdandi voluptures dolorem aborror sin entio que non reprae volesti oreicia et latus experunt as dolorum delia dis dolorume el incto occuptiosam, consento del eniet voluptat verum que pa verciat ioneceped ut officiatur alique plam aut faccus, ni consedita commo doloreh enest, apis aspelic illessequat atureperro corem landi dolorer empelignim del etus, ipiscipsust ligentio tem quidit que pro berum sae volorro est, ommosaerio. Untempos alias est, oditatibus, officat reseque rem res quid quiae pa adic te nis sitatur ad quo quas est liquia quasper ibusape digendigni il expliqui totaturio quaeces enis aut quos volor secturia invellu ptiundi psuntius eius.

IPSAM FUGIA DIT IPSAM ES VENT Umet voluptaquam di dera es magniendam experia volorep taspiciet odis erum sandam re preped mod es earchil landist atin nus es sapis dus ium alignihil int odi consequodio. Ullit ut et voluptatio beaque est vent. Arum eosant rehent laborem hariores sunt dolor repella borum, que endae veri doluptam aut il invellest omnias audaes dus esciaeptae nempelis dolut aspe et lant imin re et es experci doluptatia nimodis accaest, con ea cus mod qui to diant reptatur as dolupta turectem aut arumend itatentius, asitiaturit plignis maio. Ectorib uscidic iatiorepro tento iunt facepudae volum netur, cus dit quosant, accupta ssinis aut re omnis escia poresto eius vendam sunt explici pietus ab inctem et et, nonseque culpa dolum

» Agnatiu mquasit quid excerfe ruptassit, cullam quam, qui consequatus, qui aut arisqua menisciis quia niendipsae nonseque comniatur. Harum eumquia ecestium hit, sum volupis autemque volor sitasitiunt, tori consedi blatemped qui omnia voleculla aut odi ad ut pratium nus qui a dollam facium natibus aeptatio blab ipsunt. iderumquid que quos con pere est, ut que dit, esendi blabo. Dolupti officim posaper ectaqui beaqui volupta dolorum inverum volorissim ipicabo. Qui officiant accus estissit lautas aut.

UT QUAS ET ABO Et hilla veles quaspitas exercia simo velessi maximagnate nos perores aut volendaest, consequo omnisinus et volendae lab ipidus nos essi audaepudit repellu ptatio. Oluptam, natemporem siniendenim idel ium re sae nobisto officit pratem consequ undiostem que latem sunt omnihil lignate provite venim fugit etur, ne molupta cum aut venis assequi odigeni hiciliti bea dolorror seque nusdant es volorias di cus dolest, iduci optatus autesti beatis ditist, alit fuga. Et ad quis et ut minulpa volore dit exceatq uatquaturem voloreptatum quae consecum que pedit erorem viducim inctio etur aboriorum iliquat ionsed quiae nonsequiae qui bearis acea voluptatur a doluptae moloritiost a volore nem. Nem reperfe rferitio. Nemolorum voluptatus dollantiur sit quam autemped qui ut ut quation seriaspid quam, sustia volupta venis expere nes ex et laboriti tecepratur, quiditat eossi a por sequi dendit quaectorepro cuptatis ut accullit impos el id moluptum faccuptat. Ossitatiis nonsequat etur, qui de dolorae offic tem asitianda num rat aliquam sustia volupta venis autem re voluptis sapitatur?

«

ONZE VISIE » Maximin comnis eaqui quibus veliquis elestibus mo inihic te pre con nem quam verum as et ut haria vent ut qui bera quis magnim endis aborece rerchil in reperia sime con re, con nihillu pidundit. Nobis as doluptaque consequi te molupta tendae ium qui aut harunt moluptas dolorios num ra con rerciis magniende.

UW OPLOSSING » Maximin comnis eaqui quibus veliquis elestibus mo inihic te pre con nem quam verum as et ut haria vent ut qui bera quis magnim endis aborece rerchil in reperia sime con re, con nihillu pidundit. Que simaxim olendem uta volentio quam, intio. Itatem ut autatus reperum et, inus ius dolore quiasimpore, ut et la quis consecto te cus dem ex essitio.

{BEDRIJF } {Adres} {Postcode + Plaats} Telefoon {0000 - 000 000} E-mail {info@bedrijf.nl} {www.bedrijf.nl}

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

33


‘TECHNOLOGIE ZOEKT ONDERNEMER’:

Van marktrijp naar marktklaar 34

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014


PLUS

Tekst: Jeroen Kuypers // Fotografie: Hans van Asch

Innoveren is dé manier om rendement en marktpositie te verbeteren. Veel technologische innovatie ontstaat binnen de bedrijven maar er zijn ook innovaties die al elders ontwikkeld zijn en in een verkoopbaar product moeten worden getransformeerd. TNO gelooft in succesvolle innovatie door samenwerking tussen ondernemers en technologie-experts. Dat is dan ook het principe achter ‘Technologie zoekt Ondernemer’, het succesvolle programma van TNO, dat marktrijpe technologie aan gedreven en ervaren ondernemers koppelt. Tijdens het tiende event, dat dit najaar plaatsvond, toonden 650 ondernemers belangstelling voor negentien kansrijke productideeën uit de laboratoria van TNO. Zo’n 1400 ondernemers kloppen jaarlijks bij het vermaarde instituut aan voor het laten verrichten van onderzoek. Deze zogeheten contractresearch vormt de hoofdmoot van de dienstverlening van TNO aan het MKB. Daarbij vergeleken steken de twintig projecten die TNO jaarlijks uit de eigen research selecteert voor ‘Technologie zoekt Ondernemer’ maar magertjes af, maar dit programma spreekt wel veel meer tot de verbeelding. TNO genereert steeds meer belangstelling met het evenement en vindt ook steeds meer weerklank binnen de Nederlandse bedrijfswereld. “De eerste vijf jaar was het vooral programmabekendheid opbouwen, maar al jaren is het een succesvol evenement met zeer waardevolle en aansprekende resultaten,” zegt Erik Ham.

MATCH & CATCH Een aansprekend voorbeeld van door TNO ontwikkelde technologie die vervolgens door een MKB-ondernemer marktklaar is gemaakt, is Match & Catch. “Het gaat hierbij om een programma dat in amper anderhalve seconde een auto scant. Hij stopt bij de pomp en de software controleert of de nummerplaat en de auto wel bij elkaar horen. Is dat niet het geval, dan blokkeert de pomp automatisch. Het idee erachter is dat de mensen die doorrijden zonder te betalen in veel gevallen met valse kentekenplaten rondrijden. In de praktijk is Match & Catch zo succesvol in het voorkomen van benzinediefstal dat de dieven de benzinestations waar het gebruik van dit programma staat geafficheerd al bij voorbaat links laten liggen.”

AANDACHTSPANNE Je vraagt je af waarom TNO jaarlijks slechts een twintigtal projecten voorstelt aan ondernemend Nederland, maar volgens Erik Ham zijn daarvoor goede redenen. “In de eerste plaats moet het technologie zijn waar een ondernemer daadwerkelijk iets mee kan, die dus al behoorlijk goed doorontwikkeld is. In de tweede plaats kunnen we tijdens zo’n event niet meer dan twintig projecten voorstellen. Als we er meer presenteren nemen de aanwezigen in de zaal dat simpelweg niet meer op. Hoe geïnteresseerd je ook bent, de aandachtspanne reikt niet verder. We hebben dan voordien trouwens al een selectie gemaakt uit de vijftig beste en dus meest marktrijpe ideeën die de laboratoria bij de afdeling MKB naar voren hebben gebracht.”

HEFBOOM Als een ondernemer denkt een bepaald project te kunnen transformeren tot een verkoopbaar product meldt hij zich na de presentatie bij de betreffende stand. Vervolgens komt er een presentatie door de ondernemer zelf. Erik Ham: “Ze dienen eerst bij ons te pitchen om te zien of ze wel geschikt zijn. Eigenlijk vragen we daarmee de ervaring van de ondernemer in de markt te bewijzen. Als de ondernemer heel erg gedreven is kunnen we het project toekennen aan een starter, maar dat is wel zeldzaam. Het komt ook voor dat ondernemers zich in een soort consortium aanmelden, waarbij de taken onderling verdeeld zijn over verschillende

“De eerste vijf jaar was het vooral programmabekendheid opbouwen” bedrijven. De twaalf beste krijgen van ons elk € 25.000,- voor het financieren van een haalbaarheidsstudie. Als de uitslag daarvan positief is komt er nog meer geld ter beschikking. In een combinatie van renteloze leningen en giften kan dat oplopen tot een kwart miljoen, maar voor veel ondernemers dient ons geld vooral als hefboom om bijkomende financiering te verkrijgen. We zien ook dat ze soms al in het stadium van de haalbaarheidsstudie eigen kapitaal aan het bedrag toevoegen, wat later vaak nog oploopt.”

VIRTUELE ETALAGE Aan de basis van het concept van ‘Technologie zoekt Ondernemer’ ligt een zeer gezonde en logische gedachte: de ingenieurs en andere technici die bij TNO in dienst zijn, zijn goed in het bedenken van technologie en toepassingen daarvoor, ondernemers zijn goed in het doorontwikkelen en naar de mark brengen van deze productideeën. Het gaat om totaal verschillende talenten die elkaar perfect kunnen aanvullen, zelfs niet zonder elkaar kunnen.

Niet elke techneut is automatisch ook een goede marketeer en omgekeerd. Het is dan ook niet vreemd dat het programma navolging heeft gevonden in het buitenland. “De Europese Unie heeft een gelijkaardig programma opgestart waarvan de bedenker openlijk heeft verklaard dat hij zich hiervoor op ons ‘Technologie zoekt Ondernemer’ heeft gebaseerd,” aldus Erik Ham. Maar Ham heeft ook geoordeeld dat het programma niet begrensd mag worden door het feit dat er tijdens een event van één dag maar een beperkt aantal projecten en ondernemers aan elkaar gekoppeld kan worden. “Daarom hebben we het programma dit jaar ook buiten die inschrijvingstermijn open gesteld. We hebben een soort virtuele etalage gemaakt waarin alle projecten het hele jaar door worden voorgesteld. Dan kunnen ondernemers zich ook in de maanden na het event aanmelden om in aanmerking te komen voor een van deze technologische uitvindingen. Hierbij geven we echter geen financiële ondersteuning.”

MAGISCHE KLIK TUSSEN ONTWIKKELEN EN ONDERNEMEN TNO werkt intensief samen met tal van aan het MKB gelieerde partijen, waaronder alleen al dertig branche-organisaties en alle Kamers van Koophandel, met de bedoeling haar diensten breed onder de aandacht van het midden- en kleinbedrijf te brengen. Dat is uiteraard goed voor TNO, waar enkele duizenden mensen werken, verspreid over tal van vestigingen, voor het Nederlandse MKB maar ook voor de Nederlandse economie als zodanig. “Bij zo’n programma als ‘Technologie zoekt Ondernemer’ ligt het voor de hand te kijken naar de toegevoegde waarde op microniveau, maar op macroniveau is die net zo indrukwekkend. Daar geldt dat elke private euro die in technologie wordt gestoken tweeëneenhalve euro bijdraagt aan het Bruto Nationaal Product,” verduidelijkt Erik Ham. Technologie die niet blijft steken in het ideeën- of het laboratoriumstadium maar de overstap maakt van een prachtig concept tot een veelgevraagd product, we worden er allemaal beter van. Maar om dat mogelijk te maken moet er eerst die magische klik zijn tussen ontwikkelen en ondernemen. ‘Technologie zoekt Ondernemer’ maakt die klik hoorbaar.

«

Voor meer informatie, ga naar: www.tno.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

35


RONDE TAFEL

Tekst: André Staas // Fotografie: Gerrit Boer

Zwolle-Kampen zit in een winning flow

Vorig jaar door Elsevier uitverkozen als economische regio nummer één van ons land zit de regio Zwolle-Kampen in een winning flow. De IJsseldelta is druk bezig om zich zelfbewust op de (inter)nationale kaart te zetten. GEMAKKELIJK DE CRISIS DOOR

36

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

illustreert de directeur van woningcorporatie Openbaar Belang, Gerke Brouwer. En de directeur van stedenbouwkundig bureau Witpaard, Johan Fuite verwijst naar de plannen die in de regio niet alleen zijn gemaakt, maar ook zijn of worden uitgevoerd. “Dat maak ik in andere landsdelen wel anders mee; daar blijven veel plannen op de plank liggen of worden zelfs terug gedraaid.”

PRIJZEN WINNEN EN METERS MAKEN Een sterke regio dus met veel ambitie en slagkracht. Een regio van: doe maar normaal. “Een regio, waar ondernemers zich graag vestigen en waar ze samen met lokale en regionale overheden optrekken om zo in een ontwikkeling van win-win te raken”, zo constateert de Site Manager van Wärtsilä Kampen, Uilke Bosma. Cees Dijkhuizen, programmamanager Mobiliteit van de gemeente Zwolle, wijst erop dat Zwolle zichzelf heel goed op de kaart zet. “Zwolle is uitgeroepen tot MKB-vriendelijkste stad. We zijn excellent in sommige niches, bijvoorbeeld het Polymer Science Park en het Health Innovation Park. De beste zijn en prijzen pakken, dat willen we. Net als PEC Zwolle.” Ook op het gebied van mobiliteit scoort Zwolle verrassend hoog: de stad is uitgeroepen tot fi etsstad nummer één van ons land.

Pieter Steendam, managing director van Steendam Lab Furnishing Supplies, beklemtoont de kansen die initiatieven als Polymer Science Park ondernemers bieden: “Omdat in zo’n initiatief de krachten van verschillende bedrijven, bijvoorbeeld DSM en Wavin, samen met die van onderwijs- en kennisinstellingen worden gebundeld kunnen we meters maken. Dat is goed voor de bedrijven én voor de regio.” Een sterke regio: de IJsseldelta tussen Zwolle en Kampen. Ondernemers en overheden kunnen én willen hun regio op de kaart zetten en in de winning fl ow komen en blijven. De sleutel hiertoe? Samenwerken!

DEELNEMERS

Eeuwen geleden al was Zwolle een vooraanstaande handelsstad. Net buiten de vesting was, gelegen aan de oude handelsroute tussen Zwolle en Kampen, het herenlogement De Zeven Provinciën een geliefd oord voor handelslieden om zaken te doen. In het gebouw is nu Muller Bedrijfs Onroerend Goed gevestigd. Daar praten negen mannen uit de IJsseldelta over nieuwe kansen, valse bescheidenheid en fris elan. Zwolle, daar ging je altijd langs. De betonnen geluidswallen langs de A28 benemen je het zicht op de stad: ligt Zwolle nou rechts of links? Ondertussen kroop de regio ZwolleKampen de afgelopen jaren schijnbaar gemakkelijk de crisis door. “Sterker nog: we werden vorig jaar door Elsevier als sterkste regio van ons land aangemerkt”, vertelt beleidsontwikkelaar Economie van de gemeente Kampen, Fred Pals. “Op het gebied van infrastructuur is de afgelopen tien jaar hier voor zo’n één miljard euro geïnvesteerd”, meldt Martijn Muller, directeur van Muller Bedrijfs Onroerend Goed. “En vergeet niet de impuls die de Hanzelijn onze regio geeft”, vult wethouder Economische Zaken van de gemeente Kampen, Geert Meijering, aan. Dat Zwolle aantrekkelijk is geeft de groei van de wachtlijst van huurwoningen aan, zo

MARTIJN MULLER Directeur van Muller Bedrijfs Onroerend Goed. Muller Bedrijfs Onroerend Goed (Zwolle) is met vier medewerkers actief op het gebied van huur en verhuur, koop en verkoop en taxatie van bedrijfsonroerend goed, waaronder winkels, logistieke gebouwen en kantoren. www.mullerbog.nl


GESTOLD HANZEVERLEDEN Wat maakt Zwolle-Kampen nou precies zo’n aantrekkelijke regio? De ligging en de bereikbaarheid vallen meteen al op. Amsterdam is slechts een uur met de auto en in Duitsland ben je ook in een mum van tijd. De autosnelwegen zijn dichtbij en fi levrij. Niet alleen over de weg en via het spoor is Zwolle-Kampen goed ontsloten; ook over water zijn de condities gunstig. Pals verklaart waarom: “In Kampen ligt een aantrekkelijke Zuiderzeehaven die geschikt is voor schepen met een grote diepgang. Samen met Zwolle en Meppel en met de kleinere omliggende gemeenten ontwikkelen we voor onze havens een havenvisie. Die samenwerking verloopt werkelijk uitstekend. Waar die in andere regio’s nog wel eens blijven hangen mooie woorden en fraaie rapporten, gebeurt het hier écht. Dat geeft onze regio een aantrekkelijke positie voor de grote havens in Rijnmond. Die kunnen immers alleen maar groeien als het achterland goed is georganiseerd en gefaciliteerd. We zijn alleen nog wel eens te bescheiden, we mogen best eens wat meer en duidelijker

vertellen wat we te bieden hebben.” En Zwolle-Kampen hééft wat te bieden. Behalve een goede ligging en bereikbaarheid een aantrekkelijk woonklimaat. In de IJsseldelta komen de levendige dynamiek van de oude binnensteden samen met de rust van het ommeland. Zwolle en Kampen zijn complete steden waar het goed wonen is. De oude binnensteden zijn aantrekkelijk vanwege gestold Hanzeverleden dat nog goed zichtbaar is in de monumentale panden en fraaie straten en pleinen. De sfeer in Zwolle wordt voor een groot deel bepaald door de 45.000 studenten die de stad herbergt.

INTERNATIONALISEREN Inderdaad: onderwijs. Met uitstekend mboen hbo-onderwijs staat de regio wat dit betreft goed op de kaart. Maar hoe zit het met de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt? Matthijs van Weerd, directeur van Van der Sluis Technische Bedrijven, wijst op de aansluiting die in het onderwijs ontbreekt op vakmanschap.

“Op school leer je niet alles; in de bedrijven gebeurt het. Daarom leiden wij ook zelf mensen op. We overleggen uiteraard met bijvoorbeeld het Deltion College om vakopleidingen samen vorm te geven. Als onderwijs en bedrijfsleven dat allebei willen, gebeurt het ook.” Wat Bosma betreft mag het onderwijs wel wat meer aandacht besteden aan tweetaligheid omdat ons land nu eenmaal een wereldwijd handelsland is. “We hebben goede contacten met Windesheim. Ze komen een heel eind, maar we hebben vooral mensen nodig met kennis én ervaring. En die zijn in deze regio nu eenmaal dun gezaaid. Mijn ervaring is wel dat onderwijsinstellingen heel goed luisteren naar de vraag vanuit de bedrijven.” Internationalisering is overigens het thema van het Ondernemerscongres dat in december in Zwolle wordt gehouden. “Zwolle is de afgelopen jaren vooral gegroeid in sectoren als zorg en onderwijs”, aldus Dijkhuizen. “Vanuit die regionale centrumfunctie kunnen we nog meer kansen benutten op het internationale speelveld. Export is voor steeds meer Zwolse bedrijven

JOHAN FUITE

FRED PALS

GEERT MEIJERING

CEES DIJKHUIZEN

Directeur van stedenbouwkundig bureau Witpaard. Witpaard (Zwolle) is een stedenbouwkundig bureau dat met twaalf medewerkers adviseert op het gebied van stedenbouw, landschap en ruimtelijke ordening.

Beleidsontwikkelaar Economie van de gemeente Kampen. De gemeente Kampen telt 52.000 inwoners en 3.000 bedrijven, waaronder 1.500 zzp’ers. De gemeente biedt ondernemers faciliteiten om zo het ondernemen mogelijk te maken. www.kampen.nl

Wethouder Economische Zaken van de gemeente Kampen. De gemeente Kampen telt 52.000 inwoners en 3.000 bedrijven, waaronder 1.500 zzp’ers. De gemeente biedt ondernemers faciliteiten om zo het ondernemen mogelijk te maken. www.kampen.nl

Programmamanager Mobiliteit van de gemeente Zwolle. De gemeente Zwolle telt telt 123.000 inwoners en zo’n 1.000 medewerkers. De gemeente doet het voorzitterschap van de zeventien gemeenten tellende Regio Zwolle.

www.witpaard.nl

www.zwolle.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

37


RONDE TAFEL

een belangrijke activiteit.” Met IJsseldeltanaren zal dat wel lukken. Met de mentaliteit zit het wel snor. Hier wonen loyale medewerkers die bereid zijn een stapje extra te doen. Het lage ziekteverzuim spreekt boekdelen. Onder invloed van de crisis verandert de houding: mensen stellen zich fl exibeler op, zijn ondernemender en creatiever. “De druk op de arbeidsmarkt maakt mensen ‘vloeibaar’. Voor ondernemers is het een uitdaging om een goede balans te vinden tussen enerzijds de noodzaak van fl exibilisering en anderzijds de wil om goede mensen te binden.

SAMEN SNELHEID MAKEN Goed gelegen, goed bereikbaar. Aantrekkelijk om te wonen, een arbeidsmarkt die voorziet in

loyale, betrokken en hardwerkende medewerkers. Wat wil een ondernemer nog meer? Inderdaad: een lokale overheid die zich als partner opstelt, die het ondernemers mogelijk maakt om te ondernemen. Zwolle en Kampen stellen zich actief op als partner van ondernemers. De gemeenten ontwikkelen zich in rap tempo in de richting van ondernemende organisaties die snel kunnen acteren, reageren en schakelen. Van Weerd: “De lijnen zijn kort; we kunnen goede afspraken maken, bijvoorbeeld over vergunningen. Als ondernemers goede ideeën hebben staan de neuzen in een mum van tijd allemaal de goede kant op en kunnen we samen snelheid maken. De sfeer onder ondernemers en ambtenaren is er een van: actief en

snel aan de slag in een winning fl ow. Dat geeft onze regio een geweldige dynamiek.” Volgens Meijering is dit geen toeval. “De nieuwe colleges zijn niet van ‘nee, tenzij’, maar van “ja, mits”. Ze willen het de ondernemers zo makkelijk mogelijk maken op basis van voeding vanuit de samenleving, van burgers dus en ondernemers.” Bestemmingsplannen willen nog wel eens remmend werken. Maar volgens Fuite komt ook op dit gebied steeds meer ruimte. “De regie van ontwikkelingen komt steeds meer bij de markt te liggen. Het is een kwestie van samen doen. Daarbij zijn uiteraard regels nodig. Maar het gaat om de bereidheid om samen tot oplossin-

DEELNEMERS MATTHIJS VAN WEERD

UILKE BOSMA

GERKE BROUWER

PIETER STEENDAM

Directeur van Van der Sluis Technische Bedrijven. Van der Sluis Technische Bedrijven (Genemuiden) is naast een landbouwmechanisatie- en staalconstructiebedrijf, een allround installateur voor elektro- en warmtetechniek en telt meer dan 500 medewerkers. www.vd-sluis.nl

Site Manager van Wärtsilä Kampen. Wärtsilä Global Logistic Services is een wereldwijd opererend leverancier van onderdelen voor scheepsmotoren. Vanuit de vestiging Kampen zijn ruim 300 medewerkers actief.

Directeur van woningcorporatie Openbaar Belang. Openbaar Belang is een woningcorporatie die in Zwolle zo’n 2.800 verhuureenheden, waaronder woningen en bedrijfsruimten, beheert.

Managing director van Steendam Lab Furnishing Supplies. Steendam Lab Furnishing Supplies (Zwolle) levert met zes medewerkers sanitair voor laboratoria en industrieën.

www.wartsila.nl

www.openbaarbelang.nl

www.steendam.nl

38

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014


gen te komen. En die is er. Overheden durven zelfs risico’s te nemen. Zo groeien overheden en ondernemers in hun rollen. In een goede balans tussen vrijheid en gebondenheid in een transparante duidelijkheid.”

TOERISME EN RECREATIE In de IJsseldelta moeten wel gouden kansen liggen. Bijvoorbeeld in het water, om preciezer te zijn: in de haven van Kampen. Er is een lobby op gang gekomen om de sluis bij Kornwerderzand bij de aanstaande renovatie meer capaciteit te geven zodat Kampen grotere schepen kan ontvangen. Dit betekent stimulansen voor bijvoorbeeld de scheepsindustrie en logistieke bedrijvigheid, in het bijzonder agrarische bulk als graan. Een agrocluster is potentieel kansrijk vanwege de aanwezigheid van hoogwaardige landbouw in het voor- en achterland van de regio. Een ander waterproject is de vaarverbinding tussen de IJssel en de randmeren. Een investering van honderd miljoen euro moet zo een impuls geven aan het waterwoonklimaat en aan de toeristisch-recreatieve sector. Over leisure gesproken: de oude Hanzesteden hebben met hun historische stadscentra volgens Muller goud in handen. “Stedelijk toerisme wordt gevoed door verblijfstoerisme in het ommeland en door stadsbezoekers uit de regio. Evenementen als Sail Kampen en het museum De Fundatie voegen daarbij daadwerkelijk iets toe aan de hoge cultuurhistorische belevings-

waarde van de stadscentra zelf.” Ook wat dit betreft geldt dat de regio zich wel wat beter op de kaar mag zetten. Daarbij geldt dat je niet in alles goed moet willen zijn, maar het lef moet opbrengen om te durven kiezen. Nog een kans: het Health Innovation Park. Met Isala als motor ligt hier een mooie uitdaging om procesinnovatie te ontwikkelen vanuit bijvoorbeeld de vraag hoe de verschillende zorgsegmenten elkaar kunnen vinden.

BETER BENUTTEN Innovatie: hét sleutelwoord bij regionale ontwikkeling. Brouwer noemt nog een voorbeeld. “Ik zie grote kansen voor innovaties en investeringen op het gebied van energietransitie. Dat kan al heel eenvoudig door te beginnen met isolatie en het installeren van zonnepanelen. Zo houden we de woonlasten binnen de perken en dragen we tegelijk onze steen bij aan het oplossen van het energievraagstuk.” Van Weerd onderstreept de kansen die de woningbouw biedt. “We zijn onderweg naar energieneutrale woningen, zowel in renovatie als in nieuwbouw.” Ook voor Bosma biedt het energievraagstuk kansen. “Wärtsilä richt zich de komende jaren op gas als brandstof. Gas zal de komende decennia een belangrijke rol spelen in motoren. We zijn bijvoorbeeld druk bezig met multifuel oplossingen: combinaties van diesel en gas. Hiervoor zijn nieuwe technieken in ontwikkeling. Onder druk van fi nanciële ontwikkelingen en regelgeving moeten ondernemers snel

handelen. Ze investeren hiervoor in vergroting van hun kennisniveau en in automatisering.” Steendam speelt in op de terugtrekkende overheid. “De arboregelgeving is voortaan de verantwoordelijkheid van werkgevers en werknemers. Met als gevolg dat iedere bedrijfstak voor zichzelf bezig is. Wij spelen hierop in door onze adviesrol te versterken en niet alleen maar veiligheidsdouches te leveren.” Fuite ziet kansen in stedenbouwkunde 2.0: “Met steeds meer kennis en technieken wordt het mogelijk om stedenbouwkunde en ontwerp te integreren. Een soort ketenvorming dus. Dit betekent verhoging van ons kennisniveau en verbreding van onze kennisgebieden, bijvoorbeeld door samen te werken. Meijering besluit: “Innovatie ontstaat vaak gewoon in de bedrijven, op de werkvloer. In interactie tussen ondernemers en kennisinstellingen. Het tempo van de innovatie wordt steeds groter; er lijkt steeds meer mogelijk te zijn. Samenwerken is daarbij het sleutelwoord.” In 2017 vinden in Kampen de Internationale Hanzedagen plaats. Enkele duizenden gasten uit alle Hanzesteden zullen zich dan buigen over samenwerking. Economie en water gaan samen, zoveel was in de gouden Hanzetijd al duidelijk. Zwolle en Kampen pakken de draad gewoon weer op.

«

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

39


PLUS

Tekst: Felix de Fijter

ONDERZOEK NAAR FINANCIERINGSMARKT IN HET MKB

Sentiment regeert in oordeel over bankwezen Banken zijn nog altijd verreweg de grootste financiers van het mkb. Toch geven ondernemers hun bank gemiddeld op alle fronten een regelrechte onvoldoende. Carlo Smolders en Ron van Bergen van Jonker Advies uit Amsterdam die de mkb-financieringsmarkt in samenwerking met Hét Ondernemersbelang onderzochten, constateren dat het sentiment regeert, maar dat de bank zich dat gerust ook zelf aan mag rekenen. Het onderzoek werd uitgezet onder de lezers van Hét Ondernemersbelang. De vragenlijst die door een kleine vierhonderd ondernemers werd ingevuld, ging in op feiten en cijfers, maar vroeg ook naar subjectieve graadmeters als tevredenheid en transparantie. “Het negatieve beeld dat in de media overheerst, wordt bevestigd”, zegt Van Bergen. “Ondernemers zonder bankfinanciering geven de bank gemiddeld een 3,8. De ondernemers die alleen een bankfinanciering hebben geven een 4,4.”

Beoordeling banken algemeen Overall:

3,9

Ondernemers zonder financiering

3,8

Ondernemers met financiering (traditioneel en/of alternatief)

4,0

Ondernemers met financiering (minimaal traditioneel (dus exclusief alleen alternatief))

4,0

Ondernemers met alternatieve financiering naast traditioneel

3,5

Ondernemers met alleen alternatieve financiering

4,4

Ondernemers met alleen traditionele financiering

4,4

Ze geven slechts een 4,0. “Opmerkelijk, want dat zijn de klanten die bankiers juist graag tevreden houden”, zegt Van Bergen.

De cijfers geven verrassende inzichten. Bijvoorbeeld: het cijfer dat een ondernemer zijn bank geeft, is afhankelijk van de vraag of die bank ‘m zijn gevraagde financiering heeft verstrekt. “Begrijpelijk, maar niet altijd terecht”, zegt Smolders. “Banken kunnen natuurlijk met legitieme argumenten een financieringsaanvraag afwijzen, bijvoorbeeld omdat een onderbouwing ontbreekt.”

De cijfers laten zien dat die ontevredenheid alles te maken heeft met communicatie, zeggen Smolders en Van Bergen. “Contactpersonen krijgen vijven of magere zesjes, de duidelijkheid van de financieringscriteria wordt met louter vieren beoordeeld en ook wat transparantie betreft zitten er alleen vieren in het vat.”

CROWDFUNDING

SOLIDE ONDERNEMERS

Je zou zeggen: de ondernemer zal z’n scope nu verbreden, op zoek naar alternatieve financieringsvormen die de afhankelijkheid van die ‘slechte’ bank wegneemt of vermindert… Maar nee, het onderzoek wijst uit dat nieuwe vormen van financiering amper voet aan de grond krijgen. Familie blijft als alternatieve financieringsvorm

Het mag geen verrassing heten dat bedrijven met een negatief eigen vermogen een heel slecht cijfer geven aan banken, namelijk een 2,7. Maar opmerkelijk genoeg zijn de echt solide ondernemers, met een eigen vermogen van boven de 30 procent, ook ronduit ontevreden.

16%

Negatief vermogen Eigen vermogen: 0% tot 10% Eigen vermogen: 10% tot 20%

61%

Eigen vermogen: 20% tot 30% 15%

Eigen vermogen: > 30%

Mate van tevredenheid op onderdelen Mate van tevredenheid over:

40

ABN

ING

Rabo

Contactpersonen

5,7

6,3

5,3

Duidelijkheid communicatiecriteria

4,7

5,4

4,6

Transparantie fiattering

4,4

4,8

4,2

Hoogte en voorwaarden financiering

4,3

5,5

4,5

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

Slechts een handjevol ondernemers (3 procent) heeft wel eens iets met crowdfunding geprobeerd, maar dat zet nog geen zoden aan de dijk. “Crowdfunding staat duidelijk nog in de kinderschoenen”, zegt Smolders, “en is nog maar voor een beperkt soort aanvragen een oplossing.” De oplossing moet komen uit het stapelen van financieringen, maar het vinden en combineren van de juiste financieringsvormen is niet eenvoudig, zeggen de onderzoekers. “Het ontbreekt veel ondernemers aan ervaring en inzicht in de financieringsmarkt om zelf een financieringsaanvraag goed te onderbouwen en te weten wat banken nog wel doen en hoe je met alternatieven het plaatje wel rond krijgt.” Van Bergen: “Financiers stellen tegenwoordig veel hogere eisen aan ondernemers dan in het verleden, waarin de bank mkb-ondernemers nog aan de hand nam. Vergelijk een financieringsaanvraag eens met een tv-programma als Het Beste Idee van Nederland. Een jury moet in een minuut beoordelen of de applicant wat in huis heeft. Snap ik het? Deugt er iets niet? Wat zijn de risico’s en de hamvraag: durf ik er geld in te stoppen? Als een ondernemer in dat licht nu eens kritisch naar zichzelf kijkt en de banken er beter over communiceren, dan komen verwachting en realiteit wat dichter bij elkaar en tillen we kwaliteit van financiering in het mkb wellicht naar een hoger plan.”

Deelnemers hebben overwegend een gezond eigen vermogen 5% 3%

wel onverminderd populair. Vijfentwintig procent van de ondervraagden maakt er gebruik van.

«

Meer weten? Kijk voor de volledige onderzoeksresultaten op www.jonker-advies.nl


REPORTAGE

Tekst: Naam // Fotografie: Naam

SUBKOP

Raven Advies

QUICK SCAN HÉT PROBLEEM VAN DE MARKT

Intro

Natusdaero magnihit voloressi tet inctium volorati totature venisciae etusdandi voluptures dolorem aborror sin entio que non reprae volesti oreicia et latus experunt as dolorum delia dis dolorume el incto occuptiosam, consento del eniet voluptat verum que pa verciat ioneceped ut officiatur alique plam aut faccus, ni consedita commo doloreh enest, apis aspelic illessequat atureperro corem landi dolorer empelignim del etus, ipiscipsust ligentio tem quidit que pro berum sae volorro est, ommosaerio. Untempos alias est, oditatibus, officat reseque rem res quid quiae pa adic te nis sitatur ad quo quas est liquia quasper ibusape digendigni il expliqui totaturio quaeces enis aut quos volor secturia invellu ptiundi psuntius eius.

IPSAM FUGIA DIT IPSAM ES VENT Umet voluptaquam di dera es magniendam experia volorep taspiciet odis erum sandam re preped mod es earchil landist atin nus es sapis dus ium alignihil int odi consequodio. Ullit ut et voluptatio beaque est vent. Arum eosant rehent laborem hariores sunt dolor repella borum, que endae veri doluptam aut il invellest omnias audaes dus esciaeptae nempelis dolut aspe et lant imin re et es experci doluptatia nimodis accaest, con ea cus mod qui to diant reptatur as dolupta turectem aut arumend itatentius, asitiaturit plignis maio. Ectorib uscidic iatiorepro tento iunt facepudae volum netur, cus dit quosant, accupta ssinis aut re omnis escia poresto eius vendam sunt explici pietus ab inctem et et, nonseque culpa dolum

» Agnatiu mquasit quid excerfe ruptassit, cullam quam, qui consequatus, qui aut arisqua menisciis quia niendipsae nonseque comniatur. Harum eumquia ecestium hit, sum volupis autemque volor sitasitiunt, tori consedi blatemped qui omnia voleculla aut odi ad ut pratium nus qui a dollam facium natibus aeptatio blab ipsunt. iderumquid que quos con pere est, ut que dit, esendi blabo. Dolupti officim posaper ectaqui beaqui volupta dolorum inverum volorissim ipicabo. Qui officiant accus estissit lautas aut.

UT QUAS ET ABO Et hilla veles quaspitas exercia simo velessi maximagnate nos perores aut volendaest, consequo omnisinus et volendae lab ipidus nos essi audaepudit repellu ptatio. Oluptam, natemporem siniendenim idel ium re sae nobisto officit pratem consequ undiostem que latem sunt omnihil lignate provite venim fugit etur, ne molupta cum aut venis assequi odigeni hiciliti bea dolorror seque nusdant es volorias di cus dolest, iduci optatus autesti beatis ditist, alit fuga. Et ad quis et ut minulpa volore dit exceatq uatquaturem voloreptatum quae consecum que pedit erorem viducim inctio etur aboriorum iliquat ionsed quiae nonsequiae qui bearis acea voluptatur a doluptae moloritiost a volore nem. Nem reperfe rferitio. Nemolorum voluptatus dollantiur sit quam autemped qui ut ut quation seriaspid quam, sustia volupta venis expere nes ex et laboriti tecepratur, quiditat eossi a por sequi dendit quaectorepro cuptatis ut accullit impos el id moluptum faccuptat. Ossitatiis nonsequat etur, qui de dolorae offic tem asitianda num rat aliquam sustia volupta venis autem re voluptis sapitatur?

«

ONZE VISIE » Maximin comnis eaqui quibus veliquis elestibus mo inihic te pre con nem quam verum as et ut haria vent ut qui bera quis magnim endis aborece rerchil in reperia sime con re, con nihillu pidundit. Nobis as doluptaque consequi te molupta tendae ium qui aut harunt moluptas dolorios num ra con rerciis magniende.

UW OPLOSSING » Maximin comnis eaqui quibus veliquis elestibus mo inihic te pre con nem quam verum as et ut haria vent ut qui bera quis magnim endis aborece rerchil in reperia sime con re, con nihillu pidundit. Que simaxim olendem uta volentio quam, intio. Itatem ut autatus reperum et, inus ius dolore quiasimpore, ut et la quis consecto te cus dem ex essitio.

{BEDRIJF } {Adres} {Postcode + Plaats} Telefoon {0000 - 000 000} E-mail {info@bedrijf.nl} {www.bedrijf.nl}

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

41


Ficare

42

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014


Ficare

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

43


Dienstverlening maak je waar, samen met je klant

Dienstverleners zijn anders dan productverkopers. Een product is tastbaar; bij dienstverlening draait het om de interactie met de klant. In ‘prosumptie’ vallen productie en consumptie samen. OP ELKAAR BETROKKEN In en om het Stedelijk Museum in de oude binnenstad van Zwolle hangen de kleuren en de geuren van oude ambachten en nieuwe diensten. Met wortels die liggen in het Hanze-verleden bruist de stad van energie. Vier ondernemers filosoferen over wat dienstverlening inhoudt en welke ontwikkelingen we mogen verwachten. “Een product is fysiek, dat lever je, terwijl een dienst meer een beleving

is die je samen met je klant creëert”, zo bijt Cock Grandia, directeur van Cock Grandia Corporate Governance, het spits af. “Je produceert als het ware samen met je klant. Samen met hem maak je waar wat hij wil en jij belooft.” Deze toegevoegde waarde op het product onderschrijft Arjan de Groot, account- en partnermanager van Loyall ICT Group. Jeroen Martens, adviseur Overname en Opvolging bij Flynth beklemtoont

de relatie met de klant: “Door betrokken te zijn bij de klant en in zijn bedrijf samen met hem te kijken naar hoe hij beter kan presteren en het bouwen aan een langdurige relatie. Pas dan doe je aan goede dienstverlening.” Linda Barendse, conservator van Stedelijk Museum Zwolle, stelt gastvrijheid centraal in dienstverlening. “We stellen ons aanbod vast in overleg met de klant; samen ontwikkelen we zo een mooie dag.”

DEELNEMERS JEROEN MARTENS

LINDA BARENDSE

ARJAN DE GROOT

COCK GRANDIA

Adviseur Overname en Opvolging bij Flynth. De adviseurs en accountants van Flynth verlenen diensten onder het motto ‘ondernemen inspireert’. Het bedrijf telt 1.500 medewerkers, verspreid over 60 vestigingen, en munt uit in sectorkennis en specialistisch advies.

Conservator van Stedelijk Museum Zwolle. In Stedelijk Museum Zwolle vinden vaste en tijdelijke tentoonstellingen plaats. Met zeventien fte en zeventig vrijwilligers biedt het museum speciaal voor ondernemers accommodatie en faciliteiten voor kleine en grote bijeenkomsten. www.stedelijkmuseumzwolle.nl

Account- en partnermanager van Loyall ICT Group. ICT Group richt zich met 45 medewerkers vanuit vestigingen in Zwolle, Deventer en Rotterdam op dienstverlening vanuit haar eigen datacenter, managed services en itprojecten.

Directeur van Cock Grandia Corporate Governance. Cock Grandia Corporate Governance (Kampen) is actief op het gebied van selectie, training, coaching en assessments van bestuurders, managers en toezichthouders.

www.loyall.nl

www.grandia.nu

www.flynth.nl

44

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014


RONDE TAFEL

Tekst: André Staas // Fotografie: Gerrit Boer

WAARMAKEN WAT JE BELOOFT De klant centraal dus. Leveren wat bedoeld is. Op maat. Daarbij is vertrouwen natuurlijk cruciaal. Dit moet in het dienstverleningsproces door alles heen lopen. En is vertrouwen niet mensenwerk? De geschiedenis laat ons een ontwikkeling zien van een landbouwsamenleving via het industriële tijdperk naar de dienstverleningsmaatschappij waarin we nu leven. Of het nu gaat om toerisme, horeca, zorg, onderwijs, accountancy, overheden: het is een en al menselijke interactie die centraal staat. “Wij leveren veel diensten aan dienstverlenende organisaties”, vertelt De Groot. “Die hebben een heel andere belevingswereld dan bijvoorbeeld productiebedrijven.” Grandia bevestigt dit beeld: “Ik werk veel voor coöperaties en woningcorporaties. Die zijn erg ontvankelijk voor het ontdekkende en voor samenwerken. Als dienstverlener moet je je klant dan bij de hand nemen, samen ontdekken hoe zijn wereld in elkaar zit en welke plek hij daarin heeft.” Inderdaad: snappen wat de klant beweegt. Martens: “Was het tot voor kort zo dat we dichtbij onze klant gevestigd wilden zijn, nu richten we ons veel meer op de vraag: wat houdt die klant bezig? Het gaat om kennis van klanten en om kennis van branches.” Voor Barendse is het belangrijk dat een dienstverlener actief en kritisch meedenkt. “Meerwaarde ontstaat als mijn toeleverancier mij een advies geeft waar ik beter van word. En dat hij doet wat hij zegt en waarmaakt wat hij belooft. Dan vertrouw je elkaar, dat is voor mij de essentie van dienstverlenen. Datzelfde doen wij voor onze klanten. “

ONDERSCHEIDEND VERMOGEN Meerwaarde toevoegen door een product te omgeven met een schil van dienstverlening. Je zou toch zeggen: dat helpt je als ondernemer de crisis door vanwege het onderscheidend

vermogen. Maar dat is slechts voor een deel waar. Zo werd informatietechnologie de afgelopen jaren door veel ondernemers vooral als kostenpost benaderd, wat leidde tot uitstel van projecten en dus stagnatie. Grandia daarentegen beleefde gouden jaren. “Om kwalitatief bovenaan te staan en concurrenten voor te blijven hebben ondernemers fors geïnvesteerd om de juiste toppers op de juiste plekken te krijgen.” Hoe meer fluctuatie, hoe meer advies. Dat is ook de waarneming van Martens. “Wij proberen altijd toekomstgericht te adviseren. De ondernemer mee te laten nadenken over de komende vijf jaar. Adviseren om vroegtijdig drastisch van koers te wijzigen hoort daar ook bij. Met daarbij de kanttekening dat kleine mkb-bedrijven helaas niet altijd vroegtijdig advies inwinnen om vervolgens te moeten concluderen dat zij de middelen niet meer hebben om deze koerswijziging te kunnen betalen.”

ELKAAR KENNEN Nu het epicentrum van de economische crisis lijkt te zijn overgewaaid richten dienstverleners zich weer op de toekomst. Een toekomst met nieuwe kansen. Bijvoorbeeld crowdfunding als oplossing voor financiering waar banken aarzelen. Of ruilhandel: producten of diensten oversteken in natura. Maar crisis of geen crisis: dienstverlening is en blijft mensenwerk en dan komt het erop aan dat je elkaar wat gunt en elkaar kent, vindt De Groot. “En dus investeren wij fors in relatiebeheer. Elkaar kennen, daar begint het mee. Daarom richten we ons op ontzorgen op het vlak van IT. Wanneer dat deel aan onze zorg is overgedragen, kunnen de klanten zich focussen on hun eigen core business.” En die andere trend dan: digitalisering, automatisering en robotisering? Ja, die is uiteraard van invloed op de ontwikkeling van de dienstverlening.

Aan de ene kant wordt dienstverlenend personeel weg geautomatiseerd maar het komt ook voor dat de dienstverlening veel meer mogelijkheden (beter, vollediger, nóg meer toegespitst op wat de klant wil) biedt en dat ook nog eens voor minder geld. “Musea kunnen hun collecties digitaal beschikbaar stellen door ze online te zetten”, aldus Barendse. “En kijk eens naar de mogelijkheden die sensortechnologie biedt in de vorm van nieuwe diensten”, vult Martens aan. “Het mensenwerk wordt steeds meer veredeld in de richting van interpreteren en adviseren.” Grandia noemt een bijzonder voorbeeld uit eigen praktijk: “Ik beschik over een digitaal instrument waarbij ik aan de hand van achttien stellingen iemands talenten, denkdimensies, zelfwaardering en nog veel meer eigenschappen in kaart kan brengen. De digitale voorbereiding kost de respondent nog geen half uur, terwijl je voor de uitkomsten daarvan in traditionele coaching- of selectietrajecten meerdere sessies nodig hebt. En de ervaringen zijn verbluffend.”

SMALL IS WEER BEAUTIFUL Een laatste trend: de samenleving wordt weer menselijker. Warmer ook en echter. Jongeren draaien vinylplaten, het keyboard maakt plaats voor de piano. We drinken koffie bij de ambachtelijke koffieschenkerij en niet bij Starbucks. Gaan naar de geluidspeciaalzaak en niet naar Mediamarkt. De roep om kwaliteit: small is weer beautiful! “Mensen denken en doen veel meer vanuit hun eigen motivatie, bevlogenheid en idealen”, constateert De Groot. “Ze stellen er prijs op dat er ondernemers zijn die met ze meedenken; ze zoeken erkenning en herkenning”, vult Grandia aan. “Je moet dus continu weten wat je klant wil en daarop inspelen”, vindt Martens. En Barendse besluit: “Het komt erop aan om klantgerichte pakketten samen te stellen. Flexibel zijn en samenwerken, dat is dienstverlenen!”

«

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

45


EEN BUNDELING VAN TECHNIEK

INSTALLATIE TECHNIEK

Sanitair en riolering Gas, lucht en verwarming Elektrotechniek Lood- en zinkwerken

CONSTRUCTIES METAALSLUIS Utiliteitsbouw Constructies Naadloze productie

Bezoekadres: Kamperzeedijk 107 8281 PD Genemuiden Postadres: Kamperzeedijk 57 8281 PB Genemuiden T: E: W:

038 - 344 65 55 info@vd-sluis.nl www.vd-sluis.nl

AGRARISCH LANDBOUWSLUIS Mechanisatie Landbouwshop Veehouderijtechniek


REPORTAGE

Tekst: Harry Knevelbaard // Fotografie: Gerrit Boer

MAATWERK VOOR AL UW BIJEENKOMSTEN, FEESTEN EN EVENEMENTEN

IJsseldelta Center zit flink in de lift Het IJsseldelta Center in Zwolle maakt een fikse groei in activiteiten door. Het bedrijfsleven weet dit meetingen eventcenter nadrukkelijk te vinden. Of zoals directeur Eric Broekaart het zegt: “De multifunctionaliteit van ons center spreekt duidelijk aan.”

De toenemende populariteit van het IJsseldelta Center is ook niet zo vreemd. Het is immers gevestigd in het stadioncomplex van eredivisieclub PEC Zwolle en biedt bezoekers in exclusieve businessclub lounges en skyboxen een fraai uitzicht in het stadion. Bovendien bevindt het zich op slechts een steenworp afstand van de A28 en is er met 1.500 plaatsen parkeerruimte te over. En dan maken ook nog eens het viersterrenhotel Hotel Lumen met 125 luxe kamers en het culinair hoogwaardige Bluefinger Restaurant deel uit van het complex. Het is deze unieke combinatie die het IJsseldelta Center zo bijzonder maken.

FLEXIBELE ZAALRUIMTES Het hart van het IJsseldelta Center wordt gevormd door een groot evenementenplein dat plaats biedt aan liefst 2.000 gasten. “Rondom dit plein zijn 22 zalen, zes skyboxen en drie lounges met uitzicht op het veld gesitueerd, die compleet zijn ingericht met alle benodigde voorzieningen”, vertelt Broekaart. “De zalen kunnen aan elkaar worden gekoppeld en zijn dus flexibel in te delen. Ze zijn geschikt voor iedere zakelijke activiteit of evenement, grootschalig en kleinschalig. Van congres en symposium tot vergadering, reünie en personeelsfeest.”

MAATWERK OP IEDER NIVEAU “Wij kunnen op ieder niveau altijd maatwerk leveren”, vult salesmanager Kirsten den

Hertog aan. “Ons organisatieteam heeft veel ervaring in de evenementenbranche. Wij denken graag met onze gasten mee om zo sterk mogelijke concepten tot stand te brengen. Opdrachtgevers hebben te maken met één en dezelfde contactpersoon uit ons salesteam. Dat persoonlijk contact wordt gewaardeerd. Het praat gemakkelijker en als dat nodig is, kan er ook sneller worden geschakeld.”

UNIEKE ERVARING Bij iedere activiteit of evenement streeft het organisatieteam van het IJsseldelta Center ernaar om de verwachtingen van de gasten volledig waar te maken en zo mogelijk nog te overtreffen. “Onze gasten moeten hier een unieke ervaring beleven en met een tevreden gevoel naar huis gaan. Ze kunnen gratis gebruik maken van het parkeerterrein. Ze krijgen bij vertrek een uitrijticket mee. Uiteraard is er overal in het complex ook gratis WiFi.”

GROTE VERWEVENHEID MET PEC Broekaart wijst nadrukkelijk op de grote verwevenheid van het IJsseldelta Center met PEC Zwolle, dat overigens één van de drie aandeelhouders van het center is. “PEC timmert de laatste jaren natuurlijk geweldig aan de weg”, zegt hij. “Het bedrijfsleven in deze regio sluit daar graag bij aan. Het wil meeliften op de successen van PEC door zaken te doen in en bij het stadion. Daar spelen wij op in. We bieden bezoekers van de wedstrijden diverse

arrangementen. Ook in dat verband denken we graag met onze gasten mee.” “Als mensen hier eenmaal geweest zijn, zijn ze vaak razend enthousiast”, besluiten Broekaart en Den Hertog. “Dat blijkt bijvoorbeeld ook bij de rondleidingen door het stadion, die verzorgd worden door oud-spelers van PEC. Mensen vinden dat leuk, krijgen een mooi beeld van het stadion en zijn vaak ook onder de indruk van onze mogelijkheden en faciliteiten. Zo’n verrassende belevenis hadden ze niet verwacht…”

«

KERST- EN NIEUWJAARSBORRELS Het jaar 2014 is al weer bijna voorbij. De tijd van de kerst- en nieuwjaarsborrels komt er weer aan. Het IJsseldelta Center verzorgt ze met plezier voor u. Het center heeft er heel geschikte ruimtes voor die dan speciaal voorzien zullen zijn van een extra sfeervolle aankleding en inrichting.

IJSSELDELTA CENTER Stadionplein 20 8025 CP Zwolle Telefoon 088-1471460 E-mail: info@ijsseldeltacenter.nl www.ijsseldeltacenter.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

47


PLATFORM BÈTA TECHNIEK PLEIT VOOR NIEUW ELAN:

Bouwen op regionale verankering

Nederland levert techniek van wereldklasse, en toch lijdt de industrie onder een tekort aan technisch geschoold personeel. Het probleem situeert zich niet zozeer aan de top als wel in het middelste en onderste niveau van het onderwijs. Bij de ouders van deze leerlingen leeft het verouderde imago van de ‘vuile handen’ nog altijd voort. Bedrijven en onderwijsinstellingen moeten samen het technisch onderwijs aantrekkelijker maken, onder andere door het beter te laten aansluiten bij de prestaties en talenten van de eigen regio en de eigen bedrijven.

48

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014


PLUS Directeuren van metaalbewerkingsbedrijven en installateurs klagen geregeld dat de jonge technici die ze in dienst nemen over te weinig basiskennis beschikken. Ze moeten hen in de praktijk vaardigheden aanleren die de vorige generaties op school al onder de knie kreeg. Is dat borrelpraat, te klasseren onder het label ‘vroeger was alles beter’, of schuilt er een kern van waarheid in? Hans Corstjens, directeur Platform Bèta Techniek in Den Haag, begrijpt de verzuchting van deze ondernemers heel goed: “Het is zeker geen borrelpraat. Je kunt met eigen ogen vaststellen hoe de opleidingen in het vmbo geleidelijk steeds minder leerlingen aantrokken. Als er maar tien zijn voor de bouw en vier voor metaal kun je als school moeilijk de kwaliteit leveren die je zou willen. Er is volume nodig om te investeren in een opleiding.”

UITSTEL VAN KEUZE De oorzaak van deze terugloop heeft niks te maken met een verandering in de hersenen of handen van de jongere generaties maar alles met het verwachtingspatroon van hun ouders, meent Corstjens: “Het idee dat je maar beter geen vuile handen kunt maken en doorleren voor een schone baan leeft nog altijd. Dat is gebaseerd op een imago dat al twintig jaar door de praktijk achterhaald is. De school speelt daar op in door de ouders in wezen een uitstel van keuze te verkopen. Leerlingen hoeven niet al op twaalfjarige leeftijd een keuze te maken maar kunnen die vaak doorschuiven. Dat heet officieel een bredere oriëntatie meegeven. Natuurlijk heeft die zijn positieve kant, maar ze is ook gebaseerd op een ander achterhaald idee, namelijk dat industrie voor Nederland geen betekenis meer zou hebben, omdat we naar een economie zouden evolueren die alleen maar op dienstverlening draait. In realiteit is de maakindustrie juist nog van zeer groot belang.”

“Het idee dat je maar beter geen vuile handen kunt maken en doorleren voor een schone baan leeft nog altijd”

Tekst: Jeroen Kuypers // Fotografie: Marco Magielse

“Als het eigen land te weinig kansen en uitdagingen biedt lonkt het buitenland voor studie én werk” WEG MET DE ZESJESCULTUUR Het uitstelgedrag is echter niet het enige probleem waardoor het technisch onderwijs geplaagd wordt. Het Platform Bèta Techniek maakte een prachtige voorlichtingsfilm, getiteld ‘De Zesjescultuur’. Hierin werd het gebrek aan excellentie in ons onderwijssysteem aangekaart. Filosoof Paul Cliteur vergeleek ons onderwijslandschap met een hoogvlakte: er zijn geen slechte opleidingen maar eigenlijk ook geen goede. Niets spring er bovenuit. Hans Corstjens licht het toe: “Met de zesjescultuur bedoelen we dat ons onderwijs streeft naar een niveau dat gemiddeld goed genoeg is. Uitschieters zijn daarvan de dupe, naar beneden maar ook naar boven. Dat hoort bij het Europese Rijnlandmodel, waarin iedereen gelijk is, terwijl de onderwijsinstellingen in de Angelsaksische landen streven naar excellentie, naar topprestaties. Degenen die niet goed kunnen volgen moeten er dan maar uitvallen. Beide modellen hebben natuurlijk hun voordelen, maar wij denken dat er in Nederland gerust wat meer koppen boven het maaiveld mogen uitsteken, temeer daar wij het gemiddeld genomen al goed doen. Voor studenten en leerlingen mogen er geen andere drempels zijn dan hun talenten.”

MOBILISEREN ROND UITBLINKERS Nederland is het land waar industriële giganten als Shell, Philips en Unilever zijn ontstaan en nog een belangrijke standplek hebben. De afgelopen tien jaar is er ook al het een en ander verbeterd in het onderwijs. Zo zijn er zogeheten Technasiums ontstaan en is het voor jongeren makkelijker geworden een (vervolg)studie in het buitenland te doen. Maar in dat laatste schuilt ook een gevaar: als het eigen land te weinig kansen en uitdagingen biedt lonkt het buitenland voor studie én werk. “Daarom pleiten wij voor een nieuw elan in de techniek,” zegt Beatrice Boots, plaatsvervangend directeur van het Platform Bèta Techniek. “Pieken zijn belangrijk, ook als stimulans voor de gemiddelde werknemer, want als alles maar middelmaat is blijven we op een gemiddeld niveau hangen.” Om te excelleren is het voor een onderwijsinstelling belangrijk aan te sluiten bij de pluspunten van de regio waarin ze gevestigd is. “Een regio als Utrecht blinkt uit in de life sciences, een als Eindhoven in automatisering. Elke regio heeft zijn specifieke technologische footprint setting.

Het Westland heeft bijvoorbeeld de agro-food en Oost- en West-Brabant de maakindustrie. Het topsectorenbeleid biedt een extra kapstok om rond die setting alle betrokkenen te mobiliseren, scholen, bedrijven en overheden.”

NOG ALTIJD GEEN OUDE NIVEAUS Dat nieuwe elan lijkt zich al aardig af te tekenen in het hoger en het wetenschappelijk onderwijs. Na een jarenlange gestage daling vertoont het aantal studenten in bèta vakken weer een stijging. De toename is zelfs zo groot dat een aantal opleidingen voor dit jaar een numerus fixus hebben ingesteld, een beperking waarvan Beatrice Boots hoopt dat ze van zo kort mogelijke duur zal zijn, en alleen bestemd om de instellingen in staat te stellen achter de schermen alles in het werk te stellen om hun capaciteit te verhogen. “De maatregel bewijst dat alle programma’s om meer jongeren voor techniek te interesseren hun vruchten zijn gaan afwerpen. In sommige richtingen, zoals de chemie, is het aantal inschrijvingen zelfs met meer dan een derde gestegen. Maar zelfs dan zijn we nog niet op de niveaus van vroeger.”

DUAAL LEERTRAJECT Hans Corstjens meent dat dit succes zich moet herhalen in het mbo en vmbo. “En daarbij staan we voor een dubbele uitdaging, want enerzijds is er te weinig belangstelling voor techniek, anderzijds is er sprake van een dalend leerlingenaantal door de ontgroening en vergrijzing van de bevolking. Zelfs als we erin slagen meer jongeren voor een technische opleiding te laten kiezen is het nog niet zeker of we daarmee de aantallen bereiken die nodig zijn om de bestaande en toekomstige tekorten aan technici op te vangen. De crisisjaren hebben ons uitstel gegeven, maar een betere balans tussen alpha en bèta vakken is hard nodig, en ook een flexibilisering van het systeem. Leerlingen moeten tegelijk kunnen werken en leren. In Duitsland is het duale traject al lang de hoofdroute, in Nederland hebben we er in de jaren tachtig goede resultaten mee geboekt. We zouden dringend afspraken moeten maken met de sociale partners om dit systeem nieuw leven in te blazen. Ook daar is een nieuw elan nodig.”

«

Voor meer informatie, ga naar www.deltapunt.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

49


PLUS

Dagelijks staan op Marktplaats 9 miljoen advertenties live. 25 % zijn nieuwe producten

Bij het laatste bezoek overwoog 47% van de mannen een nieuw product aan te schaffen via Marktplaats

Met 6,5 miljoen unieke koopgerichte bezoekers is Marktplaats het grootste online handelsplatform van Nederland 60% van de bezoekers weet dat er ook nieuwe producten worden aangeboden door professionele aanbieders

MARKTPLAATS:

Ook voor nieuwe producten hét startpunt voor een goede deal Dagelijks zijn ruim 1,3 miljoen unieke koopgerichte consumenten op Marktplaats op zoek naar een goede deal. Daarbij is de keuze tussen de aanschaf van een tweedehands of een nieuw product nog niet altijd gemaakt. Uit onderzoek van InSites Consulting onder bijna tweeduizend Marktplaats-bezoekers blijkt dat bijna 40% van de bezoekers bewust ook naar nieuwe producten zoekt, eveneens zoveel hebben wel eens een nieuw product gekocht via Marktplaats. Van de bezoekers die aangeven alleen voor tweedehands producten naar Marktplaats te komen, heeft 20% wel eens een nieuw product gekocht. BEREIK EEN KOOPGERICHT MILJOENENPUBLIEK Marktplaats-bezoekers zijn gericht op zoek naar een product -nieuw of tweedehandsmet de intentie dit te kopen. Door te adverteren bij Marktplaats kunt u bij miljoenen Marktplaatsbezoekers uw product tijdens dit koopproces onder de aandacht brengen. De voornaamste redenen om via Marktplaats voor een nieuw product te kiezen zijn dat de koper het product nieuw vond tegen een zeer scherpe prijs (55%), het product tweedehands niet vond (21%) of

45% vindt dit ook logisch

37% heeft wel eens bewust een nieuw product op Marktplaats gezocht 37% heeft een nieuw product gekocht via Marktplaats

55% van de gebruikers koos voor een nieuw product vanwege de scherpe prijs

21% kon het product niet tweedehands vinden

Kleding Heren: Telecommunicatie: 52% zoekt bewust naar een nieuw product 47% koopt een nieuw product via Marktplaats 65% overweegt bewust een nieuw product

50% zoekt bewust naar een nieuw product 54% koopt een nieuw product via Marktplaats 67% overweegt bewust een nieuw product

42% zoekt bewust naar een nieuw product 45% koopt een nieuw product via Marktplaats 55% overweegt bewust een nieuw product

Doe-het-zelf & verbouw: 37% zoekt bewust naar een nieuw product 41% koopt een nieuw product via Marktplaats

infographic: in60seconds

zekerheid wilde over het snel en in goede staat ontvangen van het product (17%). Redenen om voor een tweedehands product te kiezen zijn: de koper vond het product tweedehands tegen een scherpere prijs (67%), het vinden van een tweedehands koopje geeft voldoening (41%) en tweedehands is beter voor het milieu (18%).

MARKTPLAATS: EEN LOGISCHE PLEK VOOR NIEUW Dagelijks staan op Marktplaats ruim 9 miljoen advertenties live. Een kwart hiervan betreft nieuwe producten.

Edwin de Jong, eigenaar Fietsuniek.nl: “Bij Marktplaats bereik je miljoenen mensen met je advertenties. Omdat ik rechtstreeks via leveranciers aan mijn klanten lever en geen winkel of opslagruimte heb, kan ik een concurrerende prijs bieden. Veel mensen die via Marktplaats op zoek zijn naar een tweedehands fiets, kopen daardoor uiteindelijk toch een nieuw exemplaar. Ik heb veel advertenties op Marktplaats staan via Marktplaats Admarkt. Met deze manier van adverteren worden je producten in een gewone Marktplaatsadvertentie weergegeven. Je advertenties verschijnen altijd bovenaan in de zoekresultaten van de consument. Door een koppeling tussen Marktplaats en mijn voorraadsysteem kost het bijhouden van mijn advertenties me weinig tijd.”

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

17% wilde snel een product in goede staat ontvangen

Kleding Dames:

Danielle Meloen, eigenaresse van Hulpplus.nl: “Mijn twee belangrijkste marketingtools voor online adverteren zijn Marktplaats en Google. Driekwart van mijn klanten komt van Marktplaats. Veel mensen gaan daar kijken naar tweedehands krukken. Ze ontdekken dan dat ze bij mij een nieuw paar kunnen kopen voor dezelfde prijs.”

50

44% van de vrouwen overwoog bij het laatste bezoek een nieuw product te kopen

Van de bezoekers die aangaven alleen voor de tweedehands producten naar Marktplaats te komen, heeft toch bijna 20% wel eens een nieuw product gekocht

60% van de bezoekers van Marktplaats weet dat er ook nieuwe producten worden aangeboden via een advertentie van een professionele verkoper. 45% van de bezoekers vindt het logisch dat er ook nieuwe producten van professionele verkopers worden aangeboden op Marktplaats. Bij het laatste bezoek aan Marktplaats heeft 46% de aanschaf van een nieuw product overwogen. 44% kocht bij het laatste bezoek iets bij een Marktplaats-verkoper. Één op de vijf hiervan was nieuw product. In de groepen Telecommunicatie, Kleding Heren, Kleding Dames en Doe-het-zelf en Verbouw staan Marktplaats-bezoekers het meeste open voor nieuwe producten. Ruim de helft van de bezoekers van de rubriek Kleding Heren zoekt naar nieuw. Mannen staan iets meer open voor nieuwe producten. 47% overwoog bij de laatste aanschaf een nieuw product. Bij vrouwen is dit 44%.

ERVAAR DE KRACHT VAN MARKTPLAATS Marktplaats Zakelijk biedt een uitgebreid productportfolio voor het Nederlandse bedrijfsleven, van klein tot groot, om consumenten te verleiden met een aanbod van nieuwe producten. Kijk voor meer informatie op www.marktplaatszakelijk.nl.

«


REPORTAGE

Tekst: Naam // Fotografie: Naam

SUBKOP

Bwefar

QUICK SCAN HÉT PROBLEEM VAN DE MARKT

Intro

Natusdaero magnihit voloressi tet inctium volorati totature venisciae etusdandi voluptures dolorem aborror sin entio que non reprae volesti oreicia et latus experunt as dolorum delia dis dolorume el incto occuptiosam, consento del eniet voluptat verum que pa verciat ioneceped ut officiatur alique plam aut faccus, ni consedita commo doloreh enest, apis aspelic illessequat atureperro corem landi dolorer empelignim del etus, ipiscipsust ligentio tem quidit que pro berum sae volorro est, ommosaerio. Untempos alias est, oditatibus, officat reseque rem res quid quiae pa adic te nis sitatur ad quo quas est liquia quasper ibusape digendigni il expliqui totaturio quaeces enis aut quos volor secturia invellu ptiundi psuntius eius.

IPSAM FUGIA DIT IPSAM ES VENT Umet voluptaquam di dera es magniendam experia volorep taspiciet odis erum sandam re preped mod es earchil landist atin nus es sapis dus ium alignihil int odi consequodio. Ullit ut et voluptatio beaque est vent. Arum eosant rehent laborem hariores sunt dolor repella borum, que endae veri doluptam aut il invellest omnias audaes dus esciaeptae nempelis dolut aspe et lant imin re et es experci doluptatia nimodis accaest, con ea cus mod qui to diant reptatur as dolupta turectem aut arumend itatentius, asitiaturit plignis maio. Ectorib uscidic iatiorepro tento iunt facepudae volum netur, cus dit quosant, accupta ssinis aut re omnis escia poresto eius vendam sunt explici pietus ab inctem et et, nonseque culpa dolum

» Agnatiu mquasit quid excerfe ruptassit, cullam quam, qui consequatus, qui aut arisqua menisciis quia niendipsae nonseque comniatur. Harum eumquia ecestium hit, sum volupis autemque volor sitasitiunt, tori consedi blatemped qui omnia voleculla aut odi ad ut pratium nus qui a dollam facium natibus aeptatio blab ipsunt. iderumquid que quos con pere est, ut que dit, esendi blabo. Dolupti officim posaper ectaqui beaqui volupta dolorum inverum volorissim ipicabo. Qui officiant accus estissit lautas aut.

UT QUAS ET ABO Et hilla veles quaspitas exercia simo velessi maximagnate nos perores aut volendaest, consequo omnisinus et volendae lab ipidus nos essi audaepudit repellu ptatio. Oluptam, natemporem siniendenim idel ium re sae nobisto officit pratem consequ undiostem que latem sunt omnihil lignate provite venim fugit etur, ne molupta cum aut venis assequi odigeni hiciliti bea dolorror seque nusdant es volorias di cus dolest, iduci optatus autesti beatis ditist, alit fuga. Et ad quis et ut minulpa volore dit exceatq uatquaturem voloreptatum quae consecum que pedit erorem viducim inctio etur aboriorum iliquat ionsed quiae nonsequiae qui bearis acea voluptatur a doluptae moloritiost a volore nem. Nem reperfe rferitio. Nemolorum voluptatus dollantiur sit quam autemped qui ut ut quation seriaspid quam, sustia volupta venis expere nes ex et laboriti tecepratur, quiditat eossi a por sequi dendit quaectorepro cuptatis ut accullit impos el id moluptum faccuptat. Ossitatiis nonsequat etur, qui de dolorae offic tem asitianda num rat aliquam sustia volupta venis autem re voluptis sapitatur?

«

ONZE VISIE » Maximin comnis eaqui quibus veliquis elestibus mo inihic te pre con nem quam verum as et ut haria vent ut qui bera quis magnim endis aborece rerchil in reperia sime con re, con nihillu pidundit. Nobis as doluptaque consequi te molupta tendae ium qui aut harunt moluptas dolorios num ra con rerciis magniende.

UW OPLOSSING » Maximin comnis eaqui quibus veliquis elestibus mo inihic te pre con nem quam verum as et ut haria vent ut qui bera quis magnim endis aborece rerchil in reperia sime con re, con nihillu pidundit. Que simaxim olendem uta volentio quam, intio. Itatem ut autatus reperum et, inus ius dolore quiasimpore, ut et la quis consecto te cus dem ex essitio.

{BEDRIJF } {Adres} {Postcode + Plaats} Telefoon {0000 - 000 000} E-mail {info@bedrijf.nl} {www.bedrijf.nl}

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

51


WARMCO2

Koploper in hoogwaardige restwarmte en rest CO2

WarmCO2 is een energieleverancier die restwarmte en rest CO2 levert, die wordt ingezet voor milieuvriendelijke en duurzame glastuinbouw. Deze restwarmte en rest CO2 zijn afkomstig van Yara Sluiskil B.V. WarmCO2 levert deze warmte en CO2 aan tuinders die gevestigd zijn in het gebied Glastuinbouw Zeeuws-Vlaanderen dat onderdeel is van Biopark Terneuzen. Het glastuinbouwgebied is door de inzet van restwarmte en rest CO2 het duurzaamste glastuinbouwgebied van Nederland.

52

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014


PLUS

Tekst: Loes van der Hoeven // Fotografie: Hugo Fermont

Jenny Crone is sinds 1 december 2013 Algemeen Directeur van WarmCO2, een initiatief van Zeeland Seaports in samenwerking met Yara Sluiskil B.V. In de twee jaar daarvoor heeft zij als Commercieel Manager Glastuinbouw bij het bedrijf gewerkt en was zij verantwoordelijk voor het aantrekken van nieuwe tuinders in het gebied. In die tijd heeft de vorige directeur haar tevens wegwijs gemaakt in het concept waardoor de restwarmte en CO2 van Yara in het tuinbouw kassencomplex kunnen worden ingezet.

ALTIJD BESCHIKBAAR ‘Ons project is uniek in Nederland. Doordat het zich bewezen heeft als duurzaamste in de glastuinbouw, en warmte duur is op de energiemarkt, zijn er inmiddels diverse geïnteresseerde partijen die het concept eveneens willen toepassen”, licht Jenny Crone toe. “Daarvoor zijn wel op redelijke afstand fabrieken nodig die zowel restwarmte als zuivere CO2 kunnen leveren. Yara is zo’n leverancier. Zij fabriceren kunstmest uit salpeterzuur en ammoniak en dat heeft als restproduct zuivere CO2 en warm water van een constante temperatuur van 89º Celsius. Deze voor de glasteelt belangrijke componenten zijn altijd beschikbaar en zijn dus onafhankelijk van de prijzen op de energiemarkt. Met hun deelname aan WarmCO2 bespaart Glastuinbouw Zeeuws-Vlaanderen maar liefst tot 90% op het aardgasgebruik! Dat is heel veel, want de energiekosten zijn circa 30% van de totale bedrijfskosten van een tuinbouwbedrijf. Doordat de tuinders meerjarige contracten met WarmCO2 hebben afgesloten, betekent dat ook voor ons langdurige bestaanszekerheid. Via ons eigen leidingennetwerk van circa 15 kilometer worden de restwarmte en de CO2 naar de kassen gepompt om die te verwarmen en de plantengroei te bevorderen. De warmtewisselaar die bij de tuinder staat is zo ontworpen dat het water van de fabriek contactloos het watercircuit van de kas op 89º Celsius houdt. In de warmtewisselaar zitten geen bewegende delen, waardoor geen sprake is van slijtage of vervuiling c.q. beïnvloeding van de watercircuits onderling. De tuinder levert het water volledig geautomatiseerd via warmtewisselaar weer via de pijpleiding terug aan Yara op een temperatuur van 40º Celsius waar het wordt hergebruikt. De CO2 wordt opgenomen door de planten waardoor het groeiproces wordt bevorderd. Omdat het water van Yara en van de tuinder gescheiden worden door de warmtewisselaar, wordt ‘besmetting’ of vervuiling onder tuinders en Yara voorkomen.

“Ons project is uniek in Nederland”

“De kracht van dit innovatieve concept is dat de basis technisch relatief eenvoudig is” Naast dit warmtesysteem heeft iedere tuinder een back-upinstallatie die bestaat uit een conventionele warmteketel, maar die slaat in principe slechts aan tijdens de jaarlijkse check-up van de branderinstallatie en gedurende de vijfjaarlijkse onderhoudsstop van Yara.”

KENNIS DELEN Jenny Crone: “De kracht van dit innovatieve concept is dat de basis technisch relatief eenvoudig is. Het is belangrijk dat er een spanningsveld is tussen het gezond aanbieden van onze producten in combinatie met de meest geavanceerde regeltechnieken en het productieproces van Yara. Het afvangen van de warmte bij Yara moet namelijk zijn afgestemd op hun productieproces. Als wij dat niet goed doen, dan kunnen wij het productieproces ontregelen en dat moeten wij te allen tijde voorkomen. In de praktijk werkt een systeem nooit precies zoals dat bedacht is. Een systeem zoals dit is niet één op één te verkopen naar een ander gebied, maar WarmCO2 adviseert inmiddels wel ander partijen over de benodigde werkwijze om een dergelijk project te laten slagen. Daarom is het zaak dat de basis zo eenvoudig mogelijk blijft en dat is al ingewikkeld genoeg. Om alles kloppend te krijgen zoals wij dat bij de start in gedachten hadden, zullen alle betrokken partijen hard moeten werken en regelmatig moeten bijsturen willen wij de oorspronkelijke planning en zuivere uitvoering kunnen behalen en behouden. Daarbij moeten alle betrokken partijen hun specifieke kennis delen door open met elkaar te communiceren en elkaars problematiek te begrijpen en dus te weten waarom stagnaties optreden. Ook moeten zij bereid zijn om in het belang van het welslagen van het concept concessies te doen. Alleen op

die manier kom je tot een goed geheel. Het is bij dit soort concepten altijd zaak om niet te verzanden in complexiteit. Daarom is een hecht netwerk van alle betrokken partijen die constant alert zijn en weten hoe je problemen in alle deelgebieden oplost, van het grootste belang voor het welslagen van het systeem. Zonder die intensieve, constante communicatie kom je er niet. De voor het glastuinbouwproject beschikbare gronden in de Autriche- en de Schmidsschorrepolder ten zuiden van Terneuzen zijn geleidelijk aan verkocht, waardoor ons proces als het ware is ‘meegegroeid’ en er nog steeds niet de volledige beschikbare capaciteit restwarmte en CO2 wordt afgenomen. Doordat de tuinders verschillende producten leveren, nemen zij ook niet allen dezelfde hoeveelheden van ons af. Paprika’s hebben bijvoorbeeld minder warmte nodig dan tomaten. In 2019 zullen naar verwachting alle voor de glastuinbouw beschikbare gronden zijn bebouwd en dan zullen wij probleemloos volle kracht moeten draaien om de 150 hectare glastuinbouw van de benodigde warmte en CO2 te kunnen voorzien. Wij zijn al een heel eind super goed onderweg dus dat gaat ons ongetwijfeld lukken!”

«

WARMCO2 Schelpenpad 2 Postbus 132 4530 AC Terneuzen Telefoon 0115 - 64 75 51 www.warmco.nl

HÉT ONDERNEMERSBELANG // EDITIE 05 • 2014

53


Actuele aanbo d en meer informati e w w w.rebogro ep.nl

Uw kenner van de lokale markt

DE bedrijfsmakelaar van Zwolle Tijden veranderen. U wilt een klantgerichte bedrijfsmakelaar die snel opereert, scherp onderhandelt en gunstige tarieven hanteert. Een échte specialist in bedrijfshuisvesting die de actuele marktsituatie in Zwolle en omgeving kent. Maak dan kennis met REBO Bedrijfsmakelaars. Ervaren kwaliteit van onafhankelijke professionals. • bemiddeling bij verkoop en verhuur • bemiddeling aankoop en aanhuur • taxaties herbouwwaarde • taxaties van bedrijfspanden • advies over bedrijfshuisvesting • advies en begeleiding bij vastgoed beleggingstransacties

Dr. Klinkertweg 20a, Zwolle Postbus 40056, 8004 DB Zwolle Telefoon (038) 455 97 77 bedrijfsmakelaars@rebogroep.nl www.rebogroep.nl

REBO Bedrijfsmakelaars is onderdeel van vastgoedspecialist REBOgroep, actief in Overijssel, Gelderland en Utrecht.

www.rebogroep.nl


MUIS Software is gevestigd in het Noord-Hollandse Heemskerk en maakt sinds 1984 administratieve software. De jarenlange ervaring in het ontwikkelen van administratieve software zorgt voor continuïteit. Onze software wordt in eigen huis gemaakt. Muis Software heeft nu een gratis “tool” ontwikkeld voor élke ondernemer die in een flits een factuur wil maken en versturen.

SNEL, EENVOUDIG, ELEKTRONISCH FACTUREREN Volgens Jojanneke Heijnis zijn er nog steeds ondernemers die hun facturen in Excel of in Word maken, uitprinten en verzameld in een schoenendoos bij de accountant afleveren. De accountant moet dan alles weer overtypen in de boekhouding. Dit kost veel tijd. En, zoals elke ondernemer weet: tijd is geld. Dit kan tegenwoordig veel efficiënter aangepakt worden.

Jojanneke Heijnis Marketingmanager

SPITSFACTUUR Daarom hebben wij van MUIS Software de Spitsfactuur voor u ontwikkeld. Met de Spitsfactuur kunt u gratis razendsnel een elektronische factuur maken en verzenden. U typt in de Spitsfactuur eenvoudig wat u wilt factureren.

MUIS LIVE App Daarnaast heeft u met de MUIS LIVE App de beschikking over actuele cijfers van uw bedrijf op uw smartphone. U ziet in één oogopslag al uw openstaande posten. U kunt deze ook meteen betaalbaar stellen. Of betwisten. Bovendien kunt u direct archiefstukken, onkostenbonnen en facturen uploaden in uw administratie. U ontvangt verder tijdig meldingen over BTW-aangiften en (rekening-courant)boekingen. U kunt altijd áltijd en óveral ruggespraak houden met uw accountant, die, indien u dit wenst, over dezelfde actuele cijfers beschikt.

Basisgegevens asisgegevens worden automatisch voor u ingevuld. Zodra de factuur gemaakt is, kunt u de conceptversie bekijken, goedkeuren en als factuur elektronisch versturen naar uw klant. Jojanneke is ervan overtuigd dat ondernemers snel gebruik gaan maken van de Spitsfactuur. Want de Spitsfactuur stuurt automatisch een extra bestand in de bijlage mee. Dit bestand is gebaseerd op UBL, ofwel Universal Business Language, de belangrijke standaard voor elektronische bedrijfsvoering. Het UBL-bestand, dat wil zeggen de inkoopfactuur voor uw klant, wordt automatisch ingelezen, herkend en verwerkt in de administratie van uw klant. Zijn/haar grootboekadministratie én crediteurenadministratie zijn dan meteen bijgewerkt.

Dus, ondernemers, wilt u zich mee bezighouden met ondernemen en minder met administratieve rompslomp?

Start dan vandaag nog met het versturen van Spitsfacturen!

www.muis.nl


Leren door doen! REMO West-Twente staat voor Regionale Elektro en Metaal Opleidingen West-Twente en is gevestigd in Rijssen. Wij zijn een vereniging van verschillende bedrijven uit de omgeving Rijssen die jonge mensen willen opleiden in ĂŠĂŠn van de beroepen in de metaal, mechatronica, elektrotechniek of installatietechniek. Wij verzorgen bovenstaande BBL opleidingen van niveau 2 t/m 4.

Reggesingel 50 l 7461 AK Rijssen l telefoon: 0548-515152 E-mail: info@remo-wt.nl l www.remo-wt.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.