Tijd voor taal accent - Taal - Taalboek 2 - Voorbeeldmateriaal

Page 1

accent

Taal

Taalboek 2B Jeroen Reumers Katrien Van den Daele Vincent Verhelst Rien Broere

Coรถrdinatie Erwin Lenaers Met medewerking van Leen Bresseleers Ides Callebaut Ivo Nassel Esther Wallace


Tijd voor Taal accent Taal 2 bestaat uit: - Werkschrift A en B - Werkschrift A en B correctiesleutel - Z-schrift A en B - Z-schrift A en B correctiesleutel - Taalboek A en B - Handleiding A en B - Toets- en Remediëringsmap - Set flitskaarten - Set wandplaten - Set van 10 prentenboeken - Klasbib - Bordboek Plus - Bingel.be - methodesite: www.tvtaccent.be Tijd voor Taal accent Taal - Taalboek 2B Jeroen Reumers, Katrien Van den Daele, Vincent Verhelst en Rien Broere Met medewerking van: Leen Bresseleers, Ides Callebaut, Ivo Nassel en Esther Wallace Coördinatie: Erwin Lenaers Omslagontwerp: Nancy Kers en Karttouch Lay-out: CAT en Lieve Lenaerts Zetwerk: Lieve Lenaerts Tekeningen: Lectrr, Frieda van Raevels, Lucy Elliott en Jonas Van de Vyver Fotokopieerapparaten zijn algemeen verspreid en vele mensen maken er haast onnadenkend gebruik van voor allerlei doeleinden. Jammer genoeg ontstaan boeken niet met hetzelfde gemak als kopieën. Boeken samenstellen kost veel inzet, tijd en geld. De vergoeding van de auteurs en van iedereen die bij het maken en verhandelen van boeken betrokken is, komt voort uit de verkoop van die boeken. In België beschermt de auteurswet de rechten van die mensen. Wanneer u van boeken of van gedeelten eruit zonder toestemming kopieën maakt, buiten de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen, ontneemt u hen dus een stuk van die vergoeding. Daarom vragen auteurs en uitgevers u beschermde teksten niet zonder schriftelijke toelating te kopiëren buiten de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen. Verdere informatie over kopieerrechten en de wetgeving met betrekking tot reproductie vindt u op www.reprobel.be. De uitgever heeft ernaar gestreefd de relevante auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Diegenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht zich tot de uitgever te melden. © Uitgeverij Van In, Wommelgem, 2013 Alle rechten voorbehouden. Behoudens de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, op welke wijze ook, zonder de voorafgaande en schriftelijke toestemming van de uitgever.

Eerste druk, eerste bijdruk 2014 ISBN 978-90-306-5624-1 D/2013/0078/129 Art.nr. 513853/02 NUR 191


Thema 6: Top secret schatkaart

verdacht

sluipen de weg zoeken SCHAT

piraten

GEHEIMZINNIG

goud

onder je bed

spannend

VERSTOPPEN

NIET DOORVERTELLEN

beste vriend/ vriendin

GEHEIMTAAL

ontcijferen verliefd

geheime gebaren

geheime taal geheimschrift

3


Tijd voor Taal accent

Les 1: Juist lezen Je leest woorden als:

Kijk er goed naar.

strik strik

Let op: het stukje in het begin is lastig. Je ‘zingt’ de eerste letter. Dan ‘zing’ je de rest van het woord.

strik

4

Thema 6: Top secret • Les 1

Wat wil het woord zeggen?


Tijd voor Taal accent De school van vroeger Vind je het leuk op school? Heb je een schat van een juf? Of een meester met sproeten? Krijg je wel eens straf? Nee hè, vast niet. De school was vroeger niet eens een apart gebouw. Een schuur was de school. Of de keuken van de meester. Iedereen sprak hardop. De meester schreeuwde. Er was geen stroom in die tijd. Dus was er ook geen licht. Alleen een kaars die scheen. Elk vak kostte geld. Rekenen was het duurst. Heel vroeger was het anders op school. Je schreef niet in een schrift. Je leerde schrijven op een lei. Dat is een heel klein schoolbord. En o wee als de meester boos op je was. Dan moest je voor straf in de hoek staan. Of de meester sloeg. Daar schrik je van, hè? Heel vroeger was een school niet zo leuk. Denk daar straks maar aan als je iets moet doen waar je geen zin in hebt. De school van nu is zo gek nog niet.

Thema 6: Top secret • Les 1

5


Tijd voor Taal accent

Les 3: A is een aapje ‌ het alfabet! Je oefent het alfabet.

A is een aapje dat eet uit zijn poot. B is een bakker, die bakt voor ons brood. C is Charlotje, die drinkt chocola. D is een dame, die danst op de straat. E is een ezel, die loopt op het land. F is een fruitvrouw, met fruit in haar mand. G is een geitje en Trees is erbij. H is een houtman met houwbijl op zij. I is een inktpot waar Isaak uit schreef. J is een jas die ik kreeg van mijn neef. K is een koopman die koffie verkoopt. L is een landman die landen doorloopt. M is een molen die draait door de wind. N is een naaister die naait voor haar kind. O is een otter die zwemt in het meer. P is een putter die pikt in een peer. R is een rover die appelen steelt. S is een schuitje waar Steven mee speelt. T is een trommel die moeder mij schonk. U is een uiltje, dat zit op een tronk. V is een visser, die zit in een schuit. W is een wagen, daar reed ik mee uit. Y is een ijsbeer die blank is van vel. Z is een zeeman, die zegt u vaarwel.

6

Thema 6: Top secret • Les 3

at

woordensch

de fruitvrouw

vrouw die fruit verkoopt

de houtman met houwbijl

de inktpot de koopman verkoper

de landman

oud woord voor boer

de otter de putter

een vogel, een vinkje

de rover

dief, bandiet

het schuitje het bootje

de tronk

oud woord voor boomstam

vaarwel zeggen

dag zeggen, afscheid nemen

het refrein

stuk van een liedje dat je herhaalt


Tijd voor Taal accent

Les 4: Ieder dier zijn eigen verhaal! Je leert bij prenten een verhaal schrijven.

1

2

4

6

Thema 6: Top secret • Les 4

3

5

7

8

7


Tijd voor Taal accent

1

3

6

8

Thema 6: Top secret • Les 4

2

4

5

7

8


Tijd voor Taal accent

1

2

3

4

6

Thema 6: Top secret • Les 4

5

7

8

9


Tijd voor Taal accent

Les 5: Juist lezen A-tekst Een schreeuw Ze lopen naar het veldje. Dat ligt om de hoek van de straat. An loopt voorop. Schuin achter haar volgt Tom. En daar weer achter de drie buurtjes. Niemand zegt iets. Dus besluit Tom stoer te doen. Hij wil met een sprong op zijn handen staan. Dat was niet zo heel slim. Hij struikelt nog voor hij springt. Hij valt languit op straat. “Au!”, schreeuwt hij. Hij grijpt naar zijn scheenbeen. “Heb je je been gebroken?”, vraagt An. “Ik denk het wel”, jammert Tom. “Laat mij eens kijken”, zegt het oudste meisje. Daar schrikt Tom van. Hij springt weer omhoog. “Nee, nee”, zegt hij. “Ik geloof dat het meevalt. Het is een schaafwond. Een schram, meer niet.” Zijn wangen zijn rood. Hij schaamt zich. “Zal ik mijn bal halen?”, vraagt hij dan. “Gaan we op doel schieten.” En weg is Tom. Jij bent ook een mooie, denkt An. Laat je mij alleen met dit stel. 10

Thema 6: Top secret • Les 5


Tijd voor Taal accent B-tekst Op de hoek van de straat An en de andere kinderen zijn bij het veldje. Om daar te komen, hoef je alleen maar de hoek van haar straat om. De drie nieuwe buurkinderen zijn er ook. Ze staan in een soort kring. Niemand zegt een woord. Ieder staart naar de punt van zijn schoen. Wat moet je zeggen, als je elkaar nog maar net kent? Het oudste buurmeisje is de eerste die spreekt. “Jeetje, wat een saaie boel hier, zeg!” Ze schopt met de punt van haar schoen in het gras. Je kunt aan haar hele lijf zien dat ze zich te pletter verveelt. An schraapt haar keel. “Jullie vader heeft een paardenstaart”, zegt ze. Ze weet zo snel niks beters te bedenken. “Ja, leuk hè?”, zegt het jongste meisje. “Ik vind het maar stom”, zegt de oudste. “Jij vindt alles stom, Lotte”, zegt de jongen. “Ja, vooral jou, Bas”, zegt ze. Dat is handig, denkt An. Nu ken ik al twee van de drie namen. Opeens klinkt er een schreeuw. An schrikt zich een hoedje. Het is Tom, die aan komt lopen met zijn bal. Hij staat op de hoek van de straat. Hij schiet de bal naar hen toe. Bas stopt de bal onder zijn schoen. Dan schopt hij de bal weer terug naar Tom. Hij rent erachteraan. “Hè, hè,” zucht Lotte, “die zijn we tenminste kwijt.” Thema 6: Top secret • Les 5

11


Tijd voor Taal accent C-tekst Sprookjes en een rare vogel Tom en Bas, de nieuwe buurjongen, zijn aan het voetballen. Zij hebben geen aandacht meer voor de meisjes. An staat met de twee buurmeisjes aan de rand van het veldje. An weet ondertussen hoe de oudste heet. Zij heet Lotte. Ze is een lange spriet, en ze schijnt zich behoorlijk te vervelen. Lotte kijkt om zich heen. Ze ziet de boom die een paar meter verderop staat, aan de rand van het grasveld. Dat is de klimboom van An en Tom. Hij heeft dikke takken waar je goed bij kunt, en zo veel blaadjes dat je erin weg kunt kruipen. Lotte schiet weg als een pijl uit een boog en zit in drie tellen bovenin de boom. An is nu alleen met het meisje van haar eigen leeftijd. Daar heeft ze al de hele tijd op gewacht. “Hoe heet jij eigenlijk?”, vraagt An. “Luna”, zegt het meisje. “Dat is een mooie en deftige naam voor maan. En hoe heet jij?” “An”, zegt An. “Dat is een mooie en deftige naam voor … eh … An.” An en Luna schieten allebei in de lach. “Zal ik je laten zien waar onze school is?”, vraagt An. Dat vindt Luna een goed plan. “Denk je dat Lotte ook mee wil?”, vraagt An voor de zekerheid, hoewel ze liever alleen met Luna erheen gaat. “Ben je gek”, lacht Luna. “Die blijft waarschijnlijk de rest van de middag bovenin die boom zitten. Dat doet ze heel vaak. Lotte is een rare vogel. Papa en mama hadden haar beter Merel of Spreeuw kunnen noemen.” “Of Ooievaar”, zegt An. “Ja”, lacht Luna. “Of Kiekendief.” Heel de weg naar school zijn ze bezig gekke namen voor Lotte te verzinnen.

12

Thema 6: Top secret • Les 5


Tijd voor Taal accent An en Luna staan bij het schoolgebouw. An wijst waar haar klas is. “Ik denk dat je straks gewoon bij mij in de klas komt”, zegt An. “Wat is jouw lievelingsvak?”, vraagt Luna. “Schrijven”, zegt An zonder dat ze daar een seconde over hoeft na te denken. “O?”, Luna klinkt een beetje verbaasd. “Kun jij zo mooi schrijven, dan?” “Ik bedoel verhalen schrijven”, legt An uit. “Sprookjes en zo. Ik word later misschien wel schrijfster.” “Leuk”, zegt Luna. “En weet je wat? Dan ga ik later al jouw boeken lezen.”

Thema 6: Top secret • Les 5

13


Tijd voor Taal accent

Les 6: Juist lezen Je leest woorden als:

verkoop

Het woord bestaat uit twee stukken. Je zegt het eerste stuk. Je zegt een ‘doffe e’. Je zingt de laatste letter van het eerste stuk, terwijl je verder kijkt. Dan zeg je het tweede stuk.

verkoop

14

Thema 6: Top secret • Les 6

Kijk er goed naar.

verkoop

Wat wil het woord zeggen?


Tijd voor Taal accent De sterke beer en de slimme vos Dit verhaal gaat over een beer. Die beer is sterk en gemeen. Het is winter in het bos. De dieren hebben honger en dorst, behalve … de beer. Hij heeft gewoon elke dag een volle buik. Dat komt omdat hij eten heeft verstopt. Alles alleen voor hem. De vos vindt het heel gemeen! Zijn maag knort. “Ach beer”, zegt de vos met zijn liefste stem. “Vertel mij waar ik eten kan vinden.” “Nee,” bromt de beer, “dat is geheim.” “Daar geloof ik niks van”, zegt de vos. “Dat verzin je maar.” “Het is een groot geheim”, gromt de beer. “Wie zegt dat het een echt geheim is? Dan moet je het me eerst vertellen”, zegt de vos. De beer is niet alleen sterk en gemeen, hij is ook dom. “Daar heb je gelijk in”, zegt hij. En hij verklapt waar hij het eten verstopt heeft. In een flits rent de vos ervandoor. Hij vertelt alle dieren waar het eten ligt. Iedereen vliegt erop af. Ze eten tot ze niet meer kunnen. Later wil de beer gaan eten. Maar er is nergens nog iets te vinden. “Verhip”, bromt hij. “Mijn geheim is zo groot, dat ik het zelf niet meer weet. Nu heb ik niks te eten!” Dat komt ervan als je sterk, gemeen én … dom bent.

Thema 6: Top secret • Les 6

15


Tijd voor Taal accent

Les 7: Hoe teken ik een schatkaart? Je leert in stappen werken.

Piraten hebben schatkaarten die hen helpen geheime schatten te vinden. Die kaarten zijn meestal heel oud en gescheurd. En daarom vaak onduidelijk. Teken je eigen schatkaart. Volg daarbij de volgende stapjes.

at

woordensch

de schatkaart

een kaart waarop je kunt aflezen waar een schat verstopt is

onduidelijk

niet duidelijk

wrijven

smeren

1 Teken op je tekenblad een groot, geheim schateiland. Geef je eiland een naam. Schrijf die onderaan. 2 Teken op je eiland verschillende wegen. 3 Teken genoeg, zodat iemand er zijn weg op kan terugvinden. Wat kun je tekenen? - stenen of rotsen, misschien zelfs een berg - een vijver of een beek - een strand - een omgevallen boom - planten en bloemen - een grot - ... 4 Is je tekening klaar? Opgepast! Je mag nog GEEN kruis tekenen op de plaats waar je schat verstopt zit. Dat is voor later. Teken wel een pijl waar de zoektocht moet starten! 5 Maak de kaart nu wat ouder. Scheur de randjes en wrijf de kaart in met koffie of thee.

16

Thema 6: Top secret • Les 7


Tijd voor Taal accent

Les 10: Juist lezen A-tekst Beste vriendinnen An vertelt dat ze een geheim heeft. Het geheim over het feest van opa. Luna wil weten wat het geheim is. “Kun jij een geheim bewaren?”, vraagt An. “O ja!”, roept Luna gelijk. “Nou … ik ook!”, lacht An. “Dus ik vertel niet wat het is.” “Toe nou”, begint Luna te zeuren. “Ik verklap het echt aan niemand.” Ze doet alsof ze haar mond op slot draait. Maar dat helpt niet. An vertelt niet wat haar geheim is. Dan begint Luna zacht te snikken. Ze klinkt alsof ze verdriet heeft. Maar daar trapt An niet in. Ze begrijpt dat Luna niet echt huilt. “Wacht eens”, zegt Luna dan. “Als ik straks naast jou woon, hè. Word ik dan jouw vriendin?” “Ja!”, zegt An meteen. “Ik bedoel niet zomaar een vriendin”, zegt Luna. “Ik bedoel de beste vriendin.” “Dat zou ik het liefst willen”, geeft An toe. “Maar je beste vriendin vertel je alles. Dus ook een geheim”, zegt Luna. Daar heeft An niet aan gedacht. Maar Luna heeft wel gelijk, vindt ze. “Goed dan”, belooft ze. “Maar ik verklap het pas als je verhuisd bent.” Thema 6: Top secret • Les 10

17


Tijd voor Taal accent B-tekst Uitgespeeld An en Luna zijn weer thuis. Ze drinken sap tegen de dorst. Hun ouders zitten te kletsen. Het lijkt wel of ze vaak bij elkaar op bezoek gaan. Dan wordt het tijd voor vertrek. Ze beginnen weer handen te geven. “Wacht eens”, zegt Pee Pee geschrokken. “Ik vergeet iets!” Iedereen begint om zich heen te kijken. “Nee, ik bedoel Lotte”, lacht hij. “Die is in een boom geklommen”, zegt Luna. “Ga haar dan maar gauw halen,” grijnst Pee Pee. “voor ze bij de vogels blijft slapen.” Het gezin van An zit aan tafel. Ze gaan zo eten. Maar eerst praten ze over hun buren. “Bas is geweldig met een bal”, zegt Tom. “Gelukkig maar”, zegt papa. “Ik heb heel leuk met Luna gespeeld”, vertelt An. “En wij hebben een afspraak gemaakt. Als Luna verhuisd is, wordt zij mijn vriendin. Maar niet gewoon een vriendin. Zij wordt mijn beste vriendin.” “Dat geloof ik graag”, zegt papa. “Het zijn leuke mensen”, zegt mama. “Een beetje apart, maar beslist heel aardig.” “Papa?”, vraagt An dan. “Vertel het eens”, zegt papa. “Laat jij ook een staartje groeien?” 18

Thema 6: Top secret • Les 10


Tijd voor Taal accent C-tekst An verklapt haar geheim De verhuis is achter de rug. De nieuwe buren zijn nu gewoon de buren geworden. En wat An en Luna gedacht hadden, klopt wel. Ze zijn al snel vriendinnen van elkaar geworden. Op school zitten ze bij elkaar in de klas. Eerst had Luna een plekje vlak bij An gekregen. Maar na een paar dagen had de juf het welletjes gevonden. “Je krijgt een ander plaatsje”, zei ze tegen Luna. “Een stukje van An vandaan. Jullie maken het iets té gezellig, samen. Jullie lijken wel een stelletje theetantes, zo zitten jullie te kletsen.” Alle kinderen uit de klas willen graag met Luna spelen. Maar Luna speelt alleen met een ander als An ook meedoet. Dat geeft An een trots gevoel. Luna is vooral háár vriendin. En dus spelen ze ook na schooltijd altijd samen. In de straat of op het veldje. Daar zijn Tom en Bas ook meestal te vinden. Met een bal, natuurlijk, want ze willen later allebei profvoetballer worden. Lotte, Luna’s oudste zus, zit het grootste deel van de tijd in de klimboom. “Saaie boel, hier”, vindt Lotte nog steeds. En hup, twee, drie verstopt ze zich weer tussen de takken. “Zeg An”, begint Luna op een dag. “Wij zijn nu toch vriendinnen, hè?” “Nou en of”, zegt An. “Dikste vriendinnen?” “De allerdikste van de hele wereld.” “Mooi zo”, zegt Luna. “Dan moet je me nu het geheim over je opa maar eens vertellen.” An moet even slikken. Maar beloofd is beloofd. En Luna heeft wel gelijk: ze zijn al een tijdje de beste vriendinnen van elkaar. En beste vriendinnen vertellen elkaar alles. “Nou goed dan”, zegt ze. Ze kijkt naar links en naar rechts om zeker te weten dat ze niet wordt afgeluisterd. Dan gaat ze heel dicht bij Luna staan en begint in haar oor te fluisteren. “Wauw!”, zegt Luna als An uitgepraat is. “Dat is een geweldig plan! Dat zal jouw opa heel leuk vinden!” Thema 6: Top secret • Les 10

19


Tijd voor Taal accent

Les 11: Juist lezen Voor de A-lezers Dit is Krist.

Vandaag is Krist niet gewoon. Wat gebeurt daar?

20

Thema 6: Top secret • Les 11

Hij lijkt heel gewoon.

Vandaag is hij een spion. Ze zijn verliefd!


Tijd voor Taal accent Spion Krist Krist is een jongen. Hij lijkt heel gewoon. Hij gaat elke dag naar school. Hij speelt met zijn vrienden. Maar is Krist wel zo gewoon? Nee, dat schijnt maar zo. Want vandaag is Krist niet gewoon Krist. Vandaag is hij een spion. Maar dat is een groot geheim. Hij vertelt het tegen niemand. Alleen Krist zelf weet het. Spion Krist sluipt door de straat. Hij let op alles wat er gebeurt. Kijk, daar verlaat zijn juf de school. Krist besluit te kijken wat ze doet. Hij schuilt achter een boom. Juf heeft haar fiets in het hok gezet. Ze is naar haar fiets gegaan. Maar daar blijft ze staan wachten. De deur van de school gaat weer open. De meester van het vierde komt naar buiten gestapt. Hij loopt gelijk door naar de fietsen. Krist begluurt hen van achter de boom. Hij schrikt van wat hij ziet. De meester heeft de juf vastgepakt. Dan geven ze elkaar een ‌ kus. Net zoals dat in de film gebeurt. De juf en de meester zijn verliefd! Nu heeft spion Krist pas een echt geheim! Aan wie zal hij dat nu eens gaan vertellen? Thema 6: Top secret • Les 11

21


Tijd voor Taal accent Voor de B- en C-lezers 1 Het vliegtuig wacht op prinses Rosalie. “Prinses, het is tijd om op te staan!” Rosalie kneep haar ogen stijf dicht. Ze wilde niet wakker worden, want haar droom was juist zo mooi. Heel stil bleef ze liggen. Ze droomde dat ze met haar vader, moeder en zusje in een rijtjeshuis woonde. Een doodnormaal rijtjeshuis met in de achtertuin een schommel en een fietsenschuurtje. In haar droom ging ze elke dag naar school. ‘s Middags kwamen haar vriendinnen bij haar spelen. Dan gingen ze hinkelen op straat en huiswerk maken en ... “Prinses, als u nu niet opstaat, komt u te laat!” Ze zuchtte en deed haar ogen open. Weg was het rijtjeshuis, weg was de schommel. Hoog boven haar hoofd glansde het donkerblauwe fluweel van haar hemelbed. In de hoek stond een lamp met druppels van kristal. En aan de muur hingen schilderijen van koningen en koninginnen. Rosalie streek een paar blonde krullen uit haar gezicht. Ze woonde nog steeds in een paleis. En naast haar bed stond Willem, haar lakei. Hij droeg een donkergroene kuitbroek en een kort jasje met koperen knopen. Alleen op bijzondere dagen waren de knopen van echt goud. “Prinses, vandaag is een speciale dag, weet u nog?” Ze ging rechtop zitten. Willem zag er opgewonden uit. Zijn haar zat een beetje door de war en hij had rode blosjes. Maar de knopen op zijn jas waren niet van goud. Ze was nog steeds niet helemaal wakker. Wat was er vandaag dan zo bijzonder? Was haar moeder jarig? Moest haar vader op staatsbezoek? “Wat …?”, vroeg ze slaperig. “School!”, riep Willem. “Vandaag mag u eindelijk naar school!” En toen wist ze het weer. Ze voelde haar hart kloppen tot in de puntjes van haar vingers, en het werd warm in haar buik. Het was geen droom. Vorige week was ze jarig geweest. En nu vonden papa en mama eindelijk dat ze oud genoeg was om zelf te kiezen. Nu mocht ze naar een echte school. “Over vijf minuten ben ik beneden”, zei ze snel. “Juul hoeft me niet te helpen met aankleden, dat doe ik vandaag zelf.” 22

Thema 6: Top secret • Les 11


Tijd voor Taal accent Ze gooide de dekens van zich af en strekte haar armen uit. “Want ik ben tien en vandaag ga ik naar school!” Ze lachte. Willem schudde zijn hoofd en draaide zich om. Maar terwijl hij naar de deur liep, hoorde ze hem tevreden mompelen: “En het werd tijd ook.” Hij trok de zware deur zachtjes achter zich dicht. Rosalie liep naar haar kledingkast. Heel lang had ze erover nagedacht. Welke jurk moest ze aantrekken op haar eerste schooldag? Eerst dacht ze dat de paarse met de pofmouwtjes de beste was. Toen wilde ze haar lichtblauwe jurk van zijde aantrekken. Maar nu wist ze dat het de roze moest zijn, met het nauwe lijfje en de wijde rok. Als je heel hard rondjes draaide in die jurk, was de rok net een vliegende schotel. Terwijl Rosalie de jurk voorzichtig over haar hoofd liet glijden, hoorde ze de kamerdeur opengaan. Ze zag alleen maar roze borduursels, maar ze kon haar zusje Isabel horen lachen. “Jij bent echt raar!”, zei Isabel. Rosalie trok de jurk snel over haar hoofd. “Ik ben helemaal niet raar!” Ze draaide zich om. “Help me even met de knoopjes.” Toen Isabel de lange rij kleine knoopjes had vastgemaakt, ging ze op het bed zitten. Ze keek toe terwijl Rosalie een roze lint om haar krullen bond. “Ik snap het niet”, zei Isabel. “Waarom wil je nou naar school? Het is toch veel leuker om hier les te krijgen?” Rosalie schudde heftig haar hoofd, maar zei niks. Hoe kon ze dat nou uitleggen aan haar zusje? Hier op het paleis had ze wel dertig vriendinnen. Maar die meisjes zeiden allemaal: “Natuurlijk, prinses Rosalie.” En: “Wat een prachtig idee, prinses.” En: “Dat is heel vriendelijk van u, prinses.” En al hun moeders waren hofdames. Dat waren dus geen echte vriendinnen. “Straks kom je bij stomme kinderen in de klas”, zei Isabel. “Die helemaal niet van adel zijn. En die niet eens kunnen paardrijden.” Meer lezen? Het geheim van de stoere prinses “Dan hoeven ze toch niet stom te zijn!”, riep Rosalie. Ze was boos, Anna Woltz & Roos van den Berg omdat Isabel misschien wel gelijk had. Misschien waren de kinderen Leopold, 2007 in haar nieuwe klas wel allemaal stom. Thema 6: Top secret • Les 11

23


Tijd voor Taal accent 2 Een struikelende verkoper “Heeft u een goed zakmes?”, vraagt Simon. “Zo een dat niet meteen kapot gaat?” De verkoper kijkt hem grijnzend aan. “Wat ben jij van plan?”, vraagt hij. Simon krijgt een kleur. Zo bedoelde hij het niet. Hij wil er echt geen rare dingen mee uithalen. “Ik ga op survivalkamp”, zegt hij. “Spannend”, vindt de verkoper. “Wat ga je allemaal doen?” “Bergbeklimmen, afdalen van de rotsen, grotten bekijken, dat soort dingen.” “Door wilde beken lopen”, zegt zijn vader, die naast hem staat. “Klinkt goed. Kijk daar eens.” De verkoper wijst naar een rek met wel tien soorten zakmessen. Simon ziet het meteen: zo’n donkerrode met wel twintig functies. Daar heb je tenminste wat aan. Hij tuurt op zijn inpaklijst. “Nu nog hoge kaplaarzen”, zegt hij. “Welke maat?” “37.” De verkoper loopt naar een rek met laarzen. Hij kijkt zoekend rond, schuift een paar laarzen opzij en schudt zijn hoofd. “Die hebben we niet op voorraad. Maar als ik ze voor je bestel, hebben we ze over drie dagen in huis.” “Dat is goed”, zegt Simon. Het kamp is pas over tien dagen, dus dat gaat makkelijk. “En dan nog een regenpak.” “Die hebben we achterin. Loop maar even mee.” De winkel is heel lang en smal. Je kunt de achterkant niet eens zien. Met een schuin oog kijkt Simon naar de afdeling met tenten, slaapzakken en bergschoenen. Wat verkopen ze hier veel! Plotseling verliest de verkoper zijn evenwicht. Simon ziet hoe hij met zijn beide handen in de lucht klauwt. Met een flinke klap komt de man op de vloer neer. Er klinkt luid gerinkel alsof er een lading glaswerk omvalt. Met een vertrokken gezicht grijpt hij naar zijn enkel. Naast hem ligt een zwart-wit kleedje. Daar is hij natuurlijk over gestruikeld. 24

Thema 6: Top secret • Les 11


Tijd voor Taal accent

Geschrokken blijft Simon staan. Hij wil wat zeggen, maar zijn stem hapert. Twee tellen later zit de man opeens op zijn knieën vlak naast een stelling met regenpakken. Hij draait zich om in de richting van Simon. Zijn gezicht staat weer heel gewoon en hij vraagt: “Welke kleur had je in gedachten: zwart, blauw, groen? We hebben ze in alle kleuren en maten.” “Maar u ... eh ...”, stottert Simon. “Zeg het maar”, dringt papa aan. “U viel!”, roept Simon uit. “Heel hard!” “Ik? Wanneer?”, vraagt de verkoper met een scheef lachje. “Pap, zag jij het niet?”, vraagt Simon. “Die meneer viel toch? Over een eh ... een kleedje?” Papa kijkt al net zo verbaasd als de verkoper. “Een kleedje?”, vraagt hij, terwijl hij zoekend rondkijkt. Simon kijkt met hem mee. Nergens is een kleedje te bekennen, in de hele winkel niet. Nou ja! Simon snapt er niks van. Heeft hij last van de warmte of zoiets? “Ik zou een donkergroene nemen”, zegt papa. “Dat staat je goed.” Simon knikt, maar hij is er met zijn gedachten nog niet helemaal bij. Sinds wanneer ziet hij dingen die niet echt gebeuren? Papa kucht. “Mag ik u iets vragen?”, begint hij. Simon schrikt op. Hij heeft al een voorgevoel van wat er gaat komen. Meer lezen? Het geheim van de onderaardse grotten Anneke Scholtens Leopold, 2010

Thema 6: Top secret • Les 11

25


Tijd voor Taal accent 3 Dit dagboek is geheim! Dinsdag 6 november, 21.35.13 uur Lief dagboek, Hallo allemaal, Nou, ik begin gewoon. Ik weet ook niet hoe dat moet, een dagboek beginnen. Want dit is een dagboek. Mijn dagboek. Ik heb het vandaag gekregen. Voor mijn verjaardag, van tante Nelleke. “Dat vind jij vast leuk”, zei ze. “Een dagboek is echt iets voor jou. Maar ik weet het niet. Tot nu toe vind ik er weinig aan. Het is ook meer iets voor meisjes, denk ik. En ik ben wel een meisje, maar geen echt meisje. Ik ben toevallig een meisje, niet expres. Hebben jongens ook dagboeken? Ik ben dus jarig, hoera hoera. En het was heel leuk. Ik heb boeken gekregen (natuurlijk) en een computerspel dat ik niet kende. Van opa kreeg ik best veel geld, tien euro! Mama en papa gaven me een horloge. Waterdicht en zonder wijzers, maar met van die cijfertjes die je ook in het donker kunt zien. Echt mooi! Nu is het bijvoorbeeld 21.38.04 uur. En nu alweer 21.38.29. Ik laat die secondes voortaan maar weg. Morgenmiddag ga ik niet naar paardrijden, want dan is mijn feestje. De tweeling komt en Ruben en Ipek ook. Dus mijn verjaardag is nog niet voorbij. Maar nu komt mama naar boven en ik had beloofd dat ik in bed zou gaan liggen. Dag dagboek! Woensdag 7 november, 19.07 uur Ik heb me toch gelachen vanmiddag! Dat kwam door de tweeling. Die zaten de hele tijd vieze moppen te vertellen. Mama hoorde het wel, maar ze moest er ook om lachen. We hebben mijn nieuwe computerspel gespeeld en muziek gedraaid. 26

Thema 6: Top secret • Les 11


Tijd voor Taal accent Ruben wilde met me dansen! (Ba!) Maar het mooiste was de speurtocht. We moesten door de hele buurt lopen en vragen beantwoorden. Bijvoorbeeld hoeveel ramen er in een huis zaten. Bij de moeder van Ipek moesten we aanbellen en toen kwam ze naar de deur – verkleed als heks! Dat was ook lachen. De speurtocht eindigde achter ons huis. Mama had een tafel in de schuur gezet met lekkers erop. Het was wel koud, maar ook leuk om daar te picknicken. Daar vertelde de tweeling al die vieze moppen. Ruben zat hard te lachen en hij viel de hele tijd tegen mij aan, zogenaamd per ongeluk. Toen heb ik hem van zijn stoel geduwd, maar hij lachte alleen maar nog harder. Toen het donker werd, zagen we ook nog iemand tussen de struiken sluipen. Ik denk dat het papa was. Die wilde het natuurlijk extra spannend maken. We hebben een rondje door het dorp gelopen om iedereen thuis te brengen. Op het laatst liep ik alleen met mama naar huis. “Dit was mijn allerleukste verjaardag”, zei ik. “Daar ben ik blij om”, zei mama, en ze aaide me over mijn haar. Dat vind ik een fijn gevoel. Papa lag televisie te kijken met zijn voeten op de bank. “Doe je schoenen uit”, zei mama. “Waarom?”, vroeg papa. “Ze zijn brandschoon.” Het was waar. Zijn schoenen waren glimmend zwart en er zat geen spatje modder op. Maar hij ging ze toch uitdoen. Misschien lijkt het onzin om dit op te schrijven, maar ik vond het vreemd. Want als papa’s schoenen zo schoon waren, wie had er dan vanmiddag tussen de bosjes gescharreld? Ik vroeg of papa in de tuin was geweest. “Welnee, ik heb boven zitten werken”, zei hij. Misschien hebben we het ons wel verbeeld. Het was ook zo donker in de tuin. Maar het blijft toch raar. Thema 6: Top secret • Les 11

Meer lezen? Dit dagboek is geheim! Hans Kuyper Leopold, 2005

27


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.