Zoete verovering (9789492408884)

Page 1

Zoete verovering de z u sj e s br a df or d

B e c k y Wa d e



DE

ZUSJES

BRADFORD

Z�ete �ero�ering B ECKY W ADE Roman Vertaald door Els Geertsema-Geluk

Uitgeverij De Parel – Doornenburg


Voor de beste schrijversvriendinnen die iemand zich maar kan wensen: Katie Ganshert, Courtney Walsh en Dani Pettrey. Uit de grond van mijn hart: bedankt! Deze is voor jullie.


1

V

ijfhonderdelf dagen waren voorbijgegaan sinds hij haar voor de laatste keer had gezien. Vijfhonderdelf dagen waarin hij een leegte en soms zelfs regelrechte eenzaamheid had gevoeld, omdat Britt Bradford niet fysiek aanwezig was geweest. Een reeks van vijfhonderdelf dagen waaraan binnen enkele minuten eindelijk een einde zou komen; want hij, Zander Kingston Ford, was weer thuis. Hij stak zijn handen in de zakken van zijn sweater en liep onder de kersenbomen door waarvan de takken over de ingang van Merry­ weathers historische dorp bogen. Lichtroze bloesems sierden de takken op deze morgen vroeg in april. Hij nam de details van het dorp in zich op zoals een landeigenaar dat zou doen. Hij kende dit historische dorp, deze stad en deze hoek van de staat Washington zo goed. Deze plaats was, meer dan welke andere plaats ter wereld ook, zijn thuis geworden. De beplanting rond de gebouwen leek voller dan voor zijn vertrek het geval was geweest en op de wandelpaden was een nieuwe laag grind aangebracht. Al het andere was precies zoals Zander het zich herinnerde. De diepe groene kleur van het gazon te midden van de dertien historische gebouwen. De witte stammen van de espen die tussen de gebouwen stonden. De lichtgrijze wolken die vanaf de Stille 7


Oceaan binnenrolden. Het houten bordje aan de gevel van Britts chocolaterie waarop in zwarte letters ‘Sweet Art’ te lezen stond. De winkels die in de panden waren gevestigd, zouden het komende uur nog niet opengaan. Maar hij wist dat Britt deze morgen waarschijnlijk al om zes uur in haar keuken te vinden was geweest. In zijn leven had Zander over veel onderwerpen kennis opgedaan: technologie, schrijven, avontuurlijke sporten, reizen, geschiedenis. Maar hij was maar in één ding een ware expert: Britt. Zodra hij deze morgen wakker was geworden, waren binnen in hem twee gevoelens de strijd met elkaar aangegaan: opgewondenheid en bezorgdheid. Opgewondenheid omdat hij niet kon wachten om Britt weer te zien. Bezorgdheid omdat, van alle redenen waarom hij Merryweather anderhalf jaar geleden had verlaten, Britt de belangrijkste reden was geweest. Hij was halverwege het gazon voor Sweet Art toen de winkeldeur openging en twee vrouwen naar buiten stapten. Een van hen was Britt. Zelfs als er zich twee keer zo veel afstand tussen hen in had bevonden, zou hij haar zelfverzekerde houding hebben herkend. Ze was niet lang, maar ook niet kort. Zowel slank als sterk. Haar lichaam was goed geproportioneerd. Zander kwam tot stilstand. Zijn adem stokte in zijn keel. Britt en de andere vrouw bleven op de veranda van de winkel met elkaar staan praten. Britt droeg haar witte bakkersjas en een trainingsbroek. Ze had haar donkerbruine haar boven op haar hoofd in een knot samengebonden, zoals ze bijna altijd deed als ze in haar keuken werkte. De andere vrouw vertrok. Toen Britt zich omdraaide om naar haar winkel terug te gaan, gleed haar blik langs Zander en bleef vervolgens op hem rusten. Ze zette haar hand boven haar ogen vanwege de zon en tuurde naar hem. Even stond zijn hart stil, maar toen klopte het met harde, dreunende slagen weer verder. Britt slaakte een kreet, stoof het trapje van de veranda af en rende in zijn richting. Het dorp leek nog diep in slaap, maar zelfs als het er 8


ontzettend druk was geweest, was ze op precies dezelfde manier op hem afgerend, dat wist hij zeker, want verlegen was ze niet. Blijdschap – diepe, eenvoudige blijdschap – toverde een brede glimlach rond zijn lippen. Hij opende zijn armen en ving haar op. ‘Oef.’ Hij draaide haar tweemaal in de rondte. Daarna zette hij haar voorzichtig weer op de grond en hield haar nog even vast, zodat ze niet om zou vallen, zoals hij ook altijd op emotioneel vlak had gedaan. Ze gaf hem een stevige omhelzing en liet haar wang een tijdlang tegen zijn borstkas rusten. Hij had haar in zijn armen. Hij had Britt in zijn armen. Haar zachte haren streken langs zijn kaak. Haar frisse parfum – die ze had ontdekt toen ze twee jaar in Frankrijk studeerde nadat ze voor haar koksopleiding was geslaagd – vulde zijn zintuigen met de zomerse geur van bloemen, bramen en sinaasappel. Zander deed zijn best om alle gewaarwordingen in zich op te nemen. Ze maakte zich van hem los, keek naar hem op en schonk hem een glimlach. En op dat moment, toen hij daar midden in het historische dorp van Merryweather stond en haar in de ogen keek, zonder dat ze door werelddelen werden gescheiden, schoof het grootste gedeelte van zijn hart – het deel dat haar anderhalf jaar had gemist – weer terug op zijn plaats. Hij hield van haar. Onmiddellijk werd het gelukkige gevoel dat dit besef hem gaf, overschaduwd door verdriet. Van Britt houden was het allerfijnste, maar het was ook zijn grootste beproeving, omdat zij niet op dezelfde manier van hem hield als hij van haar. Hij zou daar ondertussen aan gewend moeten zijn, maar waar het Britt betrof, was hem dat nooit gelukt. Ze waren vrienden. Britt had hem altijd gezien als een goede vriend. Ze legde haar handen op zijn schouders. ‘Je bent teruggekomen.’ ‘Ik heb je beloofd dat ik terug zou komen.’ Ze had de gelaatstrekken van een krijgersprinses. Haar wenkbrauwen verraadden vastberadenheid. Haar amandelvormige bruine 9


ogen onthulden creativiteit. De stand van haar kin straalde onafhankelijkheid uit. Ze had volle lippen en een rechte, slanke neus. ‘Je bent langer geworden,’ zei ze op beschuldigende toon. ‘Nope. Ik ben nog steeds een meter drieëntachtig.’ ‘Dan ben ik vast kleiner geworden.’ ‘Je bent nog precies dezelfde Britt als toen ik wegging.’ Ze leek tevreden met zijn opmerking. ‘Je ziet er moe uit.’ ‘Dat komt doordat ik ook moe ben. Jij ziet er uitgerust uit.’ ‘Dat komt doordat ik ook uitgerust ben. Je haar is langer dan gewoonlijk.’ ‘Weet ik. Het zit in de weg.’ Britt hield haar hoofd schuin en nam hem nauwlettend op. ‘Ik was die speldenprikjes van lichtblauw in je ogen soort van vergeten.’ ‘Ik was soort van vergeten dat je een paar kleine sproetjes op je jukbeenderen hebt.’ ‘Was je mijn sproeten vergeten?’ ‘Ik moet toegeven dat dat inderdaad het geval is.’ ‘Ik ben geschokt,’ zei ze. ‘Ben je afgevallen?’ ‘Misschien een paar pondjes.’ ‘Ben ik aangekomen?’ ‘Absoluut niet.’ ‘Dat zou je ook zeggen als ik wel aangekomen was.’ ‘Ja,’ gaf hij toe. ‘Ik ben niet op mijn achterhoofd gevallen.’ Haar lichtroze lippen gingen aan een kant iets omhoog. ‘Je bent echt een lange tijd weg geweest, Zander.’ ‘Ik weet het.’ ‘En je was erg ver weg.’ Hij knikte. ‘Ik heb je gemist.’ ‘Ik heb jou ook gemist.’ De woorden klonken belachelijk ontoereikend. Alsof je Mount Rainier een heuvel noemde. Totdat hij haar had achtergelaten, had hij er geen idee van gehad dat hij zich zo verloren kon voelen zonder haar. Ze deed een stap naar achteren en zette haar handen op haar heu10


pen. ‘Het is best vreemd om je weer te zien… Alsof ik droom, of zo.’ ‘Ja.’ Na zo’n lange periode was het onwerkelijk om hier te zijn. Met haar. De afgelopen achttien maanden hadden hem veranderd, maar hij hoopte dat ze niets aan haar hadden veranderd. In de periode dat hij weg was geweest, was zij verdergegaan met haar dagelijkse leven in deze kleine stad, zoals ze dat al jaren deed. Daardoor had hij zichzelf ervan kunnen overtuigen dat hij niets miste wat onverdraaglijk was om te missen. ‘Ik verwachtte dat je vandaag tot de middag zou slapen,’ zei ze. ‘Dat was ook de bedoeling.’ Hij had maar vier uur geslapen nadat hij midden in de nacht bij het pension van Bradfordwood – de bed and breakfast van Britts moeder – was aangekomen. ‘Wat gebeurde er? Lukte het niet om langer te slapen?’ ‘Nope.’ Omdat ik niet kon wachten om jou weer te zien. ‘Jetlags zijn irritant.’ ‘Hoelang heb je erover gedaan om van Tokio naar hier te reizen?’ ‘De reis van Tokio naar Honolulu en van Honolulu naar Vancouver duurde achtentwintig uur. In Vancouver heb ik een auto gehuurd en vanaf daar ben ik naar Merryweather gereden.’ ‘Poeh.’ Britt stak haar arm door de zijne en ze begonnen in de richting van Sweet Art te lopen. ‘Ik ben blij dat je thuis bent, maar de reden voor je thuiskomst vind ik erg verdrietig.’ ‘Ik ook.’ Drie dagen geleden had zijn tante Carolyn hem in Japan gebeld om te vertellen dat haar man, Frank, plotseling was overleden. Het nieuws had hem getroffen als een mokerslag. Oom Frank was ruim tien jaar als een vader voor hem geweest. Zelfs tijdens het zoeken naar beschikbare vluchten naar Washington was er één gedachte geweest die in Zanders hoofd de boventoon had gevoerd: Dit kan niet waar zijn. Frank kan niet dood zijn. Zijn onderbewustzijn was vastbesloten geweest het gevecht met de werkelijkheid aan te gaan. De werkelijkheid was dat oom Frank een hardwerkende, betrouwbare, humoristische man was geweest die toegewijd was aan zijn vrouw, tweelingdochters en twee neefjes. En de werkelijkheid was 11


ook dat oom Frank afgelopen zaterdag dood achter het stuur van zijn vrachtwagen was gevonden, blijkbaar als gevolg van een hartaanval. ‘Hoe gaat het met Carolyn?’ vroeg Britt. ‘Naar omstandigheden goed.’ ‘En met jou?’ ‘Goed.’ ‘Echt?’ ‘Ja,’ zei hij. ‘En hoe gaat het met jouzelf?’ ‘Prima.’ ‘Niet in de problemen gekomen de laatste tijd?’ ‘De laatste tijd niet, nee.’ ‘Dus je hebt je gedragen?’ Er klonk iets van ongeloof door in zijn vraag. ‘Ik zei niet dat ik me gedragen heb.’ Ze wierp hem een schalkse blik toe. ‘Ik zei alleen dat ik de láátste tijd niet in de problemen ben gekomen.’ ‘Aha. Heb je een relatie?’ Laat het antwoord alsjeblieft ‘nee’ zijn. ‘Op dit moment niet.’ Ze hadden regelmatig contact met elkaar gehad via tekstberichtjes en Face Time-gesprekken, maar hij had met opzet niet naar haar liefdesleven gevraagd, omdat hij het niet had willen weten. ‘Ik had iets met een jongen die “Anthony” heette, maar we zijn drie maanden geleden uit elkaar gegaan.’ ‘Ben je al drie hele maanden vrijgezel?’ Gemiddeld duurde het maar tweeënhalve seconde voordat Britt weer een nieuw vriendje had. ‘Ik weet het! Ik ben trots op mezelf.’ ‘Wat ging er mis met Anthony?’ ‘Hij onderbrak me steeds. Ik kon mijn zin nooit afmaken.’ Zander hield de deur van Sweet Art open, liet Britt eerst naar binnen gaan en volgde haar toen naar de keuken die zich aan de achterkant van de winkel bevond. In de ruimte hingen de sterke geuren van chocolade en koffie. Aan de met witte metrotegels bedekte muren waren aanrechtbladen van roestvrijstaal bevestigd. Daarbo12


ven hingen planken waar ingrediënten en turquoise, grijze en witte mengkommen op stonden. Britt gebaarde naar een van de krukken die bij het kookeiland stonden. ‘Ga zitten.’ ‘Ik kan je wel helpen –’ ‘Je hebt een jetlag en slaaptekort, dus je gaat zitten.’ Zander gehoorzaamde en Britt begon de keuken schoon te maken. Ondertussen gaf ze Zander een update over haar familie. Haar oudere zus, Nora, was bezig met het organiseren van haar bruiloft, die over zes weken zou plaatsvinden. Haar oudste zus, Willow, was afgelopen zomer getrouwd en woonde met haar man in het nabijgelegen Shore Pine. En Britts ouders waren hun tweejarige periode van zendingswerk in Afrika aan het afronden. Zodra de keuken schoon was, waste ze haar handen en pakte een bordje van een plank. ‘Wacht even.’ Ze verdween door de klapdeur de winkel in en kwam even later terug met vier bonbons op het bordje. Ze bleef een moment bij het aanrecht staan en keek naar de witte bonbons in de vorm van paaseitjes die daar lagen. Waarschijnlijk vroeg ze zich af of ze er daar ook nog een van op zijn bordje moest leggen. Zelfs als ze stilstond en zweeg, straalde Britt energie uit. Hij kon de levensenergie binnen in haar bijna voelen. Ze pakte een paaseitje, legde het erbij en zette het bordje voor hem neer. Hij keek aandachtig naar de bonbons. ‘Wat hebben we hier?’ ‘Dat ga jij mij vertellen.’ Hij trok zijn sweater uit en gooide deze met een zwier aan de kant. Britt lachte. ‘Het is zo leuk om iemand met een verfijnde smaak voor chocolade van mijn creaties te laten proeven. Eindelijk!’ ‘Heeft niemand hier een verfijnde smaak ontwikkeld in de periode dat ik weg was?’ ‘Nee. Het zijn allemaal nog steeds beginnelingen. Jij bent de enige die ooit wat heeft opgestoken van mijn geweldige training.’ Hij pakte een handgemaakte bonbon van pure chocolade. Hij had niet alleen veel van haar training geleerd, maar hij had ook veel boe13


ken over chocolade gelezen. ‘Ik wist dat je die als eerste zou kiezen,’ zei ze zelfvoldaan. Pure chocolade met noten was al lang zijn favoriete combinatie. Hij stopte de bonbon in zijn mond. Eerst liet hij de chocola in zijn mond wat zachter worden en toen begon hij langzaam te kauwen. Hij had gedacht dat hij de smaak van haar chocolade goed had onthouden. Maar nu hij die weer proefde, realiseerde hij zich dat… nee, zijn geheugen had er geen recht aan gedaan. Britt sloeg haar armen over elkaar en leunde met haar heup tegen het kookeiland, terwijl ze leek te wachten tot hij de ingrediënten zou raden. Hij wist dat ze voor de bonbons met pure chocolade ofwel de extra bittere chocola – met tweeënzeventig procent cacao – gebruikte, of de bittere variant – met vierenzestig procent cacao – of de halfbittere chocolade, met vijfenvijftig procent cacao. Voor de lichtergekleurde, zoetere bonbons gebruikte ze melkchocolade met achtendertig procent cacao of witte chocolade met negenentwintig procent cacaoboter. ‘Bittere chocola met vierenzestig procent cacao met macadamianoten en Grand Marnier,’ zei hij. ‘Het is rum, geen Grand Marnier.’ ‘Krijg ik nou geen punten voor mijn antwoord?’ Britt schudde haar hoofd. ‘Ik zou je punten hebben gegeven, als je gestopt was na ‘macadamianoten’. Je probeerde indruk te maken toen je ‘Grand Marnier’ zei. Je trots heeft voor je ondergang gezorgd.’ Haar ogen schitterden van plezier. ‘Ik kan het beter.’ ‘Bewijs het.’ Ze overhandigde hem een servet en een glas ijswater. Hij nam een slok van het water, zoals ze hem geleerd had te doen tussen het proeven van twee bonbons in, en stak een truffel in zijn mond. ‘Extra bittere chocolade met tweeënzeventig procent cacao, ondergedompeld in witte chocola en vervolgens door pompoenkruiden gerold,’ zei hij even later. ‘Ja!’ Glunderend trok hij zijn wenkbrauwen op. ‘Die had ik goed.’ 14


‘Inderdaad,’ stemde ze in. ‘Ondanks het feit dat je het niet kon laten om weer op te scheppen, door de pompoenkruiden te noemen.’ ‘Ja, maar deze keer wist ik het zeker. Ik ben lang weggeweest, maar ik ben nog steeds een chocolade-expert.’ ‘Nou, “expert” is een beetje veel gezegd, maar je zou nog steeds door kunnen gaan voor “chocoladekenner” als –’ ‘We kunnen niet allemaal “meesterchocolatier” zijn.’ ‘Als je de ingrediënten van minstens twee van de drie overgebleven bonbons goed hebt.’ ‘Ik gedij onder druk.’ ‘En ik gedij als ik personen van wie de smaakpapillen tijdens hun internationale reizen achteruit zijn gegaan, kan vernederen.’ ‘Die woorden ga jij zo meteen terugnemen.’ In ieder land dat hij had bezocht, was hij op zoek gegaan naar chocolade. Hij had steekproeven genomen, foto’s naar Britt gestuurd en de beste producten naar Washington gestuurd zodat ze ze kon proeven. Als dit hem niet zou lukken, kwam dat niet omdat hij geen kennis van chocolade had. Dan kwam het doordat hij te veel afgeleid was door Britt, met haar paarse tennisschoenen, korte vingernagels met grijze nagellak en haar bakkersjas waarop haar naam in schuine letters was geborduurd. Hij pakte een bolvormige bonbon en stopte die in zijn mond. Jarenlang had hij ervoor gebeden dat Britt verliefd op hem zou worden of dat zijn verliefdheid op haar over zou gaan. God had zijn gebeden niet verhoord. Dus toen hij op reis ging, had hij gehoopt dat de tijd zijn hart zou veranderen. Maar Zanders liefde voor Britt was sterker gebleken dan zijn eigen wilskracht. Sterker dan afstand. Sterker dan tijd. Hij wilde méér van haar zijn, dan alleen een vriend. Maar als hij haar dat vertelde, zou ze waarschijnlijk medelijdend en verdrietig reageren. Zijn bekentenis zou de bijzondere dynamiek tussen hen geen goed doen en vervolgens zouden ze moeten doen alsof er niets aan de hand was. Hij was niet bereid om iets te doen of te zeggen wat een risico 15


voor hun vriendschap kon betekenen. Want hoewel hun vriendschap soms een marteling voor hem was, was die ook het beste wat hij in zijn leven had.

Britt raakte het opgewonden gevoel maar niet kwijt. Zander zat in haar keuken. Zander! Haar Zander. Het voelde zowel vreemd als vertrouwd om hem hier te hebben. Erg vertrouwd. Erg vreemd. ‘Melkchocolade, met achtendertig procent cacao, met hazelnoten en kaneel,’ zei hij. ‘Weer goed.’ Een paar dagen nadat ze allebei aan hun eerste jaar op Merry­ weather High School waren begonnen, had ze hem ontmoet. In die tijd was Zander zo dun en opstandig en wantrouwend geweest als een gewond dier. Hij had geen gemakkelijke kindertijd bij zijn ouders gehad, die in een ruige buurt van st. Louis hadden gewoond. Maar het was pas echt fout gegaan op zijn twaalfde, toen zijn vader in de gevangenis terecht was gekomen. Zander en zijn broer Daniel hadden daarna twee jaar lang bij hun aan drugs verslaafde moeder gewoond, tot de dag waarop hun huis en ‘normale leven’ letterlijk in vlammen waren opgegaan. Het had jaren geduurd voordat Britt Zander zover had gekregen dat hij het verhaal van die dag aan haar vertelde. De kinderbescherming had de jongens direct bij hun moeder weggehaald en de voogdij was naar de zus van hun moeder, Carolyn Pierce, en haar man Frank gegaan. Zander was naar Washington overgebracht en hij was daar aangekomen als een lusteloze en teruggetrokken jongen. Hij had Britt veel moeite laten doen om zijn vriendschap te verdienen, maar ze had bijna niets anders in haar leven gedaan dat zo de moeite waard was gebleken. 16


Ze keek naar hem, terwijl hij de bonbon met gepofte rijst proefde. De veertienjarige jongen van toen was al lang verdwenen. Die had plaats gemaakt voor de succesvolle volwassen Zander, die niets meer hoefde te bewijzen. Toen ze daarnet op de veranda van Sweet Art had gestaan, en zijn slanke lichaam, donkere haar en wat timide uitstraling had herkend, was er een schok door haar heen gegaan. Tot haar opluchting zag hij er nog bijna hetzelfde uit. Zijn bleke huid vormde een schril contrast met zijn haar, dat bijna zwart was. Zijn kaak, jukbeenderen en neus tekenden zich scherp af in zijn gezicht. Rechte wenkbrauwen. Volle wimpers. Zander had een romantisch, ietwat mistroostig, meestal serieus gezicht. Hij zou zo door kunnen gaan voor een negentiende-eeuwse dichter. De kleding die hij droeg, herinnerde ze zich van de tijd voordat hij op reis was gegaan: een grijs T-shirt waar ‘Atari’ op te lezen stond en zijn favoriete spijkerbroek. Ze kon geen nieuwe tatoeage ontdekken op zijn armen die er tot aan zijn polsen mee bedekt waren. Maar haar intuïtie vertelde haar dat er in zijn binnenste wel iets was veranderd. Hij had anderhalf jaar lang in zijn eentje de wereld over gereisd. Iedereen die zoiets had beleefd, zou veranderd zijn als hij weer thuiskwam; zo’n reis maakte je volwassener en zelfstandiger. Ze moest niet verrast en rouwig zijn om het feit dat hij niet precies dezelfde persoon meer was als toen hij was vertrokken. En ze moest zich ook geen zorgen maken om die behoedzame blik in zijn oceaanblauwe ogen. Na een tijdje zou ze hem wel over kunnen halen om zijn schild te laten zakken. Voor vandaag was het voldoende dat híj in ieder geval geloofde dat zíj nog precies dezelfde was. Dat had hij gezegd toen ze op het gazon stonden: ‘Je bent nog precies dezelfde Britt als toen ik wegging.’ Maar dat klopte niet. In de periode tussen nu en de laatste keer dat hij haar had gezien, was ze gewond geraakt op een manier waar hij niets van afwist. Ze was er dankbaar voor dat hij het niet aan haar had gezien. ‘Melkchocolade met achtendertig procent cacao,’ zei hij, ‘met gepofte rijst, pecannoten, pistachenoten en gekonfijte sinaasappelschil.’ 17


‘Nope. Gepofte rijst, amándelen, pistachenoten en gekonfijte sinaasappelschil.’ ‘Deksels. Nu moet ik de ingrediënten van dit paaseitje goed hebben, want ik ben vastbesloten om de titel van chocoladekenner te behouden.’ Hij stopte het eitje in zijn mond. Zijn ogen vernauwden zich terwijl hij haar aankeek. Uiteindelijk slikte hij het door. ‘De buitenkant is van witte chocolade met negenentwintig procent cacaoboter en de vulling is gezouten karamelganache.’ ‘Het paaseitje was te makkelijk.’ ‘Het was aardig van je om me dit inkoppertje te geven.’ ‘Ja, hè? Ik ben verrast door mijn eigen genereuze gebaar.’ ‘Die bonbons waren stuk voor stuk heerlijk, Britt.’ ‘Dank je.’ Ze zette zijn bordje in de gootsteen. ‘Koffie?’ ‘Graag.’ ‘Drink je je koffie nog steeds met melk?’ ‘Yep.’ Hij volgde haar de winkel in. ‘Drink jij nog steeds cappuccino?’ ‘Yep.’ Ze liep naar de espressomachine. ‘Dit is de eerste keer dat je weer in Amerika bent sinds je boek is uitgekomen. Heb je het op het vliegveld in de boekwinkels zien liggen?’ ‘Ja, inderdaad.’ ‘Het ligt overal. Wal-Mart, Target, de supermarkt. Iedere keer als ik jouw boek zie liggen, wil ik het uit het schap pakken en bij iedereen in de winkel onder zijn neus duwen. Ik ben er belachelijk trots op, hoewel ik er niets mee te maken heb gehad. ‘Je hebt er wel iets mee te maken gehad.’ Hij haakte zijn duimen achter de riemlussen van zijn broek, een gewoonte die hij al lang had. ‘Toen ik jou vertelde dat ik erover dacht om een boek te gaan schrijven, was jij degene die me ervan overtuigde dat ik het zou kunnen. Toen ik aan de eerste versie werkte, heb jij me minstens vijf keer overgehaald om er niet mee te stoppen.’ ‘Omdat je mijn vriend bent, maar ook omdat ik wist dat het boek een succes zou worden. Ik had gelijk.’ Er verscheen een kuiltje in zijn wang. ‘Weet je ook nog aandelen 18


die het goed gaan doen?’ ‘Je hoeft niet in aandelen te gaan investeren. Je gaat meer dan genoeg verdienen met je carrière als schrijver.’ Drie jaar geleden was Zander begonnen met het schrijven van een thriller – met de toepasselijke titel ‘De genieën’ – over een bolleboos die voor de FBI werkte om een kwaadaardig genie slimmer af te zijn en deze in de kraag te grijpen. Het verhaal was spannend, zat goed in elkaar en bevatte veel plots. Tijdens een veiling waren meerdere uitgevers de strijd met elkaar aangegaan om het manuscript te bemachtigen en het winnende bod had de andere ver overtroffen. Het voorschot dat Zander had ontvangen had hem in staat gesteld om zijn technische baan in Merryweather op te zeggen, zijn laptop in zijn koffer te stoppen en te schrijven terwijl hij reisde. De genieën was negen maanden geleden op de markt verschenen en gelijk doorgeschoten naar de top van de New York Times-bestsellerslijst, en daar stond het nog steeds in. Britt pakte twee mokken uit de kast. Toen hij de kastdeur voor haar dichtdeed, voelde ze een golf van genegenheid door zich heen gaan; zijn drang om deuren en lades te sluiten, was ook een van zijn oude gewoontes. Ze gingen aan de houten plank zitten die aan een van de binnenmuren van de winkel was bevestigd, en tevredenheid verwarmde haar binnenste. Ze voorzag onbekenden graag van chocolade en koffie. Maar ze vond het héérlijk om Zander van chocolade en koffie te voorzien. Vooral nu, nu hij wel wat steun kon gebruiken vanwege het overlijden van zijn oom. Ze blies in haar cappuccino. Ze had een grote familie en een grote groep vrienden. Zander had alleen zijn broer, Frank, Carolyn en haar. Op het moment dat Frank was overleden, had Zander een van zijn vier intimi verloren en ze zou alles doen wat ze kon om hem te helpen. ‘Nikki vertelde dat ze had gehoord dat Frank, nadat hij vrijdagmiddag van zijn werk was vertrokken, niet meer is gezien totdat ze hem de volgende morgen in zijn vrachtwagen vonden.’ ‘Dat klopt. Carolyn denkt dat hij onderweg naar huis die hartaan19


val heeft gekregen.’ ‘Waarom werd hij de volgende dag pas gevonden?’ Zander haalde een schouder op. ‘Hij had zijn vrachtwagen keurig aan de kant van de weg geparkeerd. Pas de volgende dag werd er iemand argwanend en meldde het.’ ‘Ze hebben hem aan Shadow Mountain Road gevonden?’ ‘Ja, inderdaad.’ ‘Dat ligt niet op de route van zijn werk naar huis.’ ‘Nee. Carolyn denkt dat hij misschien nog even een boodschap ging halen.’ ‘Arme Frank,’ zei Britt. ‘Arme Carolyn.’ ‘Het is al erg genoeg dat Frank zo plotseling is overleden, maar het feit dat Carolyn op het einde niet bij hem was, maakt het nog erger.’ ‘Die vrijdagavond moet vreselijk voor haar zijn geweest.’ ‘Inderdaad. Ze heeft zich de hele nacht zorgen gemaakt en geprobeerd hem te bereiken op zijn telefoon.’ ‘Dat is afschuwelijk.’ ‘Ik ga morgenochtend met haar naar het politiebureau. Dan krijgen we het voorlopige autopsierapport.’

Fragment uit Zanders dagboek, van vier jaar geleden: Britt is de persoon die het dichtst bij me staat, toch is ze niet dichtbij genoeg. En ‘niet dichtbij genoeg’ begint te voelen alsof ik vastgeketend ben. Alsof ik gevangen zit in een kamer, terwijl ik weet dat er zich bergen en oceanen buiten die kamer bevinden. Maar ik kan ze niet bereiken. Ik zit vastgeketend. Ik ken Britt, maar ik weet niet hoe het voelt om haar te kussen. Ik weet niet hoe het is om haar eerlijk te vertellen wat ik voel. Ik zit vastgeketend. 20


Lees ook de andere delen in de serie De zusjes Bradford:

Liefde op een briefje

Hij is een alleenstaande vader die de liefde heeft opgegeven. Zij is een carrièrevrouw die geen tijd heeft voor romantiek. En toch springt er een vonkje over… Garner Bradford, erfgenaam van het in zwaar weer verkerende Bradford Shipping, weet niet veel van baby’s, maar als hij als alleenstaande vader met zijn pasgeboren dochtertje achterblijft, leert hij al snel dat er bij het vaderschap veel meer komt kijken dan hij ooit had gedacht. In zijn dagboek beschrijft hij zijn strubbelingen met de opvoeding, alle zorgen die zijn gebroken hart met zich meebrengt en zijn gevoelens voor een vrouw die hij eigenlijk helemaal niet wil voelen. Carrièrevrouw Kathleen Burke heeft totaal geen zin om zich ergens te settelen. Ze heeft grote dromen en in geen daarvan komt Garner of het kleine plaatsje waar hij woont voor. Toch lukt het haar op de een of andere manier niet om haar knappe baas uit haar hoofd en hart te zetten. Er is iets onweerstaanbaar aantrekkelijks aan zijn prachtige, groene ogen… Liefde op een briefje | Becky Wade ISBN 9789492408129 | 176 pagina’s | € 6,95


Hart op het spel

Zij duikt het liefst met haar neus in het verleden. Hij is een man van het hier en nu. Durven ze hun hart op het spel te zetten? Genealoog Nora Bradford brengt haar dagen het liefst door in het historische dorp dat ze bezit, terwijl ze zich begraaft in het verleden, haar werk en boeken. Nadat er drie jaar terug abrupt een einde kwam aan haar relatie besloot ze alles wat met romantiek te maken heeft vaarwel te zeggen. Anders dan Nora is voormalig SEAL-marinier John Lawson een moderne man; doorgaans voor de volle honderd procent gericht op het hier en nu. Maar als John, die als kind is geadopteerd, te horen krijgt dat hij een erfelijke aandoening heeft, wordt hij gedwongen om in de geheimen van zijn voorouders en voorgeslacht te duiken. John roept Nora’s hulp in om de identiteit van zijn biologische moeder te achterhalen en samen doen ze er alles aan om haar te vinden. Het duurt niet lang of er bloeit iets tussen hen op. Maar John heeft al een vriendin en Nora is er nog niet uit of ze haar boekhelden wil opgeven voor een echte relatie. Is de aantrekkingskracht tussenbeide sterk genoeg om alle tegenstellingen te overwinnen? Hart op het spel | Becky Wade ISBN 9789492408150 | 418 pagina’s | € 21,50


Ondersteboven van jou

Zij wil niets liever dan hem en hun hele verleden samen vergeten. Hij is vastbesloten om haar voor zich terug te winnen. Raken ze weer ondersteboven van elkaar? Willow Bradford geniet van de vredigheid in haar geboorteplaats Merryweather nu ze een paar maanden vrij heeft genomen van haar hectische baan als bekend model om tot rust te komen en het pension van haar ouders te runnen. Maar aan die rust en vredigheid komt abrupt een einde wanneer ze onverwacht oog in oog staat met haar ex-vriend, Corbin Stewart. Voormalig quarterback Corbin is sterk, charmant en gewend te krijgen wat hij wil… behalve als het om Willow gaat. Na hun breuk is hij nooit in staat geweest om haar uit zijn hoofd te zetten en wanneer hun paden elkaar onverwacht kruisen, merkt hij dat hij nog steeds veel voor haar voelt. Dat leidt ertoe dat hij zich voorneemt om haar zover te krijgen dat ze hem een tweede kans geeft. Maar Willow maakt hem heel duidelijk dat ze geen toekomst ziet in hun relatie. Dan brengt een familiemysterie hen echter weer bij elkaar en komen ze er niet onderuit om samen naar de antwoorden op de vele vragen te zoeken. Het duurt niet lang of oude gevoelens komen boven, maar zijn die sterk genoeg om het hartzeer uit het verleden en de hindernissen in het heden te overwinnen? Ondersteboven van jou | Becky Wade ISBN 9789492408624| 416 pagina’s | € 21,50


Zij heeft altijd volgehouden dat ze gewoon vrienden wil zijn. Hij is al sinds zijn veertiende stapelverliefd op haar. Lukt het hem om haar hart te veroveren?

De onafhankelijke en avontuurlijke Britt Bradford heeft van haar passie haar werk gemaakt: chocolade maken. Daar geniet ze van en ze heeft het gevoel dat haar leven compleet is, maar als haar beste vriend Zander na een wereldreis terugkomt, merkt ze dat er iets is veranderd. Waar ze er eerder tevreden mee was dat hij gewoon haar vriend is, verlangt ze nu naar meer. Zander Ford is het de afgelopen jaren voor de wind gegaan. Zijn eerste boek werd meteen een bestseller en met het geld dat hij daarmee verdiende, kon hij een wereldreis maken. Maar ondanks alles wat hij heeft bereikt, ontbreekt het hem aan dat wat het allerbelangrijkste voor hem is: Britts hart. Als Zanders oom onder raadselachtige omstandigheden overlijdt, neemt Zander zich voor zijn dood te onderzoeken en Britt staat erop hem te helpen. Hoewel dit ervoor zorgt dat ze veel tijd met elkaar doorbrengen, begrijpen ze allebei dat een relatie hun vriendschap op het spel kan zetten. Maar Zander vindt het steeds moeilijker om de gevoelens die hij al jarenlang voor Britt heeft verborgen te houden en besluit ten slotte dat er niets anders op zit dan Britt te veroveren‌

Zoete verovering is het derde en laatste deel van de romantische serie De zusjes Bradford die de liefdesverhalen van drie zussen in een klein, gezellig plaatsje in Pacific Northwest volgt. Eerder verschenen de novelle Liefde op een briefje en de romans Hart op het spel en Ondersteboven van jou.

isbn 978-94-92408-88-4

de Parel


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.