Zuurstoftherapie [vol]
23-10-2008
09:40
Pagina 1
Cathy Lodewijckx, Johan De Bent en Daniel Schuermans
Zuurstoftherapie
Zuurstoftherapie
De auteurs van het boek zijn werkzaam in de klinische praktijk en zijn daarnaast gefocust op verplegingswetenschappelijk onderzoek. CATHY LODEWIJCKX is verpleegkundig specialist COPD in de Universitaire Ziekenhuizen Leuven. JOHAN DE BENT is hoofdverpleegkundige pneumologie in de Universitaire Ziekenhuizen Leuven. DANIEL SCHUERMANS is hoofdverpleegkundige longfunctie in de Universitaire Ziekenhuizen Brussel.
C. Lodewijckx, J. De Bent en D. Schuermans
Dit boek vormt een praktische handleiding voor alle zorgverleners die in hun klinische praktijk in contact komen met zuurstoftherapie, onder meer artsen, verpleegkundigen, verzorgenden, kinesitherapeuten, maatschappelijk werkers en ergotherapeuten. Er zijn heel wat acute situaties en aandoeningen waar zuurstof als primaire behandeling wordt aangewend. Daarnaast leidt de vergrijzing van de bevolking en de evolutie in de thuiszorg er toe dat steeds meer mensen met chronische aandoeningen, onder meer Chronisch Obstructief Longlijden of COPD, cystische fibrose, hartfalen enz., langdurig zuurstoftherapie thuis nodig hebben. Dit boek, gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en klinische expertise, beoogt een leidraad te zijn voor zorgverleners om een effectieve en veilige zuurstofbehandeling in het ziekenhuis of in de thuiszorg te bewerkstelligen. In het boek wordt een overzicht gegeven van verschillende zuurstofbronnen, toedieningssystemen en bevochtigingsmethoden. Daarnaast wordt op een praktische manier beschreven hoe bloedgaswaarden geïnterpreteerd kunnen worden. Verder wordt dieper ingegaan op zuurstoftherapie thuis, tijdens vliegreis en vakantie, en worden de wettelijke voorwaarden en financiële tegemoetkoming voor zuurstoftherapie thuis behandeld. Ook wordt meegegeven hoe men de patiënt op een adequate manier kan educeren en aldus therapietrouw met betrekking tot zuurstoftherapie kan bevorderen. Aansluitend werd een patiëntenfolder en -checklist ingesloten omtrent veilige en effectieve zuurstoftoediening thuis. Dit boek kwam tot stand in samenwerking met de actieve werkgroep van de Belgische Vereniging voor Pneumologie Verpleegkundigen, een vereniging binnen de Belgische Vereniging voor Pneumologie.
Praktische gids voor zorgverleners
acco
Belgische Vereniging voor Pneumologie
Société Belge de Pneumologie
acco
Hoofdstuk 1
De gasuitwisseling en bloedgaswaarden C. Lodewijckx en P. Van Bleyenberg
1.1
Mechanisme van de gasuitwisseling
1-3
De gasuitwisseling vormt de primaire functie van de longen. Door de nauwe anatomische en functionele relatie van luchtwegen, longparenchym en bloedvaten kunnen ventilatie (de verwijdering van het in het lichaam geproduceerde koolzuurgas of CO2) en oxygenatie (opname van zuurstof of O2 ter hoogte van de alveolen) plaatsvinden in optimale omstandigheden.
Figuur 1.1. De longblaasjes of alveolen.
17
D E G A S U I T W I S S E L I N G E N B LO E D G A S W A A RD E N
SaO2 en SpO2 worden uitgedrukt in %.2; 4-7; 12 1.5.2 De pulse-oxymeter of saturatiemeter
Saturatiemeters of pulse-oxymeters werken volgens het ‘Beer’s law-principe’: de concentratie van een substantie kan bepaald worden door absorptie van licht. Pulseoxymeters of saturatiemeters meten de saturatie van hemoglobine in de bloedcirculatie door een lichtbundel percutaan te laten schijnen doorheen het capillair bed. De sonde van een saturatiemeter bevat twee lichtbronnen en een detector. De lichtbronnen sturen enerzijds infraroodlicht en anderzijds rood licht doorheen het capillair bed. Dit licht wordt opgevangen door een detector. De hoeveelheid licht ontvangen door de detector wordt omgezet in een percentage dat de saturatie aanduidt.4; 7; 17 De saturatie kan bij volwassenen gemeten worden ter hoogte van vinger (meestal), oor of teen. Bij kleine kinderen kan de meting gebeuren ter hoogte van de hele hand of voet.4
Figuur 1.5. De pulse-oxymeter of saturatiemeter.
Saturatiemeting met de pulse-oxymeter kan in bepaalde situaties vals hoge of vals lage resultaten geven (zie tabel 1.2).4; 7; 17 Bij interpretatie van saturatiemetingen is het dus essentieel rekening te houden met deze potentiële verstorende factoren om foutieve conclusies te vermijden.4; 7; 17
25
PAT I Ă‹ N T E N B RO C H U RE E N - C H E C K L I S T
Zuurstofbronnen
Zuurstof kan via drie bronnen toegediend worden: gasflessen, een zuurstofconcentrator of vloeibare zuurstof.
GASFLESSEN Dit zijn flessen waarin de zuurstof is opgeslagen onder de vorm van gas. Voor zuurstofgebruik bij verplaatsingen bestaan kleine gasflessen (met of zonder spaarventiel) die in een draagtas of rugzak kunnen meegedragen worden. Gasflessen zijn verkrijgbaar op medisch voorschrift bij de apotheek. Het voorschift bij de start van de zuurstoftherapie dient opgemaakt te worden door de longarts. Het voorschift voor de volgende leveringen mag opgemaakt worden door de huisarts. De levering van de gasflessen gebeurt door de apotheek zelf of door de zuurstofleverancier.
ZUURSTOFCONCENTRATOR Dit is een elektrisch apparaat dat ongeveer 20 tot 30 kg weegt en vergelijkbaar is met een klein meubeltje op wielen. De zuurstofconcentrator scheidt de zuurstof van de stikstof die in de lucht aanwezig is. Dit toestel kan ook meegenomen worden op reis. Bij behandeling gedurende een korte periode kan de aanvraag voor een zuurstofconcentrator ingediend worden door de arts-specialist of door de huisarts. Voor langdurige behandeling moet de aanvraag steeds gebeuren door een longarts of kinderarts. Het RIZIV legt bij langdurige therapie ook een aantal voorwaarden op om in aanmerking te komen voor dit systeem. De firma staat in voor de levering en het onderhoud van het toestel. Voor verplaatsingen buitenshuis kan u een draagbaar gasflesje met spaarventiel aanvragen.
101