straategie tegie Dé informatiebron voor betonnen bestratingsmaterialen en straataankleding
Nr 6 - september 2007
Interview met Anet Scholma, Buro Mien Ruys
Mooie ruimte hoeft niet bijzonder te zijn
Betonnen scheepsdek op Kop van Zuid
Inclusief
Kleurrijke ‘wave’ op Bos en Lommerplein
Beton, oneindig veelzijdig!
uitneembaar binnenkatern! straategie
techniek
straategie 1 www.straategie.nl
inhoud Interview met Anet Scholma, Buro Mien Ruys
Mooie ruimte hoeft niet bijzonder te zijn
pag 04
Extra rivieren in Betuwe
pag 08
straategie Straategie, dé informatiebron voor betonnen bestratingsmaterialen en straataankleding, is een periodieke uitgave van de gezamenlijke Nederlandse producenten van betonnen bestratingselementen. Straategie wordt 4 x per jaar (gratis) in een oplage van 7.500 exemplaren in controlled circulation verzonden aan branchegerelateerde bedrijven. U kunt zich aanmelden via www.straategie.nl
Aanmelden van projecten:
Betonnen scheepsdek op Kop van Zuid pag 09
U kunt projectsuggesties aanmelden via de website www.straategie.nl. De redactie zal uw project beoordelen voor publicatie op de website of in het magazine.
Secretariaat Straategie:
Barcode voor Klazienaveen
pag 12
Redactie-adres:
Rubriek
Van Formaat
pag 13
Interview met Martijn van de Leur en Joost Kleinhaarhuis
Naar een volledig toegankelijke openbare ruimte
Postbus 194 3440 AD Woerden Telefoon: 0348 - 484 484 Fax: 0348 - 484 450 Internet: www.straategie.nl E-mail: secretariaat@straategie.nl ISSN 1388 - 3682
pag 14
Straategie Postbus 194 3440 AD Woerden
Hoofdredacteur: Paul Engels, Reeuwijk E-mail: hoofdredactie@straategie.nl
Redactiecommissie:
Kleurrijke ‘wave’ op Bos en Lommerplein
pag 16
Robert Bakker (voorzitter), Job Aalbers, Harold Piet, Mark Swinkels en John van der Wurf (secretaris)
Grafische vormgeving: PRACHT reclame, Dongen www.prachtreclame.nl
Stevige bestrating voor Libertypark
pag 19
Fotografie: Hans Hebbink Picture Productions, Henk Snaterse, en anderen
Leven in rivieroever Papendrecht
pag 20
Highlights projecten naar kleur, formaat en toepassing pag 23
Productie: Giel Nijssen Grafisch Adviesburo bv, Veldhoven
Niets uit deze uitgave mag zonder toestemming van de uitgever worden gekopieerd en/of gebruikt. ©straategie 2007
Beton, oneindig veelzijdig! 2
straategie
www.straategie.nl
Tweede plan edereen wil graag op het eerste plan aanwezig zijn. Vooraan. Met het beste zicht op iets of aan het front van nieuwe ontwikkelingen. Het zal u misschien verbazen dat betonnen bestratingsmaterialen liever op het tweede plan aanwezig zijn. Niet omdat het om tweederangs materiaal gaat, integendeel, het materiaal is hoogwaardiger en rijker qua kleur, formaat en toepassing dan ooit tevoren. Wat ik bedoel met het tweede plan is dat de materialisering in een inrichtingsplan een afgeleide zou moeten zijn van het ontwerpproces, waarbij zaken als situatie, omgeving, ruimte, uitgangspunten, doelstellingen en niet te vergeten gebruikers en gebruiksfuncties bepalend moeten zijn. Niet het bestratingsmateriaal. Dit volgt vanzelf uit dat passende, krachtige ontwerp. Om die reden kan ik mij niet voorstellen hoe bij veel ontwerpen al meteen wordt gezegd “het moet natuursteen zijn voor dat plein”. Of: “het moet gebakken materiaal zijn in ons centrum”. Daarmee blokkeer je in feite dat krachtige, fraaie, tijdloze ontwerp. Hoe het wel kan én moet, wordt bewezen in diverse artikelen in deze uitgave. Eerst het beoogde beeld ontwerpen en dan de materialisatie, zoals Buro Mien Ruys doet. Of eerst een stedelijk huiskamertapijt voor het Bos en Lommerplein en dan de geschikte bestratingsmaterialen vinden. Of de Kop van Zuid waar een sfeer van de oude scheepsdekken met de lange planken gewenst is, om vervolgens het beste materiaal te zoeken. Niet vreemd dat de ontwerpers dan op betonnen bestratingsmaterialen uitkomen. Omdat deze heel goed passen bij het krachtige ontwerp en succesvoller zijn wat formaat, kleur en toepassing betreft dan andere bestratingsmaterialen. In die redenering is het niet erg om vooraf op het tweede plan te staan. Uiteindelijk blijkt dan dat betonnen bestratingsmaterialen met stip van twee naar één stijgen als ze in zo’n doordacht ontwerp worden gekozen....
Paul Engels Hoofdredacteur Straategie
Op naar de honderd
voorwoord
I
Op www.straategie.nl verzamelen wij alle projecten die u rechtstreeks kunt inzenden, alsmede projecten die in Straategie zijn opgenomen. Inmiddels zitten we in anderhalf jaar tijd op zo’n kleine 60 projecten die een inspiratiebron voor u kunnen zijn bij een volgend inrichtingsproject. Loop eens door de projecten en/of meld ook uw eigen project aan op www.straategie.nl, zodat we snel naar de 100 (en meer) gaan. straategie
3
[interview]
Anet Scholma, Buro Mien Ruys: Subline Subline Subline Subline
Mooie ruimte hoeft niet bijzonder te zijn
Kop
Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro Intro
Het beeld is belangrijk. Niet in termen van mooi of lelijk of van goed of fout, maar als vraag of het beeld past in de situatie. Dát is voor Buro Mien Ruys maatgevend. “Het moet kloppen qua beeld, vorm, formaat en detaillering. Dat is bepalend, waarbij wij ook nog hechten aan contrasten, een mix van strak en los en voldoende groen. Dezelfde manier van denken die Mien Ruys kenmerkte, maar dan met de vormentaal en materialen van nu. Daarbij werken wij nog steeds graag met betonnen bestratingsmaterialen, omdat die vaak heel goed in dat beoogde beeld passen.”
I
ng. Anet Scholma BNT, directeur van Buro Mien Ruys Tuin- en Landschapsarchitecten uit Amsterdam, weet dat meer dan een halve eeuw geleden Mien Ruys feitelijk de gewassen grindtegel heeft uitgevonden. Na de oorlog waren de flagstones schaars en kwam zij op het idee om met grind en beton te experimenteren. Van die experimenten liggen zelfs nog gewapende tegels op de kwekerij in Dedemsvaart, waarbij je op de onderkant nog de kranten uit begin jaren ’50 kunt lezen die in de stortkisten werden gebruikt. Haar tegels werden een groot succes. Ze moest ze wel ‘griontegels’ noemen, omdat de associatie met beton voor opdrachtgevers niet chique genoeg was.”
4
straategie
Dit geldt overigens ook nog in 2007. “Mensen denken bij beton al gauw aan stoeptegels en vinden dat voor hun tuin, bedrijfsentree, kantorenpark, verzorgingstehuis of andere projecten die wij inrichten, niet chique genoeg. Maar ik kan hen uitleggen waarom betonnen bestratingsmaterialen wél mooi zijn en vaak heel goed passen in het gewenste beeld. Het zit grotendeels in het formaat en de toplaag van beton. Daarmee kun je precies datgene doen wat een situatie vraagt. Het formaat wordt misschien wel eens onderschat, maar het staat voor mij op nummer één. Pas daarna komen kleur en textuur. Ik begin dan ook met een steen- of tegelmaat. Niet alleen moet die mooi uitkomen in de ruimte, ook kun je er lange opritten mee benadrukken of breken, pleinen in volume extra aanzetten of juist temperen, kortom de gewenste vorm mee vinden. Vervolgens kun je met kleuren dat beeld door licht of donker versterken. Maar beeld, vormen en maat zijn de uitgangspunten.”
Formaat telt Het goede aan beton is dat het in zoveel verschillende formaten beschikbaar is, vindt Anet Scholma. Gebakken materiaal houdt op bij 20 x 20 cm. “Je moet niet in een ruimte die om een groter formaat tegels vraagt kleine stenen leggen omdat je deze per se zo mooi vindt. Ten eerste wordt het dan zo ‘Anton Pieck-achtig’ en ten tweede is het niet zo comfortabel voor het belopen. Natuursteen kan wel in grotere formaten, maar is niet altijd het beste alternatief. Bovendien wordt natuursteen af en toe in de specie gelegd voor vlakheid en stevigheid, maar ik vind dat meestal niet passen in een tuin. Sterker, er mag best wel een onkruidje tussen de tegels groeien. Dat hoort er juist bij in een tuin.” Vanzelfsprekend past Buro Mien Ruys alle typen bestratingsmaterialen toe en is het niet
verdienen ze straf. Je moet als ontwerper de vorm vertalen naar de technische detaillering en de civieltechnici aansturen. Want voor het beeld is het essentieel hoe iets werkt. Ligt het bol, hol of juist vlak? Als je met een pleinmaat van tientallen meters werkt en daar geen putten in wilt hebben, zul je toch met een goede detaillering voor de afwatering moeten komen. Bij elke inrichting spelen zaken als afschot, lijngoten, passende tegelformaten et cetera. Die zaken vragen om extra aandacht.” Het resultaat van brede aandacht is een mooie vlakke vloer die eerlijk en natuurlijk overkomt. “Ik hou van een ruimte die mooi is zonder dat die met opzet bijzonder is gemaakt. Een ruimte waar je plezierig doorheen loopt of gaat zitten. Een ruimte zonder al te veel pretentie. Maar wel zorgvuldig ontworpen en gemaakt. Een ruimte die
“Wij werken graag met betonnen bestratingsmaterialen, omdat die vaak heel goed in het beoogde beeld passen” louter beton. “Het hangt samen met de situatie, omgeving en bebouwing. Maar omdat bij ons het beeld op de eerste plaats komt, is de materiaalkeuze daarvan een afgeleide en niet bepalend. Dit laatste zie je echter teveel bij de inrichting van de openbare ruimte. Wéér die roodgebakken klinker in de winkelstraat. Iedereen doet iedereen na. Als een soort sausje zie je overal dezelfde inrichting. Het wordt allemaal zo gedateerd. Het is niet verwonderlijk dat we daarom veel grijstinten toepassen, omdat donkergrijs en zwart geen pretentie hebben en daardoor tijdloos zijn. Zeg nu zelf, groenblauw straatmeubilair is vijf jaar leuk, maar dan gaat het toch vervelen?”
Van ontwerp naar techniek Behalve aandacht voor beeld en duurzaamheid in tijd, is er ook het bewustzijn van de invloed van goede detaillering. De tuin- en landschapsarchitecte legt uit: “Veel plannen gaan kapot aan een slechte detaillering. Soms komt dat op rekening van de ontwerpers, soms op het conto van de uitvoering, maar ook op partijen als kabelaars. Als je soms ziet wat die met een ruimte doen, dan
past in de situatie. Uiteraard is het materiaal óók belangrijk. We slepen niet voor niets monsters het hele land door, kijken hoe materialen tonen op terrassen, aanvoelen met blote voeten, eruitzien in de felle zon, hoe ze vervuilen en schoon te maken zijn en noem verder maar op. Dankzij het formaat en textuur scoort beton hoog als materiaal. Mits het maar beton blijft. Ik mijd producten die op iets anders moet lijken, zoals kunstmatig verouderde producten of look-a-likes van andere materialen. Geen schrootjesbehang waar echt hout hoort. Het hoeft ook niet, want eerlijk beton is mooi genoeg. Dat bewijzen de vele (tuin)projecten die wij in vele decennia hebben mogen ontwerpen.” Formaat, kleur, textuur. In die volgorde van prioriteit beziet Buro Mien Ruys bestratingsmaterialen om passende beelden en vormen te creëren. Nog even los van budgetvriendelijkheid, maatvastheid, kwaliteit, verlijmbaarheid et cetera. Anet Scholma kan opdrachtgevers uitleggen waarom betonnen bestratingsmaterialen in dat beeld passen, waar veelal aarzelend wordt gereageerd op
>
straategie
5
het woord beton. Uiteindelijk zegt het beeld meer dan duizend woorden. Verschillende praktijkvoorbeelden van uiteenlopende inrichtingsprojecten geven u een impressie van beeld en vorm.
Landgoed Leusderend
Zorgvuldig gekozen betonnen bestratingsmaterialen die door formaten, patronen, tijdloze kleuren en detaillering voor mooie ruimtes zorgen, zonder dat deze bijzonder hoeven te zijn.
Tussen de bestaande karakteristieke villa en drie nieuwe kantoorgebouwen van de hand van Van Tilburg Ibelings von Behr architecten is in opdracht van VODW Marketing één van de kantoorgebruikers - een groot binnenplein ontworpen van grootformaat 20 x 40 cm betonstraatstenen, in combinatie met een verlaagd gedeelte met halfverharding en een orangerie-achtig personeelspaviljoen. Aangezien de hardstenen plint van de bebouwing nogal blauw van kleur is, heeft Buro Mien Ruys gekozen voor een donkergrijze betonstraatsteen, maar bewust wat ‘warmer’ gemaakt door bronsporfier aan de deklaag toe te voegen, zodat het donkergrijs een bruinige nuance krijgt. “Dat beetje bruin zie je in het vlak. Zo hebben wij ook de betonnen traptreden wat donkerder grijs gemaakt om ze goed zichtbaar te maken ten opzichte van de pleinbestrating. Deze is in klezoorverband gelegd, omdat een halfsteensverband net even te gewoon wordt op zo’n groot plein. De maatvoering is op de stenenmaat afgestemd. Lijngoten lopen keurig langs de traptreden. Beplanting zoals lange geschoren hagen en dominante bomen, is wezenlijk voor de totale pleinbeleving. Het plein vormt een statige entree voor de villa’s, terwijl het verdiepte plein bij mooi weer vol zit met lunchende kantoormedewerkers.”
Particuliere tuin Een statige villa en dito tuin en dan 20 x 20 cm grijze betontegels als uniforme bestrating? “Zolang het beeld maar één geheel wordt, kan dit juist heel goed. Temeer daar beton zo goed te verlijmen is. Op die manier konden wij dezelfde betontegels keurig als randen van de grote vijvers doorzetten, waarbij ze zijn verlijmd op betonbanden achter de folierand. In de grootste vijver zijn betonnen U-blokken op z’n kop gelegd met daarop betonplaten als stapstenen. Als treden in de tuin zijn dezelfde 20 x 20 betontegels op z’n kant gezet met daarop grootformaat betontegels. Op die manier past alles bij elkaar qua beeld, vorm en formaat.”
ABN AMRO Zwolle De nieuwbouw met toren en twee schijven vormt een landmark in Zwolle. Het ABN AMRO kantoor heeft in opdracht van ontwikkelaar Bouwfonds bovendien een passend voorplein gekregen. Het entreegebied op het parkeerdek is uniform van karakter, met een in het oog springende monumentale trap. Vlakken en hagen geven ritme aan het plein, dat consequent is bestraat met donkergrijze 20 x 40 cm betonstraatstenen in Noors verband. Koperen plaatjes van 20 x 20 cm markeren de parkeervakken. “Het is één ruimtelijk plein dat mooi is door eenheid en vorm.”
6
straategie
Zuiderhof Amsterdam Langs de A10, met als buurman de beroemde ING-schaats, liggen in het water vier kantoorgebouwen die als broers verwantschap vertonen, maar met eigen accenten in de vormgeving ontworpen door Van Mourik Vermeulen architecten, in opdracht van Blauwhoed vastgoedontwikkeling. De variatie op één thema is doorgetrokken naar de buiteninrichting, waarbij Buro Mien Ruys voor alle vier de afzonderlijke entreegebieden betonstraatstenen heeft toegepast, maar dan net even verschillend van elkaar qua formaat, tint en bestratingspatroon. Bijvoorbeeld een waalformaat betonstraatsteen tegenover een 20 x 20 cm formaat, een keperverband tegenover een halfsteensverband en een lichtgrijze tegenover een donkergrijze tint betonstraatsteen. De voorpleinen zijn familie van elkaar. Toch bezitten ze een eigen karakter. “Zo zie je wat formaat en detaillering doen. Vanzelfsprekend is ook hier de beplanting een essentieel onderdeel van de inrichting. Met beplanting als riet, wilgen en lisdodde hebben wij de suggestie van natuurlijke oevers gecreëerd. Op de perceelgrens zorgt een rechte laan met populieren voor de overgang van stad en water. Wederom beeld en vorm die een ruimte versterken. Dat is en blijft onze manier van denken en doen.” •
straategie
7
[project]
Extra rivieren in Betuwe
Met blauwe betonstraatstenen en keramische tegels is de driesprong van Waal, Linge en Rijn verbeeld op de entreerotonde van de gemeente Nederbetuwe.
D
e felblauwe bestrating op een rotonde in Ochten doet voorbijgangers en zelfs passanten op de rijksweg A15 opkijken. Sommigen spreken van een buitenlands beeld, met die opvallende, vrolijke kleur. Daarnaast krijgt Jan Bos van hoveniersbedrijf Jan Bos De Nieuwe Tuin uit Ochten met regelmaat positieve reacties op ‘zijn’ rotonde. Hij heeft in elk geval de inrichting bedacht, op het moment dat de rotonde werd aangelegd om druk verkeer richting de McDonald’s en de drie dorpen Echteld, Dodewaard en Kesteren van de gemeente Nederbetuwe in goede banen te leiden. “De gemeente Nederbetuwe ligt op een plek waar de Betuwe op z’n smalst is. Daar komen de drie rivieren de Waal, Linge en Rijn samen. Ik heb het idee geopperd op midden op die grote rotonde de driesprong van deze rivieren in blauwe betonstraatstenen en blauwe keramische tegels uit te beelden.
8
straategie
In combinatie met drie grote blokken natuursteen die de drie gefuseerde gemeenten verbeelden. Er was meteen het nodige enthousiasme voor dit idee, dat ik vorig jaar mocht realiseren. Met betonstraatstenen waaraan blauw glas is toegevoegd en blauw aardewerk uit Makkum. Juist deze combinatie zorgt voor een prachtig beeld als het licht er op bepaalde manieren op valt. Dan heb je de glinstering van het glas en een soort golfbeweging dankzij de verschillende blauwe materialen. Bovendien zorgt het toegepaste materiaal voor een robuuste, vandalismebestendige en onderhoudsvriendelijke rotonde. Het effect is precies zoals ik voor ogen had. Door de blauwe kleur spreken sommigen van een buitenlands effect, maar er ligt toch echt een verwijzing naar drie Nederlandse rivieren en drie Betuwse dorpen. Hollandser kan bijna niet...” •
[project]
Betonnen scheepsdek op Kop van Zuid Voor één van de mooiste plekken van Rotterdam is zeer zorgvuldig met de openbare ruimte omgegaan. De Kop van Zuid, met als eyecatcher de Wilhelminapier, is (wederom) een aantrekkelijk, bruisend stuk stad geworden. Vol cultuur, uitgaan, verpozen, maar ook wonen en werken. De openbare ruimte draagt bij aan die ambiance. Zeker qua materialisatie. Soms typisch Rotterdam in de vorm van granietkeien en industriële betonplaten die de sfeer van de havens weergeven. Soms met een knipoog naar het verleden, zoals de langformaat gele betontegels die refereren aan de lange planken op de scheepsdekken. Schepen die decennialang het beeld van de Kop van Zuid bepaalden. >
straategie
9
er bedrijvige havenactiviteiten plaats. De pier was het domein van de Holland Amerika Lijn met zijn zeelieden, dokwerkers en emigranten. Na het vertrek van de HAL viel er een stilte, totdat er nieuw leven werd ingeblazen. Hotel New York, woon- en kantoortorens, verbouwde pakhuizen met culturele bestemmingen, het visrestaurant van Herman den Bleijker, noem maar op. Een grote verscheidenheid aan (cultuur)activiteiten zorgt voor nieuwe bedrijvigheid. Maar wel te midden van een openbare ruimte die zorgt voor samenhang, harmonie, ambiance en kwaliteit. “Het hele gebied werd en wordt aangepakt. Dit gaf ons de mogelijkheid voor de stedenbouwkundige planontwikkeling een strategisch concept te bedenken,” aldus Eelco Geill, landschapsontwerper dS+V gemeente Rotterdam. “Je kunt de buitenruimte dankzij zo’n totaalconcept integraal aanpakken, ruimtes specifiek maken of juist veralgemeniseren, keuzes maken en die consequent doorzetten, kortom een complete eenheid scheppen, passend bij de mêlee van gebouwen en activiteiten. Een integraal verhaal, dat natuurlijk best hier en daar tijdens de langjarige ontwikkeling kan worden aangepast. Echter, in de kern geldt de opzet voor lange tijd als specifiek beeld voor de Kop van Zuid. Wij spreken daarom ook van de Kop van Zuid koffer, waarin specifieke materialen voor de inrichting van dit gebied zijn opgenomen.”
Consistentie
De gele langformaat betontegels van 20 x 60 cm refereren aan het scheepsdek met zijn lange planken. Het scheepsdek verwijst op zijn beurt naar de scheepsactiviteiten van de Holland Amerika Lijn aan de Wilhelminapier op Kop van Zuid, Rotterdam.
10
straategie
H
otel New York heeft in het begin van de herontwikkeling van de Wilhelminapier de Kop van Zuid weer op de kaart gezet, nadat het stukje Rotterdam veel van zijn oude havenallure had verloren. Jarenlang vonden
Aan de inrichting en materialisatie hebben vele interne en externe ontwerpers meegedaan, zo schetst Eelco Geill. “Van stedenbouwkundig- en landschapsontwerpers tot adviseurs in bestratingen en van ontwerpers van straatmeubilair tot kunstenaars. En alles sluit naadloos op elkaar aan. Of het nu de speciale banken, de set verlichtingsarmaturen, de kadebeugels, de speciale boombakken of de langformaat betontegels en speciale inritconstructies zijn. Geen korte klappen en snel maar iets moois bij elkaar zoeken, maar steeds iets kiezen of zelf ontwikkelen dat aansluit op de strategische uitgangspunten. Op die manier is een consistente inrichting bereikt, die ook over tien of vijftien jaar zijn kracht nog toont.” Wat bestrating betreft is op de Wilhelminapier gekozen voor gele langformaat betontegels van 20 x 60 cm. Er is zelfs gekeken naar een formaat van 75 x 30 cm,
maar dat bleek geen goede optie voor het intensieve gebruik, ook door zwaarder verkeer. Later is een 20 x 30 cm maat toegevoegd voor de inritten, om zo breuk te voorkomen. Eelco Geill: “Van essentieel belang is de fundatie. Het gekozen formaat vraagt om speciale aandacht. Dat wisten wij van te voren. Elke zetting tekent zich juist bij deze lange tegels duidelijk af. Daarom is geïnvesteerd in een zeer goed gestabiliseerd funderingpakket. Dan heb je wel eens discussies tijdens de uitvoering, maar je moet goed beseffen wat je doet. Ditzelfde geldt voor de kleurstelling. We hebben geel gekozen naar aanleiding van de scheepsplanken. We calculeren in dat we een percentage kleur door vervuiling en veroudering kwijtraken. Temeer daar de betontegels zijn gestraald om ze een wat ruwer uiterlijk te geven. Toch zijn ze over een aantal jaren nog steeds geel van tint. Dit geldt ook voor de brede betonbanden in antraciet kleur. Overigens hebben wij zelf een speciale inritconstructie ontworpen om de doorlopende lijn van de 30 cm brede betonbanden niet te verstoren. Achter de verzonken betonbanden liggen in het stramien van de tegels speciale inritelementen als overgang tussen die band en de bestrating. Zo blijft het beeld van de lange zichtlijnen gewaarborgd. De zichtlijnen zijn sowieso belangrijk. Je kunt de hele pier afkijken vanaf het Wilhelminaplein. De trottoirs zijn om die reden ook zo leeg en opgeruimd mogelijk. Geen paaltjes, weinig plantenbakken, bomen op de pleintjes, fietsbeugels in de zijstraten. Het ruimtelijk effect weegt zwaar mee.”
Bijzonder Op het Wilhelminaplein liggen eveneens gele betontegels in het formaat 60 x 60 cm. Daar is de pleinruimte dusdanig groot dat op een grootformaat betontegel is overgegaan. Voorts is gekozen voor een luxe 30 x 30 cm betontegel met merwebasalt als standaardbestrating voor de wandelen tramzones op de Kop van Zuid. “Het materiaal is overal net even bijzonder. Dit zorgt samen met die typische Rotterdamse materialen als granietkeien en betonplaten voor een sfeervolle havenambiance.” De Wilhel-
minapier ligt feitelijk als een luxe cruiseschip in de rivier. Het scheepsdek met zijn lange planken is herkenbaar in de betontegels. Een zich onderscheidende alsook standaardmatige bestrating, gekozen vanuit een strategisch, integraal concept. De koffer van Kop van Zuid hoeft niet te worden verscheept. Integendeel, daar kan Rotterdam nog best vaker uit putten, gelet op het resultaat op de Wilhelminapier. •
Meer foto’s en specifieke ontwerptekeningen zijn te vinden op www.straategie.nl Uitvoering: dS+V, Gemeente Rotterdam Ontwerp: Paul Achterberg (landschapsarchitect), Frank Josselin de Jong (senior landschapsarchitect), Piotr Ostojski Ostoja (industrieel vormgever ontwerper verlichting, stadsklok, boombak en specifieke elementen etc.), Peter Crouwel (ontwerper Kop van Zuid bank de Kromme), Eelco Geill (landschapsontwerper).
www. straategie.nl
straategie 11
[project]
Barcode voor Klazienaveen ‘t Schip op een streepjescode. Oftewel een karakteristiek nieuwbouwcomplex van winkels met woningen, dat door de uitkragende vorm veel weg heeft van een scheepsromp. Gelegen op een locatie waar vroeger het Van Echtenskanaal dwars door Klazienaveen liep en het lintdorp in tweeën sneed. Het kanaal heeft echter in het centrum plaatsgemaakt voor een plein dat is bestraat in de vorm van een streepjescode met gewassen betonstraatstenen in de kleuren wit, grijs en antraciet en in verschillende formaten van 5 x 20 cm tot 20 x 40 cm. Op die manier legt de barcodebestrating een link naar zowel het nieuwe winkelcentrum als de omliggende bestaande winkels. Bovendien smeedt het bebouwde plein de twee dorpshelften aaneen. Gedeelten voor voetgangers, fietsers en auto’s zijn duidelijk herkenbaar op het plein, dat dankzij lichte niveauverschillen met antracietkleurige betonbanden extra accenten kent. In totaal is circa 8.000 m2 bestrating aangebracht, waarop het aangenaam winkelen of verpozen is, mede dankzij de nieuwe terrassen.
Meer foto’s vindt u op www.straategie.nl Opdrachtgever: Gemeente Emmen, b.v. Dolphin I Ontwerp: KuiperCompagnons, Rotterdam (bestrating), CepPeZed, Delft (bebouwing)
www. straategie.nl
12
straategie
[van formaat] Dag van de Straatmaker
De stelling
De resultaten van het stemmen op de maandelijkse Stelling op de website www.straategie.nl: Het is nuttig voor mij als de modeltuinen van Appeltern ook de inrichting van de openbare ruimte bestrijken. Eens 79% Oneens 21% Betonnen bestratingsproducten zijn vandaag de dag dankzij kleurvastheid, gerecyclede grondstoffen en levensduur duurzaam van karakter. Eens Oneens
86% 14%
Voor fietsers zouden per definitie vrijliggende fietspaden moeten worden aangelegd. Eens 75% Oneens 25% Nieuwe stelling maand september 2007 op www.straategie.nl: Ik word gek van de vele richtlijnen voor de inrichting van de openbare ruimte; ze belemmeren mij in mijn creativiteit.
Op 22 september 2007 vindt rondom Hotel IJsselvliedt te Wezep de jaarlijkse Dag van de Straatmaker plaats. Activiteiten, informatiestands en presentaties geven inzicht in het vak straatmaker. Elk jaar wordt tijdens de Dag van de Straatmaker belangeloos straatwerk geleverd voor een goed doel. Dit jaar is dat doel Hotel IJsselvliedt, een vakantiehotel van het Rode Kruis, op het gelijknamige landgoed. De organisatie ligt in handen van het Nederlandse Rode Kruis, Stichting IJsselvliedt, gemeente Oldebroek en de Ondernemersvereniging Bestratingbedrijven Nederland (OBN). Meer informatie: www.obn.nl
Praktijkdag Openbare Ruimte Op 20 november 2007 vindt in Ermelo de CROW Praktijkdag Openbare Ruimte plaats, toegespitst op de - vaak tegenstrijdige - wensen ten aanzien van de openbare ruimte. Hoe zijn de tegenstrijdige belangen te regisseren? Tot welke creatieve oplossingen leidt dit? Tijdens de Praktijkdag Openbare Ruimte vertellen zo’n 20 sprekers welke oplossingen zij hebben gevonden. De kosten voor deelname aan de CROW Praktijkdag Openbare Ruimte bedragen € 385,(exclusief btw). Schrijf in vóór 28 september 2007 en ontvang € 60,- korting per persoon op de deelnemerskosten. Informatie: www.crow.nl
Oproep waterpasserende bestratingen In de decemberuitgave van Straategie wordt ingegaan op waterpasserende bestratingen. Zowel qua projecten, visies als techniek wordt één en ander belicht. Bent u betrokken bij zo’n project en wilt u uw ervaringen delen? Geef uw project op via hoofdredactie@ straategie.nl.
Straategie op Dag van de Openbare Ruimte Op 11 oktober 2007 vindt in het Euretco Expo Center in Houten voor de vierde keer de ‘Dag van de Openbare Ruimte’ plaats. Deze dag is bedoeld voor iedereen die beroepsmatig betrokken is bij de (inrichting van de) openbare ruimte. Er zijn ook diverse fabrikanten van betonnen bestratingsmaterialen aanwezig. Ook Straategie is op deze vakbeurs aanwezig, waarbij u de kans heeft om projecten aan te melden voor publicatie in het magazine en/of de website. Inmiddels worden al tientallen inrichtingsprojecten op de website in beeld gebracht, zodat opdrachtgevers kunnen ervaren wat er zoal mogelijk is met bestratingen. Voor bezoekers met een toegangskaart en voor bezoekers zoals ambtenaren, architecten en ontwerpers is de toegang gratis. Openingstijd is van 10:00u tot 17:30u. Meer informatie: www.dagvandeopenbareruimte.nl
[Beton geknipt] • Op 1 november 2007 vindt in Houten de ‘Dag van Verkeer en Mobiliteit’ plaats. Deze dag is bestemd voor iedereen die beroepsmatig met verkeerstoepassingen en mobiliteitsoplossingen van doen heeft (www.dagvanverkeer enmobiliteit). • Het nieuwe magazine ‘Verkeer in Beeld’ komt eerdaags van de persen. Het magazine behandelt verkeerstoepassingen en mobiliteitsoplossingen (informatie 030 4606384) • Op 2 en 30 oktober 2007 kan men in Utrecht de training ‘Kruispunten in gebiedsontsluitingswegen binnen de bebouwde kom’ volgen. De trainingen zijn bedoeld voor wegbeheerders en verkeerskundigen die minimaal vijf jaar werkervaring hebben (www.crow.nl) • Suggesties voor de redactie? Mail ze naar hoofdredactie@straategie.nl •
straategie 13
[interview]
Het lijkt een nobel streven: voor uiteenlopende verkeersdoelgroepen aparte voorzieningen aanbrengen in de openbare ruimte. Allemaal een eigen plek in het ontwerp en zo nodig specifieke maatregelen per doelgroep. Het is echter strijdig met de ontwerpershandleiding, mede opgesteld door het ministerie van Verkeer en Waterstaat, waarin wordt gepleit voor een inrichting van de openbare ruimte die voor iedereen toegankelijk is. Juist zo min mogelijk gebruik maken van aparte voorzieningen voor aparte doelgroepen, maar kiezen voor integrale toegankelijkheid via een doordacht ontwerp. Precies datgene wat ing. Martijn van de Leur en ing. Joost Kleinhaarhuis bepleiten en beogen te bereiken met een gezonde portie verstand, creativiteit, samenwerking tussen disciplines en vrije interpretatie van richtlijnen.
14
straategie
Adviseurs Mobycon:
Naar een volledig toegankelijke openbare ruimte U
iteraard moet rekening worden gehouden met doelgroepen. De schoolkinderen en hun veilige fietsroute, de ouderen met voldoende brede trottoirs voor de rollators en verlaagde trottoiropgangen, visueel gehandicapten die gidslijnen verwelkomen, de voetganger, fietser, het winkelend publiek, de automobilist, iedereen moet toegang hebben tot die openbare ruimte. “Het lastige van de openbare ruimte is dat iedereen er gebruik van maakt, maar dat ‘iedereen’ niet in één doelgroep te vangen is. Ontwerpers zullen dus steeds naar de diverse doelgroepen moeten kijken, zonder uit het oog te verliezen dat het uiteindelijk om het totaal van die doelgroepen gaat bij een inrichting. Dat vraagt om het zich verplaatsen in alle gebruikers. Dat vraagt ook om samenwerking tussen verschillende disciplines. Het kan niet zo zijn dat een verkeerskundige vanuit zijn vakkennis en richtlijnen de inrichting bepaalt. Of de landschapsarchitect die een mooi plaatje wil. Of de stedenbouwkundige die naar doorstroming en parkeerplaatsen kijkt. Als je sectoraal op doelgroepen gaat ontwerpen,
weet ik één ding zeker: de ruimte zal niet voor iedereen toegankelijk zijn,” stelt senior adviseur Martijn van de Leur van Mobycon. Mobycon (voorheen Diepens en Okkema) is onder andere betrokken geweest bij het opstellen van het praktijkboek ‘Toegankelijkheid openbare ruimte’ van CROW. Als onafhankelijk adviesbureau probeert Mobycon projecten in openbaar vervoer en buitenruimte te sturen richting integraal ontwerp, leidend tot een openbare ruimte die voor iedereen toegankelijk is. En dat met zo min mogelijk specifieke, kostbare ingrepen. Dat begint door stedenbouwkundigen en verkeerskundigen in het beginstadium van het proces nauw te laten samenwerken. Dit kan kostenbesparingen opleveren doordat hiermee aanpassingen na de realisatie van de plannen kunnen worden voorkomen. Feitelijk alle betrokken vakgebieden kijken op een andere manier naar de openbare ruimte en zouden hun kennis moeten delen. “Samenwerking blijkt voortreffelijk te werken, gecompleteerd
met communicatie en voorlichting. Want je kunt voor ouderen een toegankelijk trottoir met bushalte aanleggen, je zult hen ook goede informatie over het busvervoer moeten geven, over veilige routes naar voorzieningen en klachten over obstakels moeten verhelpen. Toegankelijkheid van de openbare ruimte betreft niet alleen de fysieke inrichting, maar ook mobiliteitsmanagement. De mensen en voornamelijk de ouderen zijn geholpen bij informatie over de wijze waarop ze de reis van A naar B op de meest efficiënte wijze kunnen uitvoeren (o.a. vervoerswijze, route en tijdstip).”
Spagaat Als de toegankelijkheid wordt beperkt tot de fysieke inrichting, dan is dat al lastig genoeg vanwege de spagaat tussen een openbare ruimte voor iedereen en aparte voorzieningen per doelgroep. Doelgroepen zitten nogal eens in elkaars vaarwater. Bredere trottoirs en fietspaden gaan ten koste van de rijbaan- en parkeerruimte. Kinderen met skeelers schrikken ouderen af. Wat te denken van de langzame scootmobiels op fietspaden/wegen of rollators op het smalle
de algehele toegankelijkheid van de openbare ruimte. Kleinhaarhuis vervolgt: “Het kan ook helpen om niet de stedenbouwkundige of verkeerskundige maatregel centraal te stellen bij een inrichtingsplan, maar een breder thema zoals toegankelijkheid of mobiliteit. Op die manier ga je een inrichtingsvraagstuk anders benaderen. Geen standaardoplossing vanuit de vakdisciplines, geen richtlijnen voor elke doelgroep, maar een oplossing zoeken voor een thematisch vraagstuk. Het sluit aan op de onderzoeken die wij houden naar bijvoorbeeld looproutes en verkeersstromen. Een route met obstakels is voor een oudere vrouw met twee zware tassen in de hand lastiger dan een ontwerper heeft voorzien. Je zult moeten nadenken hoe mensen, jong en oud, een openbare ruimte gebruiken en ervaren.”
Recht op toegankelijkheid Het komt neer op het gezamenlijk rond de tafel gaan zitten. Martijn van de Leur: “Iedereen heeft recht op toegankelijkheid van de openbare ruimte en heeft recht op mobiliteit. Een deel van de oplossing ligt in de fysieke inrich-
“Integraal en intersectoraal denken en niet blindstaren op 1001 richtlijnen” voetpad. Gestalde fietsen worden obstakels voor slechtzienden. En zo zijn vele voorbeelden van conflicterende doelgroepbelangen op te sommen. Adviseur Joost Kleinhaarhuis: “Het is logisch om bij de inrichting allereerst naar de hoofdgebruikers te kijken. Prima. Maar de blik moet breder zijn. Als je alleen afgaat op de richtlijnen voor een fietspad, kom je misschien ruimte tekort voor dat voetpad waar die mevrouw met de kinderwagen wil lopen. Er zijn een heleboel richtlijnen. Die worden vaak als wetgeving ervaren. Maar je zult ze zodanig moeten interpreteren dat uiteindelijk iedereen zijn plek in die openbare ruimte krijgt. Afwijken van een richtlijn is niet fout. Sterker, een richtlijn mag de creativiteit niet verstarren of een probeersel tegenhouden. Om het wat uitdagend te zeggen: men moet zich bijvoorbeeld niet blindstaren op een richtlijn voor blinden en slechtzienden.” Gezond verstand en creativiteit zijn ingrediënten die nodig zijn bij dat integrale ontwerp en
ting van de openbare ruimte. Een ander deel in communicatie, voorlichting, gedragsbeïnvloeding et cetera. Dat zijn geen twee aparte werkvelden. Zo zou een manager openbare ruimte misschien welkom zijn. Een tussenpersoon die al die vakdisciplines onderling kan schakelen. Sommige disciplines bestaan meer dan honderd jaar, maar ik heb de indruk dat ze steeds verder uit elkaar groeien. Een goed voorbeeld hiervan is de Drevenstudie in Almere. Door een strikte scheiding tussen het autoverkeer en de langzaam verkeerroutes en andere publieke ruimtes bleken de automobilisten zich moeilijk te kunnen oriënteren. Mobycon is bij dit project betrokken geweest om schetsontwerpen te maken van het toekomstig profiel met als doel om de directe omgeving van de Dreven in het ontwerp mee te nemen, zodat het geheel beter op elkaar aansluit. We hopen dat ontwerpers en andere partijen bij de openbare ruimte veel gerichter gaan nadenken. Het zou de toegankelijkheid van de openbare ruimte ten goede komen.” •
straategie 15
[project]
Kop
Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift
Kleurrijke ‘wave’ op Bos en Lommerplein De uitdrukkelijke wens voor een bijzonder plein is gehonoreerd. Het Bos en Lommerplein in Amsterdam bezit een kleurrijk huiskamertapijt, dat als gevolg van de afwatering ook nog eens als golvend landschap letterlijk en figuurlijk een extra dimensie heeft. Hoewel er zes dagen per week een grote markt wordt gehouden, is het plein zeker niet het ‘afvalputje’ van die markt geworden in de vorm van een nietszeggende verharding. “De openbare ruimte is belangrijk op deze plek, juist ook als men ‘s zondags over 5000 m2 bestrating uitkijkt. Het geweven patroon van vijf kleuren betonstraatstenen zorgt voor een mooi plein.”
16
straategie
I
ng. Sjoerd Beerends AvB, projectarchitect van Vera Yanovshtchinsky architecten B.V. spreekt van een complexe en kwetsbare opgave voor de inrichting van de openbare ruimte, temeer daar er een behoorlijk pakket aan eisen lag. “Het plein is het hart van het gebied met daaromheen de omvangrijke nieuwbouw met winkelcentrum, appartementen en parkeergarage. Het plein is ook nog eens het verzamelpunt van belangrijke toegangswegen, waarbij enkele wegen in een soort poort binnen het bouwvolume eindigen. Je moet zorgen voor een aangename openbare ruimte voor het winkelend publiek, voor de bewoners, voor passanten, maar tegelijkertijd is het er zes dagen van de week tjokvol door de markt. De markt verdiende overigens een goede plek, nadat deze daarvoor in een windgat had gestaan. Voorts diende rekening te worden gehouden met de bereikbaarheid door nooddiensten. Het plein moest van de opdrachtgevers iets bijzonders worden en die uitdaging hebben wij met beide handen gegrepen. Echter, je weet
tegelijkertijd dat je hier en daar op voorhand iets moet inleveren omdat er tegenstrijdige eisen gelden. Zo dachten wij aanvankelijk aan opvallende banken en verlichting op het plein, maar die vormen al gauw een sta in de weg voor de marktactiviteiten. Al snel hadden wij het idee van een tapijt, ingegeven door de stedelijke ruimte en door de utilitaire details zoals goten met verankeringen voor de kramen en met elektravoorzieningen in de vloer. Een kleed met kleurrijke banen, zoals het patroon (de weef) van een geweven tapijt. We hebben van de ruimte als het ware één grote huiskamer gemaakt. Een stedelijke kamer waarin al die functies een plek konden krijgen.”
Een stedelijk huiskamertapijt voor het Bos en Lommerplein, waarbij een wisselend banenpatroon en het gebruik van verschillende kleuren voor een aangename sfeer zorgen. De kleurrijke markt die er zes dagen per week plaatsvindt doet de rest.
Het is wel een harde vloer, zo erkent Sjoerd Beerends, maar die weerspiegelt juist de functies van winkelcentrum en markt. “Door steeds meer rood in het banenpatroon toe te voegen hebben wij echter meer warmte in de harde vloer kunnen brengen. Zowel een rode als rozerode kleur zijn gecombineerd met de
straategie 17
laag samenstelt. Je kunt precies op kleur en uitstraling mengen en het is daarmee het beste alternatief voor kostbaar natuursteen. In overleg met de fabrikanten zijn verschillende proefstukken gemaakt om optimale kleuren en structuren in ruwheid en glans te verkrijgen. Ook de zwarte betonbanden hebben een speciale deklaagstructuur gekregen. Deze betonbanden zijn onder andere ingezet om de uitstalzones van de winkels aan te geven. Voorts is gekeken naar het formaat van de betonstraatstenen om op die manier precies volgens een stramien te kunnen werken met hele en halve stenenmaten.”
Kop
Een ‘geweven tapijt’ met een verrassend patroon.
Meer foto’s zijn te vinden op www.straategie.nl Opdrachtgever: Stadsdeel Bos en Lommer, Multi Vastgoed, Hillen & Roosen, Amsterdam Ontwerp: Vera Yanovshtchinsky architecten B.V., Den Haag
www. straategie.nl
tinten zwart, grijs en wit. We hebben het legpatroon van de diverse gekleurde banen zorgvuldig uitgetekend om het kleureffect te versterken. Geen vast ritme, maar een willekeurig patroon. Verder is de rand met glimmende zwarte betonstraatstenen uitgevoerd, zodat het tapijt een duidelijke omkadering bezit. Ook zijn in de banen diverse glansstroken opgenomen.”
Kleuren naar wens Voor het kleurrijke tapijt zijn kleurvaste betonstraatstenen gebruikt, nadat ook natuursteen de revue was gepasseerd. “Het betonnen materiaal bood een zeer goede uitkomst voor de diverse eisen. De toplaag van de betonstraatstenen heeft een volledige natuurstenen toeslag. Het mooie van dit soort betonproducten is dat je zelf kunt bepalen hoe je je eigen natuurstenen dek-
Omdat het een groot tapijt betreft, is nauwkeurig gekeken naar de afwatering. De banen zijn daarbij gebruikt voor de richting van het afschot. Een dubbel afschot, voornamelijk naar kolken tussen de banen alsmede naar twee hoeken. Dit dubbele afschot is vooraf precies uitgedetailleerd. Ook de techniek is adequaat opgelost, waarbij het plein deels op het betonnen parkeerdek en deels op een zandondergrond ligt. “In feite is het afschot deel van het ontwerp geworden omdat er daardoor een soort wave in het tapijt ontstond. Een glooiend stenen landschap.” Lange tijd gold het als verlaten landschap, toen het complex als gevolg van constructieve (uitvoering)fouten door de bewoners moest worden ontruimd. Maar nu alles weer is hersteld, is het plein een wezenlijk onderdeel van de ambitieuze stadsvernieuwing in stadsdeel Bos en Lommer. Een bijzondere openbare ruimte die aansluit op druk en stil, op tjokvol en leeg, op gebruik en uitzicht. Zoals een huiskamer zijn vele gezichten toont. •
Uitbetalen Ontegenzeggelijk bezit Vera Yanovshtchinsky architecten zelf de nodige kennis om een openbare ruimte in te richten, maar toch probeert het bureau - waar er ruimte is in de projectorganisatie - zoveel mogelijk gespecialiseerde kennis van landschapsarchitecten erbij te betrekken. Sjoerd Beerends: “Wij houden steevast een pleidooi om bij de ontwikkeling van een project, en zeker bij stedelijke herstructurering, al in het ontwikkelingstraject er landschapsarchitecten bij te betrekken. Als zij de ruimte krijgen om in een vroeg stadium hun inbreng te leveren, betekent dit veelal een aanzienlijke bijdrage aan de totale kwaliteit van een project. Punten die anders tot het laatst zouden blijven liggen, worden nu integraal opgepakt. Die inbreng betaalt zich dubbel en dwars uit. Maar vaak wordt het belang van die vroegtijdige inbreng onderschat. De inrichting van de openbare ruimte kan en mag geen sluitpost zijn. Wij proberen daarom bij selecties steeds vaker landschapsbureaus mee te laten denken. Bij het Bos en Lommerplein lag de situatie anders, omdat de ontwikkelaars behalve voor de bebouwing ook al uitgangspunten en ambitieniveaus voor de openbare ruimte hadden opgesteld, waarop wij als architect konden voortborduren. Ook in dit geval is vooraf goed nagedacht over de openbare ruimte. Zo hoort het ook.”
18
straategie
[project]
Stevige bestrating voor Liberty Park Het Nationaal Oorlogs- en Verzetsmuseum en het Marshall Museum zijn in 2006 samengevoegd tot het Liberty Park. Jaap de Hoop Scheffer, Secretaris-Generaal van de NAVO, opende destijds het museumcomplex te Overloon, dat fors is uitgebreid om (vooralsnog) plek te bieden aan de indrukwekkende collectie van het Marshall Museum uit Zwijndrecht: meer dan 300 voertuigen. Samen met de informatieve expositie van het Nationaal Oorlogs- en Verzetsmuseum oefent het museum een grote aantrekkingskracht uit op bezoekers. Het museum boeit ook de jeugd.
I
n het museum is consequent met een bestrating van grijze betonstraatstenen gewerkt. Men wilde een stevige bestrating. Juist ook om de zware collectie oorlogsmaterieel te torsen. Zoals de 90 ton zware BARC (Barge Amphibious Resupply Cargo), een door vier, 7 liter dieselmotoren aangedreven landingsvaartuig van 7 meter hoog, 20 meter lang en 8 meter breed, met een gewicht van 90 ton. De doorsnee van de wielen bedraagt circa 3 meter. Of het Russische MIG 21 ge-
vechtsvliegtuig, met een lengte van bijna 15 meter, een spanwijdte van 7,20 meter en een gevechtsklaar gewicht van 6 ton. Uiteraard is er ook plek voor minder spectaculaire, maar net zo indringende museumstukken die het publiek laten stilstaan bij het geweld van oorlogen. Alles onder het motto: ‘oorlog hoort in een museum’. Het museum is uitgebreid van zo’n 2.500 naar 13.500 m2, waarbij in de nieuwbouw de betonstraatstenen als verharding zijn toegepast. • Het Liberty Park mag zich vanaf de opening verheugen in een ruime belangstelling van het publiek, van jong tot oud. Zij hebben uiteraard meer oog voor de tentoongestelde voertuigen en attributen dan voor de functionele bestrating met grijze betonstraatstenen.
straategie 19
[project]
Details bestrating cruciaal voor kwaliteit
Leven in rivieroever Papendrecht
Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift Bijschrift
20
straategie
Het klinkt vreemd, maar op één van de drukste knooppunten van de binnenvaartwegen Merwede, de Oude Maas en de Noord was Papendrecht het contact met deze rivieren feitelijk kwijt. Het woningbouwproject Merwehoofd zorgt ervoor dat Papendrecht weer aan de rivier is komen te liggen. De rivieroever is tot leven gebracht. Dankzij ‘stadspaleizen’, grote privéstoepen als voorgebied en een openbare promenade. Een bestratingsprofiel waarbij luttele centimeters hoogteverschil, facetranden aan betonbanden en maatvoering van betontegels cruciaal zijn in het totale kwaliteitsbeeld.
O
p het voormalige Fokkerterrein aan dit ‘Drie Rivierenpunt’ komen 422 woningen, in een brede mix van woningtypes. Rein Geurtsen & Partners bureau voor stadsontwerp uit Delft won enkele jaren geleden de opdracht van de gemeente Papendrecht, ontwikkelaar/bouwer Van der Vorm Bouw BV en Rabo Vastgoed om een visie voor dit gebied op te zetten. Een stedenbouwkundige visie waarbij bewoners en passanten niet meer om de rivieroever heen konden. “Het is belangrijk dat Papendrecht een levendig oevermilieu krijgt. Wij hebben ingezet op een autoluwe, openbare oever met diverse typen stadswoningen en appartementen, en op bijzondere punten plaats voor voorzieningen, zoals een restaurant. Zoveel mogelijk voordeuren aan de promenade,” legt landschapsarchitecte ir. Jacqueline Verhees van Rein Geurtsen & Partners uit. “In overeenstemming met de grote maat van het ‘waterplein’, dat de rivieren vormen, zijn grote stadshuizen ontworpen waarin meerdere woningen zijn ondergebracht. Grondgebonden woningen op de eerste twee verdiepingen en via portiekontsluitingen appartementen daarboven. Zo is een rits van stadspaleizen ontworpen, allemaal met een eigen stijl en karakter.” Veel voordeuren aan de rivier. Maar niet koud tegen de openbare promenade aan, doch voorzien van kenmerkende brede stoepen als privé voorgebied. “De grondgebonden woningen hebben allemaal dezelfde 3 meter diepe privéstoep gekregen, uitgevoerd in grootformaat oud-Hollandse betontegels van 60 x 60 cm. Deze uniforme stoepterrassen zijn keurig afgescheiden met een brede betonband van 50 cm breed, waarop een speciaal ontworpen hekwerk staat. Dit hekwerk past bij het rivierkarakter en is ontworpen door Ginette Blom. Na het hekwerk begint de openbare promenade, uitgevoerd in genuanceerd grijs Chinees natuursteen. Normaliter ligt
op zo’n promenade het zwaartepunt, maar juist de brede privéstoepen zijn hier net zo belangrijk. Ze vormen dat overgangsgebied waardoor bewoners voor hun woningen kunnen genieten van de rivieroever.”
Cruciaal onderdeel De ontwerpers wilden dat die stoepen er hetzelfde uit kwamen te zien, als verbindend element tussen de verschillende stadswoningen. “Daarom is veel aandacht besteed aan de kwaliteit van de stoepen. Ten eerste is de maatvoering en uitstraling van de grootformaat betontegels en betonbanden afgestemd op de schaal van de rivier: ruim, stevig en stoer. Ten tweede is voor een fraaie donkere antracietkleur gekozen, passend bij de bestrating van de promenade, maar ook zodanig neutraal dat bewoners er mee uit de voeten kunnen. Zij kunnen zelf de stoep aankleden en een eigen expressie meegeven, zonder dat dit gedeelte wordt vervangen door een allegaartje aan tuin- en bestratingsproducten. Ten derde zorgt de detaillering ervoor dat de kwaliteit direct wordt ervaren. Zo zijn de stoepen 12 cm opgetild ten opzichte
De ontwerpers hebben een speciale betonband met facetrand ontwikkeld, die zorgt voor een doordacht, harmonieus samenspel van vormen, formaten en bestratingsmaterialen.
>
straategie 21
zijn uitgevoerd in hetzelfde materiaal als de stoepen langs de rivier; alleen in een andere maatvoering en detaillering. Aan de zijkant van de oeverbebouwing loopt het niveauverschil van 12 centimeter geleidelijk terug en gaat over in een betonband 2 centimeter boven maaiveldniveau. Aan de binnenkant van het woningbouwcomplex hebben wij een smallere betonband van 30 cm breed en betontegels van 40 x 40 cm toegepast. Op die manier is sprake van een samenhangend modulair systeem, waarbij echter het schaalverschil tussen rivier en binnenruimte van het woningcomplex keurig is gevolgd.”
Allure
Doorsnede stoep en stoeprand
Opdrachtgever: Van der Vorm Bouw BV, en Rabo Vastgoed. Ontwerp: Rien Geurtsen & Partners bureau voor stadsontwerp, Delft in samenwerking met Ginette Blom.
www. straategie.nl
22
straategie
van de promenade en hebben de betonbanden een bijzondere facetrand gekregen. We hebben deze betonbanden speciaal ontworpen voor deze toepassing. Het resultaat van dit detail is dat de stoepen lijken te zweven. De stoeprand geeft een levendig spel van licht en schaduw; de rivieroever heeft namelijk een lange, flauwe kromming die zich prachtig toont in de schaduwwerking van dit randdetail. Hoe een klein detail cruciaal onderdeel van de beeldkwaliteit kan zijn.” De overgang van de woningen naar de openbare ruimte is ook in de rest van het plangebied integraal benaderd. Jacqueline Verhees: “Alle voor- en zijgebieden bij de woningen
Juist het oog voor maatvoering en detail geeft het woningbouwplan en de bestrating extra allure. Een betonband die 2 cm hoger ligt in combinatie met 10 cm opgetilde plantenbakken, een extra privéstoep van 70 cm langs een openbare steeg, een dubbele vijverrand van betonbanden bij de waterbuffer, waarbij het waterpeil 30 cm kan variëren en van betonband tot betonband kan stijgen, keermuren met betonnen afdekbanden, de blinde bevestiging van de hekwerkpaaltjes in de betonbanden, al dit soort elementen is vanuit een geïntegreerd ontwerp bekeken. “Het zit allemaal in ons ontwerp. In de uitwerking met de opdrachtgever zijn er discussies over de precieze technische oplossing geweest, maar de essentie van al de details is recht overeind gebleven.” Geïntegreerd ontwerp en detaillering maken het plan Merwehoofd als geheel zeer verzorgd. Jacqueline Verhees bladert nog eens door het dikke boekwerk waarin alle details 1 op 1 zijn uitgetekend. “Details zijn belangrijk. En ze kunnen heel goed in beton. Als details goed zijn, werken ze ook heel mooi. Als ik zie hoe bewoners hun stoepen gebruiken, dan zie je dat ze het fijn vinden om hier te wonen. Mede dankzij een speciaal ontwikkelde betonband, een opvallend hekwerk en voor de rest standaard bestratingsmaterialen. Maar wel met bepalende hoogteverschillen en doordachte maatvoering. Het idee van verhoogde privé stoepen als overgangsgebied blijkt zodanig aan te slaan, dat wij daarop voortborduren bij een ander project van ons bureau in Apeldoorn. Ook daar komt een fraaie betonband met facetrand die als scheidslijn tussen openbaar gebied en privéstoepen gaat dienen. Ook daar wordt contact gezocht met het water in casu het Apeldoorns Kanaal. Het zijn verschillende projecten, maar ze tonen beide aan dat een gedetailleerd ontwerp voor kwaliteit in de stedelijke ruimte kan zorgen.” •
[highlights]
Highlights projecten naar kleur, formaat en toepassing Zuiderhof, Amsterdam Kleur: Formaat: Toepassing:
grijstinten betonstraatstenen 5 x 21 cm, 20 x 20 cm variatie in formaten, grijstinten en bestratingspatronen om familie van kantoorentrees eigen accent te geven
ABN AMRO, Zwolle Kleur: Formaat: Toepassing:
antraciet betonstraatstenen 20 x 40 cm en 20 x 20 cm geordende, ruimtelijke entree bankkantoor met speciale parkeervaknoppen in betonstraatstenen
Landgoed Leusderend, Leusden Kleur: Formaat: Toepassing:
antraciet betonstraatstenen 20 x 40 cm, 40 cm brede betonband/traptreden grootformaat betonstraatsteen voor ruimtelijke aansluiting entreeplein kantoren, kleur antraciet past bij natuurstenen gevel en is tijdloos
Rotonde, Ochten Kleur: Formaat: Toepassing:
blauw betonstraatstenen 10 x 21 cm kleur blauw om rivieren te verbeelden
Kop van Zuid, Rotterdam Kleur: Formaat: Toepassing:
geel en antraciet betontegels 60 x 60 cm, 20 x 60 cm, 20 x 30 en 30 x 30 cm tegelmaat en kleur refererend aan gele planken op scheepsdek, zelf ontwikkelde inritconstructies met doorlopende zichtlijn van de betonbanden
Centrum, Klazienaveen Kleur: Formaat: Toepassing:
wit, grijs, antraciet betonstraatstenen 20 x 40 cm, 20 x 20 cm en 20 x 5 cm, trotoirbanden 38/40-20-100 cm kleuren zijn verwerkt in reuze streepjescode als pleinbestrating
Bos en Lommerplein, Amsterdam Kleur: Formaat: Toepassing:
rood, rozerood, zwart, grijs en wit betonstraatstenen 20 x 40 cm, 30 cm brede betonbanden stedelijk tapijt met kleurrijk patroon
Merwehoofd, Papendrecht Kleur: Formaat: Toepassing:
antraciet betonbanden 50 cm en 30 cm breed, betontegels 60 x 60 cm en 40 x 40 cm, detaillering met verschillende formaten door architect ontworpen brede betonband met bijzondere facetrand
straategie 23