Transfer 6, maart 2010, jaargang 17

Page 1

t ransfer

vakblad over internationalisering in het hoger onderwijs

Op welke brains kan Nederland in de toekomst bouwen?

6

jaargang 17 | maart 2010

annette nijs stelt china als voorbeeld  |  nieuw marketinginstrument: ­gratis colleges via internet  |  academisch jaar in haïti voorbij  |  scepsis over joint

degrees  |  nuffic ­reageert op wrr-rapport  |  hippe internationalisering in maleisië


6 Transfer is een onafhankelijk vakblad voor internationale samenwerking in het hoger onderwijs en onderzoek. Transfer is ook online: www.transfermagazine.nl. Transfer is een uitgave van de Nuffic, de Nederlandse organisatie voor internationale samenwerking in het hoger onderwijs. Verschijnt negen keer per jaar. Redactie Els Heuts (hoofdredacteur), Annelieke Slappendel en Elleke Bal Aan dit nummer werkten mee Annemieke Bosman, Hans Dieleman, Geraldine Molema, Martine Postma, Robert Visscher, Martine Zeijlstra Beeld Caro Bonink, Rob Cloosterman/HH, Henriëtte Guest/ANP, André van Haasteren/Universiteit Leiden, Nicholas Kamm/AFP, Arie Kievit/HH, Elmer van der Marel, Sam Rentmeester, Davind Rozing/ HH, Siebe Swart/HH, Pius Utomi Ekpei/ AFP Redactieraad Riekele Bijleveld (ITC), David Bohmert (Nether), Patrick Cramers (Codarts), Madeleine Gardeur (Rijksuniversiteit Groningen), Frans Godfroy (TU Delft), Joep Huiskamp (Technische Universiteit Eindhoven) Redactieadres Nuffic, Postbus 29777, 2502 LT Den Haag, tel. 070 – 426 0126 / 426 0144 / 426 0122 fax 070 – 426 0399 e-mail: eheuts@nuffic.nl, aslappendel@nuffic.nl, ebal@nuffic.nl website: www.transfermagazine.nl Abonnementen Transfer is gratis verkrijgbaar. Geïnteresseerden kunnen zich voor een gratis abonnement aanmelden via www.ikabonneermij.nl/transfer, bellen naar DUO-tijdschriftenservice 030 – 263 1089 of een e-mail sturen naar info@ikabonneermij.nl. Abonnementenadministratie DUO-tijdschriftenservice Postbus 681 3500 AR Utrecht tel 030 – 263 1089 Vormgeving en lay-out Sabrina Luthjens BNO en Brigitta Opstal (www.makingwaves.nl) Druk Drukkerij Deltahage, Den Haag Overname artikelen Het overnemen en vermenigvuldigen van artikelen uit Transfer is slechts geoorloofd na schriftelijke toestemming van de hoofdredactie. Foto omslag De Deltawerken tussen Goeree en Schouwen. Foto Siebe Swart/HH. Transfer 7 , jaargang 17, verschijnt op 16 april 2010.

transfer

Brains on the move Als Nederland zich echt wil transformeren tot een kenniseconomie, is het van groot belang dat het talent aan zich weet te binden. Al in 2001 toonden cijfers van de OESO aan dat er meer brains vertrekken dan zich in Nederland vestigen. Sindsdien is de mondiale concurrentie om toptalent alleen maar toegenomen. Wat moet Nederland doen om aantrekkelijk te blijven voor hoogopgeleid talent? Die vraag stelt Transfer in dit nummer aan de orde en sluit daarbij aan op het Jaarcongres van de Nuffic waar kennismigratie centraal staat. Een consistent beleid om aantrekkelijk te blijven voor hoogopgeleiden lijkt nog niet echt van de grond te komen, blijkt uit een rondgang. Her en der worden voorzichtig wat initiatieven ontplooid, maar het ontbreekt bijvoorbeeld aan betrouwbare cijfers over de mobiliteit van kenniswerkers. Veel landen kampen met een braindrain, maar voeren een actiever beleid. Zo biedt Canada studenten die in het buitenland gestudeerd hebben een speciaal programma om in hun thuisland carrière te maken. Ook China is druk doende om het eigen talent aan te boren. Er wordt een bewuste politiek gevoerd om onderzoekers terug te laten keren, vertelt Annette Nijs. Transfer interviewde de oud-staatssecretaris van hoger onderwijs, nu werkzaam bij een Chinese MBA-opleiding, naar aanleiding van haar boek over deze economische supermacht. ‘De overheid maakt afspraken met bedrijven en universiteiten om deze mensen in dienst te nemen, ze worden riant gehuisvest en er geldt voor hen een speciaal belastingregiem. Ze worden echt in de watten gelegd’, aldus Nijs. Hier is het nog niet zo ver. En zal er, met een demissionair kabinet, voorlopig weinig gebeuren om van Nederland een kennisland te maken. Ook de uitkomsten van de commissie Veerman, die de toekomstbestendigheid van het Nederlands hoger onderwijs onderzocht, landen in een politiek vacuüm. Lichtpuntje is dat de joint degrees, die de samenwerking tussen buitenlandse en Nederlandse instellingen moet vergemakkelijken, deze kabinetsperiode wel gehaald hebben. Per 1 april zijn ze wettelijk toegestaan, maar niet te vroeg gejuicht. Want ingewijden vertellen in deze Transfer dat de bureaucratische rompslomp rond de invoering van joint degrees alom wordt gevreesd. Els Heuts eheuts@nuffic.nl


r

i n hou d

8

24-42

12

‘Nederland kan leren van Chinese aanpak’ Ze wil de mensenrechtenschendingen, executies, censuur, slechte arbeids­ omstandigheden, milieuvervuiling en de bezetting van Tibet niet goedpraten. Maar China is goed bezig, vindt oud-staatssecretaris Annette Nijs. Ze roemt onder meer de Chinese investeringen in Afrika. “Een geëmancipeerdere aanpak dan wat het Westen doet”, aldus Nijs, die nu directielid is bij een Chinese top-MBA.

Vechten tegen het braindrain-spook Internationalisering is mooi, zolang het niet structureel de hoogopgeleiden zijn die het land verlaten en de laagopgeleiden die binnenkomen. Dat is wel de situatie in Nederland, zo wordt van verschillende kanten gewaarschuwd. Wat kan Nederland doen om het tij te keren? Of, met andere woorden: hoe blijft Nederland aantrekkelijk voor hoogopgeleid talent?

18

Digitaal uithangbord in het buitenland Steeds meer instellingen zetten collegereeksen integraal op internet. Zodat iedereen die dat wil, ze overal ter wereld gratis kan volgen. Gebruikmaken van open course ware blijkt een uitstekende manier om opleidingen in beeld te brengen bij potentiële studenten in het buitenland. Docent Jasper Verbeek:“Internationale studenten kennen mij vaak al omdat ze mijn colleges online hebben gevolgd.”

24

Veel instellingen sceptisch over joint degrees Per 1 april zijn joint degrees wettelijk toegestaan in Nederland. De nieuwe mogelijkheid om samen met buitenlandse instellingen onderwijsprogramma's aan te bieden waarvoor één gezamenlijk diploma wordt uitgereikt, moet internationale mobiliteit bevorderen. Maar bij de instellingen bestaat ook vrees voor extra bureaucratie.

En verder 2 Colofon en redactioneel  4 Nieuwsberichten  11 Hoger onderwijs in Haïti  16 Wie behartigt belangen 17 Vliegende Hollander  21 Column Hans Dieleman  22 De expat  26 Nuffic reageert op WRR-rapport  28 Hippe internationalisering in Maleisië  31 Agenda

EUPE-studenten


n i euwsb er ic hten

Foto: Elmer van der Marel

‘Stereotype’ promotie voor stage

Met een kameel ging internationale studentenorganisatie Aiesec in februari langs vier universiteiten om reclame te maken voor het stageproject Nour. Twintig Nederlandse studenten kunnen deze zomer via Nour stage lopen in een Arabisch land. Voorafgaand aan de stages volgen ze een cursus over Arabische culturen, en achteraf delen ze hun ervaringen via presentaties, debatten en fototentoonstellingen. Zo wil Aiesec een steentje bijdragen aan het creëren van begrip tussen westerse en Arabische landen. “We keuren het af dat er zo veel vooroordelen zijn over de Arabische wereld, maar om het project te promoten hebben we er toch maar een stereotype kameel bij gehaald”, lacht een bestuurslid van de organisatie.

Neso China sluit tijdelijk zijn deuren Het Neso-kantoor in Beijing gaat per 1 juni tijdelijk dicht. De activiteiten worden voortgezet, maar Nederlandse instellingen kunnen enkele maanden niet op bezoek bij Neso China. Dat komt doordat het contract met de Chinese partnerorganisatie afloopt, waardoor de juri­ dische basis voor de vestiging van het onderwijssteunpunt wegvalt. Het Netherlands Education Support Office in Beijing is een van de oudste en grootste (tien medewerkers) onderwijssteunpunten van de Nederlandse overheid. Het begon in 2001 en is officieel onderdeel van het Chinese Service Center for Scholarly Exchange (CSCSE). Dat is een agentschap van het Chinese ministerie van onderwijs dat zich onder meer bezighoudt met studentenuitwisselingen en diplomawaar-

4 | maart 2010 | transfer

dering. “Als organisatie kon je je negen jaar geleden niet zomaar vestigen in China”, vertelt Nuffic-directeur Sander van den Eijnden. “Het CSCSE bood ons een juridische paraplu en we konden volledig autonoom opereren.” De Chinese partner wil echter meer grip op de Chinese studentenmobiliteit. In praktijk betekent dat dat het CSCSE een aantal taken van het Neso-kantoor wil overnemen. Van den Eijnden: “Die ambitie verdraagt zich niet met onze missie. Daarom wordt het contract beëindigd.” Inmiddels zijn er wel beperkte mogelijkheden om een zelfstandig Neso-kantoor in China te vestigen. De Nuffic denkt in het najaar een nieuw kantoor te kunnen openen.  (EH)


Tweede Kamer kritisch over legestarieven De regering moet voor elk leges­ tarief bekijken of dat redelijk is voor de betreffende groep migranten. Kennismigranten betalen bijvoorbeeld te veel voor een verblijfsvergunning, vindt de Tweede Kamer. Het parlement maakte deze kanttekening bij het instemmen met het wetsvoorstel modern migratiebeleid. Dat wetsvoorstel moet Nederland aantrekkelijker maken voor kennismigranten. De Tweede Kamer is enthousiast over het voorstel, maar vindt het vreemd dat de inmiddels

afgetreden staatssecretaris Albayrak (Justitie) tegelijkertijd de leges voor kennismigranten vorig jaar verdriedubbelde. Een meerderheid van de Kamer vindt dat de regering moet bekijken of de leges voor verblijfsvergunningen 10 procent lager kunnen worden. Volgens Albayrak worden de leges voor kennismigranten vaak door hun werkgevers betaald en zou een verhoging hen daarom niet doen afzien van een komst naar Nederland. Maar volgens de VSNU

zijn de extra kosten voor buitenlands personeel voor universiteiten niet eenvoudig op te brengen. De VSNU wees Albayrak al op het risico dat Nederland hierdoor minder aantrekkelijk wordt voor promovendi. De voormalig staatssecretaris beloofde de gevolgen voor wetenschappers, onderwijs- en onderzoeksinstellingen te zullen bekijken. De discussie over de hoogte van de leges had ze met de Kamer willen voeren bij de behandeling van de voorjaarsnota.  (AS)

De verdachte van de aanslag bij

Aandacht voor veiligheidsrisico’s Het ministerie van onderwijs gaat samen met de instellingen een leidraad integraal veiligheidsbeleid opstellen. Ook kondigde de inmiddels afgetreden minister Plasterk op de valreep een aantal veiligheidssimulaties met de instellingen aan voor dit jaar en geeft de AIVD presentaties, waarbij instellingen het advies krijgen om afwijkend gedrag van een buitenlandse student bij de lokale politie te melden. In reactie op vragen van CDA-parlementariërs kwam Plasterk met deze voorbeelden van maatregelen om hogeronderwijsinstellingen attent te maken op veiligheids­r isico’s die de aanwezigheid van buitenlandse studenten met zich mee zou kunnen brengen. De Kamerleden wilden onder meer weten of het toelatingsbeleid voor studenten uit risicolanden wordt aangepast naar aanleiding van de gebeur-

Pius Utomi Ekpei/ANP

Detroit uitgebreid in het nieuws.

tenissen in Detroit en een student van Avans hogeschool. De Nigeriaanse verdachte van een mislukte aanslag op een vliegtuig bij Detroit op eerste kerstdag, had een opleiding gevolgd aan het University College London. En een Pakistaan die eind december in Spanje werd veroordeeld als lid van een terroristische organisatie, studeerde enige tijd in Breda. Volgens NRC Handelsblad hielden justitie en politie er begin 2008 ernstig rekening mee dat hij in Nederland een zelfmoordaanslag zou plegen. Plasterk wees in zijn antwoord ook op het monitoren van de studievoortgang door instellingen. Daarmee wordt een proef gedaan, vooruitlopend op het modern migratie­beleid dat waarschijnlijk per 2011 wordt ingevoerd.  (AS)

transfer | maart 2010 | 5


n i e uws b e r i c hte n

Buitenlands nieuws Ierland wil meer internationale studenten

Frustratie in het Ierse parlement en in de pers over het onvermogen van Ierland om meer internationale studenten aan te trekken. Waren er in 2008 nog 45.000 niet-EU-studenten in

Ierland, vorig jaar waren dat er tot november slechts 31.000, meldde minister van Justitie Dermot Ahern in antwoord op De Irish Times schreef al over de enorme sommen geld die

Ierland zou mislopen door niet meer studenten van buiten

de EU te verwelkomen. Vergeleken met buurland Engeland,

waar internationale studenten volgens het artikel jaarlijks 12 miljard euro opleveren, zijn de opbrengsten in Ierland maar een schijntje: 900 miljoen.

Volgens de krant komt de terugval deels door de recessie,

Foto: David Rozing/Hollandse Hoogte

vragen van parlementsleden.

De kernreactor in Petten was verboden terrein voor alle Iraniërs.

maar liet Ierland ook daarvoor al kansen liggen. Zo zou het te moeilijk zijn om een Iers visum te bemachtigen.  (EB) Onderwijs steeds vaker onder vuur

Iraanse paramilitairen stormden in juni een aantal

studenten­woningen binnen en doodden vier studenten.

In Spanje probeerde de ETA in augustus met een autobom een professor te vermoorden omdat hij de organisatie

opriep tot vreedzame oplossingen. Het zijn slechts twee

voorbeelden uit het recente rapport Education under attack. Daarin concludeert Unesco dat politiek en militair geweld

tegen studenten, docenten, academici, scholen en universi-

teiten toeneemt. In de afgelopen drie jaar was in ten minste 31 landen sprake van meerdere geweldsdelicten, vooral in

Afghanistan, Pakistan, India en Thailand. Unesco is bezorgd over het gebrek aan onderzoek naar het geweld.  (EB) Duitse bachelorstudent valt uit

Duitse studenten vallen sinds het invoeren van het bachelor/ mastersysteem eerder uit. Dat blijkt uit onderzoek naar

redenen om de studie te staken. Prestatieproblemen zijn, meer dan voorheen, het struikelblok.

Het Hochschul Informations System ondervroeg 2.500

studenten die in 2008 uitvielen. Voor 31 procent was het

uitblijven van prestaties reden om af te haken: 20 procent zei de studie niet aan te kunnen, 11 procent noemde het

ontbreken van toetsen als oorzaak. In het jaar 2000 waren

die percentages respectievelijk 12 en 8. Uit een ander onderzoek bleek overigens dat een grote meerderheid van de

Duitse studenten wel tevreden is over het BaMa-stelsel. Met een uitval van 21 procent onder studenten bevindt

Duitsland zich in vergelijking met andere OESO-landen onderaan de middenmoot.  (AS)

6 | maart 2010 | transfer

Rechtbank: Iranië rs

niet uitsluiten

Nederland moet de Sanctieregeling Iran uit 2008 intrekken. De rechtbank vindt het discriminerend om mensen op basis van hun Iraanse nationaliteit de toegang te ontzeggen tot bepaalde opleidingen en onderzoekslocaties. De regeling is daarom geen geoorloofd middel om te voorkomen dat Iran gevoelige nucleaire informatie bemachtigt. De rechtszaak was aangespannen door Behnam Taebi, promovendus aan de TU Delft, samen met een Delftse bachelorstudent en een hoogleraar uit Groningen. Taebi noemt de uitspraak fantastisch, en niet alleen omdat de sanctieregeling hem hinderde bij zijn werk. “Niet alleen Iraniërs, en niet alle Iraniërs zijn gevaarlijk. Informatie beveiligen moét, maar dat kan efficiënter, bijvoorbeeld door individuele screening.” De rechtbank meent dat er voldoende minder ingrijpende alternatieven zijn om te voorkomen dat Iraniërs aan nucleaire informatie komen. Denemarken en Frankrijk hebben bijvoorbeeld beperkingen ingevoerd bij het verlenen van visa aan Iraniërs. Eerder noemde de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) de sanctieregeling al strijdig met het belang van een vrije en internationale wetenschapsbeoefening. Ook vreesde de KNAW dat de reputatie van het Nederlandse wetenschappelijk onderzoek door de regeling schade zou oplopen.  (AS)


Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden wil het International Office in 2011 opheffen. De maatregel is onderdeel van een reorganisatie om te bezuinigen. De universiteitsraad heeft nog niet ­ingestemd met de opheffing. In het reorganisatieplan staat dat de opheffing van het International Office een advies is van Hans de Wit, consultant en lector internationalisering aan de Hogeschool van Amsterdam. Hij lichtte vorig jaar de internationale activiteiten van de Universiteit Leiden door en concludeerde dat de taken van het centrale International Office beter kunnen worden ondergebracht bij andere afdelingen. Behalve op de afdeling internationalisering, wordt volgens het ­reorganisatieplan ook bezuinigd op de afdelingen marketing en communicatie en op de studentenadministratie. De AbvaKabo-fractie in de universiteitsraad vindt het vreemd dat alleen de centrale diensten worden gereorganiseerd. “Het personeel op de faculteiten wordt buiten beschouwing gelaten”, aldus fractievoorzitter Hendrik

Office opheffen

Foto: Universiteit Leiden/André van Haasteren

Leiden wil International

Het pand van het International Office in Leiden.

Kaptein. “Daar moet nog naar gekeken worden.” Kaptein vindt verder dat de universiteit beter moet uitleggen waar ze met de reorganisatie naartoe wil. Het International Office in Leiden telt

volgens de website 24 medewerkers, verdeeld over de afdelingen Admissions Office en International Relations & Communication.  (EB)

EUA gaat ranglijsten recenseren Vanaf 2011 gaat de European University Association (EUA) een jaarlijkse ‘recensie’ van ranglijsten publiceren. Daar is behoefte aan, stelt de EUA vast, door de overvloed aan rankings en classificaties waarmee haar 850 leden worden geconfronteerd. De ranking van de Shanghai Jiao Tong-universiteit en die van de Times Higher Education-QS zijn de bekendste universitaire ranglijsten. Maar er zijn er nog veel meer, op natio­naal en internationaal niveau. En

hoewel onderwijsinstellingen kanttekeningen plaatsen bij de rankings, hun aanpak en criteria, beseffen ze volgens de EUA ook dat ze met deze lijsten moeten leren leven. Ook al omdat beleidskeuzes en activiteiten er steeds meer door worden beïnvloed. “Ranglijsten hebben een grote aantrekkingskracht”, schreef VSNUvoorzitter Sijbolt Noorda onlangs in een column. “Maak er dus maar zo veel mogelijk, en maak duidelijk wat je meet en wat niet.”

De EUA wil universiteiten transparante informatie over de rankings bieden, en een kritische analyse van de toegepaste methodologieën en mogelijke afwijkingen in de uitkomsten. Daarnaast zal de organisatie suggesties doen voor verbeteringen en gaat ze universiteiten helpen strategieën te ontwikkelen om met rankings om te gaan. Het jaarlijkse overzicht is vooralsnog een proef­ project.  (AS)

transfer | maart 2010 | 7


i ntervi ew

,

a n n e t te

n i js

va n

c h i n e s e

e e n

d i r e cti e l i d to p

-m

ba

‘Het westerse model is

niet meer van deze tijd’


China wordt te eenzijdig bekeken. Terwijl Nederland zo veel kan leren van de voortvarendheid waarmee het land onderzoek en innovatie aanpakt. Dat vindt Annette Nijs, oud-staatssecretaris van hoger onderwijs en nu directielid van een vermaarde Chinese MBA-opleiding.

Dit wordt de eeuw van China. Daarvan is Annette Nijs overtuigd. “Over tien jaar is China de grootste economie van de wereld. Misschien wel eerder”, zegt ze. Aanleiding voor het interview is haar boek China met andere ogen, dat afgelopen najaar verscheen. Nijs vertelt er graag over, in haar klassiek ingerichte appartement in Amsterdam-Zuid. “Ik vind dat er te eenzijdig naar China wordt gekeken. Mensen sluiten hun ogen voor het totaalplaatje omdat een deel hen niet bevalt. Dat is jammer, want China gaat een heel dominante rol spelen op het wereldtoneel. Je zet jezelf op achterstand als je geen kennis wilt nemen van de ontwikkelingen daar.” Nee, ze wil de misstanden in China niet goedpraten. Haar boek begint dan ook met een opsomming: de schending van de mensenrechten, de bezetting van Tibet, de milieuvervuiling, de censuur, de slechte arbeidsomstandigheden in fabrieken, geen vrije verkiezingen, het hoge aantal executies en andere schrijnende zaken. Maar verder gaat Nijs daar in haar boek niet op in. Ze wil juist laten zien wat China heeft bereikt. De afgelopen dertig jaar ontwikkelde het land zich van de fabriek van de wereld tot het mondiale centrum van onderzoek. De tweehonderd grootste bedrijven ter wereld hebben er hun onderzoekslaboratoria opgezet en het land ontpopt zich vanuit de vele science valleys tot een van de wereldleiders van innovatie op het gebied van gezondheidszorg, groene energie, ruimtevaart, elektronica, telecommunicatie, chemie en nanotechnologie.

Niet zinvol

Foto: Caro Bonink

Annette Nijs komt sinds begin jaren negentig regelmatig in China, eerst voor Shell en later als adviseur van een Chinees energiebedrijf. Sinds 2008 is ze executive director global initiative aan de China Europe International Business School (CEIBS) en verblijft ze er iedere maand minimaal een week. Het CEIBS is de topper onder de MBA’s in China en volgens de Financial Times nummer acht in de wereld. Vijfentwintig jaar geleden kende China nauwelijks managementopleidingen. In 1995 richtten

de Europese Unie en de Chinese overheid samen het CEIBS op, dat in Shanghai is gevestigd. “Het doel was tweeledig”, vertelt Nijs, die zich in het Chinees aardig kan redden. “Chinese bedrijven die gingen privatiseren, moesten Europese managementtechnieken leren. En westerse bedrijven konden leren hoe je in China moet ondernemen.” Al snel bleek het niet zinvol om het westerse managementmodel naar China over te planten. “Chinezen zitten anders in elkaar. Nu zie je dat de Chinese tradities zich hebben gemengd met de westerse manier van managen.” Het is Nijs’ taak om het CEIBS onder de aandacht te brengen van grote multinationals in de verschillende continenten. Ze reist daarvoor de hele wereld over. “China is voor veel grote bedrijven de belangrijkste groeimarkt. Kennis van dit land is voor hen onontbeerlijk. Vandaar dat er veel interesse is voor onze afgestudeerden. Onze ambitie is de top-100 van de wereld op te leiden.”

Talent terughalen De instelling telt zo’n tweehonderd MBA-studenten, zevenhonderd executive MBA-studenten en jaarlijks worden ongeveer 10.000 managers getraind. De selectie is streng. Gemiddeld wordt een op de zes studenten toegelaten. Het merendeel is van buitenlandse komaf. “Een belangrijke reden om in China een MBA te doen is dat mensen hier ook willen werken. De dynamiek trekt, je voelt China uit de grond gestampt worden.” Ook de wetenschappelijke staf van 85 professoren bestaat voor 60 procent uit internationale medewerkers. China investeert niet alleen fors in onderzoek, ook het hoger onderwijs wordt flink uitgebreid. “Je ziet dat de Chinezen een inhaalslag maken om het eigen talent naar boven te halen”, vertelt Nijs. “Voorheen moest iedereen die wilde studeren naar het oosten van het land. Nu zijn er grote beurzenprogramma’s voor mensen die in het westen of midden gaan studeren. De knapste studenten worden daar gratis opgeleid.” Ook wordt een bewuste politiek gevoerd om onderzoekers naar China te laten terugkeren. In

transfer | maart 2010 | 9


haar boek spreekt Nijs van een omgekeerde brainaan te passen aan een nieuwe economie. Neem TNT. drain van de VS naar China. “De overheid maakt Het is al jaren bekend dat steeds meer post elektroafspraken met bedrijven, universiteiten en ­business nisch wordt verstuurd. Een crisis blijkt dan nodig schools om deze mensen in dienst te nemen. En met te zijn om de bedrijfsvoering aan te passen aan de de stad Shanghai is overeengekomen dat ze goed huidige tijd. De overheid zou hier veel meer op gehuisvest worden. Verder geldt er een gunstig moeten sturen en als dat dan opgepakt wordt, weer belasting­regiem. Ze worden echt in de watten gelegd. een stapje terug doen.” Omdat er op onderzoeksgebied zo veel gebeurt, trekt Gelijkwaardigheid China ook veel buitenlands talent.” Nijs is ervan overtuigd dat de eenentwintigste Ondanks deze ontwikkelingen denkt Nijs dat eeuw een nieuwe wereldorde zal brengen waarin Nederland aantrekkelijk blijft als studie- en onderde Verenigde Staten niet langer almachtig zijn. “Dit zoeksbestemming. “Nederland neemt voor veel geeft ontwikkelingslanden hoop op een betere Chinezen toch een redelijk bijzondere positie in. toekomst”, schrijft ze in haar boek. “Een toekomst Door de haven van Rotterdam bijvoorbeeld en omdat waarin ze niet met handen en voeten gebonden zijn we een aantal universiteiten hebben die toponderaan het IMF, de Wereldbank en zoek doen op gebieden als water, andere internationale organisaties.” energie, milieu en voedselvoor“Om de draai te maken Ze denkt dat de aanpak van China ziening. Delft trekt bijvoorbeeld in Afrika succesvoller is dan de enorm veel Chinese promovendi. naar een creatieve economie ontwikkelingshulp onder ­stringente En qua studie is Nederland net wat voorwaarden die het Westen geeft. goedkoper dan de ons omringende heb je een overheid nodig In ruil voor grondstoffen financiert landen.” China infra­structuur, ziekenhuizen, Het valt de oud-staatssecretaris wel die vergezichten schetst” scholen en telecommunicatienetop dat Nederlandse instellingen veel werken. De activiteiten zijn tot meer samenwerking zoeken op het stand gekomen op basis van zakegebied van studentenuit­wisselingen lijke gelijkwaardigheid, vindt ze. “Afrikaanse landen dan op onderzoeksgebied. “Dat laatste blijft wat halen de Chinezen met open armen binnen.” achter, bedrijven springen daar veel sneller op in. Minpunt is dat China alleen in landen investeert Philips brengt nu zijn innovatieve producten eerst in die de Volksrepubliek China officieel erkennen en China op de markt. Als het daar goed uitpakt, komen samenwerkt met dictatoriale regiems, erkent ze. ze ook beschikbaar in de rest van de wereld. Dat is Bovendien werken steeds meer Chinezen in bijvoorecht de wereld op zijn kop.” beeld de Afrikaanse wegenbouw. Die banen gaan Mens op de maan aan de plaatselijke bevolking voorbij. “Zulke zaken China buigt zijn industriële economie in hoog tempo moeten goed opgelost worden.” Ondanks dat denkt om naar een kennis- en innovatie-economie. Zestien ze dat Beijing Afrika meer te bieden heeft dan het megaprojecten zijn gedefinieerd en in 2020 moeten Westen. “Het is een geëmancipeerdere aanpak. China de uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling 2,5 legt Afrikaanse landen niet op wat voor staatsbestel procent van het BNP bedragen. In Nederland is dat er moet komen.” momenteel 1,7 procent. Nijs vindt dat ons land wel Voor Nijs staat vast dat het westerse model niet meer wat van de Chinese aanpak kan leren. “Hier heerst van deze tijd is. “Wij komen jullie ontwikkelen is het idee dat we innovatie aan de markt moeten overgeen eenentwintigste-eeuwse gedachte. Afrikanen laten. Maar om de draai te maken naar een creatieve, kunnen zichzelf helpen. Maar ook naar Afrika wordt innovatieve economie heb je een overheid nodig die heel eenzijdig gekeken.” vergezichten schetst. Zoals president Kennedy dat Els Heuts destijds deed door te zeggen dat hij een mens op de maan wilde hebben. Dan gaan bedrijven en univer­ China met andere ogen is uitgegeven door uitgeverij Thoeris siteiten daaraan werken. We zitten in Nederland vast Amsterdam, 272 pagina’s. ISBN 978 90 72219 47 3 aan wetten die het moeilijk maken om je als bedrijf

10 | maart 2010 | transfer


actu eel Van de private GOC universiteit in

Academisch jaar in Haïti is voorbij

Port-au-Prince is niets meer over.

Is de allesverwoestende aardbeving van 12 januari de genadeklap voor het toch al zwakke onderwijs op Haïti? Als het aan unesco ligt niet. De VN-organisatie heeft de opbouw van het Haïtiaanse onderwijssysteem tot prioriteit gesteld. Transfer sprak met Mark Richmond, die de onderwijsactiviteiten van unesco op Haïti coördineert.

Even voor vijven op 12 januari, toen Haïti begon te beven, zaten veel kinderen en studenten nog op school. “Ze werden verpletterd. Ongeveer 80 procent van de Haïtiaanse scholen en de drie grootste universiteiten liggen in puin”, vertelt Mark Richmond vanuit unesco’s hoofdkantoor in Parijs. Hij staat aan het hoofd van de afdeling voor onderwijsprioriteiten van de Verenigde Naties, en werkt in landen die verzwakt zijn door rampen of conflicten. De Haïtiaanse regering schat dat de aardbeving meer dan 230.000 levens heeft geëist. Hoeveel leerlingen en studenten zijn omgekomen is niet duidelijk. Op sommige plekken gingen kinderen eind februari weer naar school, in provisorisch opgezette lokalen. Erg belangrijk, volgens Richmond. “Mensen zijn in rouw, getraumatiseerd, en bang om gebouwen in te gaan. De lessen kunnen voor gezinnen weer wat structuur aan het leven geven. Maar het academisch jaar is voorbij. Veel studenten en docenten doen op dit moment vrijwilligerswerk, bijvoorbeeld in ziekenhuizen.”

Foto: AFP/Nicholas Kamm

Cru Richmond weet dat slechts de helft van de Haïtiaanse kinderen naar school gaat. Aangenomen wordt dat ongeveer 1 procent van de bevolking tussen de 18 en 34 tertiair onderwijs geniet. Het hoger onderwijs is er slecht aan toe. Het land kent een grote staatsuniversiteit, en een aantal kleinere particuliere universiteiten. De kwaliteit van het onderwijs is volgens

Richmond erg wisselend: “Goede studenten en docenten vertrekken meestal naar het buitenland. En het gebrek aan middelen is enorm. Een van de universiteiten was net verbouwd met 2 miljoen dollar aan Amerikaans geld en is nu ingestort. De universiteiten hebben geen bibliotheken. De boeken die er waren, zijn nu verloren gegaan.” Om deze redenen wil Richmond met het woord ‘wederopbouw’ erg voorzichtig zijn. “Het is cru, maar de aardbeving is voor de toekomst van de Haïtianen ook een kans. Voor het oude onderwijssysteem zou iets beters in de plaats moeten komen. Maar daarvoor is enorm veel politieke wil nodig, en geld.” Dat alleen unesco onderwijs tot prioriteit heeft benoemd baart hem zorgen. De organisatie bekijkt nu samen met het Haïtiaanse onderwijs­ministerie wat er nodig is om een beter onderwijs­systeem op poten te zetten. “Het gevaar is dat Haïti gedurende een paar maanden wordt overstelpt met goede bedoelingen, en daarna weer vergeten wordt. Er is lange termijn commitment nodig”, zegt Richmond. unesco probeert een consortium van universiteiten samen te stellen die zich aan Haïti willen binden, en samenwerkingsverbanden willen aangaan. Richmond ziet liever niet dat universiteiten Haïtiaanse studenten opnemen.“Haïti heeft deze studenten nodig. De uittocht van hoog­opgeleide Haïtianen moet gestopt worden.”

Elleke Bal

transfer | maart 2010 | 11


ac htergron d

ken n ismigrati e op

n u ffic

c entra a l

ja arcongr e s

Op welk talent

kan Nederland straks

bouwen?

Al in 2001 waarschuwde de OESO dat meer hoogopgeleiden ons land verlaten dan er binnenkomen. Nederland moet zich dus flink inspannen om

van een doelgerichte aanpak is nog geen sprake. Stormvloedkering in de Hollandse IJssel.

Foto: Siebe Swart / HH

aantrekkelijk te blijven voor hoogopgeleid talent. Maar


Waar hij kan, probeert Doekle Terpstra zijn boodschap te verspreiden. Nederland heeft geen reden om de vlag uit te hangen, vindt de voorzitter van de HBO-raad, want er is sprake van braindrain. Cijfers van de OESO toonden in 2001 al aan dat de uitstroom van hoogopgeleiden met 10 procent groter is dan de instroom van 4 procent. Terpstra is niet de enige die deze cijfers kent: ook organisaties als het Centraal Planbureau, het Innovatieplatform en het NOWT, dat in opdracht van het ministerie van Onderwijs het Nederlandse kennissysteem onderzoekt, wijzen op braindrain. Vreemd genoeg laat het Centraal Bureau voor de Statistiek weten dat het opleidingsniveau van emigranten helemaal niet wordt geregistreerd. “En zolang zij terugkeren, is er geen reden tot zorg”, vindt CBS-demograaf en UvA-hoogleraar Jan Latten. “De helft komt binnen acht jaar terug, een kwart binnen twee jaar. En in de tussentijd zijn ze vaak wijzer netto uitstroom van hoogopgeleiden. Australië, de VS, Spanje en Zweden bevinden zich aan de geworden.” Wel wijst Latten op een onevenredig andere kant van het spectrum: zij kennen een positieve instroom van hoogopgeleiden uit de hoog aantal laagopgeleiden onder de immigranten. andere EU15-landen. Canada, Australië en de VS weten daarnaast ook nog relatief veel mensen “Nederland zou kunnen proberen meer immigranten van buiten de OECD aan te trekken. Binnen de OECD vertrokken kennismigranten in volgorde met een hoge opleiding aan te trekken, zodat er evenvan belangrijkheid vooral naar de Verenigde Staten, Canada, en Australië. wicht komt.” Dat laatste is ook volgens Terpstra hard nodig. Ook Het aantal hooggeschoolde immigranten ten opzichte van binnenlandse hooggeschoolden is in vanwege de vergrijzing deA4groeiende vraag naar Nederland is net iets al lager dan gemiddeld voor de EU12 en (tabel in Annex). Uitgedrukt als mensen met een hoge kwalificatie ophetdegemiddelde arbeids-in de percentage van de totale volwassen bevolking zit Nederland iets boven markt. “De behoefte aanGroot-Brittannië, hoogopgeleiden neemt toe. EU12, maar belangrijk lager dan in Canada, de USA, Zweden en Frankrijk. Alleen met hen kan Nederland competitief zijn”, De CPB studie 'Kansrijk kennisbeleid' (Cornet et al. 2006) pleit voor het gastvrij toelaten van hoogopgeleide buitenlanders tot de Nederlandse arbeidsmarkt. Hoogopgeleide buitenlanders

g r a fbrengen i e kkenniskapitaal c i j f emee; r sandere o mensen e s oen bedrijven kunnen leren van deze Figuur 2.5

Hooggeschoolde immigranten (tertiaire opleiding) uit OECD-landen en uit niet-OECD landen, uitgedrukt als percentage van de binnenlandse bevolking in het bestemmingsland dat een tertiaire opleiding heeft, 2000/2001

Kennisimmigranten uit niet-OECD, 16 als % van binnenlandse hooggeschoolden

Canada

14 Australië

12

Portugal

10

VS

UK Frankrijk

8

Zweden

6

Oostenrijk Ierland

4 2

EU14 gemiddelde België

Nederland Italië

Spanje

Denemarken

Duitsland Finland

0

-14

-12

-10

-8

-6

-4

-2

0

2

4

6

8

10

12

14

16

Netto immigratie (immigratie minus emigratie) van hooggeschoolden uit OECD landen, als % van binnenlandse hooggeschoolden

Het gemiddelde van de EU14 betreft EU lidstaten in 2000 zonder Luxemburg. De omcirkelde landen kennen een netto uitstroom van hooggeschoolden. Basisdata afkomstig van OECD Factbook 2006: Economic and Social Statistics.

hoogopgeleiden. De overdracht van kenniskapitaal heeft vaak een sterk lokaal karakter.9 De immigratie van kenniswerkers betekent dat de kennis-spillovers voor een groot deel 9

Zie Peri (2003); Bottazzi en Peri (2003); Beugelsdijk en Cornet (2002).

benadrukt hij. “Dit krijgt steeds meer urgentie: hoe houden we de verzorgingsstaat betaalbaar?” Voor Frank Cörvers, hoofdonderzoeker van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), maakt het niet zo veel uit hoe het probleem wordt genoemd. “Braindrain is gewoon een aansprekende term die in het lobbycircuit veel wordt gebruikt om te zorgen dat er meer in de kenniseconomie wordt geïnvesteerd.” Waar het volgens hem echt om gaat, is dat Nederland aantrekkelijk blijft voor hoogopgeleiden. Daarvoor is volgens Terpstra een aanpak nodig die erop is gericht om talent te behouden. Die aanpak is er nu nog niet, vindt zowel Terpstra als Chiel Renique, secretaris onderwijszaken bij werkgeversorganisatie VNO-NCW. Nederlands talent binnen de grenzen houden, is voor beiden in elk geval geen optie. “Het is goed dat mensen naar het buitenland gaan”, zegt Renique. “Ze leggen daar contacten, bouwen een netwerk op en nemen dat vaak weer mee terug naar Nederland.” Nederland kan wel meer doen om contact te houden met jonge hoogopgeleiden in het buitenland, denkt ontwikkelingseconoom Bob Rijkers, die promoveerde in Oxford en nu voor de Wereldbank in Washington werkt. Nu worden er volgens hem kansen gemist door geen gebruik te maken van deze jonge mensen. “Als Nederlanders een band houden met hun land, is het makkelijker voor hen om later nog terug te keren.”

Talentenjacht Dat beaamt Timo Idema, die promoveert in de ­politieke economie aan de universiteiten van Oxford en Princeton. Hij denkt dat hij hier een leuke baan zou kunnen vinden na zijn studie, maar de kans is groter dat hij met zijn Canadese vriendin meereist naar haar thuisland. Canada benadert studenten met diploma’s van universiteiten als Harvard en Cambridge voor het Recruitment of Policy Leaders Program. “Zo’n talentenjacht, daar heb ik in Nederland nog nooit van gehoord”, zegt Idema. In Nederland lijkt het voor studenten die in het buitenland hebben gestudeerd, zelfs lastiger om een baan bij de overheid te vinden (zie kader Rijkstrainee worden met buitenlands diploma?). Ook in het bedrijfsleven is het niet altijd makkelijk om terug te keren met een buitenlands diploma. Een grote talentenjacht als Best Graduates, de kortste weg naar de top, waarmee bedrijven als KLM, ING en Shell high potentials proberen te werven, stelt transfer | maart 2010 | 13


r ij kstrai n ee

wor den

met

b u ite n l a n d s

d i p loma

?

Een heikel punt kwam eind vorig jaar

door News, de club voor Nederlandse stu-

aangeklikt. Studenten die in het buitenland

aan bod tijdens een debat over het

denten in het buitenland - waren verschil-

studeerden, moeten dus apart contact

behouden van talent in Nederland. Het

lende afgestudeerden aanwezig die niet

opnemen om zich op een andere manier

Rijkstraineeship, een traineeprogramma

aan de aanmeldingseisen voldeden, terwijl

aan te melden. De coördinator van de

voor jong talent waarvoor zich jaarlijks

ze wel diploma’s van befaamde buiten-

Rijkstraineeships laat in een reactie weten

duizenden pas afgestudeerden aanmelden,

landse universiteiten hadden, en mooie

dat “wordt bekeken of hier iets aan kan wor-

blijkt moeilijk toegankelijk voor studenten

cijferlijsten. Ze kwamen niet verder dan het

den veranderd”.  (EB/AS)

die in het buitenland hun diploma hebben

aanmeldingsformulier op de website. Daar

gehaald. Tijdens het debat – georganiseerd

moet een Nederlandse universiteit worden

14 | maart 2010 | transfer

Foto: Rob Cloosterman/HH

als voorwaarde dat deelnemers bij een Nederlandse aan voor Saxion Connect, dat afgelopen najaar van universiteit zijn afgestudeerd. start ging. In dit proefjaar wil Custers het aantal Bij het aantrekken en behouden van talent uit het deelnemers echter beperken tot een stuk of acht. buitenland ziet Chiel Renique een belangrijke rol Een daarvan heeft al een baan aangeboden gekregen. voor onderwijsinstellingen. Die kunnen volgens De komende jaren hoopt Saxion het project uit te hem meer met het bedrijfsleven samenwerken. Aan breiden. Ook samenwerking met andere instellingen de hogescholen ligt het niet, denkt Doekle Terpstra. is een optie. Custers: “We zijn hierover al in gesprek “Wij zijn volop bezig buitenlands talent aan te met de Universiteit Twente.” trekken.” Hij is bereid om met bedrijven te bekijken Op eigen kracht hoe het aantrekkelijker kan worden voor die groep Naast een traineeship van zes maanden tot een jaar, om hier te blijven. “We moeten internationale volgen alle deelnemers van Saxion Connect een traistudenten uitdagen om een plek te vinden op onze ning in relevante vaardigheden en wet- en regelgeving. arbeidsmarkt. Daarvoor doe ik een oproep aan het Daarin lijkt het programma op het project Existente, bedrijfsleven. Dat moet zich niet alleen richten op Excellent international students entehet Nederlandse potentieel.” ring technical education. In totaal Ook nu vinden onderwijs en “Braindrain is gewoon kregen bijna tachtig talentvolle techbedrijfsleven elkaar soms al wel. niekstudenten uit Indonesië een beurs Bijvoorbeeld in het Talent Scholarship een aansprekende term voor hun laatste studiejaar aan een Program van de TU Eindhoven. Nederlandse hogeschool. “Ruim de Talentvolle buitenlandse masterstuuit het lobbycircuit” helft werkt hier nu”, zegt Paul Minnee denten krijgen daarbij een beurs om van de HBO-raad, die Existente coörtwee jaar aan de TU/e te studeren en dineerde. “Dit model is aangeslagen vervolgens drie jaar werkervaring op bij de hogescholen en kan nu op eigen kracht verder. Ik te doen bij internationale technologiebedrijven zoals verwacht dat het zich nog verder ontwikkelt.” ASML, Vredestein en Philips. Frank Cörvers van het ROA vindt het belangrijk dat Het zoekjaar, waarin buitenlandse afgestudeerden Nederlandse onderwijsinstellingen vaker programeen verblijfsvergunning krijgen om een baan te ma’s opzetten om studenten richting de arbeidsmarkt vinden, werd door Saxion Hogescholen aangegrepen te begeleiden. Maar hij hoopt vooral dat universiom een traineeship-programma op te zetten voor deze teiten en hogescholen beter gaan monitoren wat groep. Daarbij viel het projectmanager Germaine hun studenten na de studie gaan doen. “Als je niet Custers op dat bedrijven het zoekjaar nog nauwelijks weet waar je studenten terechtkomen, en wat hun kennen. “Een van de grootste vragen is: hoe zit het motieven zijn om in Nederland of in het buitenland met de verblijfsvergunning? Bedrijven zijn huiverig te gaan werken, hoe weet je dan of je opleiding op dat voor veel rompslomp en vinden het fijn dat ze voor moment goed op de arbeidsmarkt aansluit en wat je het zoekjaar niets hoeven te regelen.” moet verbeteren?” Ruim veertig buitenlandse studenten meldden zich


Erasmusbrug in Rotterdam.

a a n h e t we r k vi a exi ste nte Al in 2007 concludeerde een aantal kennisinstellingen in een brief aan de regering: “Op dit moment zijn er te weinig betrouwbare cijfers over de mobiliteit van kenniswerkers. Voor een weloverwogen, evidence based beleid moeten we beter inzicht krijgen in de praktijk.” Niet iedereen wacht onderzoek daarnaar af, blijkt uit initiatieven als Existente en Saxion Connect. “Er is een belletje gaan rinkelen”, merkt Doekle Terpstra. Maar hij blijft waakzaam: “Een zwaluw maakt nog geen zomer.” Wellicht kan Nederland zich ook de woorden van de OESO aantrekken. Die schreef al in 2007: “Nederland deelt het probleem van een netto braindrain met veel andere ontwikkelde landen, maar doet er in vergelijking met hen weinig aan.”

Elleke Bal en Annelieke Slappendel

Al bijna tweeënhalf jaar werkt Lifiester Hosana voor Vanderlande Industries, dat onder meer bagage­ afhandelingssystemen voor vliegvelden maakt. De Indonesische studeerde bij Fontys, via het programma Existente. “Het was een van de grootste stappen in mijn leven, en ik heb er absoluut geen spijt van”, zegt ze nu. Hosana kreeg een stageplek bij Vanderlande. “Ik moest wel wennen aan de manier van werken. Maar na een tijdje leerde ik effectief en efficiënt te werken, en mijn mening te geven. Omdat ik het er naar mijn zin had, probeerde ik een baan te krijgen bij dit bedrijf. Dat was niet gemakkelijk. Ik ben geen EU-burger en moest daarom aan een salariseis voldoen voor een verblijfsvergunning, een behoorlijk hoog bedrag in vergelijking met het startsalaris van een Nederlandse afgestudeerde. Na twee maanden

Op 30 maart houdt de Nuffic haar vijfde jaarcongres in Utrecht, met

presentaties geven en sollicitatiegesprekken voeren,

het thema brain train. Meer informatie: www.nuffic.nl/jaarcongres.

had ik het voor elkaar.” De afgelopen drieënhalf jaar hebben Hosana’s leven veranderd. “Maar ik denk dat ik over enkele jaren toch terugkeer naar mijn vaderland. Ik wil uiteindelijk in de buurt zijn van mijn familie en vrienden.”  (EB/AS)

transfer | maart 2010 | 15


actu eel

Studenten de dupe

van EUPE-affaire

Terwijl de European University for Professional Education (EUPE) zich slachtoffer voelt van een vooropgezet plan om de instelling in diskrediet te brengen, lijken vooralsnog de (aankomende) studenten het kind van de rekening te worden van een strafrechtelijk onderzoek en een rapport van de Onderwijsinspectie.

Foto: Henriëtte Guest/ANP

Ondanks alle negatieve publiciteit over de EUPE, willen er nog buitenlandse studenten aan de Haagse instelling studeren. Zoals 26 Indiërs, van wie sommigen al toelatingsgeld betaalden en in september reeds een verblijfsvergunning probeerden te krijgen. De IND schortte de behandeling van alle aanvragen op, toen in oktober de directeur van de instelling en een paar handlangers werden aangehouden op verdenking van mensenhandel en oplichting. Een kort geding dat de studenten begin februari aanspanden, bracht daarin geen verandering. De rechter noemde het ‘zeer onzeker’ dat zij daadwerkelijk met hun studie zouden kunnen beginnen. Volgens het openbaar ministerie werden EUPE-studenten naar Nederland gelokt, kregen hier nauwelijks onderwijs – ondanks het hoge collegegeld – en moesten ze werken voor weinig geld. “Wij zijn toch niet gek om 10.000 euro te betalen en ons als slaven te laten behandelen”, reageren enkele EUPE-studenten. Ze zijn tevreden over het onderwijs, maar ontstemd over de gang van zaken sinds oktober. Via de media moesten ze vernemen dat de directeur van de

Een pand van de EUPE in Den Haag, kort na een inval door de politie.

16 | maart 2010 | transfer

instelling gearresteerd was. Na een paar dagen werden de lessen hervat, zeggen de studenten, al waren computers en lesmateriaal in beslag genomen.

Einde oefening De Onderwijsinspectie bezocht de EUPE in oktober onverwacht en kreeg de indruk dat er nauwelijks les werd gegeven. In haar rapport noemt zij de financiële positie van de instelling wankel en bekritiseert het bestuur en de studentenadministratie van de EUPE. De instelling maakte geen gebruik van de mogelijkheid om inhoudelijk te reageren op deze bevindingen. Minister Plasterk gaf de EUPE in januari een laatste waarschuwing op basis van dit rapport. Als de instelling niet binnen drie maanden orde op zaken stelt, is het einde oefening. Maar Plasterk vond het niet nodig om de EUPEstudenten vast elders onder te brengen, ook al drong de inspectie daarop aan. De Commissie Gedragscode Internationale Student toonde zich bij de aanhouding van de directeur ook bezorgd over de EUPE-studenten. Maar de instelling heeft aan accreditatieorganisatie NVAO laten weten dat er gewoon onderwijs wordt gegeven, en daarmee is de kous voor de commissie voorlopig af. De toevoeging ‘under criminal investigation’ bij de EUPE in het overzicht van opleidingen op internationalstudy.nl, geplaatst na de arrestatie, werd voorzichtigheidshalve verwijderd. “Er is nog niemand veroordeeld”, zegt de secretaris van de commissie. Andere potentiële EUPE-studenten kunnen zo, bij gebrek aan waarschuwing, in dezelfde val lopen als de 26 Indiërs. En de huidige studenten verkeren in grote onzekerheid. “Wij weten niet wat er met ons gebeurt als de instelling dicht moet, niemand houdt ons op de hoogte.” Geen van de betrokken instanties lijkt zich daar nu verantwoordelijk voor te voelen.

Annelieke Slappendel


vl i egen de

holl an der

‘De mentaliteit van de

bergdorpen spreekt mij aan’ Jennifer Stassen (22) doet haar master politicologie in Wenen. Het politieke klimaat in Oostenrijk vindt ze fascinerend. “Politiek gezien valt hier het nodige te moderniseren. Een partij als de SP zou veel stemmen kunnen halen.”

te behalen. Zo kon de SPÖ, de Oostenrijkse PvdA, aan de macht blijven door in de verkiezingsstrijd te beloven het collegegeld af te schaffen. Sinds afgelopen augustus hoeven studenten alleen maar 16,80 euro administratiekosten te betalen. In oktober al bleek de keerzijde van dat ‘geschenk’. De collegezalen puilden uit en de voorzieningen waren beneden alle peil. Ik vind 1.600 euro, zoals wij in Nederland moeten betalen, veel te veel, maar helemaal niets, zoals hier, is ook niet goed. Dan kun je maar beter ergens in het midden gaan zitten.

Protestdemonstraties

Foto: eigen foto

“Ik ben deze zomer met mijn master in Wenen begonnen omdat ik Oostenrijk een mooi en een beetje ouderwets land vind. Doordat het bestaan hier in de bergen zich al eeuwen in afgezonderde dorpen afspeelt, komt de moderne tijd met enige vertraging binnen. Dat trekt mij aan. Naar mijn overtuiging gaan de hedendaagse ontwikkelingen in de wereld ten koste van de saamhorigheid in de samenleving. We hangen erg aan ons comfort, zijn ik-gericht. De technologie, hoe knap en prettig ook, stuwt dat individualisme alleen maar verder op. Mensen onderhouden via internet oppervlakkige contacten met elkaar en zijn daar tevreden mee. Ik voel me daarin helemaal niet thuis. In Oostenrijk heb je natuurlijk ook internet, maar de mentaliteit van de bergdorpen is er nog alomtegenwoordig: omdat de mensen hier in hun kleine gemeenschappen zo op elkaar aangewezen zijn, houden ze rekening met elkaar. Ze zijn sociaal en open. Dat spreekt een rechtgeaard SP’er als ik ben, aan. Tegelijkertijd verbaas ik me soms wel over de politieke kortzichtigheid hier. Als een politicus maar cadeau’s belooft, valt er voor hem een hoop winst

Een ander gevolg van het gratis onderwijs is dat hier nu veel Duitsers komen studeren. Daardoor is er op sommige studies een numerus fixus gekomen, waardoor minder goed scorende Oostenrijkers opeens buiten de boot vallen. Dat heeft tot grote opstand geleid. De studenten bezetten de universiteit en hielden protestdemonstraties. Daar genoot ik van, want ik vind het altijd inspirerend als mensen voor hun mening de straat op gaan. Zelfs al hebben ze hun problemen eigenlijk een beetje aan zichzelf te wijten. Politiek bewust zijn ze hier dus zeker. In ieder geval heeft iedereen overal een mening over. Maar in vergelijking met Nederland zijn de mensen niet erg doortastend. De uitvoering van een wet die een wat langere termijn-visie vergt, zoals het rookverbod bijvoorbeeld, wordt eindeloos uitgesteld. Waarom? Misschien omdat tegen de eeuwigheid van de bergen afgezet alle haast belachelijk lijkt? Er valt hier politiek gezien het nodige te moderniseren. Ik denk dat een partij als de SP veel stemmen zou kunnen halen. Maar ik ga het niet initiëren. Een maatschappelijk verantwoorde baan bij een ngo straks is meer iets voor mij.”

Annemieke Bosman

transfer | maart 2010 | 17


ac htergron d

n i euwe

man i er

van

i nte r n ati o n a l e

ma r k e ti n g

Gratis colleges

moeten studenten lokken van open course ware (ocw). Het gratis aanbieden van colleges via internet stimuleert internationalisering en biedt nieuwe mogelijkheden voor ontwikkelingssamenwerking. Het enige minpuntje: voor de aanbieder is ocw niet goedkoop.

Studenten watermanagement in Delft maken driftig aantekeningen. Docent Frans van de Ven legt uit dat steden die in delta’s liggen, wereldwijd groeien. Daardoor ontstaan lastige waterproblemen, bijvoorbeeld rond New Orleans. “Hoe kunnen we met watermanagement zorgen dat het in de deltasteden toch aangenaam leven is?”, vraagt hij. Het lijkt een doodnormaal college. Maar dat is het niet. Want niet alleen studenten in de collegezaal volgen de stof; van New York tot Tokyo kijken leergierige studenten over hun schouders mee. Via internet. Op www.ocw.tudelft.nl biedt de TU Delft gratis collegereeksen aan op tien vakgebieden, waaronder nanowetenschappen, micro-elektronica en watermanagement.

Uithangbord Dat zijn niet toevallig juist de vakgebieden waarom de TU bekend staat. Hoofddoel van de ocw-colleges is om (buitenlandse) studenten warm te maken voor Delft. De colleges fungeren als uithangbord voor de opleidingen. “Zonder open course ware ben je niet in beeld bij aankomende studenten”, zegt Peter

18 | maart 2010 | transfer

de Moel van watermanagement, dat via ocw negen hoorcolleges aanbiedt. Micro-elektronica is bijvoorbeeld vrijwel volledig afhankelijk van buitenlandse studenten en promovendi. Bij watermanagement komt de helft van de studenten uit het buitenland. Zij kunnen niet even langskomen op de open dag.

Voorbereiding Hoeveel nieuwe buitenlandse studenten ocw de opleiding oplevert, gaat watermanagement niet na. “Maar regelmatig zegt een buitenlandse student mij al te kennen omdat hij of zij mijn colleges online heeft gevolgd”, zegt docent Jasper Verberk. De Moel wijst erop dat aankomende studenten vrijwel alle informatie van internet halen. “Nieuwe master­ studenten volgen de bachelorcolleges soms ter voorbereiding, zodat ze zeker weten dat hun kennis up to date is.” Het Massachusetts Institute of Technology (MIT) houdt wel bij in hoeverre de gratis online colleges de instellingskeuze bepalen. “Van de nieuwe studenten bekijkt 50 procent de colleges voordat ze hier komen. Eenderde daarvan zegt dat ze hun keuze daardoor hebben laten bepalen. 95 Procent van onze studenten gebruikt de colleges tijdens hun studie, onder meer als voorbereiding op tentamens”, zegt Steve Carson. Hij is directeur externe relaties van MIT open course ware. In Nederland beet de Open Universiteit (OU) in 2006 het spits af, gevolgd door de TU Delft, de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) en sinds vorig jaar de Hogeschool van Amsterdam (HvA). De HvA biedt momenteel tien cursussen aan met elk zeven tot tien presentaties. Vooralsnog zet alleen de TU de colleges specifiek in bij het internationaliseringsbeleid. De Universiteit Leiden gaat dat vanaf komende zomer

Foto: Sam Rentmeester

Steeds meer instellingen ontdekken de mogelijkheden


Studenten uit de hele wereld kunnen colleges van de TU Delft via hun pc volgen.

ook doen. Dan lanceert de instelling een ocw-website waarmee buitenlandse studenten moeten worden getrokken. Minimaal vijf masteropleidingen doen mee. De Open Universiteit wil met open course ware vooral de drempel voor hoger onderwijs verlagen voor mensen die er nog niet eerder mee in aanraking zijn gekomen, vertelt projectleider open educational resources Robert Schuwer. Toch speelt ocw ook bij de OU een rol bij internationalisering. Studenten die vanuit het buitenland vakken van de OU volgen, tonen interesse. En de zelfstudiecolleges zijn medegefinancierd door de Amerikaanse Hewlett Foundation. Dat is een stichting die overal ter wereld ocw-initiatieven ondersteunt, onder meer bij MIT. Wereldwijd was MIT de eerste. Het instituut biedt sinds 2002 gratis colleges aan op internet. Hun aantal nam snel toe. Van vijftig in 2002, naar 1.250 in 2005 tot het volledige collegeaanbod van 1.950 in 2010. Eind vorig jaar werd de vijftig miljoenste bezoeker geregistreerd. Die bezoekers zijn niet louter (aankomend) studenten, maar ook buitenlandse wetenschappers.

De eerste colleges waren nog maar net online, of er kwamen reacties van Universia.net uit LatijnsAmerika en China Open Resources for Education. Zij wilden de internetcolleges gebruiken en voorzien van Chinese, Portugese en Spaanse ondertiteling. Ook het Italiaanse ruimtevaartprogramma reageerde snel. Medewerkers daarvan zagen een college van MIT-ruimtevaartprofessor Daniel Hastings en kwamen er zo achter dat de twee partijen met vergelijkbaar onderzoek bezig waren. Nu werken ze samen.

Basics De ocw-site van de TU Delft wordt ook vanuit de hele wereld bekeken. De ruim 68.000 bezoekers in 2009 kwamen onder meer uit Amerika, India, China, Italië, Frankrijk, Spanje, Iran en Brazilië. Ook daaronder zaten wetenschappers die contact zochten. “Wij kregen bijvoorbeeld een reactie uit China”, vertelt Peter de Moel. “De Chinezen gaven aan al onze colleges op internet te hebben gezien. Ze stelden mede daarom vast dat wij het meest actief zijn op ons vakgebied. Vervolgens kregen we de vraag of we interesse hadden in tien Chinese promovendi.”

transfer | maart 2010 | 19


De Delftse opleiding watermanagement werkt siteiten in de derde wereld ook om hun colleges zelf via ocw ook nauw samen met de Anton de Kom op internet te zetten. Dat is belangrijk, juist als ze Universiteit in Suriname en de Universiteit van een andere benadering van lesgeven hebben. Daar de Nederlandse Antillen. “Ik gaf daar vorig jaar kunnen wij weer van leren. Hoe verscheidener het een college”, zegt Jasper Verberk. “Dit jaar raad ik ocw-aanbod is, hoe beter.” de studenten aan om van tevoren de ocw-colleges Niet goedkoop te bekijken. Dan hoef ik niet meer de basics uit te Goedkoop is het aanbieden van ocw-colleges niet, leggen, maar kan ik ingaan op specifieke vragen van geeft Carson toe. MIT betaalde 30 miljoen dollar om studenten en docenten. We kunnen ons dan helemaal 1.800 cursussen online te zetten. Momenteel geeft richten op problemen die daar zijn.” de instelling er 3,6 miljoen dollar per jaar aan uit. Dat Onlangs sleepte watermanagement een subsidie van wordt voor de helft uit donaties betaald. Veel andere 600.000 euro van het ministerie van Economische universiteiten werken met een bescheidener budget. Zaken in de wacht. Met dat geld gaat de ­opleiding De TU Delft weet niet precies wat ocw haar kost. in Indonesië kennis over water verspreiden, via Volgens MIT is de toekomst van ocw. De Nederlanders werken ocw rooskleurig; steeds meer in het project, dat drie jaar loopt “Buitenlandse studenten universiteiten beginnen ermee. en op 1 april begint, samen met MIT blijft alle hoorcolleges gratis het Technologisch Instituut van kennen mij vaak al omdat op internet aanbieden. De TU Bandung. “We geven colleges over Delft wil dat ook gaan doen. water gebaseerd op ocw”, vertelt ze mijn colleges online Daarnaast bieden de TU en de Open Verberk. “De basiscolleges sturen Universiteit sinds februari – als we vanuit Nederland door en die hebben gevolgd” eerste Nederlandse onderwijsinstelvullen we aan met specifieke voorlingen – ook colleges aan via iTunes beelden uit Indonesië. Indonesië U, het Apple-programma waarmee is een groot land. Daardoor zijn je in audio en video colleges kunt downloaden van niet alle studenten, van wie een deel in de drinkuniversiteiten uit de hele wereld. Watermanagement watersector werkt, in staat om college te volgen in in Delft is verder bezig om alle colleges die gratis Bandung. Via ocw kan dat wel. Een keer per jaar gaan online worden aangeboden in 53 talen te ondertize naar Bandung voor het examen.” telen. Op die manier wil de universiteit de internaOntwikkelingssamenwerking tionaliseringsmogelijkheden van de gratis colleges Verberk ziet in zijn vakgebied meer mogelijkheden optimaal gebruiken. om ocw in te zetten voor ontwikkelingssamenwerRobert Visscher king. “Het is een instrument waarmee je docenten in ontwikkelingslanden kunt bijscholen en ze ideeën kunt geven hoe ze problemen met bijvoorbeeld drinkwater kunnen oplossen.” Een punt is nog wel hoe die docenten dan bereikt moeten worden. “Hoe weet een docent in Botswana van ons bestaan af?” MIT worstelt met diezelfde vraag. “In veel ontwikkelingslanden is er geen internet, of het netwerk is niet goed genoeg om onze colleges te kunnen volgen”, zegt Steve Carson. Daarom deed MIT een opmerkelijke stap. Het verspreidde 202 microdrives onder universiteiten in ontwikkelingslanden. “Als een land erom vraagt, sturen wij de disks op. We verspreiden ze niet zomaar uit onszelf, omdat we niet als kolonisator over willen komen. We stimuleren univer-

20 | maart 2010 | transfer


c

o

l

u

m

n

Mexicaanse ­

ranglijsten Ook in Mexico worden universiteiten langs de meetlat van de kwaliteit gelegd en verschijnen er ranglijsten van goede en betere universiteiten. Hier doen verschillende kranten dit onderzoek en de resultaten corresponderen enigszins met de oriëntatie van de krant. El Universal, een veel gelezen krant voor een breed publiek, presenteert een landelijke benchmark waarin twee publieke universiteiten de eerste twee plaatsen innemen: de UNAM, de nationale universiteit, gevolgd door de UAM, de stedelijke universiteit van Mexico-stad. Wat opvalt is dat er elf univer­siteiten uit Mexico-stad en directe omgeving in de top 20 voorkomen, en vijf universiteiten uit omliggende steden als de stad Puebla. Verder komen eigenlijk alleen de steden Guadelajara en Monterrey in het lijstje voor. Het bevestigt wat iedereen weet. Er bestaat een kloof tussen Mexico-stad, enkele grote steden en de rest van het land waar het niveau aanzienlijk lager is. In andere benchmarks scoren vooral de particuliere universiteiten heel goed. De Universitaire Gids, samengesteld door Reader’s Digest, publiceert een lijstje waarin wederom de UNAM op nummer één staat. Maar hier staan in de top 10 zeven particuliere en drie publieke universiteiten. Reforma tenslotte, de krant voor ondernemend Mexico, onderzoekt de vijftien studierichtingen met de meeste studenten. Vijf eerste plaatsen worden ingenomen door publieke en tien door particuliere universiteiten. Opvallend is – wederom – de vele hoge noteringen van de UNAM in deze ranglijst samen met de Monterrey Tech. Helemaal verwonderlijk is het niet als je bedenkt dat dit de twee absolute mammoets van het Mexicaanse hoger onderwijs zijn. De Monterrey Tech heeft 90.000 studenten en de UNAM maar liefst 290.000! Hebben de lijstjes zin? Ik merk bij de UAM, waar ik werk, dat ze zeker bestudeerd worden en de rector

zendt steevast een mail rond als de universiteit in een ranking goed heeft gescoord. Dit draagt ongetwijfeld bij aan een cultuur van kwaliteit. Toch moeten we ons er niet op blindstaren. Afgelopen week gaf de bekende Mexicaanse schrijver Carlos Fuentes een lezing aan de particuliere universiteit IberoAmericana. Het onderwerp was de kwaliteit van het universitaire onderwijs en Fuentes sprak niet over benchmarks. De kern van zijn pleidooi was dat alle kinderen in Mexico gegarandeerd tien jaar onderwijs moeten krijgen: basisschool en onderbouw. Dat, zo stelde hij, is sociaal heel wenselijk en tevens dé manier om het aanbod van talent te vergroten. En met behulp van dat extra aan talent kunnen universiteiten hun kwaliteit verhogen. Ik vond het een verademing dat kwaliteit in dit maatschappelijke perspectief werd geplaatst. De IberoAmericana had het al begrepen en start volgend jaar, in navolging van de UNAM, een eigen middelbare school. Een bovenbouw om precies te zijn, waarvoor men de beste leerlingen uit de onderbouw wil selecteren. De UNAM heeft deze scholen al jaren en bindt daarmee in een vroegtijdig stadium de meest getalenteerde leerlingen aan zich. Een goed idee, de benchmarks wijzen het uit. De kwaliteit van universiteiten kan niet los gezien worden van het onderwijs dat eraan vooraf gaat. Een wijze les van Fuentes. Ook voor Nederland, dunkt me.

Hans Dieleman Hans Dieleman werkt in Mexico als (gast)hoogleraar aan de Universidad Autónoma de la Ciudad de México en de Universidad Autónoma Metropolitana en is tevens verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Meer columns van hem zijn te lezen op www.transfermagazine.nl in de rubriek Onze m/v in... waarvoor hij maandelijks bericht.

transfer | maart 2010 | 21


de

expat

‘Vrije avonden heb je in Me Veel talentvolle wetenschappers zoeken hun heil in het

kennen, een Mexicaanse, met wie ik een zoontje heb. Ik voel me hier thuis”, zegt hij. Het eerste waar hij buitenland. Wie zijn deze kenniswerkers? Transfer praat aan moest wennen was de dagindeling. Om twee uur begint een vaak drie uur durende lunch. Daarna Roelof Bijker (53), met negen van hen. Deze maand wordt ’s avonds doorgewerkt. “Vrije avonden zoals in Nederland heb je niet. Ik ga nu elke middag naar huis hoogleraar theoretische kernfysica aan de Universidad om mijn familie te zien.” Het werk verschilt niet veel met dat in Nederland en Amerika. “Ik doe theoretisch onderzoek, dan ben je Nacional Autonoma de Mexico. niet afhankelijk van een laboratorium. Ik heb alleen een goede bibliotheek en toegang tot internet nodig. Die Roelof Bijker werkte na zijn promotie in 1984 aan de voorzieningen zijn hier uitstekend.” Bijker onderzoekt Rijksuniversiteit Groningen jarenlang aan verschillende de eigenschappen van kleine deeltjes. Bijvoorbeeld hoe instellingen in de Verenigde Staten als postdoc, tot hij kernen zijn opgebouwd uit kerndeeltjes. De studenten zijn wel anders dan in Nederland. “Er begin jaren negentig weer naar Nederland kwam. Hij is meer afstand tussen docenten en studenten. In had genoeg van het nomadenleven en wilde zich hier Nederland en Amerika wordt studenten onderwezen voor lange tijd vestigen. “Ik heb een geweldige tijd in kritisch te zijn – ook ten opzichte van de leraar. Hier Amerika gehad. Maar ik kreeg steeds aanstellingen voor gedragen ze zich vaak apathisch. Het is moeilijk om twee tot drie jaar. Ik vond het vervelend om steeds te reacties los te krijgen. Ik stimuleer verkassen en nieuwe vrienden te dat wel. Ik heb groepen waarbij maken. De enige continue factor was “Een Mexicaan geeft een student constant vragen stelt het werk”, zegt Bijker. Maar zijn terugkeer naar Nederland en de rest op sleeptouw neemt. verliep anders dan verwacht. “Het niet snel toe dat hij Dan wordt pas duidelijk dat meer was grote crisis op mijn vakgemensen vragen hebben. Het heeft iets niet begrijpt” bied”, zegt hij. “Er was weinig geld ook te maken met machogedrag. beschikbaar voor onderzoek en er Een Mexicaan geeft niet snel toe kwamen geen posities vrij. Ook dat hij iets niet begrijpt. Vrouwen onderzoeksorganisatie NWO had de geldkraan dichtstellen gelukkig wel eerder vragen.” gedraaid.” Als Bijker zijn carrière wilde voortzetten aan een Gigantische kwaliteitsverschillen Het niveau van de studenten verschilt sterk. “Dat universiteit, zat er niets anders op dan weer over komt door hun vooropleiding. De kwaliteits­ de grens te kijken. “Ik had al goede contacten met verschillen tussen middelbare scholen zijn giganMexicaanse collega’s op congressen”, vertelt Bijker. tisch. Er zijn twee manieren om op onze universiteit “Ik hoorde van hen dat voor het jaar 1993 een nieuw te komen. Wie een diploma heeft van een middelbare programma startte met speciale beurzen voor buitenschool die aan onze universiteit gelieerd is, wordt landers.” Het eerste grote cultuurverschil ondervond toegelaten. Als dit niet zo is, moet een test worden hij al tijdens de aanvraagprocedure. “In Nederland gemaakt. Slechts tien procent daarvan wordt aangekomt een positie vrij en wordt er via een sollicitatienomen. Dat vind ik een slecht systeem. Het is wel zo procedure een kandidaat geworven. In Mexico gaat het eerlijk als iedereen getoetst zou worden. Bovendien andersom. Daar is een goede kandidaat en vervolgens hebben niet alle schoolverlaters van de aan onze wordt er een baan bij gezocht. Dat neemt veel tijd in universiteit gelieerde scholen een heel hoog niveau. beslag. De procedure duurde anderhalf jaar waardoor In Nederland is er een centraal examen als maatstaf, ik pas in 1994 in Mexico aan de slag kon. Het is nog dat ontbreekt hier.” altijd een hele rompslomp om een goede kandidaat te De grote verschillen tussen armoede en rijkdom plaatsen. Soms haakt iemand daardoor af. ” Zo werd Mexico zijn nieuwe thuisland. “Ik heb er vallen de kernfysicus ook op. “Overal in Mexico-stad nooit spijt van gehad. Ik leerde hier mijn vrouw proberen mensen je wat te verkopen. Als ik voor het

22 | maart 2010 | transfer


exico niet’

Staatsbezoek Afgelopen november was koningin Beatrix op staatsbezoek in Mexico. Bijker was een van de genodigden voor een rondetafelgesprek over hoger onderwijs.

Roelof Bijker ziet zichzelf niet meer teruggaan naar Nederland.

“Het was bijzonder om haar te ontmoeten. Maar we hadden maar vijf minuten de tijd dus diepgaand was het gesprek niet. Maar ik kwam wel met andere Nederlanders in contact en dat sprak me aan.” Sindsdien denkt Bijker meer aan Nederland dan voorheen. “Dat komt ook door mijn zoon. Hij groeit hier op en is Mexicaan. Hij spreekt geen Nederlands. Toch wil ik hem graag wat meegeven van de Nederlandse geschiedenis en cultuur. Maar ik zie mezelf niet naar Nederland verhuizen. Ik ben vermexicaniseerd. Elke zeven jaar heb je hier recht op een sabbatical. Misschien dat ik op die manier voor een tijdje naar Nederland kan gaan. Al is het lastig dat mijn vrouw een vaste baan heeft in Mexico. Maar wie weet. Ik zou het interessant vinden om dat te doen. Ook om mijn zoon Nederland te laten zien.”

Robert Visscher

Foto: Eigen foto

stoplicht wacht, komen er zo drie op mijn auto af die mijn ramen willen wassen en snoep verkopen. In vijftien jaar is de armoede toegenomen.” De directeur van het instituut, waar Bijker werkt, heeft veel macht. “Hij zet de lijnen uit en beslist wat er gebeurt. Er zijn hier altijd wel verkiezingen en er worden comités gevormd met vertegenwoordigers. Maar meestal zijn dat verkiezingen met maar een echte kandidaat. Formeel gezien kan iedereen meedoen, maar je weet altijd al van tevoren wie er wint. Ik heb me aan deze afwezigheid van democratie altijd zeer gestoord, maar nu denk ik ‘zo gaat het nu eenmaal’.”

transfer | maart 2010 | 23


ac htergron d

vr ees

vo or

meer

i n

pl a ats

va n

m i n d e r

b u r eau c rati e

Niet iedereen enthousiast ove Joint degrees zijn per 1 april wettelijk toegestaan. Nederlandse hogeronderwijsinstellingen mogen dan, samen met buitenlandse instellingen, onderwijsprogramma's aanbieden waarvoor studenten één gezamenlijk diploma krijgen. De nieuwe mogelijkheid moet de drempel voor internationale mobiliteit verlagen. Maar de praktijk blijkt weerbarstig.

Studenten die halverwege hun opleiding naar het buitenland vertrekken en daar afstuderen, laten hun Nederlandse onderwijsinstelling met lege handen achter. Want die ontvangt dan geen geld voor hun diploma. Veel instellingen klagen daarover. En meer zaken staan échte internationalisering nog altijd in de weg. Denk aan het gesteggel over financiering van gezamenlijke opleidingen, het toekennen van studiepunten, diploma’s en het al dan niet aansluiten van vakken. Joint degrees moeten hieraan een einde maken. De opleidingen, gezamenlijk verzorgd door Nederlandse en buitenlandse onderwijsinstellingen, zijn vanaf 1 april wettelijk toegestaan. Een “evolutie in de onderwijswetgeving”, vindt Madalena Pereira, coördinator van het Erasmus Mundusprogramma bij de Nuffic. Dat programma van de Europese Commissie is in feite een voorloper van joint degree-opleidingen. Studenten volgen college aan minstens twee Europese instellingen en ontvangen na afloop een double degree, een afzonderlijk diploma van elk van de instellingen waar de opleiding is gevolgd. Een joint degree gaat een stap verder: studenten krijgen daarbij één gezamenlijk diploma. Joint degrees kunnen de internationale samenwerking heel goed bevorderen, denkt Pereira.

Geen extra papieren Masterstudent Ariyan Javanpeykar (22) is in elk geval enthousiast over de nieuwe mogelijkheden die de invoering van joint degrees studenten biedt. Javanpeykar wilde zijn master in eerste instantie in Amerika volgen, maar kwam daarvan terug toen hij de grote stapel papier zag die hij moest invullen. De student vond een alternatief in ALGANT, wat staat voor Algebra, Geometry and Number Theory. ALGANT is een Erasmus Mundus-master. Het

24 | maart 2010 | transfer


er joint

Diploma-uitreiking van ALGANT in het Palazzo BO, Padua,

Foto: ALGANT

juli 2007.

degrees

Mathematisch Instituut in Leiden zette de opleiding studiepunten van de vakken liggen vast. De rest, zoals vijf jaar geleden op samen met topinstellingen in het aansluiten van vakken, studiepunten en semesters, Frankrijk en Italië. Javanpeykar volgt nu colleges hebben we heel informeel bediscussieerd, met een aan de prestigieuze universiteit Paris Sud 11. “Ik kan glaasje Bordeaux. Als een vak op de ene universiteit hier interessante vakken volgen, net iets anders is, dan bekijken we zonder lastig te worden gevallen met welk vak dat gecompenseerd “Terwijl de regering regels met bureaucratie. Ik hoef geen extra kan worden, zodat iedere student papieren in te vullen.” uiteindelijk met dezelfde wetenvoor joint degrees bedenkt, schappelijke bagage van de opleiding “Hoe minder bureaucratie, des te makkelijker vertrek je naar het komt. Alleen door je flexibel op te doen wij het internationale stellen, kun je een goede gezamenbuitenland”, is de opvatting van Javanpeykar. Dat is precies wat het, lijke opleiding in de steigers zetten.” werk” inmiddels demissionaire, kabinet In 2005 was de opleiding beklonken met het mogelijk maken van joint en startten de eerste studenten bij degrees wil bereiken: door bureaucratische obstakels de nieuwe Erasmus Mundus-master. Nu volgen zestig weg te nemen, moet internationale mobiliteit worden studenten van twintig nationaliteiten de tweejarige bevorderd. ­opleiding. Na een jaar in Leiden, Parijs, Padua, Milaan Maar werkt het in de praktijk ook zo? “Veel instelof Bordeaux, wordt er van universiteit gewisseld, lingen zijn nog achterdochtig”, merkt Madalena zodat de studenten twee verschillende universiteiten Pereira. “Zij verwachten juist veel extra bureaucratie bezoeken. Als ze de opleiding hebben voltooid, krijgen door joint degrees.” Een van die sceptici is Peter ze twee diploma’s. Stevenhagen, directeur van ALGANT. Hij ziet vooral Moeras problemen in de NVAO-accreditatie van buitenlandse Dat zorgt voor veel bureaucratie. Bovendien schrijft universiteiten die voor een joint degree nodig is. “Een joint degree klinkt leuk. Maar een goede internationale het Mathematisch Instituut in Leiden de ALGANTsamenwerking heeft flexibiliteit nodig. Wij werken studenten wel in, maar krijgt het geen geld voor hen nu samen met prestigieuze buitenlandse universivan de Nederlandse regering, omdat zij hun volledige teiten. Als we van die samenwerking een joint degree master niet in Leiden volgen. “Onze Italiaanse en willen maken, moeten die universiteiten opnieuw Franse partners hoeven geen ingewikkelde admidoor de NVAO worden geaccrediteerd. Dat levert nistratie te voeren. Hun financiering is niet gekopalleen maar meer bureaucratie op en bovendien: de peld aan studentenaantallen, zoals in Nederland”, collega’s uit Bordeaux en Parijs zien me aankomen! zegt Stevenhagen. “Hun opleiding krijgt geld voor Ze hebben al een Europese accreditatie en dan wil het onderwijs en onderzoek, en dat staat los van studenkleine Nederland hen ook nog eens beoordelen en tenaantallen. Zij begrijpen dan ook niet waarom wij accrediteren. Dat is de wereld op zijn kop.” door een bureaucratisch moeras moeten waden om diploma’s uit te mogen reiken.” Glaasje wijn Ondanks deze nadelen waagt Stevenhagen zich niet Vijf jaar geleden was het eenvoudig om met buitenaan een joint degree. “Het grote verschil tussen de landse instellingen een opleiding in elkaar te zetten, Nederlandse regering en ALGANT is: wij doen het zegt Stevenhagen. “We kennen elkaar al meer dan al. Terwijl zij alle regels voor joint degrees bedenken, vijftien jaar en hebben allemaal veel internationale doen wij het internationale werk. Wij laten de joint ervaring. Binnen de wiskunde is er verder weinig degrees dus voorlopig even links liggen, want we strijd over de inhoud van studies. De getaltheorie zitten niet te wachten op onduidelijke regels en meer vormt daarvan de basis. Daarnaast mogen studenten bureaucratie.” zelf kiezen wat ze interessant vinden om te volgen. Martine Zeijlstra Hun scriptieonderwerp blijft het belangrijkste. De

transfer | maart 2010 | 25


ac htergron d Primair onderwijs is in een aantal landen in Sub-Sahara Afrika vooral kinderopvang, zegt de WRR

n u ffic

r eageert

op

rapport

ove r

o nt wi k k e l i n g s sam e n we r k i n g

WRR: onderwijs moet niet

eerste keuze zijn ‘Er wordt veel te gemakkelijk gegrepen naar onderwijs en gezondheidszorg als de dragers voor ontwikkelingsbeleid. Kijk naar wat een land nodig heeft.’ Peter van Lieshout, auteur van het veelbesproken WRR-rapport over ontwikkelingssamenwerking, schuwde de confrontatie niet toen hij half februari de Nuffic bezocht.

26 | maart 2010 | transfer

de

“Wij hebben veel commotie veroorzaakt door de focus te verleggen van armoedebestrijding naar ontwikkeling. En in dat kader zeggen we lelijke dingen over onderwijs”, zei Van Lieshout, die daarbij aantekende dat slechts vier pagina’s in zijn rapport aan onderwijs zijn gewijd. Nederland weet niet veel over onderwijs in ontwikkelingslanden, stelt de WRR. “We hebben op dit terrein geen spraakmakende onderzoeksnetwerken of universitaire centra.” In de ontwikkelingsprogramma’s die de Nuffic beheert, staat onderwijs centraal. Zo richten NPT en NICHE zich op versterking van post-secundair onderwijs in 23 ontwikkelingslanden. NFP verstrekt beurzen voor de opleiding van mid-career professionals in 61 landen. Jaarlijks gaat ongeveer 100 miljoen euro in deze programma’s om.

.


“Het grootste deel van de bilaterale hulp gaat sinds begin jaren negentig naar de sociale sector”, stelde de WRR-adviseur. Dat gemak is volgens hem wel te verklaren. “Want het is iets waar een gemiddelde diplomaat al snel verstand van kan hebben. Maar de vraag wordt te weinig gesteld welk type onderwijs een toegevoegde waarde heeft in een ontwikkelingstraject. Basisonderwijs is vaak veredelde kinderopvang. De fase van diagnostiek wordt overgeslagen. Het is de politiek van de goede bedoelingen.” Van Lieshout vroeg zich af waarom het als vanzelfsprekend wordt beschouwd dat leren primair op school moet gebeuren. “Wij zeggen niet dat onderwijs onzinnig is. Dat zou veel te gemakkelijk zijn. Maar nu zijn universiteiten in Afrika gemodelleerd naar ons negentiende-eeuwse model. Puur kennisoverdracht en nauwelijks stages. Centraal zou moeten staan welk type kennis het ontvangende land nodig heeft en hoe dat moet worden vormgegeven. Dat is een interessante opdracht, maar daar heb ik nog maar weinig voorbeelden van gezien.”

Foto: Arie Kievit/HH

Eenrichtingsverkeer Wellicht komt dat doordat de programma’s die door Ontwikkelingssamenwerking worden gefinancierd, niet in het WRR-rapport aan de orde komen. Want volgens de Nuffic worden verouderde lesmethoden, curricula en organisatiestructuren wel degelijk aangepakt in diverse ontwikkelingslanden. De 160 NPT-projecten werken juist aan kwaliteit en een betere aansluiting tussen onderwijs en de behoeften van de arbeidsmarkt. “Onze programma’s sluiten

n u ffic

:

pro gramma

’s

passe n

goed aan op de aanbevelingen van de raad”, concludeerde Joep Houterman, directeur Capaciteitsopbouw en Beurzen van de Nuffic, op de discussiebijeenkomst (zie kader). Volgens Van Lieshout is het Nederlandse hoger onderwijs veel minder betrokken bij ontwikkelingssamenwerking dan een aantal jaren geleden. “Universiteiten zijn uit op prestige en publicabel onderzoek. Dat levert een samenwerkingsrelatie met de universiteit van Kampala niet op, omdat die in hoge mate eenrichtingsverkeer is. Het is daarom moeilijk om ontwikkelingssamenwerking te bevorderen in ons hoger onderwijs.” Terwijl, zo stelt het rapport, juist wetenschappers aan universiteiten een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan een interdisciplinaire kennisinfrastructuur in het Zuiden door samen met Afrikaanse onderzoekers problemen te bestuderen die relevant zijn voor de ontwikkeling van het land. Als voorbeeld wordt België genoemd, waar een deel van het ontwikkelingsbudget wordt ingevuld door universitaire samenwerking. “We hebben gekeken naar België, maar we weten niet of dat het ideale model is”, aldus Van Lieshout. “Wij weten ook niet hoe het wel zou moeten. Als we meer tijd hadden gehad, waren we dieper ingegaan op de rol van het hoger onderwijs in ontwikkelingssamenwerking. Hier ligt nog een grote opdracht.”

Els Heuts Lees ook op www.transfermagazine.nl het opiniestuk van Jos Walenkamp, ­lector Internationale samenwerking, over het WRR-rapport.

i n

g ewe n ste

ko e rs

De hogeronderwijsprogramma’s die de

lesmethoden, curricula en organisatiestruc-

uitmuntende onderzoeksinstituties en een

Nuffic uitvoert, passen in de koers die

turen aan. Er wordt gewerkt aan een betere

hoog niveau van opleidingen niet toerei-

de WRR voorstaat op het gebied van

aansluiting tussen het onderwijs en de eisen

kend zijn.” Professionals in ontwikkelings­

ontwikkelingshulp. Dat is de kern van

die de arbeidsmarkt aan afgestudeerden

samenwerking moeten tijdens hun loop-

de reactie van de Nuffic op het rapport,

stelt.

baan ook daadwerkelijk werkervaring in

waarin de Wetenschappelijke Raad voor het

Daarnaast nemen de sectoren die de WRR

ontwikkelingslanden kunnen opdoen. De

Regeringsbeleid ervoor pleit om de focus te

als prioritair benoemt, zoals landbouw,

loopbaanmogelijkheden zijn echter steeds

verleggen van armoedebestrijding naar ont-

water en goed bestuur, in de programma’s

beperkter geworden. De Nuffic pleit daarom

wikkeling en zelfredzaamheid. De ontwik-

ook nu al een belangrijke plaats in. Een

voor een kritisch debat over het op peil

kelingsprogramma’s richten zich op struc-

resultaat van bijna tien jaar vraaggestuurd

houden van de expertise in de Nederlandse

turele verbetering in landen. “Want goede

werken, merkt de Nuffic op.

ontwikkelingshulpsector. En benadrukt dat

professionals, opgeleid in goede onderwijs-

De WRR is zeer kritisch over de deskundig-

de hogeronderwijsprogramma’s, waarbin-

instellingen in de ontwikkelingslanden zelf

heid die Nederland in huis heeft op het

nen kennis wordt opgebouwd en uitgewis-

(NICHE/NPT) of in Nederland (NFP) dragen

gebied van ontwikkelingsprocessen. Ooit

seld, kunnen bijdragen aan het bewaken van

bij aan de ontwikkeling van hun land”,

had Nederland een leidende positie, maar

dat peil.

schrijft de Nuffic aan de WRR.

de laatste vijftien jaar is kennisbeleid ver-

De Nuffic roept de betrokken ministeries

Ook de kritiek van de raad dat het hoger

waarloosd. Het rapport pleit ervoor om

op om gezamenlijke arrangementen op het

onderwijs in het Zuiden niet aansluit op

hier jaarlijks zo’n 300 miljoen euro in te

gebied van ontwikkelingssamenwerking en

de kennisbehoefte, wordt weerlegd. De

investeren. De Nuffic is het daarmee eens,

hoger onderwijs te ontwikkelen. Nu ont-

160 NPT-projecten pakken juist verouderde

maar stelt dat “louter goede studies door

breekt een dergelijke samenwerking.  (EH)

transfer | maart 2010 | 27


ac htergron d

De campus van de Limkokwing-universiteit.

u n iversiteit

van

ex

-r

ec l am e ma n

tr e kt

b u ite n l a n d e rs

Limkokwing is ‘informeel,

inte

MaleisiĂŤ wil zich als internationale, multiculturele onderwijshub op het netvlies van buitenlandse studenten branden. De onconventionele Limkokwinguniversiteit is daarin geslaagd. Dankzij slimme marketing, hippe opleidingen zoals gamedesign, en gastoptredens van internationale beroemdheden in plaats van wetenschappers.

LIm Kok Wing, oprichter van de gelijknamige universiteit.

28 | maart 2010 | transfer


Alles aan de Limkokwing-universiteit ademt internationalisering. De wereldbol op het dak, de wapperende vlaggen bij de ingang en zeker het zeer diverse uiterlijk van de jongeren in The Plaza, de enorme centrale hal. Dat is geen toeval, zegt Lim Kok Wing, oprichter van de universiteit in Cyberjaja, twintig kilometer van Kuala Lumpur. “Globalisering en multiculturaliteit zijn ons handelsmerk.” De universiteit is de uitgekomen droom van de altijd in zwart gehulde Lim Kok Wing. In 1992 richtte hij de universiteit op. Inmiddels is zijn organisatie gevestigd in zes landen. Wereldwijd volgen 30.000 studenten met 140 nationaliteiten beroepsgerichte bachelor- en masteropleidingen met een link naar creativiteit. Op de hoofdcampus in Cyberjaja studeren circa 5.000 studenten; slechts 15 procent daarvan is Maleisisch. Het Maleisische ministerie van hoger onderwijs wil graag meer internationaliseringssuccessen zoals Limkokwing. Het land ziet internationalisering als een lucratieve inkomstenbron. Buitenlandse studenten betalen meer collegegeld en brengen dus geld in het laatje. Daarom heeft het ministerie in 2006 een National Higher Education Plan opgesteld. Dat plan mikt eind dit jaar op 100.000 buitenlandse studenten – 12 procent van de totale studentenpopulatie. Afgelopen jaar waren dat er 71.000.

“Een studie in Londen was onbetaalbaar voor mijn ouders”, vertelt de tweedejaars journalistiek. “Hier is studeren stukken goedkoper en mijn kamerhuur is een fractie van die in Londen.” De kosten zijn ook voor Khalid, aankomend student multimediadesign, een belangrijke overweging om in Maleisië te gaan studeren. De Jemeniet die in Dubai opgroeide, kwam op de overheidswebsite Study Malaysia allerlei onderwijsinstituten tegen, maar de keus voor Limkokwing was snel gemaakt. “Kijk om je heen”, gebaart hij enthousiast. “Dit is niet te vergelijken met universiteiten in Dubai. De sfeer is hier zo informeel, zo internationaal en zo fantastisch.”

Zilverkleurige tafeltjes Er hangt inderdaad een ontspannen sfeer in de hal. Studenten zitten onderuitgezakt rokend en kletsend aan zilverkleurige tafeltjes. Velen zijn, net als de naamgever van de universiteit, in het zwart. Want volgens Lim Kok Wing is dat de kleur van kunstenaars en beroemdheden. Khalids hoofd deint mee met de housemuziek die door The Plaza schalt. Is het niet apart dat op een universiteit popmuziek wordt gedraaid? “Het is uniek. Zoiets vind je toch nergens?” Een paar kilometer verderop ligt de University of Malaya (UM), een staatsuniversiteit. In de eenvoudige kantine van de engineering-faculteit maakt

ernationaal, ­fantastisch’ Om die doelstelling te halen, voert de moslimstaat een agressieve marketingcampagne. Maleisië profileert zich als multicultureel, stabiel land waar kwaliteitsonderwijs, huisvesting en eten relatief weinig kosten. En waar het merendeel van de inwoners Engels spreekt – Maleisië is een voormalige Britse kolonie. Het land richt zich vooral op niet-westerse studenten. De meeste buitenlandse studenten komen uit China, gevolgd door de moslimlanden Indonesië, Iran en Bangladesh en Nigeria. Moslimstudenten krijgen gemakkelijk een visum. Dat is in veel andere landen de afgelopen jaren juist lastiger geworden door anti-terrorismebeleid. Limkokwings studentenpopulatie komt in grote lijnen overeen met de statistieken. Hoewel volgens de universiteit zelf het aantal westerse studenten toeneemt, is het in The Plaza een mengelmoes van voornamelijk Afrikaanse, Aziatische en OostEuropese nationaliteiten. Aan een van de tafeltjes zit Sarah, een Somalische die in Londen is opgegroeid.

Mohammed uit Jemen een minder opgewekte indruk dan zijn landgenoot Khalid. “Ik vind het vreselijk hier. Samen met een Saoedi-Arabiër ben ik de enige buitenlandse student op mijn faculteit”, zegt hij mismoedig. “Als ik een beurs krijg voor Europa, vertrek ik meteen.” De UM – de oudste en meest prestigieuze staatsuniversiteit van het land – en Limkokwing – de modernste en meest innovatieve – kunnen worden gezien als de twee uitersten van het Maleisische universitaire landschap. Op de UM geen futuristische panden, maar pastelkleurige, door de tropenhitte aangetaste faculteitsgebouwen, omzoomd door grasvelden. Bruine borden wijzen de weg naar conventionele studies als geneeskunde, geschiedenis en rechten. In de vergaderzaal van het Institute of Graduate Studies steekt directrice Norhanom Abdul Wahab een enthousiast internationaliseringsverhaal af. Eenvijfde van de studenten is momenteel buitenlands, in 2015 moet dat zijn verdubbeld. “Naast financieel gewin,

transfer | maart 2010 | 29


is het aantrekken van internationale studenten voor ons belangrijk omdat dit een van de criteria is voor de Times Higher Education Ranking.” De UM staat dit jaar op 180 en is hiermee de enige Maleisische universiteit in de top-200 van deze ranglijst. Hoewel het onderwijs op de UM kwalitatief dus hoogstaander is dan bij Limkokwing, blijkt uit de statistieken dat laatstgenoemde een grotere aantrekkingskracht op internationale studenten heeft. Aankomend eerstejaars Khalid bagatelliseert zelfs de kritiek die hij op internetfora tegenkwam over het onderwijsniveau van de universiteit. “Klagende studenten heb je overal.” “Wij hebben een uitgekiende marketingstrategie waarbij onze door alumni gemaakte website een belangrijke rol speelt”, verklaart Lim Kok Wing, die zijn loopbaan begon in de reclame, de aantrekkingskracht zelf. Bovendien voelen veel jongeren zich aangesproken door de creatieve opleidingen, zoals hairdesign, computeranimatie, gamedesign, multimediamanagement of binnenhuisarchitectuur.

samen met een partner en ten derde ‘3+0 degrees’. Daarbij halen studenten een buitenlandse graad, maar daarvoor kunnen ze onderwijs volgen op de Limkokwing-campus; de buitenlandse universiteit waarborgt de kwaliteit.

Campussen in Afrika

Die laatste variant is populair onder buitenlandse studenten. Die biedt hun namelijk voor een lagere prijs een diploma van een westerse onderwijs­ instelling. Lim Kok Wing wil ook de andere varianten opstuwen. “Studeren in mijn land moet meer zijn dan het halen van een Britse of Australische graad.” Alle Limkokwing-programma’s zijn geaccrediteerd door het Malaysian Qualifications Agency, dat onder het ministerie van hoger onderwijs valt. Alle privéuniversiteiten moeten hun programma’s laten accrediteren door deze in 2007 opgerichte organisatie. Maleisië wil opleidingen van dubieus niveau hiermee een halt toeroepen. Limkokwing etaleert op grote borden in de gangen trots haar wapenfeiten. Zo is ze de eerste Aziatische Mel Gibson universiteit die campussen in Afrika opende en de De ex-reclameman weet zijn studenten uitstekend te eerste Maleisische universiteit die voet op Europese bespelen door geen wetenschappers, maar beroemdbodem zette. In 2007 opende Limkokwing een kapiheden uit te nodigen voor praatjes. Vorig jaar kwam taal pand in hartje Londen. filmster Mel Gibson op bezoek. En in de gangen De gedachtegang achter de Afrikaanse campussen hangen foto’s van Lim Kok Wing in Botswana en Lesotho is onormet Nelson Mandela. De oprichter thodox. Maleisië zou als land in “Housemuziek in de hal, profileert zichzelf ook graag als ontwikkeling beter dan westerse beroemdheid. Op de campus liggen staten weten wat de onderwijsbezoiets vind je toch nergens?” hoeftes van Afrikaanse ontwikher en der exemplaren van het door hem samengestelde boek Portrait kelingslanden zijn. “Ik heb een of an Icon: Tan Sri Dato’ Dr Lim Kok probleem met onderwijssystemen Wing – Communications Guru, Branding Maestro, die duizenden kilometers verderop zijn ontwikkeld”, Educationist, Philanthropist, Artist, Cartoonist, Writer, zegt Lim Kok Wing. Een entrepreneurprogramma dat Designer, Entrepreneur, Corporate Leader. onlangs startte op de Botswana-campus is volgens Zoals het gros van de 36 Maleisische privé-universihem een voorbeeld van hoe het wel moet. teiten werkt ook Limkokwing voor een aantal studieLim Kok Wing is uitermate tevreden over de stappen richtingen nauw samen met buitenlandse – vaak die zijn land de laatste jaren heeft gezet op internaAngelsaksische – opleidingen. Er zijn drie soorten tionaliseringsvlak. “Onderwijs was een geldverslinopleidingen. Ten eerste studies die uitsluitend op dende sector, nu brengt het juist geld op.” Limkokwing worden gegeven, ten tweede ‘twinGeraldine Molema ning degrees’ – studies die de universiteit aanbiedt

opkomen de

economi e

me t

z e e r

d ive rs e

b evo l k i n g

Maleisië telt circa 25 miljoen mensen.

maar er zijn ook boeddhisten (19 procent),

van onbewerkte materialen tot een opko-

De bevolking is een mix van Maleisiërs

christenen (9) en hindoes (6). Naast de

mende meersectoreneconomie. Vooral het

(50 procent), Chinezen (24), Indiërs (7) en

staatstaal Bahasa wordt veel Engels en

toerisme, de service- en maakindustrie zijn

andere volkeren. Een meerderheid (60

Chinees gesproken. Maleisië heeft zich

sterk gegroeid.  (GM)

procent) van de bevolking is islamitisch,

sinds 1970 ontwikkeld van een producent

30 | maart 2010 | transfer


A G E N D A

Op 15 maart is al de deadline voor studenten die een zomercursus willen volgen bij het Nederlands Instituut voor Academische Studies Damascus (NIASD). De onderwerpen zijn interculturele communicatie (27 juni – 8 juli), christelijke en islamitische kunst en architectuur (20 juni – 11 juli) en Arabisch (15 juli – 10 augustus). Meer informatie en aanmelden op www.niasd.org

maart

2010

Het vijfde Nuffic Jaarcongres vindt plaats op 30 maart in Media Plaza (Jaarbeurs) te Utrecht. Brain train is het centrale thema. Bas Haring spreekt en er zijn zestien themasessies. Ook wordt de Oranje Loper Award voor de tweede keer uitgereikt. Meer informatie en aanmelden op www.nuffic.nl/ jaarcongres Tot 1 april kunnen studenten een aanvraag indienen voor een van de vijftien beurzen die IJsland beschikbaar stelt. Daarmee kan in 2010-2011 een studie IJslands worden gevolgd. De voorkeur gaat uit naar kandidaten jonger dan 35 jaar, die al minimaal twee jaar een taal- of literatuurstudie doen. Aanvraagformulier op www.menntamalaraduneyti.is/afgreidsla/sjodir-og-eydublod/menntamal/nr/1827

april

2010

Twee Nuffic-cursussen staan op het programma in april. Op 8 april gaat het over diplomawaardering en het gebruik van landenmodules. Op 15 en 16 april staan immigratieprocedures staf centraal. Meer informatie en aanmelden op www.nuffic.nl/cursussen. Assuring the quality of internationalisation is het thema van de MODERN Conference op 7 mei in Amsterdam. Een dag eerder, op 6 mei, vindt een MODERN Peer Learning Workshop plaats over internationalisering. Meer informatie en aanmelden op www.highereducationmanagement.eu De ACA organiseert van 16 tot en met 18 mei in Cordoba haar Annual Conference 2010: Brains on the move. Gains and losses from student mobility and academic migration. Met cijfers over mobiliteit van studenten en migratie van onderzoekers, én over wat daar achter zit. Meer informatie en aanmelden op www.aca-secretariat.be

mei

2010

Zie ook www.transfermagazine.nl/nieuws/agenda

Fairs Meer informatie via fairs@nuffic.nl Salão do Estudante Rio de Janeiro 12 mrt Curitiba 14 mrt Porto Alegre 16 mrt Florianópolis 18 mrt www.salaodoestudiante.com.br

Top Universities Tour / World of Studies Londen 12 – 13 mrt www.topuniversities.com

CIEET Beijing Chongqing Shanghai Qingdao Guangzhou

www.cieet.com

EHEF Hong Kong

www.ehef-hk.org

o EURAXESS t nds The Netherla

13 – 14 mrt 16 – 17 mrt 20 – 21 mrt 23 – 24 mrt 27 – 28 mrt

13 – 14 mrt

Solutions for

International Exhibition on Education Athene 20 – 21 mrt www.europartners.gr

Becas Chile Fair/Expo Estudiante Santiago 20 – 21 mrt Antofagasta 23 mrt Valdivia 25 mrt

Korea Study Abroad and Language fair Seoul 27 – 28 mrt Busan 30 mrt www.yuhak2min.com

Study World Berlijn

23 – 24 apr

www.studyworld2010.com

www.bmimedia.net

researchers

.nl www.euraxess

jobs visas accommodation taxation daily life transfer | maart 2010 | 31


Stagevergunning voor Amerika nodig? De Nuffic helpt.

Stage in Amerika. Gewoon d贸茅n!


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.