Draaiboek
infectieBeleid
in Vlaamse Woonzorgcentra (WZC) De online versie van het draaiboek, de bijlagen en de verdere aanpassingen worden gratis ter beschikking gesteld op www.zorginfecties.be. De woonzorgcentra zijn vrij om het draaiboek en de bijlagen in te passen binnen de eigen werking van de ouderenvoorziening.
Praktische documenten/Affiche ‘Nies- en hoesthygiëne’. 2.2.2 Persoonlijke hygiëne hoesthygiëne nieshygiëne
Zie
2. Algemene maatregelen | 2.2 Algemene voorzorgsmaatregelen
januari 2012 | 37
ACUTE VERWARDHEID
2.5.2 WERKSCHEMA: SYMPTOMEN
Acute verwardheid
<48 u medicatieveranderingen Gedaald bewustzijn Rusteloos Verlammingsverschijnselen Koorts
Bij twijfel steeds huisarts bellen NEEN
JA
Gekende diabetes?
Glycemie prikken
NEEN
60<glyc<400
NEEN JA
NEEN
Urinestick negatief op RBC, WBC, nitrieten?
JA
100<BD<160 60<pols<100 JA
NEEN
Huisarts bellen
Regelmatige pols
JA
Verminderde urineproductie? JA
Drinken stimuleren STOP NEEN
Verwardheid beter na 1 u Noteer observaties handelingen in verpleegdossier
JA
2. Algemene maatregelen | 2.5 Staande orders bij het vermoeden van een infectie
januari 2012 | 81
Besmettelijk materiaal
= huid, huidschilfers, afscheidingen (uit wondjes, puistjes,…)
Eenpersoonskamer
• neen
Duur isolatie
• niet van toepassing
Handhygiëne
• basishouding
Masker
• ja, bij risico op spatten met lichaamsvochten
Handschoenen
• ja, bij te verwachten bevuiling van de handen, bijvoorbeeld wondverzorging
Overschort
• ja, bij risico op spatten met lichaamsvochten
3.2.2 steekkaarten
Bijkomende voorzorgsmaatregelen: huidinfectie afdekbare wonde en goede lichaamshygiëne
Linnen
• geen bijkomende voorzorgsmaatregelen
Afval
• geen bijkomende voorzorgsmaatregelen
Instrumentaria
• geen bijkomende voorzorgsmaatregelen
Bedpan/urinaal/toilet
• geen bijkomende voorzorgsmaatregelen
Eetgerei
• geen bijkomende voorzorgsmaatregelen
Excreta/secreta
• geen bijkomende voorzorgsmaatregelen
Onderhoud
• geen bijkomende voorzorgsmaatregelen
Transport
• toegelaten • dienst verwittigen • transferdocument invullen en meegeven • geen bijkomende voorzorgsmaatregelen
Bezoek Einde isolatie
• niet van toepassing
Opmerkingen
• afhankelijk van de diagnose en klinische evolutie kunnen de maatregelen verstrengd worden, bijvoorbeeld bij melding MRSA
Steekkaarten/Bijkomende voorzorgsmaatregelen: huidinfectie – afdekbare wonde; Blancosteekkaarten/Bijkomende voorzorgsmaatregelen: huidinfectie – afdekbare wonde
Zie
3. Bijkomende maatregelen | 3.2 Steekkaarten infectieziekten
januari 2012 | 134
5.3 Risicobeoordeling contact met biologische agentia In het K.B. van 8 augustus 1996 over de bescherming van de werknemers tegen de risico’s door blootstelling aan biologische agentia op het werk, wordt de risicobeoordeling verplicht gesteld. Voor zulke risico’s moet de werkgever de aard, de mate en de duur van de blootstelling van de werknemers bepalen. Doel: • om elk risico te beoordelen • om te treffen maatregelen te bepalen • om vast te stellen voor welke werknemers speciale beschermende maatregelen en gezondheidstoezicht nodig zijn Om risico’s op de werkplek te beheersen, moeten er preventiemaatregelen genomen worden. In het kader van een infectierisico is dit dus het infectiepreventiebeleid. Dat is dus ook voor de werknemers belangrijk. Zowel de algemene voorzorgsmaatregelen (hoofdstuk 2) als de bijzondere voorzorgsmaatregelen (hoofdstuk 3) dragen bij tot een veilige werkplek. De steekkaarten van de verschillende symptomen en infectieziekten omschrijven wat de houding moet zijn van de werknemer indien de situatie zich stelt. Handhygiëne speelt hierbij natuurlijk een belangrijke rol (zie 2.2.1). Het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen zoals een masker, een overschort, handschoenen en een veiligheidsbril beschermt de werknemer tegen de infectieziekten. Maar ook de algemene maatregelen zoals het hanteren van afval, linnen, het onderhoud,… worden in de steekkaarten besproken en zijn essentieel voor het beperken van de infectierisico’s in deze werkomgeving. Maar natuurlijk bestaan er ook nog andere gezondheidsrisico’s voor de werknemers. De risico’s moeten per werkpost geëvalueerd worden. Hierna volgt een overzicht als voorbeeld. Risico’s verzorgend personeel (inclusief kinesitherapeut, ergotherapeut, animator,…): • risico door biologische agentia: virussen, bacteriën, schimmels, parasieten • contact met voeding • heffen en tillen van lasten • risico voor dermatose (huidletsels): contact met bacteriën, schimmels, geneesmiddelen, onderhoudsproducten, latex, rubber,… Risico’s onderhoudspersoneel en logistiek: • risico door biologische agentia: virussen, bacteriën, schimmels, parasieten • contact met voeding • heffen en tillen van lasten • risico voor dermatose (huidletsels): contact met bacteriën, schimmels, geneesmiddelen, onderhoudsproducten, latex, rubber,… Risico’s keukenpersoneel: • contact met voeding • heffen en tillen van lasten • risico voor dermatose (huidletsels): contact met bacteriën, schimmels, geneesmiddelen, onderhoudsproducten, latex, rubber,… Risico’s administratief personeel: • beeldschermwerk • risico door biologische agentia: virussen, bacteriën, schimmels, parasieten
5. Arbeidsgeneeskunde | 5.3 Risicobeoordeling contact met biologische agentia
januari 2012 | 236
Decontaminatieschema
Bron: MRSA-preventie in rusthuizen 2007.
Gezelschapsdieren Onder gezelschapsdieren worden honden en katten verstaan. Wegens het risico van infectieziekten en de met hun onderhoud samenhangende eisen moet nauw contact met vogels en ‘NGD’ (nieuwe gezelschapsdieren, zoals reptielen, knaagdieren, schildpadden,…) worden vermeden. De dieren moeten door een dierenarts gevolgd worden en goed verzorgd worden aangezien zij een bron kunnen zijn van het onderhouden van een infectiehaard, en ze moeten correct gevaccineerd zijn en op regelmatige tijdstippen antiparasitair behandeld worden.
Biologische onderhoudsproducten Voor het gebruik van biologische onderhoudsproducten bestaat er nog geen wetenschappelijk bewijs dat zij afdoend zijn en/of een meerwaarde hebben ten opzichte van het reinigen met water en zeep.
6. Aanvullende informatie | 6.3 Veelgestelde vragen
januari 2012 | 277
Een strikte handhygiëne is de belangrijkste maatregel om overdracht van micro-organismen tussen bewoners en zorgverstrekkers en tussen bewoners onderling te voorkomen. Onder handhygiëne wordt zowel het gebruik van handalcohol, het gebruik van niet-steriele, latexvrije handschoenen als het handen wassen met water en zeep verstaan. Een goede handhygiëne kan niet los gezien worden van een goede persoonlijke hygiëne, een hoesten nieshygiëne door de zorgverstrekkers, de bewoners en de bezoekers (zie 2.2.2). Alle aanbevelingen inzake handhygiëne preciseren dezelfde onontbeerlijke basisvoorwaarden voor de handhygiëne, met name korte nagels zonder nagellak, afwezigheid van juwelen aan de polsen, handen en voorarmen, afwezigheid van valse nagels. Korte mouwen zijn aanbevolen tijdens de bewonerszorg; het is essentieel dat de polsen vrij zijn.
Basis voor een persoonlijke hygiëne van de werknemer • geen juwelen ter hoogte van de handen en de polsen/onderarmen • • • • Zie
- geen (trouw)ringen, armbanden of polsuurwerken kortgeknipte en zuivere nagels - geen nagellak, lange nagels of kunstnagels wondjes afdekken met ondoordringbaar verband korte mouwen verdere basishygiëne: geen afhangende haren, lange oorbellen of halskettingen
Praktische documenten/Affiche ‘Handhygiëne – basis’.
2. Algemene maatregelen | 2.2 Algemene voorzorgsmaatregelen
januari 2012 | 20
2.2.1 Handhygiëne
2.2.1 Handhygiëne