Acceptatie
Hoofdstuk 1
Vaststelling toetsinkomen ondernemer Elke bank bepaalt het toetsinkomen van een ondernemer op haar eigen manier. De onderlinge verschillen kunnen groot zijn. Deze ontstaan door bijvoorbeeld het wel of niet corrigeren van de fiscale bijtelling van de auto van de zaak, het hebben van een RC-schuld, overwinst of de 3-2-1 methode. Ook kunnen bijzondere baten en lasten (zoals gevolgen van de coronacrisis of uitstel van belasting) tot andere uitkomsten leiden. Vanaf 1 mei 2022 maakt het jaar 2021 onderdeel uit van de beoordeling. Tot die tijd kan volstaan worden met de boekjaren 2020, 2019 en 2018, aangevuld met tussentijdse cijfers. Vanaf 1 augustus 2022 dienen ook de tussentijdse cijfers over het lopende jaar te worden aangeleverd. Geven de tussentijdse cijfers een lager resultaat weer dan het gemiddelde inkomen, dan wordt het toetsinkomen naar beneden bijgesteld. Vanaf 1 april 2022 mag het gerealiseerde resultaat van het lopende boekjaar worden meegenomen in plaats van het oudste boekjaar (recht van vervanging).
Starters Ondernemers die geen drie boekjaren kunnen overleggen, worden gezien als starter. Het toetsinkomen wordt dan vastgesteld op basis van het gemiddelde loon en winst in de laatste drie kalenderjaren. Of op basis van de gerealiseerde winst, geëxtrapoleerd. Met verschillende uitkomsten.
Inkomensanalyse voor ondernemers De Inkomensanalyse voor ondernemers biedt vooraf inzicht en helpt dus bij het maken van een gerichte keuze. Per aanbieder is te zien wie ondernemers wil financieren en met welk toetsinkomen ze rekenen. De inkomensanalyse is verkrijgbaar via het Validatie instituut inkomensvaststelling Zelfstandigen (www.viiz.nl) en via diverse serviceproviders. Kosten vanaf € 185. ViiZ heeft van menig aanbieder ook accreditatie om verklaringen af te geven voor leningen zonder NHG.
NHG-hypotheken Voor NHG-hypotheken moet het inkomen worden vastgesteld door een extern deskundige, rekenmeesters genaamd. NHG heeft vier rekenmeesters geaccrediteerd voor het afgeven van een inkomensverklaring (IKV). De kosten ervan lopen uiteen van € 240 voor een eenmanszaak tot € 610 (excl. btw) voor een BV met twee werkmaatschappijen. ING Bank en Rabobank accepteren geen externe IKV; zij berekenen altijd zelf. Bij ABN Amro, Florius, RegioBank, SNS Bank, ASN en BLG Wonen heeft de adviseur de keuze tussen een IKV of vaststelling door de aanbieder. In het laatste geval hoeft de ondernemer niets te betalen voor de inkomensverklaring.
14 | S E H A d v i e s p o c k e t 2 0 2 2