TULPIA ACTUEEL door FRANS JEURSEN
Spiegel van de Turkse poëzie Je zou het de Bijbel van de Turkse poëzie kunnen noemen; het meer dan lijvige boek met werk van 38 zorgvuldig geselecteerde Turkse dichters. Een verslag van de presentatie in Rotterdam.
D
e Nederlandse mentaliteit staat te boek als nuchter en prozaïsch. Misschien moeten we dat ook zo uitleggen: dat Nederland een plek is, die zich bij uitstek leent tot het schrijven van proza. Zeker, we hebben geweldige dichters, zoals Gerrit Achterberg, maar binnen onze cultuur van ‘wat koop je daar nu voor’ blijven die toch glanzende uitzonderingen. In Turkije is dat radicaal anders. Dichters en gedichten maken in dat land deel uit van de bloedsomloop en de polsslag van het leven van alledag. De mensen luisteren naar dichters die hun werk reciteren, kennen gedichten van buiten en op hun beurt reageren dichters ook op veranderingen in de samenleving. Poëzie staat in Turkije midden in het leven en het leven staat daar midden in de poëzie. Wij Nederlanders kunnen veel van en over de Turkse cultuur, geschiedenis en emoties leren door kennis te nemen van de Turkse poëzie, vooral van die van vandaag. In de 20ste eeuw is de Turkse poëzie qua ontwikkeling meegegaan met alle soms radicale veranderingen in de maatschappij, maar ook met de introductie van nieuwe genres, zoals het vrije of blanke vers. De pluriformiteit is verrassend groot. Die stelt ons in staat ons in te leven in het volk op straat, maar verschaft ons ook toegang tot overpeinzingen die in het geheime innerlijk van individuen verborgen blijven. Turken kennen hun poëzie en wij leren hen beter kennen door die poëzie te lezen. Wat dat betreft kan het belang van het multiculturele project van de Universiteit van Leiden, om een overzicht te maken van de moderne Turkse poëzie, nauwelijks worden overschat. Moderne Turkse Poëzie, een kolossaal, tweetalig boek van rond de 700 pagina’s, met daarin het werk van 38 zorgvuldig geselecteerde Turkse dichters, werd zaterdag 24 april ten doop gehouden in de voortreffelijk gesorteerde boekhandel De Balustrade aan de Grote Visscherijstraat in Rotterdam. Ceremoniemeester Sytske Sötemann, die met 20 Tulpia / jaargang 05 / nr 18
Mehmet Yıldırım en Mehmet Çetin voor het indrukwekkende eindresultaat tekenende, vermeldde terloops hoe lang deze ‘baby’ in de couveuse had gelegen: alle vertalingen waren al vijf jaar geleden klaar. Tel daar nog eens alle jaren bij voor het zorgvuldig vertalen met oog voor klank en ritme van elk afzonderlijk gedicht. Dat gebeurde door tal van deskundigen, onder wie Mehmet Yıldırım ’s ex-student Erhan Gürer. We begrijpen dan veel beter dat het hier gaat om een herculische prestatie, die onze bewondering verdient. Laten we de drie samenstellers eens voorstellen. Mehmet Yıldırım doceert Turkse taal- en letterkunde in Leiden. Mehmet Çetin is eerst en vooral dichter. “We leven in zo’n slechte wereld, dat ik het wel van me af moet schrijven. Anders red ik het niet”, zei hij. Toch is hij wel degelijk gevoelig voor de lichtere kanten van het bestaan. “Ik schrijf niet alleen over mijn eigen gevoelens, maar ook over wat vrienden en kennissen mij vertellen.” Sytske Sötemann ten slotte is een zeer begaafd vertaalster, die zelfs promoveerde op de Turkse poëzie in de vroege 20ste eeuw. Drie culturele en taalkundige zwaargewichten dus. Zoals te verwachten viel, werden in De Balustrade gedichten van de grote Turkse poëet Nazım Hikmet voorgedragen. Onder meer Mijn Uitvaart, waarin de plechtstatigheid van zo’n gebeurtenis wordt doorbroken door alledaagse problemen, zoals het transport van de kist vanuit het huis van de over ledene. Iedere Turk kent het werk van deze ook in politiek opzicht revolutionaire dichter en zo ervoeren de toehoorders andermaal hoe nauw leven, werk en dichtkunst in Turkije met elkaar zijn verweven. Ook de gedichten Voor jullie van Orhan Veli Kanık, De steen van Birhan Keskin en De meisjes van de weverij van Refik Durbaş werden met verve tweetalig voorgedragen. Elk gedicht werd muzikaal ondersteund door de Belgische artiest Tabar Çatalpınar. Hij voerde onder meer een muziekstuk uit in twee versies: een Armeense en een Turkse.
‘Poëzie staat in Turkije midden in het leven’ Bij dat laatste nummer kon hij niet nalaten te vermelden dat de Armeense versie al bestond lang voordat de eerste Turkse stammen in Anatolië waren verschenen. De vele aanwezigen beseften allemaal hoe bijzonder deze gebeurtenis was en hoe uitzonderlijk het is dat een uitgeverij zich aan zo’n omvangrijk project waagt. Een standaardwerk als Moderne Turkse Poëzie zal immers niet zo snel over de toonbank gaan als een roman van Heleen van Royen en ook de prijs van 39,90 euro is voor sommigen wellicht een drempel. We kunnen echter niet voldoende benadrukken dat de prijs een schijntje is voor het werkelijk kolossale boek en de tijd en moeite die het produceren ervan hebben gevraagd. Sytske Sötemann prees uitgeverij Atlas dan ook in warme bewoordingen. Door deze poëtische brug tussen twee naties en twee culturen kan het begrip tussen Nederland en Turkije en tussen Nederlanders en Nederlandse Turken sterk worden bevorderd. Het grote aantal Nederlanders dat naar de bijeenkomst in Rotterdam was gekomen, is een indicatie dat de fundamenten voor een beter wederzijds begrip al lang zijn gelegd.