TALENT 2 - Leesboek - Thema 3

Page 1

2

Leesboek 71123_TALENT 2_LEESBOEK 2_ 580252-3.indd 2

22/01/18 14:26


TALENT 2 - Leesboek Bij TALENT voor het 2e leerjaar horen volgende materialen: Voor de leerling: • Leesboek • Taalschrift A • Taalschrift B • Taalschrift C • Spellingschrift • Projectbundel - Wist je dat? • Projectbundel - Van dino’s tot dodo’s • Projectbundel - Dat is mooi, niet?

Voor de leraar: • Handleiding A • Handleiding B • Handleiding C • Correctiesleutel Taalschrift A • Correctiesleutel Taalschrift B • Correctiesleutel Taalschrift C • Correctiesleutel Spellingschrift • Zorg- en evaluatiemap A • Zorg- en evaluatiemap B • Zorg- en evaluatiemap C

Voor de klas: • Talentbib • Wandplaten • Cd- en dvd-box Digitale ondersteuning (zie ook www.talentvoortaal.be/digitaal) • Bingel Max • Bingel Plus • Bingel Start

Fotokopieerapparaten zijn algemeen verspreid en vele mensen maken er haast onnadenkend gebruik van voor allerlei doeleinden. Jammer genoeg ontstaan boeken niet met hetzelfde gemak als kopieën. Boeken samenstellen kost veel inzet, tijd en geld. De vergoeding van de auteurs en van iedereen die bij het maken en verhandelen van boeken betrokken is, komt voort uit de verkoop van die boeken. In België beschermt de auteurswet de rechten van die mensen. Wanneer u van boeken of van gedeelten eruit zonder toestemming kopieën maakt, buiten de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen, ontneemt u hun dus een stuk van die vergoeding. Daarom vragen auteurs en uitgevers u beschermde teksten niet zonder schriftelijke toestemming te kopiëren buiten de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen. Verdere informatie over kopieerrechten en de wetgeving met betrekking tot reproductie vindt u op www. reprobel.be. Ook voor het digitale lesmateriaal gelden deze voorwaarden. De licentie die toegang verleent tot dat materiaal is persoonlijk. Bij vermoeden van misbruik kan die gedeactiveerd worden. © Uitgeverij VAN IN, Wommelgem, 2018 De uitgever heeft ernaar gestreefd de relevante auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Wie desondanks meent zekere rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht zich tot de uitgever te wenden.

Eerste druk 2018 Art. 580252 / 3

71123_TALENT 2_LEESBOEK 2_ 580252-3.indd 3

22/01/18 14:26


THEMA

3

Onder mijn bed

Talent2_Leesboek.indb 35

17/01/18 13:28


Talent2_Leesboek.indb 36

17/01/18 13:28


les 2

Vlot en vloeiend lezen

Ik kan woorden net als einde en schatje lezen.

1 Woorden dikke toffe domme volle knappe vlugge

rare zere sluwe grote grijze mooie

ijsje aapje oudje wolfje uiltje uurtje

lesje vaasje musje haartje schuurtje deurtje

vestje zalfje kerkje krukje slokje blikje

2 Zinnen Er zijn geen domme vragen. Mijn knappe opa heeft grijze haren. Dat zijn mooie bloemen. In het hoekje staat een vaasje. Er zit een haartje in mijn soep. Ik neem een slokje uit het blikje.

W

sluw op een gemene manier slim sip droevig, verdrietig triest verdrietig

3 Gevoel “Papa, kan een ding pijn hebben? Kan een ding sip zijn?” vraagt Salma. “Nee, een ding heeft geen gevoel”, zegt papa. “Dat is fijn”, zegt Salma. 5 “Dan voelde het vaasje niks toen het viel.” “Ho, wacht!” zegt papa. “Bedoel je ons mooie vaasje? Ik heb wel gevoel, hoor! En nu voel ik me heel triest.”

Thema 3 - les 2

Talent2_Leesboek.indb 37

37

17/01/18 13:28


4 Bang

5

10

15

20

38

Er was eens een vrouw. Ze leek heel gewoon. Maar dat was niet zo. Er was iets raars met haar. Ze was nergens bang voor. Een dikke spin met haar op zijn lijf? Die aaide ze of het een poes was. Een film met monsters? Daar moest ze om lachen. Niets kon haar bang maken. Daar werd de vrouw sip van. Meneer Voetjes was haar buurman. Hij zag hoe naar de vrouw het vond. “Ik zal u helpen”, zei meneer Voetjes. “Ik zal u bang maken.”

W

naar akelig, vervelend

“Hoe zou u dat willen doen?” vroeg de vrouw. “Zal ik een eng masker opdoen?” vroeg meneer Voetjes. “Ik ben bang dat het dan nog niet lukt”, zei de vrouw. “Wat zei u daarnet?” vroeg meneer Voetjes. “Ik zei: ik ben bang ...” zei de vrouw. “Hee, wacht, ik ben dus wel bang! Dank u wel, meneer Voetjes.” De vrouw rende weg. “Hoera, ik ben bang!” juichte ze.

Thema 3 - les 2

Talent2_Leesboek.indb 38

17/01/18 13:28


les 6

Een bed op reis

Riet Wille

Deel 1

5

10

15

20

25

30

In een land in een stad in een straat in een winkel staat een bed. Het staat er al jaren maar geen mens die het kopen wil. Klanten vinden of de kleur niet mooi, of de poten te klein, of de sprei te saai of ... De baas van de winkel zet er een bordje bij: KOOPJE Maar ook niet voor een klein prijsje mag het bed de winkel uit. Het bed kijkt om zich heen en zegt met een kraak in zijn stem: “Luister, nu ben ik het zat. Ik heb het hier wel gehad. Altijd diezelfde muren, enkel kasten als buren. Ik sta hier al veel te lang, en reizen maakt me niet bang. Ik kom vast en zeker weer, mét een verhaal deze keer.” Het bed strekt zijn vier poten en stap na stap na stap ... hinkt het de winkel uit.

W

het koopje iets dat heel goedkoop is het zat zijn er genoeg van hebben strekken lang maken hinken moeilijk lopen

Thema 3 - les 6

Talent2_Leesboek.indb 39

39

17/01/18 13:28


Deel 2

5

10

15

20

25

40

Buiten is alles rustig en donker. Het bed loopt straat in straat uit ... Het stappen lukt steeds vlotter. Zo komt het bij een plek met bomen, struiken, banken en een paar mooie bloembedden. Op een bank zit een man te snikken. “Ik kan maar niet slapen”, huilt hij. “Elke nacht weer hetzelfde liedje. Moe ga ik naar bed maar slapen wil niet lukken. Ik probeer tot rust te komen door een prachtig boek te lezen, door wel duizend schapen te tellen, door aan leuke dingen te denken ... niets helpt. Doodop ben ik. Ik wou ... ik wou ... Weet je wat ik wou? Eens een nacht heel lang slapen, zonder ook maar één keer wakker te worden.” Het bed stapt naar de man toe en belooft: “Ga liggen, ik help je wel. Bij mij slaap je diep en snel. Ik laat je tot rust komen, in een nacht vol zoete dromen.”

W

vlot gemakkelijk weer hetzelfde liedje opnieuw hetzelfde doodop heel erg moe

Thema 3 - les 6

Talent2_Leesboek.indb 40

17/01/18 13:28


Deel 3 De man wandelt om het bed heen. Hij betast de matras en gaat dan zitten. Hij wacht eerst een poosje en gaat pas dan liggen. Het bed begint heen en weer te schommelen. Ook zingt het een wiegeliedje. Het gaat over een schaap met witte voetjes. Als een blok valt de man in slaap. Toch stopt het bed niet met wiegen.

5

10

15

20

Een bed op reis | Riet Wille

Oelewapper van de week | Karla Stoefs

Een bed staat al lang te koop. Het wil zo graag eens op reis. Op een dag … stapt het de winkel uit. Het wordt een gekke tocht! Het bed helpt een man, een verliefd paar en een oude vrouw. Dan wil het terug naar de winkel. Het bed ziet er nu anders uit: zijn poten, zijn kleur en zijn sprei. Hoe dit sprookje eindigt? Dat moet je zelf maar lezen …

Haal meer uit dit boek! Ga snel naar bingel.be.

Th 1_Oelewapper van de week_COVER.indd Alle pagina's

De ochtend erna, fluit een merel de man wakker. Hij kijkt om zich heen en snapt er helemaal niets van. “Waar ... wie ... wat ...?” stamelt hij. “Ik sliep de hele nacht door. Een wonder is geschied! Bed, ik denk dat ik je meeneem naar huis.” Maar het bed zegt met krakende stem: “Nee, ik denk niet dat het kan, verder reizen is mijn plan. Ik loop er graag hipper bij. Dus wil je iets doen voor mij? Ik wil een nieuw kleurtje aan. Rood zal me vast beter staan.” De man laat zijn hand rusten op het hout. Hij aait het even. “Daar zorg ik voor”, knikt hij. “Beloofd!” En die avond ... reist een ROOD bed weer verder.

W

betasten voelen, aanraken het wiegelied slaaplied de merel kleine zwarte vogel stamelen niet vlot praten een wonder is geschied er is een wonder gebeurd

Oelewapper vanreis de week Een bed op Karla Stoefs | Mark Borgions Riet Wille | Bas De Wit

Meer lezen? Een bed op reis, Riet Wille, Talentbib 2

2

30/05/17 11:59

Thema 3 - les 6

Talent2_Leesboek.indb 41

41

17/01/18 13:28


les 9

Vlot en vloeiend lezen

Ik kan woorden net als deurslot lezen.

1 Woorden voetbal duikboot deurmat vuurwerk oorlel jaszak

stoelpoot rookbom kastdeur schrijffout koelkast kleurdoos

bakfiets doelpaal zeester deurbel grasspriet rolstoel

spoorweg grapjas dakgoot melkfles ringmap meetlat

dakpan zakdoek buurman speelplaats pretpark rugzak

W

het vuurwerk

2 Zinnen Jan heeft een rolstoel. De bal ligt in de dakgoot. Past die melkfles in je jaszak? Ik steek de spoorweg over. Vlees hoort in de koelkast. In een pretpark is het leuk.

3 Blij

5

42

Jan zit in een rolstoel. Veel mensen vinden hem zielig. Maar Jan zelf niet, hoor. “Ik ben vaak heel blij”, zegt hij. “En soms is een rolstoel juist fijn. Neem nu in een pretpark. Ik hoef nooit in de rij te staan. Ik mag meteen ergens in. Daar word ik heel blij van.”

de bakfiets fiets waar een bak aan is de spoorweg spoor waar een trein op rijdt de grapjas iemand die graag grapjes maakt

Thema 3 - les 9

Talent2_Leesboek.indb 42

17/01/18 13:28


4 Jaloers

5

10

15

20

25

Rune is moe van het stappen. Hij gaat op een bankje zitten. Er komt een meisje op een fiets langs. “Die hoeft niet te stappen”, zucht Rune. “Ik wou dat ik dat meisje was.” Hij zegt het tegen een mus. Maar het is geen gewoon musje. Het is een wens-mus. En dus ... hup, Rune zit op de fiets. Rune is blij, want dit gaat lekker snel. Maar dan haalt een auto hem in. Er zit een man aan het stuur. “Die man boft maar”, zegt Rune. “Ik wou dat ik die man was.” Hup ... Rune is de man. Hij rijdt naar zijn werk.

W

boffen geluk hebben

Daar moet hij veel doen. Hij moet naar een afspraak. Hij komt in zijn auto langs een bankje. Daar zit een jongen in de zon. “Ik wou dat ik die jongen was”, zucht hij. Hup ... Rune zit op het bankje. Er komt een meisje op een fiets langs. “Nee”, lacht Rune tegen de mus. “Ik wil niet meer ruilen. Ik blijf Rune en stap fijn naar huis.”

Thema 3 - les 9

Talent2_Leesboek.indb 43

43

17/01/18 13:28


les 13

Schaamte

5

10

15

20

25

44

Rien Broere

Simon is gauw bang en dat is niet leuk. Net als die keer op bezoek bij zijn tante. “Ga toch lekker buiten spelen”, zei tante. Achter de huizen was een grasveld. Het was er doodstil, maar er lag een bal. Simon trapte er een paar keer tegen. Toen zag hij een grote jongen. Zou het zijn bal zijn? dacht Simon. Ik kan maar beter weggaan. Hij rende door de tuin naar binnen. Hij was veilig bij papa en mama. Of dat dacht hij ... Er zaten twee vreemde mensen in de kamer. Hij was zomaar een ander huis in gegaan! “Wat doe jij hier?” vroeg de man. Simon werd vuurrood van schaamte. “Er was een grote jongen”, zei hij. “Die wou mij ...” Er kwam nog iemand binnen. Het was ... de grote jongen. “Wat wilde die jongen?” vroeg de man. “Niks”, zei Simon gauw. Hij rende het huis uit naar zijn tante. “Jij hebt fijn gespeeld”, zei zijn tante. “Je ziet er rood van.” Simon zei niks. Hij schaamde zich al erg genoeg.

W

doodstil heel stil de schaamte een vervelend gevoel, je wou dat je het niet gedaan had, of dat je ergens anders was

Thema 3 - les 13

Talent2_Leesboek.indb 44

17/01/18 13:28


Verdriet

5

10

15

20

25

Rien Broere

Witje, het konijn van Mats, is dood. Mats wilde haar een wortel voeren. Witje lag stil in de hoek van haar kooi. Haar sneeuwwitte buikje ging niet op en neer. Mats snapte het meteen. Hij moest er erg om huilen. Dagen later is zijn verdriet nog niet over. Mats voelt zich rot. Hij moet de hele tijd aan Witje denken.

W

je rot voelen je slecht voelen

Het is vier weken later. Papa roept Mats. “Kijk eens wat ik voor je heb.” De mond van Mats valt open van verbazing. Het is een ... poesje. Het is nog heel jong en heel klein. Het is zacht als een bol wol. “Aah, wat is ze lief!” zegt Mats. “Ik noem haar Siep.” Wat is Mats blij met Siep. Maar soms denkt hij weer aan Witje. Dan voelt hij een steek in zijn buik. “Jij was ook lief, Witje”, zegt Mats. Dat helpt een beetje tegen het verdriet. Hij kan weer blij zijn met Siep. Maar Witje ... die vergeet hij nooit!

Thema 3 - les 13

Talent2_Leesboek.indb 45

45

17/01/18 13:28


Twijfel

5

10

15

20

25

46

Rien Broere

Vandaag is het de verjaardag van Hanne. Daarom mag zij beslissen wat ze gaan eten. Maar Hanne kan niet gemakkelijk kiezen. “Friet, daar heb ik eigenlijk ontzettend veel zin in! Of nee, nu ik erover nadenk: doe maar liever pasta. Of zal ik een heerlijke pizza nemen?” “Kom op, neem een beslissing, Hanne”, zegt haar moeder ongeduldig. “Ik weet het al”, zegt Hanne vrolijk na even nadenken. “Ik kies rijst met kip.” “Dan eten we dat”, zegt haar moeder. “Of nee, wacht ...” zegt Hanne. “Nee, niet weer!” kreunt haar moeder. Ze zitten aan tafel. Mama komt binnen met een groot bord. Ze zet het voor Hanne neer. Hanne moet lachen. Er ligt friet op het bord. Daar ligt een hoopje pasta naast. En ook nog een stuk pizza. En een bergje rijst met kip. “O wat heerlijk!” roept Hanne. Ze pakt haar vork. “Ik eet heel het bord leeg”, zegt ze. “Maar waar zal ik mee beginnen?” Ze weet het niet. Er is te veel om uit te kiezen.

W

twijfelen niet weten wat je moet doen of moet kiezen ontzettend veel heel veel

7

Thema 3 - les 13

Talent2_Leesboek.indb 46

17/01/18 13:28


les 17

Vlot en vloeiend lezen

Ik kan woorden net als lopen en bliksem lezen.

1 Woorden lopen haren vegen duren koken bliksem

slapen klagen dromen slinger breken sturen

koffer paden schuren drogen platen spelen

2 Zinnen Wat kun jij boos kijken! Wij vegen de paden schoon. Zij sluipen naar de buren. Komen jullie spelen? Peren horen in de fruitschaal. Daar grazen zeven schapen.

kleren kijken storen zeven grazen stromen

peren blazen vrezen komen meubel buren

W

vrezen ergens bang voor zijn het pad weg waar je op loopt de blik manier waarop je kijkt

3 Boos

5

10

Ella kijkt met een boze blik. Ze mag geen tv kijken. “Ben je boos, pluk een roos”, zegt mama. “Zet hem op je hoed. Dan ben je morgen weer goed.” Mam ziet Ella de kamer in komen. Ze draagt een hoed met een roos. “Hee, dat is mijn hoed!” zegt mama. “Dat mag niet!” “Ben je boos?” zegt Ella. “Pluk een roos ...”

Thema 3 - les 17

Talent2_Leesboek.indb 47

47

17/01/18 13:28


4 Trots

5

10

15

20

25

48

Een mama is graag trots op haar kind. Dat begint al heel snel. Als het kind nog geen jaar is. “Bla bla pip fiep”, zegt het kindje. Dan gaat die mama haast juichen. “Hoor je dat?” zegt ze trots. “Mijn kind zei: mama is lief!” De mama van Laura is net zo. Maar Laura is niet klein meer. Ze is al zeven jaar. Toch gaat ze haar mama trots maken. Laura gaat naar haar toe. “Hoor eens wat ik kan”, zegt ze. Laura zegt alle letters op van ‘a’ tot ‘z’. En dat doet ze heel snel. “Wat knap!” lacht mama trots. “Ik kan nog meer”, zegt Laura. “Voor 1 euro zeg ik het om-gekeerd. En net zo snel.”

W

juichen roepen omdat je blij bent

“Dat wil ik horen”, zegt mama. Laura draait zich om. Ze zegt weer alle letters van ‘a’ tot ‘z’. Maar ze staat ... om-gekeerd. “Je hebt me te pakken”, lacht mama. Toch is ze trots. Trots dat haar kind zo slim is.

Thema 3 - les 17

Talent Talent2_Leesboek.indb 48

17/01/18 13:28


les 19 19 les

Schuld

Jeoefent oefentininhet hethardop hardoplezen. lezen. Je Jeleest leestmet metexpressie. expressie. Je

Rollen:verteller, verteller,Milan, Milan,Warre, Warre,Nina Nina Rollen: Warreisisbij bijNina Ninaop opbezoek. bezoek.Warres Nina’s grote Warre grote broer broer Milan Milan isis ook ook in in de de kamer. kamer. Verteller Verteller Milan Milan 5

Verteller Verteller Warre Warre Nina Nina

10

Verteller Verteller 15

Nina Nina Verteller Nina Verteller

20

Warre Warrekomt komtspelen spelenbij bijNina. Nina. Milan is de grote broer Milan is de grote broervan vanNina. Nina. Denk Denkererom, om,Nina. Nina. Jullie mogen niet in mijn kamer komen! Jullie mogen niet in mijn kamer komen! Zeg dat maar niet tegen Nina. Zeg wil datze maar Nina. Dan hetniet juisttegen wel doen. Dan wil ze het juist wel doen. Wat zullen we gaan doen? Wat zullen we gaan doen? We doen of we een spion zijn. We Wegaan doensluipen. of we een spion zijn. Laten we sluipen. daar maar eens een kijkje nemen. We gaan Laten we daar maar van eensMilan een kijkje Ze sluipen de kamer in. nemen. Nina ziet het meteen. Ze sluipen de kamer van Milan in. Milan is bezig met zijn lego. Nina ziet het Hij bouwt eenmeteen. prachtig huis. Milan is bezig met zijn lego. Wauw, moet je kijken! Hij bouwt een prachtig huis. Mijn broer heeft ... oeps! Wauw, moet je kijken! Nina stoot tegen het huis. Mijn broer heeft ... oeps! Help, het huis stort half in. Nina stoot tegen het...huis. Als mijn broer dit ziet

Warre Nina

We moeten hetstort maken. Help, het huis half in. IkAls help je wel. mijn broer dit ziet ...

Warre

We moeten het maken. Ik help je wel.

W W

despion spion de iemanddie diestiekem stiekem iemand vanalles allesprobeert probeertte te van wetente tekomen komen weten

Thema33--les les19 19 Thema

Talent2_Leesboek Thema 3_AB_DEF.indd 49 Talent2_Leesboek.indb 49

49 49

16/01/2018 21:46 17/01/18 13:28


Verteller Verteller

25

30

Milan Milan Nina Nina Milan Milan Nina Nina Verteller Verteller

35

Nina Milan Nina Milan

40

Verteller Verteller

Samen dede slag. Samengaan gaanzezeaan aan slag. Warre isis heel heel goed Warre goed in lego. Maar een huis wordthet hetniet. niet. Maar een huis wordt Eenpaar paaruur uurlater laterisisWarre Warre naar naar huis. huis. Een Milan stormt de kamer van Nina in. Milan stormt de kamer van Nina in. Wie zat er aan mijn huis? Wie zat er aan mijn huis? Het ging zo maar stuk. Het ging zo maar stuk. Heb jij dat gedaan? Heb jij dat gedaan? Nee, dat deed ... dat is de schuld van Warre. Nee, dat deed dat is de schuld van Warre. Het floept uit...de mond van Nina. Ze heeft meteen spijt van. Het floepteruit de mond van Nina. Maar ze durft niet te zeggen Ze heeft er meteen spijt van. dat zij het gedaan heeft. Maar ze durft niet te zeggen Warre deed zijn best om het te maken. dat zij het gedaan heeft. Dat ziedeed ik. zijn best om het te maken. Warre Wat hij maakte is prachtig! Dat ziesaai ik. huis, maar een soort kasteel. Geen Van hij mijmaakte, mag hij ismij komen helpen bouwen. Wat prachtig! Geen saai huis, Dat wil Nina ookmaar wel.een soort kasteel. Van mijdan mag hijze mij komen helpen bouwen. Maar had niet moeten liegen. Eigen dikke bult! Dat wilschuld, Nina ook wel.

W W

aan aande deslag slaggaan gaan ergens ergensmee mee beginnen beginnen de dekamer kamer instormen instormen snel snelbinnen binnenkomen komen het hetfloept floepteruit eruit jejezegt zegtopeens opeensiets iets zonder zondererbij erbijna nate te denken denken

Maar dan had ze niet moeten liegen. Eigen schuld, dikke bult!

50 50

Thema Thema33--les les19 19

Talent2_Leesboek Thema 3_AB_DEF.indd 50 Talent2_Leesboek.indb 50

16/01/2018 21:46 17/01/18 13:28


71123_TALENT 2_LEESBOEK 2_ 580252-3.indd 4

22/01/18 14:26


580252 / 3

71123_TALENT 2_LEESBOEK 2_ 580252-3.indd 1

vanin.be

22/01/18 14:26


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.