1 minute read
Proefversie©VANIN
by VAN IN
- Anouar leent eigenlijk € 2 000 van het koeriersbedrijf. Zij schieten die som voor zodat hij een fiets kan kopen.
- In ruil vraagt het koeriersbedrijf een vergoeding voor die lening: in dit geval € 200.
- Anouar betaalt dus elke maand € 200 aan het koeriersbedrijf, tot hij € 2 000 terugbetaald heeft. Dat duurt tien maanden.
- Ver volgens is er nog een extra elfde maand om die laatste € 200 terug te betalen, als vergoeding voor de lening.
Dat is één systeem. Maar vaak loopt het anders.
Anouar kan bijvoorbeeld een fietslening aangaan bij de bank. Hij leent € 2 000 en koopt daarmee de fiets. Die kost hem in dat geval maar € 2 000, toch?
Niet echt, want de bank vraagt geld in ruil voor die lening.
- Het bedrag dat de bank jou leent en dat jij dus moet terugbetalen, noemen we schuld. In dit geval is dat € 2 000.
- De vergoeding die de bank je vraagt om dat geld te lenen, noemen we rente. De rente bedraagt een bepaald percentage van het bedrag dat je geleend hebt. Dat percentage wordt ook de rentevoet genoemd. In dit geval is dat 10 % per maand.
In ons eenvoudige voorbeeld mag Anouar tien maanden lang afbetalen aan de bank. De bank rekent daarvoor 10 % rente aan per maand. 10 % van € 200 is € 20.. Anouar zal dus elke maand € 200 schuld + € 20 rente moeten terugbetalen. Na tien maanden heeft hij alles terugbetaald met rente: € 2 200 in totaal.
1 Een fietslening a Hoeveel bedraagt de rentevoet? b Wat is de maximale looptijd waarvoor je kunt kiezen? c In de advertentie geeft men als voorbeeld een lening van € 1 500 over 24 maanden.
Woon-werkverkeer met de fiets wordt steeds populairder en we gebruiken daarvoor steeds vaker een elektrische fiets. Maar die kost behoorlijk wat geld. Daarom bieden alsmaar meer banken een fietslening aan.
Bestudeer de advertentie en beantwoord de vragen.
- Hoeveel moet je dan per maand betalen?
- Hoeveel betaal je in totaal?
- Vind je dit een aanlokkelijk voorstel? Waarom wel? Waarom niet? Leg uit.